STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen is niet alleen goed voor mens en milieu. Het levert u als ondernemer ook winst op, zoals een goede reputatie, een prettig werkklimaat, innovatie en een verbeterde efficiency. In dit boekje vindt u nuttige informatie en voorbeelden uit de praktijk. Het is er een uit de reeks Starten met internationaal ondernemen. Andere boekjes in deze reeks gaan over: • Voorbereiding en aanpak • Financiën en verzekeringen • Juridische zaken • Subsidies en financieringen • Import • Zakendoen in de Antillen, Aruba, Marokko, Suriname en Turkije • Transport en douane • Internationale beurzen • Investeren in het buitenland U kunt de boekjes bestellen op www.internationaalondernemen.nl/boekjes
I-0678
INHOUD Voordelen van duurzaam ondernemen • Winst op de langere termijn • Kleinschalig beginnen • Overzicht van duurzame criteria • Volkert Engelsman, Eosta: ‘Consument wil geen anonimiteit’ • Jeannette Kret, Merison: ‘Mensen moeten kleur bekennen’
2 4 6 7 8 10
Omgaan met corruptie • Omkopingspraktijken • Strafbaar • Wit, grijs en zwart • Bron van inkomsten • Rob van der Leij, Van der Leij Groep: ‘Het kost meer inzet dan geld’ • Richard Smallegange, Unihorn: ‘We moeten imago hoog houden’
12 14 15 18 19 20
Een prettig werkklimaat • Gedragscodes • De droom van Cora Kemperman • Tips voor het maatschappelijk debat • Ketenverantwoordelijkheid • Sabine Hulsman, The Cookie Company: ‘Maak keuze, geen papieren norm’ • Astrid Kortekaas, AgroFair: ‘BN’ers als marketinginstrument’
24 26 26 28 31 32
De vervuiler betaalt • Zonder vis geen vissticks • Winst van ecodesign • Regels worden wereldwijd aangescherpt • Hajo Brandt, Carbo: ‘Geen rook en geen kaalkap’ • Jeroen Mes, Paques: ‘Ook China stelt nu milieu-eisen’
36 38 40 41 42 44
Adressen en Publicaties
46
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
22
34
1
Voordelen van duurzaam ondernemen Het is geen liefdadigheid, benadrukken ondernemers die duurzaam zakendoen over de grens. Het is een kwestie van goed fatsoen en letten op je reputatie, die een bedrijf ook weer nieuwe contacten en een hoop sympathie kunnen opleveren. Bovendien leidt maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) vaak tot innovatie, waardoor de concurrentiepositie wereldwijd kan worden versterkt.
Winst op de langere termijn ‘Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) is van alle tijden. Ondernemers met oog voor hun omgeving en de mensen in hun bedrijf zijn er altijd geweest. Maar meer dan ooit moet MVO in de huidige tijd een onderdeel zijn van de core business van een bedrijf,’ zei staatssecretaris Karien van Gennip in november 2004 bij de lancering van het kenniscentrum MVO Nederland. ‘Duurzaamheid op economisch, sociaal én milieugebied is een voorwaarde voor groei. MVO is geen doel op zich, maar een middel om op een innovatieve manier duurzame economische groei te bereiken.’ Volgens Van Gennip levert MVO niet alleen winst op voor het milieu of de maatschappij. ‘Nee, MVO loont óók voor bedrijven. Ik ben ervan overtuigd dat op langere termijn juist de bedrijven die maatschappelijk verantwoord ondernemen, de meest innovatieve, concurrerende en winstgevende ondernemingen zullen zijn. Bedrijven – groot of klein – die nú die kans laten liggen, zullen daar later spijt van krijgen. MVO heeft alles te maken met visie: het vermogen om als bedrijf onderscheid te kunnen maken tussen resultaten op de korte termijn en winst op de langere termijn. MVO hoort thuis in het hart van een bedrijf.
De 3 P’s MVO brengt drie zaken met elkaar in evenwicht: Profit (het economisch rendement), People (de gevolgen voor mensen, binnen en buiten de onderneming) en Planet (de effecten op het natuurlijk leefmilieu). 4
Voordelen van MVO Uit praktijkervaring van MKB-ondernemers blijkt dat duurzaam ondernemen loont, staat op de website www.duurzaammbk.nl: • Maatregelen, bijvoorbeeld op het gebied van energiebesparing, verdienen zich snel terug; • Een prettig werkklimaat leidt tot een afname van het ziekteverzuim en verhoging van de productiviteit van uw medewerkers, minder verloop onder het personeel en meer interesse om bij uw bedrijf te komen werken; • Op langere termijn behaalt u financieel voordeel uit de verbeterde efficiency en reputatie van uw bedrijf; • Duurzaam ondernemen leidt tot innovatie en versterkt de concurrentiekracht; • De wereld wordt er beter van en u draagt bij aan een goede toekomst voor uw (klein)kinderen; • Duurzaam ondernemen geeft een goed gevoel en meer plezier in het werk.
www Informatie over het overheidsbeleid ten aanzien van MVO: www.mvo.ez.nl
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
5
Kleinschalig beginnen Als u voor het eerst maatschappelijke en milieuaspecten integreert in uw bedrijfsactiviteiten, kunt u het best kleinschalig beginnen en u toespitsen op iets dat onmiddellijk relevant is voor uw bedrijf en waarvan u weet dat u het kunt realiseren. Uw succes is vaak afhankelijk van kennis, vaardigheden, talent, innovatieve creativiteit en motivatie van uw werknemers. Zorg daarom voor een goede vertrouwensrelatie. Goede netwerken zijn eveneens essentieel om succes te boeken. Als u de prestaties van uw bedrijf wilt verbeteren, kunt u ervaringen uitwisselen met leveranciers, klanten, andere gelijkgestemde bedrijven en bedrijfsorganisaties. Dat is goed voor uw reputatie en helpt nieuwe markten en klanten op te sporen, contacten te leggen met lokale instanties en opinievormers en met andere bedrijven nieuwe partnerschappen aan te gaan.
Globaal overzicht van duurzame criteria Thema
Omschrijving
Voorbeeld onderwerpen
People
Hoe voorziet het bedrijf in
Gezondheid en veiligheid op Aantal arbeidsongevallen,
de behoeften van mensen
de werkplek, het behouden
verzuim per werknemer,
en hoe gaat het met hun
van werknemers, arbeids-
gemiddeld loonpeil, aantal
belangen om, zoals van
rechten, kwaliteitsissues,
product recalls, aantal
werknemers, consumenten of de samenleving?
mensenrechten, lonen, scholing, arbeidsomstandigheden bij uitbestede
Voorbeeld indicatoren
controverses rondom mensenrechten.
activiteiten. Planet
Hoe gaat het bedrijf om
Gevolgen van producten,
Emissies, gebruik van
met het milieu?
processen en diensten
grondstoffen, energie-
voor lucht, water, bodem,
verbruik, mate waarin
biodiversiteit en gezondheid. producten recyclebaar zijn. Profit
Hoe creëert het bedrijf
Winstgevendheid, dividend-
Uitgekeerd dividend, lonen,
welvaart en hoe wordt
uitkeringen, loonkosten,
betaalde belastingen.
die verdeeld
arbeidsproductiviteit,
onder stakeholders?
werkgelegenheid, kosten voor inhuur derden, uitgaven voor R&D, opleidingskosten.
Bron: www.plaza21c.nl
MVO Nederland MVO Nederland stimuleert en ondersteunt bedrijven in hun maatschappelijke rol door het delen van kennis, het organiseren van activiteiten en door samen te werken met partners. MVO Nederland is begin 2004 opgericht op initiatief van het ministerie van Economische Zaken. www.mvonederland.nl 6
www Er zijn legio scans, vragenlijsten en zelfanalyses voor bedrijven die aan de slag willen met MVO. Op www.mvo.ez.nl (doorklikken naar MVO-instrumenten) staat een aantal voorbeelden.
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
7
Volkert Engelsman • Eosta
‘Consument wil geen anonimiteit’ ‘Met producten met een hoge maatschappelijke meerwaarde zijn markten te veroveren. Niet op prijs of op massa, maar op klasse.’ Algemeen directeur Volkert Engelsman van Eosta denkt dat het perspectief voor ondernemingen die hun concurrentiepositie ten koste van bijna alles veilig willen stellen, steeds kleiner wordt. ‘Consumenten vragen tegenwoordig door naar de sociale, ecologische en gezondheidscontext van een product.’ Engelsman kenschetst Eosta liever niet als een handelsonderneming in biologische groente en fruit. ‘Wij werken meer als ketenregisseur. Eosta is de enige schakel tussen onze producenten in Centraal- en Zuid-Amerika, Afrika, Nieuw-Zeeland en China en de detailhandel in Europa. Die mensen helpen wij bij de omschakeling naar biologische en maatschappelijk verantwoorde teelt, bij biologische ziektebestrijding, we bemiddelen bij groene financieringsinstellingen en organiseren de logistiek.’ De kwaliteit van product, productiewijze en sociale omstandigheden wordt beoordeeld volgens het traceerbaarheidssysteem ‘Nature and More’ waarvoor Eosta in 2004 de publieksprijs voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen won. ‘Die drie kwaliteitsindicatoren zijn, ook in volgorde van belangrijkheid, de voornaamste koopargumenten voor een duurzaam product.’ Engelsman legt uit hoe dat in z’n werk gaat. ‘Als een supermarkt de keuze heeft tussen een Braziliaanse mango met een MVO-indicator van 9,5 en een mango uit hetzelfde land die 3,8 scoort, zal de inkoper altijd voor die 9,5 kiezen.’ Ook als die mango duurder is?
8
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
‘Als de vraag naar 9,5 mango’s groter is dan die naar 3,8, gaat automatisch de prijs van de eerste mango omhoog.’ Op alle producten van Eosta wordt een stickertje geplakt, waarop een code en de website staan. ‘Als je die code op www.natureandmore.com intikt, kom je niet alleen te weten wie de teler is en krijg je een virtuele farmtour, maar krijg je ook toegang tot de drievoudige kwaliteitsbeoordeling.’ ‘Wij spelen in op de toenemende MVO-gevoeligheid van de detailhandel,’ zegt Engelsman. ‘Supermarkten hebben vaak een private label voor biologische producten en investeren vaak meer in de promotie en marketing van dit assortiment dan hun omzet rechtvaardigt. Dat doen ze niet uit liefdadigheid, dat doen ze om het MVO-imago van de rest van hun assortiment op te trekken. Als je inzichtelijk maakt dat de mango waarop zij hun oog hebben laten vallen, wel ecologisch verantwoord geteeld is maar sociaal niet echt overhoudt, dan zijn ze daar gevoelig voor, zeker als deze informatie voor de consument toegankelijk wordt. Nature and More haalt een product uit de anonimiteit en geeft de producent een instrument waarmee hij de maatschappelijke meerwaarde kan verzilveren in de markt.’ www.eosta.com
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
9
Jeannette Kret, Rob Riksen • Merison
‘Mensen moeten kleur bekennen’ ‘Merison houdt niet van giro’s schrijven, wij willen liever zelf iets voor andere mensen betekenen en onze werknemers bewust maken van de andere kant van het leven.’ HR-manager Jeannette Kret van Merison over het bedrijfsbelang van betrokken en enthousiast personeel. Merison ontwikkelt producten en concepten op het gebied van koken en wonen, die met name te koop zijn bij Albert Heijn. Artikelen die gemaakt worden in onder meer Duitsland, China, India, Roemenië en Turkije. ‘Al voordat wij orders plaatsen, kijken we in de fabrieken of ze voldoen aan onze normen en waarden,’ vertelt senior inkoper voor het Verre Oosten Rob Riksen. ‘Soms kan ik voor de helft van de prijs die elders wordt gevraagd ergens terecht, maar dan gaan wij er toch niet op in. Wij hechten veel belang aan fair trade producten en zijn erg fel op naleving van de Merison Code of Conduct.’ De gedragscode, die in samenwerking met het adviesbedrijf op het gebied van MVO Good Company is ontwikkeld, regelt zaken als hygiëne, veiligheid, werktijden, mimimumleeftijd, pauzes en dergelijke. ‘Die controles laten we uitvoeren door de onafhankelijke instelling SGS of door lokale agenten. Vaak zijn wij daar zelf ook bij. Dan zien we zelf waar de knelpunten en problemen liggen, welke verbeteringen op korte termijn kunnen worden doorgevoerd en welke wat meer tijd in beslag nemen.’ Ook in de eigen omgeving let Merison op het gemeenschapsbelang, zegt Jeannette Kret. ‘Wij zullen niet gauw nieuwe kleding voor een voetbalclub sponsoren. Wel hebben wij een ontmoetingsplek voor
10
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
ouderen in Bunschoten, in de volksmond ‘het leugenbankje’ genoemd, gemaakt en gefinancierd. Van kunstproducten die in de Amerpoort/Asvz, een instelling voor mensen met een beperking, zijn gemaakt, hebben wij tegen kostprijs borden laten maken in een fabriek in Duitsland. Die worden door de Amerpoort/Asvz weer verkocht.’ Sinds tien jaar zetten Merison-medewerkers zich samen met de stichting ‘Help Roemenië nu’ in voor het kinderziekenhuis in het Roemeense Sibiu, waar met name hiv-patiëntjes worden verpleegd. Een ander project van Merison is de varende polikliniek ‘MerisonCity of Joy’ in de Gangesdelta bij Calcutta in India. Medewerkers van Merison in Bunschoten krijgen de gelegenheid de hospitaalboot te bezoeken. ‘Wij beschouwen dat als een bewustwordingsproces, als een bindmiddel met onze onderneming,’ vertelt Kret. ‘Als mensen interesse en betrokkenheid tonen voor hun omgeving, weten dat er meer is in de wereld dan luxe, glamour, glitter en een gevulde portemonnee, zal zich dat vertalen in hun gedrag en aandacht voor collega’s. Dat zorgt voor een optimaal werkklimaat: mensen die plezier in hun werk hebben, worden minder vaak ziek en zijn ook productiever.’ Kret: ‘Bij sollicitaties letten wij er ook op of kandidaten onze “kleur” hebben, of zij zich verwant voelen met onze bedrijfsfilosofie. Mensen werken met mensen. Als dat goed gaat, komt dat ook de continuïteit van onze organisatie ten goede.’ www.merison.nl
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
11
Omgaan met corruptie Veel internationale ondernemers komen vroeg of laat met onoorbare praktijken in aanraking. Hoe ga je daarmee om? Wie ‘meegaat in het systeem’ is in overtreding. ‘Leer eerst het land kennen, voordat je er investeert.’
Omkopingspraktijken Een ondernemer die in het buitenland zaken wil doen, kan te maken krijgen met omkopingspraktijken. Voorbeelden zijn: • Een concurrent die een buitenlandse overheidsopdracht voor uw neus wegkaapt door een minister geld toe te schuiven. • Een buitenlandse belastingambtenaar die een onjuist maar gunstiger invoertarief voorstelt, mits hij er zelf beter van wordt. • Een lokale tussenpersoon die aanbiedt een veiligheidscertificaat te ‘regelen’ zonder de vereiste test van het nieuwe product.
14
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Strafbaar Sinds 2001 kunnen degenen die zich schuldig maken aan het omkopen van Nederlandse of buitenlandse ambtenaren, in Nederland worden vervolgd. Volgens de Nederlandse strafwetgeving is (elke poging tot) omkoping strafbaar. Nederlandse ondernemers die zich in én buiten het OESO-gebied niet aan de regels houden, kunnen een gevangenisstraf of boete krijgen. Voor omkoping kunnen worden vervolgd: • Personen die de omkoping van de buitenlandse ambtenaar of bestuurder feitelijk regelen voor het Nederlandse bedrijf. • Superieuren die opdracht geven tot de omkoping of daar (stilzwijgend) mee instemmen. • Bestuursleden van een Nederlands bedrijf, die op de hoogte waren van de omkoping maar nalatig zijn geweest in het voorkomen ervan. • De rechtspersoon, waarbij voornoemde natuurlijke personen in dienst zijn. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat de presidentdirecteur en de omkopende werknemer beiden tot een gevangenisstraf worden veroordeeld (tot een maximum van vier jaar) en het bedrijf een boete wordt opgelegd (tot een maximum van 450.000 euro). Zie www.oesorichtlijnen.nl of www.mvo.ez.nl (Corruptiebestrijding).
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
Projectteam Rijksrecherche De Rijksrecherche heeft een projectteam Bestrijding Buitenlandse Corruptie opgezet, belast met opsporing van ondernemers die zich schuldig maken aan omkoping van buitenlandse ambtenaren. De rechercheurs werken ook aan een databank met informatie over landen en bedrijven. Ze richten zich niet op faciliterende betalingen oftewel klein smeergeld. De aanpak van dit soort corruptie wordt aan de landen zelf overgelaten. Informatie: (070) 341 11 00,
[email protected] 15
Faciliterende betalingen Ook het betalen van smeergelden om ambtenaren tot niet meer dan normaal dienstbetoon aan te sporen is strafbaar. Voorbeelden hiervan zijn het tijdig inklaren van een container die met bederfelijke producten in een haven staat of het afgeven van een vergunning die anders buitensporig lang op zich zou laten wachten. De doorgaans bescheiden omkoopgelden die hiervoor nodig zijn, worden ook wel ‘faciliterende betalingen’ genoemd. Bij omkoping gaat het overigens niet alleen om geld. Ook niet-financieel profijt, zoals betaling van studiekosten, stortingen in liefdadigheidsfondsen, gratis plezierreisjes of –uitstapjes vallen hieronder. Vicieuze cirkel Corruptie is volgens de Nederlandse overheid de grootste vijand van ontwikkeling. Nederland spoort ontwikkelingslanden aan om te voldoen aan de voorwaarden voor ‘goed bestuur’. Een speerpunt binnen het streven naar goed bestuur is corruptiebestrijding. Het aanpakken van corruptie is in de eerste instantie een verantwoordelijkheid van het (ontwikkelings)land zelf.
Wanneer bedrijven steekpenningen betalen aan ambtenaren in ontwikkelingslanden dragen ze actief bij aan het in stand houden van corruptie. Het bedrijfsleven zegt op zijn beurt niet zonder het betalen van steekpenningen te kunnen opereren. De voorbeelden zijn legio: telefoonaansluitingen die zonder het betalen van een extraatje niet binnen het jaar gerealiseerd kunnen worden, vergunningen die zonder steekpenningen niet worden afgegeven en douaneformaliteiten die zonder een beetje geld onder de toonbank niet snel genoeg afgerond zijn. Dodelijk voor het zakendoen, zeer slecht voor de reputatie van een land en buitengewoon schadelijk voor de economische ontwikkeling. Het is een kip-en-het-ei verhaal. Door het betalen van steekpenningen houd je corruptie in stand. Die vicieuze cirkel moet doorbroken worden. Bron: Mijke Elbers van de Evert Vermeer Stichting, NRC Handelsblad november 2004.
Corruptie-index Jaarlijks publiceert Transparency International een ‘Corruption Perceptions Index’. Enkele scores uit de Index van 2005, op een schaal van 1 (meest corrupt) tot 10 (minst corrupt): Finland
9,6
Nederland
8,6
België
7,4
Italië
5,0
Zuid-Afrika
4,5
Bulgarije
4,0
Brazilië
3,7
Polen
3,4
China
3,2
Roemenië
3,0
India
2,9
Indonesië
2,2
De volledige lijst vindt u op www.transparency.org
16
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
17
18
Wit, grijs en zwart John van der Vleuten, een ondernemer met ervaring in onder meer Oost-Europa, zei in het EVD-blad Buitenlandse Markten in oktober 2005: ‘Hoe kun je je in een land als Roemenië strikt aan de regels houden als die om de haverklap worden gewijzigd? Elk land kent de verdeling wit, grijs, zwart. Wit staat voor geheel volgens de regels opereren. In de zwarte zone is sprake van fraude, waarbij willens en wetens bijvoorbeeld belasting wordt ontdoken. In het grijze gebied heb je het over een douanier die een bedrag krijgt, zodat je wat sneller de grens over kunt. In Nederland is het grijze deel een stuk kleiner dan bijvoorbeeld in Roemenië.’ Volgens Van der Vleuten is het vooral zaak uit het ‘zwarte gebied’ te blijven. ‘Als je investeert en niet hebt nagedacht, dan moet je bijna wel meegaan in het systeem. Wat gebeurt er als je grond hebt gekocht van iemand die het niet in bezit blijkt te hebben? Komt voor, maar hoe moet je dat recht trekken? Voor je het weet, zit je erin.’ Het klinkt logisch, maar de beste garantie tegen problemen is een goede voorbereiding. Van der Vleuten: ‘Leer het land waar je aan de slag wilt eerst goed kennen. Verdiep je in de zakencultuur en kijk hoe je met geldstromen moet omgaan. Bezoek daarvoor Nederlandse banken in het betreffende land en schakel adviseurs in.’
Bron van inkomsten Armoede en corruptie zijn van nature onderling sterk verweven. Een Thaise ambtenaar verwoordde dat in het voormalige magazine Wereldwijd als volgt : ‘Wat u corruptie noemt, is voor mij een manier van overleven. Als u mij een andere weg kan tonen dan wil ik die nemen. Maar gek ben ik niet.’ In nogal wat arme landen is corruptie de belangrijkste bron van inkomsten voor mensen die in overheidsdiensten werken. Anderzijds veroorzaakt corruptie armoede. De steekpenningen van transnationale bedrijven ondermijnen de kansen op een duurzame economische en politieke ontwikkeling in arme landen. Het probleem met smeergeld en misbruik van investeringen in ontwikkelingslanden is niet alleen dat de investeringen niet doorstromen naar de verpauperde bevolking. De schaarse valuta worden ook aangewend om repressieve regimes in het zadel te houden en vormen een zeer goede reden om de macht te grijpen of te houden.
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
19
Rob van der Leij • Van der Leij Groep
‘Het kost meer inzet dan geld’ Begonnen als klein bouwbedrijf dat door opdrachten van woningbouwcorporaties in 1988 een project met de Nationale Woningraad in India startte, is de Van der Leij Groep nu één van de donors van de ideële stichting die tot oktober 2005 de Van der Leij Foundation heette. ‘Dat we maatschappelijke activiteiten ontplooien, is ook goed voor ons bedrijf,’ zegt oprichter en voorzitter van de stichting Rob van der Leij.
20
Toen woningbouwcorporaties in 1987 allerlei acties startten rond het Jaar van de Daklozen, voelde Van der Leij zich aangesproken. ‘Wij vonden dat wij ook iets moesten doen. In India moesten huizen worden gebouwd voor mensen die na een overstroming dakloos waren geworden. Daarvoor hebben wij lokale mensen opgeleid, die nog steeds bezig zijn met de woningbouw. Ze zitten nu op 11.000 woningen.’ Dit soort maatschappelijke activiteiten ‘kost niet idioot veel geld’, zegt Van der Leij. ‘Vereist zijn wel betrokkenheid en inzet. Dat komt uiteindelijk weer ten goede aan ons bedrijf.’ Omdat er op dit vlak meer projecten werden gestart in onder andere Zuid-Afrika, richtte Van der Leij in 1995 een stichting op, de Van der Leij Foundation, waardoor er nu verschillende partijen bij betrokken zijn en het financiële draagvlak is vergroot. ‘Zo bouwen wij in Zuid-Afrika ook huurwoningen. Mensen die daarvoor in aanmerking willen komen, moeten een bepaald inkomen hebben. Maar circa 25 procent van de kostwinnaars overlijdt aan aids, waardoor de huur niet meer kan worden betaald. De oudste meisjes uit die toch al ontredderde gezinnen gaan dan vaak de prostitutie in. Die vrouwen bieden we nu een opleiding
aan en wij zorgen dat hun producten worden afgezet. Wat wij doen als Foundation is dus niet alleen huizen bouwen.’ Volgens Van der Leij heeft de Foundation zeker waarde voor de Van der Leij Groep. ‘We presenteren ons naar buiten als een van de donors van de stichting. Je kunt het zien als een soort sponsoring waarvoor we ook wat terugkrijgen zoals naamsbekendheid. Dit levert ons niet zozeer omzet op, maar wel contacten, relaties en een hoop sympathie.’ ‘Wij proberen zo transparant mogelijk te werken, maar dat neemt niet weg dat we soms tegen corruptie aanlopen. Daar buigen we niet voor.’ Van der Leij vertelt over India, waar ‘ambtenaren een heel laag salaris krijgen omdat dat is gebaseerd op de te halen neveninkomsten. Als er een vacature is, moet een kandidaat betalen wil hij de functie krijgen. Als hij dat niet kan, moet hij daarvoor een lening afsluiten. Dit systeem houdt zichzelf zo in stand.’ Op de jaarvergadering van de Foundation eind 2005 in de Nieuwe Kerk in Amsterdam leveren president Ph. Kirsch van International Criminal Court en L. Eloundou van UNESCO een bijdrage. ‘Eén van de vragen die we onszelf stellen is: hoe kunnen we injustice, onrecht, helpen verminderen? Bij de beantwoording van deze vraag is kennis van de cultuur van een land heel belangrijk.’ www.vdleij.nl
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
21
Richard Smallegange • Unihorn
‘We moeten imago hoog houden’ Het zusterbedrijf van ingenieursbureau voor infrastructurele projecten Unihorn heeft drie fabrieken en een dochterbedrijf in India. ‘Wij hebben voor onze mensen extra sociale voorzieningen in het leven geroepen,’ zegt directeur Richard Smallegange. ‘Maar je moet wel een balans zien te vinden tussen duurzaam ondernemen en winstgevendheid.’
22
Unihorn is gespecialiseerd in infrastructurele ontwerpen en verhardingsonderzoek. ‘Ons zusterbedrijf Ooms Avenhorn Holding bv produceert in India een speciaal soort bitumen (onderdeel van asfalt), dat bestand is tegen extreme temperatuurschommelingen en zware belastingen. India is een grote markt: de economie groeit hard en er wordt veel geïnvesteerd in infrastructuur, met name op het gebied van snelwegen. Daar worden miljarden in gestopt. De omstandigheden zijn er ideaal voor ons soort producten en diensten. Er is veel verkeer, veel overbelaste vrachtwagens en grote temperatuurwisselingen.’ Wat Unihorn in Nederland belangrijk vindt op sociaal en milieugebied, implementeren ze ook in India, zegt Smallegange. ‘Zo is het in dit soort landen heel gebruikelijk om kopieën van software te gebruiken, maar dat kunnen wij ons als Nederlands bedrijf niet veroorloven. Wij willen al onze werknemers netjes betalen en toegang geven tot sociale fondsen. Hierbij kunt u denken aan oudedagsvoorzieningen, ziektekostenverzekering en lokale fondsen voor onvoorziene gebeurtenissen.’ ‘De manier waarop wij in Nederland opereren, mag niet erg afwijken van wat wij in andere landen doen. Wij denken niet: hier mag en kan alles, we gebruiken
hier gewoon teer en asbest en laten kinderen voor ons werken. Op zo’n manier willen wij niet ondernemen. Dat doen wij voor onszelf, maar ook voor ons imago. De wereld is klein, zeker in ons vakgebied. Wij kunnen het ons simpelweg ook niet veroorloven onverantwoord zaken te doen.’ Dus werkt Unihorn ook niet mee aan corruptie, zegt Smallegange. ‘Daar proberen we zoveel mogelijk afstand van te houden. Al is er natuurlijk ook een grijs gebied. Kerstpakketten uitdelen of een zakenrelatie mee uiteten nemen, is in veel landen algemeen geaccepteerd. Maar het betalen van grote sommen geld is iets heel anders, dat is ook daar verboden. Onze mensen weten dat wij daar als Nederlands bedrijf niet aan mee kunnen en willen doen.’ De bedrijfsfilosofie maakt Unihorn soms te duur voor met name kleinere, lokale projecten. Om de zaak in balans te houden, outsourcen ze activiteiten naar India. ‘Tekenwerk bijvoorbeeld kost in India maar een kwart van het bedrag dat wij in Nederland daarvoor betalen. Ook sturen we lokale werknemers uit India naar andere projecten in bijvoorbeeld Bangladesh voor specialistisch onderzoek op vliegvelden en snelwegen. Verder hebben we offertes uitstaan voor projecten in het Midden-Oosten, Maleisië en Afrika. Door zo te werken kan je toch weer een stukje van de extra voorzieningen betalen en lager inschrijven op projecten.’ www.unihorn.nl
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
23
Een prettig werkklimaat Werkgevers zien een goed personeelbeleid steeds meer als essentiële voorwaarde om organisatiedoelen te halen. Als medewerkers vertrouwen hebben in de mensen voor wie ze werken, trots zijn op wat ze doen en plezier hebben met collega’s, zijn ze ook productiever en melden zij zich minder vaak ziek.
Dag tegen kinderarbeid In 2005 stond de internationale dag tegen kinderarbeid in het teken van de omstandigheden in de mijnbouw. Alleen al in India werken honderdduizenden kinderen in natuursteengroeven en ijzerertsmijnen. Kinderen vanaf vijf jaar worden ingezet bij het uitgraven, breken, zeven en transport. Volgens Monique Lempers van Hivos, tevens coördinator van de campagne ‘Stop Kinderarbeid, School is de beste Werkplaats’, is Nederland de zesde grootste importeur van natuursteen(producten) uit ontwikkelingslanden binnen de EU. 26
Gedragscodes Het grootste deel van de westerse confectiekleding wordt gemaakt in Aziatische kledingfabrieken en naaiateliers. Daar komt kinderarbeid voor, werktijden van veertien uur per dag, lage lonen en onveilige en ongezonde arbeidsomstandigheden. Eind jaren negentig kwamen verschillende grote kledingbedrijven met eigen gedragscodes. Die stellen in de regel als voorwaarden een leefbaar loon, vrijheid van (vak)vereniging, geen dwangarbeid, geen discriminatie en geen kinderarbeid. De codes zijn gebaseerd op de regelgeving van de International Labour Organisation. De ILO werd in 1919 opgericht en heeft als VN-organisatie tot taak de ongelijke arbeidsomstandigheden in verschillende landen meer met elkaar in balans te brengen. www.ilo.org of www.fairwear.nl De droom van Cora Kemperman Kinderarbeid komt onder meer voor bij de katoenproductie en in naaiateliers. Een Nederlands kledingmerk dat hier actie tegen onderneemt, is Cora Kemperman. In het maandblad Elle zei ze in oktober 2002: ‘Maatschappelijk verantwoord ondernemen kost veel moeite. We volgen de gedragscode van de Fair Wear Foundation, die acceptabele werkomstandigheden van de arbeiders in productielanden garandeert. Het kost veel tijd en inspanning om te bewijzen dat je daaraan voldoet.’
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Van de website van Cora Kemperman: ‘Onze droom was om in ontwikkelingslanden zoals India en Roemenië, waar onze kleren gedeeltelijk geproduceerd worden, iets terug te doen voor de arbeiders die onze kleren daar met zoveel zorg en aandacht maken. Dat was nog niet zo gemakkelijk, want het beste is natuurlijk meer te betalen voor het product zodat de arbeiders een hoger loon kunnen krijgen. Dit is echter niet zomaar mogelijk want de arbeiders in de fabrieken die voor ons werken krijgen al het CAO-loon uitbetaald volgens de daar geldende normen. Nog meer betalen zou een plaatselijke revolutie betekenen en problemen veroorzaken.’ Cora Kemperman heeft daarom contact gezocht met de Landelijke India Werkgroep in Utrecht Daaruit zijn een aantal lokale projecten voortgekomen. Zo worden de Indiase fabrieken bezocht door lokale maatschappelijke organisaties. Mocht er een kind werken, dan gaat dat terug naar school. De moeder krijgt compensatie voor het gederfde loon. Dit loon wordt gespaard, zodat het kind een vervolgopleiding kan volgen. Oliewinning in dictatuur Ondernemingen die zakendoen in politiek instabiele landen die het niet zo nauw nemen met de mensenrechten, kunnen rekenen op acties van maatschappelijke organisaties. Een voorbeeld hiervan is het offshore- en scheepsbouwbedrijf IHC Caland, dat sinds 1998 deelneemt aan oliewinning in Myanmar, het vroegere Birma.
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
27
De dissident Aung San Suu Kyi en haar National League for Democracy wonnen de ‘vrije’ verkiezingen in 1990, maar deze overwinning werd door de militaire machthebbers niet erkend. Sindsdien zijn veel leden van deze oppositiepartij gevangengezet. Ook Aung San Suu Kyi staat regelmatig onder huisarrest. Het Burma Centrum Nederland (BCN), Milieudefensie en de vakbeweging hebben de afgelopen jaren actief campagne gevoerd tegen de activiteiten van IHC Caland in Myanmar. Het bedrijf gaf niet toe en bleef actief in de oliewinning. Volgens IHC Caland zou terugtrekking grote financiële en reputatieschade opleveren. Daarom moest het offshore contract tot het einde (in 2015) worden uitgevoerd. IHC Caland maakte na verloop van tijd wel bekend geen nieuwe zaken meer te zullen doen in of met Myanmar. Dit betreft vooral de verkoop van baggerschepen. Ook kaart het bedrijf sinds de zomer van 2003 regelmatig zijn zorgen over de mensenrechtensituatie in Myanmar publiekelijk en richting regime aan. Dit mede na diverse contacten tussen raad van bestuur van IHC Caland en vaste vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties. Deze laatste reageerden positief op de koerswijziging en staakten hun acties tegen IHC. Tips voor het maatschappelijk debat In het rapport Ondernemen met Meerwaarde staan ‘suggesties voor bedrijven bij het aangaan van een stakeholderdialoog’, zoals:
De overheid voert een ontmoedigingsbeleid ten aanzien van Birma. Meer hierover kunt u lezen op www.mvo.ez.nl (Beleid Birma) 28
• Zoek als u wordt aangesproken door een maatschappelijke organisatie, direct het gesprek en reageer niet afhoudend of defensief; • Zorg dat uw ‘woordvoerder’ uw bedrijf adequaat vertegenwoordigt en intern voldoende invloed heeft om toezeggingen in praktijk te brengen; • Maak vooraf afspraken met maatschappelijke organisaties over hoe om te gaan met gevoelige onderwerpen (bijvoorbeeld in de publiciteit). OESO-richtlijnen De OESO Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen (www.oesorichtlijnen.nl) worden onderschreven door regeringen uit de OESO-lidstaten en een groeiend aantal andere landen. Ze zijn tot stand gekomen in samenwerking met het bedrijfsleven, de vakbeweging en andere maatschappelijke organisaties. De Richtlijnen gaan onder andere in op werkgelegenheid en arbeidsverhoudingen, wetenschap en technologie, milieu, openbaarmaking van gegevens, mededinging, financiering en belastingen. Van regeringen die de OESO-richtlijnen hebben onderschreven, wordt verwacht dat zij ondernemingen aanmoedigen om hun activiteiten in binnen- en buitenland op een maatschappelijk verantwoorde manier vorm te geven. In Nederland is die taak gelegd bij het Nationaal Contact Punt, dat valt onder het ministerie van Economische Zaken:
[email protected] of (070) 379 64 67/64 85.
www
Stap voor stap Vanwege de ingewikkelde formulering is het een lastige klus de OESO-richtlijnen goed te begrijpen en in de praktijk toe te passen. De gebruiksvriendelijke cd-rom ‘Stap voor stap Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen’ helpt u op weg en biedt daarnaast vele extra’s zoals een overzicht van de meest voorkomende vragen en bijbehorende antwoorden, nuttige adressen en een lijst met subsidiemogelijkheden. U kunt de cd-rom aanvragen bij de Kamer van Koophandel Utrecht. Bel: 030.2363207 of stuur een e-mail naar:
[email protected]
Het praktijkboek Ondernemen met Meerwaarde kunt u gratis bestellen of downloaden via www.mvo.ez.nl
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
29
Financiering De overheid heeft een aantal financiële instrumenten ontwikkeld ter ondersteuning van ondernemers met investeringsplannen in opkomende markten, zoals het Programma Samenwerking Opkomende Markten (PSOM) en het Programma Economische Samenwerking Projecten (PESP). Doel is het stimuleren van duurzame economische ontwikkeling. De programma’s staan alleen open voor projecten die conform de OESO-richtlijnen worden uitgevoerd. Zie www.evd.nl/psom en www.evd.nl/pesp. 30
SA 8000 SA8000 (Social Accountability 8000) is een multisectorale gedragscode voor arbeidsnormen, in 1997 geïntroduceerd door het Amerikaanse CEPAA, inmiddels SAI (Social Accountability International) genoemd. De standaard is primair bedoeld voor producenten en toeleveranciers, die SA8000 gecertificeerd kunnen worden op fabrieksniveau. De controles worden uitbesteed aan gespecialiseerde commerciële bureaus. Criteria: • geen kinderarbeid • geen dwangarbeid • veiligheid en gezondheid • vakbondsvrijheid en recht op collectieve onderhandelingen • geen discriminatie • werktijden • ‘leefbaar loon’ • management systeem
Ketenverantwoordelijkheid Maatschappelijk verantwoord ondernemen houdt niet op bij de poort van uw bedrijf. Uw inspanningen worden tenietgedaan als (toe)leveranciers, (onder)aannemers, licentiehouders, samenwerkingsverbanden en ieder ander die werk voor uw bedrijf verricht, de richtlijnen aan hun laars lappen. Van een onderneming wordt verwacht dat zij alles doet wat in haar vermogen ligt om in de hele keten maatschappelijke verantwoord ondernemen mogelijk te maken, te bevorderen en uit te voeren. Een bedrijf in de kledingsector dat ketenverantwoordelijkheid van katoenproductie tot en met eindproduct serieus neemt, is Kuyichi, een kledingmerk dat voortkomt uit het fair trade programma van ontwikkelingsorganisatie Solidaridad, bekend van onder meer het Max Havelaar keurmerk. Solidaridad heeft samen met Peruaanse katoenboeren de coöperatie Oro Blanco opgericht. Doel daarvan is de boeren een grotere stem te geven en hun producten beter in de markt te zetten.
Zie ook: www.cepaa.org BSCI-code In september 2004 is het Europese Business Social Compliance Initiative (BSCI) gelanceerd. BSCI is een initiatief van de Europese detailhandel. Het omvat een compleet gestandaardiseerd Europees monitoringssysteem met betrekking tot de arbeidsomstandigheden bij leveranciers. Het initiatief richt zich grotendeels op de textielsector, maar is ook geschikt voor andere branches. www.bsci-eu.org
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
31
Sabine Hulsman • The Cookie Company
‘Maak keuze geen papieren norm’ Afnemers hebben vaak verschillende Codes of Conduct, waardoor productiebedrijven soms wel vier keer achter elkaar worden gecontroleerd. Deze praktijk is Sabine Hulsman, directeur en grootaandeelhouder van The Cookie Company in Den Bosch, een doorn in het oog. ‘Het is inefficiënt, kost veel geld en houdt onvoldoende rekening met de mensen om wie het gaat.’ The Cookie Company is een internationaal kopstaartbedrijf dat vooral kinderkleding onder licentie laat produceren in met name China. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om Bob de Bouwer, Barbie, Walt Disney en Nijntje. The Cookie Company verkoopt aan grootwinkelbedrijven in de Benelux, Frankrijk, Italië, Scandinavië, Engeland en Duitsland. ‘In China val je van het ene uiterste in het andere,’ vertelt Hulsman. ‘Ik ben in fabrieken geweest waar de arbeidsomstandigheden vreselijk zijn en in bedrijven die het allemaal goed geregeld hebben. Met fabrieken waar van alles mis is, gaan we niet eens het gesprek aan. Terwijl we juist dáár wat zouden kunnen betekenen. Maar licentiehouders en klanten eisen vaak dat binnen een half jaar alles in productievestigingen in orde is. Terwijl het wel drie jaar kan duren als je op veel punten actie moet ondernemen.’ Productiebedrijven die voor The Cookie Company werken aan licentie-artikelen, moeten werknemers die in de avonduren werken 200 procent betalen en in het weekeinde soms 300 procent (afhankelijk van de lokale wetgeving). ‘Dat doen wij zelfs niet voor onze eigen mensen die bijvoorbeeld ‘s zaterdags op een beurs staan. Ook in China wordt dat opgelegde beleid vaak niet begrepen.’ 32
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
MVO-voorschriften van vooral grote ondernemingen zijn vaak papieren normen, meent Hulsman. ‘Terwijl het uiteindelijk om de mensen gaat. We moeten terug naar de basis: iedereen wil met respect worden behandeld. Met deze doelstelling in het achterhoofd, zou ik soms andere keuzes maken.’ Waarop zij meer de nadruk zou leggen? ‘Chinezen hechten bijvoorbeeld veel belang aan de viering van het Chinese nieuwjaar in februari. Dan gaan ze allemaal naar huis, al moeten ze daar soms drie dagen voor reizen, en nemen allerlei dure cadeaus mee. Als werkgever kun je ze dan een bonus meegeven. Ook faciliteiten als scholing en training vind ik belangrijk. Scholen zijn heel duur in China. We moeten onze westerse normen niet zomaar overplanten in een compleet andere samenleving, maar rekening houden met de mensen om wie het gaat en die er veel meer bij betrekken.’ ‘Veel MVO-voorschriften van klanten en licentiehouders zijn in grote lijnen identiek. Toch eisen ze allemaal de mogelijkheid om een eigen onderzoek uit te voeren. Dit kan ertoe leiden dat fabrieken “audit-moe” worden en zeggen: bekijk het maar.’ Een oplossing voor dit probleem is dat de spelers in deze licentie-branche de handen ineenslaan en een gezamenlijke standaard ontwikkelen, zegt Hulsman. Zij zouden zich ook kunnen aansluiten bij het initiatief van de Europese detailhandel BSCI, waardoor een fabriek maar één keer een controleur over de vloer krijgt. www.cookiecompany.nl
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
33
Astrid Kortekaas • AgroFair
‘BN’ers als marketinginstrument’ Er worden BN’ers ingezet en prijzenacties om de milieuvriendelijke sinaasappels in een ‘sexy zwart netje’ te promoten. Dit alles onder het motto: Ik ben oké. ‘De achterliggende idee van AgroFair komt uit de ideële hoek, maar we zoeken naar manieren om eerlijke handel mainstream te maken. We willen een bredere doelgroep aanspreken,’ zegt Astrid Kortekaas, verantwoordelijk voor de marketing & communicatie van AgroFair. Het begon allemaal met de Oké-banaan van het Max Havelaar-keurmerk in 1996. De fair trade fruitmand van AgroFair is inmiddels uitgebreid met ananassen, mango’s en nu dus ook met Oké-sinaasappels. ‘AgroFair is een commercieel bedrijf,’ zegt Kortekaas. ‘Er staat BV achter onze naam. Maar we zijn niet gericht op winstmaximalisatie. Bij ons staat een gezonde bedrijfsvoering voorop.’ Duizenden boeren uit Zuid-Afrika, Ghana, Burkina Faso, Marokko, Mexico, Dominicaanse Republiek, Costa Rica, Ecuador, Peru en Argentinië leveren het fruit. Deels biologisch en anders in ieder geval milieuvriendelijk geteeld. De producten vinden de weg naar de Europese consument via grote supermarkten. De boeren laten zich vertegenwoordigen door coöperaties en zijn voor 50 procent aandeelhouder van AgroFair. ‘Producenten krijgen bij ons een eerlijke prijs voor hun fruit. Zij moeten in ruil daarvoor voldoen aan de voorwaarden van Max Havelaar zoals veilige en gezonde arbeidsomstandigheden, geen kinderarbeid en milieuzorg, waarbij de nadruk ligt op vermindering van het gebruik van pesticiden en kunstmest. Een overkoepelende organisatie van Max Havelaar, Fairtrade Labelling
34
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Organizations International (FLO), controleert en certificeert dat. Wij ondersteunen boeren om zo’n certificering te halen, zowel technisch, financieel als organisatorisch.’ AgroFair betaalt als licentiehouder premie aan Max Havelaar voor het gebruik van het keurmerk. De ideële doelstellingen probeert AgroFair commercieel te vertalen. ‘We willen uit de niche-hoek komen, een bredere doelgroep aanspreken,’ zegt Kortekaas. ‘Vandaar dat we de “Ik ben oké”-actie zijn begonnen. Circa vijftig Bekende Nederlanders dingen mee naar de Oké Trofee. De BN’er met de meeste stemmen krijgt een bedrag voor zijn goede doel. In de eerste drie weken van september van september waren er al zo’n 5.000 stemmen uitgebracht en hadden we 16.000 unieke bezoekers op onze website.’ De Oké-sinaasappel die vanaf september in de winkel ligt, is niet biologisch maar milieuvriendelijk geteeld. ‘Daar hebben wij bewust voor gekozen. We willen liever niet in de niche-hoek terechtkomen, tussen de biologische producten. Ook wat de prijs betreft, hebben we niet de grenzen opgezocht. De Oké-sinaasappel is niet veel duurder dan een conventionele sinaasappel. Het scheelt 10 eurocent per netje.’ De sinaasappel komt vooralsnog uit Zuid-Afrika. Door ook sinaasappels uit Argentinië en Marokko te halen, kan AgroFair ze het hele jaar door aanbieden. Inmiddels is het Barendrechtse bedrijf genomineerd voor de MVO-stimuleringsprijs van het ministerie van LNV, LTO Nederland en de Nederlandse Federatie voor Levensmiddelen Industrie (FNLI). www.agrofair.nl
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
35
De vervuiler betaalt Energiebesparing, het voorkómen en hergebruiken van afval en besparen op grondstoffen, water en transport lonen. Zowel voor het milieu als voor uw eigen portemonnee. Bovendien stelt nu ook een land als China milieu-eisen.
38
Zonder vis geen vissticks Volgens sommige schattingen sterft er elke zes minuten een soort uit. Daar gebeurt nog veel te weinig tegen. Maar er is hoop: keurmerken nemen het op voor vis en bos. En steeds meer bedrijven houden zich daaraan. ‘Wij vinden dat wij om te slagen hoge gedragsnormen moeten aanhouden ten opzichte van iedereen met wie wij werken, de samenleving en het milieu,’ schrijft bijvoorbeeld Unilever in zijn missie. Het concern heeft duurzame landbouw en visserij als speerpunt van zijn MVO-beleid gekozen. Met toeleveranciers wordt, in nauwe samenspraak met wetenschappers, overheden en maatschappelijke organisaties, gezocht naar mogelijkheden om duurzaamheid te bevorderen. Een concrete uitkomst van deze inspanningen is de Marine Stewardship Council. Samen met het Wereld Natuurfonds stond Unilever aan de wieg hiervan. MSC is een onafhankelijke organisatie die criteria formuleert waaraan vissers moeten voldoen om het MSC-logo te mogen voeren. Het motief is simpel: zonder vis geen vissticks. Vissers die het MSC-logo op hun producten mogen voeren, moeten kunnen aantonen dat zij de visgronden niet leegvissen en de ecosystemen niet aantasten.
Consumentenboycot Een groen imago is ook anderszins belangrijk, blijkt uit het volgende voorbeeld. In februari 1995 kondigde Shell aan het verouderde olieplatform Brent Spar op een diepe plek in de Atlantische Oceaan te willen dumpen. De milieuorganisatie Greenpeace verklaarde de oorlog aan Shell en bezette het olieplatform. Met name in Duitsland leidde de publiciteitsgolf tot een consumentenboycot van Shell-tankstations. Shell ging uiteindelijk door de knieën, ondanks dat het concern beschikte over de benodigde vergunningen voor de dumping.
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
Milieukeurmerken Veel producten hebben een milieusymbool: een boompje, een groene pijl of iets anders. Deze verdienen niet allemaal de titel ‘keurmerk’. Van sommige symbolen is duidelijk wat ze betekenen, andere zijn louter verkooptrucs van producenten of leveranciers. Erkende symbolen zijn het Milieukeur en het EKO-keurmerk. Ook is er het FSC-keurmerk voor duurzaam geproduceerd hout. De criteria zijn opgesteld door de Forest Stewardship Council, een non-profit organisatie die mondiaal opererende houthandelaren, milieuorganisaties, certificeerders en houtproducenten vertegenwoordigt: www. fscnl.org 39
40
Winst van ecodesign De voordelen van milieugerichte productontwikkeling (‘ecodesign’) zijn volgens de Vereniging FME-CWM: • Ecodesign inspireert tot innovatie. Hoe kun je voorkomen dat LPG ontsnapt bij een tankbeurt? Deze vraag stimuleerde Boessenkool tot de ontwikkeling van een volledig nieuw innovatief LPG vulpistool dat lichter én goedkoper is. • Ecodesign verhoogt de productkwaliteit. Bruynzeel Storage Systems bereikte een hogere kwaliteit van de laklaag met 54 procent minder poederverbruik, door de plaatwerkdelen voor hun archiefsysteem vóór het buigen te poedercoaten. • Ecodesign levert energiebesparing. Door slimme plaatsing van de lichtbuis en het gebruik van onder meer een lichtsensor en dimmer werd het energieverbruik van de ANWB handwijzer met circa 35 procent gereduceerd. • Ecodesign resulteert in materiaalreductie. De invoering van geavanceerde processen bij Hunter Douglas maakte het mogelijk om dunnere lamellen te produceren, resulterend in 14,5 procent materiaalbesparing. • Ecodesign leidt tot kostenbesparing. Door een lichtere en efficiëntere constructie kon de eierbroedmachine van Pas Reform Hatchery gemaakt worden met een lichtere motor en minder materiaal. Resultaat: een kostprijsverlaging van 7,5 procent. • Ecodesign helpt bij het voldoen aan wetgeving. De Mondo 2 koffiezetter van Bravilor Bonamat is eenvoudig in een aantal onderdelen van dezelfde materiaalsoort uiteen te nemen. Hierdoor speelt het product in op de komende wetgeving rond recycling en demontage. • Ecodesign levert milieuwinst. De StaRRsed Compact van Mechatronics, een apparaat om bloedbezinking te meten, werkt met kleinere hoeveelheden bloed. Daardoor hoeft minder
reinigingsmiddel te worden toegepast en ontstaat er minder chemisch afval. Ook gebruikt het apparaat minder energie. Zie: www.fme.nl onder Milieu & Energie
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
Regels worden wereldwijd aangescherpt In steeds meer ontwikkelingslanden en opkomende markten wordt de milieuwetgeving aangescherpt, hoewel de implementatie en handhaving vaak te wensen overlaten. Zo stelt China tegenwoordig strengere milieu-eisen, met name voor grote buitenlandse investeringen. Die zijn de laatste jaren zo toegenomen, dat arbeidsomstandigheden en milieuzorg in internationale ondernemingen vaak beter zijn dan in traditionele Chinese bedrijven. Bovendien worden Chinese bedrijven die zich op de internationale markt richten, steeds vaker geconfronteerd met de druk van afnemers uit met name Europa en de Verenigde Staten om te voldoen aan internationale standaarden en richtlijnen op MVO-gebied. Regelmatig worden zij voor dat doel geaudit door derden. Mede daardoor groeit nu ook in China het MVO-bewustzijn. Westerse ondernemingen die daarop hebben geanticipeerd, zijn in het voordeel. Zo had Unilever in zijn ijsjesfabriek bij Peking al CFK-vrije koelinstallaties geïnstalleerd, voordat het in China verplicht werd gesteld. Nu loopt Unilever voor op zijn concurrenten. Een voorbeeld van een Nederlandse bedrijf dat de kete nverantwoordelijkheid in China serieus oppakt, is zuivelbedrijf Royal Friesland. Om antibioticum-vrije melk voor de fabriek in Tianjin te garanderen, maakt het bedrijf harde afspraken met de toeleveranciers van melk en verzorgt het tegelijkertijd trainingen. Hiermee loopt Royal Friesland voor op de concurrenten en wettelijke verplichtingen.
41
Hajo Brandt • Carbo
‘Geen rook en geen kaalkap’ ‘In Namibië hebben werknemers van onze houtskoolstokerij zelfs gestaakt, omdat ze na zes dagen werken niet verplicht een dag rust wilden nemen.’ Hajo Brandt, directeur van de Carbo Group B.V. in Almelo, over de voordelen van duurzaam ondernemen. ‘Door onze technologie kunnen veel bomen blijven staan.’
42
De technologische vinding die Carbo eind vorige eeuw deed, heeft de Twentse houtskoolstokerij internationaal op de kaart gezet. Door de nieuwe stookwijze is veel minder hout nodig om houtskool te maken en behoort rookoverlast tot het verleden. ‘Traditionele branderijen hebben 6 á 10 kilo hout nodig om 1 kilo houtskool te produceren. Wij hebben daarvoor maar 2,5 kilo hout nodig. Dat scheelt niet alleen bomen, maar ook CO2-uitstoot.’ De grote oven van Carbo (‘de installatie is ongeveer twee zeecontainers groot’) produceert door het indirecte verbrandingsproces ook geen rook meer. ‘Internationaal bestaat veel belangstelling voor onze technologie,’ zegt Brandt. ‘We hebben inmiddels 32 van dit soort ovens gebouwd, waarvan twee maal met behulp van het Programma Samenwerking Opkomende Markten (PSOM).’ Ondernemers die willen investeren in Afrika, Middenen Oost-Europa, Azië en Latijns-Amerika kunnen in aanmerking komen voor gedeeltelijke vergoeding (over het algemeen 50 procent) van hun investeringskosten via PSOM. Brandt: ‘Dat is een mooie, niet bureaucratische regeling waaraan wij veel hebben gehad. In dat soort landen is het erg moeilijk om een commerciële lening te krijgen. We hebben in China, Singapore, Zuid-Afrika,
Namibië, Ghana, Frankrijk, Polen en Estland installaties gebouwd en momenteel zijn we bezig in Senegal en Oman. Het geproduceerde houtskool importeren wij weer, met name naar de Europese markt.’ ‘Vooral Engelse en Amerikaanse supermarkten letten heel erg op duurzaam ondernemen. Die stellen eisen aan het productieproces en controleren daar ook op. Engelse vertegenwoordigers gaan bijvoorbeeld twee keer per jaar naar Namibië toe. Dan ondervragen ze tien mensen uit de fabriek of ze wel netjes worden betaald, of ze kunnen douchen enzovoort. Gecertificeerde bedrijven maken een rapport en voeren dat in de SEDEX-database in, die supermarkten als Tesco kunnen raadplegen. Daardoor hoeven zij niet zelf die controle uit te voeren.’ ‘We moeten ook gecertificeerd hout gebruiken, met het internationale keurmerk FSC. Hout dat geen kaalkap in bijvoorbeeld Indonesië oplevert, maar alleen plantagehout dat opnieuw wordt aangeplant. Daarbij komt dat wij werken met resthout van de houtindustrie. Er hoeven dus geen bomen voor ons omgehakt te worden.’ ‘Op de korte termijn kost duurzaam ondernemen Carbo vooral geld, maar het levert ons ook marktaandeel op. Daardoor kunnen we over tien jaar ook nog bestaan. Wij betalen het wettelijk minimumloon, nemen niemand aan onder de achttien jaar en op arbeidsomstandigheden wordt heel strikt gecontroleerd. Dat is in veel landen ongebruikelijk. Neem die staking in Namibië, omdat werknemers langer dan zes dagen achtereen wilden doorwerken. Wij hebben toch doorgedrukt dat ze minimaal één rustdag per week moeten nemen. Op de langere termijn is dat natuurlijk veel beter.’ www.carbo.nl, www.evd.nl/psom
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
43
Jeroen Mes • Paques BV
‘Ook China stelt nu milieu-eisen’ In meer dan twintig landen is Paques actief, ‘tot Samoa aan toe’. Algemeen directeur Jeroen Mes: ‘Wij werken samen met partners, andere ondernemingen. Die selecteren wij zorgvuldig, het komt er op neer dat bedrijven moeten aansluiten bij de werkwijze en het gedachtegoed van Paques. De standaard is de manier waarop wij hier in Nederland met elkaar en de dingen omgaan.’
44
Mes is net terug uit Japan, waar hij een Japanse milieuprijs op de Wereld Expo in Aichi in ontvangst heeft genomen. Al eerder had Paques in de categorie ‘internationale samenwerking voor duurzame ontwikkeling’ de Milieuprijs voor de Industrie 1999 gekregen van het ministerie van VROM. Reden was de toepassing van de bedrijfstechnologie bij een distilleerderij in India. Paques ontwikkelt en bouwt hoogwaardige zuiveringssystemen voor het reinigen van water, gas en lucht om industriële processen zo schoon en rendabel mogelijk te laten verlopen. Door contacten met de Wageningse hoogleraar Gatze Lettinga, die een proces had ontwikkeld voor het anaëroob zuiveren van afvalwater, belandde Paques in de jaren tachtig in de milieubusiness. ‘Van oorsprong bouwden wij grote silo’s bij Friese boerderijen. Degelijke installaties, die niet stuk te krijgen zijn. We zijn toen verder gaan kijken en kwamen in contact met het procédé van de Universiteit van Wageningen. Dat hebben wij vertaald in een industrieel proces: grootschalige bio-technologie waarbij geen schadelijke stoffen achterblijven.’ Mes: ‘Om actief te kunnen zijn in deze tak van sport moet je ook wel bevlogen zijn. Niet dat wij nu allemaal
milieuactivisten zijn, zeker niet. Maar we delen wel de zorg om het milieu.’ Paques onderscheidt zich van zijn vooral westerse concurrenten ‘door het vermogen fundamentele research te vertalen in industriële installaties. Wij doen heel veel aan innovatie. De kracht van ons bedrijf zit in de kruisbestuiving tussen de verschillende disciplines.’ ‘We zijn alleen actief in die buitenlanden waar overheden en bedrijfsleven actief bezig zijn met milieuverbetering en –behoud. Anders hebben wij daar niets te zoeken. Dat geldt ook voor corruptie en slechte arbeidsomstandigheden. In de drie jaar dat ik nu bij Paques werk, is het één of twee keer gebeurd dat wij door dit soort zaken een opdracht hebben geweigerd. De standaard is de manier waarop wij hier in Nederland met elkaar en de dingen omgaan. Als dat goed gaat, houden we daaraan vast. Zo werken wij nu al bijna 25 jaar samen met een bedrijf in Brazilië waarmee we al ruim honderd installaties in ZuidAmerika hebben gebouwd.’ Paques heeft ook een dochteronderneming in China, waar 75 lokale mensen werken. ‘En ook daar gelden dezelfde standaards als hier. Fatsoenlijke beloning en arbeidsomstandigheden, corruptie is uit den boze. De Chinese markt is heel aantrekkelijk voor ons, vanwege de economische groei maar ook door de zeer sterke belangstelling voor het milieu. De Chinese overheid stelt aan nieuwe investeringen in het land strenge milieu-eisen, die vergelijkbaar zijn met de westerse. Die regels zijn niet alleen opgesteld, maar die worden ook gehandhaafd. Een bedrijf dat daaraan niet kan voldoen, gaat onherroepelijk dicht.’ www.paques.nl
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
45
ADRESSEN EN PUBLICATIES Adressen EVD, agentschap van het ministerie van Economische Zaken, ondersteunt ondernemers en publieke organisaties bij het internationaal ondernemen en samenwerken. De EVD stimuleert internationale activiteiten met informatie over buitenlandse markten, met projectmatige en financiële ondersteuning en door het leggen van contacten met zakenpartners in het buitenland. Daarbij werkt de EVD intensief samen met de Kamer van Koophandel, NBSO’s en internationale organisaties: www.evd.nl Fenedex, een organisatie gericht op de bevordering van de kwaliteit van het exporteren en internationaliseren van het Nederlandse bedrijfsleven in het algemeen en die van de leden in het bijzonder. Individuele dienstverlening en opleidings- en trainingsactiviteiten gericht op buitenlandse markten: www.fenedex.nl en www.export.nl FMO, de Nederlandse Financierings-Maatschappij voor Ontwikkelingslanden, ondersteunt de private sector in ontwikkelingslanden en opkomende markten in Azië, Afrika, Latijns-Amerika en Centraal- en Oost-Europa met leningen, participaties, garanties en andere investeringsbevorderende activiteiten. Hierdoor zijn commerciële partijen eerder geneigd investeringsrisico’s aan te gaan: www.fmo.nl Handelsinformatiebureaus kunnen controleren of het verstandig is met een bepaald bedrijf zaken te doen en of het kredietwaardig is. • Graydon: www.graydon.nl • Dun & Bradstreet: http://dbnetherlands.dnb.com • Kisys: www.kisys.nl
46
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
ICC, ledenorganisatie die zich inzet voor een goed klimaat voor wereldwijd zakendoen, eerlijke concurrentie en bescherming van intellectuele eigendommen. ICC publicaties zoals contracten en leveringsvoorwaarden (Incoterms 2000) worden door ondernemers over de hele wereld gebruikt: www.icc.nl Kamer van Koophandel, informatiepunt en wegwijzer voor het bedrijfsleven, geeft o.a. informatie over alle benodigde documenten, heffingen en subsidiemogelijkheden voor de (beginnende) exporteur. De Kamer van Koophandel voert de Handelsregisterwet uit en komt in de regio op voor economische belangen van bedrijven: www.kvk.nl MKB Nederland behartigt de belangen van zo’n 175.000 ondernemers. Namens hen onderhandelt en overlegt MKB-Nederland met landelijke, Europese, provinciale en lokale overheden, sociale partners en anderen: www.mkb.nl MVO Nederland stimuleert en ondersteunt als kenniscentrum bedrijven bij maatschappelijk verantwoord ondernemen door het delen van kennis en het organiseren van activiteiten: www.mvonederland.nl MVO Platform is een netwerk van Nederlandse maatschappelijke organisaties (NGO’s) die actief zijn op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het platform heeft in 2002 het MVO Referentiekader ontwikkeld. Dat is een inventarisatie van normen, afspraken en operationele aspecten die bij MVO in internationaal verband een rol spelen: www.mvo-platform.nl
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
47
NCH (Nederlands Centrum voor Handelsbevordering) vormt als federatie van 60 bilaterale landencentra en regionale business councils een wereldwijd netwerk van kennis, ervaring en contacten op buitenlandse markten: www.handelsbevordering.nl SenterNovem is een agentschap van het ministerie van Economische Zaken dat zich richt op de versterking van de positie van het Nederlandse bedrijfsleven en op een duurzamere samenleving, met zorg voor mens en milieu. SenterNovem voert diverse subsidieen fiscale regelingen en programma’s uit op het gebied van technologie, energie, milieu, export en internationale samenwerking: www.senternovem.nl
Publicaties Ondernemen met MeerWaarde Praktijkboek uitgegeven door het ministerie van Economische Zaken. Bestellen: www.mvo.ez.nl De Winst van Ethiek Boekje over nut en noodzaak van MVO. Uitgegeven door de Stichting Maatschappelijk Ondernemen van MKB Nederland. Bestellen:
[email protected] Maatschappelijk ondernemen. Een Handreiking. Uitgegeven door VNO-NCW en AWVN. Bestellen: www.vno-ncw.nl De Bedrijfscode: aanleiding, inhoud, invoering en effectiviteit Boekje over gedragscodes, uitgegeven door VNO-NCW. Bestellen: www.vno-ncw.nl
48
STARTEN MET INTERNATIONAAL ONDERNEMEN
Internationaal ondernemen is een initiatief van het ministerie van Economische Zaken en wordt uitgevoerd door de EVD. Internationaal ondernemen is een samenwerkingsproduct van overheidsinstanties en particuliere organisaties. Kijk voor meer informatie op www.internationaalondernemen.nl
Colofon November 2005 Uitgave EVD, Postbus 20105, 2500 EC Den Haag Telefoon (070) 778 88 88, E-mail
[email protected] www.evd.nl www.internationaalondernemen.nl Ontwerp Frissewind visuele_communicatie, Amsterdam Tekst Petra van Alten Fotografie Don Wijns, Photoalto, EVD en anderen Druk PlantijnCasparie Den Haag