2015 Pedagogisch Beleidsplan BSO Bontekoe
BSO Bontekoe Jessica Schellevis Kerkstraat 5, 5175BA Loon op Zand Tel.: 0416 – 748026 Versie: 1
12-8-2015
Voorwoord Waarom BSO? Om schoolgaande kinderen buiten schooltijd binnen een vertrouwde en ontspannen omgeving optimaal te kunnen laten spelen met leeftijdgenootjes. Binnen onze BSO is de omgeving afgestemd op de wensen van het schoolkind. We willen kinderen dan ook echt iets bieden. Naast de verzorgende taak zien wij duidelijk nog een andere taak: We proberen kinderen uit te nodigen om op ontdekkingsreis te gaan en om hun creatieve & sportieve kant op een prettige manier te ontdekken. Het is voor ieder kind van belang dat het de ruimte krijgt om zijn eigen weg te vinden. Op school ligt de focus op het leren in groepsverband. Bij Bontekoe creëren we een kleinschalige opvang waar veel ruimte is voor de eigenheid van het kind. Na een lange schooldag kunnen kinderen behoefte hebben aan ‘ontladen’. Het is aan ons om hen hier op een prettige manier ruimte voor te bieden. Vandaar BSO Bontekoe en vandaar dit pedagogisch beleidsplan. Iedere kinderopvangorganisatie moet conform de Nederlandse wet- en regelgeving beschikken over een pedagogisch beleidsplan. Kinderopvang houdt namelijk meer in dan het bieden van een dak boven het hoofd en het geven van een maaltijd. In een pedagogisch beleidsplan beschrijft de kinderopvangorganisatie, naast de wettelijke bepalingen vanuit de Rijksoverheid, de opvoedkundige gedragslijnen. Dit zijn de richtlijnen volgens welke de pedagogisch medewerkers dient te werken. Pedagogiek is eigenlijk een ander woord voor opvoedkunde. Goede kinderopvang draagt dus bij aan het welbevinden van het kind, de persoonlijke en sociale ontwikkeling en de participatie in de omgeving. Hiervan kunnen de pedagogische doelen worden afgeleid. In de kinderopvang staan de volgende vier pedagogische doelen centraal: 1. het bieden van emotionele veiligheid; 2. een bijdrage leveren aan de persoonlijke competentie; 3. een bijdrage leveren aan de sociale competentie; 4. overdracht van waarden en normen. Deze doelen zijn in 2000 geformuleerd door J.M.A Riksen-Walraven, professor ontwikkelingspsychologie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, en opgenomen in de 'Wet Kinderopvang' (VWS 2004). Daarmee zijn de vier doelen leidend geworden voor de pedagogische beleidsplannen van alle organisaties voor kinderopvang. In dit pedagogisch beleidsplan laten wij bij Bontekoe ook zien wat ónze visie is met betrekking tot kinderopvang. Een visie waarin Bontekoe richting geeft aan het opvoedkundig handelen van de pedagogisch medewerkers. Voor Bontekoe is dit pedagogisch beleidsplan geen vrijblijvende handleiding. Wij verwachten van al onze pedagogisch medewerkers dat zij de richtlijnen in dit plan als basis zullen gebruiken voor de omgang met de kinderen, én met hun ouders. In de dagelijkse praktijk dient dit plan als houvast voor alle partijen. Als pedagogisch medewerker zul je je moeten conformeren aan het opvoedkundig beleid van Bontekoe, een beleid dat tevens bijdraagt aan het vertrouwen van de ouders in de opvang van hun kind bij Bontekoe. Overtreden van dit beleid, ofwel schaden van dit vertrouwen, heeft consequenties voor het voortbestaan van de relatie tussen de verschillende partijen. Het pedagogisch beleidsplan zal bij inschrijving overhandigd worden.
Pagina 2 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe
Inhoud Voorwoord .............................................................................................................................................. 2 Inhoud ..................................................................................................................................................... 3 -Hoofdstuk 1-Hoofdstuk 2-Hoofdstuk 3-
BSO Bontekoe .............................................................................................................. 4 De visie van BSO Bontekoe ...................................................................................... 4 De pedagogische doelen ............................................................................................. 5
-Hoofdstuk 3.1- Het bieden van emotionele veiligheid ............................................................... 5 -Hoofdstuk 3.1.1.- Geborgenheid & veiligheid tegenover uitdagingen ....................................... 5 -Hoofdstuk 3.1.2.- Waardering & respect tegenover duidelijke grenzen .................................... 6 -Hoofdstuk 3.2- Een bijdrage leveren aan de ontwikkeling ............................................................. 6 -Hoofdstuk 3.2.1.- Persoonlijke en Sociale competenties ........................................................... 6 -Hoofdstuk 3.2.2.- Het overbrengen van waarden en normen.................................................... 7 -Hoofdstuk 3.2.3.- De ontwikkelingsgebieden ............................................................................. 7 -Hoofdstuk 3.2.4.- Signaalfunctie van de pedagogisch medewerker........................................... 8 -Hoofdstuk 4-
Werkwijze, groep & leeftijdsopbouw .......................................................................... 8
-Hoofdstuk 4.1- De dagindeling van de BSO groep .......................................................................... 8 -Hoofdstuk 4.2- Ondersteuning op de groep ................................................................................. 10 -Hoofdstuk 4.2.1.- Ondersteuning door vrijwilligers .................................................................. 10 -Hoofdstuk 4.3- Het vier ogen principe .......................................................................................... 10 -Hoofdstuk 5
Het wenbeleid ........................................................................................................... 11
-Hoofdstuk 6
Hygiëne ...................................................................................................................... 11
-Hoofdstuk 7-
Algemeen................................................................................................................... 11
-Hoofdstuk 7.1- verzekeringen ....................................................................................................... 11 -Hoofdstuk 7.2- Klachtenreglement ............................................................................................... 11 -Hoofdstuk 7.3- Privacy .................................................................................................................. 11 -Hoofdstuk 7.4- Oudercommissie .................................................................................................. 12 -Hoofdstuk 8-
Protocollen BSO Bontekoe ........................................................................................ 12
Pagina 3 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe
-Hoofdstuk 1-
BSO Bontekoe
BSO Bontekoe biedt kleinschalige kinderopvang in De Bank, het voormalige Rabobankpand in Loon op Zand. Voor de BSO maakt Bontekoe gebruik van een eigen ruimte en hebben wij toegang tot een sportzaal. In deze BSO vinden we het belangrijk dat wij niet bepalen wat je gaat doen maar dat we samen bedenken wat er gedaan kan worden zodat ook voor oudere kinderen de BSO een leuke plek is om te vertoeven ! -Hoofdstuk 2- De visie van BSO Bontekoe Binnen Bontekoe richten wij ons op een BSO waar een kind mag doen waar hij zin in heeft, binnen alle grenzen en kaders. Na een schooldag is het fijn als je je kunt ontspannen, je verhaal kwijt kunt en kunt doen waar je zin in hebt. Wil je in de leeshoek, wil je knutselen, het kan en mag allemaal. En ga maar ontdekken wat er allemaal te doen is en wat je leuk vindt. Om te kunnen ontdekken is je omgeving erg belangrijk. Je hebt als kind een vertrouwde, liefdevolle en leerrijke omgeving nodig. De buitenschoolse opvang kan in het leven van een kind een heel unieke functie vervullen: in de buitenschoolse opvang komen kinderen tezamen in een vertrouwde groep van leeftijdgenoten, waarin ze hun vrije tijd doorbrengen. Deze situatie is vaak anders dan (en daardoor een mooie aanvulling op) wat kinderen thuis en op school meemaken. In tegenstelling tot school gaat het in de buitenschoolse opvang om vrije tijd, tijd dus om zelf activiteiten te kiezen en de eigen interesses te volgen èn tijd om nieuwe vriendschappen op te bouwen. Daarnaast kan de buitenschoolse opvang een mooie aanvulling zijn op het thuismilieu door het brede activiteitenaanbod en de groepssituatie. Vanuit ons motto "Doen waar je zin in hebt" geven wij ook in onze buitenschoolse opvang de talenten van ieder kind alle ruimte. We sluiten bij deze opvang bewust aan bij de voortschrijdende ontwikkeling die de kinderen tijdens de basisschoolleeftijd meemaken (o.a. groeiende zelfstandigheid en behoefte aan autonomie). Om de aanvullende functie van de buitenschoolse opvang in het leven en de ontwikkeling van kinderen optimaal vorm te geven leggen wij in onze buitenschoolse opvang de volgende accenten: » Het is vrije tijd voor de kinderen, dus ieder kind mag zelf kiezen waar hij/zij mee speelt en met wie. Ook even niets doen en bijkomen van een drukke schooldag mag! » Door een breed en afwisselend aanbod van activiteiten bieden we de kinderen gelegenheid om hun tijd op een prettige en zinvolle manier door te brengen en daarbij hun talenten te ontdekken en verder te ontwikkelen. Dit geven wij afgestemd op de ontwikkeling op verschillende manieren vorm: « We bieden activiteiten aan op de eigen locatie, zodat voor deze jonge kinderen veiligheid, vertrouwen en herkenbaarheid gewaarborgd wordt. » Waar mogelijk werken we bij ons activiteitenaanbod voor samen met externe organisaties, zoals de sportverenigingen, of huren we expertise in. » Uiteraard krijgt buitenspelen en natuurbeleving ook bij de buitenschoolse opvang een belangrijke plaats in het activiteitenaanbod. » Omdat de buitenschoolse opvang in een groep plaatsvindt, biedt het veel gelegenheid om te oefenen in sociale vaardigheden. Bij Bontekoe besteden we daarom veel aandacht aan het creëren van een positieve groepssfeer, waar geborgenheid en gezelligheid heerst. Een groep waarin ieder kind zichzelf mag zijn en tegelijkertijd verbondenheid voelt met de andere kinderen in de groep. » Naarmate kinderen zich ontwikkelen, worden vriendschappen steeds belangrijker voor kinderen. In de buitenschoolse opvang geven we veel gelegenheid voor het ontwikkelen en onderhouden van vriendschappen. » De groep van de buitenschoolse opvang vormt een uitgelezen plek om te oefenen in het samen nadenken over en vormgeven van het groepsgebeuren. « In de buitenschoolse opvang willen we daarom een vorm van kinderparticipatie ontwikkelen, die recht doet aan de groeiende behoefte van kinderen aan autonomie en tegelijkertijd een belangrijk instrument is om te oefenen in democratisch burgerschap. De opvang is kleinschalig, waardoor kinderen dezelfde leidsters treffen. Pagina 4 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe
Om je eigen ikje te kunnen ontdekken is het belangrijk dat je ook écht jezelf durft te zijn. Dat wordt makkelijker als je voelt dat de mensen om je heen je waarderen zoals je bent. Zeker bij jonge kinderen is het gevoel nog heel puur. Zij voelen feilloos aan of je respectvol met hen omgaat. Ook de sfeer van de ruimte bepaalt of je jezelf comfortabel voelt. Een sfeervolle ruimte doet iets met je. Tijdens het vrije spel is het van belang dat kinderen uitgenodigd worden om te spelen. Het moet er aantrekkelijk uitzien en iets aan hun fantasie overlaten. Vanuit onze visie kiezen wij niet voor een plastic uitstraling, dus manden van natuurlijke materialen en veel speelgoed van hout zorgen voor een warme uitstraling.
-Hoofdstuk 3- De pedagogische doelen -Hoofdstuk 3.1-
Het bieden van emotionele veiligheid
Kinderen zijn onderzoekers. Enerzijds hebben zij behoefte aan geborgenheid en veiligheid, anderzijds staan zij tegenover uitdagingen. Aan hun behoefte om te onderzoeken stel je duidelijke grenzen als opvoeder, terwijl je aan de andere kant dit gedrag juist aanmoedigt, en het kind in zijn waarde laat en respecteert. Hoe ga je hier in de praktijk mee om? Het bieden van een gevoel van veiligheid is de meest basale pedagogische doelstelling voor alle vormen van kinderopvang. Je kunt veiligheid bieden door vaste en sensitieve verzorgers, aanwezigheid van bekende leeftijdsgenoten en de inrichting van de omgeving. Kinderen moeten zich thuis kunnen voelen bij Bontekoe. Juist vanuit een gevoel van veiligheid kan een kind komen tot ontwikkeling door te ontdekken, te exploreren en te spelen. De pedagogisch medewerkers spelen hierin een cruciale rol, door te werken vanuit een sensitieve benadering van de kinderen. -Hoofdstuk 3.1.1.-
Geborgenheid & veiligheid tegenover uitdagingen
Kinderen hebben van kleins af aan al behoefte aan geborgenheid en veiligheid. De eigen ouder(s) en andere gezinsleden, aan wie het kind zich hecht, kunnen het kind een liefdevolle en veilige basis bieden. Vanuit deze basis kan een kind ook met andere volwassenen en kinderen een veilige vertrouwensrelatie opbouwen. Het is belangrijk dat het kind zich ook bij de pedagogisch medewerkers veilig en vertrouwd voelt. Continuïteit en regelmaat in de opvang door de vaste pedagogisch medewerkers zijn hiervoor essentieel. Daarnaast biedt de pedagogisch medewerkers ook fysieke veiligheid en bescherming. Het kind en de pedagogisch medewerkers raken als het goed is steeds meer op elkaar ingespeeld. De pedagogisch medewerker leert het gedrag van het kind adequaat te interpreteren, en het kind ervaart dat het met zijn gedrag de pedagogisch medewerker kan bereiken. Het kind kan dan troost en veiligheid vinden. Zo krijgt het kind vertrouwen in zichzelf, en durft het zijn omgeving te gaan onderzoeken. Een kind heeft uitdagingen nodig om te groeien en ontwikkelen. Als pedagogisch medewerker stimuleer je hiermee het ontwikkelingsniveau en de belangstelling van het individuele kind. Het versterkt hun zelfvertrouwen. Het is belangrijk dat de pedagogisch medewerker zelfredzaamheid aanmoedigt. Een kind mag experimenteren, zo leert een kind keuzes maken.
Pagina 5 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe
-Hoofdstuk 3.1.2.-
Waardering & respect tegenover duidelijke grenzen
De manier waarop een pedagogisch medewerkers het kind waardering geeft, heeft in vloed op het zelfvertrouwen van het kind. Het helpt bij de ontwikkeling van een positief zelfbeeld. Het kind heeft behoefte aan aandacht, en een pedagogisch medewerker besteedt vooral aandacht aan positief gedrag bij het kind. De pedagogisch medewerker kijkt en luistert goed naar de behoeftes van het kind, speelt hierop in, en stimuleert zo de mogelijkheden van het kind om te ontdekken en zich te verder ontplooien. Een kind heeft er recht op met respect behandeld te worden en serieus genomen te worden, en leert zo ook anderen te respecteren. Kinderen hebben daarnaast ook duidelijk grenzen nodig, omwille van: de veiligheid; het bieden van een zekere mate van rust en regelmaat; het leren rekening houden met de behoeften van anderen; het overdragen van normen en waarden; het leren dragen van verantwoordelijkheid voor het eigen gedrag. Als het kind iets doet wat niet mag, dan kan een pedagogisch medewerker ervoor kiezen om dit te negeren. Hij kan bijvoorbeeld wachten of twee kinderen zelf hun ruzie kunnen oplossen. De wijze waarop gehandeld wordt als een kind gedrag vertoont dat niet wordt goedgekeurd, wordt op voorhand al besproken door de ouder(s) met de pedagogisch medewerker. Wanneer de pedagogisch medewerker het kind corrigeert, dan moet voor het kind duidelijk zijn dat het niet als persoon wordt afgewezen, maar dat bepaald concreet gedrag wordt afgekeurd. Pas die regels als pedagogisch medewerker ook consequent toe. Morele regels moeten helder zijn en voortkomen uit een aantal (voor kinderen begrijpelijke) basisregels, zoals “Wij doen een ander geen pijn”. Kinderen zullen proberen de grenzen van deze regels af te tasten. Zij moeten ervaren wat er gebeurt als die grenzen overschreden worden. Door kinderen hierop aan te spreken, leren zij verantwoordelijkheid te dragen voor hun gedrag. BSO Bontekoe hanteert de stelregel dat de pedagogisch medewerker nooit en te nimmer zal corrigeren door het geven van een tik. Nogmaals, met de ouders wordt besproken op welke wijze de pedagogisch medewerker het gedrag van het kind corrigeert. -Hoofdstuk 3.2-
Een bijdrage leveren aan de ontwikkeling
-Hoofdstuk 3.2.1.-
Persoonlijke en Sociale competenties
Persoonlijke en sociale competenties van het kind, ofwel de bekwaamheden van het kind als persoon én in groepsverband. Belangrijk is de ruimte voor ontplooiing in eigen tempo enerzijds, en anderzijds stimulering van de ontwikkelingen. Met persoonlijke competentie worden persoonskenmerken zoals bijvoorbeeld veerkracht, zelfstandigheid en zelfvertrouwen, flexibiliteit en creativiteit bedoeld. Dit stelt een kind in staat om allerlei problemen op te kunnen lossen en zich goed aan te passen aan veranderende omstandigheden. Bij kinderen zijn exploratie en spel de belangrijkste middelen om grip te krijgen op hun omgeving. Exploratie en spel worden bevorderd door: inrichting van de ruimte en aanbod van materialen en activiteiten vaardigheden van pedagogisch medewerkers in het uitlokken en begeleiden van spel. Pedagogisch medewerkers scheppen condities voor spel door aanbod van materialen en activiteiten dat aansluit bij het ontwikkelingsniveau en de interesse van het kind, zonder het kind initiatief uit Pagina 6 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe
handen te nemen. Aanwezigheid van bekende leeftijdsgenoten. Goede relaties met leeftijdsgenoten bevorderen de kwaliteit van hun uitwisselingen en van hun spel. Het begrip sociale competentie omvat een scala aan sociale kennis en vaardigheden, zoals zich in een ander kunnen verplaatsen, kunnen communiceren, samenwerken, anderen helpen, conflicten voorkomen en oplossen, het ontwikkelen van sociale verantwoordelijkheid. De interactie met leeftijdsgenoten, het deel zijn van een groep en het deelnemen aan groepsgebeurtenissen biedt kinderen een leefomgeving voor het opdoen van sociale competenties. Het geeft aan kinderen kansen om zich te ontwikkelen tot evenwichtige personen die functioneren in de samenleving. -Hoofdstuk 3.2.2.-
Het overbrengen van waarden en normen
Het overbrengen van waarden en normen kan plaats vinden als de sociale en persoonlijke competenties van kinderen goed zijn aangeleerd. Een kind moet leren dat samenleven betekent dat er sociale verkeersregels zijn, dat er waarden en normen gelden. Pedagogisch medewerkers zijn voor het overdragen hiervan heel belangrijk. Wij dragen in onze houding en werkwijze onze waarden en normen uit en stimuleren dat de Kinderen deze waarden en normen overnemen, zodra en voor zover zij hiervoor al de benodigde competenties bezitten. Dit doen we door de waarden en normen te benoemen en uit te leggen waarom ze in verschillende situaties belangrijk zijn. -Hoofdstuk 3.2.3.-
De ontwikkelingsgebieden
De verschillende ontwikkelingsgebieden van het kind worden hieronder benoemd en verduidelijkt. Functieontwikkeling kent oneindig veel variaties en verschilt per kind. De Motorische ontwikkeling Dit betreft de groei van het lichaam, de spierontwikkeling en ontwikkeling van de zintuigen. Bij de spierbeheersing kunnen wij onderscheiden: I. II.
De grove motoriek: bewegingen van armen en benen zoals trappelen, kruipen, lopen, springen en fietsen. De fijne motoriek: alle kleine bewegingen van handen, vingers en tenen zoals grijpen, vasthouden, kleine kraaltje oppakken en knippen.
Bij deze functieontwikkeling maken we onderscheid in de verstandelijke, en de emotionele en sociale ontwikkeling. De verstandelijke ontwikkeling, daarmee wordt bedoeld de ontwikkeling van het denken. Het leren, het geweten en de taalontwikkeling. Terwijl de emotionele ontwikkeling zich meer richt op het gevoelsleven van het kind. De sociale ontwikkeling, daarbij leert het kind omgaan met andere kinderen, en volwassenen. Het kind heeft veel ruimte nodig om zijn grove motoriek verder te ontwikkelen. Kinderen rennen, klauteren en klimmen en spelen graag buiten. Bij zoveel drang tot bewegen is het belangrijk te letten op de veiligheid van de kinderen. Denk bijvoorbeeld aan stopcontactbeveiligers. De fijne motoriek is bij kinderen in de onderbouw nog minder ontwikkeld. Dat zijn bewegingen van met name de handen, zoals het vasthouden van een potlood, het binnen de lijntjes kleuren en het rijgen van kralen. De verstandelijke ontwikkeling Kinderen begrijpen en ontdekken de wereld om hen heen via de zintuigen. Ze raken het liefst spullen aan en willen zelf ervaren waar een voorwerp voor doelt. De ontwikkeling van taal gaat in een razend tempo en betekent een grote verandering voor de verstandelijke ontwikkeling. Een ander kenmerk Pagina 7 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe
van jonge kinderen is dat voor kinderen fantasie en werkelijkheid elkaar vlot afwisselen. We spreken wel van de magische wereld van het kind, een wereld waarin alles kan. Deze magische wereld blijft bestaan tot het kind ongeveer 6 jaar is. Tijdens de ontwikkeling leert het kind fantasie en werkelijkheid steeds beter scheiden. De basisveiligheid van het kind ontwikkelt zich verder. Als er sprake is van een veilige hechting dan krijgt een kind vertrouwen in volwassenen. Bij onveilige hechting kan wantrouwen ontstaan. -Hoofdstuk 3.2.4.-
Signaalfunctie van de pedagogisch medewerker
Door middel van observaties volgen de pedagogisch medewerkers de kinderen in hun ontwikkeling en welbevinden. Alle kinderen worden jaarlijks via een vastgestelde methodiek geobserveerd en zo nodig extra bij opvallend gedrag. Tevens is er contact met het consultatiebureau over een regelmatig bezoek aan onze BSO groep. Wanneer pedagogisch medewerkers gedrag waarnemen dat opvallend is, dan behoort het tot onze taak om dit vroegtijdig te signaleren. De pedagogisch medewerker gaat in gesprek met de ouders en de leidinggevende. Bij vermoedens van kindermishandeling of huiselijk geweld hebben wij ook de plicht actie te ondernemen. De procedure die wij hierbij hanteren is de meldcode Kindermishandeling, terug te vinden in ons facturatieprogramma Portabase.
-Hoofdstuk 4- Werkwijze, groep & leeftijdsopbouw -Hoofdstuk 4.1-
De dagindeling van de BSO groep
Het is belangrijk om een vaste dagindeling aan te houden, het geeft kinderen structuur en herkenning, geeft een veilig gevoel. De pedagogisch medewerkers scheppen de voorwaarden en bieden kinderen gedurende de dag voortdurend de ruimte om hun talenten te ontdekken en verder te ontwikkelen. Dit gebeurt op de eerste plaats door het aanbieden van zeer uiteenlopende vrije en meer gestructureerde activiteiten, waarbij het ontspannen van de kinderen centraal staat. Er is ruimte voor vrij spel met constructiematerialen, verkleedkleren, knutselmaterialen, rollenspelen (playmobil). Maar er is ook ruimte voor muziek, theater, zang & dans. Wij maken tevens gebruik van de inpandige gymzaal. Hier kan gespeeld worden met ballen, hoepels, vrij spelen maar ook diverse balspellen. Ook kan er hier gedanst worden, even uit je bol gaan op muziek. Bij het aanbieden van de activiteiten zoeken de pedagogisch medewerkers zoveel mogelijk aansluiting bij de initiatieven van de kinderen. Ze geven de initiatieven de ruimte door de voorwaarden te creëren, waarin ontdekken mogelijk wordt. Tijdens het spel observeren de pedagogisch medewerkers de kinderen nauwlettend en kijken ze waar ze het spel eventueel kunnen verdiepen en verbreden. Het gaat dus om kansen grijpen en creëren! Wanneer de pedagogisch medewerker een programma biedt na schooltijd dan kan het vrij lastig zijn op zich af te stemmen op de groep. Het ene kind wil na een drukke schooldag de rust opzoeken en even tijd voor zichzelf creëren. Het andere kind wil samen spelen of creatief bezig zijn. Het is ook geen natuurlijke situatie om de hele dag in één ruimte te spelen. Buiten spelen of in de gymzaal spelen gebeurt op vaste tijden, deze tijden zijn in overleg met het sportcentrum vastgesteld. En hebben te maken met een stukje planning in de gymzaal of een stukje veiligheid op de speelplaats. In principe zal de gehele groep in dezelfde ruimte spelen. Mocht er toch behoefte aan zijn om buiten en binnen te spelen dan zal er een beroep gedaan worden op Jessica of Priscilla zodat zij ook met een groepje kunnen spelen en er zo bij elk groepje toezicht is door een pedagogisch medewerkster. Mocht er op de speelplaats gespeeld worden door de gehele groep op dinsdag, donderdag of vrijdag en dient er een sanitaire stop gemaakt te moeten worden door een kind dan zal Jessica of Priscilla ter plaatse komen, de pedagogisch medewerkster kan hen altijd bereiken via de telefoon welke zij mee naar buiten neemt. Pagina 8 Pedagogisch beleidsplan versie 2015 BSO Bontekoe
Het buitenspelen gebeurt deels op de parkeerplaats van De Bank, welke eigendom is van De Bank, gelegen achter het gebouw. Deze parkeerplaats mag en zal afgesloten worden zodat buitenstaanders hier niet parkeren. Ook na sluitingstijd van De Bank is deze parkeerplaats afgesloten, er is nimmer sprake van hangjeugd of vervuiling/slopen van de materialen. Het aantal parkeerplaatsen is afgestemd op het gebouw, de gemeente heeft vastgesteld dat er per zoveel m2 een x aantal parkeerplaatsen beschikbaar moeten zijn. Dat leidt ertoe dat we geen deel vast af mogen scheiden van de parkeerplaats. Op sommige dagen zal de gehele parkeerplaats als speelplaats dienen en op andere dagen zal er een deel afgezet worden. Zie hieronder de details daarover. Op dinsdag, donderdag en vrijdag zal de gehele parkeerplaats afgesloten zijn tot 16:00 omdat het sportcentrum dan open gaat. Tot 16:00 kan er door de kinderen op de gehele parkeerplaats gespeeld worden. Denk aan ballen, hoepels, skippy ballen, tennissets, steppen, voetballen, basketballen, bal- en tikspellen. Na 16:00 kan er op een deel van de parkeerplaats gespeeld worden, Jessica of Priscilla zal dan gevraagd worden zich bij het groepje te voegen zodat zij ook toezicht kunnen houden. Op maandag en woensdag kan er alleen op een deel van de speelplaats gespeeld worden, het deel zal dan afgezet worden voor de tijd dat de kinderen buiten spelen met oranje pionnen. Met de kinderen zullen er gedragsafspraken gemaakt worden over de pionnen. Ook zal Jessica op maandag en Priscilla op woensdag er altijd bij zijn met het buitenspelen om zo de veiligheid te garanderen. Verder zal er ook gebruik gemaakt gaan worden van de speeltuin in de Willibrordusstraat, om de hoek bij De Bank, op nog geen 100 meter afstand gelegen. Mocht dat het geval zijn dan zal altijd Jessica of Priscilla mee gaan. Dit is een openbare speeltuin, gelegen op een veilige plek om te spelen voor de kinderen. Mochten er kinderen eerder terug willen naar de BSO ruimte dan kan Jessica of Priscilla met deze kinderen mee gaan en kan de pedagogisch medewerkster in de speeltuin blijven met de rest van de groep. Ook kan er besloten worden naar de bossen te gaan, deze bereik je gemakkelijk te voet vanuit de BSO. In dit soort gevallen zal altijd Jessica of Priscilla mee gaan om de groep te begeleiden. In eerste instantie verwachten wij daar te voet heen te gaan, de bossen zijn echt op loopafstand en al direct in de bossen kan er door de kinderen naar hartenlust gespeeld worden. We hoeven geen kilometers af te leggen voordat we bij een geschikt stuk bos zijn. In de praktijk: Kinderen starten hun opvang(mid)dag in de groep. De groep bestaat bij de buitenschoolse opvang uit maximaal 10 kinderen, onder leiding van een pedagogisch medewerker. De groep begint de (mid)dag altijd op eenzelfde plek, zodat er rust en regelmaat is aan het begin van de opvang(mid)dag. In een groep leren kinderen veel van wat van belang is voor hun sociale ontwikkeling: groepsvorming, elkaar helpen, rekening houden met anderen, conflicten oplossen. De pedagogisch medewerker geeft de kinderen uitleg en toelichting op het activiteitenprogramma. De kinderen worden in de gelegenheid gesteld en ondersteund om zelf een keuze te maken uit de aangeboden activiteiten. Zo zullen alle kinderen gebruik kunnen maken van de volledige binnen- en buitenruimte Bontekoe. De BSO bestaat uit 1 groep, de groep heeft een eigen ruimte binnen een verzamelgebouw met andere bedrijfjes. De BSO heeft een eigen entree en een eigen toegang tot de sportzaal en achter het gebouw is ( een deel van) de parkeerplaats beschikbaar als speelplaats.
Pagina 9 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe
De dagindeling kan er als volgt uitzien: 14:45/15:00 binnenkomst kinderen 15:00 gezamenlijk eten van een tussendoortje (fruit, peperkoek) en wat drinken 15:15 buiten spelen of in de gymzaal 16:15 vrij spel binnen (kinderen mogen knutselen, samen spelen, boekje lezen etc.) 16:45 snoepje 17:15 een ontspannende activiteit, voorlezen, zelf lezen. De grootte van de groep zal maximaal 10 kinderen bedragen. Dit is gebaseerd op de afmetingen van de ruimte. Mocht blijken dat een bepaalde groep bij een kleiner aantal kinderen voldoende is, doordat bijvoorbeeld sommige kinderen aandacht vragen, dan zal de groep niet uitgebreid worden tot het maximale aantal van 10. Het welzijn van de kinderen staat voorop. Ook voor de pedagogisch medewerkers moet het werkbaar blijven. De stamgroep BSO bestaat theoretisch gezien uit kinderen 4 t/m 13 jaar. Maar in de praktijk bezoeken kinderen BSO tot de leeftijd van ongeveer 10 jaar. Op deze locatie zal er één groep BSO draaien per dag, meer groepen is gezien de locatie niet haalbaar. Bij de inschrijving kunnen de ouders aangeven welke dagen / dagdelen zij hun kind willen laten opvangen. Flexibiliteit is mogelijk. De groepsgrootte bepaalt uiteraard hoeveel flexibiliteit we kunnen bieden. -Hoofdstuk 4.2-
Ondersteuning op de groep
-Hoofdstuk 4.2.1.-
Achterwacht/Ondersteuning door vrijwilligers
Er zal sprake zijn van één pedagogisch medewerker op de groep. Bontekoe is gesitueerd in een verzamelgebouw met daarin een lunchroom, een boekenbank, een sportcentrum en wat kantoorruimte, ook van Bontekoe. De bemiddelingsmedewerksters van Bontekoe kunnen indien nodig bijspringen, zij werken beide 4 dagen per week, niet tegelijk Priscilla is ’s maandags vrij en Jessica op vrijdag, en zij gaan niet tegelijk met vakantie omdat er anders geen bezetting meer is. Ook houden zij er in hun planning rekening mee dat zij eind van de middag op kantoor zijn. Jessica zal op maandag, dinsdag en donderdag aanwezig zijn tijdens de BSO uren om mee te helpen waar nodig, Priscilla zal elke woensdag en vrijdag beschikbaar zijn. Verder zijn er afspraken met de dames van de Boekenbank dat zij waar nodig bijspringen, een handje helpen indien nodig is geen probleem. Zij zitten naast de BSO en zien het ook direct als er een calamiteit zou zijn.
-Hoofdstuk 4.3-
Het vier ogen principe
Bij Bontekoe zullen niet altijd vier ogen aanwezig zijn. De opvang is gesitueerd in een verzamelgebouw, een coöperatie. In de lunchroom, gescheiden van de BSO-ruimte door 2 grote deuren met grote ramen erin, kan er door de dames van de Boekenbank continu meegekeken worden. De dames van de Boekenbank zijn er altijd, zij zijn een club van 30 vrijwilligers en werken volgens diensten en zijn altijd aanwezig als de BSO open is. Vanaf buiten kan er voortdurend meegekeken worden in de ruimte. De ruimte bestaat voor 50% uit ramen, van de vloer tot het plafond, dus is heel open van opzet. Er is een hele rij van ramen waar geen raamdecoratie voor hangt.
Pagina 10 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe
-Hoofdstuk 5 Het wenbeleid Kinderen kunnen ieder moment van de maand instromen. Na plaatsing van een kind vindt er altijd een persoonlijk gesprek plaats met de ouders. Samen vullen we een uitgebreid formulier in. Mag het bepaalde voeding niet eten in verband met een allergie, waar heeft het kind behoefte aan etc. We vragen de ouders om samen met het kind te komen kijken, zodat hij/zij sfeer kan proeven en eventueel kan meebeslissen of dit de juiste opvangplaats is. We proberen de nieuwe kinderen het gevoel te geven dat zij welkom zijn en zich veilig voelen, ook al zijn ze in een nieuwe omgeving. Dit proberen we o.a. te bereiken door verschillende dingen. De pedagogisch medewerker speelt zelf mee met het kind en zij vertelt duidelijk wat er gaat gebeuren. Als het kind naar papa of mama vraagt, vertellen de pedagogisch medewerkers wanneer papa of mama weer terug komt om het kind op te halen. Ook helpen de pedagogisch medewerkers als blijkt dat afscheid nemen lastig is. We spreken af dat papa of mama duidelijk afscheid neemt en gaat. Het kind en de pedagogisch medewerker zwaaien samen papa of mama uit. Papa of mama mag altijd bellen, als het afscheid moeilijk was maar ook op andere momenten om te informeren hoe de opvang verloopt.
-Hoofdstuk 6
Hygiëne
Een hygiënische opvangomgeving en een goede lichamelijke verzorging, zorgen ervoor dat onnodige ziektes zoveel mogelijk worden uitgesloten. Ouders en pedagogisch medewerkers maken hier ook afspraken over. De pedagogisch medewerkers beschikken over het protocol hygiëne dat vrij inzichtelijk is in ons facturatieprogramma Portabase. Bontekoe verwacht van haar pedagogisch medewerkers dat zij hiervan op de hoogte zijn en ook volgens dit protocol werken.
-Hoofdstuk 7- Algemeen -Hoofdstuk 7.1-
verzekeringen
BSO Bontekoe draagt zorg voor de verzekeringen van de kinderen in de opvang. -Hoofdstuk 7.2-
Klachtenreglement
De medewerker van Bontekoe informeert over de klachtenregeling. Deze regeling geldt voor aspecten van het bureau en de dienstverlening. Ouders kunnen met klachten bij de pedagogisch medewerkers terecht. De klacht wordt naar behoren behandeld. Verder is de BSO aangesloten bij de Stichting Klachtencommissie Kinderopvang (SKK). De SKK kan een officiële uitspraak doen over de afhandeling van de betreffende klacht. De klager heeft zelf de keuzemogelijkheid om de klacht intern bij Bontekoe of via de SKK te laten behandelen. -Hoofdstuk 7.3-
Privacy
Binnen BSO Bontekoe hanteren we de regels conform de privacywetgeving. Kinderen vertellen echter in hun onschuld een pedagogisch medewerker, met wie zij een band hebben opgebouwd, soms zaken over hun thuissituatie. Zaken die mogelijk gevoelig van aard zijn. Hierbij kun je denken aan ziektes, financiële situatie, vakanties, ruzies, gewoonten, en dergelijke. Als pedagogisch medewerker weet je hier op een juiste wijze mee om te gaan, en kun je goed inschatten welke informatie je als vertrouwelijk Pagina 11 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe
kunt bestempelen. Hiermee bedoelen we dat mogelijk gevoelige informatie tussen vier muren blijft. Je deelt deze vertrouwelijke informatie dus niet met anderen. -Hoofdstuk 7.4-
Oudercommissie
Deze commissie wordt regelmatig geïnformeerd door Bontekoe over de gang van zaken binnen van Kinderopvang Bontekoe. De commissie heeft het recht om advies te vragen en geven. Het reglement waarbinnen de commissie actief is, wordt opgesteld door de medewerker van het bureau, en de commissie stelt vervolgens zelf haar huishoudelijk reglement op. De leden van de oudercommissie worden door de ouders zelf gekozen. BSO Bontekoe houdt rekening met de bescherming van de persoonlijke gegevens. Dit is mede opgenomen in het huishoudelijk reglement van de oudercommissie. Het algemene reglement van de commissie is in te zien en te downloaden op de website van het bureau. (www.kinderopvangbrabant.nl)
-Hoofdstuk 8- Protocollen BSO Bontekoe
Op de website van Bontekoe (www.kinderopvangbrabant.nl) zijn de volgende protocollen en formulieren in te zien en te downloaden:
Algemene voorwaarden Kindermishandeling
Klachten reglement
Reglement oudercommissie
Ook zijn deze documenten en andere protocollen o.a. hygiëne, gebruik geneesmiddelen/medische hulpmiddelen en zieke kinderen te vinden in het facturatieprogramma. Mocht je nog vragen hebben naar aanleiding van deze protocollen dan horen wij dit graag. Kinderopvang Bontekoe Kerkstraat 5, 5175 BA, Loon op Zand Kantoor: (0416) 532321 Mobiel: (06)48948933
BSO/Peuterschool: (0416) 748026 E-mail:
[email protected] KvK nr. 63519461
Jessica Schellevis
Pagina 12 Pedagogisch beleidsplan versie 2015
BSO Bontekoe