RAOUL
VAN DORT LETSELSCHADESPECIALIST
DE PLEISTER OP DE WONDE Het kan ons allemaal overkomen. Van de ene op de andere dag. Door een ongeval, door domme pech, tijdens het sporten, of gewoon thuis. Letselschade. Opeens ben je niet meer de mens die je was. Dingen die voorheen vanzelfsprekend waren, krijgen plots een andere lading. Met vaak ingrijpende consequenties voor het slachtoffer én zijn omgeving. Na de eerste schok volgen de vragen. Het is het begin van een vaak lange, moeizame zoektocht naar genoegdoening. Mr. Raoul van Dort (1962), letselschadespecialist uit Maastricht weet als geen ander hoe dat voelt. Zag tijdens zijn officiersopleiding aan de Koninklijke Militaire Academie in Breda zijn jongensdroom stuk gaan. Een uit de hand gelopen ontgroening zorgde voor blijvend knieletsel. Vele jaren later haalde Raoul van Dort zijn gelijk bij het Ministerie van Defensie. Deze gebeurtenis zou het begin inluiden van een nieuwe, boeiende carrière. Van militair naar landelijk bekend expert in de juridische jungle van letselschade! Het fraai ogende pand van Raoul van Dort ligt aan Het Bat in Maastricht. Ik word allerhartelijkst ontvangen door een relaxte en zelfverzekerde Raoul: het levende bewijs, dat er ook in geval van ernstige letselschade, ruimte overblijft voor kwaliteit van leven. Dat geeft de burger hoop. Hoe zag uw leven eruit na de ontgroening? 'De overbelaste knie veranderde in een ontstoken knie. Uiteindelijk ging het van kwaad naar erger. Er volgden een aantal operaties en ik werd gedwongen uit te wijken naar een andere carrière. Dat deed behoorlijk pijn. In eerste instantie wilde ik economie gaan studeren. Uiteindelijk heb ik in september 1983 voor een rechtenstudie gekozen.
Gaandeweg de studie, die ik overigens met veel plezier heb gevolgd, ontwikkelde zich mijn gevoel voor recht, maar vooral voor onrecht. Zo ontstond geleidelijk aan de gedachte om het Ministerie van Defensie verantwoordelijk te stellen voor mijn schade. Mijn knie zat inmiddels, na vele operaties, in september '86 volledig vast. Ik moest en zou mijn gelijk halen. Dat is na veel jaren van ingewikkelde, juridische procedures uiteindelijk gelukt. In de zomer van '87 ben ik afgestudeerd, na meer dan vijf jaar op krukken rondgelopen te hebben.'
RAOUL
VAN DORT LETSELSCHADESPECIALIST
En vervolgens? 'Na mijn studie heb ik aanvankelijk als junioradviseur gewerkt bij een fiscaal adviesbureau. Tegelijkertijd volgde ik een studie postdoctoraal belastingrecht in Tilburg. Ondertussen heb ik mijn zaken met Defensie afgehandeld. In die tijd werd ik steeds meer getroffen en geboeid door de complexiteit van de materie en procedures die te maken hadden met de afhandeling van letselschade. Inmiddels werd het mij duidelijk, dat het fiscale recht niet mijn pakkie an was. Te veel theorie, te weinig praktijk. Ik heb de omgang met mensen om me heen nodig om te bestaan. Vanuit mijn eigen letselschadezaak was mijn interesse gewekt voor de letselschadepraktijk. Ik had contact gelegd met Bureau Pals in Emmen om in de discussie met Defensie beter voorbereid te zijn. Toentertijd was Bureau Pals zo ongeveer de enige lestelschadespecialist in Nederland, die uitsluitend opkwam voor de belangen van het slachtoffer. Zij hadden echter alleen een kantoor in Emmen. De afstand Maastricht Emmen vormde dan ook een praktisch probleem. Het duurde vaak te lang voordat een afspraak voor een persoonlijk gesprek kon worden gemaakt. Toen mijn zaak werd afgehandeld, gaf ik dat Bureau Pals nog mee dat ze er eens over moesten denken een vestiging in het zuiden des lands op te richten. Toen ik het fiscale vak voor gezien hield, heb ik, begin jaren negentig, nog eens contact opgenomen met Bureau Pals in Emmen. Vanaf toen is het snel gegaan. Ik zou die vestiging gaan opzetten.Ik startte van een kantoor van huis uit. De lopende zaken in het zuiden dat waren er nog niet zoveel- werden aan mij overgedragen. Aan mij niet alleen de taak de toko op te zetten maar uiteraard ook uit te breiden. Ik was helemaal in mijn element en kon het goed vinden met de oprichter van het bureau, Bert Pals, die ik sterk bewonderde. Vanaf het eerste uur, tot zijn afscheid, halfweg de jaren negentig, heeft hij altijd op de barricades gestaan ten gunste van het slachtoffer. En was daar doorgaans zeer succesvol in. Dat sprak me erg aan. Hoe ging het verder? De 'vestiging' Maastricht groeide al snel uit zijn voegen. Mijn directe, laagdrempelige en sterk persoonlijke benadering sprak kennelijk veel mensen aan. Dat sprak zich rond.Toen we in '95 het kantoor vestigden in 'de Witte Raof' in Maastricht had ik zoveel dossiers in behandeling dat personele uitbreiding noodzakelijk was. In dat jaar ben ik vennoot-directeur geworden. Niet alleen kantoor Maastricht groeide daarna snel door. Ook landelijk groeide de organisatie uit zijn voegen. Bureau Pals werd Pals Groep en het groeide maar door. Daardoor veranderden ook mijn taken. Ik zag mijn cliënten steeds minder, mijn personeel steeds meer. Gaandeweg namen de managementtaken toe, ten koste van de dossierbehandeling. Ik kreeg steeds meer het gevoel dat we bezig waren met kwantiteit in plaats van kwaliteit. Ik miste het een-op-een contact met mijn cliënten. Ik miste de 'geur van de dossiers'. In 2003 heb ik de knoop doorgehakt. Ik
wilde terug naar een kleinschaliger formule. Een kantoor met een klein team dat tijd heeft voor cliënten en hun dossiers. Het moment was dan ook aangebroken om afscheid te nemen. Medio 2003 ben ik samen met mijn collega Michel Drok, onze secretaresses en mijn vrouw Ine gestart met Van Dort Letselschade in hartje Maastricht. Een nieuwe fase in mijn leven. Daar heb ik geen moment spijt van gehad. Integendeel, het is heerlijk weer als vanouds met cliënten en hun zaken bezig te zijn. Het is een voorrecht dat te kunnen doen met een gemotiveerd en goed op elkaar afgestemd team. Als ik kijk naar het aantal en de kwaliteit van de dossiers die we in die relatief korte periode hebben opgebouwd, ben ik er in alle opzichten van overtuigd, dat we de juiste keuze hebben gemaakt..’
Wat is letselschade eigenlijk ? 'Letselschade staat voor letsel veroorzaakt door schade en schade veroorzaakt door letsel. Letsel is een breed begrip. Dat kan lichamelijk letsel zijn, dat gaat dan van schaafwond tot hoge dwarsleasie, maar het kan ook psychisch zijn. Het is de schade, materieel of immaterieel, die ontstaat doordat je als gevolg van letsel bepaalde dingen niet meer kan, of anders moet doen. Dit nadeel, dat ontstaat door een onvrijwillig verstoord functioneren van de mens noemt men schade.In feite is het, simpel gezegd, het verschil tussen: wat hád ik en wat héb ik, en wat kón ik en wat kán ik? De schade kan bijvoorbeeld het inkomensnadeel zijn als gevolg van arbeidsongeschiktheid of bijvoorbeeld de niet-vergoede kosten van fysiotherapie. Maar ook gederfde levensvreugde, pijn, emoties, ofwel de immateriële schade hoort tot de schade die wordt vergoed bij letsel. Dat is wat men meestal het smartengeld noemt.’ Wat is de essentie bij de aanpak van letselschade? 'Op de allereerste plaats moet je de tijd nemen om je in te leven in de positie van het slachtoffer. Dat is cruciaal. Als je hierin geen tijd investeert, kun je naar mijn idee de schade
nooit goed beoordelen. Ik wil graag weten hoe het slachtoffer woont, hoe de gezinssituatie is, wat zijn hobbies zijn. Ik wil zien en vaststellen hoe hij of zij na het ongeval functioneert, waar de problemen liggen. Alleen dan kan ik meedenken naar oplossingen of verbeteringen en me verdiepen in de aard en de omvang van de schade. Persoonlijk contact is daarbij , zoals eerder gezegd, voor mij zeer belangrijk. Het is één van mijn drijfveren bij de uitoefening van dit vak. Ik sta liever tussen de mensen, dan dat ik van een afstand sta toe te kijken of het allemaal wel goed loopt. Dat heb ik van thuis uit meegekregen. Per slot van rekening ben ik ook maar een mens van gewone komaf. Het is dus van belang je in te leven in de problemen van het slachtoffer. De ervaringen vanuit mijn eigen letsel zijn daarbij nu een goed hulpmiddel. Ik heb een uitstekende leerschool gehad.' De discussie om een rechtvaardige schadevergoeding, leidt in de regel tot een stevige en vaak langdurige strijd. Meestal duurt het jaren voordat een zaak kan worden afgerond. Verzekeraars betalen niet graag en streven naar een zo laag mogelijke uitkering. Dat moet je steeds in je achterhoofd houden bij de behandeling van een zaak. Je moet als belangenbehartiger er voor zorgen dat je steeds 'de regie' behoudt en het initiatief neemt om te bepalen wat nodig is. Niet afwachten wat de verzekeraar wil. Dat is niet in het belang van het slachtoffer. Zelf keuzes en afwegingen maken onafhankelijk van de verzekeraar- om optimaal resultaat te behalen. Dát is aktief schaderegelen in het belang van het slachtoffer. ' . Wat kost jouw inschakeling de cliënt? 'Dat hangt af van de afspraken die daarover gemaakt worden. De cliënt kan opteren voor 'no cure no pay' of voor uurtarief. Bij no cure no pay wordt pas gedeclareerd wanneer onze inspanningen tot concreet resultaat hebben geleid. Bij deze afspraak loopt de cliënt dus geen financieel risico. Komt er niets uit, dan kost het hem ook niets. Alle kosten die gemaakt moeten worden voor een goede behandeling van de zaak, worden door ons voorgefinancierd. Dat betreft dus niet alleen onze eigen werkzaamheden, maar bijvoorbeeld ook de kosten van medische expertise, arbeidsdeskundige begeleiding of de kosten van een juridische procedure, zoals griffierechten en de advocaatkosten. Leiden onze inspanningen wel tot resultaat en wordt betaald door de verzekeraar, dan bedraagt ons honorarium een vast percentage van de gerealiseerde schadevergoeding, namelijk 15% inclusief btw. Als het komt tot een schadevergoeding, dan betaalt de verzekeraar ook onze nota op basis van gewerkte uren. Hetgeen de verzekeraar aldus betaalt, wordt weer in mindering gebracht op de 15% vergoeding. De cliënt hoeft dus slechts het eventuele verschil te betalen. Soms hoeft niets meer in rekening gebracht te worden. Maar men kan uiteraard ook kiezen voor een declaratie op basis van gewerkte uren. Dan zal ongeacht het resultaat altijd een nota volgen. Ook dan kan die nota bij de verzekeraar worden ingediend, wanneer er een verplichting tot vergoeding van de schade is. In dat geval kost het de cliënt dan niets. Nadeel is evenwel dat kosten van een juridische procedure niet verhaalbaar zijn. Daar zit voor de cliënt dus bij de urenafspraak een risico aan. Maar uiteindelijk mag hij zelf kiezen voor de optie die hem het best past. Uiteraard geven we desgevraagd een reële inschatting van de kansen en de (on)mogelijkheden, zodat een afgewogen besluit kan worden gemaakt. Daarbij valt het op dat de meeste cliënten kiezen voor no cure no pay. Dan weten ze voor hun
gevoel, wat het hun maximaal kan kosten.Welke voorkeur de cliënt ook heeft, het is van belang open en heldere afspraken met elkaar te maken. Geen onduidelijke terminologie, geen addertjes onder het gras. ‘ Slachtoffers worden mondiger, rechters lijken steeds hogere claims toe te kennen. Verwacht U Amerikaanse toestanden bij het schadevergoedingsrecht? 'Dan doelt u waarschijnlijk op de huizenhoge uitkeringen aan smartengeld die in Amerika toegekend worden? Op de eerste plaats is het zo dat in Amerika een heel ander rechtsysteem geldt, waarbij gebruik gemaakt wordt van een juryrechtspraak, die vaak zeer emotioneel beladen is. In de praktijk blijft van die miljoenenclaims, na hoger beroep, vaak minder dan de helft over. Daarbij kunnen de vergoedingen per staat onderling sterk verschillen. Ook kun je het sociale stelsel van Amerika niet vergelijken met het onze. In Amerika bestaan geen voorzieningen, zoals bijvoorbeeld de WAO, die al een deel van de schade of het tekort opvangen. Daar komt de volledige claim dus terecht bij de aansprakelijke partij. In Nederland ligt dat allemaal veel genuanceerder. Het hoogste bedrag dat in Nederland ooit aan smartengeld is uitbetaald is 'slechts' € 135.000. Dat is dan de 'zwaarste'categorie letsel, met andere woorden alles wat daar niet onder valt krijgt aan smartengeld in ieder geval stukken minder uitgekeerd. Dat scheelt behoorlijk ten opzichte van hetgeen in Amerika wordt betaald. Dus voorlopig geen claimcultuur in ons kikkerlandje. De minister van Justitie heeft in 2001 zijn zorg geuit over de ontwikkelingen op het gebied van het schadevergoedingsrecht. Hij waarschuwde de Tweede Kamer voor Amerikaanse toestanden. Diezelfde minister was een van de meest fervente voorstanders om het hele sociale stelsel op zijn kop te zetten. Een sterk staaltje van hypocrisie! U heeft al verschillende publicaties op uw naam staan, wat is het verhaal achter uw meest recente boek: 'Het verhaal van letselschade'? 'Ik heb het boek vooral geschreven uit betrokkenheid naar de slachtoffers. Daarom is het geschreven in heldere, voor iedereen toegankelijke taal: de taal van het slachtoffer. Ik kan begrijpen, dat mensen zich graag over dit onderwerp willen informeren, zonder meteen te rade te gaan bij derden. Daarnaast is het zo, dat de stichting Ombudsman verleden jaar een groot aantal letselschade-dossiers heeft bekeken die vastgelopen waren. Daaruit bleek dat het leeuwendeel van de schadegevallen strandden op de starre houding van de verzekeraars. Maar ook, en dat vond ik zeer verrassend, dat belangenbehartigers steeds minder de kunst verstaan om cliënten in normaal, begrijpelijk Nederlands uit te leggen waar het eigenlijk om gaat. Of mensen worden zo arrogant bejegend, dat ze bepaalde vragen niet eens durven te stellen. In het boek worden de verschillende facetten van de letselschade beschreven op heldere, handzame wijze die voor iedereen toegankelijk is.' Welk geval van letselschade heeft het meeste indruk op u gemaakt? 'Ik heb in de afgelopen jaren heel wat ellende gezien, maar een specifiek geval is me toch wel bijgebleven. Een zwangere vrouw, zit op de fiets met haar kind van twee voorop. Wil bij een kruispunt rechtdoor, terwijl de vrachtauto die naast haar staat naar rechts afslaat. Zij komen beiden onder het achterwiel van de vrachtauto terecht. Het kind is op slag dood, de vrouw heeft zwaar bekkenletsel en ernstige,inwendige
RAOUL
VAN DORT LETSELSCHADESPECIALIST
fracturen. Het ongeboren, nog niet levensvatbare kindje moet worden geaborteerd: het zoveelste klassiek dode hoek-geval met fatale gevolgen. Het ongeval speelde zich af tijdens de periode waarin wijzelf een zoontje van twee jaar hadden en mijn vrouw zwanger was van onze tweede . U begrijpt, dat dat er behoorlijk inhakt. Schade vaststellen is in zo'n zaak bijzonder relatief. Geen enkele financiële vergoeding weegt op tegen dergelijke ellende. Begeleiding en ondersteuning van betrokkenen is in dat geval van wezenlijke waarde. Het was fantastisch dat deze mensen met ongelofelijke steun en hulp van een vriendin die als draagmoeder wilde fungeren, na jaren toch nog een drieling op de wereld konden zetten. Ik ben er nog op kraamvisite geweest. Korte tijd daarna kon ik de zaak afwikkelen en konden de mensen dit nare hoofdstuk uit hun leven daadwerkelijk proberen af te sluiten.' Ten slotte: heeft u naast uw beroep als letselschadejurist nog andere passies? 'Jazeker, ik ben een groot muziekliefhebber, ben fanatiek sousaphonespeler in ons eigen bandje 'C'est ça'. Dat is voor mij de ultieme ontspanning. Daarnaast spendeer ik veel van mijn schaarse vrije tijd aan mijn functie als voorzitter van Watersportvereniging Randwyck. Een inmiddels bijna zestig jaar bestaande club met ongeveer 750 à 800 leden. Alhoewel dat vaak zeer inspannend is, geeft het ook voldoende ontspanning. Tijdens het Preuvenemint ga ik op zaterdagmiddag kijken en luisteren naar jazz-uitvoeringen. Dat doe ik al jaren samen met mijn schoonvader, een fantastische kerel. Daar wordt dan uiteraard een stevige pot bier bij gedronken. U begrijpt dat we dan niet voor de aardappelen thuis zijn. Die dag is voor mij belangrijk, daar zet ik graag andere dingen voor opzij. Ik kom ontzettend graag onder de mensen, of dat nu bij de watersportclub is of bij de 'Groete broonk' in Gronsveld, als ik maar mensen om me heen heb. Zet me op vakantie aub.niet op een verlaten Alpenweitje. Dat is beslist niet mijn ding. Ik ben een echt mensenmens.’