Gedetailleerde lijst van de milieuvergunningsaanvraag klasse 1 van nv E.ON GENERATION BELGIUM - VL1-839 thermische elektriciteitscentrale omvattende : het hernieuwen van de milieuvergunning voor de bestaande thermische elektriciteitscentrale en de verandering door conversie van de centrale waarbij de steenkool als vaste brandstof wordt vervangen door zuiver hout, waarvoor volgende rubrieken van toepassing zijn: Rubrieken : Rubrieknr. 2.3.4.2.a
2.3.4.2.b
2.3.4.2.g
3.2.2.a
3.4.3
3.5.3
3.6.3.3
Omschrijving (wettelijke) 2.2. Opslag en meeverbranding van biomassa-afval: niet verontreinigd behandeld houtafval,met een nominaal thermisch vermogen van meer dan 5 MW - klasse 1.
Omschrijving (vrije) schrappen van de vergunde rubriek: het meeverbranden van afval en/of biomassa-afval welke valt binnen de worst-case range van de “biomassa-afvalkorf” voor maximaal 30 % op energiebasis. In geen enkel geval zal voor de vaste brandstoffen de 70 % op energiebasis onderschreden worden en de 30 % op energiebasis voor afval en/of biomassa-afval overschreden worden. Op jaarbasis zal maximaal 100.000 ton biomassaafval meeverbrand worden met het mengsel van de vaste brandstoffen en/of afval (klasse 1); Opslag en meeverbranding van schrappen van de vergunde rubriek: het meeverbranden van afval en/of biomassa-afval verontreinigd behandeld houtafval - welke binnen de worst-case range van de “biomassa-afvalkorf” voor maximaal 30 % op klasse 1. energiebasis. In geen enkel geval zal voor de vaste brandstoffen de 70 % op energiebasis onderschreden worden en de 30 % op energiebasis voor afval en/of biomassa-afval overschreden worden. Op jaarbasis zal maximaal 100.000 ton houtstof (afkomstig van onbehandeld houtafval en ermee vergelijkbaar houtafval of niet-gevaarlijk behandeld afval) al dan niet aangevuld door biomassa-afval, in de verbrandingsinrichting meeverbrand worden met het mengsel van vaste brandstoffen/RWZI-slib en/of biomassa-afval. De opslag van houtstof en/of biomassa-afval (klasse 1); Opslag en meeverbranding van schrappen van de vergunde rubriek: bij normale werking van de ontzwavelingsinstallatie kan samen met de vaste brandstoffen maximum 0,3 % waterzuiveringsslib - klasse 1. (gewichtsprocent) fijne fractie van de eigen waterbehandelingsinstallatie, gedroogd RWZI-slib, met een maximaal debiet DS van 10 % (gewichtsprocent) – per maand maximaal 8.000 ton DS. het meeverbranden van afval en/of biomassa-afval welke binnen de worst-case range van de “biomassa-afvalkorf” voor maximaal 30 % op energiebasis. In geen enkel geval zal voor de vaste brandstoffen de 70 % op energiebasis onderschreden worden en de 30 % op energiebasis voor afval en/of biomassa-afval overschreden worden (klasse1); Het, zonder behandeling in een reeds vergund: het lozen van 4.800 m³/j huishoudelijk afvalwater in de openbare afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen riolering van huishoudelijk afvalwater, ander dan verandering, vermindering: het lozen van 2.500 m³/j huishoudelijk afvalwater in de afkomstig van woongelegenheden, met openbare riolering (klasse 3); een biologisch afbreekbare organische belasting van meer dan 20 inwonersequivalenten : wanneer het lozingspunt is gelegen in een gemeente waarvoor het gemeentelijke zoneringsplan definitief is vastgesteld : lozingspunt gelegen in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan - klasse 3 Het, zonder behandeling in een uitbreiding, nieuwe rubriek (activiteit reeds vergund in rubriek 3.6.3.3.): het lozen van afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen 160 m³/u – 3.000 m³/dag bedrijfsafvalwater, afkomstig van de installaties binnen de van bedrijfsafvalwater dat al of niet één bestaande centrale, via hetzelfde lozingspunt voor koelwater in het Albertkanaal (klasse of meer van de in bijlage 2C bij titel I van 1); het Vlarem bedoelde gevaarlijke stoffen bevat in concentraties hoger dan de geldende milieukwaliteitsnormen voor het uiteindelijk ontvangende oppervlaktewaterlichaam, met een debiet van meer dan 100 m3/h - klasse 1 Het lozen van koelwater, met een debiet reeds vergund, geen veranderingen: het lozen in het Albertkanaal via één lozingspunt van 33.333 m³/u koelwater afkomstig van het koelwatercircuit van de elektrische van meer dan 100 m³/u - klasse 1. centrale, via één lozingspunt in het Albertkanaal (klasse 1); Afvalwaterzuiveringsinstallaties, met schrappen van de vergunde rubriek (aangevraagd in rubriek 3.4.3.): het lozen van 160 inbegrip van het lozen van het m³/u – 3.000 m³/dag bedrijfsafvalwater, afkomstig van installaties binnen de bestaande effluentwater en het ontwateren van de centrale en desgevallend ook uit de deconcentratiespui van de rookgasreiniging, na een bijhorende slibproductie: voor de behandeling, via hetzelfde lozingspunt voor koelwater in het Albertkanaal (klasse 1); behandeling van bedrijfsafvalwater dat al of niet één of meer van de in bijlage 2C bij titel I van het VLAREM bedoelde gevaarlijke stoffen bevat in concentraties hoger dan de geldende milieukwaliteitsnormen voor het uiteindelijk ontvangende oppervlaktewaterlichaam, met uitzondering van de in rubriek 3.6.5
6.1.3.a
7.1.1
12.1.3
12.2.1
ingedeelde inrichtingen, met een effluent tot en met 5 m3/h van meer dan 50 m3/h - klasse 1 Inrichtingen voor het mechanisch behandelen en verwerken van vaste brandstoffen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 1.000 kW, wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied - klasse 1
Niet elders ingedeelde inrichtingen, voor de productie, verwerking of behandeling van organische of anorganische chemicaliën met een jaarcapaciteit tot en met 1.000 ton - klasse 3. Elektriciteitsproductie: niet in rubriek 20.1.5, 20.1.6 en 43.2 bedoelde inrichtingen voor elektriciteitsproductie, uitgezonderd de aspekten die betrekking hebben op de kernbrandstofcyclus met een geïnstalleerd totaal elektrisch vermogen van meer dan 10.000 kW. Transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA - klasse 3.
12.2.2
Transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van meer dan 1.000 kVA - klasse 2.
12.3.1
Accumulatoren (gebruik van) : Vast opgestelde batterijen waarvan het product van het vermogen, uitgedrukt in Ah, met de klemspanning, uitgedrukt in V, meer bedraagt dan 10.000 - klasse 3. Accumulatoren (gebruik van) : Vaste inrichtingen voor het laden van accumulatoren door middel van toestellen met een geïnstalleerd totaal vermogen van meer dan 10 kW - klasse 3. Al of niet overdekte ruimte, andere dan deze bedoeld in rubriek 15.5 en rubriek 19.8, waarin gestald worden : 3 tot en met 25 autovoertuigen en/of aanhangwagens, andere dan personenwagens - klasse 3. Inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) : Koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van : meer dan 200 kW - klasse 2 Inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) : Andere dan onder 16.3.1 en 16.9.c ingedeelde inrichtingen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van : 5 kW tot en met 200 kW, wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied - klasse 3 Ontspanningsstations voor gassen, met een maximum debiet van meer dan 20.000 m³/u - klasse 1. Opslagplaatsen voor samengeperste, vloeibaar gemaakte of in oplossing
12.3.2
15.1.1
16.3.1.2
16.3.2.1.a
16.5
16.7.3
reeds vergund: diverse installaties met een totaal geïnstalleerde drijfkracht van 5.960 kW verandering door uitbreiding: diverse installaties met een totaal geïnstalleerde drijfkracht van 8.682 kW: 2 x 4 breekmolens van elk 330 kW 2 x 4 primaire luchtventilatoren van elk 320 kW 2 x 4 sperluchtventilatoren van elk 37 kW 2 x 4 afscheiders van elk 18,5 kW 2 x 4 strooiers/verdelers van elk 11 kW een houtstofinstallatie bestaande uit een hydraulische groep voor bediening ontladingsgassen van 50 kW, schroefaandrijvingen opslagbunkers (ontladingssysteem 50 kW), afzuigventilator stofzuiginstallatie van 50 kW 2 x 2 hamermolens elk 250 kW stofafzuiging, totaal 500 kW lossing, voorbehandeling, opslag en transport zuivere houtpellets, totaal 1.300 kW diverse kleine motoren (klasse 1); reeds vergund: een zwavelbrander (convertor SO2 naar SO3) met een jaarcapaciteit van 25 ton na uitbreiding: een zwavelbrander (verbranding van vloeibare zwavel naar SO2 en een omzetting van SO2 naar SO3) met een jaarcapaciteit van 500 ton (klasse 3); reeds vergund: totaal elektrisch vermogen van 101,33 MWe: 2 alternatoren van de dieselgroepen van elk 610 kWe, 2 alternatoren van de roterende omvormers ven elk 55 kWe en 2 alternatoren van de gasturbines van elk 50 MWe na verandering: totaal elektrisch vermogen van 80,98 MWe: 2 alternatoren van de dieselgroepen van elk 488 kWe en 2 alternatoren van de gasturbines van elk 40 MWe (klasse 1); reeds vergund, wijziging locatie: 16 transfo’s: transfo transportsyteem houtpellets: 1.000 kVA transfo’s algemene diensten: 2 x 630 kVA tranfo’s hulpdiensten opslag houtpellets: 2 x 630 kVA transfo wederinvoerventil (WIV): 630 kVA transfo’s primaire luchtventil (PLV): 8 x 400 kVA transfo hulpdiensten 1 lossing/voorbehandeling houtpellets: 100 kVA transfo hulpdiensten 1 transportsysteem houtpellets: 100 kVA (klasse 3); reeds vergund: 22 transfo’s na verandering: 21 transfo’s van respectievelijk: 2 x 360 MVA (hoofdtransfo’s) 1 x 104 MVA (transfo gasturbines) 1 x 26 MVA (starttransfo) 2 x 21 MVA (aftaptransfo’s) 2 x 10 MVA (aftaptransfo’s) 1 x 6 MVA (noodstarttransfo) 1 x 2 MVA (noodtransfo) 1 x 1.800 kVA (transfo lossing/voorbehandeling houtpellets) 2 x 1.600 kVA (transfo’s k-bord) 4 x 1.500 kVA (transfo’s algemene- en hulpdiensten) 4 x 1.250 kVA (aftaptransfo’s gasturbines (2x) en houtstofinstallatie (2x) (klasse 2); vergund: 18 batterijen van in totaal 537.248 V x ah na verandering: 22 batterijen van in totaal 778.256 V x ah: 4 batterijen 110 V: 4 x 1.000 Ah 5 batterijen 108 V: 3 x 300 Ah, 1 x 250 Ah en 1 x 486 Ah 1 batterij 48 V: 1 x 220 Ah 12 batterijen 26 V: 3 x 600 Vah, 4 x 500 Ah, 3 x 400 Ah, 2 x 404 Ah (klasse 3); reeds vergund, geen veranderingen: 33 gelijkrichters met een geïnstalleerd totaal vermogen van ca. 400 kW (klasse 3);
reeds vergund, geen veranderingen: 5 standplaatsen voor 2 bestelwagens, 1 vrachtwagen en 2 heftrucks (klasse 3);
reeds vergund: diverse installaties met een totaal vermogen van 3.312 kW verandering door vermindering: diverse installaties met een totaal vermogen van 1.763 kW: 12 compressoren met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 1.021 kW 4 drogers met een totaal vermogen van 12 kW 16 luchtblowers van elk 30 kW 52 kleine en grote koelinstallaties en airco-groepen met een totaal geïnstalleerde drijfkracht van ca. 210 kW 28 koelkasten met een totaal geïnstalleerde drijfkracht van ca. 4 kW reeds vergund, geen veranderingen: 4 drogers met een totaal vermogen van 12 kW (klasse 3);
reeds vergund, geen wijzigingen: 2 aardgasontspanstations met een totaal debiet van 125.000 Nm³/u: 1 aardgasontspanstation met twee ontspanlijnen van elk 40.000 Nm³/u 1 aardgasontspanstation met drie ontspanlijnen van elk 15.000 Nm³/u (klasse 1); reeds vergund, geen veranderingen: de gasopslag in verplaatsbare recipiënten met een totaal van 17.476 liter (zuurstof, acetyleen, propaan, stikstof, lasgas, argon, CO2,
16.8.3
17.3.2.1
17.3.3.3
17.3.6.1.b
17.3.7.1
17.4
19.6.3.a
20.4.3.2
24.1.2
29.5.2.1.a
gehouden gassen, in verplaatsbare recipiënten met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48 met een gezamenlijk waterinhoudsvermogen van meer dan 10.000 l - klasse 1. Opslagplaatsen voor samengeperste, vloeibaar gemaakte of in oplossing gehouden gassen, in vaste reservoirs, uitgezonderd deze van drukvaten deeluitmakend van compressoren en uitgezonderd buffervaten met een gezamelijk waterinhoudsvermogen van meer dan 10.000 l. Inrichtingen voor de opslag van zeer giftige, giftige en ontplofbare stoffen, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48, met een opslagcapaciteit van meer dan 10 kg tot en met 100 kg - klasse 3. Opslagplaatsen voor oxiderende, schadelijke, corrosieve en irriterende stoffen, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48, met een totaal inhoudsvermogen van meer dan 50.000 kg - klasse 1. Opslagplaatsen voor vloeistoffen met een ontvlammingspunt hoger dan 55°C, maar dat 100°C niet overtreft, met uitzondering van deze bedoeld in rubriek 48, met een totaal inhoudsvermogen van 100 l tot en met 20.000 l voor andere dan sub a) bedoelde inrichtingen. Opslagplaatsen voor vloeistoffen met een ontvlammingspunt hoger dan 100°C, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48, met een totaal inhoudsvermogen van 200 l tot en met 50.000 l - klasse 3. Opslagplaatsen , met uitzondering van deze onder rubriek 48, en/of verkoopspunten van in bijl. 7 bij titel I van het Vlarem bedoelde gevaarlijke stoffen, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van max. 25 liter of 25 kilogram, voor zover de max. opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 l en 5.000 kg of 5.000 l. Opslagplaatsen van hout e.d., met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 48 en rubriek 19.8, met een capaciteit van meer dan 200 ton of 400 m3 in een lokaal of 800 ton of 1.600 m3 in open lucht wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied - klasse 1. Inrichtingen voor de fabricage van anorganische chemische basisproducten, niet begrepen in rubriek 7 met een productiecapaciteit van 10 ton per jaar of meer - klasse 1. Laboratoria die enige biologische of scheikundige,minerale of organische, bedrijvigheid uitoefenen met het oog op opzoekingen, proeven, ananlyses, toepassing of ontwikkeling van producten , kwaliteitscontrole op producten, of met didactisch doel, die door hun afvalwater een hoeveelheid gevaarlijke stoffen lozen per maand en per stof die opgenomen is in lijst I van bijlage 2C: meer dan 1 kg. Smederijen, andere dan deze bedoeld in rubriek 29.5.1., en inrichtingen voor het
ijkgassen en lege gasflessen) (klasse 1);
reeds vergund: de opslag van in totaal 43.035 liter gassen: 20.000 liter SO2 in een bovengrondse tank, 3.385 liter N2 in een bovengrondse tank en 19.650 liter waterstof in vaste reservoirs na verandering door vermindering: de opslag van in totaal 23.235 liter gassen: 3.585 liter N2 in een bovengrondse, vastopgestelde tank en 19.650 liter waterstof in vaste reservoirs (klasse 1);
reeds vergund, geen veranderingen: de opslag van 25 kg diverse producten in het labo (klasse 3),
reeds vergund: de opslag van in totaal 1.553.500 kg oxyderende, schadelijke, corrosieve en irriterende stoffen na verandering door uitbreiding: de opslag van in totaal 1.590.000 kg waaronder in vastopgestelde opslagtanks: 1.456.000 kg (1.600 m³) NH4OH (24,5 %) 25.750 kg (25 m³) NaOH 37.605 kg (32,7 m³) HCl 53.700 kg (30 m³) S8 (vloeibare zwavel) (klasse 1); reeds vergund: de opslag van in totaal 86.508.300 liter (lichte stookolie, zware stookolie en diverse oliën) na verandering: de opslag van in totaal 7.500 liter waaronder een vastopgestelde, dubbelwandige, ondergrondse tank van 5.300 liter gasolie (klasse 3);
reeds vergund: de opslag van in totaal 37.000 liter na verandering door vermindering: de opslag van in totaal 35.000 liter waaronder 2 vastopgestelde opslagtanks voor afvalolie van resp. 5.000 en 2.000 liter (klasse 3);
reeds vergund: de opslag van 1.300 liter/kg gevaarlijke stoffen verandering door uitbreiding: de opslag van 1.900 liter/kg gevaarlijke stoffen in kleine verpakkingen (benzine, verf, ontvetter, ammoniakoplossing,…) (klasse 3);
vergund: 2 opslagsilo’s voor houtstof van afvalhout en/of biomassa-afvalproduct met elk een capaciteit van 600 m³ - de totale opslagcapaciteit bedraagt maximaal 1.200 m³ verandering door uitbreiding: 1 opslaghal van 70.000 ton zuiver hout (pelletvorm) en 2 stockagesilo’s voor houtstof met elk een capaciteit van 600 m³ (klasse 2);
schrappen van de vergunde rubriek: de productie van maximum 170.000 ton rookgasontzwavelingsgips per jaar (klasse 2);
reeds vergund, geen veranderingen: 2 labo’s met elk een lozing in het afvalwater van 20 kg gevaarlijke stoffen per jaar (klasse 2);
reeds vergund: een onderhoudswerkplaats uitgerust met draaibanken, slijpmachines ed met een totaal geïnstalleerde totale drijfkracht van 85 kW
29.5.3.1.a
29.5.4.1.a
29.5.7.1.a.1
31.1.3
31.1.4
39.1.3
39.2.1
39.2.2
39.5.2
43.1.3
43.2.2
43.3
mechanisch behandelen van metalen en het vervaardigen van voorwerpen uit metaal met een geïnstalleerde totale drijfkracht van: 5 kW tot en met 200 kW, wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied - klasse 3 Inrichtingen voor het thermisch behandelen van metalen of voorwerpen uit metaal met een geïnstalleerde totale drijfkracht van: 5 kW tot en met 200 kW, wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied - klasse 3 Inrichtingen voor het fysisch behandelen van metalen of voorwerpen uit metaal of stralen met zand of andere producten (uitgezonderd het stralen van een gebouw of enige andere vaste constructie) met een geïnstalleerde totale drijfkracht van: 5 kW tot en met 200 kW, wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied - klasse 3 Ontvetten van metalen of voorwerpen van metaal door middel van : gehalogeneerde oplosmiddelen of oplosmiddelen met een ontvlammingspunt tot en met 55° C met een totaal inhoudsvermogen van de baden en de spoelbaden van : 10 l tot en met 1.000 l, wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied Vast opgestelde motoren met een totaal nominaal vermogen van: meer dan 500 kW - klasse 1.
Vast opgestelde motoren met een totaal nominaal vermogen van: Turbines met een hoeveelheid vrijkomende warmte van meer dan 50 MW. Er kan overlapping zijn met sub 3° - klasse 1. Stoomgeneratoren, andere dan lagedruk stoomgeneratoren, met een waterinhoud van meer dan 5.000 l - klasse 1. Stoomvaten, met inbegrip van warmtewisselaars waarvan de primaire ruimte als stoomvat wordt beschouwd, met een waterinhoud van 300 l tot en met 5.000 l - klasse 3. Stoomvaten, met inbegrip van warmtewisselaars waarvan de primaire ruimte als stoomvat wordt beschouwd, met een waterinhoud van meer dan 5.000 l - klasse 2. Overige stoomtoestellen stoommachines (zuigermachines, turbines) met een vermogen (het vermogen van de brander valt onder rubriek 43) van meer dan 100 MW klasse 1. Verbrandingsinrichtingen zonder elektriciteitsproductie (stookinstallaties e.d.), met een totaal warmtevermogen van meer dan 5.000 kW - klasse 1. Verbrandingsinrichtingen met elektriciteitsproductie (thermische centrales), met inbegrip van het ombouwen ervan op een andere brandstof, met een totaal warmtevermogen van meer dan 5.000 kW - klasse 1. Stookinstallaties met een hoeveelheid vrijkomende warmte van meer dan 50 MW. (Er kan een overlapping zijn met
na verandering door vermindering: een onderhoudswerkplaats uitgerust met draaibanken, slijpmachines ed met een totaal geïnstalleerde totale drijfkracht van 55 kW (klasse 3);
reeds vergund, geen veranderingen: een gloeioven met een totaal vermogen van 18 kWth (klasse 3);
reeds vergund, geen veranderingen: 2 zandstraalmachines van elk ca. 5 kW (klasse 3);
reeds vergund, geen veranderingen: 2 afwasbakken voor het ontvetten van kleine onderdelen op basis van een product met een vlampunt van 51 °C – totaal inhoudsvermogen bedraagt 200 liter (klasse 3);
reeds vergund: diverse vast opgestelde motoren totaal nominaal vermogen van 87.102 kW verandering, vermindering: 2 dieselmotoren met elk een nominaal vermogen van 488 kWe, 2 gasturbines van elk 40 MWe en 1 dieselmotor van 60 kW (mobiele compressor) – totaal 81.036 kW (klasse 1); reeds vergund: 2 gasturbines van elk 43 MWe – totaal 86 MWe verandering, vermindering: 2 gasturbines van elk 40 MWe – totaal 80 MWe (klasse 1);
reeds vergund, geen veranderingen: 5 stoomgeneratoren met een totale waterinhoud van 785.900 liter: 2 x 373.500 liter (hogedruk stoomketels), 2 x 13.950 liter (recuperatieketels) en1 x 11.000 liter (hulpstoomketel) (klasse1); reeds vergund: diverse stoomvaten met een totale inhoud van 9.750 liter na verandering door vermindering: diverse stoomvaten met een totale inhoud van 4.780 liter: 2 x 2 weldexen van elk 920 liter en 1 stoomcollector roetblazers van 1.100 liter (klasse 3); reeds vergund, geen veranderingen: 2 x voorverwarmers 3, 4, 5, 6, 6’ en 7 – totale inhoud: 424.468 liter (klasse 2);
reeds vergund, geen veranderingen: 2 stoomturbines van elk 300 MW – totaal 600 MW (klasse 1);
reeds vergund, geen veranderingen: 1 stoomketel (hulpstoomketel) met een vermogen van 12 MWth (klasse 1);
reeds vergund: 2 stoomketels met elk een vermogen van 785 MWth op vaste brandstoffen (steenkool en houtpellets), aardolie of aardgas en het meeverbranden van RWZI-slib en afval en/of biomassa-afval na verandering door ombouw: 2 stoomketels (groep 1 & 2) met elk een vermogen van 600 MWth op vaste brandstoffen (zuiver hout) en aardgas als steunbrandstof – totaal thermisch vermogen: 1.200 MWth (klasse 1); reeds vergund: diverse stookinstallaties met een totaal thermisch vermogen van ongeveer 1.832 MWth na verandering: diverse stookinstallaties met een totaal thermisch vermogen van
de rubrieken 43.1 en 43.2) - klasse 1.
43.4
WV.1
ongeveer 1.432 MWth: stoomketel (groep 1 – Langerlo 1) van 600 MWth stoomketel (groep 2 – Langerlo 2) van 600 MWth gasturbine (Langerlo 3) van 110 MWth gasturbine (Langerlo 4) van 110 MWth 1 hulpstoomketel van 12 MWth (klasse 1); reeds vergund: verbrandingsinstallaties met een totaal vermogen van 1.835 MWth na verandering: verbrandingsinstallaties met een totaal vermogen van 1.435 MWth: Langerlo 1 en 2 + 3 en 4 van resp. 2 x 600 MWth en 2 x 110 kWth een hulpketel van 12 MWth 2 nooddiesels van elk 1,5 MWth (klasse 1);
Verbrandingsinstallaties (inclusief motoren) met een totaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 20 MW met uitzondering van installaties voor het verbranden van gevaarlijke stoffen of stadsafval - klasse 1.. Wijziging voorwaarden en waarbij afwijking wordt gevraagd van art. 5.43.2.1.3.§10 van Vlarem II inzake de continue meting van dioxinen en furanen
ter plaatse SWINNENWIJERWEG 30, perceel (percelen) : afdeling sectie 04 E 04 E 04 E
perceelnummer 494R 477E 477F