www.researchportal.be - 1 Oct 2015 21:50:19
Onderzoeksprojecten (1000 - 1500 van 5444) Zoekfilter: Classificaties: TOEGEPASTE WETENSCHAPPEN (T)
Meten, modelleren en regelen van zwak niet-lineaire, traag variërende dynamische systemen. Universiteit Antwerpen Abstract: De drie beentjes van het middenoor vormen een impedantieaanpasser tussen akoestische vibraties in de lucht en de vloeistof in het slakkenhuis, en worden klassiek gezien als een lineair systeem. Het slakkenhuis zelf werkt als een actieve feedback versterker, met sterke nietlineariteit bij zeer lage geluidsniveaus, maar die satureert bij hogere niveaus. De actieve cochleaire processen kan men waarnemen als zgn. otoakoestische emissies die het oor uitstuurt wanneer geluid wordt aangeboden. Bij fysiologisch relevante geluidsdrukken zal de middenoorketen echter ook een zwakke niet-lineariteit introduceren, die tot op heden niet kon gekwantificeerd worden, en die vermengd is met de cochleaire respons. In recent werk is er aandacht voor niet-lineaire middenoor effecten, maar dan op het niveau van zeer grote statische drukken. In het huidige project zullen we laser-vibrometrie gebruiken om de vibraties van de individuele beentjes te registreren. De vibraties worden gemeten bij toenemende geluidsdruk, waardoor we een traag varierend systeem bekomen, en we met de voorgestelde signaalverwerkingstechnieken de (toenemende) zwakke niet-lineariteit kunnen detecteren en kwantificeren. Door de experimenten uit te voeren voor en na overlijden van het proefdier, kunnen we de evolutie van de niet-lineariteit opmeten wanneer de bijdrage van de cochlea ophoudt te bestaan (de actieve feedback is uitsluitend aanwezig in de gezonde actieve cochlea ), en zo het middenoorsysteem identificeren inclusief niet-lineaire karakteristiek. Door op de verschillende gehoorsbeentjes apart te meten, kunnen we detecteren op welke punten van de keten de zwakke niet-lineariteit ontstaat. De resultaten zullen een belangrijke vernieuwing brengen in de interpretatie van oto-akoestiche emissies, mogelijk toelaten deze emissies te onderscheiden van middenoor-niet-lineariteit bij hogere geluidsdruk, en een fundamenteel nieuw aspect van de middenoorketen belichten. Tevens wordt een meetopstelling ontwikkeld om met heterodyne interferometrie vibratiemetingen te bekomen op exact gekende coordinaten en hoeken van de middenoorbeentjes (enkele mm groot). Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx
Moleculaire genetica van frontotemporale dementia : opsporen van causale genen en genetische risicofactoren. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft als algemene doelstelling een bijdrage te leveren tot een betere kennis van de genetische etiologie van familiale en sporadische FTD. De specifieke doelstellingen zijn: 1) Verzamelen van FTO patiënten en families, 2) Identificatie van het genetisch defect voor FTOU-17, 3) Identificatie van nieuw chromosomale loci voor FTO en 4) Genetische associatieanalyse van MAPT in FTO patiënt populaties. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Marc Cruts • Christine Van Broeckhoven • Samir Kumar-Singh
Onderzoek van RAB7 en HSP22/27 in relatie tot Charcot-Marie-Tooth neuropathie type 2B en distale hereditaire motorische neuropathie type II. Universiteit Antwerpen Abstract: In het lopende FWO onderzoeksproject (G.0411.05, 2005-2008) onderzoeken we de moleculaire en functionele genetische aspecten van genen betrokken in erfelijke perifere zenuwaandoeningen. Dit nieuwe onderzoeksproject (2006-2009) heeft echter als doel het functioneel onderzoek uit te breiden met de studie van transgene muismodellen voor CMT2B en distale HMN type II. CMT2B en distale HMN type II vormen twee extreme fenotypes waarbij in CMT2B vooral de sensorische neuronen aangetast zijn, terwijl in distale HMN II de motorische neuronen betrokken zijn. Voor beide fenotypes werden in onze onderzoeksgroep de ziekteverwekkende genen geYdentificeerd; RAB7 voor CMT2B, en HSP22/HSP27 voor distale HMN type II. Muismodellen zijn essentieel voor het bestuderen van de pathologische mechanismen, zoals neurodegeneratie, en het bestuderen van magelijke therapeutica voar erfelijke perifere neuropathieen. Organisaties: • VIB DMG - Perifere Neuropathieën
Onderzoekers: • Vincent Timmerman
Synthese van Nieuwe Bloedplaatjes Aggregatie Inhibitoren gebaseerd op een Pyridazin-3(2H)-one Skelet. Universiteit Antwerpen Abstract: Het effect van substitutie op de C-4 positie van 2-methyl-5-[(1E)-3-oxo-3-fenylprop-1-en-1-yl]pyridazin-3(2H)-on op de inhibitie van bloedplaatjesaggregatie zal worden nagegaan. Tevens zal bestudeerd worden wat de invloed is bij verplaatsing van de 3-oxo-3-fenylprop-1-en-1ylgroep op C-5 naar C-4 en C-6, en van substitutie van deze groep door een (fenylsulfinyl)vinyl-, een (fenylsulfonyl)vinyl- en een (difenylfosforyl)vinylgroep. Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Guy Lemiere
Onderzoek naar de efficiëntie van een OFDM modulatiesysteem voor akoestische onderwater communicatie. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project zal onderzoek gedaan worden naar de inzetbaarheid van OFDM modulatie voor digitale akoestische onderwater communicatie. Verder zullen spectrale ruiskarakteristieken onder water onderzocht worden om zo een aantal van de systeemparameters van het OFDM communicatiesysteem vast te kunnen leggen. Organisaties: • Fundamentele Wiskunde
Onderzoekers: • Robert Lowen • Herbert Peremans
Studie van de Transesterificatie van Triglyceriden met Mono-alcoholen onder Invloed van Microgolfverwarming. Universiteit Antwerpen Abstract: Onderzoek naar de transesterificatie van triglyceriden met mono-alcoholen onder invloed van microgolfverwarming, met het oog op rendementsverhoging, verhoging in reactiesnelheid en gebruik van lagere (zero) hoeveelheden katalysator. Dergelijke doorbraak kan leiden tot goedkopere productieprocessen voor biodiesel, goedkope aanmaak van de waardevollere vetzure esters van hogere alcoholen, reductie qua afvalstromen bij opwerking en compactere industriële productieprocessen (doorstroomreactoren). Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Roger Dommisse • Bert Maes
Fysische verstoring van getijdengebieden door golfslag van schepen in het Schelde-estuarium. Universiteit Antwerpen Abstract: Het Schelde-estuarium is economisch en ecologisch zeer waardevol. Het ecologisch functioneren wordt gehypothekeerd door een te hoge dynamiek van het estuarium. In dit project wordt één aspect van die dynamiek bestudeerd: golfslag afkomstig van schepen. Enerzijds worden factoren van golfopwekking geëvalueerd, anderzijds wordt het effect van golfinslag op fysiche verstoring van intergetijdengebieden onderzocht. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Impedantiespectroscopie in sensor ontwikkeling. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project beoogt de introductie van de impedantiespectroscopie in het departement IWT van de KDG en in de reeds lopende sensor ontwikkeling van de UA onderzoeksgroep "Chromatografische organische sporenanalyse". Deze techniek levert ons informatie over de verschillende proscessen die plaatsgrijpen tijdens de potentiaalopbouw (massatransport, diffusie, ion-elektron conversie, ¿). Met deze informatie zullen we een gerichte sensor ontwikkeling kunnen doorvoeren. Organisaties: • Chromatografische organische sporenanalyse
Onderzoekers: • Lucien Nagels
Berekening van strain in materialen onder stress m.b.v. de eindige elementen methode. Universiteit Antwerpen Abstract: Het berekenen van stress en strain is niet enkel belangrijk in ingenieursproblemen, maar o.a. ook in zelf-georganiseerde kwantumstippen. In dit project wensen we de strain te berekenen voor complexe geometrieën en samenstellingen van zulke kwantumstippen met de elasticiteitstheorie zoals die ook door ingenieurs gebruikt wordt. We zullen dit doen met de onder ingenieurs populaire eindige elementen methode. De resultaten zullen dan als input gebruikt worden voor elektronische structuurberekeningen van deze kwantumstippen. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Francois Peeters
Ontwerp van een inplanteerbare micro-actuator. Universiteit Antwerpen Abstract: Diverse technieken kunnen aangewend worden om elektrische energie om te vormen naar een lineaire beweging. Uit een voorstudie blijkt dat de elektromagnetische weg het meest haalbare is. Het doel is hiermee een ontwerp te maken van een inplanteerbare micro-actuator. De medische toepassingen situeren zich vooral in het aansturen van microkleppen, drug-delivery-systems en hoogfrequente stimulatie. Organisaties: • Medische elektronica
Onderzoekers: • Stefaan Peeters
Computerlinguistiek, taal- en spraaktechnologie. Universiteit Antwerpen Abstract: CLIF is de Vlaamse vereniging van onderzoeksgroepen voor computerlinguistiek, taal- en spraaktechnologie. Het doel van de vereniging is het stimuleren van samenwerking op het gebied van onderzoek en de gezamenlijke ontwikkeling van hulpmiddelen die de capaciteiten van individuele deelnemende groepen te boven gaat. Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Walter Daelemans
Preseniline 1 geïnduceerde tau pathologie: biochemische en neuropathologische karakterisering in de mens en in muismodellen. Universiteit Antwerpen Abstract: Presenilines (PS1 en 2) zijn integrale componenten van het gamma-secretase complex dat verantwoordelijk is voor de klieving van een aantal transmembranaire proteïnen zoals het amyloïd precursor proteïne (APP) en Notch. Mutaties in PS1 zijn een belangrijke oorzaak van familiale Alzheimer dementie (FAD). Er wordt aangenomen dat PS mutaties FAD veroorzaken via de 'amyloïd cascade' waarbij Aß accumulatie tau fosforylatie en neurodegeneratie voorafgaat. Meer en meer gegevens suggereren echter dat PS direct kunnen interageren met tau en tau kinasen. In ons departement werd een PS1 mutatie (G183V) geïdentificeerd die pathologische frontotemporale dementie (FTD) van het Pick-type veroorzaakt. Progressieve veranderingen in gedrag of taaldysfuncties worden waargenomen als gevolg van deze ziekte, die een belangrijke oorzaak is van dementie in patiënten jonger dat 65 jaar. Het doel van dit project is het bestuderen van de onderliggende mechanismen van tau accumulatie ten gevolge van mutant PS1 G183V met behulp van cellulaire modellen en muismodellen. Deze modellen kunnen meer duidelijkheid scheppen over de manier waarop een pathologische PS1 mutatie tau pathologie en/of neurodegeneratie kan veroorzaken. Organisaties:
• VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven • Samir Kumar-Singh • Hans Wils
Milieutoxicologie. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek spitst zich toe op twee aspecten van de ecotoxicologie : 1) De biobeschikbaarheid en accumulatie van polluenten door zowel terrestrische als aquatische organismen zal verder bestudeerd worden. Hierbij zullen modellen worden opgesteld die het mogelijk moeten maken om onder natuurlijke omstandigheden te kunnen voorspellen hoe polluenten zullen accumuleren. 2) Relaties tussen opgenomen dosis en effecten op verschillende niveaus van biologische organisatie zullen worden onderzocht, met bijzondere aandacht voor effecten op het niveau van de levensgemeenschappen. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Lieven Bervoets
Improving safety and quality of live of wheel chair drivers by using innovative 3D cameras. Universiteit Antwerpen Abstract: Improving safety and quality of live of wheel chair drivers by using innovative 3D cameras. Organisaties: • Menselijke fysiologie en pathofysiologie
Onderzoekers: • Victor Claes
Experimentele beproeving en numerieke simulatie van de slijtage in gewikkelde composietlagers Universiteit Gent Abstract: Het wrijvings- en slijtagegedrag van gewikkelde composietlagers in gebruiksomstandigheden wordt bestudeerd op experimenteel en theoretisch vlak. Er wordt een nieuwe proefopstelling gebouwd voor het statisch en dynamisch tesetn van het composietlager onder asbelasting. De stijfheid en sterkte, kruipgedrag en wrijvings- en slijtagegedrag van het composietlager worden experimenteel in kaart gebracht. Dit model wordt geïmplementeerd in een commerciële eindige-elementencode en laat toe om de slijtage van realistisch belaste gewikkelde composietlagers te simuleren. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Joris Degrieck • Patrick De Baets • Wim Van Paepegem
Ontwikkeling van een virtueel echografisch fantoom voor intravasculair ultrageluid Universiteit Gent Abstract: Doelstelling is het creeëren van een uniek 3-dimensionaal anatomisch en fysiologisch correct virtueel echografisch fantoom van de aorta in de buikholte, de toevoerende arterie naar de lever en het vaatgebied van de lever. Het model zal rekening houden met de vloeistof-wand interactie in de grotere vaten en toelaten om ultrageluidsgolven en hun interactie met bloed en weefsel te simuleren. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Pascal Verdonck • Patrick Segers • Jan Vierendeels • Yves D'Asseler
Nieuwe aansturingstechnologieën voor elektronisch blad displays Universiteit Gent Abstract: Elektronisch blad beeldschermen is een nieuw opkomende technologie die door middel van een bistabiel flexibel beeldscherm de papieren krant of boek op termijn wenst te vervangen. Dit project heeft tot doel een nieuwe aansturingsarchitectuur en technologie te ontwikkelen dmv een nieuwe klasse van aansturings IC's die ge-embed zullen worden in een passief aangestuurd flexibel EPID beeldscherm. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Jan Doutreloigne • Jan Vanfleteren • Herbert De Smet
De generische rol van staal (-kwaliteit en -calculatie) in ontwerp en renovatie van de Belgische architectuur Universiteit Gent Abstract: Het project wil de invloed traceren van de evolutie in de staaltechnologie (kwaliteit en calculatie) op de Belgische architectuur. Dit noodzaakt een dubbele invalshoek: het onderzoek situeert zich op het raakvlak tussen 'constructief weten' en architectuur het vergt een combinatie van expertise in geschiedenis en recpetie van architectuur en een diepgaande kennis van staalbouwtechnieken dit zowel in een historisch kader als in actuele toepassingen en renovaties. Deze dubbele invalshoek van het onderzoek verantwoordt een samenwerking tussen het Labo Soete, het Labo voor Modelonderzoek en de Vakgroep Architectuur en Stedenbouw van de Universiteit Gent. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Guy Lagae • Rudi Denys • Emiel De Kooning • Ronald De Meyer
Wiskundige analyse van niet-stationair transport en reactie in heterogeen gekatalyseerde chemische processen Universiteit Gent Abstract: Reactie gecombineerd met transport door diffusie wordt wiskundig beschreven met het oog op het verkrijgen van kinetische informatie. De gevolgen van niet-lineaire kinetiek voor het optreden van ontsteking en uitdoving worden bestudeerd. Wiskundige analyse van niet-stationair transport en reactie in heterogeen gekatalyseerde chemische processen. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Roger Van Keer • Guy Marin
Vraaggestuurde draadloze ventilatiesystemen met natuurlijke toevoer voor woongebouwen Universiteit Gent Abstract: Het algemene innovatiedoel van de studie is de ontwikkeling van een vraaggestuurde extractieventilatie waarbij de energiebesparing zo hoog mogelijk is. Daarbij wil men gebruik maken van zelfregelende roosters, mechanisch geregelde afvoermonden die gestuurd worden in functie van aanwezigheid en relatieve vochtigheid, en een gelijkstroomventilator met meerdere standen. Het systeem moet draadloos zijn, en eenvoudig in gebruik. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Arnold Janssens
Numerieke modellering van het massatransport bij hemodialyse Universiteit Gent Abstract: Massatransport in kunstnier: het convectief transport van middelgrote moleculen wordt bestudeerd in een nanoscopisch model van de bloed-membraan interactie. De bekomen resultaten worden verder gebruikt in het verder ontwikkelde bestaande microscopische 3D model van een kusntniervezel. Dit model wordt gevalideerd door in vivo data en kan vervolgens aangewend worden voor het uitvoeren van een parameterstudie mbt de kunstniergeometrie. Massatransport in Genius: Om het mengproces in de container beter te begrijpen wordt een tweedimensionaal axisymmetrisch numeriek model van de container otnwikkeld dat toelaat de verdeling van temperatuur en concentratie te visualiseren. De nietstationaire vloeistofdynamische vergelijkingen worden samen met de convectie-diffusie vergelijking opgelost voor de concentratiebepaling en samen met de wetten van Fourier en Newton voor de temperatuursbepaling. Het model zal gevalideerd worden op basis van de resultaten van een vijftal in vitro en/of in vivo experimenten. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Pascal Verdonck
Prestatiegerichte betonsoorten (IWT-project Technologische Dienstverlening) Universiteit Gent Abstract: De hoofddoelstelling van de technologische dienstverlening is wetenschappelijk geundeerde informatie en advies te verstrekken aan actoren in de betonsector met het oog op het verhogen van de duurzaamheid en kwaliteit van cementgebonden materialen en betonconstructies. In de doelgroep komen de producenten van stortklaar beton en van prefab betonproducten evenals architecten en aannemers op de eerste plaats. Om tot duurzame constructies te komen is het echter noodzakelijk ook de toeleveranciers en/of klanten van bovenvermelde groepen bij de problematiek te betrekken. Een tweede doelstelling is de verspreiding van wetenschappelijke informatie betreffende technologische innovaties op het vlak van materialen en technieken naar voornamelijk kleine en middelgrote ondernemingen in de betonsector. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Luc Taerwe
SB Marijke Steeman: hygrische inertie van gebouwen: modellering en experimentele bepaling Universiteit Gent Abstract: Een numeriek vochtmodel dat de dynamische vochtuitwisseling met een de vochtopslag in wanden en meubilair in rekening brengt wordt ontwikkeld. Het vochtmodel wordt geïntegreerd in bestaande gebouwsimulatiesoftware en wordt ingezet om het comfort en de energiebesparing van vochtgestuurde klimatisatiesystemen te evalueren en om een innovatieve methode te ontwikkelen voor de dimensionering van bevochtigingsen ontvochtigingsinstallaties. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Michel De Paepe • Arnold Janssens
SB Sara Van den Bulcke - Ontwikkeling van een elektromagnetische beeldvormingstechniek voor de visualisatie van verborgen objecten met behulp van millimetergolven Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoeksproject beoogt de ontwikkeling van een kwantitatieve beeldvormingstechniek voor de visualisatie van, bijvoorbeeld, wapens verborgen onder kledij, gebaseerd op een exacte oplossing van de Maxwell vergelijkingen. De techniek zal uitgetest worden in samenwerking met de onderzoeksgroep LAMI-ETRO-TW aan de VUB, die over de nodige experimentele infrastructuur beschikt. De ontwikkelde modellen zullen tevens aangewend worden voor real-time kwalitatieve beeldvorming. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Ann Franchois
SB Emmanuel De Moor - Martensitische staalsoorten met verhoogde ductiliteit Universiteit Gent Abstract: Ontwikkeling van staalsoorten met hoge sterkte bestemd voor veiligheidskooien voor personenwagens. Bereiken van volgende mechanische eigenschappen: treksterkte gelegen tussen 1200 en 1500 Mpa en minimaal 5% verlenging. Nieuw concept, waarbij het staal na
volledige austenitisatie wordt afgeschrikt tot een geschikte temperatuur in het Ms-Mf interval en isotherm behouden bij een hogere temperatuur. Eindstructuur: ontlaten martensiet, bainiet en restausteniet. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen
Onderzoekers: • Jan Penning
SB Griet De Backer - GEC's in de Noordzee, nog niet zo GEK! Optimalisatie van een golfenergieconvertor (GEC) voor de zuidelijke-Noordzeecondities Universiteit Gent Abstract: Het hoofddoel van dit onderzoek bestaat uit het optimaliseren van het FO3-conversiesysteem, in functie van het golfklimaat en de bathymetrie van de zuidelijke Noordzee. Nadat mogelijke locaties zijn geanalyseerd wordt het point absorber systeem hiervoor geoptimaliseerd. Enerzijds wordt de geometrie van de vlotters ondezocht om te komen tot een optimale vorm, diepgang en optimale afmetingen. Anderzijds wordt het aantal point absorbers en hun optimale configuratie in het platform vastgelegd. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Marc Vantorre • Julien De Rouck
SB Charlotte Beels - Een nieuw DOEL! Optimale lay-out van een park golfenergieconvertoren Universiteit Gent Abstract: Het doctoraatsonderzoek legt zich toe op een golfenergieconvertor-park (GEC-park). Het vinden van een optimum tussen energieabsorptie en kostprijs van een GEC-park is een essentiële doelstelling. In deze zoektocht is de parkconfiguratie van primordiaal belang. Eerst zal een verband gezocht worden tussen lay-out en energieabsorptie van een GEC-park. Vervolgens zullen wijzigingen van de kostprijs in functie van de parkconfiguratie bestudeerd worden. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Marc Vantorre • Julien De Rouck
SB Katrien De Vos - Label-vrije optische biosensoren op basis van actieve en passieve resonante activiteiten Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek behandelt het ontwerp van label vrije optische biosensoren gebruik makend van optische microactiviteiten. Aan het oppervlak van de activiteit worden receptoren gehecht die binden met een specifieke biomolecule. Dit veroorzaakt een lokale brekingsindex verandering wat een resonantiegolflengteverschuiving tot gevolg heeft. Geintegreerde congresconatoren en fotonische kristal activiteiten worden geoptimaliseerd voor gevoelige sensingen multiparameterdetectie. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Peter Bienstman
SB Stefan Bouckaert - Ontwerp en realisatie van een cross-layer geoptimaliseerde hybride draadloze mesh architectuur Universiteit Gent Abstract: Het voorgestelde onderzoek heeft het realiseren van performante netwerkprotocollen voor de hybride mesh ad hoc architectuur tot doel. De ideale routerings-, transport- en datalinkprotocollen voor een dergelijk netwerk moeten ten volle de heterogeniteit van de netwerkknopen uitbuiten. Om met deze complexiteit te kunnen omgaan zullen diverse cross-layer optimalisatietechnieken ontwikkeld worden. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Ingrid Moerman
FreshCon apparatuur voor continue opvolging van binding en verharding van mortel en beton Universiteit Gent Abstract: Het FreshCon toestel laat toe om het bindings- en verhardingsproces van mortel en beton continu op te volgen, daar waar met de traditionele methoden slechts momentopnamen bekomen worden. Dit toestel is gebaseerd op het feit dat de looptijd, demping en frequentie-inhoud van ultrasoongolven die door mortel of beton gestuurd worden, sterk gecorreleerd zijn met de elastische eigenschappen van het materiaal. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Luc Taerwe • Nele De Belie
Studie van het gedrag van betonnen supercontainers voor de berging van warmteafgevend, hoogactief afval Universiteit Gent Abstract: De veilige berging van hoogactief afval is een actueel en uitdagend probleem. Een mogelijke oplossing die op het ogenblik in België overwogen wordt, is de berging van het hoogactief, warmteafgevend afval in ondergrondse kleilagen, met behulp van betonnen supercontainers. In dit geval is de realisatie van de betonnen containers uiteraard van bijzonder belang. Scheurvorming dient vermeden te worden, bij voorkeur zonder aanwending van stalen wapening. Gezien het ingewikkelde gedrag van verhardend beton is een diepgaande studie van de scheurvorming een sleutelelement. Bovendien is het vervaardigen van de containers op zich niet evident, aangezien het beton bij voorkeur geen plastificeerders bevat. Een fundamentele studie van deze problematiek, rekening houdend met de steeds wijzigende eigenschappen van het verhardend beton en met de speciale vervaardigingscondities, is het onderwerp van dit onderzoeksproject. In het project dienen hoofdzakelijk numerieke simulaties uitgevoerd te worden, aangevuld met een beperkt experimenteel gedeelte. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Geert De Schutter
Geavanceerde ruimte-tijd verwerkingstechnieken voor communicatie via multi-antennesystemen in realistische mobiele kanalen Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek bestaat uit twee luiken. Het eerste luik behelst het karakteriseren en modelleren van dispersieve mobiele radiokanalen met meerdere zend- en ontvangantennes. In het tweede luik wordt onderzoek verricht naar geschikte modulatie- en codeertechnieken en naar de aan de ontvangerzijde vereiste spatio-temporele signaalverwerking, die de betrouwbaarheid bij transmissie over MIMO kanalen optimaliseren. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Daniël De Zutter • Marc Moeneclaey • Heidi Steendam • Hendrik Rogier
Kinetische modellen voor innovatie in de procesindustrie Universiteit Gent Abstract: Drie categorieën van chemische processen worden bestudeerd: katalytisch (hydro)kraken en omgekeerde reacties (bvb. oligomerisatie), (de)hydrogenering en oxidatie. De corresponderende katalysatortypes zijn respectievelijk zeolieten, metalen en anorganische oxiden. Via ab initio moleculaire modellering wordt inzicht verkregen in katalysatordescriptoren relevant voor optimalisatie van conversies en selectiviteiten. Dit inzicht zal gekwantificeerd worden door verwerking ervan in kinetische modellen. Experimentele validatie zal een belangrijke plaats innemen. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Michel Waroquier • Guy Marin
Geïnverteerde kwantitatieve proteoomanalyse Universiteit Gent Abstract: In dit project zal een scala signatuurpeptiden gesynthetiseerd worden die allen uniek zijn voor één eiwit. Met een sterk doorgedreven peptiden isolatiemethode (COFRADIC) zullen deze peptiden ? die stabiele, zware isotopen bevatten ? gebruikt worden om hun corresponderende eiwitten in biomedisch interessante stalen te identificeren en te kwantificeren. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Joël Vandekerckhove • Kris Gevaert
Schade-evaluatie en schatting van de residuele sterkte van betonelementen na blootstelling aan een brand Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is enerzijds om o.a. via beeldverwerking op opgewarmde betonproefstukken en anderzijds via computermodellering, een schattings- en evaluatiemethode op te stellen voor de residuele sterkte van betonelementen na brand. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Luc Taerwe
Numerieke simulatie van het hydrodynamische gedrag van drijvende off shore golfenergie convertoren gebaseerd op golfoverslag Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is de ontwikkeling van een ontwerpmethodiek voor een drijvende off shore golfenergie convertor gebaseerd op golfoploop op een helling en overslag in een reservoir. Daarvoor wordt een bestaand numeriek model LVOF voor de simulatie van golfinteractie met een hellende structuur uitgebreid met een model voor bewegende objecten, en gevalideerd met behulp van experimentele gegevens. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Peter Troch • Julien De Rouck
Distorsie van langsverstijvers en de invloed op de vermoeiingssterkte van stalen orthotrope rijvloeren Universiteit Gent Abstract: Bij slanke langsverstijvers van een orthotrope brugdekvloer gaat een groot deel van de torsiestijfheid verloren door vervorming van het kokerprofiel. Het schranken wordt nergens verhinderd behalve aan de aansluiting van langs- en dwarsverstijvers, waar de vervorming belemmerd wordt door de zware lijfplaten van de dwarsdragers. Het onderzoek beoogt om de distorsie (het schranken) van kokerverstijvers en hun vermoeiingssterkte grondiger te bestuderen. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Philippe Van Bogaert
Studie van transitieve en systemische posttranscriptionele gensilencing in planten Universiteit Gent Abstract: Om het proces van transitieve en systemische silencing te ontrafelen, wordt de invloed van de expressieniveaus van het RNA afhankelijk RNA polymerase onderzocht. Ook wordt de graad van silencing vergeleken bij gebruik van verscheidene silencing inducers (sense transgen- en hairpin loci), en van primaire en secundaire targets (transgenen versus endogenen). Verder wordt de mate van spreiding van silencing onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Anna Depicker
Dynamische karakterisatie van droge en grensgesmeerde wrijving voor stabilisatie en sturing Universiteit Gent Abstract: De wrijving tussen oppervlakken in grenssmering zal theoretisch gemodelleerd worden en experimenteel geverificeerd. Hierbij zal eveneens rekening worden gehouden met het dynamisch gedrag van het omhullend mechanisch systeem. Een gecombineerd systeemdynamisch model (mechanisch gedrag + wrijvingsgedrag) zal worden opgesteld voor mathematisch stabiliteitsonderzoek. Hieruit zal een controlestrategie worden ontwikkeld om de wrijving te stabiliseren. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Patrick De Baets • Mia Loccufier
Invloed van vulstoffen en hulpstoffen in zelfverdichtend beton op microscheurvorming en duurzaamheidsgedrag Universiteit Gent Abstract: Het project bestudeert de invloed van de verschillende combinaties van vulstoffen en hulpstoffen op de vorming van microscheuring in zelfverdichtend beton en op de microstructuuropbouw. Voorts worden porositeits- en stromingsmodellen opgesteld, die toelaten het duurzaamheidsgedrag van het zelfverdichtend beton te simuleren op basis van fundamentele stromingsparameters. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Geert De Schutter
Netwerken voor het algemeen belang. Ruimtelijke infrastructuur en stedenbouw in Gent en Groningen, 1836-1973 Universiteit Gent Abstract: Het project kadert in een breder onderzoek naar de manier waarop een stadsbestuur vanaf de vroege 19de eeuw tot in de late 20ste eeuw inhoud en vorm gaf aan het publiek domein (algemeen belang), meer bepaald opgevat als de ruimtelijke en civieltechnische stedelijke infrastructuur aangeled 'ten algemene nutte': de onder- en bovengrondse netwerken voor verkeer, riolering, drinkwater en energie. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Bart Verschaffel • Pieter Uyttenhove
Experimentele en theoretische studie van het schadegedrag van vezelversterkte composietsystemen onder biaxiale vermoeiingsbelasting Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt het schadegedrag gemodelleerd van vezelversterkte kunststoffen, onderhevig aan biaxiale vermoeiing. Er is een uitgebreid testprogramma in een biaxiale testopstelling, geinstrumenteerd met digital image correlation en ultrasone technieken. Daarnaast worden schademodellen ontwikkeld die de degradatie van de elastische eigenschappen en de initiatie en groei van delaminaties in het composiet laminaat beschrijven. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Wim Van Paepegem
Experimentele en theoretische studie van het schadegedrag van vezelversterkte composietsystemen onder biaxiale vermoeiingsbelasting Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt het schadegedrag gemodelleerd van vezelversterkte kunststoffen, onderhevig aan biaxiale vermoeiing. Er is een uitgebreid testprogramma in een biaxiale testopstelling, geinstrumenteerd met digital image correlation en ultrasone technieken. Daarnaast worden schademodellen ontwikkeld die de degradatie van de elastische eigenschappen en de initiatie en groei van delaminaties in het composiet laminaat beschrijven. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Wim Van Paepegem
Grondige experimentele studie en kwantifiëring van microbiële evolutie onder invloed van toenemende immobilisatie: toepassing op kinetische karakterisatie van Zygosaccharomyces bailli in geegeleerde media Universiteit Gent Abstract: Onderzoek naar microbiële groei wordt het meest vaak in vloeibare laboratoriummedia uitgevoerd. In de realiteit zijn vele levensmiddelen echter hoog visceus of vast. Dit project heeft de bedoeling om de invloed van viscositeit op de groei (limieten) van de bederfgist Zygosaccharomyces bailii te bestuderen. Tevens wordt onderzoek gedaan naar de mechanismen achter de verschuiving van de groei (limieten) door een verhoogde viscositeit. Hierbij wordt gebruik gemaakt van klassieke en epifluorescentiemicroscopie evenals optische densiteitsmetingen. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Frank Devlieghere
In situ bepaling van de materiaaldemping in de grond bij kleine vervormingen Universiteit Gent Abstract: In dit onderzoek zullen interpretatiemethodes voor de bepaling van de dynamische grondkarakteristieken bij kleine vervormingen (met nadruk op de materiaaldemping) uit terreinproefresultaten (SASW, SCPT?) eerst worden uitgetest aan de hand van numerieke berekende synthetische signalen (zonder en met ruis) vooraleer de methodiek toe te passen op in situ gemeten signalen. Hierna zal worden overgegaan tot het uitvoeren van in situ experimenten op een drietal sites die zullen worden geselecteerd uit sites waarvan de grondkarakteristieken goed zijn gedocumenteerd. Ter verificatie van de bekomen resultaten zal op één site ook een intrusieve cross-hole test worden uitgevoerd. Organisaties:
• Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Wim Haegeman
EuroDIVERSITY - Microbial Diversity and Functionally in Cold Water. Coral Reef Ecosystems (MiCROSYSTEMS) Universiteit Gent Abstract: Exploratie campagnes in de Golf van Cadiz, tonen de aanwezigheid van verscheidene moddervulkanen en carbonaat bergen, gevormd door koudwater koralen, aan. Het doel van dit project is de studie van de microbiële gemeenschap met een nadruk op de anoxische oxidatie van methaan en carbonaat productie. Methaan wordt onderzocht als controle voor vasthechting van koralen en methaan emissie in de waterkolom Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Jean Henriet • Willy Verstraete
Geavanceerd dunne-filmtechnologie voro kosteneffectieve fotovoltaïsche toepassingen ("ATHLET") Universiteit Gent Abstract: Ontwikkelen van betere productietechnieken voor dunne-filmzonnecellen met verschillende actieve materialen: ofwel chalcopyrieten (koper-indium-gallium-selenide en verwante), ofwel dunne-film silicium (amorf en micromorf Si), ofwel dun, polykristallijn silicium op een vreemde drager. De Universiteit van Gent zal afgewerkte zonnecellen testen, analyseren en modeleren. De cellen zullen door partners aangeleverd worden. Het project wordt gecoördineerd door het Hahn-Meitner Instituut (HMI) in Berlijn (D). Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Marc Burgelman
Bedrijventerreinmanagement Universiteit Gent Abstract: Het project Bedrijventerreinmanagement beoogt in essentie om bedrijventerreinen te verduurzamen door interbedrijfssamenwerking te stimuleren en parkmanagement in te voeren. Het grensoverschrijdend uitvoeringsproject implementeert clusteracties op een tiental terreinen gelegen in Oost- en West-Vlaanderen en in Zeeland, resulterend in voordelen op vlak van economie, leefmilieu en maatschappij. De rol van de UGent is disseminatief en academisch ondersteunend Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Greta Van Eetvelde
Een duurzame oplossing voor varkensmestverwerking: Milieugerichte naleving van de Europese richtlijn inzake geïntegreerde preventie en bestijding van verontreiniging (PIGMAN) Universiteit Gent Abstract: Een project genoemd PIGMAN wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie onder het 6de Kaderprogreamma voor Onderzoek, Technologische Ontwikkeling en Demonstratie. In het project zal varkensmest vergist worden met de toevoeging van andere organische afvalproducten. Het digestaat wordt verder verwerkt tot irrigatiewater na verwijdering van P als struviet (Het ANPHOS proces) en N als stikstof gas (OLAND proces). Onderzoekers zullen verschillende labotesten en kleinschaling piloottesten uitvoeren op boerderijen in vijf verschillende landen. Een grote piloot installatie zal ontworpen en gebouwd worden op Cyprus. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Willy Verstraete
Studie van het impactgedrag van (gelaagd) glas met veiligheidsfolie Universiteit Gent Abstract: Het gedrag onder dynamische belasting van glas, waarop een veiligheidsfilm werd aangebracht, wordt bestudeerd vanuit experimenteel en theoretisch oogpunt. Impacttesten worden gecombineerd met eindige-elementensimulaties van de combinatie glas/film. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Joris Degrieck • Wim Van Paepegem
Invloed van microbiële biotopen op deeg Universiteit Gent Abstract: Dit project wil in opdracht van Puracor nagaan of de additie van bepaalde microbiële consortia een gunstig effect heeft op de organoleptische en gezondheidsbevorderende eigenschappen van brooddeeg. Het aandeel van UGent bestaat in het introduceren van de microorganismen in de degen en de samenstelling van deze microbiële gemeenschap op te volgen met DGGE. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Willy Verstraete
Groei en karakterisering van boornitride lagen Universiteit Hasselt Abstract: Het objectief van dit voorstel is het onderzoek naar de depositie van dunne boornitride films gebruik makend van "physical vapour deposition (PVD)" technieken. Focus zal gelegd worden op de twee hoofdvormen van dit materiaal, i.e. kubisch en hexagonaal boornitride. Boornitride (BN) is een nieuw "wide band gap" halfgeleider en vergeleken met een materiaal zoals CVD diamant, is de kennis zeer gelimiteerd. Naast verschillende openstaande vragen ivm het groeimechanisme, is over de onzuiverheden en defecten in dit materiaal weinig tot niets bekend. Naast het afzetten van lagen, is er een belangrijk deel karakterisering voorzien met de technieken die beschikbaar zijn binnen het Instituut voor Materiaalonderzoek. Naast structurele en morfologische karakterisering nodig om de verschillende vormen van BN te onderscheiden van elkaar, zullen opto-elektronische technieken gebruikt worden om de elektronische structuur en defecten in de film te bestuderen.
Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek in de Micro-Elektronica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Marc D'OLIESLAEGER
Adaptieve en schaalbare gezamenlijke codering en restauratie van video. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De explosieve groei van digitale inhoud en nieuwe multimedia toepassingen leidt tot een dringende nood aan data representaties die terzelfdertijd kwaliteitsvolle schaalbare beeld- en videocodering, alsook de analyse en bewerking van beelden en video (b.v. voor ruisonderdrukking) ondersteunen. Een nieuwe trend zijn de geometrisch-aanpasbare representaties (curvelets, contourlets, bandelets), die de bestaande grenzen van de realiseerbare visuele kwaliteit verleggen in vergelijking met klassieke methoden zoals wavelets. De initiële resultaten op beelden zijn indrukwekkend, maar het potentieel op het vlak van ruisonderdrukking en compressie is nog weinig uitgebuit. Bovendien werden deze technieken tot op heden nog niet toegepast op video. Het doel van dit project is het ontwikkelen van representaties die aangepast zijn aan de driedimensionale aspecten van video (ruimte/tijd) en, gebaseerd op deze representaties, het ontwikkelen van geavanceerde methoden voor ruisonderdrukking en schaalbare codering. Een bijzondere uitdaging is de theoretische en praktische ontwikkeling van gezamenlijk geoptimaliseerde ruisonderdrukkings- en compressietechnieken. Om de algoritmen op een efficiënte wijze aan te passen aan de ruimte/tijd context zullen we statistische contextmodellering combineren met vaaglogische methoden. We zijn er immers van overtuigd dat vaaglogische methoden een zachte aanpassing aan de lokale context in ware tijd, alsook een correcte behandeling van ambiguïteiten in de bewegingsschatting mogelijk maken. Essentieel voor dit project is de combinatie van de complementaire expertises van de drie partners: schaalbare beeld- en videocodering (VUB/IRIS), multi-resolutie ruisonderdrukking met statistische modellering (UGent/IPI) en vaagverzamelingenleer (UGent/VOM). Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ADRIAN MUNTEANU • PETER SCHELKENS • JAN CORNELIS
Micro-fotonische componenten en nano-optische structuren : grensverleggende fysische concepten voor de generatie en manipulatie van licht. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Micro-fotonische componenten en nano-optische structuren worden, samen met nano-electronische schakelingen, vandaag algemeen erkend als de belangrijkste technologische bouwstenen van onze toekomst. Denken we maar aan de microlasers en aan de micro-optische componenten, die we terugvinden in heel wat gebruiksgoederen, zoals bvb. DVD spelers, IR-afstandsbedieningen, optische sensoren, en microdisplays. De alsmaar strengere eiden die men stelt aan deze componenten, qua functionaliteit, compactheid, snelheid en efficientie, brengen ook grote en nieuwe uitdagingen met zich mee voor fundamenteel onderzoek. Op die wijze heeft basis onderzoek dan ook een vernieuwde en belangrijke rationale gevonden om grensverleggend werk te verrichten in de wereld van het ultrakleine; waar nanostructuren, fotonen, elektronen, protonen, en kwantumfysica een cruciale rol spelen. De afgelopen jaren heeft de vakgroep Toegepaste Natuurkunde en fotonica (TONA) baanbrekend werk verricht in dit onderzoeksdomein, in het bijzonder op het gebied van microlasers en micro-optische componenten. Met dit project wenst ze haar inspanningen verder te zetten door voor het eerst de stap te maken van de micro-wereld naar de sub-micron en de nano-wereld. Daarbij staan drie onderwerpen centraal: micr- en nano-gestructureerde laser en hyn dynamica; passieve micro- en nano-optische componenten; en micro- en nano-gestructureerde optische vezels. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • ALEX HERMANNE • HUGO THIENPONT • JAN DANCKAERT
Meten, modelleren en regelen van zwak niet-lineaire, traag variërende dynamische systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Alhoewel de lineaire tijdsinvariante (LTI) systeemonderstelling en de bijhorende systeemidentificatie en regelaar- ontwerp technieken reeds jaren lang succesvol in de praktijk worden toegepast (zie [1, 2]), zijn werkelijke systemen slechts bij benadering lineair en tijdsinvariant. Denken we bijvoorbeeld aan structuren onderhevig aan toenemende schade, put corrosie van metalen, biologische systemen, of processen met een varierend instelpunt (bijv. flutter analyse) of varierende systeemparameters (bijv. uitschuifbare robotarm of semi-actief veer-demper systeem). De volgende fundamentele vragen dringen zich onmiddellijk op: "Wat is de invloed van niet-lineaire distorties en van tijdsvariatie op de klassieke LTI systeemidentificatie en regelaarontwerp methodes?", "Wat is de ondergrens op de nauwkeurigheid van het klassieke LTI raamwerk toegepast op tijdsvarierende niet-lineaire systemen?", "Kan er een eerste orde correctie van de tijdsvariatie doorgevoerd worden om zo een quasi ogenblikkelijke frequentie responsie functie (FRF) te bekomen?", en "Is er nood aan nieuwe (niet-lineaire en tijdsvarierende) systeemidentificatie en regelaarontwerp technieken?". Om deze belangrijke vragen te kunnen beantwoorden moeten we op een of andere manier de afwijkingen van het werkelijke systeem t.o.v. het ideale LTI gedrag kunnen kwantificeren. Bovendien wensen we over deze informatie te beschikken vooraleer het systeem parametrisch te modelleren of de regelaar te ontwerpen. Merk op dat de klassieke recursieve identificatiemethodes [3] hier dus geen oplossing bieden. Bovendien laten deze methodes niet toe om de aanwezigheid, laat staan het niveau, van de niet-lineariteiten te bepalen. In eerste instantie zullen we ons beperken tot systemen die zich zwak niet-lineair gedragen (d.w.z. het lineaire gedrag is dominant) en traag varieren in de tijd (d.w.z. de tijdsvariatie is een orde trager dan de dominante tijdsconstante van het systeem). In [4] werd reeds een meetprocedure op punt gesteld gebaseerd op wel gekozen periodieke signalen, die toelaat om gelijktijdig het niveau van de stoorruis (meet- en procesruis) en het niveau en de aard van de niet-lineaire distorties op frequentie responsie (FRF) metingen te bepalen voor tijdsinvariante niet-lineaire systemen. In dit project willen we in de eerste plaats de methodologie veralgemenen naar traagvarierende niet-lineaire systemen. Het doel is om naast de ruis- en niet-lineaire distortiebijdragen tot de FRF ook de tijdsvariatie te kwantificeren. Eens deze informatie beschikbaar kunnen we in een tweede stap ofwel trachten een eerste orde correctie van de tijdsvariatie door te voeren en zo tot een quasi ogenblikkelijke LTI beschrijving te komen, ofwel de tijdsvariatie parametrisch te beschrijven. In het laatste geval wordt de keuze van de parametrische voorstelling sterk vereenvoudigd door de niet-parametrische voorstelling van de tijdsvariatie op de FRF. Net dezelfde opties bestaan voor de niet-lineaire distorties: ofwel trachten we hun invloed op de metingen te minimaliseren, ofwel gaan we ze parametrisch modelleren waarbij de niet- parametrische voorstelling de keuze van het parametrisch model vergemakkelijkt. Ten slotte worden deze modellen gebruikt voor fysische interpretatie (bijv. flutter analyse, modelleren binnenoor), diagnose (bijv. schadedetectie), simulatie, en controle. Om de algemeenheid van de voorgestelde procedure te toetsen zullen we ze uitproberen op een brede waaier van toepassingen gaande van flutteranalyse, schadedetectie, en regelaarontwerp tot het modelleren van het binnenoor.
De uit te voeren stappen in het project zijn (met tussen haakjes vermelding van de deelnemende partners) 1. Opstellen van een algemene meetprocedure voor zwak niet-lineaire, traag varierende dynamische systemen, met als resultaat een FRF + niveau's stoorrruis, niet-lineaire distorties, en tijdsvariatie. De procedure zal gevalideerd worden via enerzijds simulaties en anderzijds experimenten op een semi-actief veer-demper systeem waarvan de parameters op een gecontroleerde wijze kunnen gevarieerd worden in de tijd. Deze opstelling bevindt zich in het departement WERK, afdeling PMA van de KUL (VUB-ELEC, VUB-WERK, KUL-PMA, UA-BIMEF). 2. Toepassing op de volgende problemen 2.a. Flight flutter analyse met een continu varierend snelheidsprofiel (VUB-ELEC, VUB-WERK, KUL-PMA), 2.b. Schadedetectie in mechanische structuren (VUB-WERK, VUB-ELEC), 2.c. Modelleren van het middenoor (UA-BIMEF, VUB-ELEC, VUB-WERK) 2.d. Modelleren en regelen van mechanische systemen met tijdsvarierende parameters (KUL-PMA, VUB-ELEC), waarbij telkens de in de inleiding gestelde fundamentele vragen behandeld worden. Het spreekt voor zich dat er een sterke wisselwerking zal zijn tussen enerzijds de toepassingen en anderzijds het op punt stellen van de algemene meetprocedure. Merk ook op dat elke toepassing op zich een doorbraak betekent in het desbetreffende vakgebied. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • John LATAIRE • RIK PINTELON
Adsorptieve karakterisatie en toepassing in vloeistoffazescheiding van dunne zeolietlagen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Alle verbeteringen zoalshierboven aangegeven vereisen dunne lagen zeoliet e de hoofddoelstelling van dit project is dan ook de fundamentele studie van dunne filmen van zeoliet nanokristallen: het ontwikkelen van aangepaste technieken voor de karakterisatie van de film en evaluatie voor gebruik in adsorptie- of membraanscheiding en katalyse. Als typesysteem zullen we het FMI type zeoliet bestuderen, gelet op de vele synthesemethodes die reeds beschikbaar zijn, de vele basisgegevens die de verschillende participerende partners hebben, en de mogelijke toepassingen. Hierbij willen we vooral adsorptie-gebaseerde karakterisatietechnieken ontwikkelen: meten van evenwichts- en diffusieeigenschappen in gas/vloeistof, snelle test voor het bepalen van het smagen van de synthese, bepalen parievolume en grootte, vergelijken van deze gegevens met conventionele metarialen waarvoor we uit vorig werk reeds over een zeer grote database aan gegevens beschikken. Weinig gegevens zijn beschikbaar over het gedrag van moleculen in de poriën van zeolieten in contact met een vloeistoffaze en filmen bieden een unieke topologie om met in-situ spectroscopie dit op te meten, en vandaar de motivatie van het inschakelen van een krachtige complementaire in-situ techniek zoals Raman spectroscopie. Gelet op de bijzondere effecten van moleculaire ordening in de kanalen van MFI die wij hebben vastgesteld en tot speciale scheidingstechnieken kunnen leiden, verwachten we informatie die de macroscopische metingen bevestigt te kunnen bekomen en ook beter met moleculaire modelling van mengseladsorptie te kunnen vergelijken. Verder willen we het gebruik van filmen op dragers (vezels, partikels, monolietstructuren) testen voor het gebruik in kolommen voor scheiding en purificatie van KWS voor industriële toepassingen, milieutechnologie zoals VOC verwijdering, analytische en preparatieve HPLC, en aangepaste modellen hiervoor ontwikkelen. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GINO BARON
Deformatie en quantizatie methodes voor algebras en categorieën met toepassingen in quantum mechanica. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Studie van combinatorische structuren gerelateerd aan niet-relativistische quantum theorie.Studie van de combinatoriek van eindige gesatureerde projectieve configuraties en eindige orthoalgebras (A.Ruuge). Studie van Harrison cohomologie over bialgebroiden, verbanden met klassieke cohomologieën en toepassing op de Brauer groep en zwakke Hopf algebras (S.Caenepeel en B. Femic). Berekening van de Brauer groep van bepaalde quantum groepen met behulp van de categorische versie van Beattie's exacte rij. (B. Femic). Studie van verbanden tussen Cayley octaven en Cayley-Dickson algebras enerzijds en quasi-Hopf algebras anderzijds, en berekening van de daaraan geassocieerde Brauer groep van bepaalde monoidale categorieën. Studie van oneindige comatrix coringen, "cleft" extensies van coringen en toepasssingen van 2categorieën op coringen (Joost Vercruysse). Studie van partiële acties en coacties van Hopf algebras, en veralgemening van de klassieke Galois correspondentiestelling tot Galois coringen (K.Janssen en S. Caenepeel). Organisaties: • Wiskunde • Wiskunde-TW
Onderzoekers: • MICHEL VAN DEN BERGH • STEFAAN CAENEPEEL
Nieuwe strategieën voor sensorloze sturing van synchrone motoren met permanente-magneet-bekrachtiging. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Synchrone motoren met permanente-magneet-bekrachtigingworden niet alleen in grote aantallen gebruikt voor hoogdynamische servoaandrijvingen(met een vermogen tussen 1 en 10 kW) doch nu ook enerzijds voor aandrijvingen van zeer hoog vermogen (bijvoorbeeld marinetoepassingen,als aandrijvingen in zogenaamde 'pods' voor grote zeeschepen) alsook anderzijds aan het lagere uiterste van de vermogenschaal (bijvoorbeeld elektrische fiets). Anders dan bij inductiemachine-aandrijvingenis een eenvoudigeVlf spanningssturing (soms 'scalaire sturing' genoemd) hier niet praktisch maar wordt bijna altijd een stroomsturing gebruikt. Deze stroomsturing was tot voor enkelejaren vooral uitgevoerd met stroombroninvertoren (CSlof 'current source inverter') maar de overwegende trend gaat nu naar spanningsinvertoren met een stroomregeling (wat praktisch equivalent is met een CSI). Anders dan bij een spanningsvoeding is het bij een dergelijke aandrijving zo dat de invertor de machine volgt, d.w.z. de schakelsignalen voor de invertor worden uitgestuurd in functie van de positie van de rotor of de flux van de machine. Dat vergt dus de kennis van de rotorpositie (of de fluxpositie). Tegelijk kan met een dergelijke sturing ook het dynamisch gedrag van de aandrijving geoptimaliseerdworden, bijvoorbeelddoor veldoriêntatie,waarbij in hoofdzaakde statorstroomcomponent loodrecht op de (rotor)flux wordt gevarieerd. De overgangsverschijnselenworden hierdoorsterk gereduceerd. Ook kan, afhankelijk van de reluctantieverhoudingvan de machine, het snelheidsbereikvan de machine sterk worden uitgebreid naar boven toe door middel van een tijdelijke demagnetisatie van de permanente magnetenof veldverzwakking. Voor de positiemetingvan de rotor of flux kunnen bijvoorbeeldsensoren worden gebruikt: Hall-sensoren(ingebouwd), optische sensoren, resolvers,... Het grote nadeelvan die sensoren is dat zij de betrouwbaarheidvan de aandrijving sterk reduceren. In vele gevallen wenst men daarom in het geheel geen sensoren (bijvoorbeeld in het geval van een motor voor scheepsaandrijving ingebouwd in een pod; een defect vergt dan dat het schip naar een droogdok wordt gebracht!). Sensorloze oplossingen bij hogere snelheden zijn principieel relatief eenvoudigte realiseren. De tegen-e.m.k. van de machine is dan immers voldoende hoog om te snelheid en de rotorpositie te kunnen bepalen. Bij voeding uit een stroombroninvertor (BLOCof Brushless OCmotor) kan men bijvoorbeeld meten tijdens de stroomloze intervallenvan een fase. Men meet dan de e.m.k. gekoppeld met die fase wat min of meer direct toelaat de rotorpositie af te leiden. Bij voeding uit een spanningsbroninvertor(voor BLAC of BrushlessAC motor; meestal het geval) echter moet beroep gedaan worden op
parameteridentificatiemethodesen observertechnieken. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • Marcin ZYSKOWSKI Lukasz • PHILIPPE LATAIRE • Yonghua CHENG • Petrus MONTEYNE
Studie van intelligente enkel-voetprothesen aangedreven door biologisch geïnspireerde actuatoren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het algemene kader van dit project is het toepassen van nieuwe technologieën uit robotica en mechatronica in de revalidatie. Enkelvoetprothesen zijn op dit moment beperkt tot enerzijds starre en anderzijds passief elastische types. Deze systemen kunnen zich niet aanpassen aan de intentie van de gebruiker, noc aan een veranderende bewegingsomgeving. Ze laten aan de gebruiker bijgevolg niet toe om het natuurlijke gangpatroon enigszins te herstellen, wat een permanente abnormale gang tot gevolg heeft. Het doel van dit project is het ontwikkelen van een intelligente enkel-voetprothese die zich autonoom aanpast aan de bewegingsomstandigheden. Organisaties: • Toegepaste Mechanica • Motorische Revalidatie en Kinesitherapie • Heelkundige Specialiteiten • Biometrie en Biomechanica
Onderzoekers: • PATRICK HAENTJENS • DIRK LEFEBER • PETER VAES • BARTOLD VAN GHELUWE • FRANK DAERDEN
Experimentele en theoretische studie van het schadegedrag van vezelversterkte composietsystemen onder biaxiale vermoeiingsbelasting. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit project wordt het schadegedrag gemodelleerd van vezelversterkte kunststoffen, onderhevig aan biaxiale vermoeiing. er is een uitgebreid testprogramma in een biaxiale testopstelling, geinstrumenteerd met digital image correlation en ultrasone technieken. Daarnaast worden schademodellen ontwikkeld die de degradatie van de elastische eigenschappen en de initiatie en groei van delaminaties in het composiet laminaat beschrijven. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • HUGO SOL • DANNY VAN HEMELRIJCK
Onderzoek naar InxGa1xN lagen en structuren door Moleculaire Bundel Epitaxiale groei. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar InxGa1xN lagen en structuren door Moleculaire Bundel Epitaxiale groei. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Studie van hoge bitrate "boven-op-de-chip" communicatie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het onderzoek naar communicatie op transmissielijnen boven op de chip, en van chip naar chip op centometer afstanden en hele hoge bitrates Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Identificatie van niet-lineaire systemen en toepassingen op hoogfrequente systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Identificatie van niet-lineaire dynamische systemen is een generiek probleem dat aan de basis ligt van een grote verscheidenheid van toepassingen. Op dit ogenblik bestaat er een gevestigde theorie voor het meten/ modelleren/ identificeren van lineaire systemen. De voornaamste beperking van deze theorie is echter precies de lineariteits-onderstelling. Dit is een essentiele beperking die echter toeliet om 'universele' methoden te ontwikkelen en ter beschikking te stellen van de wetenschapper als een standaard werktuig. Dit verklaart ook de grote populariteit en het enorme succes van de lineaire aanpak. Nochtans is de lineariteitsonderstelling in de praktijk niet geldig, zodat er thans een grote nood en vraag bestaat om ook een 'universele' niet-lineaire modellering ter beschikking te stellen. Het blijkt echter dat dit te hoog gegrepen is. Er bestaat geen alomvattende niet-lineaire theorie (ter verduidelijking: men kan een theorie opstellen voor de olifanten, maar het universeel beschrijven van de niet-olifanten is nagenoeg uitgesloten). In dit project wordt de klasse van lineaire systemen uitgebreid tot die klasse van niet-lineaire systemen waarvoor geldt dat een periodieke ingang resulteert in een periodieke uitgang met dezelfde periode. Ondanks het feit dat deze keuze heel wat typisch nietlineaire gedragingen uitsluit (bvb. periode verdubbeling, bifurcaties, chaos) is het toch een significante uitbreiding. Systemen met harde saturatie, discontinuiteiten, dynamisch nietlineair gedrag,... behoren ertoe. De drie basisstappen (experiment, modelstructuur, model extractie) zullen worden bestudeerd. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS
Diepe Lithografie met Protonen toegepast op organische materialen voor de ontwikkeling van een nieuwe generatie biofotonische componenten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De laatste decennia werden verscheidene biochemische micro-analysesystemen (micro total analysis systems of µTAS, ook lab-on-a-chip genaamd) ontwikkeld, die verschillende chemische processen zoals mixen, chemische reactie en scheiding integreren op één chip. De miniaturisatie van deze analytische processtappen reduceert niet alleen de grootte van het systeem en het verbruik van de reagentia en stalen, maar zorgt ook voor een verbetering van de performantie en de snelheid van de gebruikte technieken. De laatste stap van veel analyse- en scheidingstechnieken bestaat echter uit het detecteren van fluorescent gemerkte moleculen, waarvoor het gebruik van een optisch systeem vereist is. Tot nu toe zijn enkel conventionele, grote en dure detectiesystemen in staat om de uiterst kleine hoeveelheden moleculen in de microkanalen op deze chips te detecteren. Er is dan ook een grote nood aan geminiaturiseerde en geïntegreerde detectie-eenheden met een laag gewicht, lage kost, hoge snelheid en die robuust, betrouwbaar en eenvoudig te bedienen zijn. Deze detectiesystemen zullen de ontwikkeling mogelijk maken van draagbare en eventueel zelfs wegwerp µTAS-systemen die onmiddellijk gebruikt kunnen worden op de plaats waar het te onderzoeken staal afgenomen wordt. Ook in de wereld van de optica bestaat een grote vraag naar efficiënte en goedkope micro-optische componenten en microfotonische systemen, waardoor de afgelopen jaren verschillende flexibele technologieën voor de aanmaak van microlensarrays en andere micro-optische bouwstenen ontwikkeld werden. De vakgroep Toegepaste Natuurkunde en Fotonica (TONA) van de Vrije Universiteit Brussel heeft de afgelopen jaren Diepe Lithografie met Protonen (DLP) geoptimaliseerd tot een generische technologie die het mogelijk maakt om zowel verschillende types micro-optische componenten als micromechanische structuren aan te maken en ze met lithografische precisie te integreren in monolithische multifunctionele microsystemen. DLP is dan ook een uitstekend kandidaat om geminiaturiseerde detectiesystemen aan te maken die integreerbaar zijn met microkanalen en µTAS-systemen. De hoofdbedoeling van dit project situeert zich rond het gebruik en de optimalisatie van DLP voor de aanmaak van een nieuwe generatie microlenzen en microstructuren voor biofotonische toepassingen, en meer in het bijzonder voor het ontwikkelen van micro-optische modules voor fluorescentie- en absorptiedetectie in µTAS-systemen. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Studie naar het verbeteren van de localisatie van mobiele gebruikers en het opzetten van 4G (vierde generatie) draadloze communicatie ter ondersteuning van nieuwe LBS (Location Based Services) diensten voor de navigatie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit project zal onderzocht worden hoe nieuwe, krachtige Location Based Services (LBS) voor de toekomst zullen kunnen opgezet worden ten behoeve van de nautische en terrestrische navigatie (binnenvaart enerzijds, wegvervoer algemeen en voetgangers anderzijds). De verbetering van de localisatie van mobiele agenten is hiervoor essentieel. Met het verfijnen van huidige satellietsystemen (bv. GPS-III) en de opkomst van nieuwe (o.a. Galileo) zal voor meerdere mobiele klanten (scheepvaart, wegverkeer) een afdoend antwoord kunnen gegeven worden. Dit is evenwel niet zo voor mobiele agenten in stedelijk gebied (urban canyon navigatie), omdat satellietdekking daar vaak onmogelijk is (tunnels, personen in gebouwen enz.), waardoor naar integratie (fuseren) van andere sensoren toe gewerkt zal worden (op cellen van mobiele telefoon gebazeerde bepalingen, localisatie in gebieden afgedekt met meerdere access points voor hotspots, gefuseerde bewegingsensoren in wagens, enz.). Het eerste deel van de navorsing in dit project zal nagaan welke de limieten op de nauwkeurigheid van de positionering van mobiele agenten zal kunnen zijn bij het mogelijk fuseren van verschillende technologieën in de moeilijkste omstandigheden (d.i. het gevoelig verbeteren van gegist bestek). Het tweede deel in het onderzoek spitst zich toe op het opzetten van de telecommunicatie die nodig is voor LBS en meer bepaald in het voorzien van server gebaseerde communicatie aan de hand van mobiele draadloze communicatie netwerken (4G). Onderzocht zal worden welke architectuur het best geschikt zal kunnen zijn om applicatie gestuurde handovers te kunnen garanderen in functie van de beschikbare netwerken (GPRS, EDGE, UMTS, CDMA, WiFi, WiMax) . Dit kunnen zowel horizontale handovers (roaming met focus op minimalisatie van de kost van de gebruiker) als vertikale handovers zijn (naadloos switchen in een multimode terminal van de draadloze technologie gestuurd door de navigatie en LBS software, niet door de operatoren!), waarbij de QoS en de gebruikerskost de essentiële parameters zijn. De resultaten uit de punten een en twee zullen toelaten om af te lijnen welk soort LBS mogelijk kan zijn in de binnenscheepvaart (inland navigatie met inbegrip van River Information Services) en voor mobiele agenten in wagens tot en met voetgangersniveau in gebouwencomplexen toe. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Metamaterialen voor nieuwe fotonische componenten: linkshandige materialen en kwantumstippen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Fotonica is tijdens de laatste veertig jaar uitgegroeid van een deelgebied van de kwantumelektronica tot één van de belangrijkste peilers van de multidisciplinaire natuurkunde en tot een volwaardige technologie met toepassingen in de ICT, de medische wetenschappen, materiaalkunde, enz. Bij de verwezenlijking van fotonische componenten maakt men steeds meer gebruik van metamaterialen of artificiële materialen met eigenschappen die men niet terugvindt bij natuurijke materialen. In dit project zullen we tween nieuwe en complementaire metamaterialen bestuderen: kwantumstippen en linkshandige materialen. (1) kwantimstippen in lasers zorgen voor een hogere graad van opsluiting van de ladingsdragers dan de kwantumputten die in de huidige generatie halfgeleiders wordengebruikt. Dit kan leiden tot lasers met een hogere efficiëntie, met instelbare golflengte en met een stabielere dynamica. In dit project zullen we kwantumstip lasers experimenteel karakteriseren en nagaan hoe we modellen voor dergelijke lasers kunnen opstellen. (2) Linkshandige materialen zijn optische materialen met zeer bijzondere voortplantingseigenschappen, die slechts sinds enkele jaren gefabriceerd kunnen worden. Naast een studie van het gebruik van deze materialen traditionele fotonische componeneten zullen we ons vooral toeleggen op de niet-lineaire optica van linkshandige materialen. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • IRINA VERETENNICOFF • Philippe TASSIN
Studie van de duurzaamheid van glasvezelverstevigde cementmatrixcomposietene voor bouwkundige toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit project wordt de duurzaamheid bestudeerd van glasvezelverstevigde cementmatrix composieten voor bouwkundige toepassingen. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • JAN WASTIELS
Manpower planning in Belgische ondernemingen: een onderzoek naar personeelsplanning, de houding van werkgevers tegenover mathematische manpower planning en de hindernissen bij de toepassing ervan binnen HRM. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mathematische Manpower Planning (MMP) ondersteunt de bepaling en de implementatie van de strategie van grote ondernemingen met betrekking tot het personeelsbeleid. Verscheidene nationale en internationale studies hebben aangetoond dat de toepassing van MMP leidt tot succesvolle resultaten. Andere onderzoeken in de voorbije decennia daarentegen concludeerden dat het amper wordt gebruikt door ondernemingen in de Verenigde Staten. Dit onderzoeksproject heeft als doelstelling de implementatie en de bruikbaarheid van MMP binnen Belgische ondernemingen te bestuderen en te stimuleren. De obstakels voor de implementatie moeten geïdentificeerd worden. Deze kunnen van allerlei aard zijn. Enerzijds dienen de modellen zelf te worden geanalyseerd: men gaat na of de veronderstelde hypothesen realistisch zijn en of de modellen beantwoorden aan de behoeften van ondernemingen. Anderzijds moeten ook de problemen van de implementatie van zowel HRM als operationeel onderzoek in de praktijk worden bestudeerd, gezien MMP een onderdeel vormt van operationeel onderzoek en het binnen het bedrijfsgebeuren deel uitmaakt van HRM. Tenslotte is er een verschil tussen de huidige economische context en deze waarin de basis voor de manpower modellen werd gelegd. Het effect van dit verschil op de toepasbaarheid van MMP wordt bestudeerd. Uiteindelijk leiden al deze resultaten tot het formuleren van een aantal richtlijnen voor fundamenteel onderzoek in en implementatie van MMP. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management
Onderzoekers: • MARIE GUERRY • Tim DE FEYTER
Capacity building to implement scientific instruments for ports' environmental management in Vietnam and Cambodia. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het belangrijkste doel van de actie is de capaciteit bij het milieubeheer onder havenmanagers, hun personeel en andere lokale bewaarders in Vietnam en Cambodja te bouwen. Voortbouwend op de resultaten van het éénjarige project VN/Asia ProEco/01 (91168), zal dit project de capaciteit in de vijf havens blijven versterken die in dit project worden vermeld en het zal drie havens meer in zowel Vietnam als Kambodja impliceren. De specifieke doelstelling is de toepassing van milieubeheersinstrumenten in de haven en de betrokkenheid van havenzaken te verhogen en lokale gemeenschappen in een duurzaam beheersproces te versterken. Om dit specifieke doel te bereiken, vonden de volgende acties plaats: 1. In een workshop, zullen de Aziatische deskundigen worden opgeleid hoe deze SDEPs te analyseren. 2. In een onderzoekcomponent, zal de ontwikkeling van een Handboek van de EMS- Implementatie worden gedaan. Het doel van het handboek is de kennis en de vaardigheden van havenbewaarders te verbeteren en de implementatie van EMS te vergemakkelijken. 3. De beheersstructuur van deelnemende havens zal worden aangepast om een milieumanager te omvatten. Het project zal en opleiding aan milieumanagers (opleiding van trainers) verstrekken om hen met kennis en vaardigheden uit te rusten om EMS in havens uit te voeren. 4. Een opleiding van trainerszitting in Europa is inbegrepen, om een beperkt aantal van Aziatisch milieupersoneel in aanraking met het milieubeleid en de technologieën te brengen dat in Europese havens worden toegepast. De implementatie van de hulpmiddelen die in ECOPORTS worden gebruikt, zullen de belangrijkste onderwerpen van het plaatsbezoek zijn. 5. De opgeleide Aziatische deskundigen en de opgeleide trainers, samen met Europese deskundigen, zullen nieuw trainingsmateriaal ontwikkelen om aan havenpersoneel in opleidingssessies bij havens te verspreiden. 6. Vijf kleine workshops zullen worden georganiseerd om kennis onder een bredere groep Aziatische haven milieubewaarders te verspreiden. De opgeleide trainers en de opgeleide deskundigen zullen hun kennis met collega's delen en het trainingsmateriaal zal worden voorgesteld. 7. In een definitieve conferentie zal het goedgekeurde havensmilieubeleid en de resultaten van EMS onder burgers van de havens worden meegedeeld die gemeenschappen, plaatselijk autoriteiten, NGOs, zaken en de industrie in havens en onderzoekinstituten omringen. Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • Katrien VAN DE SIJPE • LUC HENS • Quynh LE XUAN
Investigation of the mechanism of chemical transformation of nitrogen compounds in flames at atmospheric pressure. (Irina RYBITSKAYA) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ingenieurswetenschappen Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • Alexander KONNOV • JACQUES DE RUYCK
Modeling of turbulent flows with combustion by Large Eddy Simulation in connection with Conditional Moment Closure model. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Modeling of turbulent flows with combustion by Large Eddy Simulation in connection with Conditional Moment Closure model. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR
Onderzoek naar nieuwe types van anisotropische en micro-gestructureerde optische vezels Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ingenieurswetenschappen Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Micro-optische structuren voor applicaties in fotonics. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ingenieurswetenschappen Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Uitvoeren van remtesten op fietsen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Analyse van remprestaties van tweewielers Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Jean-Marc TIMMERMANS • JOERI VAN MIERLO • FREDERIK VAN MULDERS
Katalytische eigenschappen van verankerde organotinderivaten. Geïntegreerde karakterisering van de grenslaag- en vloeistofchemie dmv hr-MAS (high resolution Magic Angle Spinning) NMR ea gevorderde NMR technieken. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project stelt zich tot doel: 1) De invloed van de lokale polariteit van aan onoplosbaar polystyreen verankerde dialkatalysatoren te onderzoeken, teneinde hun potentieel als katalysator in transesterificatiereacties te verruimen. 2) Op hr-MAS NMR steunende, vernieuwende methodologiëen te ontwikkelen, om monitoring van katalytische processen rechtstreeks in situ - voor, tijdens en na katalyse - mogelijk te maken. 3) De recycleerbaarheid van verankerde organotin katalysatoren te onderzoeken in enkele geselecteerde transesterificaties. 4) Inzicht te verwerven in de problematiek van het lekken van tin, vanuit de organotinkanker, naar het reactiemidden toe. Organisaties: • Hoge Resolutie NMR Centrum
Onderzoekers: • RUDOLPH WILLEM • MONIQUE BIESEMANS
Perceptieve optimisatie van tijdschalingstechnieken voor geluidsopnames Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tijdschalen van een spraaksignaal bestaat erin de spraak versneld of vertraagd weer te geven. doorgaans worden tijdschalingstechnieken met een constante tijdschaalfactor toegepast waardoor het resultaat onnatuurlijk kan klinken. Door imitatie van natuurlijke snelle of trage spraak, willen we hier een oplossing voor bieden. Het spraaksignaal zullen we indelen in een aantal akoestische klassen zoals pauze, plosief, klinker, medeklinker en foneemovergang. Elke klasse geven we vervolgens een eiegen aangepaste schaalfactor die we via statistisch onderzoek en/of machine-learning uit natuurlijke voorbeelden extraheren. Deze factoren worden dan via het eigenlijke tijdschaling algoritme WSOLA toegepast. Een belangrijk aspecht hierbij is de robuustheid tegen achtergrond Ruis. enerzijds moet de akoestische classificatie robuust zijn, anderzijds moet de tijdschalingstechniek zelf ook robuust gemaakt worden tegen de storende invloed van de achtergrondruis. Dit willen we respectievelijk verwezenlijken door ruisonderdrukingstechnieken toe te passen en door gebruik van signaalvoorstellingen die perceptief meer relevant zijn dan de tijdsdomein golfvorm (ihb. op basis van een inverteerbaar perceptie model). In dergelijke perceptieve voorstellingen kunnen we gemakkelijker perceptief relevante en dus robuuste tijdschalingen bekomen en bovendien de techniek uitbreiden tot polyfone signalen zoals muziek. Tenslotte zullen we ook de meertaligheidsaspecten van niet-uniforme tijdschaling bekijken, wat belangrijk is voor applicaties zoals computer assisted language learning. Organisaties: • Laboratorium voor Digitale Spraak en Audio Bewerking • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • WERNER VERHELST • MIKE DEMOL
Hybride GPS+GALILEO plaatsbepaling Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de nabije toekomst zal Europa over zijn eigen wereldwijd navigatiesysteem GALILEO (naar evenbeeld van het Amerikaanse GPS systeem) beschikken, een initiatief van de Europese Unie en het European Space Agency. In dit project concentreren we ons op het bekomen van meer robuuste en nauwkeurigere plaatsbepaling aan de hand van de combinatie GPS+GALILEO. Met het huidige GPS systeem is het namelijk niet mogelijk om wereldwijd een positie te bekomen omdat er door obstructies niet overal voldoende satellieten zichtbaar zijn en omdat de geometrie niet altijd ideaal is. Het hoofddoel van dit project is het ontwikkelen van een methode om met de nieuwe GPS en GALILEO Open Service signalen1 een zo precies mogelijke positie, en de onzekerheid op die positie, te bekomen in een bepaalde vooraf vastgelegde tijdspanne. Hiervoor maken we gebruik van de relatieve fasemetingen op korte afstanden, waarbij we expliciet de stochastische en systematische fouten in rekening brengen
Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Salua DAGHAY
Ontwerp van nieuwe methodes voor het meten en modelleren van microwave meerpoortsysemen en hun niet-lineaire gedrag. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit doctoraat bestaat er in het gedrag van niet-lineaire RF en microwave meerpoortsystemen op te meten en uit deze metingen black-box-modellen te extraheren. Dit doel is echter te ambitieus. Een niet-lineair systeem is zo complex dat het zo goed als onmogelijk is om er een model uit te extraheren dat voor alle excitaties een goede beschrijving geeft. Daarom zullen we een dergelijk model extraheren voor een welbepaald systeem én een klasse van excitatiesignalen. In een telecomcontext ligt de spectrale inhoud veelal ongeveer vast, gezien de bandbreedte en de modulatie van het signaal a priori bekend zijn. We zullen dan aan de hand van een beperkt aantal metingen een model voor het koppel systeem + excitatieklasse ontwikkelen, dat geldig is voor alle signalen in die klasse. Een model extraheren is echter niet voldoende. Al te vaak bieden CAD paketten aan de hand van hun optimizers reeds modelextractie aan, gebaseerd op metingen (en simulaties). Het grote nadeel van deze aanpak is het gebrek aan modelvalidatie: een designer kan zo goed als onmogelijk inschatten of dergelijk model al dan niet het systeemgedrag beschrijft. Vandaar dat we in de context van dit werk een tweestapsmethode willen ontwikkelen. In een eerste stap gaan we proberen om beter te begrijpen hoe het systeem zich gedraagt, zoals we dit bij een Lineair TijdsInvariant (LTI) systeem doen aan de hand van een Frequentie Response Functie (FRF). Pas in een tweede stap zal men overgaan tot de modellering. Het resultaat van model en meting voor een bepaalde excitatie kunnen dan worden vergeleken om de validatie te realiseren. Voor tweepoortversterkers heeft een dergelijke aanpak zijn degelijkheid reeds bewezen. In dit project willen we dit uitbreiden tot meerpoortsystemen die in hoofdorde lineair zijn zoals meerpoortversterkers om vervolgens uit te breiden naar andere meerpoorten die in hoofdzaak niet-lineair zijn zoals mixers. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Koen VANDERMOT
Analoge ontwerpmethodologie voor het verbeteren van de elektromagnetische immuniteit voor de volgende technologienodes Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit onderzoek is een methodologie op te stellen dewelke de immuniteit voor interferentie verbetert van analoge geïntegreerde schakelingen door met signaalintegriteit rekening te houden gedurende het onderwerp van de schakelingen zelf, en dus voor de layout van de schakeling wordt gerealiseerd. Het vroegtijdig indentificeren van de meest gevoelige knooppunten van het circuit moet het mogelijk maken om een robuust voorwerp af te leveren door het aantal componenten/knooppunten gevoelig aan interferentie tot een minimum te herleiden. Informatie leveren over het gebruik van circuitniveau technieken om gevoelige knooppunten af te schermen van substraatruis, elektromagnetische koppeling, ... Gezien de studie van signaalintegriteit problemen een onderzoek is naar parasitaire effecten is het onontbeerlijk dat de methodologie geverifieerd wordt aan de hand van metingen op chips die gerealiseerd zullen worden door middel van deze methodologie. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Stephane BRONCKERS
Ontwerp van analoge CMOS circuits voor millimergolf toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Traditioneel wordt het ontwerp van geïntegreerde analoge bouwblokken voor hoogfrequente toepassingen gedaan in III-V halfgeleider technologieën zoals GaAs en InP. In deze technologieën beschikt men immers al lange tijd over snelle transistoren. Bovendien laat de hoge weerstand van het substraatmateriaal (vb. GaAs: 107-109 ohm-cm) toe om passieve componenten te maken van goede kwaliteit. CMOS technologie biedt anderzijds wel de mogelijkheid om het analoge en het digitale gedeelte op een kost effectieve manier te integreren op één enkele chip. Door de continue schaling wordt deze technologie bovendien inzetbaar voor de millimetergolfmarkt. Het hoofddoel van dit doctoraatsonderzoek is om na te gaan welke ontwerpstrategie het best kan gevolgd worden indien er gewerkt wordt in de "grijze" frequentieband tussen gelokaliseerd en gedistribueerd CMOS - ontwerp. Er zal naar gestreefd worden om vuistregels op te stellen, op basis waarvan een ontwerper een optimaal ontwerp kan realiseren in de beschouwde frequentiezone. Van doorslaggevend belang bij de keuze van de ontwerpstrategie, is de kwaliteit van de bijhorende passieve componenten (spoelen, capaciteiten en transmissielijnen). Gezien het verlieslatende karakter van het silicium substraat zijn passieve componenten van goede kwaliteit echter niet vanzelfsprekend. We zullen, aan de hand van veldsimulaties, deze componenten (onder verschillende topologieën) modelleren en kwalificeren in de beschouwde frequentieband. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Karen SCHEIR
Financiering IOF-programma vakgroep TONA ( 1 en 2) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Op 28 mei 2004 hechtte de Vlaamse Regering haar goedkeuring aan de oprichting van het Industrieel Onderzoeksfonds (IOF) aan de Vlaamse Universiteiten (met uitzondering van de KUB). Een overgangsbesluit voor 2006 en 2007 ging in voege op 8 december 2006. In dat overgangsbesluit werd het IOF uitgebreid tot het geheel van de associatie: de middelen werden ter beschikking gesteld aan de universiteit en hogescho(o)l(en) die partner zijn bij de associatie waartoe de universiteit behoort. Voor de Universitaire associatie Brussel (UAB) werd het IOF ondergebracht bij de universiteit. In 2009 werd een organieke regeling van kracht, die de organisatie van het Industrieel Onderzoeksfonds en de werking van de Interfacediensten overspant. Doelstelling De Industriële Onderzoeksfondsen passen in het ruimere geheel va inspanningen die Vlaanderen levert om de wisselwerking te bevorderen tussen het bedrijfsleven en het onderzoek aan de instellingen voor hoger onderwijs. Binnen het IOF kan elke associatie een eigen beleid voeren dat gericht is op het opbouwen van een portefeuille aan potentieel toepassingsgerichte kennis, met economische finaliteit. Het moet leiden tot een concretisering en vertaalslag van opgebouwde kennis naar toepassingen voor bedrijven, overheden of de maatschappij in het algemeen. Het IOF
dient dan ook aan te sluiten bij het valorisatiebeleid van de instelling en haar interfacewerking. Als deel van het R&D-departement van de Vrije Universiteit Brussel, biedt de Technology Transfer Interface ondersteuning bij de ganse waaier aan activiteiten die bij kennis- en technologietransfer komt kijken. IOF-concept De IOF-raad brengt vertegenwoordigers samen van de Vrije Universiteit Brussel, het universitair ziekenhuis Brussel, de Erasmushogeschool Brussel en de industrie. Elk van deze actoren staat vanuit zijn specifieke ervaring in voor de beleidsvoering en de implementatie van het Industrieel Onderzoeksfonds. De Universitaire Associatie Brussel gebruikt het IOF om de zwaartepunten en groeiers voor strategisch basisonderzoek aan de VUB/EhB in kaart te brengen en deze financieel te ondersteunen. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Financiering IOF-programma vakgroep ETRO (1 en 2) Vrije Universiteit Brussel Abstract: ETRO (Departement Electriciteit en Informatica) huisvest 4 samenwerkende groepen: LAMI - IRIS - DSSP en TELE. In 2005-2010 willen we investeren in ETRO gericht onderzoek om een brug te maken tussen design, implementatie en valorisatie van ICT componenten en systeemdesign en implementatielevel. IOF financiering zal gebruikt worden om dit doel te bereiken en om de exploitatie van synergieën tussen de onderzoeksgroepen binnen ETRO te ondersteunen. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JAN CORNELIS
Studie van oppervlaktemodificatieprocessen aan de hand van lokale elektrochemische methoden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De doelstelling van dit project is het downscalen van de elektrochemische meetmethoden. Hier wordt de micrometer range beoogd, maar op lange termijn wordt een nog kleinere schaal nagestreefd. De ontwikklede lokale meetmethode moet passen in het kader van de elektrochemische/oppervlakteanalytische aanpak van het onderzoek naar oppervlaktemodificatieprocessen. De fundamentele aspecten van lokale impedantiemetingen, die inherent zijn aan de kleine dimensie van het meetoppervlak moeten zowel voor de meettechnische als voor de modelleringsaspecten doorgrond worden. Voor de realisatie van deze doelstellingen worden twee representatieve systemen bestudeerd: een corroderend metaaloppervlak waarbij Cu gekozen wordt, en een metaaloppervlak bedekt met een organische laag, nl. Au bedekt met een geleidend polymeer. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis
Onderzoekers: • ANNICK HUBIN • JEAN VEREECKEN • IRIS DE GRAEVE • HERMAN TERRYN
Technology-Aware Reliable Design in su-90 mm RF and microwave broadband CMOS circuits with ESD fundtionality (Type 3) -Dimitri LINTEN Vrije Universiteit Brussel Abstract: Een van de meest uitdagende problemen in de realisatie van de volgende generatie van CMOS analoge schakelingen is dat de beperkingen van de technologie de betrouwbaarheid van de gerealiserde schakelingen in de weg staan. Als een gevolg daarvan wordt het onontbeerlijk om vanaf het prille begin van de design rekening te houden met betrouwbaarheid. In het kader van de betrouwbaarheidsproblematiek is het aspect van ESD zeer belangrijk. Het doel van dit werk is om een diepgaande studie te realiseren van de ESD performantie en protectietechnieken die enerzijds de betrouwbaardheid zeer hoog maken en anderzijds de RF performatie van de schakelingen minimaal beinvloedt. Momenteel bestaat er zo goed als geen kennis over het ESD gedrag van de transistoren in de 65 nm CMOS technologie. In dit werk zullen we eerst deze kennis experimenteel en via simulaties opbouwen, en dan zullen we via demonstratoren aantonen dat deze kennis kan gebruikt worden om de kans dat een design vanaf de eerste keer werkt, te maximaliseren. Finaal wensen we modellen op te bouwen om efficient en snel betrouwbare analoge CMOS schakelingen te realiseren in de nieuwste CMOS technologie. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Dimitri LINTEN
Overeenkomst tot dienstverlening en terbeschikkingstelling van vergaderruimte, meetapparatuur en computerinfrastructuur Vrije Universiteit Brussel Abstract: Elektriciteit Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JAN CORNELIS
Wetenschappelijke onderzoeksgemeenschappen (WOG) : Audiovisuele systemen (AVS) (= VERLENGING van Beeldverwerkingssystemen (IPS) - FWOWO8) Vrije Universiteit Brussel Abstract: De Wetenschappelijke Onderzoeksgemeenschap Audiovisuele Systemen ontspruit uit de Wetenschappelijke Onderzoeksgemeenschap Beeldverwerkingssystemen (2001-2005, http://ips.etro.vub.ac.be), waarbij een extensie met audioexpertise wordt nagestreefd. Dit wordt gemotiveerd vanuit de observatie dat we evolueren naar verwerkingssystemen waarbij zowel audio als visuele componenten een rol spelen evenals hun interactie. Dit laatste aspect wordt typisch verwaarloosd en wordt één van de belangrijke missies van deze WOG: het tot stand brengen van wetenschappelijke samenwerking tussen de beeldverwerkings- en de audioverwerkingsgemeenschappen in Vlaanderen. Deze inspanning is nodig
om het fundamenteel onderzoek in dit domein te structureren (exploratief onderzoek te ondersteunen). Mogelijke toepassingsdomeinen zijn legio: biometrie, audiovisuele scène- & archiefanalyse, audiovisuele rendering Merk op dat de uitbreiding naar audio hoofdzakelijk gericht is op de ondersteuning van multimodale analyses. Solitair audio- en spraakonderzoek wordt niet nagestreefd omdat dit het kader van de onderzoeksgemeenschap te veel zou verbreden. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ILSE RAVYSE • WERNER VERHELST • PETER SCHELKENS • JAN CORNELIS
IC-calorimetrie : implementatie en exploratie van een ultrasnelle nanocalorimeter. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Implementatie van een ultrasnelle nanocalorimeter op basis van siliciumnitride membraan sensoren, karakterisering van het instrument en experimentele exploratie in het kader van polymeersystemen. Dit onderzoek wordt ondersteund door eindige elementen modellering van de warmte-overdracht. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren
Onderzoekers: • GUY VAN ASSCHE • BRUNO VAN MELE
Schaalbare en foutresistente representatie van multimediale signalen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De explosieve groei van digitale inhoud en nieuwe multimedia toepassingen leidt tot een dringende nood aan data representaties die terzelfdertijd kwaliteitsvolle schaalbare beeld- en videocodering, alsook de analyse en bewerking van beelden en video (b.v. voor ruisonderdrukking) ondersteunen. Een nieuwe trend zijn de geometrisch-aanpasbare representaties (curvelets, contourlets, bandelets, ...), die de bestaande grenzen van de realiseerbare visuele kwaliteit verleggen in vergelijking met klassieke methoden zoals wavelets. De initiële resultaten op beelden zijn indrukwekkend, maar het potentieel op het vlak van ruisonderdrukking en compressie is nog weinig uitgebuit. Bovendien werden deze technieken tot op heden nog niet toegepast op video. Het doel van dit project is het ontwikkelen van representaties die aangepast zijn aan de driedimensionale aspecten van video (ruimte/tijd) en, gebaseerd op deze representaties, het ontwikkelen van geavanceerde methoden voor ruisonderdrukking en schaalbare codering. Een bijzondere uitdaging is de theoretische en praktische ontwikkeling van gezamenlijk geoptimaliseerde ruisonderdrukkings- en compressietechnieken. Om de algoritmen op een efficiënte wijze aan te passen aan de ruimte/tijd context zullen we statistische contextmodellering combineren met vaaglogische methoden. We zijn er immers van overtuigd dat vaaglogische methoden een "zachte" aanpassing aan de lokale context in ware tijd, alsook een correcte behandeling van ambiguïteiten in de bewegingsschatting mogelijk maken. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • PETER SCHELKENS
Automated monitoring of aquatic life in remote streams and rivers. Monitoring of aquatic life using a Capacitive Sensor Array Technique Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het observeren van door uitsterven bedreigde onderwaterspecimen in afgelegen rivieren en stromen vereist een frequente en accurate inspectie op een ruim aantal locaties en ogenblikken, om alzo de leefbaarheid van schaarse populaties te kunnen beschermen en verbeteren. Bestaande methodes voor het observeren van onderwaterspecimen vereisen een grote inzet van personeel en middelen, om desondanks slechts data van zeer moderate kwaliteit op te leveren. In mei 2005 schreef het United States Department of Angriculture, Forest Service, een oproep uit voor de ontwikkeling en het testen van equipment that can be used to directly detect, measure the size of, and/or differentiate the species of fish and/or other aquatic species, in their natural habitats, without manual intervention. ETRO-IRIS combineerde zijn expertise met deze van Sensatech Research Ltd, om gezamenlijk te participeren in deze oproep, waarbij een onderzoekscontract ter waarde van $240.000 werd ingehaald om een nieuw systeem voor de observering van onderwaterspecimen te ontwikkelen dat gebaseerd zal zijn op de principes van Electrische Capacitieve Tomografie (ECT). Sensatech Research Ltd, dat een lange traditie heeft in de realisatie van capacitieve sensortechnologie, zal in dit onderzoek betrokken zijn in het ontwerp van een nieuwe capacitieve matrixsensor. ETRO-IRIS zal zijn meest recente onderzoeksresultaten in de ontwikkeling van een nieuwe klasse van deelruimte-gebaseerde gestructureerde oplossingsmethodes voor slecht-gestelde niet-lineaire inverse problemen bijdragen. Organisaties: • Multidimensionele signaalverwerking en communicatie • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • BART TRUYEN • JAN CORNELIS
Uitbreiding, aanpassing en update EMIS Ecoscore-databank Vrije Universiteit Brussel Abstract: Uitbreiding, aanpassing en update EMIS Ecoscore-databank Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Jean-Marc TIMMERMANS • Julien MATHEYS • JOERI VAN MIERLO
Verblijf buitenlands onderzoeker Universiteit Gent Abstract: Met prof. Boguslaw Wiecek van de technische Universiteit van Lodz in Polen zal intens samengewerkt worden voor het oplossen van twee specifieke problemen inzake warmteoverdracht in de microelektronica.
Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Gilbert De Mey
Testsysteem voor vroege ontwikkelingsstoornissen, met ontwikkeling van biomerkers voor neurotoxiciteit. Universiteit Antwerpen Abstract: Testsysteem voor vroege ontwikkelingsstoornissen, met ontwikkeling van biomerkers voor neurotoxiciteit. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Ingrid Selderslaghs
ENVIROMICS, Milieutoxicologie en technologie voor een duurzame wereld. Ontwikkeling en toepassing van diagnostische instrumenten voor industrie en beleid. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Wim De Coen • Johan Robbens • Freddy Dardenne
Nanotechnologie voor de maatschappij van morgen (NanoSoc). Universiteit Antwerpen Abstract: Nanotechnologie voor de maatschappij van morgen (NanoSoc). Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Lieve Goorden
Nanotechnologie voor de maatschappij van morgen (NanoSoc). Universiteit Antwerpen Abstract: Nanotechnologie voor de maatschappij van morgen (NanoSoc). Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Gustaaf Van Tendeloo
Modelleringstechnieken voor hoge snelheid elektronische systemen Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is het ontwikkelen van univariate en multivariate bemonstering en modelerings-algorithmes, gebaseerd op rationele en polynomiale interpolatie, voor efficiente exploratie van algemene lineaire dynamische systemen zoals passieve elektronische microgolf en RF systemen. De exploratietechnieken moeten de parameter ruimte bemonsteren met optimale efficientie, zonder enige a priori veronderstelling met betrekking tot het systeem zelf. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Daniël De Zutter • Luc Knockaert
Onderzoek en ontwikkeling van een niet-thermische atmosferische plasmabron voor oppervlaktewater Universiteit Gent Abstract: De bilaterale samenwerking tussen UGent en TRINITI (Rusland) betreft experimenteel en theoretisch onderzoek naar sleutelproblemen bij het ontwikkelen van eenvoudig schaalbare atmosferische niet-thermische plasmabronnen voor oppervlaktebehandeling van textiel en polymeren, waaronder de efficiëntie van de radicaalproductie in het plasma en de afname van het plasma-effect met de tijd na behandeling. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Paul Kiekens • Christophe Leys
Efficiënte analytische modellen voor prestatie-analyse van het Internet Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt een bijdrage te leveren tot de ontwikkeling van adequate modellen en bijhorende analytische oplossingstechnieken die toelaten snel en accuraat het gedrag te voorspellen van TCP en de kwaliteit van bediening in het Internet. Dergelijke modellen zijn belangrijke middelen voor netwerkoperatoren om hun netwerken beter te ontwerpen en dimensioneren. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Sabine Wittevrongel
Protection e-Textiles: MicroNanoStructured fibre systems for Emergency-Disaster Wear Universiteit Gent
Abstract: Binnen het Sixth Framework Program van de EU participeren de Vakgroepen Informatietechnologie (INTEC) en Textielkunde aan het ProeTEX Integrated Project dat instaat voor de ontwikkeling van intelligente brandweerpakken. Het onderzoek onder leiding van prof. Rogier (INTEC) omvat de ontwikkeling van antennes uit textielmaterialen voor de draadloze communicatie van lichaams- en omgevingsparameters van de reddingswerker naar een centrale commandopost. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Hendrik Rogier
Voûtes à nervures manuélines. Le caractère innovant de João de Castilho (Manuelijnse ribgewelven. De innovatie van Joao de Castilho) KU Leuven Abstract: De zgn. Manuelijnse gewelven - in het bijzonder deze van João de Castilho - behoren tot een ook op Europees vlak toonaangevende Portugese bouwstijl uit het einde van de vijftiende en het begin van de zestiende eeuw (genoemd naar de regeringsperiode van Manuel I). Doel van hetonderzoek is een multidisciplinaire studie (analyse van historische, architecturale, constructieve en erfgoed-aspecten), ingebed in een zo breed mogelijk perspectief op deze specifieke, innovatieve kunst. De doelstellingen zijn: 1. opstellen van een inventaris van de verschillende types Manuelijns gewelf; 2. vergelijking met eigentijdse Europese gewelven, in het bijzonder in Spanje, Engeland en Duitsland; 3. verificatie van de toeschrijving en de datering van João de Castilho's gewelven;4. studie van de constructieve aspecten, inclusief detaillering en bouwtechnieken; 5. analyse van de architecturale aspecten (vorm, proportie, geometrie, design); 6. analyse van hun staat van conservering op structureel vlak en van Organisaties: • Architectuur en Maatschappij
Onderzoekers: • Krista De Jonge • Soraya Genin
SB Maria Chtepen - Dynamische scheduling in grid-systemen Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek behelst het ontwerp en evaluatie van algoritmen om grid infrastructure at runtime te schedulen. Deze aanpak laat toe om jobs van grid site te verplaatsen, af te breken of opnieuw op te starten. Hiermee kan een robuster gridsysteem gerealiseerd worden, of kunnen alternatief kwaliteitsgaranties ivm uitvoeringssnelheid gegeven worden. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Bart Dhoedt
Uitwerken en uitvoeren van een pilootproject voor effectgerichte metingen om de luchtkwaliteit in Vlaanderen te kunnen evalueren. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van deze studie is het uitwerken en uitvoeren van een pilootproject voor effectgerichte metingen om de luchtkwaliteit in meerdere testgebieden in Vlaanderen te evalueren. Daarbij dient een meetstrategie voor Vlaanderen ontwikkeld en gevalideerd te worden. Bijkomend zal de bruikbaarheid van dergelijke meetstrategie voor opvolging van mogelijke problemen voor de gezondheid en opsporen van bronnen van vervuiling geëvalueerd worden. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen
Nieuwe stochastische modellen voor het evalueren van telecomsystemen. Universiteit Antwerpen Abstract: De hoofdbetrachting van dit project bestaat erin om tal van nieuwe wachtlijnmodellen op te stellen en efficiënte computationele procedures te ontwikkelen om de geassocieerde performantiematen ervan te bepalen. Toepassingen van deze modellen situeren zich binnen de telecomwereld, met name in kabel (DOCSIS) access netwerken, optische schakelaars/buffers, het backbone Internet, etc. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Benny Van Houdt
Proteoomonderzoek naar de biosynthese van oppervlakte actieve stoffen in gist. Universiteit Antwerpen Abstract: Door gebruik te maken van een proteeomtechnische benadering wordt getracht een metabool profiel van een fermentatie op te stellen. Hierbij wordt Candida bombicola als model gebruikt voor de fermentatie van recycleerbare oliën en de productie van sophorolipiden. Door de cultuurparameters te optimaliseren wordt de lipide productie met het fenotype geliëerd met als doel een stam te selecteren die voor industriële fermentatie gebruikt kan worden. Organisaties: • Plantengroei en -ontwikkeling • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Erwin J M Witters
Invloed van levensmiddelengerelateerde stressfactoren op inductie van stressresistentie en virulentie bij realistisch lage contaminatieniveaus en adaptatiecondities van Listeria monocytogenes Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is (1) een Real-time RT-PCR test ontwikkelen voor lage aantallen, (2) groeikarakteristieken en stressrespons bepalen onder variërende stressomstandigheden, (3) nagaan of stressomstandigheden een invloed hebben op virulentie en (4) valideren van de ontwikkelde methodes op levensmiddelen met uiteenlopende stressinducerende eigenschappen. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers:
• Frank Devlieghere
Building and using the next generation of liquid phase (bio-) analytical separation devices : exploiting the advantages of maximal column structure control and maximal process integration 'NEXTCHROM". Vrije Universiteit Brussel Abstract: Met het introduceren van nieuwe high-tech fabricatietechnologieen (fotolithografische etching, precision milling, laserablatie, dunlaagdepositie, ...) in het domein van de analytische chemie beoogt dit project de ontwikkeling van een nieuwe generatie chromatografische kolommen voor vloeistofchromatografie. Deze intentie is ingegeven door de grote nood aan betere en snellere analytische scheidingen komende, o.a. uit het biologische en farmaceutische onderzoeksdomein, uit de voedings- en milieuanalysesector en uit de polymeerindustrie. Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN • GERT DESMET
Multifunctional polymer materials and systems with tailored mechanical, electrical and optical properties Universiteit Hasselt Abstract: De toenemende behoefte van organische polymeren voor elektronische toepassingen wordt steeds meer kritiek, aangezien dit een snelgroeiende markt betreft en de huidige materialen beperkt zijn in termen van multifunctionaliteit, prijs en eigenschappen. Het MULTIPOL project stelt de ontwikkeling van radicaal vernieuwende organische materialen voor, gebaseerd op de SOLID (Solid on Liquid Deposition) technologie, onlangs ontdekt door HESSO. Er werd aangetoond dat het polymeer parylene kan worden gestort op een vloeibare ondergrond (droplet, film) op zo'n manier dat de vloeistof een vaste onderlaag vormt. De resulterende configuratie is chemisch stabiel en vormt de basis voor een grote verscheidenheid aan nieuwe micro-nano-systemen op het gebied van fluidics, medische technologie, micro-optica, telecommunicatie, "op maat gemaakte" filters op moleculair niveau, offer volume technologie, ultra gladde polymeer oppervlakken en luchtbel-vrij inkapseling. De eerste haalbaarheidsproeven die zijn uitgevoerd, openden de deur voor verdere onderzoeken. In het kader van de MULTIPOL project,zullen de partners hun inspanningen richten op het gebied van elektronische toepassingen, en meer bepaald op Smart Magneto-polymere Sensors and Actuators, organische transistoren (OFET), Organic Light Emitting Diodes (OLED, LED), organische zonnecellen en flexibele displays. Het MULTIPOL project is, met dit doel, opgericht om de groeiende parylene laag op een gecontroleerde manier 'te vervuilen'. Deze wijziging moet worden aangestuurd op elektronische aard, maar het is de bedoeling om de vrijlating van "starting" moleculen uit de vloeibare oppervlakken gecombineerd met de xylylene monomeer te ontwerpen, en zo een geconjugeerd polymeer (halfgeleider) of een copolymeer (dirigent) te creëren. Deze reactie zal zich voordoen in de nabijheid van de kernen van de xylylene over de vloeistof. Ofwel zal de functionele film op de vloeistof blijven voor de uiteindelijke toepassing, ofwel zal ze worden verwijderd. De gebieden die zijn verkregen van de nieuwe functionaliteiten, kunnen worden bepaald door in de eerste plaats inktjetdruk ofwel door een gedefiniëerde nano-aflevering van de vloeistof. Organisaties: • Instituut voor Materiaalonderzoek in de Micro-Elektronica
Onderzoekers: • Marc D'OLIESLAEGER
Solutions Platform for Advanced Mobile Mesh (SPAMM). Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het specifiëren, onderzoeken en ontwerpen van een dmonstrator voor een mobiel platform (gericht naar wagens, vrachvoertuigen etc. ) dat via diverse netwerken steeds de best mogelijke verbinding voorziet tussen: 1. het voertuig en zijn back-end infrastructuur 2. tussen voertuigen onderling (ad-hoc/mesh networking). Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia
ICT Infrastructure project under the 2007 IUC annual programme (Vietnam) Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt de basisinfrastructuur van Can Tho University in Can Tho (Vietnam) opgewaardeerd. Het project is zuiver technologiegericht. Organisaties: • Vakgroep Onderwijskunde
Onderzoekers: • Martin Valcke
Identificatie van dier- en slachtlijnparameters die snelle grijsverkleuring bij varkensvlees induceren Universiteit Gent Abstract: In een privaat slachthuis zullen kleurmetingen op karkassen uitgevoerd worden aangevuld met waarnemingen omtrent dier- en slachtlijnfactoren. Bedoeling is om invloedsfactoren af te leiden die mogelijk een invloed kunnen uitoefenen op het behoud van een goede kleurstabiliteit. Verder zullen labo-analyses verricht worden om meer inzicht te verwerven in de onderliggende mechanismen. Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Stefaan De Smet
Wetenschappelijke ondersteuning van de voorstudie voor het opmaken van een gedifferentieerd ruimtelijk ontwikkelingsperspectief voor de glastuinbouw binnen de macrozone Hoogstraten Universiteit Gent Abstract: Het doel van de opdracht is een optimaal zicht te krijgen op een mogelijke afbakening van gebieden voor glastuinbouw in de regio Hoogstraten, waar deze voldoende ontwikkelingskansen kan krijgen. Deze voorstudie bevat een duidelijke visie over de gewenste ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden van de glastuinbouw en een actieprogramma waarbij duidelijk wordt weergegeven welke actoren welke acties gaan uitvoeren. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers:
• Georges Allaert
Productie van biodiesel uit ruwe palmolie Universiteit Gent Abstract: Ruwe palmolie wordt omgezet in biodiesel (vetzuurmethylesters) door een combinatie van interesterificatie en esterificatie zonder voorafgaandelijke raffinage van de palmolie. De productie is een reactorproces met een minimum aan reagentia en effluenten. De biodiesel voldoet aan EU-normen met uitzondering van het cloud-punt. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Roland Verhé
Technologie en democratie Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek zal een Zweeds en Belgisch participatieproject vergelijken ivm laagactief nucleair afval. Het bestudeert ook participatie ivm fusie-energieonderzoek. Technologie en democratie. Organisaties: • Vakgroep Vergelijkende cultuurwetenschappen
Onderzoekers: • Hendrik Pinxten
Digital programmed jetting of fluids for multifunctional protective textiles Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Textieltechnologie
Onderzoekers: • Marc Van Parys
CalcUA als centrale rekenfaciliteit: ondersteuning kernfaciliteiten. Universiteit Antwerpen Abstract: Sinds 2005 beschikt de Universiteit Antwerpen met CalcUA over een van de krachtigste Belgische academische computers. Deze investering moet, op gebied van onderhoud en ondersteuning, naar de toekomst toe veilig gesteld worden, niet in het minst om de wetenschappelijke resultaten die op CalcUA gebaseerd zijn. CalcUA ondersteunt bovendien 2 excellentiecentra binnen de instelling: NANO and NEURO. Voltijdse ondersteuning voor CalcUA wordt door dit project mede mogelijk gemaakt: naar gebruikers toe en bij het formuleren van aanvraagdossiers voor computationele multidisciplinaire onderzoeksprojecten. Organisaties: • Computationele wiskunde
Onderzoekers: • Annie Cuyt
Transgene Service faciliteit: ondersteuning kernfaciliteiten. Universiteit Antwerpen Abstract: De Transgenese Service Faciliteit (TgSF) is gestructureerd rond meerdere deelaspecten van de transgenese in muis en is werkzaam in het Specifiek Pathogeen Vrije (SPF) gedeelte van het animalarium van de Universiteit Antwerpen - CDE: productie van genetisch gewijzigde muizen via pronucleaire injectie, productie van knock-out en knock-in kloons via embryonale stamcellen, rederivatie van niet-SPF muizen en cryopreservatie van belangrijke muizenlijnen. Op het einde van 2007 werden alle activiteiten van de TgSF gestopt. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven • Joseph Merregaert • Dirk Snyders
Exploitatie modelinstrumentarium Vrije Universiteit Brussel Abstract: De opdracht heeft tot doel het leveren van technisch-wetenschappelijke bijstand bij het onderzoek van het Hydrologisch Informatie Centrum van het Waterbouwkundig Laboratorium van de Vlaamse Gemeenschap. Het Waterbouwkundig Laboratorium en Hydrologisch Onderzoek: voert hydraulische en nautische studies uit inzake waterbouwkundige kunstwerken, havens, rivieren, kust en het milieu; bestudeert het afvoerregime van de belangrijkste, niet aan getij onderhevige rivieren en kanalen in Vlaanderen en voert studies uit die van belang zijn voor het beheer van deze waterlopen inzake kwantiteit; beheert het hydrologisch meetnet en waarschuwt voor overstromingsgevaar van de binnenwateren in Vlaanderen; Met behulp van off line numerieke modellen wordt toegepast onderzoek uitgevoerd om meer inzicht te verkrijgen in de effecten van stormen op de getijvoortplanting, de gevolgen van opperwassen en de effecten van allerlei ingrepen op rivieren en waterlopen in het algemeen. Het Sigmaplan, ter beveiliging van het Zeescheldebekken tegen stormtijen, het Maasdijkenplan, ter beveiliging van het Grensmaasbekken tegen opperwassen en het Kust 2002 - plan ter beveiliging van de Vlaamse Kust werden zo mede op het WLH ontwikkeld. Om de waterafvoer op een meer integrale manier te benaderen heeft het Waterbouwkundig Laboratorium recent het "Algemeen Veiligheidsniveau Vlaanderen " ontwikkeld. Dit niveau is gebaseerd op het principe dat voor heel Vlaanderen op een uniforme wijze waterbeheersingsplannen ontworpen moeten worden op basis van een beveiliging tegen schade in plaats van een beveiliging tegen hoogwaterstanden. Bij middel van numerieke hydraulische en hydrologische modellen, gekoppeld aan GIS - Vlaanderen, wordt dit Algemeen Veiligheidsniveau Vlaanderen momenteel verder uitgewerkt. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • WILLY BAUWENS
Hoog visueel performante LED beeldschermen. (HPVLEDD) Vrije Universiteit Brussel Abstract: In het kader van dit IWT-BARCO project is het de bedoeling om een nieuwe visuele standaard neer te zetten voor de nieuwe generatie van LED muren met een hoge resolutie. Hiervoor zullen diverse innovatieve technologiëen worden onderzocht om de volgende specificaties voor de beeldkwaliteit gevoelig te verbeteren in vergelijking met de huidige LED muren: contrastverhouding, luminantie en kleur uniformiteit, de vulfactor en de waarheidsgetrouwe kleurweergave. Daarnaast worden er ook nog diverse mechanische, accoustische en data-verwerking aspecten onderzocht. De onderzoeksgroep Toegepaste Natuurkunde en Fotonica (TONA) van de Vrije Universiteit Brussel (VUB) is binnen dit project verantwoordelijk voor het onderzoeken van de contrastverhouding en de vulfactor. Hun bijdrage bestaat hoofdzakelijk uit het ontwerpen, modelleren en uitmeten van diverse optische architecturen waarmee een belangrijke verbetering van de vernoemde optische eigenschappen bekomen kan worden. Verder worden ook micro-optische systemen ontwikkeld en gefabriceerd die de beeldkwaliteit van de beoogde beeldschermen gevoelig kunnen verbeteren. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
2 subcontracten m.b.t. FASCINATION OF LIGHT. Zie opm. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Exhibitie 'Fascination of Light' om de publieke belangstelling voor de wetenschap en technologie rond IST en fotonics te verhogen. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Milieurapport Vlaanderen - Themarapport MIRA - T 2006: studie- en samenwerkingsovereenkomst Universiteit Antwerpen Abstract: Het betreft de uitwerking van het achtergronddocument 1.04 Energie (volledig) en de achtergronddocumenten 1.02 Huishoudens en 1.07 Handel & diensten (enkel delen m.b.t. energie en broeikasgassen) voor het milieurapport. De milieurapportering (MIRA) in Vlaanderen behelst 3 elementen: 1) een beschrijving, analyse en evaluatie van de bestaande toestand van het milieu; 2) een beschrijving, analyse en evaluatie van het tot dan toe gevoerde milieubeleid; 3) een beschrijving van de verwachte ontwikkeling van het milieu bij ongewijzigd beleid en bij gewijzigd beleid volgens een aantal relevant geachte scenario's. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Aviel Verbruggen
Biocompbible non-viral polymerie gene delivery systems Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt de ontwikkeling van polymere vertoren voor genedelivery. Toepassingen zijn er vivo voor de behandeling van oculcure en cardiovasculaire aandoeningen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Etienne Schacht
Simulation and design tools towards the reduction of aerodynamic noise in confined flows.(CAPRICORN) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR • PATRICK GUILLAUME
Een mössbauerstudie met het oog op het verkrijgen van nieuwe inzichten met betrekking tot kristallisatieprocessen in amorfe, Fe-houdende intermetallische verbindingen en in Fe-oxiden met structurele wanorde Universiteit Gent Abstract: In de Titel vermelde materialen zullen in de eerste plaats worden bestudeerd met behulp van 57-Fe mössbauerspectroscopie, zowel in transmissie- als in oppervlak-gevoelige reflectie (ILEEMS)-geometrie. Andere technieken zoals röntgendiffractie, ramanspectroscopie, BETadsorptiemetingen, e.a. zullen complementair toegepast worden. De materialen zullen in de betrokken laboratoria bereid worden onder verschillende, doch gerichte omstandigheden en indien gewenst diverse nabehandelingen ondergaan. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Eddy De Grave
Opmaken van een energie- en CO2-balans van de volledige productie keten vanaf de teelt van biomassa tot aan de eindproducten voor het project ALCO BIOFUEL. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Opmaken van een energie- en CO2-balans van de volledige productie keten vanaf de teelt van biomassa tot aan de eindproducten voor het project ALCO BIOFUEL. Organisaties:
• Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • JACQUES DE RUYCK • Svend BRAM
Uitbreiding van de tool SAVER-LEAP voor scenario-analyses voor de huishoudens. Universiteit Antwerpen Abstract: De ontwikkeling en de uitbreiding van de scenariotool SAVER-LEAP naar woningen (residentieel gebruik), hierbij steundend op de kennis en ervaring reeds opgedaan in de studie van de utiliteitsgebouwen. Grosso modo dezelfde werkwijze als voor utiliteitsgebouwen zal gevolgd worden. De current accounts die nodig zijn voor het analyseren van scenario's in SAVER zullen worden gedefinieerd in LEAP. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Aviel Verbruggen
VIB-Rol van de AMPA sub-eenheid GluR2 in de pathogenese van ALS. Universiteit Antwerpen Abstract: Er zijn resultaten die aantonen dat excitotoxiciteit een rol speelt in de pathogenese van amyotrofe laterale sclerose (ALS). Excitotoxische dood van motorische neuronen wordt gemedieerd door de influx van Ca2+ via het AMPA-type van de glutamaat (Glu) receptor. De Ca2+ permeabiliteit van het AMPA receptor ionenkanaal wordt bepaald door de aanwezigheid van de GluR2 subeenheid: hoe meer GluR2 aanwezig is in het complex hoe lager de Ca2+ permeabiliteit is. Men kan dan ook verwachten dat hoe beter we de regulatie van de expressie van GluR2 begrijpen, hoe meer we weten van de pathogenese van ALS, en in het bijzonder over de oorzaak van de selectieve dood van de motorische neuronen in ALS. In dit project bestuderen we drie aspecten van de regulatie van GluR2 expressie. We onderzoeken het mechanisme van de gliale-neuronale regulatorische interactie. We onderzoeken de rol van VEGF in de GluR2 expressie in vitro en in vivo. En we evalueren de potentiële rol van GluR2 expressie niveaus in sporadische ALS door middel van genetische associatie studies met GluR2 promotor polymorfismen. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven
Capaciteitsopbouw rond monitoring van geologische risico's in vulkanisch-actieve gebieden in SW Kameroen Universiteit Gent Abstract: Monitoring van geologische risico's is onbestaand in SW Kameroen, waar nochtans grote vulkanische gevaren aanwezig zijn. Het project heeft de bedoeling om de kwetsbaarheid hiervoor te verkleinen door bijstand te verlenen aan de Universiteit van Buea (UB), gelegen aan de voet van een vande grootste niet-gemonitorde vulkanen, door capaciteitsopbouw in monitoring van geologische risico's. De aandacht wordt teogespitst op het opstarten van een teledetectie-eenheid voor afstandswaarneming in UB, relevante training in UGent/UB, het vergroten van de publieke belangstelling rond geologische risico's, en op bijstand in voorbereiding en reactie op catastrofen. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Patric Jacobs
Moderne architectuur op Expo 58 Universiteit Gent Abstract: Naar aanleiding van de 50ste 'verjaardag' van Expo 58 zal een dubbeltentoonstelling worden georganiseerd in het Erfgoedcentrum Lamot in Mechelen, van juni tot augustus 2008. Het ene luik van de tentoonstelling - samengesteld door Mil De Kooning en Rika Devos van de vakgroep Architectuur en Stedenbouw, UGent - brengt de Moderne architectuur op Expo 58 in beeld, aan de hand van originele en nieuwe maquettes en plannenmateriaal. Het tweede luik wil, vooral met 'orale getuigenissen', een 'reconstructie' brengen van Mechelen anno 1958. De tentoonstelling 'Moderne architectuur op Expo 58' steunt op lopend onderzoek aan de vakgroep, dat eerder aanleiding gaf tot de publicatie van het boek Moderne architectuur op Expo 58. "Voor een humaner wereld" (Brussel: Mercatorfonds/Dexia bank, 2006), 352 p. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Emiel De Kooning
APHRODITE: Automotive products for high temperature requirements offered by device innovation and technology enhancements. Universiteit Hasselt Abstract: De globale doelstelling van dit project is het uitbreiden van het temperatuursbereik van de bestaande 0.35 µm smart power technologie van AMIS naar hogere temperaturen (tot 225°C), met het oog op de toekomstige verwachtingen van de automobielindustrie. Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek in de Micro-Elektronica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Marc D'OLIESLAEGER
Intonatie van pijporgels met behulp van fysische modellering. Hogeschool Gent Abstract: Alhoewel het concept van de fluit als muzikale klankbron al in de prehistorie bekend was en het om een naar hedendaagse normen betrekkelijk eenvoudig object lijkt te gaan, wachten nog vele vragen omtrent de essentie van de werking ervan op een duidelijk en algemeen aanvaard antwoord. Vandaar dat intonatie van pijporgels tot op heden een vaardigheid is die door ervaren specialisten wordt verricht en als een artistieke daad wordt beschouwd. Het reconstrueren van de oorspronkelijke intonatie is ook de belangrijkste opgave bij restauratie van muziekinstrumenten en dit probleem is vaak het voorwerp van heftige polemieken tussen experten, niet in het minst door het ontbreken van een consensus of zelfs van een minimale gemeenschappelijke taal. Er wordt en werd reeds heel wat onderzoek verricht rond objectivering van het intonatieproces, over het algemeen uitgaande van bepaalde fonemiseringen van klankspecificiteiten en het zoeken naar associaties met de geometrie van de pijp. Veel minder aandacht is tot nog toe gegaan naar het zoeken van correlaties tussen de klank en de luchtstroming in de pijp, wat nochtans de rechtstreekse bron vormt van die klank. Het is natuurlijk een moeilijk onderzoeksterrein, alleen al omwille van de complexiteit van de stromingsverschijnselen en de onmogelijkheid tot rechtstreekse observatie ervan. Het behalen van zinvolle resultaten vereist hier een grondig
inzicht in zowel de stroming als de determinerende eigenschappen in de klank, zodat modellen gebouwd kunnen worden die specifiek op het uitwerken van correlaties tussen beide zijn afgestemd. De op dit ogenblik wereldwijd verst gevorderde onderzoeksgroepen op gebied van de akoestiek van orgelpijpen zijn onder meer de afdeling Transportfysica aan de Technische Universiteit Eindhoven (prof. A. Hirschberg), het Förderverein Orgelforschung in Stuttgart (dr. J. Angster en prof. A. Miklos) en enkele wereldwijd verspreide, individueel werkende onderzoekers, bijvoorbeeld in Frankrijk. In België is er geen specifieke onder¬zoeks¬activiteit op dit gebied, maar aan de Gentse universiteit wordt op enkele plaatsen wel aanverwante research gedaan, waar dit onderzoeksproject zeker aansluiting bij kan vinden. Dit project wil een bijdrage leveren in de problematiek rond de intonatie van pijporgels. Doelstelling is een referentiekader te ontwikkelen, met behulp van de techniek van fysische modellering, in termen waarvan de intonateur tot op zekere hoogte zijn werkwijze kan uitdrukken, en dat eveneens toelaat de specificaties van pijporgels te vervolledigen met interpretatievrije gegevens over de totstandkoming en aard van hun klank. De intonatiekwestie is ook in een aantal grote orgelprojecten in België onafwendbaar aan de orde, in het bijzonder bij enkele belangrijke restauratieprojecten, waar de kunstzin en vaardigheid van de intonateur zich ten dienste horen te stellen van wat oorspronkelijk door de bouwers in de instrumenten werd gelegd. Resultaten: het onderzoek heeft tot doel aan te tonen dat het bij de intonatie in het pijporgel gelegde klankidioom objectief aantoonbaar en kwantificeerbaar is. Het zoveel mogelijk expliciteren en karakteriseren van deze klankidiomen is van het grootste belang, gezien de impact die zij te allen tijde gehad hebben op de muziekschepping. Deze boodschap is bestemd voor al wie in staat is zichzelf permanent te bevragen over muziekuitvoerings¬praktijk en de relatie tussen klankesthetiek in muziekinhoud. Meer algemeen wordt gehoopt met het onderzoek een bijdrage te kunnen leveren tot een beter begrip van productie van (muzikaal) geluid door luchtstromingen en hun interactie met stromingsgrenzen – een vrij recent, boeiend en veelbelovend onderzoeksdomein. Organisaties: • Departement Conservatorium • Vakgroep Scheppende Muziek • Vakgroep Instrumentenbouw
Onderzoekers: • Godfried-Willem Raes • Dirk Steenbrugge
Ontwikkeling van een in vitro testsysteem voor sensitizatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van een in vitro testsysteem voor sensitizatie. Organisaties: • Departement Biomedische Wetenschappen - overige
Onderzoekers: • Greta Schoeters • Nathalie Lambrechts
Trafiekcontrole, netwerkdimensionering en foutcontrole in heterogene telecommunicatienetwerken Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft tot doelstelling nieuwe technieken voor trafiekcontrole (TC), netwerkdimensionering (ND), foutcontrole en -correctie (FCC) te ontwikkelen voor heterogene IP-gebaseerde pakketnetwerken die een heterogene mix van verkeer (data, telefonie, video, mobiele communicatie) ondersteunen, en er de performantie van te bestuderen. Dit behelst onder meer de studie van diverse types van acceptance control (AC), queue management (QM), automatic repeat request (ARQ) en forward error control (FEC). Hierbij wordt tevens specifiek aandacht besteed aan het ontwikkelen van gebruiksvriendelijke software tools en het aanvragen van octrooien op basis van de bekomen resultaten. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel • Marc Moeneclaey • Sabine Wittevrongel
Stralingsdegradatie in een gals-metaalverbinding: van fysica tot praktische toepassingen Universiteit Gent Abstract: Voor de fabricatie van de optische vensters voor ITER is er een nood aan het verbinden van niet-metaal met metaal, maar dit type van verbinding blootgesteld aan een hoge neutronenflux en een hoge temperatuur is heel moeilijk en is nog niet volledig begrepen. Het onderzoeken en het begrijpen van dit type niet-metaal met metaal verbindingen onder nucleaire omstandigheden is het onderwerp van deze doctoraatsthesis. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Guido Van Oost
ECOSONOS - MOPSEA Technische workshop omtrent uitstoot transport Universiteit Gent Abstract: Omdat de voorlopige resultaten van beide projecten (ECOSONOS en MOPSEA - die hetzelfde hebben onderzocht in opdracht van SPSD II van het feceraal Wetenschapsbeleid nl: de uitstoot van de scheepvaart in de Belgische Noordzee en de Vlaamse havens) significant verschillen van elkaar is er beslist om een expert-workshop te organiseren om de verschillen te kunnen duiden en in een breder Europees kader te plaatsen. Organisaties: • Vakgroep Internationaal publiekrecht
Onderzoekers: • Frank Maes
Transport van warmte, lucht en vocht in gebouwen Universiteit Gent Abstract: Modellen voor de voorspelling van de beweging van lucht, warmte en vocht in gebouwen worden ontworpen. De ontwikkeling steunt op experimentele analyses en fundamentele numerieke simulaties. Transport van warmte, lucht en vocht in gebouwen. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Erik Dick • Anne De Paepe • Arnold Janssens
Bepalen van het maximaal en eht goed ecologisch potentieel alsook de huidige toestand voor een aantal Vlaamse (gewestelijke) waterlichamen die vergelijkbaar zijn met de categorie meren - eerste deel Universiteit Gent Abstract: De Europese Kaderrichtlijn Water verplicht de Europese lidstaten om een goede ecologische toestand te behalen voor oppervlakte- en grondwater tegen 2015. Deze wateren mogen slechts een geringe mate van verstoring tengevolge van menselijke activiteiten vertonen. Met behulp van een aantal kwaliteitselementen (oa fytoplankton) dient een beoordelingssysteem op punt te worden gesteld die de kwaliteit kan evalueren. Voor een sterk gewijzigde of kunstmatige waterlichamen dient een goed ecologisch potentieel te worden behaald rekening houdend met de afwijking van de specifieke hydromorfologische kenmerken ten opzichte van natuurlijke omstandigheden. Voor 2 specifieke waterlichamen in Vlaanderen (Grindplas Kessenich en Heerenlaak) wordt alle bestaande kennis verzameld en aangevuld met veld- en laboratoriumwerk wat de afbakening en evaluatie van het ecologisch potentieel van deze meren zal toelaten. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman
Lidwine: Multifunctional Medical Textiles for wound (e.g. Decubitus) prevention and improved wound healing Universiteit Gent Abstract: Verschillende technieken worden ontwikkeld om doorligwonden te voorkomen en genezing ervan te stimuleren. Deze omvatten passieve en actieve antibacteriële werking, materialen met gereduceerde oppervlaktewrijving, massage en elektrotherapie. Dit laatste is de specifieke taak van de UGent. Alle materialen worden ontwikkeld in de vorm van textielstructuren. Technologieën die zullen worden gebruikt zijn nanodeeltjes, encapsulatie, brush coatings. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Gilbert De Mey • Lieva Van Langenhove
Stadsrail. Ontwikkeling van een kosten-baten analysemethode voor trein- en tramvervoer in stedelijke omgevingen. Universiteit Hasselt Abstract: Het doel van het project is het ontwikkelen van innovatieve producten met een '2020 ERRAC visie': lage levenscyclus-kost, hoge prestatie, modulair, veilig, spoorweginfrastructuursystemen die weinig lawaai en trillingen veroorzaken. Kortom, producten die passen in een geharmoniseerde Europese markt. Het URBAN TRACK project mikt op een reductie van de levenscyclus-kost van de urban track infrastructuur met minstens 25%. Organisaties: • Verkeersveiligheid • Data-analyse en Modellering • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Gerhard WETS • Marjolein DE JONG
Eigen initiatief: Chemical stabilisation of natural geomaterials for construction and industrial applications. (Jordanië) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel is het opzetten van een onderzoeksgemeenschap rond materiaalkarakterisatie in de universiteit van Jordanie. Het centrum zal onderzoek doen, personen opleiden (universitair, industrie, overheid) en in de toekomst in eigen financiering voorzien. Het opzet is voornamelijk de noden van de jordaanse gemeenschap te kunnen vervullen. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • JAN WASTIELS • HUBERT RAHIER
Creatieve betonconstructies door het gebruik van textiel als flexibel bekistingsmateriaal of functionele liner in bekistingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De mogelijkheid om creatieve (free-form) betonconstructies te realiseren met textiel als bekistingsmateriaal of als functionele binnenlaag werd onderzocht. Voor de experimenten werden zowel kolommen (variabele sectie) als schalen vervaardigd en getest. Organisaties: • Architectonische ingenieurswetenschappen
Onderzoekers: • MARIJKE MOLLAERT
CONTEX-T : Textile architecture - Textile structures and buildings of the future contex-T. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Europees onderzoeksproject met 29 deelnemers (bedrijven, onderzoekscentra en universiteiten) met als doel: ontwikkeling van lichtgewicht bouwconstructies op basis van textielstructuren met een levensduur van 60 jaar en die voldoen aan de strengste eisen ontwikkeling van veilige, gezonde en zuinige gebouwen makkelijke en snelle opbouw van op-maat gemaakte structuren en gebouwen Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies • Architectonische ingenieurswetenschappen
Onderzoekers: • MARIJKE MOLLAERT • JAN WASTIELS • Filip DESCAMPS
Ecoscore databank : Ondersteuning bij de toepassing van de ecoscore methodolgie oa voor de hervorming van de verkeersbelastingen (fase 1 en 2) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ondersteuning bij de toepassing van de ecoscore methodolgie oa voor de hervorming van de verkeersbelastingen (fase 1 en 2) Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Julien MATHEYS • NELE SERGEANT • JOERI VAN MIERLO
Natriumreductie en/of -vervanging in deegsystemen Hogeschool Gent Abstract: Dit project situeert zich binnen het Flanders' Food Project "Natriumreductie en/of -vervanging" met een focus op deegsystemen. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers: • Delina Van Laere • Ingrid De Leyn
Suikerreductie en/of -vervanging in zure en neutrale drinks en in ijsmixen Hogeschool Gent Abstract: Dit project situeert zich binnen het Flanders' Food Project 5 "Suikerreductie en/of -vervanging" met een focus op de drinks en ijsmixen. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers: • Tony Ruyssen
Suikerreductie en/of -vervanging in deegsystemen Hogeschool Gent Abstract: Het project situeert zich binnen het Flanders' Food Project 5 "Suikerreductie en/of -vervanging" en heeft een focus op de deegsystemen. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers: • Delina Van Laere • Ingrid De Leyn
Vetreductie en/of -vervanging in deegsystemen Hogeschool Gent Abstract: Het project situeert zich binnen het Flanders' Food Project 2 "Vetreductie en/of -vervanging" en heeft een focus op deegsystemen. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers: • Delina Van Laere • Ingrid De Leyn
Flanders Food onderzoeksprojecten Universiteit Gent Abstract: De restzuurstof in een verpakking kan een belangrijke impact hebben op zowel de microbiologische, als de fysico-chemische stabiliteit van een levensmiddel. In dit onderzoek zullen modellen opgesteld worden die het zuurstofverloop in de verpakking, de opgeloste zuurstofconcentratie in het levensmiddel en als laatste de microbiële houdbaarheid en fysicochemische stabiliteit gaan voorspellen. Deze modellen zullen gevalideerd worden met verschillende levensmiddel-modelsystemen. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Frank Devlieghere
Toekenning van Reis- en verblijfskosten voor stagiair vanwege Ministry of Education (Ethiopië) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Toekenning van Reis- en verblijfskosten voor stagiair vanwege Ministry of Education (Ethiopië) Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • FLORIMOND DE SMEDT
Ontwerp van prioriteitsprotocollen en QoS in de ZigBee standaard Hogeschool Gent Abstract: Draadloze sensornetwerken of meer specifiek LR-WPAN (Low-Rate Wireless Personal Area Networks) zijn al geruime tijd vastgelegd in een standaard, ontwikkeld door IEEE-SA (Institute of Electrical and Electronics Engineers Standards Association) onder het nummer IEEE 802.15.4. Door kostprijs en vermogenverbruik op de eerste plaats te zetten en grotere bitsnelheden en bereiken pas op de tweede plaats, staat deze standaard in sterk contrast met de huidige draadloze technologieën. Hij heeft dan ook niet de bedoeling om in concurrentie te gaan met andere standaarden, maar wil ze eerder aanvullen wat betreft de ondergrens voor bitsnelheid, vermogenverbruik en kostprijs. Een uitbreiding bovenop deze IEEE 802.15.4 standaard wat betreft de netwerk- en de applicatieaspecten, is vastgelegd door het industriële consortium met de naam ZigBee Alliance. Typische toepassingen kunnen worden gevonden in domotica, inbraakdetectie, gebouwautomatisering,
industriële automatisering, patiëntenmonitoring, lokalisatie... Voor een draadloos sensornetwerk modelleren we elke stap van zender naar ontvanger in een testplatform met een bestaand softwarepakket (Matlab, Simulink, LabVIEW, Glomosim, NS2, ...). Er wordt ook een uitgebreid propagatiemodel toegevoegd, zodat reflecties, transmissies en diffracties van de voortgeplante stralen in de meest complexe testomgevingen kunnen worden gesimuleerd. De belangrijkste eigenschappen worden grondig uitgetest: energieverbruik, zelf-organiserend zijn van het netwerk, invloed van storingen, frequentieband, afstanden en dergelijke. Met data-acquisitiekaarten krijgen we meetresultaten met een gemengd gesimuleerd/gerealiseerd netwerk. Daarenboven bekijken we de mogelijkheid van lokalisatie in dergelijke netwerken. Ook wordt een koppeling met het internet via een Ethernet Gateway uitgebreid onderzocht en geïmplementeerd. We zoeken naar mogelijkheden om prioriteiten en Quality of Service (QoS) toe te voegen in het transmissieprotocol. Door de minder voorspelbare beschikbaarheid, door de beperkte stabiliteit van de verbinding en door de lagere bandbreedte is er immers een grote nood naar dergelijke draadloze QoS niveaus. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Elektronica
Onderzoekers: • Jo Verhaevert • Frank Vanheel
Moleculaire benadering van schottolerantie in triticale Hogeschool Gent Abstract: Triticale combineert het goede opbrengstpotentieel van tarwe met de goede ziekte- en droogteresistentie en de lage N-behoefte van rogge, waardoor het een duurzaam en waardevol gewas vormt, voornamelijk voor veehouders. Triticale is echter gevoelig voor schot in regenrijke of vochtige oogstperiodes. Het optreden van schot resulteert in o.a. opbrengstverlies en verlies van kwaliteit en nutritionele waarde. Zowel het genotype als omgevingsomstandigheden evenals de combinatie van beide factoren hebben een sterke invloed zodat het probleem enkel via veredeling van schottolerante cultivars kan opgelost worden. Het onderzoek beoogt een grondige studie van de fysiologische processen die optreden bij het instellen van dormantie tijdens zaadvorming, bij het in stand houden van dormantie na afrijpen alsook bij het kiemgedrag na afrijpen. Deze studie wordt uitgevoerd aan de hand van gestandaardiseerde kiemtesten waarbij modelgenotypen onder gestandaardiseerde omstandigheden worden opgegroeid. Hormoonbalansen en alfa-amylase concentraties in de korrel worden opgevolgd vanaf de start van korrelontwikkeling tot volledige afrijping. De belangrijkste genen die bij deze hormonale en enzymatische processen betrokken zijn worden dieper bestudeerd en de expressie ervan geanalyseerd. Aan de hand van de expressiepatronen van deze genen wordt de mogelijkheid om een merker te ontwikkelen verder onderzocht. De ontwikkelde merkertechnologie kan mogelijks verder aangewend worden om de veredeling naar schottolerante triticalerassen te optimaliseren. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Sarah De Laethauwer • Geert Haesaert
Process optimization for 3D plotting of scaffolds for vascular tissue engineering Hogeschool Gent Abstract: This recently started PhD research is situated in the area of scaffolding for Tissue Engineering applications. Using a specially designed 3D plotter, porous biodegradable tubular scaffolds will be developed that are eventually destined to serve as scaffold structures for the growing of prosthetic blood vessels. Meant to replace native arteries in function, they must be designed so that they exhibit sufficient burst strength and anisotropic elastic-mechanical properties, as well as the ability to be completely perfused by fluids. They must also degrade in the body at a controlled rate whilst the new tissue forms. Design will be optimized by choice of materials and iterative modelling of the porosity (pore geometry and size as well as interconnectivity). The scaffolds will be evaluated under pulsatile conditions – thus mimicking the in vivo environment as closely as possible. The results of these tests will serve as feedback for the three-dimensional design of the structures. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Mechanica
Onderzoekers: • Kim Ragaert • Ludwig Cardon
Leuven Materials Research Centre. Geïntegreerde aanpak en strategische valorisatiestimulering van innovatief multidisciplinair materiaalonderzoek. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Structurele Materialen
Onderzoekers: • Karel Van Acker • Ignace Verpoest • Patrick Wollants • Paula Moldenaers • Jan Carmeliet • André Vantomme • Jan Elsen • Jean-Pierre Kruth
In vivo beeldvormingsonderzoek naar het neuraal substraat van zangverwerking en geheugen bij zangvogels. Universiteit Antwerpen Abstract: Evenals mensen beschikken zangvogels (d.i. Passeriformes) over het vermogen tot vocale imitatie. Vogelzang is net als spraak een natuurlijk complex aangeleerd gedrag dat memorisatie van de zang van een volwassen soortgenoot vereist. Het leren en produceren van zang wordt gereguleerd door een circuit van hersenkernen, het zogenaamde zangcontrolesysteem (SCS). Ook het auditieve systeem, welke verantwoordelijk is voor de perceptie en verwerking van auditieve informatie, is van essentieel belang voor het aanleren van zang. Zangleren vereist het horen, het luisteren naar, en het zich herinneren van liedjes, wat een actieve rol van het auditieve systeem doet vermoeden. Ondanks het feit dat de auditieve netwerken veel minder bestudeerd werden dan de vocale en dit in de context van aanleren van zang, werden er in het
auditieve systeem fenomenen zoals habituatie en hiërarchische organisatie aangetoond. Een extra aanwijzing voor een functionele connectie tussen de twee netwerken is de indicatie dat delen van het auditieve systeem (en niet van het SCS!) optreden als neurale substraat voor de herkenning van een aangeleerd lied (de zogenoemde `tutortemplate'). Bij mensen wordt het neurale substraat voor spraak en taal onderzocht a.d.h.v. in-vivo functionele MRI teneinde de auditieve en spraak geïnduceerde activaties in de hersenen te kunnen lokaliseren. Het succesvol implementeren van deze techniek in zangvogels (Van Meir et al, 2004) biedt ons de mogelijkheid om auditief geïnduceerde hersenactiviteit te visualiseren in het auditief en/of het vocale circuit en dit in geanaestheseerde dieren. Dit zal ons toelaten om hersenactiviteit te detecteren tijdens blootstelling aan verschillende auditieve stimulaties (bijvoorbeeld opeenvolgende aanbieding van conspecifieke en eigen zang, gemanipuleerde zang, multi tonen, enz.) en dit alles binnen éénzelfde individu en zelfs voor en na het aanleren van zang (opleiden van vogels met tutorzang). Door de combinatie met proefdieronderzoek kan dieper worden ingegaan op de onderliggende cellulaire en moleculaire mechanismen van cognitie. Het beoogde doel van het project is een bepaling van het neurale substraat dat instaat voor auditieve herkenning bij zangvogels. Wat is de relatie van dit gebied tot het conventioneel zangcircuit? Door in zebravinken met fMRI de neuronale activatie bij blootstelling aan de geleerde zang en andere auditieve stimuli te analyseren in relatie tot de graad van zangleren, kan het neurale substraat dat instaat voor auditieve herkenning bij zangvogels worden bepaald. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Anne Marie Van Der Linden • Tiny Boumans
Chlorofyl fluorescentiebeelvorming van planten blootgesteld aan biotische en abiotische stressoren in een toekomstig klimaat. Universiteit Antwerpen Abstract: Chlorofyl (chl) a fluorescentie heeft reeds bewezen een geschikte techniek te zijn voor de studie van stressresponsen bij planten. Omdat chl fluorescentie op complexe wijze gerelateerd is met processen in fotosynthese verschaffen fluorescentiemetingen gedetailleerde informatie over de integriteit en kwantumefficiëntie van fotosysteem II (PSII). De overkoepelende doelstelling van deze studie is het karakteriseren van veranderingen in primaire fotochemische processen van verschillende plantensoorten in functie van de meest voorkomende stresssituaties (milieuen omgevingsstress) en dit zowel onder de huidige als toekomstige klimaatsomstandigheden (global change). Door dit te doen binnen een groot experiment waarbij meerdere stressoren afzonderlijk en in combinatie worden opgelegd, kan ondergezocht worden welke mechanismen gemeenschappelijk, respectievelijk specifiek, zijn voor de respons van planten t.o.v. verschillende stressoren. Objectieven: - Karakteriseren van de veranderingen in kwantumefficiëntie van fotosysteem II (PSII) in relatie tot afzonderlijke en gecombineerde stressoren onder huidige en toekomstige klimaatscondities voor verschillende plantensoorten - Een beter inzicht krijgen in de processen van niet-fotochemische quenching door dit te bestuderen onder verschillende stress- en klimaatscondities binnen hetzelfde experiment - Patronen en variatie van fotochemische efficiëntie binnen een individueel blad koppelen aan een bepaalde stressor en nagaan of de patronen verschillend zijn onder huidige en toekomstige klimaatsomstandigheden - Onderzoeken of chl fluorescentiesignalen onder alle omstandigheden een goede indicatie geven van de werkelijke fotochemische capaciteit Dit onderzoek zal kaderen binnen een groot experiment in onze onderzoeksgroep. De doelstelling van die grootschalige studie is nagaan of ecosystemen en de verschillende afzonderlijke plantensoorten voldoende resistent zullen blijven aan verschillende stressoren onder toekomstige klimaatsomstandigheden. Meer specifiek wilt men onderzoeken of de dosis-respons relaties voor de stressoren wijzigen en of er synergistische of antagonistische effecten optreden tussen de verschillende stressoren. Grasland mesocosmossen (eenheden van bodem + vegetatie) zullen in PVC-containers geplaatst worden binnen computer-gestuurde, doorzichtige groeikamers waarvan de helft de huidige CO2 concentraties en luchttemperaturen volgt en in de andere helft toekomstige condities worden gesimuleerd. Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Birgit Gielen • Reinhart Ceulemans
Transplantatie van embryonale stamcel-afgeleide neurale stamcellen na ruggenmerg- en hersentrauma. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project stellen we als hypothese dat transplantatie van zeer specifiek gedefinieerde embryonale stamcel-afgeleide neurale stamcellen (ES-NSC), genetische gemodificeerd ter secretie van neurotrofe factoren, zal bijdragen tot versneld en/of verbeterd herstel na TBI en SCI. Dit versnelde en/of verbeterde herstel kan het gevolg zijn van: A) een verminderd secundair neuraal verlies door secretie van neurotrofe factoren, en/of B) een verhoogd neuraal herstel door functionele integratie van getransplanteerde ES-NSC en /of gerekruteerde endogene NSC. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Peter Ponsaerts • Zwi Berneman
Het oorzakelijk verband tussen hersenplasticiteit, motorische activiteit en motivatie: in vivo neuro MRI onderzoek in zangvogels. Universiteit Antwerpen Abstract: Het voornaamste doel van dit project is dan ook om, gebruik makend van de nieuwe mogelijkheden die de ontwikkelde MRbeeldvormingstechniek biedt, een nieuw licht te werpen op het causale verband tussen steroïde hormonen (testosteron), hersenplasticiteit (van het zangcontrolesysteem en andere relevante regio's), motorische gedrag (zang) en (seksuele) motivatie. Alle experimenten zullen worden uitgevoerd met de spreeuw (Sturnus vulgaris) als modelsoort. Er zullen drie hypothesen getoetst worden aan de hand van een aantal experimenten. De hypothesen zijn: I. Testosteron werkt rechtstreeks in op de zangcontrole kernen en ligt aan de oorzaak van hun groei en een verhoogde zangproductie, II. Testosteron werkt niet rechtstreeks in op de zangcontrole kernen maar op andere regio's in de hersenen die instaan voor seksueel gemotiveerd gedrag III. De verhoogde (motorische) activiteit (zang) induceert hersenplasticiteit. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Anne Marie Van Der Linden • Geert De Groof
Parametrisch modelleren van complexe systemen op computer-clusters en -grids. Universiteit Antwerpen Abstract: Geparametriseerde computerexperimenten of -simulaties worden steeds belangrijker bij de studie en ontwerp van complexe systemen. Het hoofddoel van dit project is het linken van de wereld van geparametriseerde simulaties aan deze van grid computing. Er zal een framework bestudeerd en ontworpen worden dat volledig automatisch compacte en schaalbare (surrogaat-) modellen kan construeren voor complexe, dynamische systemen, gebaseerd op een beperkt aantal intelligent gekozen simulaties. Daar de individuele simulaties computationeel duur kunnen zijn, zal dit framework uitgebouwd worden zodat deze simulaties efficiënt en intelligent kunnen gedistribueerd worden over computer-clusters en grids, hierbij o.a. gebruik makend van gangbare AI-technieken zoals neurale netwerken. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Tom Dhaene • Karel Crombecq
Ontwikkeling van reportergen beeldvorming voor MRI en BLI opvolging van migratie en overleving van getransplanteerde mesenchymale en neurale stamcellen na traumatisch hersenletsel bij muizen. Universiteit Antwerpen Abstract: Stamceltransplantatie na neurotrauma is een veelbelovende onderzoeksrichting in huidig biomedisch onderzoek. Echter, er is weinig gekend over effectieve migratie en overleving van getransplanteerde stamcelpopulaties op plaats van trauma. Dit project beoogt de ontwikkeling van genetisch gemodificeerde adulte en embryonale stamcelpopulaties die na transplantatie in getraumatiseerde muis hersenen opgevolgd kunnen worden via MRI en BLI. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Anne Marie Van Der Linden • Peter Ponsaerts
Revisie van het moderne. Potenties van het modernistische hoogbouwpatrimonium. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project wordt de problematiek van de woning en de woonomgeving in modernistische hoogbouwwijken onderzocht. Het onderzoek plaatst zich binnen een breder spectrum van onderzoek (sociologie, sociale geografie) naar de ruimtelijke en sociale problemen die zich vandaag stellen in de hoogbouwwijken, gerealiseerd na de tweede wereldoorlog. Het bestaande onderzoek wordt in dit project gecomplementeerd, door een specifiek architectuurwetenschappelijk perspectief (architectuurgeschiedenis, - theorie en ontwerpend onderzoek) te openen op de problematiek van het hedendaagse wonen in naoorlogse modernistische hoogbouwwijken. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken • Karen Kesteloot
Normalisatie voor Xquery-optimalisatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Normalisatie voor Xquery-optimalisatie. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Jan Paredaens • Arend Jan Hendrik Hidders
Grondige studie van de rol van matrix metalloproteinase 8 (MMP-8) en andere MMPen in endotoxemie en immuniteit Universiteit Gent Abstract: Endotoxemie ligt aan de basis van septische shock, nog steeds goed voor honderdduizenden doden per jaar wereldwijd. Er is dringend nood aan betere therapeutica die sepsis bij patienten kunnen genezen. Wij richten ons op de rol van een familie van proteasen, de matrix matalloproteinasen (MMPen), meer bepaald o pMMP8, in endotoxemie en sepsis. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Claude Libert
Automatische hardwaregeneratie door middel van lustransformaties in het polyedraal model Universiteit Gent Abstract: Om het hardwareontwerp te versnellen is er behoefte aan ontwerp op een hoger abstractieniveau, waar de productiviteit hoger en de foutenlast lager is. Een mogelijke methode is het gebruik van lustransformaties. Om de automatische hardwaregeneratie ten volle te kunnen benutten is het noodzakelijk om de prestatie en de kost van een ontwerp op voorhand te kunnen schatten. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Dirk Stroobandt
Studie van niet-lineaire nanofotonische componenten voor optische signaalverwerking Universiteit Gent Abstract: In dit project zal onderzoek verricht worden naar niet-lineaire nanofonische componenten voor optische signaalverwerking, zowel klassieke signaalverwerking als liquid computing. Studie van niet-lineaire nanofotonische componenten voor optische signaalverwerking. Organisaties:
• Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Roeland Baets • Peter Bienstman
Componentgebaseerde Netwerkarchitectuur Universiteit Gent Abstract: Het project bestudeert technieken voor componentgebaseerd beheer van telecommunicatienetwerken ter bevordering van de gebruikerservaring voor telecommunicatiediensten. Aan de hand van een grondige prestatie-modelering van de componenten en het ontwerp van algoritmen voor de oordeelkundige instantiatie van de componenten, is de doelstelling de optimalisatie van het resource gebruik en kwaliteitservaring voor de eindgebruiker. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Bart Dhoedt • Filip De Turck
Ontwerp en beheer van Telecommunicatienetwerken ter garantie van Quality of Experience Universiteit Gent Abstract: Het project bestudeert technieken om end-to-end kwaliteitsgaranties te bieden voor genetwerkte multimediale applciaties. Hiertoe worden technieken onderzocht die een globaal optimale optimalisatie nastreven tussen applicatie en netwerk. In het bijzonder wordt de problematiek van (eventueel snel) bewegende gebruikers onderzocht, waarbij de applicatie de gebruikers om kwaliteitsreden volgt. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Bart Dhoedt • Filip De Turck
Studie en ontwerp van geavanceerde geschakelde hoogspanningsversterkers voor vermogen-efficiënte xDSL aanstuurcircuits Universiteit Gent Abstract: Het rendement van huidige xDSL lijn-driver chips is vrij laag door het gebruik van lineaire klasse-AB versterkers. Dit doctoraatsonderzoek beoogt een drastische verhoging van dit rendement door de lineaire versterker te vervangen door een geschakelde klasse-D of multi-niveau versterker, uitgevoerd in een hoogspannings 'smart power' technologie. Ook de introductie van nieuwe hoogperformante IGBT transistoren zal het rendement gevoelig kunnen verbeteren. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • André Van Calster • Jan Doutreloigne
Navicularii et negotiantes. De Romeinse maritieme economie in de Keizertijd Universiteit Gent Abstract: De Romeinse staat was verantwoordelijk voor de aanvoer van levensmiddelen. Voor het transport sloot de overheid contracten af met navicularri. Over deze navicularii, hun maatschappelijke en individuele achtergrond is weinig geweten. Via opgravingen bij MOnte Testaccio kan men meerdere navicularii identificeren en een nieuwe interpretatie geven aan de Romeinse economische organisatie en de onderlinge afhankelijkheid van de provincies. Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Johnny Devreker
Probalitische formulering van de invloed van confomiteitscontrole op de sterktedistributie van beton en op het veiligheidsniveau van betonconstructies aan de hand van Bayesiaanse updatingstechnieken Universiteit Gent Abstract: Het doel van het onderzoek is de statistische achtergrond van conformiteitscriteria voor beton en betonfamilies op een fundamentele manier te karakteriseren, het filtereffect prbabilistisch te formuleren, de invloed op het veiligheidsniveau te kwantificeren en na te gaan hoe de gefilterde sterktedistributie kan toegepast worden bij de evaluatie van bestaande betonconstructies. Hierbij wordt systematisch gebruik gemaakt van Bayesiaanse updatingstechnieken. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Luc Taerwe
Discrete-tijd-wachtlijnmodellen met sessiegebaseerde aankomststromen Universiteit Gent Abstract: Het project heeft tot doel de studie aan te vatten van een nieuwe (generische) klasse van wachtlijnmodellen, waarvan verwacht wordt dat zij beter dan bestaande modellen in staat zullen zijn de prestaties te voorspellen van b.v. webservers, celgebaseerde mobiele netwerken en gelaagde telecommunicatieprotocollen. Het betreft hier met name een klasse van discrete-tijd-wachtlijnmodellen met sessiegebaseerde aankomststromen, waarbij de pakketten die aankomen in een buffer van een communicatienetwerk afkomstig zijn van meerdere gebruikers die elk slechts gedurende een eindige periode (of sessie) actief zijn. Het innovatieve van het project is dat de structuur van de sessies expliciet in de modellering van de trafiekstromen wordt opgenomen. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel
Invloed van additieven op de cokesvorming bij het thermisch kraken van koolwaterstoffen Universiteit Gent
Abstract: Om de invloed van additieven zoals dimethyldisulfide en tetraethylorthosilicaat op de cokesvorming na te gaan, zal een kinetisch model opgesteld worden. Het opgestelde model zal de ontbinding van deze additieven en de interactie van de ontbindingsproducten met de cokeslaag beschrijven. Aan de hand van dit model zullen richtlijnen kunnen gegeven worden voor een optimale inzetting van additieven. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin • Marie-Françoise Reyniers
Fundamentele evaluatie van beproevingsmethoden voor het transport van chlorides in cementgebonden materialen Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is de ontwikkeling van een nieuw model en een eenvoudige methode voor de berekening van de chloridediffusiecoëfficiënt in beton. Een nieuw model zal ontwikkeld worden teneinde de analytische oplossing voor de bepaling van de migratiecëfficiënt, zoals voorgesteld in de NT Build 492 methode, om te zetten in een numerieke oplossing. Bovendien zal onderzocht worden hoe een elektrisch veld de binding van chloride-ionen in beton beïnvloedt in geval van permanente en niet-permanente stroming. Tevens wordt onderzoecht hoe de chloridebinding het ionentransport beïnvloedt. Tevens wordt de invloed nagegaan van verschillende toevoegsels op de chloridebinding in het beton en op de migratiecoëfficiënt in permanente en niet-permanente stroming. Tenslotte zal in het project nagegaan worden wat de relatie is tussen de versnelde migratietest (RCMT) en de versnelde doorlatendheidstest (RCPT) met betrekking tot het transport van chlorides. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Geert De Schutter
De ontwikkeling van professionele kennis van leraren in functie van geïntegreerd ICt gebruik in Chineese lagere scholen Universiteit Gent Abstract: De volgende begrippen staan central in deze studie: Teachers' Professional Knowledge (TPK), lerarenopleiding en het geïntegreerd gebruik van Informatie- en Communicatietechnologieën (ICT). Het geïntegreerd gebruik van ICT veronderstelt het oppikken van specifiek concepties en beliefs die onderdeel zijn van de TPK. In China wordt ICT gebruik gepromoot, maar de gevolgen voor de lerarenopleiding worden nauwelijks onderzocht zeker niet op het niveau van de opvattingen en beliefs. Dit onderzoek onderzoekt deze elementen van TPK, de relatie tussen concepties en beliefs en de onderwijsstrategieën bij ICT-gebruik en hoe dit kan beïnvloed worden door het invoeren van een REalistic Teacher Education Pedagogy (RTEP). Implicaties voor de inservice en preservice lerarenopleiding worden onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Onderwijskunde
Onderzoekers: • Martin Valcke • Johan van Braak
Nanofotonica Universiteit Gent Abstract: We zullen onderzoek verrichten naar toepassingen van nanofotonica in verschillende toepassingsdomeinen: telecommunicatie, optische niet-lineariteiten, optische singaalverwerking, biosensoren, verlichting en liquid computing. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Peter Bienstman
Milieuwetgevingsnavigator: aanpassen van de index Stoffen en parameters Universiteit Gent Abstract: Het project heeft tot doel om de index Stoffen en parameters van de Vlaamse milieunavigator te optimaliseren opdat de gebruiksvriendelijkheid ervan verbeterd wordt. Er wordt zowel een analytische als een thematische index ontwikkeld, waardoor de gebruiker hetzij op basis van stoflijsten, hetzij volgens de aard of de gevaarseigenschappen van stoffen gerichte zoekacties kan uitvoeren in de integrale milieuwetgeving. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Greta Van Eetvelde
De gelijkvormigheids- en productiecontrole als sturende elementen voor het optimaliseren van betonsamenstellingen Universiteit Gent Abstract: Om aan de nieuwe opgelegde eisen van de normen NBN EN 206 - 1 en NBN B15-001 (specificaties, eigenschappen, vervaariding en conformiteit) een antwoord te kunnen bieden moeten de betoncentrales streven naar een fundamentele aanpak voor het berekenen van betonsamenstellingen. In dit TETRA-project wordt aandacht besteed aan de betontechnologische achtergrond, en wordt het familieconcept verder bestudeerd. Dit wordt gekoppeld aan productie- en conformiteitscontrole van beton. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Geert De Schutter
De rol van turbulentie en elektrische velden bij het ontstaan van transportbarrières en verbeterde opsluiting in tokamaks door vergelijking tussen machines Universiteit Gent Abstract: Studie van de correlaties tussen enerzijds het onstaan van transportbarrières en verbeterde opsluiting in de tokamaks TEXTOR&T-10 en de kleinere tokamaks FT-2, TUMAN-3M and CASTOR, en anderzijds elektrische velden, veranderde magnetische gradiënt,en elektrostatische&magnetische turbulentie, gebruik makend van geavanceerde diagnostieken met hoge ruimte-en tijdsresolutie. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers:
• Guido Van Oost
Aurora Onderzoeks project over zonnecellen met dunne CIS laag over kralen van glas Universiteit Gent Abstract: AURORA is een Nederlands onderzoeksproject onder coördinatie van Scheuten Glasgroep, Venlo. Dunne-film zonnecellen met CIS (koper-indium-sulfide of CuInS2) worden op kleine glasbolletjes aangebracht, en tot grotere zonnecellen en modules geassembleerd. UGent is een subcontractant van ECN, en meet, analyseert en modelleert dit nieuwe type dunne-filmzonencellen. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Marc Burgelman
Gevorderde analyse en ontwikkelingsmethodes voor het gebruik van pneumatische componenten in structurele systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het constructief concept Tensairity bezit de meeste eigenschappen van een opblaasbare balk, maar kan tot honderd keer meer belasting dragen. Hierdoor zijn Tensairity constructies zeer geschikt voor tijdelijke en mobiele toepasingen, waar het lage gewicht en het compact volume bij transport een vereiste zijn. Echter, de standaard Tensairity constructie, die opgebouwd is uit verschillende samenwerkende delen zoals een opblaasbare balk, kabels en staven, kan niet opgeborgen worden tot een klein volume zonder de constructie te demonteren. Door middel van het vervangen van de standaard druk- en trek elementen door een mechanisme, wordt een opplooibare Tensairity constructie gerealiseerd die behalve het aanpassen van de interne druk - geen bijkomende handelingen vereist om de constructie op te vouwen of te ontplooien. De ontwikkeling van een dergelijke opplooibare Tensairity constructie is het onderwerp van dit onderzoek. Inzichten in het constructief en kinematisch gedrag van dit type Tensairity constructies worden verworven door middel van experimenteel en numeriek onderzoek op kleine en grote schaalmodellen. Het eerste deel van dit onderzoek richt zich op de ontwikkeling van een geschikt mechanisme voor de opplooibare Tensairity constructie. De studie en analyse van ideeën voor opplooibare systemen is weergegeven door middel van experimenten op verscheidene schaalmodellen. De randvoorwaarden en vereisten die in rekening moeten gebracht worden bij het ontwerpen, worden op deze manier weergegeven. Deze randvoorwaarden worden opgelegd door de toepassing waarvoor de constructie ontworpen is en door het constructief concept Tensairity zelf. Een oplossing voor een opplooibare Tensairity constructie wordt met deze kennis verbeterd op het vlak van diens constructief en kinematisch gedrag. Het resultaat is een eenvoudig opplooibaar voorstel voor de opplooibare Tensairity constructie. Het tweede deel onderzoekt het constructief gedrag van een opplooibare Tensairity constructie door middel van experimenten op schaalmodellen en numerieke simulaties, en identificeert de invloed van verscheidene ontwerpparameters. Meer precies wordt de bijdrage van scharnieren en kabels op het constructief gedrag bestudeerd, alsook de invloed van de interne druk, de sectie van het druk-en trekelement en de vorm van opblaasbare balk. Uit deze studie wordt onder andere geleerd dat de stijfheid van de constructie verminderd wordt door de aanwezige scharnieren en dat een degelijk constructief gedrag vereist dat alle scharnieren met kabels verbonden worden. Een prototype van een opplooibare Tensairity balk is ontworpen, vervaardigd, experimenteel onderzocht en geëvalueerd in het derde deel. De details en vervaardiging van dit prototype worden er weergegeven, alsook hoe de ex-perimenten zijn uitgevoerd. Het algemeen constructief gedrag van de op-plooibare Tensairity balk, zoals diens stijfheid en maximale belasting, worden eerst besproken. Daaropvolgend worden verschillende configuraties bestudeerd om de invloed van de kabels en scharnieren op het gedrag van de constructie te onderzoeken. Ook hier wordt de noodzaak duidelijk gemaakt om de scharnieren van de druk-en trekelementen door middel van een kabel te verbinden. De experimenteel verworven resultaten worden doorheen de hele studie vergeleken met de uitslag van numerieke berekeningen van een eindige elementen model van het prototype. De opplooibare Tensairity balk wordt vergeleken met andere (niet-opplooibare) Tensairity prototypes. De opplooibare configuratie is een factor twee minder stijf dan hetzelfde prototype met continue drukstaven. Dit verschil kan worden toegewezen aan de aanwezigheid van scharnieren. Het voorstel voor een opplooibare Tensairity constructie, bestaande uit de kabelconfiguratie die het volledig toevouwen van de structuur toelaat, is wat betreft het draagvermogen onvoldoende. De voornaamste reden is dat niet alle scharnieren verbonden zijn met een kabel. Dit heeft als gevolg dat het voorstel voor een opplooibare Tensairity constructie aangepast moet worden, rekening houdend met de geformuleerde voorstellen tot verbetering. Dit onderzoek heeft bijgedragen tot het creëeren van nieuwe inzichten met betrekking tot het constructief gedrag van opplooibare Tensairity structuren. Deze inzichten vormen een solide basis voor verder onderzoek naar opplooibare Tensairity structuren en brengen ons een stap dichter bij het realiseren van een opplooibare Tensairity structuur. Organisaties: • Architectonische ingenieurswetenschappen
Onderzoekers: • MARIJKE MOLLAERT
Ontwerp volgens grenstoestanden van modulaire constructies met stijve schaalelementen in cementcomposiet. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Probleemstelling In het kader van duurzaam ontwerpen, wordt steeds vaker gestreefd naar een minimum aan materiaal. Klassieke constructies benutten een belangrijke hoeveelheid materiaal, enkel voor het dragen van het eigengewicht. Lichtgewicht constructies kunnen hiervoor een alternatief bieden. Ook kunnen de afmetingen geoptimaliseerd worden door zoveel mogelijk in de meest efficiënte belastingstoestand van uniforme spanning te werken. Echter, sollicitatie in druk leidt tot knikgevaar, en sollicitatie in trek tot uitwendige verankeringsproblemen. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies • Geografie
Onderzoekers: • Tine TYSMANS • JAN WASTIELS
Refractieve en diffractieve microlenzen: aanmaak en optische karakterisatie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de wereld van informatieverwerking wordt er vandaag verwacht dat de rol van optica en opto-electronica steeds belangrijker wordt vermits de performantie van bijvoorbeeld communicatiesystemen, verwerkingseenheden, sensoren en display technologieën continu evolueert. Het kleiner en sneller maken van deze fotonische technologieën vereist parallellisme en microminiaturisatie. Bijgevolg worden hoog kwalitatieve, hoge
precisie en lage kost microlensarrays onmisbare componenten. Vanuit dit oogpunt werden er een grote verscheidenheid aan microlensfabricatietechnieken bedacht en getest. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HEIDI OTTEVAERE
Niet-lineaire fysica van individuele en gekoppelde microactiviteiten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Microcaviteteiten zijn sleutelcomponenten in de fotonica, en de fysica van microcaviteiten is een bloeiende onderzoekstopic met daarenboven een enorm toepassingspotentieel. Danksij revoluties in de epitaxiale technieken waarmee micro-en nanostructuren worden aangebracht in halfgeleiders enerzijds, en door de ontwikkeling van nieuwe artificieel gestructureerde composietmaterialen, de zgn. metamaterialen anderzijds, is men nu in staat om de eigenschappen van microcaviteiten te boetseren en nieuwe functionaliteiten aan te wenden. Zowel actieve als passieve microcaviteiten worden op dit moment ontwikkeld om laag-vermogen, optisch niet-lineaire, geïntegreerde componenten (bvb. volledige optische geheugens) te realiseren. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • Guy VAN DER SANDE
Interpretaties veldmetingen te Kruibeke in de Zeeschelde in de periode 1995-1998 en 2002-2005. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Interpretaties veldmetingen te Kruibeke in de Zeeschelde in de periode 1995-1998 en 2002-2005. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • Margaret CHEN • FLORIMOND DE SMEDT
In afwachting goedkeuring IWT-project. Kennisgedreven ontwikkeling van nieuwe types innovatieve thermoplastische tapes voor textiel. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bedoeling is textiel tapes te ontwikkelen met verbeterde eigenschappen. Deze tapes worden gebruikt om naden van textiel (kleding, schoenen) waterdicht te maken. Een kleeflaag die hechting verzekert bij extreme omstandigheden (droogkuis, sterilisatie, lage temperaturen,...) wordt gezocht. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren
Onderzoekers: • HUBERT RAHIER
Absorptie van parafines, olefines en aroma's op de zeoliethen X & Y Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ingenieurswetenschappen Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • JOERI DENAYER
Recollecting Landscapes. Landschap in transformatie: Vlaanderen 1904-2004 Universiteit Gent Abstract: Botanicus Jean Massart maakte tussen 1904 en 1911 een reeks foto-opnamen van landschappen die hoofdzakelijk in Vlaanderen waren gelegen. Ze waren didactisch bedoeld en toonden de natuurlijke vegetatie en de samenhang tussen landbouw en geografie. Een herfotografieopdracht van een zestigtal van deze beelden werd in 1980 door Georges Charlier uitgevoerd. Beide reeksen maakten vijfentwintig jaar geleden deel uit van een tentoonstelling die vooral de verschraling van het landschap wilde aantonen. In 2003 kreeg Jan Kempenaers de opdracht om dezelfde landschappen te herfotograferen. Het onderzoeksproject over de landschapsfotografie van Jean Massart dat aan de Universiteit Gent in 2002 is gestart, vertrok vanuit een interdisciplinaire belangstelling voor de historische ontwikkeling van de hedendaagse verstedelijkte landschappen. Op de fotoreeksen van Massart, Charlier en Kempenaers wordt door de UGent vanuit verschillende disciplines samen onderzoek verricht over de verstedelijking en de beleving van het landschap dat de ontwikkelingen reveleert die het Vlaamse landschap heeft ondergaan op het vlak van land- en stedenbouw, biodiversiteit, infrastructuur, bedrijfsleven en wooncultuur. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Pieter Uyttenhove
Bepalen van coëfficiënten uit windkrachten op profielen uit een lamellenwandsysteem en luifel via windtunneltesten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bepalen van coëfficiënten uit windkrachten op profielen uit een lamellenwandsysteem en luifel via windtunneltesten. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR
Design van een gedistribueerd object-georienteerd productie framework voor SMEs gebaseerd op het ISA S95 standaard dat compatibel is met de implementatie van beste praktijken zoals Lean en Six Sigma Universiteit Gent Abstract: De LEAN Manufacutring filosofie focust op de toegevoegde waarde (VALUE) voor de klant. Alle vormen van Informatie Technologie (IT) worden door voorstanders van LEAN aanzien als het nodeloos bijhouden en verwerken van data (WASTE) terwijl het real-time aspect bij MES genegeerd wordt. Dit onderzoeksproject tracht de meerwaarde van IT aan te tonen bij LEAN praktijken.
Organisaties: • Vakgroep Technische bedrijfsvoering
Onderzoekers: • Hendrik Van Landeghem
Alternatieve technieken ter preventie van bederf van industriële bakwaren door schimmels op basis van predictieve mycologie Hogeschool Gent Abstract: Het onderwerp van de doctorale studie situeert zich binnen de predictieve mycologie en heeft de bakkerijsector als scope. Bedoeling is om voorspellende modellen te ontwikkelen die de groeikinetiek en de groei/geen groei interfase van schimmels beschrijven in functie van diverse conserveringsparameters, belangrijk voor de bakkerijsector. Deze modellen zullen gevalideerd worden in industriële producten. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers: • Nick Deschuyffeleer • Mia Eeckhout
Constructieve en bouwfysische voorwaarden voor ondergronds bouwen en leven. Universiteit Antwerpen Abstract: In België kan, net als in het buitenland, ondergrondse bouw in de toekomst een wezenlijke plaats innemen binnen de gebouwde omgeving. Soms is het wegens de strenge bouwschriften de enige mogelijke uitweg voor een uitbreiding van bestaande bebouwing. Uiteraard moet er daarbij rekening gehouden worden met de bijzonderheden van ondergrondse bouw, zeker indien er ook een woonfucntie voorzien wordt. Binnenen buitenlandse voorbeelden tonen aan dat ondergrondse bouw technisch perfect realiseerbaar is. Dit project wil voortbouwen op deze ervaringen om te komen tot een ontwerpstrategie voor ondergrondse leefruimten die aangepast is aan de Belgische situatie. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Aviel Verbruggen • Stijn Verbeke
Het tempelcomplex van Pessinus: fundamenteel archeologisch onderzoek van de functionaliteit, morfologische samenhang en chronologie van een heiligdom in Asia Minor Universiteit Gent Abstract: Hoofddoel is het scherp stellen van de datering van het heiligdom (agora, tempel, trappentheater, ?) van Pessinus. Een materiaalstudie (met bijzondere aandacht voor nieuw Frygisch materiaal) en het vastleggen van stratigrafische sequenties is daarbij belangrijk. Verder behoort een reconstructie van plan en opstand tot de doelstellingen. Met de nieuwe informatie kan een bredere interpretatie aan het tempelcomplex gegeven worden. Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Frank Vermeulen
Nieuwe duurzame concepten en processen voor het optimaliseren en upgraden van de behandeling van gemeentelijk afvalwater en slijk Universiteit Gent Abstract: Bij gemeentelijke waterzuiveringinstallaties is de focus verschoven van end-of-pipe behandeling naar hergebruik van water. Dit heeft implicaties voor de kwaliteit doelstellingen van WWTP producten: hergebruik van water, verwijderen van nutrienten, recycleren van nutrienten, verwijderen van pathogenen, verwijderen van micro-vervuilende stoffen en ecotoxiciteit, optimaliseren van energie, energie productie, het wegruimen van slijk, hergebruiken van slijk en zijn bronnen. NEPTUNE wil deze taken benaderen door te focussen op technologische oplossingen zodat zowel aan huidige als toekomstige standaarden kan voldaan worden, en dit via upgraden van bestaande gemeentelijke infrastructuur (nieuwe controle strategieën met online sensoren afvoervloeistof upgraden door behandeling met zuurstof, geactiveerd koolstof of wetland Veilige verwerking van slijk en hergebruik) en ook via nieuwe technieken (Brandstofcel applicaties nieuwe oxidatie processen productie van polymeer en fosfaten uit slijk). Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Willy Verstraete
Architectuur en maatschappij van Vakantiekolonies: geschiedenis en perspectieven Universiteit Gent Abstract: - Een exploratief onderzoek naar de concrete verschijning en ruimtelijk functioneren van kinderkolonies (vakantiekolonies en schoolkolonies) in België, alsook de maatschappelijke inbedding van het fenomeen. - Een ontwerpmatig onderzoek naar de mogelijkheden vandaag van de sites van vakantiekolonies aan de Belgische kust, tegen de achtergrond van veranderende maatschappelijke en stedenbouwkundige condities. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Pieter Uyttenhove
W&T-samenwerking Vietnam : Development of a plant-based veterinary oral vaccine to combat avian influenza in Vietnam. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De virulente vogelgriepvirusstam H5N1 heeft zich verspreid in meer dan 40 landen in Azië, het Midden-Oosten, Europa en Africa en veroorzaakte reeds zeer grote financiële verliezen voor pluimveehouders. Transmissie van de H5N1 virusstam van vogels naar de mens gebeurt slechts zelden, maar de mortaliteit bij geïnfecteerde mensen is zeer hoog. Vaccinatie wordt als de belangrijkste maatregel beschouwd om een pandemie te voorkomen. Hoewel reeds verschillende types influenza vaccins bestaan, blijft er een grote nood voor ontwikkeling van betere vaccins, die goedkoper, gemakkelijker toe te dienen, gemakkelijker te stockeren, veiliger en doeltreffender zijn. Het doel van dit project is de ontwikkeling van een in planten aangemaakt, oraal toe te dienen vaccin voor gevogelte om vogelgriep in Vietnam te bestrijden. Daartoe zullen hemagglutinine genconstructen, gebaseerd op sequenties van H5N1 stammen uit Vietnam, in planten tot expressie gebracht worden onder controle van een zaadspecifieke promoter. De immuunrespons geïnduceerd door de antigenen die in zaad tot uitdrukking
gebracht werden, en de mogelijkheid tot orale vaccinatie zullen geëvalueerd worden. Organisaties: • Plantengenetica • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • GEERT ANGENON • Thanh Thu TRAN
W&T-samenwerking Vietnam: Fytochemische en biologische studies van Viëtnamese kruidenmedicijnen voor de ontwikkeling van gezondheidsmiddelen van hoge kwaliteit. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project heeft de volgende objectieven: 1)Het bestuderen van natuurlijke componenten van plantaardige oorsprong, die interessante biologische activiteiten vertonen teneinde ze te gebruiken als nieuw geneesmiddel of in het farmaceutisch domein, b.v. als alternatieve zoetstoffen, nutraceuticals of ecologische insecticiden. 2)Het inventariseren van medicinale planten, folkoregeneesmiddelen en andere biologische bronnen van potentieel interessante moleculen 3)Het onderzoeken van de farmacologische efficaciteit van geselecteerde Vietnamese medicinale planten en folkoregeneesmiddelen met chemische en moleculair biologische technieken. 4)Het ontwikkelen van analytische aspecten voor de kwaliteitscontrole van kruidengeneesmiddelen: geschikte fingerprints van extracten for identificatie en kwaliteitscontroledoeleinden, en de kwaltitatieve bepaling van specifieke actieve componenten 5)Het ontwikkelen van gezondheidsproducten en/of lead molecules uit Vietnamese planten Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
Adviesverlening bij de vermoeiingsbreuk bij een kraanondersteunende constructie - Sleco Centrale Universiteit Gent Abstract: Bij de ondersteunende consoles van de kraanbaanligger van de rolkranen van de wervelbedovens van Sleco N.V. werd een vermoeiingsbreuk vastgesteld. De Universiteit Gent werd verzocht advies te verlenen bij het zoeken naar een mogelijke oplossing van het probleem. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Philippe Van Bogaert
Rapportering van habitat status via aardobservatie en classificatietechnieken (HABISTAT). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project is gericht op het ontwikkelen van een operationele methode om vegetatietypen en -overgangen in kaart te brengen, met als einddoel de toestand van habitats te bepalen. De voorgestelde technieken zijn voldoende algemeen om gelijk welk klassificatieprobleem via aardobservatie op verschillende toepassingen te ondersteunen. Onze focus ligt echter op de rapportering van de status van habitats, met als voorname toepassing de implementatie van de Europese richtlijn rond de Natura 2000 habitats. In aardobservatie hebben we dikwijls te maken met de beperkingen van de sensor. Er bestaat geen enkele sensor die zowel een optimale spectrale, spatiale als temporele resolutie bezit. De kartering van ecotopen is moeilijk zonder hyperspectrale data. De hyperspectrale satellitedata heft een geode ruimtelijke bedecking, maar heeft slechts een ruwe grondresolutie. Om de spatiale resolutie van satellietbeelden te verbeteren, stellen we een superresolutietechniek voor, die gebruik maakt van de complementiare informatie aanwezig in overlappende beelden. De conventionele classificatiemethoden voor de rapportering van habitats maken onvoldoende gebruik van de ruimtelijke en structurele dimensie. Een van de objectieven in dit project is juist om optimal gebruik te maken van de beschikbare sensoren. Spectrale informatie zal worden uitgebreid met ruimtelijke kenmerken (klassificatie van segmenten, contextuele kenmerken op basis van textuur). Door nabewerking van klassificatieresultaten (via clustering, regel-gebaseerde leerprocessen) zal de samenstelling van vegetatietypen worden bepaald. Dit is zowel van belang voor de diagnose van de huidige status van habitats, als voor modellering van de toekomstige evolutie ervan. Het vernieuwende aan dit voorstel is vooral de combinatie van deze verschillende technieken om de beschikbare gegevens ten volle te benutten. Meer dan een loutere verbetering van "state of the art" technieken als het inzetten van ruimtelijke kenmerken en superresolutie, wil dit project vooral het effect ervan nagaan op de nauwkeurigheid van de klassificatie. Daarbij zal het klassificatiekader worden verbeterd door de introductie van "ensemble classifiers". Het doel is daarbij om na te gaan in hoeverre dit type van classifier operationeel inzetbaar is met betrekking tot stabiliteit, nauwkeurigheid, gebruiksgemak en rekentijd. De ontwikkelde algoritmen and methoden voor de rapportering van de toestand van de habitats zullen specifiek worden geintegreerd en getest voor de rapportering van de status van Natura 2000 habitats in de "Special Areas for Conservation" (SACs). Hoewel deze proposal sterk is gericht op methodologie, spelt de eindgebruiker een voorname rol. Deze zal de ontwikkeling sturen en ook bepalen welke resultaten worden verwacht. INBO en Alterra, beide actief betrokken bij de implementatie van de EU directieve voor de rapportering van Natura 2000 habitats in het bijzonder, en de kartering van vegetatie en habitats in het algemeen, zijn ideal geplaatst om de noden van de eindgebruiker te kennen. Dit inter-disciplinair voorstel is uniek omdat het de rapportering van de status van habitats met behulp van nieuwe en vergevorderde aardobservatietechnieken op een operationele manier benadert. De eindresultaten zullen bepalend zijn voor toekomstige methoden om biodiversiteit te bepalen en habitats op te volgen. Op technisch gebied zullen de resultaten onder andere interessant zijn voor de verdere ontwikkeling van nieuwe algemenemethoden binnen het gebied van de aardobservatie. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Paul Scheunders
Spectroscopische ellipsometer Universiteit Gent Abstract: Het project betreft een BOF-uitrustingskrediet voor de aankoop van een spectroscopische ellipsometer. Dit toestel kan gebruikt worden om de morfologie (dikte, ruwheid, prositeit) en optische eigenschappen (brekingsindex) van dunne lagen te meten. Het voorgestelde toestel heeft een meetbereik van 245-1690nm, en voorziet in de mogelijkheid om in situ metingen uit te voeren tijdens depositie en/of uitgloeien van dunne lagen. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Serge Hoste • Katrien Strubbe
• Dries Van Thourhout • Christophe Detavernier
Testopstelling voor draadloze signaaloverdracht over een MIMO kanaal Universiteit Gent Abstract: Het testbed voor draadloze communicatie over een multiple-input multiple-output kanaal bestaat uit twee gesynchroniseerde signaalgeneratoren die een willekeurig gecodeerd en gemoduleerd signaal inlezen, moduleren op een geschikte RF-drager en draadloos in parallel doorsturen over twee antennes. Een vector signaalanalysator bemonstert het doorgezonden signaal over een zeer grote bandbreedte via verschillende ontvangstantennes, wat een databestand oplevert voor verdere verwerking en analyse. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Daniël De Zutter • Marc Moeneclaey • Heidi Steendam • Hendrik Rogier
FT-IR spectrometer voor gas- en oppervlakteanalyse Universiteit Gent Abstract: Er wordt een performante FT-IR spectrometer aangevraagd die zowel in staat is om de samenstelling van gasmengsels met vluchtige organische stoffen (VOS) te bepalen tot op ppm niveau, als om de chemische bindingen op het oppervlak van polymeren (films) en textiel (vezels en non-wovens) te karakteriseren. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Christophe Leys • Rino Morent
Haalbaarheidsstudie voor een statisch opvolgsysteem van het gebruik van plantenbeschermingsmiddelen in de landbouw Universiteit Gent Abstract: Voor het in kaart brengen van de milieurisico's, verbonden aan het gebruik van pesticiden, zijn geschikte indicatoren noodzakelijk. De EU en de OESO hebben inleidende studie verricht om dergelijke indicatoren op te stellen. De berekening van risico-indicatoren is slechts mogelijk op basis van relevante gegevens. De doelstelling van dit project is het uitwerken van een methodiek om er voor te zorgen dat in alle lidstaten vergelijkbare gegevens omtrent pesticidengebruik worden verzameld. Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Walter Steurbaut
Het integreren van radarteledetectie, hydrologische en hydraulische modellering voor het beheer van oppervlaktewater Universiteit Gent Abstract: Een belangrijk aspect in het waterbeheer is de voorspelling van overstromingen. Hydrologische en hydraulische modellen worden hierbij ingezet voor het simuleren van het rivierdebiet, en de oppervlakte en het waterpeil van overstromingsvlaktes. Teledetectiegegevens kunnen worden aangewend om de nauwkeurigheid van voorspellingen te verbeteren. Nieuwe strategiën werden verkend om teledetectie, hydrologische en hydraulische modellering te integreren met het oog op waterbeheer. Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Niko Verhoest
Euro-FGI: Ontwerp van het Future Generation Internet voor multiservice netwerken Universiteit Gent Abstract: De bedoeling van het netwerk Euro-FGI is het ontwikkelen en in stand houden van een vooraanstaand excellentiecentrum op het vlak van het ontwerp vna het Future Generation Internet (FGI), dat fungeert als een collectieve denktank, een belangrijke ondersteuning biedt voor de Europese industrie en tot een Europees leiderschap op in dit domein kan leiden. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel • Bart Dhoedt • Sabine Wittevrongel
Detectie van endocriene disruptors: ontwikkeling van nieuwe vaste fase extractie systemen Universiteit Gent Abstract: Endocriene disruptors (EDC's) zijn milieuverontreinigende stoffen die een endocriene activiteit vertonen. Een verhoogde kans op kanker, verstoring van ontwikkeling van kinderen en verlaagde mannelijke vruchtbaarheid worden toegeschreven aan EDC's. Het project beoogt een efficiënte samenwerking tussen synthetische organisch-chemici, polymeerchemici en specialisten in scheidingstechnieken en structurele karakterizering voor het ontwerp van nieuwe vaste fase extractie systemen voor EDC's. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Pierre De Clercq • Patrick Sandra • Johan Van der Eycken • José Martins • Filip Du Prez • Annemieke Madder
Simulatiemodellen voor waterstofbehandelingsprocessen van zware koolwaterstoffen Universiteit Gent
Abstract: Dit project kadert in de verderzetting van de activiteiten rond waterstofbehandelingsprocessen zoals hydrokraken, hydrogenering, ontzwaveling, ontstikstoffing, ? Dit project heeft tot doel de functionaliteit van bestaande simulatiemodellen te verbeteren en uit te breiden. In het bijzonder zal aandacht besteden worden aan de fundamenteel kinetische modellering van de hydrogenering van aromaten en de inpassing hiervan in een simulatiemodel voor een industriële reactor. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin
Naar een duurzaam beheer van poelen op landschapsschaal PONDSCAPE - eerste fase Universiteit Gent Abstract: In het project worden biodiversiteitenspatronen en ecosysteemfuncties van poelen op verschillende ruimtelijke schalen onderzocht, en gerelateerd aan factoren zoals successie, landgebruik, vervuiling, ouderdom en beheer. Daarnaast worden de historische economische en sociale relevantie zowel als de huidige perceptie van poelgebruik door de belanghebbenden nagegaan. Gebaseerd op deze onderzoekslijnen zullen wetenschappelijk onderbouwde aanbevelingen gedaan worden voor een duurzaam beheer van poelen. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman
Intelligente materialen voor omzetting, stockering en besparing van energie met behulp van "Zachte Chemie" Universiteit Gent Abstract: Met behulp van sol-gel processing, hydrothermale processing, templating, wet chemical depostition en densificatie worden materialen ontworpen met relatie tot productie, stockage en transport van energie. Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Serge Hoste • Isabel Van Driessche
Beslissingsondersteunend instrument voor het intermodale transportbeleid (DSSITP) Decision support system for intermodal transport policy. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De doelstelling van dit project is het vinden van manieren om de groei in intermodaal vervoer via het spoor en de binnenvaart te stimuleren. Spoor/weg en de binnenwaart/weg combinaties hebben elk een specifieke marktstructuur en werking. Het is echter belangrijk om hen samen te analyseren om de verstorende invloed van potentiële competitie tegen te gaan. Hierdoor kunnen ook maatregelen voor intermodaal vervoer op federaal en regionaal niveau beter worden geïntegreerd. Naast het stimuleren van groei is het tevens belangrijk om de grenzen van deze groei te voorspellen. In hoeverre is het intermodale terminallandschap verzadigd? Is de capaciteit van ons binnenlands waterwegennetwerk en spoorwegennetwerk toereikend voor een toekomstige groei in intermodaal vervoer? De congestie in de haven van Antwerpen is vastgesteld als een belangrijk knelpunt voor binnenvaart terminals. Welke alternatieven zijn beschikbaar om deze problemen op te lossen? Dit project anticipeert op de toekomstige behoefte aan informatie over beleidsmaatregelen om het intermodale transport van goederen te stimuleren. Federale, regionale en lokale overheden worden voorzien van fundamentele informatie ter ondersteuning van hun beslissingen betreffende transport en mobiliteit. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • CATHY MACHARIS • Ethem PEKIN
Duurzaam eindgebruik van biobrandstoffen - BIOSES Biofuels Sustainable End uSe - BIOSES (Fase 1 en Fase 2). Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het BIOSES project analyseert de impact van verschillende marktintroductiescenarios van biobrandstoffen in het Belgische transportsysteem, met de nadruk op het perspectief van de gebruikersmarkt (de vraagzijde). Tijdshorizon voor de analyses gaat van korte termijn (2010) over middellange termijn (2020) tot lange termijn (2030). Het project zal een roadmap creëren voor de introductie van vloeibare biobrandstoffen in België, met de nadruk op de vraagzijde (eindgebruikers), waarbij technische en beleidsnoden geïdentificeerd worden op korte, middellange en lange termijn. Op basis van up-to-date gegevens van energiegebruik, emissies en kost, zal het project de praktische haalbaarheid en de ecologische, socio-economische en macro-economische impact bepalen van de introductie van biobrandstoffen in België. Organisaties: • Toegepaste Mechanica • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Vincent WYNEN • Faycal-Siddikou BOUREIMA • CATHY MACHARIS • NELE SERGEANT • JOERI VAN MIERLO • JACQUES DE RUYCK • Svend BRAM
Toepassingen, behoeften, modellen voor breedband in cultuur - werkpakket 2: breedbandbehoeften in de culturele sector Universiteit Gent Abstract: Het invateriseren van de behoeften van instellingen uit de culturele sector met betrekking tot ICT en breedbandtoepassingen. Het onderzoek bevat een grootschalige survey bij een brede waaier van culturele instellingen die varieert van musea tot jeugdorganisaties, ergoederenigingen, bibliotheken, ? Organisaties: • Vakgroep Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • Eric Van Heesvelde
Enzymatische en microbiële technologie voor industriële processen Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Chemie
Onderzoekers: • Ingeborg Stals • Anita Van Landschoot
Preklinisch testen van procedures voor diagnose en therapie voor hart- en vaatziekten met behulp van ultrageluid. Hogeschool Gent Abstract: De hoofddoelstelling van het onderzoek bestaat uit het ontwikkelen van een geavanceerd fysisch vierkamermodel van het menselijke hart, waarbij vooral aandacht wordt besteed aan:- De realistische geometrie, voornamelijk van het linker en rechter ventrikel (i.e. de pompkamers)- De passieve en actieve mechanische eigenschappen van het wandmateriaal- De echogene karakteristieken van het wandmateriaalteneinde realistische vervormingen van de hartwand en fysiologische intraventrikulaire stromingspatronen te verkrijgen, die gemakkelijk op te meten zijn met 3D echografie.Dit innovatieve experimentele model zal toelaten om:- de technische mogelijkheden van de 3D echocardiografie verder te verkennen.- op een zinvolle manier verbanden te leggen tussen de parametrische beelden op de ultrageluidsmachine en de resultaten verkregen uit numerieke simulaties (stromingsmechanica en/of structuurmechanica).- op een relatief eenvoudige wijze pathologische condities te simuleren (zoals hartklepinsufficiëntie of asynchrone wandbewegingen), en het effect ervan op gebied van intraventrikulaire hemodynamica en wandbeweging te kunnen begroten.- Het effect van therapeutische ingrepen op de intraventrikulaire hemodynamica en de wandbewegingen te simuleren.
Deelprojecten: -----------1) Analyse van de relatie tussen torsiebeweging en bloeddrukgradiënten in het linker ventrikel 2) Application of the Diastolic Filling Formalism on the Asklepios Population Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Mechanica
Onderzoekers: • Peter Van Ransbeeck • Tom Claessens
'Particle based simulation' - Software, diensten en wetenschap. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Herman Ramon • Jan Carmeliet
Genetische Service faciliteit: ondersteuning kernfaciliteiten. Universiteit Antwerpen Abstract: De Genetische Service Faciliteit (GSF) is een centrale kernfaciliteit in het VIB Departement voor Moleculaire Genetica die aan de onderzoekers snel en professioneel, hoge doorvoer genetische analyses aanbiedt via een robotica platform. De aangeboden diensten omvatten onder meer DNA/RNA extracties, DNA sequenties, geno-typeringen van genetische merkers in patiënten/controle groepen en genoom-wijde segregatieanalyses in families. Hiertoe beschikt de GSF over een Biomek FX en twee Biomek NX robotplatformen (Beckman) voor de automatisering van en het samenstellen van PCR -reacties, drie "3730XL DNA analyzers" (Applied Biosystems) voor DNA sequentiebepaling en de analyse van microsatellieten (STR-merkers), en een SEQUENOM platform voor "high throughput mass array" spectrometrische bepaling van SNPmerkers . Voor de automatische extractie van DNA/RNA beschikken we over een Magtration System8Lx en Magtration System 12GCplus (PSS). Recenter heeft de GSF een ABI5500XL SOLiD toestel aangekocht voor ultra hoge doorvoerapplicaties zoals genoom sequentieanalyses. Ook de isolatie van DNA en RNA uit verschillende bronnen en de aanmaak van EBV lymfoblast cellijnen zijn gecentraliseerd in de GSF. Dankzij een geoptimaliseerd databanksysteem LIMS (Laboratory Information Management System), het gebruik van ELN ( Electronic Lab Notebooks) en GLP ("good laboratory practice"), gebeurt de dataverwerking voornamelijk automatisch en in optimale condities. Ook voorziet de GSF capaciteit voor genetische services aan derde gebruikers van de Universiteit van Antwerpen, het VIB en extern. Door de erkenning van de GSF als centrale kernfaciliteit van de Universiteit Antwerpen en van het VIB krijgen hun onderzoekers de aangeboden diensten aan marginale prijzen. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Jurgen Del-Favero • Christine Van Broeckhoven
Moleculaire genetica/genomica van psychiatrische ziekten in een geïsoleerde populatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Algemene doelstellingen van het project: A. Identificatie van nieuwe genen voor psychiatrische ziekten in een geïsoleerde noord Zweedse populatie. B. Identificatie van nieuwe chromosomale loci voor psychiatrische ziekten. C. Invoeren van een Neurofenomica onderzoekslijn. D. Ontwikkelen van genetische en genomische Multiplex PCR applicaties. Organisaties: • VIB DMG - Toegepaste Moleculaire Genomica
Onderzoekers:
• Jurgen Del-Favero • Peter De Rijk
Transplantatie van embryonale stamcel-afgeleide neurale stamcellen na ruggenmerg- en hersentrauma. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project stellen we als hypothese dat transplantatie van zeer specifiek gedefinieerde embryonale stamcel-afgeleide neurale stamcellen (ES-NSC), genetische gemodificeerd ter secretie van neurotrofe factoren, zal bijdragen tot versneld en/of verbeterd herstel na TBI en SCI. Dit versnelde en/of verbeterde herstel kan het gevolg zijn van: A) een verminderd secundair neuraal verlies door secretie van neurotrofe factoren, en/of B) een verhoogd neuraal herstel door functionele integratie van getransplanteerde ES-NSC en /of gerekruteerde endogene NSC. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Philippe Jorens • Dirk Ysebaert • Dirk R Van Bockstaele • Peter De Deyn • Eric Van Marck • Zwi Berneman
Stochastische modellering van optische buffers en schakelsystemen gebaseerd op Fibre Delay Lines. Universiteit Antwerpen Abstract: Het opstellen van adequate stochastische modellen en bijhorende analysetechnieken om bet gedrag en de prestaties van optische buffers en schakelsystemen (opgebouwd uit FDL's) te kunnen voorspellen, vormt de primordiale doelstelling van dit onderzoeksproject. Met name zal dit project zich toeleggen op het (verder) ontwikkelen van wiskundige technieken die toelaten op snelle en efficiënte wijze uit de vooropgestelde modellen de belangrijkste performantiematen te berekenen. Typische voorbeelden van dergelijke performantiematen zijn de gemiddelde vertragingstijden die pakketten oplopen, de spreiding hierop, de kans dat een pakket verloren gaat, enz. Deze grootheden kenmerken ook de uiteindelijke kwaliteit ('Quality of service" of QoS) die een gebruiker van het netwerk ervaart. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia • Benny Van Houdt
Studie van de functie van progranuline in frontaalkwab dementie via cellulaire en muismodellen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit doctoraatsproject heeft als doel de rol van progranuline (PGRN) te bestuderen in FTD met behulp van zowel in vitro experimenten als in vivo muismodellen. In vitro zal door middel van RNA interferentie (RNAi) bestudeerd worden of een verminderde expressie van PGRN leidt tot verminderde overleving van gecultiveerde neuronale cellen en primaire neuronen. Voor de in vivo experimenten zal een progranuline constitutief en conditioneel knock-out muismodel ontwikkeld worden. Met deze muizen willen we bestuderen wat de exacte functie van progranuline in de hersenen is en hoe verlies van PGRN specifieke neurodegeneratie in de frontale kwab van de hersenen veroorzaakt. Tenslotte zullen eveneens primaire neuronale culturen afkomstig van verschillende regio's van muishersenen ex vivo bestudeerd worden om het PGRN expressiepatroon te onderzoeken en op te helderen waarom verlies van PGRN meer kritiek is voor neuronen in de voorste hersenregio's. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven • Samir Kumar-Singh • Hans Wils
Ontwikkeling van biosensoren voor optimalisatie van waterzuivering bij tank cleaning bedrijven. Universiteit Antwerpen Abstract: Bij de zuivering van afvalwaters dient men te voldoen aan een aantal strikte chemische en biologische normen. De biologische of ecologische normering is een nieuw concept en testen die toelaten om hiervoor te screenen op een snelle en routinematige manier zijn niet beschikbaar. Biosensoren zullen hiervoor worden ontwikkeld voor de sector van de tankcleanig bedrijven. De verschillende stappen van het waterzuiveringsproces zullen worden geoptimaliseerd. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Johan Robbens
Onderzoek naar gridificatie: 3D rendering op de BEgrid. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project wordt gezocht naar optimalisatie van het rendering proces bij ontwerp van digitale 3D animaties op een Grid platform, in dit geval BEGrid. Naast een analyse van de gridificatie zelve willen we ook een grondige studie maken van de performantiewinst volgend uit het distribueren op het grid platform. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Jan Broeckhove
Het gebruik van micro-algen voor biodiesel productie: een haalbaarheidsstudie vanuit ecofysiologisch en industrieelchemisch perspectief. Universiteit Antwerpen Abstract: Studie naar de economische haalbaarheid van biodieselproductie op basis van lipiden afkomstig van micro-algen. Nagekeken zal worden in hoeverre combinatie van expertise en vooruitgang in ecofysiologie en chemie een economisch verantwoord uitwerkingconcept kan opleveren. Ecofysiologie zal focussen op het realiseren van hogere wierconcentratie bij cultivatie en hoger TAG gehalte in de wieren, terwijl de chemie zich zal toeleggen op efficiënte extractiemethoden en aangepaste omesteringsreacties om uit de bekomen olie biodiesel te bereiden. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen
Optimalisatie van de praktische toepassing van atmosferische plasmareiniging in de conservatie en restauratie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project beoogt de optimale omstandigheden vast te leggen waarin een recent ontwikkeld plasmareinigingstoestel kan worden aangewend voor het reinigen van zilveroppervlakken in kunstvoorwerpen van diverse aard (daguerrotypieën, zilveren spiegels, antiek textiel, zilverbeslag op meubels, bladzilver in gepolychromeerde beelden, ¿). Er wordt nagegaan of plasmareiniging geen aanleiding geeft tot versnelde hersulfidering van de behandelde oppervlakken. Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Koen Janssens
Vernieuwing in de laat 19de-vroeg 20e eeuwse Belgische schilderkunst: relatie tussen artistieke en materiaaltechnische vernieuwing bij J. Ensor, H. De Braekeleer en hun tijdgenoten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project wil het verband tussen de artistieke vernieuwingen in de Belgische schilderkunst op het einde van de 19de eeuw en de nieuwe pigmenten die op dat moment werden geïntroduceerd, bestuderen. Hiervoor zullen ca. 100 kunstwerken met behulp van instrumentele analysetechnieken (XRF, lichtmicroscoop en elektronenmicroscoop) worden bestudeerd. Deze studie zal worden aangevuld met het onderzoek naar patronen in pigmentgebruik en in stratigrafische opbouw van schilderijen. Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Koen Janssens
Valorisatie van de architectuur en de beeldkwaliteit van de Antwerpse 16de-eeuwse omwalling, op basis van archeologisch, historisch en architecturaal onderzoek Universiteit Antwerpen Abstract: In 2002 startte de heraanleg van de Antwerpse leien en kwamen de monumentale restanten van de 16de-eeuwse gebastioneerde omwalling aan het licht. Deze bevatten nog de volledige blauwdruk met stadsmuur, poorten, bruggen, bastions en de buitengrachtmuur. Een vakoverschrijdend wetenschappelijk onderzoek dringt zich op om tot de bouwhistorische beschrijving van deze omwalling te komen en de architecturale kwaliteit ervan vast te leggen. Organisaties: • Overheid en Recht
Onderzoekers: • Herman Van Goethem
Meerschalige aanpak van de mechanica van metalen op fysische basis. Universiteit Antwerpen Abstract: Sterkte en vervormbaarheid van polykristallijne metalen worden bepaald door fenomenen die zich manifesteren op verschillende lengteschalen. Op de schaal, die wij de "nanoscopische" zouden noemen, worden dislocaties gecreëerd en voortgestuwd door de aangelegde spanning om zo plastische vervorming op de nano-schaal te bewerkstelligen. Op de micro-schaal interageren grote aantallen dislocaties en deze herorganiseren zichzelf in complexe patronen. Op nog hogere schalen maakt massaal collectief gedrag van deze dislocaties en patronen de plastische vervorming van volledige korrels mogelijk. Op hun beurt interageren deze met elkaar wat uiteindelijk leidt tot een bepaalde mechanische respons van het materiaal op de macroscopische schaal (d.w.z., de kleinste schaal waarop ernaar kan worden gekeken als een continuüm). De respons van het materiaal op de aangelegde spanningen hangt van al deze fenomenen af. Gebeurtenissen op de verschillende lengteschalen kunnen ook belangrijke veranderingen in het materiaal veroorzaken, zoals de microstructuur, interne schade en mechanische eigenschappen (sterkte en ductiliteit). Merk op dat de rol van dislocaties gedeeltelijk kan worden overgenomen door mechanische tweelingsvorming of andere spannings-geïnduceerde fasetransformaties. Dit alles is uitgebreid bestudeerd op al deze lengteschalen. Deze studies hebben zeker en vast hun verdienste, en hebben geleid tot belangrijke experimentele observaties en theoretisch begrip van het materiaalgedrag op deze lengteschalen. Maar in de voorbije jaren is het overduidelijk geworden dat de gebeurtenissen op iedere lengteschaal ook gebeurtenissen op andere lengteschalen beïnvloeden en dat een meer significante vooruitgang in het begrijpen (en modelleren) van materiaalgedrag kan worden bereikt door deze relaties te bestuderen in plaats van de kennis op elke relevante lengte schaal afzonderlijk verder te verfijnen. Tot slot treden er sterke afmetingseffecten op wanneer structurele dimensies, zoals bijvoorbeeld de filmdikte of de korrelgrootte, beginnen te interageren met de gemiddelde vrije weglengte van dislocaties of de dislocatiecelgrootte, wat een volledige nieuwe en bijna ononderzochte fysica met zich meebrengt. Vanuit technologisch gezichtspunt omvat de motivatie om deze fenomenen nader te bekijken de mogelijkheid tot ontwikkeling van performantere materialen, de optimalisatie van fabricagetechnieken en een verbetering van inschattingsmethoden van de kwaliteit van ontwerp- en integriteit van zowel traditionele (transport, energie) als opkomende (MeMS, multifunctionele actieve panelen) structuren. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dominique Schryvers
Fundamental Issues in Software Engineering: Modelling, Verification and Evolution of Software. (MoVES) Universiteit Antwerpen Abstract: Software intensieve systemen behoren tot de meest complexe objecten ooit gebouwd. Tijdens de ontwikkeling van dergelijke systemen is het gebruik van rigoureuze modellen en analyse methodes essentieel om te garanderen dat deze software aan zijn behoeftes voldoet en de gevraagde eigenschappen bezit (vb., veiligheid, robuustheid, betrouwbaarheid, consistentie). Tegelijkertijd, moeten deze systemen zich constant aanpassen aan veranderende behoeftes en technologie. Ze moeten met andere woorden evolueren doorheen de tijd zonder daarom hun essentiële eigenschappen te verliezen. Dit project verbindt de leidende Belgische onderzoeksgroepen in Software Engineering, met erkende expertise in model-driven engineering (MDE), software evolutie, formele modellen en verificatie (FMV) en aspectgerichte software ontwikkeling (AOSD). Het project heeft tot doel de state-of-the art in elk van die domeinen vooruit te helpen. Op lange termijn moet het netwerk bestaande samenwerkingen versterken and nieuwe samenwerkingen mogelijk maken om ons onderzoek op Europese schaal te verspreiden. Organisaties: • Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)
Onderzoekers: • Jan Paredaens • Dirk Janssens • Serge Demeyer
Een geïntegreerde benadering voor het ontrafelen van de pathogenese van CNS en PNS neurodegeneratieve aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit netwerk project werd samengesteld om de unieke informatie afkomstig van het mensgenoom project optimaal te gaan gebruiken om een beter inzicht te krijgen in neurodegeneratieve ziekten en op basis hiervan behandelingen voor deze ziekten te ontwikkelen. Het samenbrengen in dit netwerk van onderzoeksgroepen actief in klinisch onderzoek, genetica en genomica, celbiologie, proteoomanalyses, bioinformatica en model organismen (muis, zebravis en drosophila), zal resulteren in een geïntegreerd netwerk dat moet toelaten om nieuwe ziektegenen te identificeren, hun biologische functies ui te werken, hun rol in ziekteprocessen te onderzoeken en om nieuwe mogelijkheden voor vroege diagnose, behandeling en preventie te exploreren. In dit netwerk project zal de focus liggen op ziekten van het centrale zenuwstelsel zolas de ziekte van Alzheimer, de ziekte van Parkinson, frontaalkwab dementie en verwante aandoeningen, en ziekten van het perifere zenuwstelsel zolas motoneuropathiëen, amyotrofe laterale sclerose en verwante ziekten. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Marc Cruts • Christine Van Broeckhoven • Samir Kumar-Singh
Een geïntegreerde benadering voor het ontrafelen van de pathogenese van CNS en PNS neurodegeneratieve aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit netwerk project werd samengesteld om de unieke informatie afkomstig van het mensgenoom project optimaal te gaan gebruiken om een beter inzicht te krijgen in neurodegeneratieve ziekten en op basis hiervan behandelingen voor deze ziekten te ontwikkelen. Het samenbrengen in dit netwerk van onderzoeksgroepen actief in klinisch onderzoek, genetica en genomica, celbiologie, proteoomanalyses, bioinformatica en model organismen (muis, zebravis en drosophila), zal resulteren in een geïntegreerd netwerk dat moet toelaten om nieuwe ziektegenen te identificeren, hun biologische functies ui te werken, hun rol in ziekteprocessen te onderzoeken en om nieuwe mogelijkheden voor vroege diagnose, behandeling en preventie te exploreren. In dit netwerk project zal de focus liggen op ziekten van het centrale zenuwstelsel zolas de ziekte van Alzheimer, de ziekte van Parkinson, frontaalkwab dementie en verwante aandoeningen, en ziekten van het perifere zenuwstelsel zolas motoneuropathiëen, amyotrofe laterale sclerose en verwante ziekten. Organisaties: • VIB DMG - Perifere Neuropathieën
Onderzoekers: • Vincent Timmerman • Peter De Jonghe
Een geïntegreerde benadering voor het ontrafelen van de pathogenese van CNS en PNS neurodegeneratieve aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn
Vierkanaals fiber interferometer voor 3-D vibratiemeting. Universiteit Antwerpen Abstract: Doel van het project is om de bestaande 4 kanaalsinterferometer geschikt te maken voor het meten van de snelheidsvector (3 componenten) van een punt op een trillend object. Daartoe is het nodig om de objectbundels via polarisatiebehoudende fibers te richten op het meetpunt. De hoek van instraling moet instelbaar zijn om het meetsysteem aan te passen aan specimens met beperkte toegankelijkheid. Het principe zal worden aangetoond gebruikmakend van 2 kanalen. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Hendrik Johan Van Elburg
Lichtproducerende bacteriën: ideale bioreporters in (eco)toxicologie. Universiteit Antwerpen Abstract: In toxicologie is het essentieel om over (biologische) systemen te beschikken die op een snelle en kosten efficiënte manier informatie opleveren voor een adequate risico-evaluatie van chemische stoffen. Er zal een bacteriële reporter worden ontwikkeld die toelaat een chemische stof op een specifieke manier te monitoren en informatie te verkrijgen over het werkingsmechanisme. Het gebruikte reportersysteem is het lichtproducerende Vibrio luciferase, waardoor makkelijk detectie mogelijk is. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Johan Robbens
Mining Relational Databases. Universiteit Antwerpen Abstract: Patronen ontdekken in willekeurige relationele databanken blijft een interessant probleem waarvoor slechts weinig effiente methoden voor bestaan. Wij bestuderen het framework waarin paren van queries over de data gezien worden als patronen en trachten er interessante associaties tussen te vinden. Meer bepaald, we onderzoeken kleine deelklassen van conjunctieve queries die ons nog steeds toelaten om interessante patronen efficient te kunnen vinden. Organisaties:
• Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Jan Paredaens • Wim Le Page
Karakterisering van natuurlijke fenotypes van tamarinde (Tamarindus indica L.) in West-Afrika en hun ecofysiologische respons op droogte- en zoutstress. Universiteit Antwerpen Abstract: Karakterisering van natuurlijke fenotypes van tamarinde (Tamarindus indica L.) in West-Afrika en hun ecofysiologische respons op droogte- en zoutstress. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Roeland Samson • Katrijn Alaerts
Steunpunt Milieu en Gezondheid (2007-2011). Universiteit Antwerpen Abstract: Het ondezoeksprogramma 2007-2011 is de verderzetting van het Steunpunt Milieu en Gezondheid 2001-2006: Sociaalwetenschappelijk onderzoek en procesbegeleiding in het interuniversitair consortium Milieu en Gezondheid, in het bijzonder voor de humane biomonitoring, voor de risicocommunicatie daarbij en opzet van een Fasenplan voor Actie (structuur geven aan co-design van onderzoek en de interpretatie van onderzoeksresultaten uit de humane biomonitoring). Nieuwe onderwerpen in dit steunpunt zijn de selectie(procedure) voor hot spots in Vlaanderen voor humaan biomonitoringsonderzoek en onderzoek naar sociale ongelijkheid in de context van milieu en gezondheid. Organisaties: • Milieu en Samenleving (M&S)
Onderzoekers: • Ilse Loots • Lieve Goorden
Dotatiekrediet VIB8 2007-2011: Departement Moleculaire Genetica. Universiteit Antwerpen Abstract: Het VIB Departement voor Moleculaire Genetica (DMG) beschikt over expertise in de analyse van complexe neurologische en neuropsychiatrische ziekten. Al deze ziekten zijn multifactorieel wat betekent dat hun expressie afhankelijk is van de samenwerking tussen genetische en omgevingsfactoren. In sommige van deze ziekten is het overervingspatroon mendeliaans met gendefecten in één gen. In andere ziekten kan slechts een kleine fractie van patiënten verklaard worden door genetische factoren. In deze groep werden verschillende families geïdentificeerd met een mendeliaanse overerving (= monogenische component). In de meerderheid van de patiënten wordt de expressie van de ziekte gemoduleerd door complexe gen-gen en gen-omgeving interacties. Onze belangrijkste doelstellingen zijn de identificatie van nieuwe moleculaire mechanismen voor het ontstaan van deze ziekten en voor een efficiëntere behandeling van deze ziekten. Wij gebruiken verschillende genetische methoden om genen (causale genen) en risicofactoren (susceptibiliteitspolymorfismen) te identificeren gebaseerd op moleculair genetische en genetisch epidemiologische studies. De bijdrage van een ziektegen wordt geschat in populatie en hospitaal gebaseerde groepen van patiënten in relatie tot andere genen en omgevingsfactoren. De biologische relevantie van mutaties en polymorfismen wordt onderzocht in cellulaire systemen (bvb. stabiele cDNA transfectanten) en in muismodellen. Deze modellen laten ons toe om het effect van deze mutaties en polymorfismen op de normale functie van het genproduct te begrijpen. Bovendien kunnen de geobserveerde biologische fenomenen direct vergeleken worden met deze in patiënten. Tenslotte, kunnen deze modellen gebruikt worden om behandelingswijzen uit te testen. Vandaag zijn er 5 onderzoeksgroepen actief in het departement met elk een professor als groepsleider: Neurodegeneratieve Hersenziekten (Christine Van Broeckhoven PhD DSc), Neurogenetica (Peter De Jonghe MD PhD), Perifere Neuropathieën (Vincent Timmerman PhD), Moleculaire Neurogenomica (Albena Jordanova PhD) en Toegepaste Moleculaire Genomica (Jurgen Del-Favero PhD). Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven
Advanced Disaster Architecture with Mobility Optimizations (ADAMO). Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van ADAMO is dan ook het specifieren, onderzoeken en ontwerpen van een demonstrator voor deze rampenbeheersingsarchitectuur waarin zowel de personen 'in het veld' als diegenen in het crisis-centrum een real-time view krijgen op de volledige afwikkeling van een ramp. Waar GeoBIPS zich in de eerste plaats concentreert op het verbeteren van de communicatie en informatiegaring van de lokale bevelhebber ter plaatse zal ADAMO elke schakel inde keten beter informeren door voortdurend te bevragen en via gerichte updates te informeren. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia
Verstrooiing van licht aan nanogestructureerde elektro-optische componenten Universiteit Gent Abstract: Vloeibare kristallen, zonnecellen en beeldschermen zijn elektro-optische componenten waarin lichtpropagatie essentieel is. Traditioneel worden deze componenten beschreven door eendimensionele simulaties omdat de laterale variaties zich over een grotere schaal afspelen dan de golflengte van het licht. Het doel van dit project is het ontwikkelen, in samenwerking met verschillende partners,van expertise voor de realisatie, simulatie en karakterisatie van verstrooiing aan nanogestructureerde componenten Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Patrick De Visschere • Marc Burgelman • Kristiaan Neyts
Ontwikkeling van methodologie voor de karakterisatie van serum/plasma eiwit glycosylatiepatronen. Toepassingen in de klinische hepatologie, endocrinologie, oncologie en dopingsbestrijding
Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft tot doel nieuwe methodes te ontwikkelen voor het karakteriseren van eiwitglycosylatiepatronen van serumeiwitten, en deze toe te passen binnen klinische vraagstellingen. Meer specifieke merkers voor levercirrhose en tumoren onderzocht, naast de invloed van veroudering op de glycosylatiepatronen van plasma hormonen en hormoonbindende eiwitten. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Nico Callewaert
Ontwikkeling van methodologie voor de karakterisatie van serum/plasma eiwit glycosylatiepatronen. Toepassingen in de klinische hepatologie, endocrinologie, oncologie en dopingsbestrijding Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft tot doel nieuwe methodes te ontwikkelen voor het karakteriseren van eiwitglycosylatiepatronen van serumeiwitten, en deze toe te passen binnen klinische vraagstellingen. Meer specifieke merkers voor levercirrhose en tumoren onderzocht, naast de invloed van veroudering op de glycosylatiepatronen van plasma hormonen en hormoonbindende eiwitten. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Jean Kaufman
Ontwikkeling van methodologie voor de karakterisatie van serum/plasma eiwit glycosylatiepatronen. Toepassingen in de klinische hepatologie, endocrinologie, oncologie en dopingsbestrijding Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft tot doel nieuwe methodes te ontwikkelen voor het karakteriseren van eiwitglycosylatiepatronen van serumeiwitten, en deze toe te passen binnen klinische vraagstellingen. Meer specifieke merkers voor levercirrhose en tumoren onderzocht, naast de invloed van veroudering op de glycosylatiepatronen van plasma hormonen en hormoonbindende eiwitten. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Hans Van Vlierberghe
Fundamentele kinetische modellering van de atoomtransfer radicalaire polymerisatie van styrenen Universiteit Gent Abstract: ATRP is één van de meest succesvolle methodes om gecontroleerde polymerisaties uit te voeren en kan gebruikt worden voor de gecontroleerde polymerisatie van styreen(derivaten). Met de ATRP-techniek is een goede controle mogelijk over ketenstructuur, samenstelling en functionaliteiten. Dit laat toe om bepaalde eigenschappen van polymeren te verbeteren en nieuwe markten te creëren voor materialen met specifieke (nieuwe) eigenschappen. Hoewel de ATRP-techniek al goed ontwikkeld is, vereist industriële toepassing een fundamenteel inzicht in de kinetische en thermodynamische paramedische paramedische van de polymerisatie. Eens deze parameters gekend zijn kan bepaald worden op welke manier bepaalde nevenreacties (o.a. terminatiereacites) vermeden kunnen worden. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Marie-Françoise Reyniers
Een silicium compatibele laser op basis van colloïdale kwantumdots Universiteit Gent Abstract: Dit project combineert ultracompacte siliciumgolfgeleiders met een deklaag van colloidale kwantumdots voor de realisatie van silicium compatibele lichtbronnen. Het project omvat de synthese van de kwantumdots, het ontwerp van de golfgeleiderstructuren, de optische karakterisatie van de materialen en de realisatie van de eigenlijke laserstructuren. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Zeger Hens • Dries Van Thourhout
Modelleren van de wisselwerking tussen microstructuur (inclusief kirstallografische textuur) en magnetische eigenschappen van polykristallijne zachtmagnetische materialen op ijzerbasis Universiteit Gent Abstract: Speurtocht naar de fundamentele verbanden tussen de microstructuur, inclusief de textuurcomponenten, van elektrische stalen en hun magnetische eigenschappen ten einde een model op te bouwen dat moet toelaten aangepaste productieprocessen te ontwerpen voor verbeterde kwaliteiten van elektrisch staal. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen
Onderzoekers: • Yvan Houbaert
Optimalisatie van de productie van waardevolle heterologe proteïnen, zoals antilichamen, in plantenzaden Universiteit Gent Abstract: In dit project beoogt men de productie van grote hoeveelheden van interessante heterologe eiwitten, zoals antilichamen, in plantenzaden haalbaar te maken. Daarom zullen we regulatorische factoren identificeren die kunnen bijdragen tot de verhoging van de stabiliteit van deze recombinante proteïnen. Daarnaast zal nagegaan worden andere kruisbloemigen dienst kunnen doen als economisch haalbaar productieplatform voor heterologe proteïnen op grotere schaal. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Anna Depicker
Plasma-oppervlak-interacties
Universiteit Gent Abstract: Het project verenigt de Belgische groepen die odnerzoek verrichten op reactieve (technologische) plasma's. Het doel is om fundamentele inzichten te verwerven rond de plasma-oppervlak-interacties die optreden in deze systemen. Er wordt verwacht dat het project technologische ontwikkelingen op het gebied van nieuwe materialen en innovatieve processen van oppervlaktebehandeling. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Christophe Leys
IUAP VI Universiteit Gent Abstract: De activiteiten van dit fotonicanetwerk zijn georganiseerd rond verschillend thema's: 1. nanostructuren en metamaterialen 2. nieuwe lichtbronnen 3. optische informatieverwerking - componenten 4. klassieke en quantumoptica - systeemconcepten 5. fotonisch (bio)sensoren Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Roeland Baets
Geavanceerde anorganische materialen bereid via een nieuwe bottom up benadering (nanochemie, zachte chemie) acronym CHEMAT Universiteit Gent Abstract: Met behulp van ontwikkelen van chemische synthesemethoden bij lage temperatuur voor intelligente materialen in het gebied van efficiente stockering van energie, ontdekken van ecologisch aanvaardbare receptoren, organisatie van materiaalconferenties en consultancy, zal een expertisepool ontwikkeld worden voor chemische productietechnologie. Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Serge Hoste
Belgisch fundamenteel onderzoeksnetwerk voor cryptologie en veiligheid van informatie Universiteit Gent Abstract: Dit project omvat 5 belgische en 2 europese (T.U. Hamburg-Harburg en T.U.Graz) partners, en bestudeert een grote variëteit aan problemen uit de cryptologie. Wij bestuderen wiskundige problemen uit de cryptologie, cryptografische algoritmes en protocols, watermerken, en beveiligde software en hardware. Daarnaast besteden wij ook aandacht aan drie specifieke toepassingen van cryptologie. Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Leo Storme
Groei en ontwikkeling van hogere planten Universiteit Gent Abstract: Onze kennis over de ontwikkeling en groei van planten is nog zeer gelimiteerd is en die tekortkoming wordt nog duidelijker als we het odnergrondse deel van de plant in beschouwing nemen. Nochtans hebben wordtels een veelzijdige functie en zijn essentieel voor een normale groei en ontwikkeling van de plant. Binnen dit voorgestelde netwerk willen 5 Belgische laboratoria geassisteerd door een eminente Europese partner, hun krachten bundelen om belangrijk easpecten van de groei en ontwikkeling van wortels uit te diepen volgens een weldoordachte gefocusseerde strategie geconcentreerd op één species, Arabidopsis thaliana, een ideaal modelsysteem voor de studie van wortelgroei en ontwikkeling. De verwachte nieuwe inzichten zullen zeker en vast essentieel blijken voor alle toekomstige pogingen om plantengroei te bevorderen en planten volop als alternatieve energiebronnen in te schakelen. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dirk Inzé
epSOC electro-photonic systems on-a-chip Universiteit Gent Abstract: Doel van dit project is om kostefficiënte methodes te ontwikkelen voor de integratie van optische en elektronische componenten door waferbonding. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Roeland Baets • Dries Van Thourhout
Integrale gebiedsvisie voor het Vlaams Natuurreservaat De Zwinduinen en -polders, te Knokke-Heist met aandacht voor het recreatief medegebruik Universiteit Gent Abstract: In opdracht van het WVI is een hydrogeologische studie voor het Vlaams Natuurreservaat De Zwinduinen en -polders uitgevoerd. Deze studie omhelst het verwerken en interpreteren van metingen van het piëzometernetwerk in het studiegebied en het evalueren en interpreteren van de grondwaterkwaliteit aan de hand van grondwaterstalen en EM39-metingen. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Luc Lebbe
Studie en Optimalisatie van mechanisch-elektronische interactie bij micromachine inertiaalsensoren Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft tot doel de nauwkeurigheid van micromachine inertiaalsensoren zoals accelerometers en gyroscopen te verhogen. Hiervoor worden de verschillende imperfecties die in de mechanische structuur en de elektronische uitlees-schakeling optreden gemodelleerd. Op basis van deze modellen zal onderzocht worden of het effect van deze imperfecties onderdrukt kan worden met behulp van Sigma Delta
regelkringen. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Patrick De Baets • Pieter Rombouts
FlexWare: Exploitatie van Flexibele Hardwareplatformen voor Massief Parallelle Bioinformaticatoepassingen Universiteit Gent Abstract: FlexWare beoogt efficiënter hardware-ontwerp voor algoritmes met extensief laagniveauparallellisme. Het is gericht op bioinformaticatoepassingen, maar algoritmes uit andere domeinen zullen gebruikt worden ter evaluatie. Verschillende parallelle en herconfigureerbare platformen zullen onderzocht worden met het oog op de ontwikkeling van automatische ondersteuning voor platformselectie, extractie van applicatieparallellisme en afbeelding hiervan op het gekozen platform. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Dirk Stroobandt
FAOS: Flexibele Artificiële Optische Huid Universiteit Gent Abstract: Het FAOS-project richt zich op de ontwikkeling van een flexibel substraat waarin zowel optische sensoren als lichtbronnen, detectoren en elektronische stuurschakelingen worden geïntegreerd. De integratie steunt op het inkapselen van de componenten in het substraat. Een dergelijke kusntmatige en flexibele huid kan op onregelmatige oppervlakten gemonteerd worden op beweegbare onderdelen of kan opgevouwen worden in compacte modules. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Peter Van Daele
Q-MATCH: kwaliteitstoezicht, adaptatie, transport en controle van in-huis multimediadiensten Universiteit Gent Abstract: Heterogenen huisnetwerken, die in-huis multimedia applicaties transportere, zullen tot ernstige QoS conflicten leiden waarvoor momenteel noch lokale noch op-afstand controle-oplossingen voorhanden zijn die ten volle de noden van alle belanghebbenden bevredigen. Dit project odnerzoekt mogelijke oplossingen en de vereisten voor platformen voor multimediaal dienstbeheer, servers voor op-afstand beheer van gebruikstoestellen in de huiskamer, en QoS beheer tot op de gebruikstoestellen. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel
DiMoDee (Een volledig digitale modulator voor een klasse D versterker) Universiteit Gent Abstract: Onderzoek naar de prestaties van een volledig digitale sturing van klasse D versterkers voor audio-toepassingen met behulp van digitale foutcorrectietechnieken. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Pieter Rombouts
Omgaan met wederopbouwarchitectuur in de Frontstreek 14-18 Universiteit Gent Abstract: In de frontstreek ontstond na WO1 een wederopbouw(stads)landschap. Hierbij werd een bouwstijl met lokale historische stijlmotieven gehanteerd. Verbouwingen en afbraak dringen zich vandaag op (o.a. hedendaagse gebruiksverwachtingen). Een doordachte omgang is hierbij nodig om zowel degelijke erfgoedzorg als kwalitatieve stedenbouw mogelijk te maken. De studie ontwikkelt een methodiek om actuele ruimtelijke ontwikkelingen te kunnen beoordelen en van een gepast beleidskader te voorzien. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Pieter Uyttenhove
Beveiligingscomponenten voor betrouwbare computersystemen Universiteit Gent Abstract: De doelstelling van dit onderzoeksproject is het bestuderen en creëren van beveiligingscomponenten om generieke beveiligingsfunctionaliteit te kunnen aanbieden in processors. We stellen voor om beveiligingscomponenten aan te bieden die parallel met de bestaande processor opereren, maar er tegelijk ook innig mee gekoppeld zijn. Samen met de hardware componenten zullen we ook een aantal beveiligingstranformaties ontwerpen die ofwel gebruik zullen maken van de nieuw te ontwikkelen beveiligde componenten, of hun eigen bestaanrecht zullen hebben. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Koenraad De Bosschere
Het energieabsorberend vermogen van composietstructuren ter bescherming van bouwkundige constructies tegen explosiebelasting Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt het energieabsorberend gedrag van composietstructuren bestudeerd onder explosiebelasting. Buisjes uit composiet worden tussen twee brandvrije glas/IPC huiden geplaatst. De huiden dragen de drukgolf over naar buisjes die de energie moeten absorberen. Zowel kleinschalige als grootschalige explosietesten zullen worden uitgevoerd.
Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Joris Degrieck • Wim Van Paepegem
Constitutieve wetten voor verhard zelfverdichtend beton: experimentele bepaling en modellering Universiteit Gent Abstract: De specifieke samenstelling van zelfverdichtend beton, met een geringer gehalte aan grove granulaten en een verhoogd gehalte zand en vulstoffen, leidt tot wijzigingen betreffende het mechanisch gedrag van het materiaal. Deze wijzigingen kunnen belangrijk zijn voor het opitmaal ontwerp van elementen in zeflverdichtend beton, bv met betrekking tot dwarskracht of aanhechting van het wapeningsstaal. Het project heeft tot doel de experimentele bepaling en fundamentele studie van een geselecteerd aantal constitutieve wetten van verhard zeflverdichtend beton, en dit wat betreft uniaxiale druk (met bijzondere aandacht voor het strain-softening gedrag), het tension-stiffening effect, de aanhechting tussen zeflverdichtend beton en betonstaal, en de dwarskrachtsterkte. Dit moet uiteindelijk leiden tot degelijk onderbouwde rekenmodellen voor het structureel gedrag van zelfverdichtend beton. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Luc Taerwe • Geert De Schutter
Modelling van de invloed van ionoplast tussenlagen op het tijds- en temperatuursafhankelijk mechanisch gedrag van gelamineerde glazen platen en balken en op hun sterkte na breuk Universiteit Gent Abstract: Bij de sterkte- en stabilitietsberekening van draagstructuren in glas speelt de tussenlaag een belangrijke rol. In onderhavig project wordt de tijds- en temperatuursafhankelijkheid van ionoplast tussenlagen gemodelleerd met behulp van een uitgebreid proefprogramma. Bijkomend wordt het bezwijkmechanisme en de reststerkte en -stijfheid na breuk van ionoplast/galslaminaten bestudeerd. Uiteindelijk worden ontwerpaanbevelingen geformuleerd die de taak van de ontwerper ten goede komen. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Rudy Van Impe • Jan Belis
TELEX: het combineren van akoestische voorbeelden en lexicale modellering Universiteit Gent Abstract: Een 'bottom-up' fonetische HMM herkenner zal gecombineerd worden met een 'long-span' voorbeeldgebaseerde herkenner, teneinde een betere performantie te kunnen halen dan met een traditionele HMM herkenner. Vernieuwend is de manier waarop fonetische transcripties die aanwezig zijn in de foneemgrafen van trainingsdata zullen worden aangewend om alternatieve uitspraken van woorden en uitdrukkingen aan te leren en in het lexicon op te nemen. Daarenboven worden in de voorbeeldgebaseerde herkenner enkel die templates geactiveerd die ook voorkomen in een van die uitspraakvarianten. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Jean Martens
Nanolasers in indiumfosfide membranen voor optische signaalverwerking en biosensoren Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft als doel om basisonderzoek te verrichten naar nanolasers op basis van fotonische kristallen in een indiumfosfide (InP) membraan gebond op een siliciumwafer. Een tweetal toepassingen van deze component zullen onderzocht worden: enerzijds als basiscomponent in een flip-flop voor volledig optische signaalverwerking, en anderzijds als extreem gevoelige biosensor. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Roeland Baets
Ontwikkeling van een 3D numeriek model met adaptief grid voor de vorming en voortplanting van meanders in een rivier Universiteit Gent Abstract: Natuurlijke rivieren in vlak terrein vertonen meestal een meanderend verloop, dat zich zowel zijdelings als naar afwaarts voortplant. In dit projectvoorstel wordt een originele oplossingsmethodiek voorgesteld voor de numerieke modellering van de vorming en voortplanting van een meanderende rivier, waarbij bijzondere aandacht besteed wordt aan de implementatie van een adaptief grid om de dynamische wijzigingen van het rivierbed in planvorm te volgen. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Ronny Verhoeven • Peter Troch • Jan Vierendeels
Datafusie van multi-modale informatie via geavanceerde signaalverwerking, segmentatie en registratietechnieken Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt de synthese van eendimensionale signaalinformatie en tweedimensionale beeldinformatie nagestreefd in een raamwerk waarin zowel kenmerkclassificatie, beeldsegmentatie en beeldregistratie worden geïntegreerd. Als inputsignalen worden verschillende medische modaliteiten gebruikt: electro-encephalograms, magnetische resonantie beeldvolumes en echografiebeelden van premature baby's. Het uiteindelijke doel van dit project is een theoretisch kader te ontwikkelen waarin de relevante beeld- en signaalinformatie op een hoog niveau gecombineerd kunnen worden in functie van hun diagnostische waarde. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers:
• Wilfried Philips
Geïntegreerde elastische microsystemen voor crebrale elektromodulatie Universiteit Gent Abstract: De bedoeling van dit project is technologie te ontwikkelen voor een implanteerbaar microsysteem dat later zal kunnen gebruikt worden voor cerebrale elektromodulatie, i.e. detectie van elektrische signalen, gegenereerd door de hersenen, en elektrische stimulatie van hersencellen. Het microsysteem moet biocompatibel zijn. De elektrodes en bijhorende elektronische componenten zullen ingebed worden in ee elastisch materiaal. Ter validatie van de technologie zijn dierproeven voorzien. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Jacques Vanfleteren • Jan Doutreloigne • Luc Van Ham • Dirk Van Roost
Thin client netwerkbeheer met gedistribueerde broncodering Universiteit Gent Abstract: Bij de ontwikkeling van nieuwe telecommunicatiediensten wordt steeds meer gebruik gemaakt van video. Er worden ook steeds meer draagbare terminals gebruikt waarbij er belangrijke beperkingen optreden in kanaalkwaliteit, rekencapaciteit, opslagcapaciteit en batterijvermogen. Doelstelling van dit project is het grondig bestuderen van innovatieve technieken om telecommunicatiediensten voor draagbare terminals met een hoge QoE (Eng. Quelity of Experience) te realiseren. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Rik Van de Walle • Filip De Turck
Ontwikkeling van een "gestapeld" volume-gedegenereerd schaalelement voor de simulatie van schade in grote composietconstructies onder dynamische belasting Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt een nieuwe type "gestapeld" volume-gedegenereerd schaalelement ontwikkeld. Door het opleggen van de continuiteit van de interlaminaire spanningen en de grotere aspect ratios dan bij volume-elementen, zal de schade-ontwikkeling in grote composietconstructies efficienter en nauwkeuriger gesimuleerd worden. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Joris Degrieck • Wim Van Paepegem
Inkapselen van optische en opto-elektronische componenten in gedrukte schakelingen Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft een unieke doelstelling, met name het onderzoek naar een ver doorgedreven verpakkingstechnologie voor optoelektronische en optische chips, met name het inkapselen in gedrukte schakelingen. Dit is een unieke uitdaging met verstrekkende gevolgen in de informatietechnologie, en dit zowel in domeinen als lees-modules, communicatie, signalisatie, displays, sensoren, ? Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Peter Van Daele • Jan Vanfleteren
Stochastische modellering van optische buffers en schakelsystemen gebaseerd op Fibre Delay Lines Universiteit Gent Abstract: De bedoeling van het voorgestelde project bestaat erin analytische of semi-analytische oplossingstechnieken te ontwikkelen voor adequate stochastische modellen van optische buffers en schakelsystemen, die moeten toelaten snel en efficiënt de belangrijkste performatniematen, zoals de gemiddelde vertragingstijden die pakketten oplopen, de spreiding hierop, de kans dat een pakket verloren gaat, enz. te berekenen. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel • Sabine Wittevrongel
Bepaling van kinetische uitdrukkingen voor vloeibare fase heterogeene katalyse, waar reactans tussen de vloeistof en dampfasen verdeeld zijn Universiteit Gent Abstract: De ingewikkeldheid van heterogeen gekatalyseerde drie-fasen reacties kan het verkrijgen van de intrinsieke kinetica uit experimentele gegevens kunnen plaatsvinden. Dit literatuuroverzicht voorziet de lezer van verder inzicht in de verschillende proefneming en modelleringsmethodologieën, de diverse fenomenen die binnen driefasenreactoren evenals de diverse kinetische modelleringsbenaderingen occuring. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin
IOF-mandaat Jan Van Den Bergh Universiteit Hasselt Abstract: IOF-mandaten zijn mandaten van onbepaalde duur voor postdoctorale onderzoekers die een structurele ondersteuning bieden bij de valorisatie van de onderzoeksresultaten van een onderzoeksinstituut of groep. De functie van een IOF-mandaat is ingebed in de structuur van een onderzoeksinstituut of groep en kan afhankelijk van de noden van het aanvragende instituut of groep, variëren tussen het profiel van een business
developer tot een medewerker wiens research expertise onontbeerlijk is om dienstverlening naar bedrijven te faciliteren. Bij de aanvraag en evaluatie van een dergelijk mandaat, wordt aangegeven in welke zin de mandaathouder impact heeft op de valorisatieoutput van het instituut, te zien in functie van het faciliteren van dienstverlening en samenwerking met bedrijven, of bij het oprichten van een spin-off. Organisaties: • Expertisecentrum voor Digitale Media • Expertisecentrum voor Digitale Media
Onderzoekers: • Karin CONINX • Jan VAN DEN BERGH
Simulatie van turbulente niet-voorgemengde verbranding met CMC modellen in combinatie met LES technieken. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is het combineren van LES - en minder rekenintensieve aanverwante methoden zoals hybride LES/RANS en detached Eddy Simulation (DES) - met de CMC methodologie. De theoretische formulering van CMC in de LES context is goed gekend. Conditionele momenten worden nu gefilterde conditionele momenten (FCM). In analogie met RANS, kunne de FCM vergelijkingen opgelost worden op groffere roosters dan stroming. Volgens Bilger (2000) is eerste-orde sluiting in de meeste aanvaardbaar en zullen de conditionele fluxen op subgrid niveua veelal verwaarloosbaar zijn. In het eerste deel van het project wordt de CMC benadering ingevoerd in een RANS context. 2D, axisymmetrische vlammen worden behandeld, zowel jetstromingen als bluff body vlammen. Werveling wordt niet behandeld in dit stadium, aangezien RANS als onnauwkeurig beschouwd wordt voor zulke configuraties. Aangezien dit project zich niet toelegt op vlammen met lift-off, is een CMC met eerste-orde sluiting voldoende. CMC met tweede-orde sluiting vb. Kim en Huh (2004), of CMC met een tweede conditioneringsvariabele (naast de mengfractie), vb. Kronenburg (2004), wordt daarom niet beschouwd. De modellering van de conditionele scalaire dissipatiesnelheid (CSDR) wordt vooreerst onderzocht. Het is geweten dat modellen voor CSDR volledig consistent moeten zijn met het PDF veld, zodanig dat aan de PDF transportvergelijking en zijn rindvoorwaarden wordt voldaan. CSDR Moddelering is daarom gebonden aan de micro-menging modellering in de getransporteerde PDF vergelijking. Hoewel er reeds bruikbare modellen beschikbaar zijn, is er toh nog ruimte voor verbetering. Cf. 'Flow, Turbulence and combustion', waar een recente uitgave aan CSDR werd besteed, 2004:72. In de huidige studie zullen de resultaten verkregen met getransporteerde PDF-waar de UG groep ervaring in heeft- vergeleken worden met CMC resultaten gebruik makend van verschillende CSDR modellen. Deze zullen gebaseerd zijn op recente experimentele gegevens voor Sandia vlammen, cfr. Barlow en Karpetis (2004). Een ander onderzoekstopic is de vergelijking tussen getransporteerde PDF resultaten (met een gedetailleerd chemisch schema model voor effecten van eindige snemheid) en getransporteerde PDF resultaten met alleen mengfractie als onafhankelijke scalaire variabele. In de laatste benadering kand e chemie gemodelleerd worden met enerzijds eenflamelet model of anderzijds CMC, Zou et al. (in press). De combinatie van getransporteerde PDF met CMC biedt het voordeel dat de PDF vorm niet vooraf moet verondersteld worden (zoals meestal gedaan wordt met CMC). Toepassing op de Sydney vlammen en een diepgaand vergelijk tussen voornoemde methodes werd, voor zover ons bekend, nog niet beschouwd. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR
Fasegedrag en reologie van oplossingen en mengsels van geconjugeerde polymeren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De algemene doelstelling van het project is fundamenteel inzicht te verkrijgen in enerzijds het oplos/fase gedrag van geconjugeerde polymeren in specifiek gekozen solventen en anderzijds deze kennis dan uit te breiden naar het corresponderende reologisch gedrag, m.a.w. het gedrag van deze oplossingen onder afschuif- of rekspanning. In een eerste fase moet dit leiden tot een geïntegreerd beeld van het fundamenteel gedrag van dergelijke polymeren in oplossing. In een tweede fase wordt de studie uitgebreid naar het fase- en verwerkingsgedrag van mengsels van geconjugeerde polymeren met een specifieke moleculaire component, nl. fullereenderivaten. De relevantie hiervan is dat dit type materiaalsystemen de actieve laag uitmaken van fotovoltaïsche cellen en ze een volgend niveau van complexiteit vertegenwoordigen waarrond inzichten betracht worden. Er zal gebruik gemaakt wordt van goedgedefinieerde geconjugeerde polymeren, die hetzij gesynthetiseerd worden via de sulfinylroute (voor Poly(pFenyleen Vinyleen) (PPV) derivaten) of via de dithiocarbamaatroute (voor Poly(Thienyleen Vinyleen) (PTV) derivaten). Ook Poly(Thiofenen) (PT) worden opgenomen in de studie. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren • Materialen & chemie
Onderzoekers: • JUN ZHAO • Niko VAN DEN BRANDE • Fatma DEMIR • GUY VAN ASSCHE • BRUNO VAN MELE
Context en scene-afhankelijke 3D modellering. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project bestaat erin om van een paar straten of een stadscentrum op een geautomatiseerde manier een gedetailleerd 3D model op te stellen, inclusief bijkomende semantische informatie (ttz. een interpretatie van wat er in de scene te zien is: auto's, bomen, gebouwen, voetpaden, verkeersborden, etc.). Men kan verwachten dat voor een dergelijk model, indien beschikbaar, een sletelrol weggelegd is in de volgende generatie van GPS systemen. Inderdaad, dit maakt het mogelijk om allerlei bijkomende informatie te verstrekken, zoals waarschuwingen over snelheidslimieten of naderende zebrapaden. Bovendien laat dit toe om een veel intuitievere gebruikersinterface te bouwen dan de vereenvoudigde kaarten die tegenwoordig gebruikt worden. Dit is echter enkel realiseerbaar indien de modellering volautomatisch kan gebeuren. De modellen moeten immers steeds up-to-date ijn, en een manuele verwerking zou daarvoor veel te tijdrovend en te duur zijn. Tot hier toe gebeurde het reconstrueren van een scene in 3D meestal bottom-up, ttz. gebruik makend van laag niveau beeldinformatie, met name door het zoeken van correspondenties tussen overeenkomstige pixels en het terugprojecteren hiervan in 3D via triangulatie. Wij zijn daarentegen van mening dat een kwalitatief hoogstaand 3D model enkel bekomen kan worden door hogere niveau van kennis over de te reconstrueren scene mee in rekening te brengen. M.a.w. inparallel met het reconstrueren van de geometrie moet men ook inzicht proberen te krijgen in wat de beelden eigenlijk voorstellen. Bijvoorbeeld, het detecteren van auto's en voetgangers in de scene laat toe deze occluderende voorwerpen en hun textuur van de 3D reconstructies te verwijderen en alle aandacht te richten op de relevante gebouwen die erachter liggen. De aanwezigheid van auto's is tevens een aanwijzing dat dat stuk van de scene overeenkomt met een weg; voetgangers wandelen meestal op het voetpad . Verkeersborden zijn ook belangrijke elementen, en kunnen typisch verwacht worden op een bepaalde hoogte, in de buurt van een weg. Het detecteren van lucht is een ander voorbeeld. Lucht zorgt typisch voor problemen bij 3D reconstructies, ofwel omdat de lucht volledig homogeen is ofwel omdat de wolken in de
lucht langzaam bewegen en dus foutieve diepteschattingen opleveren. Door eerst de lucht in de beelden te detecteren, kunnen deze problemen vermeden worden. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI
Nanolasers in indiumfosfide membranen voor optische signaalverwerking en biosensoren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project heeft als doel om basisonderzoek te verrichten naar nanolasers op basis van fotonische kristallen in een indiumfosfide (InP) membraan gebond op een siliciumwafer. Een tweetal toepassingen van deze component zullen onderzocht worden: enerzijds als basiscomponent in een flip-flop voor volledig optische signaalverwerking, en anderzijds als extreem gevoelige biosensor. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • JAN DANCKAERT
Rol van aminozuur metabolisme en peroxisomale enzymes in ziekteresistentie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De tomatenmutant sitiens, die deficiënt is in productie van abscisinezuur, is resistent aan necrotrofe fungi zoals Botrytis cinerea (Audenaert et al., 2002, Plant Physiol. 128: 491-501) en heeft verminderde gevoeligheid aan de biotrofe fungus Oidium neolycopersici (Achuo et al., 2006, Plant pathology 55: 178-186). Via microarray analyse werden in tomaat genen geïdentificeerd die na infectie differentieel geïnduceerd worden in wild type and sitiens planten. Dit project heeft als doel experimenteel na te gaan of deze differentieel gereguleerde genen een rol spelen in de afweer tegen pathogenen bij tomaat en Arabidopsis thaliana. Het project is een samenwerking tussen het Laboratorium Fytopathologie (UGent), het departement Plant Systems Biology (VIB/UGent) en het Laboratorium Plantengenetica (Vrije Universiteit Brussel). Organisaties: • Plantengenetica • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Sigrid BRAUC • GEERT ANGENON • Eric DE WAELE
ReoDSC-Ontwikkeling en experimentele exploratie van een hybride analytische techniek voor simultane reologische en calorimetrische metingen. (zie ook WDV57) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Transformaties in polymeren, zoals polymerisatie, smelten/kristalliseren en fasescheiding/hermenging, gaan gepaard met veranderingen van de reologische en de thermische eigenschappen. Bovendien spelen, enerzijds, de invloed van stroming op zulke transities, en anderzijds, het optreden van afschuivings¬geïnduceerde transities, een cruciale rol bij de verwerking van polymeren. Het doel van dit werk is de ontwikkeling en exploratie van een hybride meettechniek die toelaat om simultaan reometrische en calorimetrische metingen van hoge kwaliteit uit te voeren. Het combineren van deze meettechnieken in één enkel instrument biedt belangrijke voordelen. Het zal toelaten om gelijktijdig de warmte-ontwikkeling en de chemoreologische veranderingen in een materiaal te volgen. Dit geeft een aanzet tot high throughput screening van materialen: in één enkele meting wordt een grote hoeveelheid informatie beschikbaar. Bovendien wordt het mogelijk om stromingsgeïnduceerde transities, de invloed van stromingsscondities op transformaties, en de dynamica van polymeren in het algemeen te bestuderen. Het project vertrekt vanuit het ontwerp en de ontwikkeling van een prototype van de RheoDSC, ondersteund door de numerieke modellering van de warmteoverdracht en spanningsverdeling in meetstaal en instrument. Het exploratief experimenteel onderzoek m.b.v. de ontwikkelde techniek wordt gefocust op systemen waarbij polymerisatie, kristallisatie/smelten of fasescheiding/hermenging optreden. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren
Onderzoekers: • Hans MILTNER • Christophe BLOCK • GUY VAN ASSCHE
Het energieabsorberend vermogen van composietstructuren ter bescherming van bouwkundige constructies tegen explosiebelasting. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De doelstelling van dit project is de studie van het energieabsorberend vermogen van composietstructuren die in staat zijn om door een stabiel progressief falen de energie van een explosie te dissiperen en de achterliggende structurele elementen (kolommen, brugpijlers, dragende wanden, ...) van bouwkundige constructies afdoend te beschermen. Hiertoe moet de kracht waarbij dit progressief falen geïnitieerd wordt, voldoende laag zijn en gedurende een zo lang mogelijke tijd constant. De beoogde composietstructuren hebben een gelijkaardige opbouw als een sandwichpaneel, maar de klassieke schuim- of honingraatkern wordt vervangen door een rooster van energieabsorberende composiet buisjes. Dit onderzoek is origineel en innovatief om verschillende redenen: * Het energieabsorberend vermogen van composiet buizen en kokers is tot nu toe bestudeerd in een bereik van impactsnelheden dat veel lager ligt dan bij explosies. Bijontploffingen heeft de invallende schokgolf een snelheid van 400m/s en meer, en duurt het totale fenomeen amper een paar tientallen microseconden (bij crash-experimenten met wagens of vogelimpact-experimenten is de impactduur typisch een paar milliseconden). Door het strain rate dependent karakter van deze composietmaterialen zal de sterk verhoogde vervormingssnelheid zeker een invloed hebben, maar er bestaan geen experimentele data, noch predictieve modellen, om dit fenomeen te bestuderen. * zoals hoger aangehaald, is het onderzoek naar composietstructuren voor bescherming van bouwkundige constructies tegen explosiebelasting nagenoeg onbestaande, ook al tonen de geciteerde onderzoeken in de automobiel- en luchtvaartindustrie aan dat specifiek energieabsorberend vermogen van composietmaterialen bijzonder hoog is en deze materialen tot een valabele kandidaat maakt voor dergelijke toepassingen * tenslotte zullen de kleinschalige en grootschalige explosietesten in dit onderzoen uitgevoerd worden met een maximale instrumentatie (digitale hoge-snelheidscamera's, Digital Image Correlation, druksensoren, laser doppler velocimeter, projectie-moiré). Deze metingen moeten teolaten om de energiedissipatie in de composietstructuren op een fundamentele manier te onderzoeken, op basis van betrouwbare fenomenologische observaties. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • DANNY VAN HEMELRIJCK • JOHNNY VANTOMME • JAN WASTIELS
Ontwerp en evaluatie van DSL-systemen met exploitatie van 'common mode'-signalen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: DSL-technologie (`digital subscriber line') laat toe breedbanddiensten aan te bieden over de`twisted pair' koperdraden van het huidige telefonienetwerk. Elektromagnetische koppeling tussen verschillende koperparen in dezelfde bundel leidt echter (vooral in nieuwe systemen die bijvoorbeeld gebruik maken van hogere frequenties) tot overspraak en daardoor beduidende performantievermindering, eventueel zelfs volledige uitval. Via dynamisch spectrummanagement en overspraakonderdrukkingstechnieken kan een gedeeltelijk herstel aangeboden worden. In dit project wordt theoretisch onderzocht hoe de (tot dusver afwezige) exploitatie van 'common mode'-signalen kan bijdragen tot een substantiële bekamping van deze performantievermindering en eventueel zelfs voor een supplementaire capaciteitsverhoging zou kunnen zorgen. Specifiek zal daarbij aandacht besteed worden aan transmissiekanaalkarakterisering en fysische lijn- en overspraakmodellering, en aan het ontwikkelen van theoretische concepten voor een verbeterd dynamisch spectrummanagement dat expliciet gebruik maakt van 'common mode'-signalen en eventueel -signalisatie. Overspraakonderdrukking en DSM in het bijzonder zijn recente thema's die momenteel internationaal zeer veel aandacht krijgen, zowel in de academische wereld (e.g. Stanford University, USA) als in bedrijven en standardisatie-organisaties. De exploitatie van 'common mode' signalen biedt hierbij wellicht nieuwe mogelijkheden, die echter tot dusver veruit onontgonnen bleven. Daarom is het hier voorgestelde onderzoek o.i. waardevol, strategisch en relevant. Daarenboven is het tegelijkertijd fundamenteel en expliciet toepassingsgeoriënteerd, waarbij de bekomen resultaten uiteindelijk moeten resulteren in zowel wetenschappelijke publicaties als (op langere termijn) concrete realisaties. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Thin client netwerkbeheer met gedistribueerde broncodering. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bij de ontwikkeling van nieuwe diensten voor vaste en mobiele gebruikers wordt er steeds meer gebruik gemaakt van video. Enkele recente voorbeelden zijn nieuwswebsites of video op mobiele terminals (zoals mobiele televisie). Een tweede belangrijke trend is het gebruik van het Internet protocol voor zowel de vaste als mobiele netwerken (Voice over IP of interactieve digitale televisie over het Internet). Tot slot worden steeds meer draagbare terminals gebruikt waarbij er belangrijke beperkingen optreden in kanaalkwaliteit van de draadloze verbinding, rekencapaciteit, opslagcapaciteit en batterijvermogen. In dit project zal de aandacht uitgaan naar broncodering van videostromen en de interactie met het netwerk (het netwerk- en service-beheer). Specifiek zal dit toegepast worden op thin client architecturen voor mobiele gebruikers (hierbij zal men zoveel mogelijk taken voor de gebruiker uitbesteden aan het netwerk en de bijhorende servers). Bij definitie hebben thin clients beperkte resources en leggen ze aan videotoepassingen op de thin client lage complexiteitsvereisten op (zowel voor encodering als voor decodering). In deze context zijn technologieën voor schaalbare videocodering dan ook onontbeerlijk. Deze codecs bereiken stilaan een mature status zodat zij als volwaardige alternatieven kunnen aanzien worden voor hun niet-schaalbare opponenten, in het bijzonder onder heterogene transmissie- en consumptieomstandigheden. Niettegenstaande de uitstekende bitdebiet-distorsie karakteristieken van deze codeertechnieken blijven twee problematieken significant: 1) het verzekeren van een optimaal bitdebiet-distorsie gedrag onder foutgevoelige transmissieomstandigheden en 2) de asymmetrie in complexiteit van coder en decoder (respectievelijk hoge en lage complexiteit). Deze asymmetrie is echter incompatibel met toepassingen zoals mobiele videoconferentie waar wordt getracht het vermogenverbruik (en inherent ook het gebruikte rekenkrachtbudget) op het niveau van de thin client te minimaliseren. Het doel van dit project is het ontwikkelen van een codec-netwerk architectuur die tegemoet komt aan bovenstaande verzuchtingen. Met betrekking tot het foutgevoeligheidsaspect zijn verschillende technologieën in ontwikkeling, nl. gegevenspartitionering, voorwaartse foutcorrectiecodes, ongelijke foutbescherming en meervoudige beschrijvingscodering. Deze technologieën bieden echter geen antwoord op de complexiteitsproblematiek. Recentelijk werd aangetoond dat gedistribueerde broncodering een valabel alternatief vormt dat tegemoetkomt aan beide bovenstaande verzuchtingen, zij het met enig verlies aan compressie-efficiëntie. Een bijzondere uitdaging is de theoretische en praktische ontwikkeling van (1) een end-to-end (E2E) codec architectuur voor gedistribueerde schaalbare broncodering en (trans)codering naar een schaalbaar foutrobuust formaat, (2) de parallelle uitwerking van een netwerk en service beheersarchitectuur die dergelijke applicaties ondersteunt én (3) de modellering en 'cross-layer' optimalisatie ervan gegeven specifiek kanaalgedrag (adaptieve witte Gaussianse ruis, Raleigh fading, etc.). In dit project worden de expertises van drie partners geëxploiteerd: schaalbare en foutresistente videocodering (VUB/IRIS en UGent/MMLab) en netwerkbeheer (UGent/IBCN). Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ADRIAN MUNTEANU • PETER SCHELKENS
Inkapselen van optische en opto-elektronische componenten in gedrukte schakelingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In huidige elektronische systemen is er een toenemende drang naar verhoging van de densiteit van de interconnecties, plaatsing van componenten en het steeds compacter maken van de modules. De stijgende integratie binnen de micro-electronica, verhoogt echter steeds verder het aantal in- en uitgangen naar de chip en stelt zwaardere eisen aan de verpakkingstechnologie. De oplossing die naar voor geschoven worden is het inkapselen van de chips in de gedrukte schakeling zelf, zonder enig andere vorm van verpakkking. Deze oplossing van embedded chips is een verder zetten van de evolutie die kan waargenomen worden in de verpakking van elektronische chips. Naast deze trend naar inkapselen van de elektronische chips, wordt ook een andere trend waargenomen, met name de toenemende integratie van optische en opto-elektronische componenten. Deze projectaanvraag richt zich op de zoektocht naar een bruikbare technologie die toelaat aan deze beide trends een oplossing te bieden met name het inkapselen van optische en opto-electronische chips in gedrukte schakelingen. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Interactieve op afstand gebaseerde classificatie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bij classificatie en data mining in het algemeen, wordt normaal een stapsgewijze strategie gehanteerd, waar achtereenvolgens de data voorbereid worden, vervolgens onderzocht worden en ten slotte gemodelleerd worden. Wij stellen een nieuw paradigma voor waarbij er geen strikt onderscheid meer wordt gemaakt tussen deze fases, waardoor tijdens de modellering informatie kan worden verkregen die kan worden gebruikt om het manipulatie- en onderzoeksproces te verbeteren. Hiervoor wordt een framework voorgesteld, waarin afstandsgebaseerde classificatieregels van
verschillende types kunnen worden gecombineerd in een hiërarchische structuur. Deze structuur kan interactief door de data analist worden opgebouwd, zodat deze het proces naar eigen goeddunken kan sturen, terwijl het systeem voorstellen doet, feedback geeft en eventueel zelf beslissingen neemt. Om de extra verkregen informatie efficiënt te communiceren naar de date analist en het geintegreerde proces te ondersteunen, worden enkele specifieke data visualisatie technieken ontwikkeld. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management
Onderzoekers: • FRANK PLASTRIA • Steven DE BRUYNE
Meten, modelleren en regelen van zwak niet-lineaire, traag variërende dynamische systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Alhoewel de lineaire tijdsinvariante (LTI) systeemonderstelling en de bijhorende systeemidentificatie en regelaar- ontwerp technieken reeds jaren lang succesvol in de praktijk worden toegepast (zie [1, 2]), zijn werkelijke systemen slechts bij benadering lineair en tijdsinvariant. Denken we bijvoorbeeld aan structuren onderhevig aan toenemende schade, put corrosie van metalen, biologische systemen, of processen met een varierend instelpunt (bijv. flutter analyse) of varierende systeemparameters (bijv. uitschuifbare robotarm of semi-actief veer-demper systeem). De volgende fundamentele vragen dringen zich onmiddellijk op: "Wat is de invloed van niet-lineaire distorties en van tijdsvariatie op de klassieke LTI systeemidentificatie en regelaarontwerp methodes?", "Wat is de ondergrens op de nauwkeurigheid van het klassieke LTI raamwerk toegepast op tijdsvarierende niet-lineaire systemen?", "Kan er een eerste orde correctie van de tijdsvariatie doorgevoerd worden om zo een quasi ogenblikkelijke frequentie responsie functie (FRF) te bekomen?", en "Is er nood aan nieuwe (niet-lineaire en tijdsvarierende) systeemidentificatie en regelaarontwerp technieken?". Om deze belangrijke vragen te kunnen beantwoorden moeten we op een of andere manier de afwijkingen van het werkelijke systeem t.o.v. het ideale LTI gedrag kunnen kwantificeren. Bovendien wensen we over deze informatie te beschikken vooraleer het systeem parametrisch te modelleren of de regelaar te ontwerpen. Merk op dat de klassieke recursieve identificatiemethodes [3] hier dus geen oplossing bieden. Bovendien laten deze methodes niet toe om de aanwezigheid, laat staan het niveau, van de niet-lineariteiten te bepalen. In eerste instantie zullen we ons beperken tot systemen die zich zwak niet-lineair gedragen (d.w.z. het lineaire gedrag is dominant) en traag varieren in de tijd (d.w.z. de tijdsvariatie is een orde trager dan de dominante tijdsconstante van het systeem). In [4] werd reeds een meetprocedure op punt gesteld gebaseerd op wel gekozen periodieke signalen, die toelaat om gelijktijdig het niveau van de stoorruis (meet- en procesruis) en het niveau en de aard van de niet-lineaire distorties op frequentie responsie (FRF) metingen te bepalen voor tijdsinvariante niet-lineaire systemen. In dit project willen we in de eerste plaats de methodologie veralgemenen naar traagvarierende niet-lineaire systemen. Het doel is om naast de ruis- en niet-lineaire distortiebijdragen tot de FRF ook de tijdsvariatie te kwantificeren. Eens deze informatie beschikbaar kunnen we in een tweede stap ofwel trachten een eerste orde correctie van de tijdsvariatie door te voeren en zo tot een quasi ogenblikkelijke LTI beschrijving te komen, ofwel de tijdsvariatie parametrisch te beschrijven. In het laatste geval wordt de keuze van de parametrische voorstelling sterk vereenvoudigd door de niet-parametrische voorstelling van de tijdsvariatie op de FRF. Net dezelfde opties bestaan voor de niet-lineaire distorties: ofwel trachten we hun invloed op de metingen te minimaliseren, ofwel gaan we ze parametrisch modelleren waarbij de niet- parametrische voorstelling de keuze van het parametrisch model vergemakkelijkt. Ten slotte worden deze modellen gebruikt voor fysische interpretatie (bijv. flutter analyse, modelleren binnenoor), diagnose (bijv. schadedetectie), simulatie, en controle. Om de algemeenheid van de voorgestelde procedure te toetsen zullen we ze uitproberen op een brede waaier van toepassingen gaande van flutteranalyse, schadedetectie, en regelaarontwerp tot het modelleren van het binnenoor. De uit te voeren stappen in het project zijn (met tussen haakjes vermelding van de deelnemende partners) 1. Opstellen van een algemene meetprocedure voor zwak niet-lineaire, traag varierende dynamische systemen, met als resultaat een FRF + niveau's stoorrruis, niet-lineaire distorties, en tijdsvariatie. De procedure zal gevalideerd worden via enerzijds simulaties en anderzijds experimenten op een semi-actief veer-demper systeem waarvan de parameters op een gecontroleerde wijze kunnen gevarieerd worden in de tijd. Deze opstelling bevindt zich in het departement WERK, afdeling PMA van de KUL (VUB-ELEC, VUB-WERK, KUL-PMA, UA-BIMEF). 2. Toepassing op de volgende problemen 2.a. Flight flutter analyse met een continu varierend snelheidsprofiel (VUB-ELEC, VUB-WERK, KUL-PMA), 2.b. Schadedetectie in mechanische structuren (VUB-WERK, VUB-ELEC), 2.c. Modelleren van het middenoor (UA-BIMEF, VUB-ELEC, VUB-WERK) 2.d. Modelleren en regelen van mechanische systemen met tijdsvarierende parameters (KUL-PMA, VUB-ELEC), waarbij telkens de in de inleiding gestelde fundamentele vragen behandeld worden. Het spreekt voor zich dat er een sterke wisselwerking zal zijn tussen enerzijds de toepassingen en anderzijds het op punt stellen van de algemene meetprocedure. Merk ook op dat elke toepassing op zich een doorbraak betekent in het desbetreffende vakgebied. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • RIK PINTELON
Analoge designmethodologie voor het verbeteren van de elektromagnetische immuniteit voor de volgende technologie nodes. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit onderzoek is een methodologie op te stellen dewelke de immuniteit voor interferentie verbetert van analoge geïntegreerde schakelingen door met signaalintegriteit rekening te houden gedurende het onderwerp van de schakelingen zelf, en dus voor de layout van de schakeling wordt gerealiseerd. Het vroegtijdig indentificeren van de meest gevoelige knooppunten van het circuit moet het mogelijk maken om een robuust voorwerp af te leveren door het aantal componenten/knooppunten gevoelig aan interferentie tot een minimum te herleiden. Informatie leveren over het gebruik van circuitniveau technieken om gevoelige knooppunten af te schermen van substraatruis, elektromagnetische koppeling, ... Gezien de studie van signaalintegriteit problemen een onderzoek is naar parasitaire effecten is het onontbeerlijk dat de methodologie geverifieerd wordt aan de hand van metingen op chips die gerealiseerd zullen worden door middel van deze methodologie. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN
Hybride GPS + GALILEO plaatsbepaling. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit werk wordt de mogelijkheid nagegaan om de fusie van de data van galileo en GPS te realiseren en wordt de winst aan nauwkeurigheid bestudeerd. Organisaties:
• Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN
Meten, modelleren en realiseren van complexe hoogfrequente vermogenversterkers. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Elk draadloos communicatiesysteem vereist een vermogenversterker die het nodige vermogen kan leveren aan de antenne. Hedentendage gebeurt het ontwerp van zulke RF versterkers aan de hand van empirische technieken gecombineerd met load-pull metingen. Vandaag bestaan er nog drie voorname problemen in het ontwerp van vermogenversterkers: 1. Niet-lineare transistormodellen geven geen directe informatie over de niet-lineaire bronnen in de versterker tijdens de analyse. Er bestaat een techniek die dit inzicht veschaft, maar deze is enkel geldig voor zwak niet-lineaire systemen. Het doel bestaat hierin deze techniek uit te breiden zodanig dat deze ook sterk niet-lineaire systemen aankan. 2. De performantie van vermogen versterkers kan lijden onder laagfrequente spannings- en stroomvariaties die veroorzaakt worden door intermodulaties van het gewenste signaal. De mogelijke stabiliteitsproblemen in het bias cirquit moeten geanaliseerd en voorspeld worden. Daarom is een systematische aanpak voor het meten en modelleren van bias spanningen en stromen noodzakelijk. 3. Complexere versterkerstucturen zijn ontworpen voor het verbeteren van enkele eigenschappen zoals efficiëntie en lineariteit van de basis vermogenversterkers. Hun anwending in recente technologieën is belangrijk voor de volgende generatie vermogen efficiënte en hoogperformante draadloze toepassingen. Daarom moeten er modellen en methoden komen om een juiste voorspelling te geven van de signalen en inzicht te verschaffen aan de ontwerper. Het doel van dit doctoraatsonderzoek is de noden te lenigen die ontstaan bij de ontwikkeling van complexe en vermogensefficiënte vermogenversterkerarchitecturen. Daarvoor zal ik modellen en ontwerpmethodologieën afleiden die geverifieerd zullen worden aan de hand van metingen en simulaties. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Ludwig DE LOCHT
Ontwerp van analoge CMOS circuits voor millimergolf toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Traditioneel wordt het ontwerp van geïntegreerde analoge bouwblokken voor hoogfrequente toepassingen gedaan in III-V halfgeleider technologieën zoals GaAs en InP. In deze technologieën beschikt men immers al lange tijd over snelle transistoren. Bovendien laat de hoge weerstand van het substraatmateriaal (vb. GaAs: 107-109 Ohm-cm) toe om passieve componenten te maken van goede kwaliteit. CMOS technologie biedt anderzijds wel de mogelijkheid om het analoge en het digitale gedeelte op een kost effectieve manier te integreren op één enkele chip. Door de continue schaling wordt deze technologie bovendien inzetbaar voor de millimetergolfmarkt. Het hoofddoel van dit doctoraatsonderzoek is om na te gaan welke ontwerpstrategie het best kan gevolgd worden indien er gewerkt wordt in de "grijze" frequentieband tussen gelokaliseerd en gedistribueerd CMOS - ontwerp. Er zal naar gestreefd worden om vuistregels op te stellen, op basis waarvan een ontwerper een optimaal ontwerp kan realiseren in de beschouwde frequentiezone. Van doorslaggevend belang bij de keuze van de ontwerpstrategie, is de kwaliteit van de bijhorende passieve componenten (spoelen, capaciteiten en transmissielijnen). Gezien het verlieslatende karakter van het silicium substraat zijn passieve componenten van goede kwaliteit echter niet vanzelfsprekend. We zullen, aan de hand van veldsimulaties, deze componenten (onder verschillende topologieën) modelleren en kwalificeren in de beschouwde frequentieband. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Karen SCHEIR
Ontwerp van nieuwe methodes voor het meten en modelleren van microwave meerpoortsystemen en hun niet-lineair gedrag. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit doctoraat bestaat er in het gedrag van niet-lineaire RF en microwave meerpoortsystemen op te meten en uit deze metingen black-box-modellen te extraheren. Dit doel is echter te ambitieus. Een niet-lineair systeem is zo complex dat het zo goed als onmogelijk is om er een model uit te extraheren dat voor alle excitaties een goede beschrijving geeft. Daarom zullen we een dergelijk model extraheren voor een welbepaald systeem én een klasse van excitatiesignalen. In een telecomcontext ligt de spectrale inhoud veelal ongeveer vast, gezien de bandbreedte en de modulatie van het signaal a priori bekend zijn. We zullen dan aan de hand van een beperkt aantal metingen een model voor het koppel systeem + excitatieklasse ontwikkelen, dat geldig is voor alle signalen in die klasse. Een model extraheren is echter niet voldoende. Al te vaak bieden CAD paketten aan de hand van hun optimizers reeds modelextractie aan, gebaseerd op metingen (en simulaties). Het grote nadeel van deze aanpak is het gebrek aan modelvalidatie: een designer kan zo goed als onmogelijk inschatten of dergelijk model al dan niet het systeemgedrag beschrijft. Vandaar dat we in de context van dit werk een tweestapsmethode willen ontwikkelen. In een eerste stap gaan we proberen om beter te begrijpen hoe het systeem zich gedraagt, zoals we dit bij een Lineair TijdsInvariant (LTI) systeem doen aan de hand van een Frequentie Response Functie (FRF). Pas in een tweede stap zal men overgaan tot de modellering. Het resultaat van model en meting voor een bepaalde excitatie kunnen dan worden vergeleken om de validatie te realiseren. Voor tweepoortversterkers heeft een dergelijke aanpak zijn degelijkheid reeds bewezen. In dit project willen we dit uitbreiden tot meerpoortsystemen die in hoofdorde lineair zijn zoals meerpoortversterkers om vervolgens uit te breiden naar andere meerpoorten die in hoofdzaak niet-lineair zijn zoals mixers. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Koen VANDERMOT
Technology-aware reliable design in sub 90nm RF and microwave broadband CMOS circuits with ESD functionality. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Een van de meest uitdagende problemen in de realisatie van de volgende generatie van CMOS analoge schakelingen is dat de beperkingen van de technologie de betrouwbaarheid van de gerealiserde schakelingen in de weg staan. Als een gevolg daarvan wordt het
onontbeerlijk om vanaf het prille begin van de design rekening te houden met betrouwbaarheid. In het kader van de betrouwbaarheidsproblematiek is het aspect van ESD zeer belangrijk. Het doel van dit werk is om een diepgaande studie te realiseren van de ESD performantie en protectietechnieken die enerzijds de betrouwbaardheid zeer hoog maken en anderzijds de RF performatie van de schakelingen minimaal beinvloedt. Momenteel bestaat er zo goed als geen kennis over het ESD gedrag van de transistoren in de 65 nm CMOS technologie. In dit werk zullen we eerst deze kennis experimenteel en via simulaties opbouwen, en dan zullen we via demonstratoren aantonen dat deze kennis kan gebruikt worden om de kans dat een design vanaf de eerste keer werkt, te maximaliseren. Finaal wensen we modellen op te bouwen om efficient en snel betrouwbare analoge CMOS schakelingen te realiseren in de nieuwste CMOS technologie. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN
DSL-Loopexplorer: accurate identificatie van de telefoonlijnopbouw van een abonnee voor een SDSL communicatie. via SELT (Single Eded Line Testing). Vrije Universiteit Brussel Abstract: Een meet-, modelleer- en identificatiesysteem wordt ontworpen om de kwaliteit van het toegangsnetwerk van een telecomoperator te bepalen. Het systeem gebruikt metingen die uitsluitend in de centrale verricht worden (SELT). Dit laat toe om op low-cost basis snel een zeer nauwkeurige pre-kwalificatie te kunnen doorvoeren zonder dat er technici naar klant toe dienen te gaan. Het systeem wendt de 1-poort scatteringparameter en de spectrale vermogendichtheid van de ruis als basismetingen aan. Met behulp van signaalverwerkingsalgo-rithmen worden de metingen geanalyseerd en door toepassing van artificiële intelligentietechnieken en systeemidentificatie zal men dan een goede voorspelling kunnen geven van de opbouw van de abonneelijn en de transmissiecapaciteit ervan. Bovendien dient men rekening te houden met de regelgeving voor wat betreft de excitatie van de lijnen van dat toegangsnetwerk. Dit bemoeilijkt de extractie van de fysische informatie en bijkomstige analyses en algoritmen zijn noodzakelijk om dit probleem op te lossen. Speciale aandacht zal besteed worden aan de ontplooiing van snelle ADSL vormen (ADSL+ en ADSL2) en aan de toekomstige VDSL. De aanpak zal gevalideerd worden met behulp van metingen verricht op het netwerk van Belgacom en France Telecom. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Emissie-inventaris luchtverkeer. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Emissie-inventaris luchtverkeer. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Julien MATHEYS • JOERI VAN MIERLO
Harmonisatie van standaards en regelgeving bij waterstof en brandstofcellen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar de (internationale) afstemming van normen, standaarden en regelgeving omtrent waterstof en brandstofcellen Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • PETER VAN DEN BOSSCHE • JOERI VAN MIERLO
Supercondensatoren in hybride aandrijvingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar de aanwending van supercondensatoren in hybride aandrijvingen. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • Yonghua CHENG • JOERI VAN MIERLO
Multidimensionele qualitatieve en quantitatieve prestatie analyse van parallelle en gedistribueerde computersystemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Parallelle en gedistribueerde computersystemen zijn van exotische onderzoeksobjecten praktisch toepasbare architecturen geworden. Dit gebeurt door een combinatie van economische, financiele, technologische factoren. Fundamentele alsook practische problemen eigen aan alle computersystemen moeten elk individueel en in de context van het geheel herdacht worden in dit licht. eenvoudige voorbeelden hiervan zijn energieverbruik, het gedrag bij het optreden van 1 of meerdere fouten, kostprijs etc. Meer complexe voorbeelden die fundamenteler onderzoek vragen zijn bijvoorbeeld garbage collection, de definitie van programmeertalen en hun primitieven, de voorstelling van gegevens etc. Dit onderzoek combineert deductief (top down) met inductief (bottom up) werk. Dit project is een matching aanvraag voor een IWT-TETRA project i.v.m. "reconfigureerbare hardware toepassingen in mechatronica toepassingen" dat startte op 1 oktober 2005. In de context van de vooruitgang van het TETRA project zal de nadruk in dit project bijgestuurd worden. De kernidee achter dit project is het principe "meten is weten". Terwijl er legio "Ad hoc" oplossingen worden ge-engineerd is er eigenaardig genoeg bijna geen onderzoek naat het qualitatief of quantitatief gedrag van parallelle en gedistribueerde computersystemen. Het doel van dit project is de combinatie van fundamenteel onderzoek ivm "prestatieanalyse" van computers dat gebeurt aan de VUB met de practische resultaten die geleerd worden uit het TETRA project. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ERIK DIRKX
Acquisitie architecturen voor 3D camera systemen.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Gedurende dit doctoraat zal onderzoek verricht worden naar mogelijke architecturen die dienen tot het interageren met net ontwikkelde drie-dimensionale camerachips. Het eerste luik van dit onderzoek, namelijk de aansturing, richt zich op het onderzoeken van nieuwe vormen van modulatiegolven waarmee door de camera uitgezonden licht wordt gemoduleerd. Het tweede luik omvat de verwerking van de door camerachip geproduceerde gegevens, waarbij één van de belangrijkste aspecten erin bestaat de niet-idealiteiten van de camerachip te compenseren. Elk van beide luiken van dit onderzoek moet eerst autoneem zijn taken kunnen volbrengen. Dan kan onderzocht worden hoe de prestaties verder geoptimaliseerd kunnen worden door interactie tussen beide luiken. Deze interactie vormt het derde grote luik van dit onderzoek. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Geïntegreerde optische sensoren voor real time 3D-sceneacquisitie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Fundamenteel onderzoek naar componenten en elektronische schakelingen voor afstandmetingen in kleine pixels, opdat door herhaling in de X en de Y-richting, 3D beeldopnemers mogelijk worden. Hierdoor wordt op basis van "time of flight" gewerkt met mixers in een CMOS substraat. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Ontwerp van zeer hoge snelheid CMOS basisband schakelingen voor draadloze toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Er bestaat een stijgende vraag naar steeds hogere datasnelheden en volumes in draadloze telecommunicatie. Om deze gigabit per seconde snelheden mogelijk te maken is er nood aan basisband schakelingen die deze datasnelheden aankunnen. Dit impliceert filters met hoge bandbreedte en snelle analoog digitaal convertoren (ADCs). Deze filters en ADCs moeten in CMOS geïmplementeerd worden om verschillende redenen: ten eerste moeten filters en ADCs om economische redenen geïntegreerd worden in het digitale deel van het circuit dat bijna altijd in de meest geavanceerde generatie van CMOS geïmplementeerd zal worden. Ten tweede zal typisch door schaling van de technologie het vermogenverbruik van deze bouwblokken dalen zodat hoge snelheden realiseerbaar worden in draadbare systemen. Deze schaling brengt echter ook enkele problemen voor de designer met zich mee: lagere voedingspanning, grotere lekstromen en toenemende mismatch om er maar enkele te noemen. In dit doctoraat zal gezocht worden naar oplossingen voor deze problemen in filters en ADCs, terwijl er gekeken wordt naar nieuwe topologieën die de voordelen van de geschaalde technologie uitbuiten. Deze topologieën zullen geïmplementeerd worden in zowel commerciële technologie als in 45 nm IMEC technologie. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Een virtuele vriend voor audio-visuele spraaktraining van gehoorgestoorde kinderen en volwassenen in Brussel. Vrije Universiteit Brussel Abstract: We stellen voor om kinderen met spraakmoeilijkheden een leeromgeving aan te reiken waarim ze mer een 3-dimensionaal virtueel gelaat een woordspel spelen. Het doel van het onderzoekis de ontwikkeling, evaluatie en toepassing van een leeromgeving in dewelke een levendige vriendelijk, artificiële persoon de training in gesproken communicatie vergemakkelijkt door het creëren van visuele spraak. De wetenschappelijke doelstelling is nagaan hoe de analyse- en synthesetechnieken voor de integratie van audiovisuele modaliteiten van spraak kunnen worden toegepast. De technische doelstelling is een demonstrator die in staat is om audiovisuelecomputer-gegenereerde sprekende personen op het scherm te tonen in de educatieve setup. Dit zal gebeuren aan de hand van drie scenario's: 1 presentatie en imitatie van woorden in verschillende modaliteiten met assistentie van het gelaat van de virtuele vriend; 2 herkenning en identificatie van de woorden in spelvorm voor het leggen van verbanden en voor educatieve herhaling; 3 ontdekking en communicatie waarin elk kind een virtuele vriend aanstuurt met zijn eigen mondbeweging tijdens het vertellen over de aangeleerde woorden. Ook richt het project zich tot gehoorgestoorde volwassenen voor het verbeteren van hun zelfvertrouwen tijdens communicatie. Testen zullen uitgevoerd worden om de vooruitgang van de gebruikers in correcte perceptie en reproductie van gesproken taal aan te tonen. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI
Securisation Keeps Threats. Vrije Universiteit Brussel Abstract: SERKET behandelt het onderwerp van veiligheid van plaatsen en openbare gebeurtenissen door een innovatieve softwarebenadering te ontwikkelen waar verspreide gegevens die uit afzonderlijke apparaten komen automatisch worden gecoreeleerd en geanalyseerd om het veiligheidspersoneel van de juiste informatie te voorzien. De abalyse van de beschikbare technologieën toont aan dat het knelpunt van veiligheid van openbare plaatsen niet het hardwaredeel van het toezicht is, maar eerder de analyse in real-time en correlatie van de gegevens die door de diverse sensoren worden verstrekt is. Zij wijzen ook op het gebrek aan een globeel beheer van bedreigingen en voor de mensen en hun omgevingen. Het is dus noodzakelijk om meer "intelligentie" in veiligheidssystemen in te voeren. Aangezien het spectrum van bedreigingen vergroot en bijgevolg veiligheidssystemen complexer worden, wordt het bereiken van goede prestaties met deze kritieke systemen een nieuwe uitdaging. SERKET heeft als doel verder te gaan dan de status van de technologie door kwesties te behandelen met betrekking tot de evolutie van veiligheid die gezien werd als een verzameling van geïsoleerde voorzieningen, gadegeslagen door een bewaker, tot een geïntegreerd systeem door het promoten van "Complexe Event Pricessing" (CEP) technologie die de homogene verwerking toelaar van gegevens en informatie die als gebeurtenissen worden beschouwd. Het is daarom een alomvattende en universele oplossing voor de gegevensfusie. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI
Perceptieve optimisatie van tijdschalingstechnieken voor geluidsopnames. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tijdschalen van een spraaksignaal bestaat erin de spraak versneld of vertraagd weer te geven. doorgaans worden tijdschalingstechnieken met een constante tijdschaalfactor toegepast waardoor het resultaat onnatuurlijk kan klinken. Door imitatie van natuurlijke snelle of trage spraak, willen we hier een oplossing voor bieden. Het spraaksignaal zullen we indelen in een aantal akoestische klassen zoals pauze, plosief, klinker, medeklinker en foneemovergang. Elke klasse geven we vervolgens een eiegen aangepaste schaalfactor die we via statistisch onderzoek en/of machine-learning uit natuurlijke voorbeelden extraheren. Deze factoren worden dan via het eigenlijke tijdschaling algoritme WSOLA toegepast. Een belangrijk aspecht hierbij is de robuustheid tegen achtergrond Ruis. enerzijds moet de akoestische classificatie robuust zijn, anderzijds moet de tijdschalingstechniek zelf ook robuust gemaakt worden tegen de storende invloed van de achtergrondruis. Dit willen we respectievelijk verwezenlijken door ruisonderdrukingstechnieken toe te passen en door gebruik van signaalvoorstellingen die perceptief meer relevant zijn dan de tijdsdomein golfvorm (ihb. op basis van een inverteerbaar perceptie model). In dergelijke perceptieve voorstellingen kunnen we gemakkelijker perceptief relevante en dus robuuste tijdschalingen bekomen en bovendien de techniek uitbreiden tot polyfone signalen zoals muziek. Tenslotte zullen we ook de meertaligheidsaspecten van niet-uniforme tijdschaling bekijken, wat belangrijk is voor applicaties zoals computer assisted language learning. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • WERNER VERHELST
Spraak algoritmen voor Clinische Educationele toepassingen: Akoestische Technieken voor de Synthese van Expressieve Spraak (SPACE-XPRA) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Spraaksynthese systemen met een goede verstaanbaarheid en redelijke nauwkeurigheid bestaan momenteel voor verschillende talen. De beste van deze systemen geven ook een geloofwaardige spraak van een voorgelezen type. Voor talrijke types van toepassingen zoals taalleren, veiligheidssystemen, humanoide robots of computer ondersteund leren is het echter nodig dat een meer expressieve vorm van spraak kan gegenereerd worden. In een IWT-SBO project ontwikkelen we een zeer hoge kwaliteits spraaksynthese voor computerondersteunende therapie van dislectische kinderen. Binnen dit OZR project willen we het nodige theoretische en experimentele onderzoek uitvoeren om deze synthesizer ook van expressieve spraakmodi te voorzien (i.h.b. bemoedigend, aanmanend, lovend, etc. ) Hiertoe wensen we in eerste instantie expressieve spraak met behulp van prosodie transplantatie systeem dat in onze onderzoeksgroep in ontwikkeling is. Op deze manier willen we experimenteel nagaan wat de bijdrage van de verschillende spraakkenmerken is voor de onderscheiden spraakmodi. In een tweede fase wordt het dynamisch verloop van deze kenmerken in de verschillende modi aangeleerd met machine leertechnieke en in de synthesizer ingebouwd. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • WERNER VERHELST
Ontwikkeling van een in-situ meettechniek voor valsnelheden van vlokken voor een beter sedimentenbeheer van het Scheldebekken. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Estuariene partikels zijn in grote mate geflokkuleerd en hun afmetingen en dichtheid kunnen veranderenin een tijdspanne van minuten. Vlokkel zijn aggregaten van sedimentpartikels kleiner dan 2µm let organische substanties en (Fe-) colloïden. Meestal overschrijdt de vlokgrootte 20µm in doormeter en verschillen de valsnelheden afhankelijk van de in-situ vlokgrootte, componenten en dichtheden. Daarom is een in-situ meting van vlokvalsnelheden essentieel voor een beter inzicht in het vlokvormingsproces en voor het modelleren van het sedimenttransport. Onderhavige studie wil een snelle en betrouwbare techniek leveren voor de in-situ ream-time meting van de valsnelheid van partikels tesamen met de grootte, de vorm en de eigenschappen van de sedimenterende partikels. Zowel de valsnelheid van vlokken als de verdeling van de vlokgroottes en de vlokeigenschappen zullen gemeten worden met een efficiënte techniek die (1)zowel in-situ als accuraat de valsnelheid van de partikels meet een aangepaste "Particle Image Velocimeter" (PIV), (2) de in-situ morfologie van vlokken en individuele partikels waarneemt door gebruik te maken van een "Floc Sampler" en Environmental Scanning Electron Microscope opnamen, en (3) alle relevante milieufactoren meet. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • FLORIMOND DE SMEDT
Simulatie- en ontwerpmethodieken naar de reductie van aërodynamisch geluid in gedwongen stromingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geluidshinder is een van de meest belangrijkste problemen in onze hedendaagse technologische maatschappij. Devele national een Europese voorschriften getuigen hiervan en toen aldus dat er een grote nood is aan onderzoek in dat domein. In dit project zal een geheel aan gevorderde en innovatieve software hulpmiddelen ontwikkeld worden met de bedoeling zowel de door stroming gegenereerde geluidsproblemen in een industriële context te analyseren als om ontwerpen te verbeteren inzake geluidsproductie. De ontwikkelde methodieken zullen worden geëvalueerd op de 2 industriële toepassingen: een geluidsdemper en een 'ducted fan' configuratie. De numerieke resultaten zullen gevalideerd sorden a.d.h.v. vergelijkingen met de resultaten van uitgebreide experimentele testen. Met het oog op economische valorisatie in Vlaanderen, ligt de focus van het project op beperkte stromingen voor dewelke er een industriële geluidsvalorisatiebasis bestaat in Vlaanderen. Deze focus is een belangrijke uitdaging en maakt het project sterk innovatief, daar er tot nu toe slechts benaderingsmethodes gebruikt werden in de aëroakoestiek. Organisaties: • Werktuigkunde
Onderzoekers: • PATRICK GUILLAUME
Niet-deterministische Simulaties voor CFD-ontwerpmethodes. (NODESIM - CFD) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tot vandaag steunen de analyse- en ontwerpmethodes in de aeronautische industrie (en meer bepaald de numerieke simulaties van de stromingen) op simulaties met een unieke set aan input-gegevens, daar waar de werkelijkheid een superpositie is van tal van onzekerheden. De aanwezigheid van deze onzekerheden draagt bij tot toenemende fouten-marges. Om hieraan te verhelpen wordt gebruik gemaakt van nietdeterministische methodes om zo het volledig domein (met zijn variaties) te bekomen van de output. Het project zelf zal dergelijke methodologieën ontwikkelen en deze implementeren in CFD-simulatiesystemen om zo de betrouwbaarheidsintervallen te bepalen op de uit de simulatie
voortkomende voorspellingen. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR
Simulatie- en ontwerpmethodieken naar de reductie van aërodynamisch geluid in gedwongen stromingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geluidshinder is een van de meest belangrijkste problemen in onze hedendaagse technologische maatschappij. Devele national een Europese voorschriften getuigen hiervan en toen aldus dat er een grote nood is aan onderzoek in dat domein. In dit project zal een geheel aan gevorderde en innovatieve software hulpmiddelen ontwikkeld worden met de bedoeling zowel de door stroming gegenereerde geluidsproblemen in een industriële context te analyseren als om ontwerpen te verbeteren inzake geluidsproductie. De ontwikkelde methodieken zullen worden geëvalueerd op de 2 industriële toepassingen: een geluidsdemper en een 'ducted fan' configuratie. De numerieke resultaten zullen gevalideerd sorden a.d.h.v. vergelijkingen met de resultaten van uitgebreide experimentele testen. Met het oog op economische valorisatie in Vlaanderen, ligt de focus van het project op beperkte stromingen voor dewelke er een industriële geluidsvalorisatiebasis bestaat in Vlaanderen. Deze focus is een belangrijke uitdaging en maakt het project sterk innovatief, daar er tot nu toe slechts benaderingsmethodes gebruikt werden in de aëroakoestiek. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR
Hechting en onthechting van organische lagen op gemodificeerde oxidelagen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit doctoraat willen we meer inzicht verwerven omtrent de hechting en inthechting van organische lagen op gemodifieerde oxidelagen op staal. Het is de bedoeling om hiervoor staalsubstraten te gebruiken met intrinsiek verschillende oxidelagen. Deze oxidelagen zullen op een gecontroleerde wijze verkregen worden. Dit doctoraat heeft als hypothese een oxide of samengesteld oxide te vinden die zorgt voor de best mogelijke adhesie en voor trage delaminatie van de organische laag. Om adhesie en delaminatie op een zorgvuldige manier te kunnen beschrijven, is eerst en vooral een goede kennis nodig van het aanwezige oxide en de interactie van het oxide met de bovenliggende coating. In dat opzicht zal het doctoraat opgebouwd worden uit drie grote delen. In het eerste deel wordt de oxidelaag gekerakteriseerd. Er zal getracht worden de oppervlaktetoestand en samenstelling van de oxidelaag te karakteriseren. Daarnaast zullen de halfgeleider-eigenschappen van de oxidelagen bepaald worden aangezien deze een belangrijke rol spelen tijdens het delaminatieproces van de bovenliggende organische laag. In het tweede deel van het doctoraat zal de interactie tussen de oxidelaag en een bovenliggende organische laar bestudeerd worden. Hiervoor zal vertrokken worden van heel dunne lagen van verschillende organische functionaliteiten zoals bijvoorbeeld hydroxyl-, carbonyl- en aminegroepen. Deze functionele groepen zijn karakteristiek voor de epoxylagen die later zullen aangebracht orden. Naast de bepaling van de gevormde bindingen zal ook de chemische stabiliteit van deze bindingen bestudeerd worden in een waterig milieu. Later, in het laatste deel, zal een epoxylaag bovenop de oxidelaag aangebracht worden. Van dit systeem zal delaminatie bestudeerd worden. Organisaties: • Materialen & chemie
Onderzoekers: • HERMAN TERRYN
Uitzicht van dunne filmen op staal: Ontwikkeing en karakterisering van modelsystemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In verscheidene architecturale en decoratieve toepassingen wil men de 'metallic look' van het metaal behouden. In plaats van een verflaag wordt er een dunne transparante organische laag aangebracht om het onderliggende metaal te beschermen tegen omgevingsfactoren. Omwille van milieu- en veiligheidsredenen wordt deze organische laag aangebracht vanuit een waterige colloïdale omgeving. De laag zal inspelen op de intensiteit van de reflectie en de spectrake eigenschappen van het oppervlak. Het doel van dit project is een systematische studie uit te voeren naar de invloed van de geïnduceerde veranderingen in het systeem op het uitzicht van het oppervlak. Het systeem bestaat uit een staalsubstraat, een (eigen en/of afgezette) oxidelaag en een dunne transparante organische laag. In dit onderzoek zullen modelsystemen gemaakt worden, waarvan de oppervlakte-eigenschappen zodanig aangepast zullen worden dat ze veranderingen teweeg brengen in het uitzicht van het oppervlak. De resultaten van dit onderzoek zullen in een optisch model verwerkt worden. Dit model zal toelaten een oorzakelijk verband te vinden tussen de veranderingen in het systeem en het uitzicht van het oppervlak, alsook op het uitzicht te voorspellen. Het model zal bestaan uit planparallelle lagen waarvan voor het spectrake uitzicht elke laag gekrakteriseerd wordt door zijn dikte en optische constanten. De ruwheid zal gemodelleerd worden aan de hand van bepaalde verstrooiingstheoriën die in de loop vanhet onderzoek gekozen zullen worden in functie van hun toepasbaarheid op het systeem. Organisaties: • Materialen & chemie
Onderzoekers: • HERMAN TERRYN
Compacte, hoog-kwalitatieve LED projectiesystemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit IWT project is de creatie van een nieuw innovatief technologieplatform binnen BARCO die hen in staat moet stellen om specifieke LED projectiesystemen te ontwikkelen in de toekomst. Het grote verschil van BARCO s toepassingen met de beschikbare ultra-compacte projectoren momenteel op de markt is dat de beoogde toepassingen een zeer hoge beeldkwaliteit vereisen. We willen verschillende optische architecturen onderzoeken voor projectiesystemen die LEDs gebruiken als lichtbron. Onze systemen moeten een minimale lichtstroom van 100 lm produceren wat zeker geen eenvoudige opdracht is, vermits de luminantie (lm/sr.m2) van de huidige LEDs eerder beperkt is. Vandaar dat innovatieve belichtingssystemen met LEDs ontwikkeld moeten worden om dit cruciale probleem op te lossen. Andere aspecten van de beoogde projectiesystemen zijn hun hoge beeldkwaliteit en de beperkte afmetingen. Om deze twee eigenschappen te kunnen combineren zullen nieuwe optische architecturen ontwikkeld moeten worden die verschillen van de huidige architecturen voor projectiesystemen die booglampen gebruiken. Verder moeten de LED gebaseerde projectoren ook erg robuust en efficiënt zijn. Er is nood aan grondig experimenteel onderzoek van de LED lichtbronnen en de andere optische componenten om aan deze eisen te kunnen voldoen. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Nieuwe optische en fotonische technieken voor de toekomstige generatie sorteermachines. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit industriële onderzoeksproject betreft de samenwerking tussen het Vlaamse bedrijf Best - een bedrijf gespecialiseerd in de productie van hoogtechnologische (optische) sorteermachines - en de vakgroep Toegepaste Natuurkunde en Fotonica van de Vrije Universiteit Brussel (Prof. H. Thienpont, Dr. W. Meulebroeck). In het project onderscheiden we drie grote blokken. In een eerste deel onderzoeken we het optimale sorteerprincipe (absorptie, reflectie, fluorescentie, trillen van moleculen) voor twee verschillende toepassingen: de identificatie van plastics en de detectie van pitten in vruchten. In het tweede blok staat de studie over de toepasbaarheid van fotonische kristalvezels in lasersorteermachines voorop. In een laatste deel ten slotte focusseren we ons op het herontwerp van het optische deel van de machine. Dit project geniet steun van het Instituut voor de aanmoediging van Innovatie door Wetenschap en Technologie in Vlaanderen (IWT). Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Verbeteren van de localisatie van mobiele gebruikers en het opzetten van 4G draadloze communicatie ter ondersteuning van nieuwe LBS. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit project zal onderzocht worden hoe nieuwe, krachtige Location Based Services (LBS) voor de toekomst zullen kunnen opgezet worden ten behoeve van de nautische en terrestrische navigatie (binnenvaart enerzijds, wegvervoer algemeen en voetgangers anderzijds). De verbetering van de localisatie van mobiele agenten is hiervoor essentieel. Met het verfijnen van huidige satellietsystemen (bv. GPS-III) en de opkomst van nieuwe (o.a. Galileo) zal voor meerdere mobiele klanten (scheepvaart, wegverkeer) een afdoend antwoord kunnen gegeven worden. Dit is evenwel niet zo voor mobiele agenten in stedelijk gebied (urban canyon navigatie), omdat satellietdekking daar vaak onmogelijk is (tunnels, personen in gebouwen enz.), waardoor naar integratie (fuseren) van andere sensoren toe gewerkt zal worden (op cellen van mobiele telefoon gebazeerde bepalingen, localisatie in gebieden afgedekt met meerdere access points voor hotspots, gefuseerde bewegingsensoren in wagens, enz.). Het eerste deel van de navorsing in dit project zal nagaan welke de limieten op de nauwkeurigheid van de positionering van mobiele agenten zal kunnen zijn bij het mogelijk fuseren van verschillende technologieën in de moeilijkste omstandigheden (d.i. het gevoelig verbeteren van gegist bestek). Het tweede deel in het onderzoek spitst zich toe op het opzetten van de telecommunicatie die nodig is voor LBS en meer bepaald in het voorzien van server gebaseerde communicatie aan de hand van mobiele draadloze communicatie netwerken (4G). Onderzocht zal worden welke architectuur het best geschikt zal kunnen zijn om applicatie gestuurde handovers te kunnen garanderen in functie van de beschikbare netwerken (GPRS, EDGE, UMTS, CDMA, WiFi, WiMax, ...) . Dit kunnen zowel horizontale handovers (roaming met focus op minimalisatie van de kost van de gebruiker) als vertikale handovers zijn (naadloos switchen in een multimode terminal van de draadloze technologie gestuurd door de navigatie en LBS software, niet door de operatoren!), waarbij de QoS en de gebruikerskost de essentiële parameters zijn. De resultaten uit de punten een en twee zullen toelaten om af te lijnen welk soort LBS mogelijk kan zijn in de binnenscheepvaart (inland navigatie met inbegrip van River Information Services) en voor mobiele agenten in wagens tot en met voetgangersniveau in gebouwencomplexen toe. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Deformatie en quantizatie methodes voor algebra's en categorieën met toepassingen in quantum mechanica. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Studie van combinatorische structuren gerelateerd aan niet-relativistische quantum theorie.Studie van de combinatoriek van eindige gesatureerde projectieve configuraties en eindige orthoalgebras (A.Ruuge). Studie van Harrison cohomologie over bialgebroiden, verbanden met klassieke cohomologieën en toepassing op de Brauer groep en zwakke Hopf algebras (S.Caenepeel en B. Femic). Berekening van de Brauer groep van bepaalde quantum groepen met behulp van de categorische versie van Beattie's exacte rij. (B. Femic). Studie van verbanden tussen Cayley octaven en Cayley-Dickson algebras enerzijds en quasi-Hopf algebras anderzijds, en berekening van de daaraan geassocieerde Brauer groep van bepaalde monoidale categorieën. Studie van oneindige comatrix coringen, "cleft" extensies van coringen en toepasssingen van 2categorieën op coringen (Joost Vercruysse). Studie van partiële acties en coacties van Hopf algebras, en veralgemening van de klassieke Galois correspondentiestelling tot Galois coringen (K.Janssen en S. Caenepeel). Organisaties: • Wiskunde-TW
Onderzoekers: • STEFAAN CAENEPEEL
Genererende verzamelingen in eindige groepen en hun toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project dient om mijn onderzoek in de incidentiemeetkunde en groepentheorie verder uit te bouwen en te zoeken naar interactie met andere projecten. In het theoretisch gedeelte wens ik verder te werken aan de theorie der onafhankelijke verzamelingen in projectieve groepen en coxetergroepen. Deze verzamelingen lijken het juiste concept te zijn om meetkunden waarop de vernoemde groepen ageren te bestuderen. Er werden reeds enkele verbazende resultaten behaald met deze nieuwe techniek. Zie FWO project voor meer detail. Verder is het goed geweten dat symmetrie in het algemeen toelaar om problemen te vereenvoudigen. Daarom is het ontdekken van symmetrie in toegepaste problemen belangrijk. Hierbij kunnen groepen veel helpen. Met mijn kennis van groepen en symmetrieën was het reeds mogelijk om oplossingen te suggereren voor problemen in parallel computing en protein threading. De bedoeling is om mijn theoretische kennis verder toe te passen en ter beschikking te stellen van bestaande onderzoeksgroepen. Organisaties: • Wiskunde-TW
Onderzoekers: • Philippe CARA
Parametrisatie van zintuigelijke materiaaleigenschappen in architecturale context. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Probleemstelling en Doelstelling Architectuur draait niet enkel om het leveren van structurele of functionele prestaties. Informatie over materialen moet dus ook niet enkel hierop gericht zijn. Bij het selecteren van materialen tijdens het ontwerpproces nemen architecten zowel structurele aspecten in beschouwing als aspecten met betrekking tot de beleving. In de huidige materiaaldatabases en materiaalselectie-tools wordt geen rekening gehouden met de zintuiglijke of perceptie-eigenschappen van materialen. Ons doel is het identificeren en in kaart brengen van enkele algemene aspecten van materiaalperceptie en -interpretatie gebruikt in de architectuur. Een framework met wetenschappelijke en objectieve informatie over zintuiglijke aspecten van materialen - naast de gebruikelijke technische, structurele en functionele eigenschappen - laat een
vergelijking tussen gekende en nieuwe materialen toe op alle vlakken en voorziet daardoor ook in een verantwoorde en betekenisvolle materiaalkeuze. Organisaties: • Architectonische ingenieurswetenschappen
Onderzoekers: • INE WOUTERS
RADIOTECT Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ultra breedband radio applicatie voor het localiseren van verborgen personen en detectie van ongeautoriseerde objecten Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI
FAOS : Flexibele artificiële optische huid Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het FAOS project beoogt het ontwikkelen van generische technologie dat een geïntegreerde oplossing biedt aan de stijgend vraag en zal een doorbraak betekenen op het gebied van optische sensoring. Dit project beoogt het ontwikkelen van een flexibele substraat of folie waarop de sensing elementen geïntegreerd kunnen worden en waarop ook lichtbronnen, detectoren en elektronische circuits toegevoegd zijn of geïntegreerd zijn door compacte signaalverwerkingsborden. Dit artificieel en flexibel optische sensing folie kan toegepast worden bij ongelijke ondergronden, beweegbare ondergronden of kan geplooid worden in compacte modules. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Micro-Fotonica. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Fotonica - de "Science-and-Technology-to-Harness-Light"-is een discipline die gaat van fundamenteel onderzoek van fotonen, van lichtkwestie interacties, en de ontwikkeling van nieuwe technologieën en toepassingen op basis van de unieke eigenschappen van licht Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Measurement, Modelling and Identification of Dynamic Systems. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is om systeemidentificatiemethoden te ontwikkelen die bruikbaar zijn voor lineaire en nietlineaire systemen. Het werk omvat zowel het ontwikkelen van een theoretisch kader en het experimenteel testen van de methoden. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS
Functional supramolecular systems (FS2) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Supramolecular chemistry describes the chemistry beyond the molecule and studies chemical species held together by non-covalent intermolecular bonds. It remains the aim of the project to develop novel systems, to understand driving forces that allow bi- and tridimensional organisation, to develop methods and tools to investigate, address, manipulate supramolecular structures and exploit their specific properties. In comparison with the previous project, certain timely new topics will be more emphasized, such as e.g. the bio-aspects, while other promising areas will be further explored. Specific research packages related to each of the four mentioned functional supramolecular systems, will be tackled at four different platform levels by several partners with complementary expertise and instrumental capabilities. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GINO BARON • BRUNO VAN MELE
MICROCON - A micro level analysis of violent conflict Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bijna 1 derde van de wereldbevolking leeft in conflictgebieden in lage inkomsten landen. Vanuit een fundamenteel niveau komen conflicten voort vanuit het menselijk gedrag en zijn interactie met zijn omgeving, vanuit zijn 'Micro' fundamenten. Toch baseren vele conflict gerelateerde studies zich op Macro perspectieven. Dit programma beoogt het begrijpen van de interacties van een individu of groep dat leidt naar of leidt uit gewelddadige conflicten. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management
Onderzoekers: • Tom BUNDERVOET • MARC DESPONTIN
Reconversie van de metalen draagstructuur van gebouwen uit 1860-1920. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Probleemstelling. De reconversie van historische panden is een belangrijk maar complex hedendaags facet van de bouwnijverheid. Toch wordt men in de praktijk nog steeds geconfronteerd met een gebrek aan informatie. Dit probleem stelt zich zeker voor de metalen draagstructuur van gebouwen daterend van 1860 tot 1920 omdat de productie van ijzer en staal een grote evolutie doormaakte in deze periode.
Doelstelling. Opstellen van een referentiewerk voor de reconversie van bouwwerken met een metalen draagstructuur uit 1860-1920. Het bepalen van de innoverende rol van historische gebouwen op bouwtechnisch vlak. Het opzoeken, groeperen, aanvullen, verwerken en inzetbaar maken van informatie over de productieprocédés, materialen, bouwtechnieken en berekeningsmethoden van metalen draagstructuren van gebouwen in België uit de periode 1860-1920. Het afleiden, opstellen en uitschrijven van een methodologie voor de reconversie van metalen draagstructuren van gebouwen. Methodiek. Het verloop omvat drie fases: de informatievergaring, de toetsing dmv casestudys en de verwerking tot een methodisch referentiewerk voor reconversie. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis • Architectonische ingenieurswetenschappen
Onderzoekers: • JEAN VEREECKEN • INE WOUTERS
TEXBIAG : Beleidsinstrumenten ter ondersteuning van bio-energie in de landbouw (fase 1 en fase 2) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het einddoel van dit project is te komen tot een significante bijdrage van bio-energie uit landbouw tot een lagere uitstoot van broeikasgassen, een duurzame en gediversifieerde energiebevoorrading, hogere inkomsten voor landbouwers en plattelandsontwikkeling. Daartoe moeten de wijzigingen kunnen worden ingeschat die de bestemming van de gronden raken enerzijds, en het energiegebruik en de omzetting van biomassa in energie anderzijds. Met het oog daarop reikt het project TEXBIAG drie specifieke instrumenten aan: 1. Een databank van kwantitatieve basisgegevens over de milieugebonden en socio-economische impact van bio-energie uit landbouw, met daarin ook de logistieke aspecten van het gebruik van biomassa; 2. Een wiskundig model dat de externaliteiten van bioenergie uit landbouw "monetariseert"; 3. Een prognose-instrument dat de impact inschat van de beleidsbeslissingen in het kader van de ontwikkeling van bio-energie uit landbouw op verschillende economische sectoren (energie, landbouw, industrie en milieu). Die drie instrumenten spelen een doorslaggevende rol bij de invoering van bio-energie uit landbouw in het kader van duurzame ontwikkeling. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • JACQUES DE RUYCK • Svend BRAM
CLEVER: Clean vehicle research: LCA and policy measures. Onderzoek naar milieuvriendelijke voertuigen: LCA (Levenscyclus Analyse) en beleidsmaatregelen (Fase 1 en Fase 2). Vrije Universiteit Brussel Abstract: De Vrije Universiteit Brussel, VITO en ULB hebben de Ecoscore ontwikkeld, een well-to-wheel milieu rating tool voor voertuigen. Deze methodologie werd ontwikkeld voor toepassing in verschillende beleidsmaatregelen om de aankoop en het gebruik van milieuvriendelijke voertuigen te stimuleren. In het CLEVER project zal een Levenscyclus Analyse (LCA) uitgevoerd worden van voertuigen met conventionele en alternatieve brandstoffen (LPG, CNG, alcoholen, biobrandstoffen, biogas en waterstofgas) en/of alternatieve aandrijfsystemen (batterij, hybride en brandstofcel elektrische voertuigen). Naast de well-to-wheel emissies zal deze LCA eveneens rekening houden met de volledige cradle-to-grave emissies (inclusief productie en ontmanteling/recyclage van het voertuig). Recente ontwikkelingen in brandstofproductie en nieuwe voertuigtechnologieën zullen in rekening gebracht worden en speciale aandacht zal gewijd worden aan de well-to-tank emissies van biobrandstoffen en waterstofgas en aan de cruciale invloed van de energie-mix (i.e. combinatie van energiebronnen) voor de elektriciteitsproductie van (plug-in) elektrische wegvoertuigen. Vanuit het perspectief van de gebruiker is de levenscyclus kost vaak een sleutelfactor in de keuze van een nieuw voertuig. Prijsinstrumenten zijn geschikt om de milieuprestaties van voertuigen te integreren in de aankoopbeslissing. CLEVER zal het mogelijk maken om mogelijke beleidsmaatregelen voor een duurzamere voertuigkeuze te onderzoeken. De onderzochte beleidsinstrumenten zullen niet alleen de nadruk leggen op individueel aankoopgedrag van voertuigen, maar eveneens op maatregelen gericht op bedrijven en openbare instanties. De Ecoscore methodologie is eveneens een geschikte indicator om de milieuprestaties van de volledige voertuigvloot te analyseren. Mogelijkheden om een ecologischere samenstelling van de voertuigvloot te bereiken zullen bestudeerd worden, waarbij rekening wordt gehouden met de factoren die de optimale tijd voor vervanging bepalen, socio-economische haalbaarheid, enz. Al deze aspecten zullen rekening houden met externe kosten, waaronder milieu-impact en sociale weerstand geassocieerd met de geselecteerde technologieën. De aandacht van CLEVER zal voornamelijk gaan naar de markt van de personenwagens. In alle analyses zal echter op een kwalitatieve manier aandacht besteed worden aan mogelijk extrapolaties naar zwaar vervoer in het algemeen en naar stadsbussen in het bijzonder, daar stadsbussen zich er gemakkelijk toe lenen om nieuwe technologieën te implementeren en zij een voorbeeldfunctie kunnen vervullen. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Laurence TURCKSIN • Vincent WYNEN • Faycal-Siddikou BOUREIMA • Maarten MESSAGIE • Annalia BERNARDINI • CATHY MACHARIS • NELE SERGEANT • JOERI VAN MIERLO
Flux-based Risk Assessment of the impact of Contaminants on water resources and ECOsystems - FRACWECO. (Fase 1 en Fase 2) Vrije Universiteit Brussel
Abstract: De 19de en 20ste eeuw worden gekarakteriseerd door een sterk economische en industriële groei, die zowel in België als in vele andere Europese landen een groot aantal Brownfields nagelaten heeft. Sinds enkele decennia zijn de politieke wereld alsook de bevolking er meer en meer van bewust dat deze Brownfields ernstige gezondheidsrisico's in kunnen houden voor wie in de omgeving leeft, speelt of werkt, gezien de polluenten die zich op de terreinen, in de bodem en in het grondwater kunnen bevinden. Hierdoor is het ecologische bewustzijn sterk gegroeid, wat in de politieke wereld tot duurzame ontwikkeling opriep. En deze sites zijn zo talrijk dat ze in de toekomst op een efficiënte manier beheerd moeten worden. Klassieke risicobeoordelingsmethodieken richten zich vooral op de vervuilingsgraad van de besmettingsbron en negeren meestal de vervuilingsgraad aan de receptor. Een dergelijke aanpak kan van de risicoanalyse de mogelijke verzwakkende factoren die voorkomen tijdens de migratie van besmettingsbron naar receptor van de bestaande verontreiniging uitsluiten. In dit project zal een geïntegreerde methode worden ontwikkeld die zal bijdragen aan een meer uitgebreide risicobeoordeling van verontreinigde locaties met betrekking tot water en ecosystemen. De methodologie zal gebaseerd worden op een combinatie van de 'Source-Receptor Pathway' aanpak voor de conceptualisering van het fysieke systeem en op het DPSIR concept (Drivers-Pressure-State-Impact-Response) van het European Environmental Agency (EEA) voor de integratie van de fysieke en socio-economische componenten van de analyse om zo tot een efficiënte beslissingsondersteunende methodologie voor risicoanalyse te komen. Het doel van dit onderzoek is om de impact van polluenten (zowel diffuse verontreiniging als verontreiniging door puntbronnen) op water- en ecosystemen te evalueren en om een geïntegreerde methodologie te ontwikkelen voor een multi-level risico-evaluatie van die verontreiniging op water- en ecosystemen. Organisaties: • Cartografie en Geo-informatiekunde • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • Juliette DUJARDIN • OKKE BATELAAN • FRANK CANTERS
Ontwikkeling van referentiedocumenten voor Belgische kwaliteitssystemen voor kleinschalige hernieuwbare energiesystemen - Q-DIRECT.(Fase 1 en Fase 2) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tot 2008 werd de ontwikkeling van hernieuwbare energie technologieën omkaderd door weinig veeleisende wetgeving, bestaande uit nietbindende doelstellingen. Sinds de goedkeuring van de Richtlijn Hernieuwbare Elektriciteit en de Richtlijn inzake de bevordering van Hernieuwbare Energie, worden het energie- en milieubeleid onderworpen aan juridisch bindende doelstellingen. Daarom moeten ze beschikken over doeltreffende systemen van prestatie-evaluatie. Sommige hernieuwbare energie technologieën (HET) kennen een snel groeiende markt, met een constant evoluerend product. In België zijn er grote verschillen waar te nemen tussen de technologieën op het gebied van marktpenetratie en marketingkanaal, in het bijzonder omdat de mechanismen en het niveau van financiële steun verschillend zijn in de Gewesten. Een aantal ondersteuningsmechanismen hebben geleid tot een versterkt aanbod van een groot aantal leveranciers en installateurs van HET op de markt, wat geleid heeft tot een reeks van producten en diensten die sterk gediversifieerd zijn en met name dus een gebrek hebben aan gekwalificeerde professionele structuren. In tegenstelling hiermee verwachten de eindgebruikers van deze technologieën producten en diensten van hoge kwaliteit. Veel studies tonen aan dat kwaliteitsborging voor de HET (opkomende of reeds gevestigde) een belangrijk onderdeel is van hun groei en duurzame ontwikkeling in de Europese markt. Een bijzonder aspect van het onderzoek was om het ontwerp van een kwaliteitssysteem aan te pakken op verschillende niveaus, afhankelijk van de doelgroep van begunstigden, het niveau van vermarkting van het product en de technologie. DOELSTELLINGEN Het belangrijkste doel van het onderzoek was om aanbevelingen voor beleidsmakers te formuleren om de groei van systemen van decentrale productie van duurzame energie in België te ontwikkelen, op basis van gemeenschappelijke ambitieniveaus en kwaliteitsnormen voor de verschillende technologieën. Het geïntegreerde systeem voor kwaliteitscontrole moet zo zijn ontworpen dat het later kan worden beheerd door een operator - onafhankelijke derde partij en moet zorgen voor een niveau van vertrouwen en kwaliteitsgaranties voor de eindgebruiker die vergelijkbaar zijn in termen van product, het ontwerp van het geïnstalleerde systeem, de installatiekwaliteit en prestaties, ongeacht de technologie. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • JACQUES DE RUYCK
A behavioural analysis and examination of environmental implications of multimodal transportation choice - ESTIMATE. (Fase 1). Een gedragsanalyse en evaluatie van de impact op het milieu bij een multimodale transportkeuze. ESTIMATE (Fase 1) Vrije Universiteit Brussel Abstract: De toenemende bezorgdheid over de voortdurende groei van het autogebruik en de hieraan verbonden externe lasten, zorgen voor een stijgende interesse naar beleidsmaatregelen betreffende transportplanning die het steeds toenemend verlangen naar persoonlijke mobiliteit tenminste kunnen matigen en de principes van duurzame ontwikkeling kunnen ondersteunen. Openbaar vervoer is dan een evidente keuze, maar deze vorm van transport dient geïntegreerd te zijn in een goed gecoördineerde multimodale vervoersketen. De doelstelling van dit project is de aandacht te vestigen op de drie pijlers van duurzaamheid in de context van multimodaal transport. We zullen dit onderzoek enerzijds uitvoeren met behulp van activiteitengebaseerde modellen, die in staat zijn te voorspellen hoe individuen reageren op beleidsmaatregelen om de vraag naar transport te beheersen. Na het uitvoeren van een sensitiviteitsanalyse geeft dit een geoptimaliseerde multimodale vervoersketen. Anderzijds zal een sociale kosten-baten analyse worden uitgevoerd van de diverse beleidsmaatregelen. De combinatie van beiden stelt ons in staat om milieueffecten uit te splitsen naar tijd en ruimte, waardoor milieu- en congestiekosten kunnen worden berekend. De impact op het milieu van verplaatsingen met verschillende transportmodi, zal geschat worden m.b.v. een aangepast Ecoscore model. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Vincent WYNEN • CATHY MACHARIS • NELE SERGEANT • JOERI VAN MIERLO
Modelgestuurde debietoptimalisatie voor schaalbare videocodering: theorie en applicaties.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt drie doelstellingen in de context van schaalbare videocodering: (1) het afleiden van nieuwe modellen die het gedrag van de relatie tussen bitdebiet en vervorming beschrijven, (2) de ontwikkeling van een statistische multiplexer en (3) een omroepscenario voor de verdeling van digitale video naar een heterogene groep gebruikers over een heterogeen netwerk, beiden gebaseerd op de nieuwe modellen. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ADRIAN MUNTEANU • PETER SCHELKENS • FREDERIK VERBIST
Ontwerpautomatisatie, analyse en modellering van multirate analoge discrete-tijdsystemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit doctoraat is het ontwerp van multirate analoge discrete-tijdsystemen te automatiseren. Er wordt vertrokken van een beschrijving van een digitaal multirate filter om een implementatie op transistorniveau te bekomen. De evaluatie van deze techniek gebeurt aan de hand van chipontwerpen in vooruitstrevende technologieën. Gezien de complexiteit van de ontwerpen wordt er gewerkt volgens een hiërarchische ontwerpaanpak. Tijdens het ontwerp vereist deze aanpak gedragsmodellen van de lagere niveaus. Bij het schalen en de topologieselectie van de verschillende ontwerpen worden de optimale ontwerpparameters bepaald aan de hand van Pareto-optimale fronts. Bij deze optimale fronts zal er rekening gehouden worden met de parametrische yield van het ontwerp om de procesvariaties in rekening te brengen. Bij de verificatie en het gebruik van het ontwerp in een volledig systeem, is er eveneens nood aan nauwkeurigere gedragsmodellen. Deze gedragsmodellen zullen bekomen worden door de beste lineaire benadering uit te breiden van tijdsinvariante naar periodisch tijdsvariërende systemen. Hiertoe zal er gebruikgemaakt worden van speciaal ontwikkelde excitatiesignalen, multisinussignalen met een specifiek vermogenspectrum, in combinatie met bestaande simulatoren, zoals SPICE of SPECTRE. De ontwerpautomatisatie en de modelextractie zullen toegepast worden op verschillende geavanceerde technologieën die beschikbaar zijn binnen IMEC. Het gebruik van de methodologie op verschillende technologieën moet enerzijds de ontwerpautomatisatie illustreren en anderzijds inzicht geven over de relevantie van switched-capacitorschakelingen in toekomstige technologieën. Organisaties: • Elektronica en Informatica • Elektriciteit
Onderzoekers: • Lynn BOS • YVES ROLAIN
Ontwerp en controle van performante lichtgewicht actuatoren op basis van pneumatische artificiële spieren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mechanica Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • PATRICK GUILLAUME
Ontwerp en realisatie van een staprevalidatierobot aangedreven door actuatoren met aanpasbare soepelheid. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwerp en realisatie van een staprevalidatierobot aangedreven door actuatoren met aanpasbare soepelheid. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • DIRK LEFEBER
Fiber Bragg Gratings in Fotonische Kristalvezels: Een selectieve optische vezel sensor. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Fiber Bragg grating (FBG) sensoren hebben een lange lijst van voordelen, maar toch schiet de huidige FBG-technologie op enkele belangrijke punten nog steeds tekort: zo is hun kruisgevoeligheid voor verschillende fysische grootheden een belangrijk minpunt dat ervoor zorgt dat de te meten grootheden niet onafhankelijk van elkaar kunnen worden gemeten zonder complexe en dure compensatietechnieken. In dit doctoraatsonderzoek wordt deze problematiek aangepakt door gebruik te maken van fotonische kristalvezels (PCF). Het aanpassen van de vorm en de plaatsing van de microgaatjes in een PCF maakt het mogelijk om de eigenschappen van lichtvoortplanting te controleren met een nooit eerder geziene vrijheid en precisie. In dit project wordt die ontwerpvrijheid dan ook gebruikt om een selectieve en optimaal gevoelige FBG te maken, die geen compensatie vereist en aldus aan lagere kost kan aangeboden worden. De eerste concrete doelstellingen van dit doctoraatswerk zijn het ontwerpen en modelleren, fabriceren en optisch karakteriseren van een fotonische kristalvezel sensor met een Fiber Bragg grating, meer bepaald een sensor die toelaat om quasi-verdeelde metingen uit te voeren zonder kruisgevoeligheid van rek en temperatuur. De tweede doelstelling is het bouwen van twee princiepsdemonstratoren die de mogelijkheden van de selectieve optische vezelsensoren illustreren. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
De rol van aminozuurmetabolisme in resistentie tegen biotische en abiotische stressfactoren in Arabidopsis thaliana. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Aanwijzingen voor een verband tussen aminozuurmetabolisme en ziekteresistentie werd verkregen in onderzoek naar ziekteresistentie van de tomatenmutant sitiens uitgevoerd aan het Laboratorium voor Fytopathologie (UGent, Prof. M. Höfte) en het Departement Planten Systeem Biologie (VIB-UGent, Dr. F. Van Breusegem). De ABA deficiënte sitiens mutant, die geraakt is in de laatste stap in de ABA-biosyntheseweg, heeft verhoogde resistentie tegen de necrotrofe schimmel Botrytis cinerea (Audenaert et al., 2002, Plant Physiol. 128: 491-501) en de biotrofe schimmel Oidium neolycopersici (Achuo et al., 2006, Plant Pathology 55: 178-186). Wild type en sitiens planten werden met elkaar vergeleken 0 en 8 u na bladinfectie met B. cinerea met behulp van de Tom1 tomatenarrays. Hieruit bleken 240 genen significant verschillend geïnduceerd te worden ten gevolge van B. cinerea infectie, waaronder een reeks genen betrokken bij aminozuurmetabolisme. Veel van deze genen worden ook in Arabidopsis thaliana geïnduceerd na infectie met B. cinerea, en sommige genen tevens bij verschillende vormen van abiotische stress. Het doel van dit project
is na te gaan of deze genen rechtstreeks betrokken zijn bij afweer tegen biotische en abiotische stressfactoren in Arabidopsis thaliana. Organisaties: • Plantengenetica • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • GEERT ANGENON
Dynamical systems, control and optimization. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het DYSCO network (IAP VI/4) is een verlenging van een bestaand IAP netwerk (IAP V/22) dat als opzet had het onderzoek en de doctoraatsopleiding in "systeem en regeltechniek" in België te structureren en te coördineren. In het nieuw netwerk willen we daarom twee objectieven blijven nastreven: "onderzoek van international topniveau produceren in onze eigen expertise binnen het domein van de "systeem en regeltechniek" "de best mogelijke omgeving voorzien voor de opleiding van onze doctoraatstudenten en post-docs. Het onderzoeksgebied "systeem en regeltechniek" is interdisciplinair maar heeft wel heel specifieke eigenschappen en methodologieën. Het systeemconcept en het voortdurend weerkomend begrip van feedback zijn twee dergelijke voorbeelden. Gedurende het laatste tiental jaren werd in het domein van de "systeem en regeltechniek" veel vooruitgang geboekt in het oplossen van heel wat kernproblemen: niet-lineaire dynamica, modellering, identificatie, model-prediktieve controle, robuuste controle, optimale controle, enz. Dit heeft ertoe geleid dat de technieken van onze discipline in heel wat andere domeinen werden toegepast: milieu systemen, communicatie systemen, robotica, netwerken, grafentheorie, informatica, biologische en biochemische systemen, biomedische toepassingen, enz. Elk van deze gebieden gebruikt zijn eigen modellen en heef ook zijn eigen theoretische problemen, waarvoor systeemtheorie belangrijke bijdragen kan verstrekken. Systeem en regeltechniek is tegenwoordig de enige discipline geworden die ingenieurs en wetenschappers toelaat om al die toepassingsgebieden te begrijpen in termen van dynamische systemen. Er is nochtans nood aan een diepgaande studie van hun specifieke modellen en methodes om beduidende resultaten te kunnen boeken.
DYSCO telt nu ongeveer 200 onderzoekers, heeft verscheidene internationaal erkende leiders van ons vakgebied en kan steunen op een sterke ploeg van internationale experten in de toegepaste wiskunde. Ons samenwerkingsmodel laat ons toe om belangrijke bijdragen te leveren zowel in systeem en regeltechniek (met inbegrip van modellering, identificatie, rekentechnieken en optimalizering) als in verscheidene aanverwante disciplines waarin wij een kritieke massa van bekwame onderzoekers hebben opgebouwd (biologische en biochemische systemen, netwerken en grafen, transport systemen, biomedische systemen, enz.). Onze aanpak om op een breed front onderzoek te leveren (zowel op onze kerndiscipline als op verscheidene belangrijke verwante takken) is duidelijk in de smaak gevallen van de commissie van deskundigen die ons netwerk in Oktober 2005 evalueerden. Zij schrijven: "zowel qua aantal vooraanstaande onderzoekers, als qua volume en impact van het onderzoek, blijft dit netwerk één van de beste onderzoeksgroepen in systeem en regeltechniek in Europa, en misschiens zelfs in de wereld". Ons plan is daarom de zelfde winnende strategie te handhaven eerder dan een gedetailleerde lijst te geven van specifieke onderzoeksdoelstellingen. Deze strategie kan als volgt worden samengevat. "fundamenteel onderzoek doen in de kerndisciplines van systeem en regeltechniek waarin wij over een belangrijke expertise beschikken: optimalisering, numerieke methodes voor systeem en regeltechniek, modellering en identificatie, experiment ontwerp, netwerken van niet-lineaire systemen, geditribueerde parametersystemen. In vergelijking met het huidige netwerk zal de activiteit in optimalisering beduidend groeien met de oprichting van het nieuwe "Centre of Excellence in Optimization in Engineering" aan de KULeuven waar onze KULeuven teams deel van uitmaken (zie http://www.Cs.kuleuven.bencoe-oe/), en met de toevoeging van P.A. Absil en F. Glineur in het UCL team. De toevoeging van het ULB team (M. Kinnaert) zal ons ook toestaan om onze activiteit in identificatie naar foutendetectie en isolatie uit te breiden: dit is een nieuw onderwerp voor ons netwerk dat belangrijker wordt omwille van de recente ontwikkelingen in groot-schalige geautomatiseerd technologieën; "een ploeg van deskundigen samenstellen met een kritieke massa in verscheidene disciplines waarin de systeem en regeltechniek belangrijke bijdragen kan leveren: chemische en biochemische systemen, netwerken en grafen, verkeer en transportproblemen, motoriek en coördinatieproblemen, biologische systemen, biomedische technologie. Onze activiteit in biochemische en biomedische systemen zal door de opneming van de nieuwe teams in ULB (M. Kinnaert) en FPMs (A. Vande Wouwer) nog versterkt worden door hun bijdragen in modellering en regeling van zulke systemen. Wij hebben al een kritieke massa in het meeste van deze gebieden, maar de toevoeging van de nieuwe teams zal dit nog versterken. Onze keuze van onderzoeksthema komen goed overeen met het gekende Murray Rapport (Panel on Future Directions in Control, Dynamics and Systems, zie http://www.cds.caltech.edu/~murray/cdspanel/) welke de voornaamste themas identificeerde voor de toekomst van Systeem en Regeltheorie. Ons netwerk is welbepaald actief in het grootste deel van deze themas. Bovendien onderschrijft het evaluatieverslag tevens onze onderzoekstrategie waarin nieuwe ontwikkelingen door de meer fundamentele onderzoekers in ons netwerk worden geduwd en door meer toepassingsgerichte onderzoekers worden getrokken. In het evaluatieverslag van 2005 staat inderdaad vermeld: "By applying system-theoretic approaches in an original way to a broad range of problems (e.g. synonym detection in dictionaries), and by correctly identifying significant technological developments and their consequences (particularly those due to the continued growth of computing power, and the recent explosive growth of "data in search of theory" from various biological domains), the Network is itself making a major contribution to the continuing timeliness and relevance of systems and control as a scientific discipline. This research domain will therefore remain a key one for the foreseeable future, and certainly for the next 5-10 years." Qua doctorale en postdoctorale opleiding zijn wij van plan om de bestaande mechanismen die wij met succes in de vorige IAP fasen hebben ontwikkeld, voort te zetten en te versterken: de Graduate School in Systems and Control (in 1991 gestart, nog vóór de oprichting van alle andere doctorale scholen in België), regelmatige studiedagen, gespecialiseerde workshops, co-supervisie van doctoraatstudenten door leden van verschillende teams, uitnodiging van internationale bezoekers van topniveau, gespecialiseerde samenwerkingsgroepen. We willen daarmee voor onze doctoraatstudenten en post-docs een stimulerende wetenschappelijke omgeving creëren. Wij denken dat de resultaten die we tot nu toe bekomen hebben met onze doctorale opleiding, getuigen van kwaliteit en breedte en bijzonder sterk zijn. Wij zijn daarom van plan om de zelfde kwaliteitsnormen op dit gebied te handhaven. Wij worden daarin opnieuw gesteund door het evaluatieverslag van 2005: "The range and pattern of formal network activities has been very well designed and appears to be extremely effective. The study days and the monthly newsletter ensure that all the personnel in the Network know each other, and are aware of each other's research topics and achievements. The graduate courses provide an excellent mechanism for ensuring that members of the Network are kept aware of recent developments by leading authorities, both national and international. The Network succeeds in attracting major international figures to Belgium, and being in active collaboration with many of them." Voetnoot op bio-informatica: De bio-informatica maakte deel uit van ons IAP V/22 netwerk "Dynamical Systems and Control: Computation, Identification and Modelling". Die fase van het IAP programma heeft ons toegestaan om een sterk team in de bio-informatica te creëren, als subgroep van vroegere KULeuven/P2 team. Wij zijn van mening dat het domein een voldoende rijpheid heeft bereikt en dat het team voldoende sterkte heeft bereikt. Er werd daarom beslist een voorstel voor een nieuw netwerk in te dienen dat specifiek toegewijd is aan de bio-informatica, en
waarvoor dit bio-informaticateam als coördinator fungeert. Wij geloven dat wij daardoor één van de doelstellingen van het IAP programma hebben bereikt, namelijk het bevorderen van nieuwe teams en thema's. Dit heeft als gevolg dat het werk van de partners op bio-informatica niet opgenomen is in DYSCO, maar in dit nieuwe IAP netwerk, gecoördineerd door een promotor van ons vroeger netwerk. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • RIK PINTELON
Photonics@be - Micro-, nano-, and quantum photonics. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit IUAP-project gaat over fotonen, elektromagnetische velden, hun interactie met materie, en de exploitatie daarvan voor innoverende toepassingen op een schaal (micro, nano, kwantum) die eerder niet haalbaar was. Onze ambitie is om in één enkel consortium de hooggeëquipeerde laboratoria en de aanwezige expertise in België en de omliggende regio's te integreren. Vandaar de naam: photonics@be, micro, nano en kwantum-fotonica. photonics@be werd voorafgegaan en geïnspireeerd door het succesvolle IUAP V/18 Foton-netwerk (zie http://tona.vub.ac.be/photon), maar met photonics@be introduceren we belangrijke verbeteringen, meer bepaald wat betreft: Het onderwerp: * meer nadruk wordt gelegd op de fysica en technologie van fotonische materialen, mogelijk gemaakt door nieuwe ontwikkelingen op het vlak van fabricatie en karakterisatie; * een exploratieve activiteit in het domein van de bio-fotonica wordt opgestart * het onderzoek op het gebied van de kwantum optica voor informatieverwerking is nu verspreid over de verschillende werkmodules en dus beter geïntegreerd in het ganse project. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Melexis Project MLX75605. T1: experimental characterization of RCLEDs, T2: design and tolerancing of automotive optical transceiver module, T3: technology follow-up tranfer of knowledge and feedback. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Op 10 maart 2008 maakte de MOST cooperatie (Media Oriented Systems Transport, de feitelijke standaard voor multimedia en infotainment netwerken in de automobielsector) haar nieuwe MOST Specificatie Rev. 3.0 bekend. Bedrijven konden hierdoor beginnen werken met de nieuwe MOST150 physical layer. Op hetzelfde moment maakte Melexis de ontwikkeling bekend van een single package oplossing voor een 150 Mbps Fiber Optische Zendontvanger, bedoeld voor deze nieuw geïntroduceerde MOST150 physical layer: MLX75605. De AEI lezers (Automotive Engineering International, uitgegeven door SAE) omschreven de MLX75605, een Fiber Optische Zendontvanger voor 150 Mbps MOST, als een van de "Top Technogieën van het jaar". SAE (Society of Automotive Engineers) is een non-profit educatieve en wetenschappelijke onderneming met 89.000 leden die zich erop toe legt om de mobiliteitstechnologie verder te ontwikkelen om de consumenten beter te bedienen. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HEIDI OTTEVAERE • HUGO THIENPONT
Participatie aan IUAP6-KUL51 (zie ook DWTC207): Funcional Supramolecular Systems (FS2) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Supramolecular chemistry describes the chemistry beyond the molecule and studies chemical species held together by non-covalent intermolecular bonds. It remains the aim of the project to develop novel systems, to understand driving forces that allow bi- and tridimensional organisation, to develop methods and tools to investigate, address, manipulate supramolecular structures and exploit their specific properties. In comparison with the previous project, certain timely new topics will be more emphasized, such as e.g. the bio-aspects, while other promising areas will be further explored. Specific research packages related to each of the four mentioned functional supramolecular systems, will be tackled at four different platform levels by several partners with complementary expertise and instrumental capabilities. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren
Onderzoekers: • BRUNO VAN MELE
Participatie aan IUAP6-UA81 : Quantum effects in clusters en nanowires. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Participatie aan IUAP6-UA81 : Quantum effects in clusters en nanowires. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis
Onderzoekers: • HERMAN TERRYN
OZR Matching Funds IUAP 6: Dynamical systems, control and optimization (DWTC232_P6-UCL05_IUAP P6/04). Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het DYSCO network (IAP VI/4) is een verlenging van een bestaand IAP netwerk (IAP V/22) dat als opzet had het onderzoek en de doctoraatsopleiding in "systeem en regeltechniek" in België te structureren en te coördineren. In het nieuw netwerk willen we daarom twee objectieven blijven nastreven: "onderzoek van international topniveau produceren in onze eigen expertise binnen het domein van de "systeem en regeltechniek" "de best mogelijke omgeving voorzien voor de opleiding van onze doctoraatstudenten en post-docs.
Het onderzoeksgebied "systeem en regeltechniek" is interdisciplinair maar heeft wel heel specifieke eigenschappen en methodologieën. Het systeemconcept en het voortdurend weerkomend begrip van feedback zijn twee dergelijke voorbeelden. Gedurende het laatste tiental jaren werd in het domein van de "systeem en regeltechniek" veel vooruitgang geboekt in het oplossen van heel wat kernproblemen: niet-lineaire dynamica, modellering, identificatie, model-prediktieve controle, robuuste controle, optimale controle, enz. Dit heeft ertoe geleid dat de technieken van onze discipline in heel wat andere domeinen werden toegepast: milieu systemen, communicatie systemen, robotica, netwerken, grafentheorie, informatica, biologische en biochemische systemen, biomedische toepassingen, enz. Elk van deze gebieden gebruikt zijn eigen modellen en heef ook zijn eigen theoretische problemen, waarvoor systeemtheorie belangrijke bijdragen kan verstrekken. Systeem en regeltechniek is tegenwoordig de enige discipline geworden die ingenieurs en wetenschappers toelaat om al die toepassingsgebieden te begrijpen in termen van dynamische systemen. Er is nochtans nood aan een diepgaande studie van hun specifieke modellen en methodes om beduidende resultaten te kunnen boeken.
DYSCO telt nu ongeveer 200 onderzoekers, heeft verscheidene internationaal erkende leiders van ons vakgebied en kan steunen op een sterke ploeg van internationale experten in de toegepaste wiskunde. Ons samenwerkingsmodel laat ons toe om belangrijke bijdragen te leveren zowel in systeem en regeltechniek (met inbegrip van modellering, identificatie, rekentechnieken en optimalizering) als in verscheidene aanverwante disciplines waarin wij een kritieke massa van bekwame onderzoekers hebben opgebouwd (biologische en biochemische systemen, netwerken en grafen, transport systemen, biomedische systemen, enz.). Onze aanpak om op een breed front onderzoek te leveren (zowel op onze kerndiscipline als op verscheidene belangrijke verwante takken) is duidelijk in de smaak gevallen van de commissie van deskundigen die ons netwerk in Oktober 2005 evalueerden. Zij schrijven: "zowel qua aantal vooraanstaande onderzoekers, als qua volume en impact van het onderzoek, blijft dit netwerk één van de beste onderzoeksgroepen in systeem en regeltechniek in Europa, en misschiens zelfs in de wereld". Ons plan is daarom de zelfde winnende strategie te handhaven eerder dan een gedetailleerde lijst te geven van specifieke onderzoeksdoelstellingen. Deze strategie kan als volgt worden samengevat. "fundamenteel onderzoek doen in de kerndisciplines van systeem en regeltechniek waarin wij over een belangrijke expertise beschikken: optimalisering, numerieke methodes voor systeem en regeltechniek, modellering en identificatie, experiment ontwerp, netwerken van niet-lineaire systemen, geditribueerde parametersystemen. In vergelijking met het huidige netwerk zal de activiteit in optimalisering beduidend groeien met de oprichting van het nieuwe "Centre of Excellence in Optimization in Engineering" aan de KULeuven waar onze KULeuven teams deel van uitmaken (zie http://www.Cs.kuleuven.bencoe-oe/), en met de toevoeging van P.A. Absil en F. Glineur in het UCL team. De toevoeging van het ULB team (M. Kinnaert) zal ons ook toestaan om onze activiteit in identificatie naar foutendetectie en isolatie uit te breiden: dit is een nieuw onderwerp voor ons netwerk dat belangrijker wordt omwille van de recente ontwikkelingen in groot-schalige geautomatiseerd technologieën; "een ploeg van deskundigen samenstellen met een kritieke massa in verscheidene disciplines waarin de systeem en regeltechniek belangrijke bijdragen kan leveren: chemische en biochemische systemen, netwerken en grafen, verkeer en transportproblemen, motoriek en coördinatieproblemen, biologische systemen, biomedische technologie. Onze activiteit in biochemische en biomedische systemen zal door de opneming van de nieuwe teams in ULB (M. Kinnaert) en FPMs (A. Vande Wouwer) nog versterkt worden door hun bijdragen in modellering en regeling van zulke systemen. Wij hebben al een kritieke massa in het meeste van deze gebieden, maar de toevoeging van de nieuwe teams zal dit nog versterken. Onze keuze van onderzoeksthema komen goed overeen met het gekende Murray Rapport (Panel on Future Directions in Control, Dynamics and Systems, zie http://www.cds.caltech.edu/~murray/cdspanel/) welke de voornaamste themas identificeerde voor de toekomst van Systeem en Regeltheorie. Ons netwerk is welbepaald actief in het grootste deel van deze themas. Bovendien onderschrijft het evaluatieverslag tevens onze onderzoekstrategie waarin nieuwe ontwikkelingen door de meer fundamentele onderzoekers in ons netwerk worden geduwd en door meer toepassingsgerichte onderzoekers worden getrokken. In het evaluatieverslag van 2005 staat inderdaad vermeld: "By applying system-theoretic approaches in an original way to a broad range of problems (e.g. synonym detection in dictionaries), and by correctly identifying significant technological developments and their consequences (particularly those due to the continued growth of computing power, and the recent explosive growth of "data in search of theory" from various biological domains), the Network is itself making a major contribution to the continuing timeliness and relevance of systems and control as a scientific discipline. This research domain will therefore remain a key one for the foreseeable future, and certainly for the next 5-10 years." Qua doctorale en postdoctorale opleiding zijn wij van plan om de bestaande mechanismen die wij met succes in de vorige IAP fasen hebben ontwikkeld, voort te zetten en te versterken: de Graduate School in Systems and Control (in 1991 gestart, nog vóór de oprichting van alle andere doctorale scholen in België), regelmatige studiedagen, gespecialiseerde workshops, co-supervisie van doctoraatstudenten door leden van verschillende teams, uitnodiging van internationale bezoekers van topniveau, gespecialiseerde samenwerkingsgroepen. We willen daarmee voor onze doctoraatstudenten en post-docs een stimulerende wetenschappelijke omgeving creëren. Wij denken dat de resultaten die we tot nu toe bekomen hebben met onze doctorale opleiding, getuigen van kwaliteit en breedte en bijzonder sterk zijn. Wij zijn daarom van plan om de zelfde kwaliteitsnormen op dit gebied te handhaven. Wij worden daarin opnieuw gesteund door het evaluatieverslag van 2005: "The range and pattern of formal network activities has been very well designed and appears to be extremely effective. The study days and the monthly newsletter ensure that all the personnel in the Network know each other, and are aware of each other's research topics and achievements. The graduate courses provide an excellent mechanism for ensuring that members of the Network are kept aware of recent developments by leading authorities, both national and international. The Network succeeds in attracting major international figures to Belgium, and being in active collaboration with many of them." Voetnoot op bio-informatica: De bio-informatica maakte deel uit van ons IAP V/22 netwerk "Dynamical Systems and Control: Computation, Identification and Modelling". Die fase van het IAP programma heeft ons toegestaan om een sterk team in de bio-informatica te creëren, als subgroep van vroegere KULeuven/P2 team. Wij zijn van mening dat het domein een voldoende rijpheid heeft bereikt en dat het team voldoende sterkte heeft bereikt. Er werd daarom beslist een voorstel voor een nieuw netwerk in te dienen dat specifiek toegewijd is aan de bio-informatica, en waarvoor dit bio-informaticateam als coördinator fungeert. Wij geloven dat wij daardoor één van de doelstellingen van het IAP programma hebben bereikt, namelijk het bevorderen van nieuwe teams en thema's. Dit heeft als gevolg dat het werk van de partners op bio-informatica niet opgenomen is in DYSCO, maar in dit nieuwe IAP netwerk, gecoördineerd door een promotor van ons vroeger netwerk. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • RIK PINTELON
OZR Matching Funds IUAP 6: Photonics@be - Micro-, nano- and quantum photonics (DWTC233_IUAP P6/10). Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit IUAP-project gaat over fotonen, elektromagnetische velden, hun interactie met materie, en de exploitatie daarvan voor innoverende toepassingen op een schaal (micro, nano, kwantum) die eerder niet haalbaar was. Onze ambitie is om in één enkel consortium de hooggeëquipeerde laboratoria en de aanwezige expertise in België en de omliggende regio's te integreren. Vandaar de naam:
photonics@be, micro, nano en kwantum-fotonica. photonics@be werd voorafgegaan en geïnspireeerd door het succesvolle IUAP V/18 Foton-netwerk (zie http://tona.vub.ac.be/photon), maar met photonics@be introduceren we belangrijke verbeteringen, meer bepaald wat betreft: Het onderwerp: * meer nadruk wordt gelegd op de fysica en technologie van fotonische materialen, mogelijk gemaakt door nieuwe ontwikkelingen op het vlak van fabricatie en karakterisatie; * een exploratieve activiteit in het domein van de bio-fotonica wordt opgestart * het onderzoek op het gebied van de kwantum optica voor informatieverwerking is nu verspreid over de verschillende werkmodules en dus beter geïntegreerd in het ganse project. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Materiaalidentificatie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • HUGO SOL
CFD matching. Vrije Universiteit Brussel Abstract: CFD matching. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR
Meten en modelleren van complexe mechanische systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Matching EU309: AISHA II: Geintegreerde bewaking van de structurele integriteit van vliegtuigen II Geintegreerde bewaking van de structurele integriteit van vliegtuigen speelt een belangrijke rol op vlak van besparing en veiligheid van vliegtuigen. In dit project wenst men op basis van hoofdzakelijk ultrasone metingen een online bewakingsysteem te implementeren om vliegtuigonderdelen continu te monitoren. Als case studie is de VUB nauw betrokken met de implementatie en installatie van zo een systeem voor slat tracks. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met ASCO industries. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • PATRICK GUILLAUME
Niet-lineaire dynamica van enkelvoud & gekoppelde halfgeleiderlasers. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Sinds hun ontwikkeling in de jaren 60 zijn halfgeleiders niet meer weg te denken uit onze hedendaagse informatiemaatschappij. Zij vervullen essentiële taken in het genereren, opslaan en uitlezen van digitale data met hoge bitsnelheid. Een speciale klasse hierin, nl. de halfgeleider ring lasers (SRLs) bieden beloftevolle integratietechnologie voor multi-gigabit optische telecommunicatie en ultrasnelle digitale verwerkingssystemen. De voordelen van de SRLs zoals snelle schakeltijd, lage schakelenergie, eenvoudige integratie, kleine dimensies en symmetrie in de set-reset dynamica, leveren een enorm potentieel voor de ontwikkeling van een nieuwe klasse van optische bistabiele devices. De ontwikkeling van bistabiele SRLs tot 'all-optical switching devices' vereist een diep begrip van de niet-lineaire processen die het dynamisch gedrag van deze lasertjes beheersen. We verrichten theoretisch onderzoek naar het bistabiele gedrag van SRLs, en naar de schakeldynamica van enkelvoudige én gekoppelde SRLs. Dit theoretisch onderzoek vindt plaats in nauwe synergie met experimenteel werk dat in de vakgroep TONA verricht wordt, o.a. in het kader van het zopas geselecteerde EU project IOLOS ("Integrated Optical Logic and Memory Using Ultrafast Micro-ring Bistable Lasers"). Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • JAN DANCKAERT
Robotica en Multibody Mechanica. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Robotica en Multibody Mechanica. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • DIRK LEFEBER
Optische meettechnieken voor fluïda en structuren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Matching FWOAL501: Experimentele en numerieke studie van de impactbelasting van golven op vervormbare composietconstructies.
De doelstelling van dit project is de experimentele en numerieke studie van golfimpact op vervormbare composietstructuren. Deze omvat drie deelaspecten: de experimentele studie van de dynamische drukverdeling in de tijd bij slamming van golven op vervormbare composietconstructies, en de opmeting van de resulterende ogenblikkelijke vervormingen, de numerieke simultatie van de dynamische drukken die optreden in het grensvlak van de composietstructuur en het watervolume, met inbegrip van de vloeistof-structuur interactie (FSI) (effect van de vervormbaarheid van de composietconstructie op de ogenblikkelijke drukverdeling in het water en vice-versa), parameterstudie van de invloed van de geometrische en mechanische eigenschappen van de vervormbare composietstructuur (dikte, kromming,stijfheid, ...) op de piekdrukken en het verloop van de slamming. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • STEVE VANLANDUIT
Materiaaltesten en niet-destructief onderzoek. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De doelstelling van dit project is de studie van het energieabsorberend vermogen van composietstructuren die in staat zijn om door een stabiel progressief falen de energie van een explosie te dissiperen en de achterliggende structurele elementen (kolommen, brugpijlers, dragende wanden, ...) van bouwkundige constructies afdoend te beschermen. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • DANNY VAN HEMELRIJCK
Studie van cementcomposieten. Study of cement composites. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In onze huidige samenleving worden de veiligheidseisen en normen rond accidentele belastingen zoals impactbelastingen steeds strenger. De belangstelling voor dit onderwerp vanuit wetenschapellijk oogpunt volgt dan ook een stijgende trend. Men probeert voortdurend naar betere oplossingen voor veiliger constructies en voertuigen te zoeken. Dit wordt zowel op structureel niveau als op niveau van het materiaal betracht. In de automobielsector en de lucht- en ruimtevaartsector is materiaalondezoek essentieel om concurentieel te blijven. In de bouw daarentegen werd er toto nog toe weinig geïnvesteerd in oplossingen op niveau van de materialen. Er is hiervoor wel een stijgende trend te vinden in de ontwikkeling van hoogwaarderige materialen . Een materiaal dat op gebiedf van impactweerstand veel potentieel toont is Texteiel Verstevigd Beton (eng.: Textile Reinforced Concrete, TRC). TRCs zijn echter nog volop in hun ontwikkelingsfase en zijn ontstaan uit het meer gekende Vezel Verstevigd Beton (eng.: Fibre Reinforced Concrete, FRC). Bij TRCs wordt er echter een veel hoger vezelvolumegehalte (tot 20%) bereikt. Dit heeft als rechtstreeks gevolg dat de mechanische eigenschappen (sterkte, stijfheid en vooral taaiheid) van dit materiaal sterk verbeteren t.o.v. FRCs. Het materiaal is namelijk in staat om veel energie te absorberen bij impactbelastingen. Over het statisch gedrag van TRCs is reeds de nodige kennis vergaard. er is echter nog weinig kennis over het gedrag van TRCs onder impactbelastingen, hoewel het potentieel hiervan reeds werd aangetoond (mede door de aanvrager van dit onderzoek). Het doel van dit onderzoek bestaat er bijgevolg uit de nodige inzichten en kennis ovber het gedrag van TRCs onder impactbelastingen te vergaren. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • JAN WASTIELS
Nanocomposite thermoplastic polymer sheets for medical applications. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Orfit maakt polymeer platen bedoeld voor gebruik in de medische wereld. Voornaamste toepassingen zijn braces, prothesen en maskers om patienten te fixeren tijdens bestralingen. Door gebruik van nanocomposieten zal geprobeerd worden stijvere film te bekomen zodat minder materiaal (en energie) nodig is voor dezelfde toepassing. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren
Onderzoekers: • Nick WATZEELS • HUBERT RAHIER • GUY VAN ASSCHE
Generic models for adaptive robust feature extraction in video Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Elektronica
Onderzoekers: • Peter Veelaert • Dimitri Van Cauwelaert
Een onderzoek naar de integratie van landschap in ruimtelijk ontwerp in Vlaanderen Hogeschool Gent Abstract: Sinds het begin van de twintigste eeuw is landschap in Europa een aandachtspunt geworden bij de planning van de ruimte. De afgelopen jaren kwam de landschapszorg ook in Vlaanderen in een stroomversnelling terecht. Naast een aantal wetgevende initiatieven zijn ook een aantal wetenschappelijk onderbouwde documenten ontwikkeld om landschap te integreren in de ruimtelijke planning. Ze moeten ondersteuning bieden voor een professioneel en gefundeerd oordeel over het landschap in al haar aspecten. Uiteenlopende beleidsdomeinen integreren elk vanuit hun specifieke discipline het landschap in de ruimtelijke planning. Landschap lijkt meer en meer te worden gebruikt als een soort van gemeenschappelijk argument dat moet verantwoorden dat de aangereikte plan- of ontwerpoplossing de goede is. Desondanks wordt in Vlaanderen een beperkte doorwerking van landschapszorg in de ruimtelijke planning vastgesteld. Het onderzoek gaat er van uit dat het ruimtelijk ontwerp binnen de ruimtelijke planning een specifieke plaats inneemt. De ontwerper is vaak bij uitstek diegene die het dichtst staat bij de uitvoering van een plan. In feite zijn zij vaak diegenen die op het einde van de (plannings)rit bepalen of de zorg voor het landschap daadwerkelijk wordt weerspiegeld in de inrichting van de ruimte. Hun deskundigheid en praktijkervaring kan een
belangrijke informatie- en/of inspiratiebron vormen voor de doorwerking van landschapszorg in de ruimtelijke planning en als model dienen voor een zogenaamde ‘landschappelijke aanpak’. In een eerste luik van het onderzoek wordt landschapsarchitectuur gesitueerd binnen het werkveld van de ruimtelijke planning, maar ook ten opzichte van andere beleidsdomeinen. In het tweede luik van het onderzoek ligt de nadruk op de manier waarop ontwerpers (en hun bureaus, administraties, ...) algemene ruimtelijke visies (meestal opgesteld door planologen en stedenbouwkundigen) vertalen in concrete ontwerpen. Aandachtspunt is de manier waarop landschap wordt geïntegreerd in het ruimtelijk ontwerp. Beide onderzoeksluiken gaan uit van de deskundigheid en ervaring van beleidsmakers en/of praktiserende ontwerpers door middel van halfgestructureerde diepte-interviews. Bij de selectie van de te onderzoeken projecten in het tweede luik wordt uitgegaan van de onderzoeksresultaten en de criteria uit het eerste luik van het onderzoek. De resultaten uit de diepte-interviews worden verwerkt aan de hand van een softwarepakket voor kwalitatieve data-analyse. Dit moet resulteren in een toetsingskader voor de integratie van landschap in het ruimtelijk ontwerp, dat wordt teruggekoppeld naar experts uit het werkveld en academici. Op basis hiervan worden tenslotte aanbevelingen en conclusies geformuleerd met betrekking tot de integratie van landschap in ruimtelijk ontwerp in Vlaanderen. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie • Vakgroep Ontwerpen en landschapsplanning
Onderzoekers: • Sylvie Van Damme • Geert Baert
"CRYo-banking" van stamcellen voor menselijke therapeutische toepassing. (CRYSTAL) Universiteit Antwerpen Abstract: In dit EU project zullen partners UA (Antwerpen) en KUL (Leuven) onderzoeken of transiënte genetische modificatie van navelstrengbloed en beenmerg hematopoïetische stamcellen met mRNAs coderend voor transcriptiefactoren, groeifactoren en receptoren (allen betrokken in zelfhernieuwing en migratie van stamcellen) resulteert in een verbeterde in vivo repopulatie van SCID muizen. Dit onderzoek zal bijdragen tot een verbeterde methodologie voor hematopoïetische stamceltransplantatie bij volwassenen en kinderen. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Peter Ponsaerts • Dirk R Van Bockstaele • Zwi Berneman
Ontwikkeling van een flow sheet voor de zuivering van MGA (Merchand Grade Acid) tot PWA (Purified Wet Acid) Universiteit Gent Abstract: Bepalen van de parameters die de zuivering van MGA tot PWA bepalen bij middel van solvent-extractie. Bepaling van de ditributiecoëfficiënten van zware metalen in het tweefasen-systeem: MGA/organisch solvent. Studie van de verwijdering van zware metalen uit MGA in een tegenstroom extractiebatterij. Opstellen van een flowsheet. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen
Onderzoekers: • Marc Verhaege
Time Domain Reflectometry (TDR) on critical Instrumentation loops for gasturbines. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Zie engelse versie Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Services to Belastingsdient NL, as a response to their request to provide a second opinion on the definition study defining their newly planned high availability infrastructure for web services. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Diensten aan Belastingsdienst NL: tweede opinie bij studie rond geplande hoge toegankelijkheidsinfrastructuur voor internetdiensten Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JACQUES TIBERGHIEN
Hydrologische studie tbv de herverzilting en/of vernatting van de "Kleyne Vlakte" (VNR de Zwinduinen en -polders) Universiteit Gent Abstract: In opdracht van het ANB (Agentschap voor Natuur en Bos) is de hydrogeologische toestand van de "Kleyne Vlakte" gemodelleerd. Hierbij wordt de permanente en tijdsafhankelijke grondwaterstroming gesimuleerd. Dit laatste gebeurde op basis van een vijftig jarige neerslag- en evapotranspiratiereeks. Deze modellen dienen vervolgens als basis voor de modellering van verschillende concepten tbv de herverzilting en/of vernatting van het studiegebied. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Luc Lebbe
Onderzoek en ontwikkeling van het gaar- en grillproces in een continue aardgasoven voor convenience producten Universiteit Gent Abstract: Dit project dient ter odnersteuning van de ontwikkeling van een gaar/grilloven voor convenience-producten. In de eerste fase zullen warmte- en massatransfer op productniveau bestudeerd worden en vervolgens zal er gekeken worden naar de warmte- en luchtverdeling in een prototype van de oven. Dit zal enerzijds aan de hand van experimenten gebeuren en anderzijds op basis van een numerieke benadering.
Organisaties: • Vakgroep Biosysteemtechniek
Onderzoekers: • Jacques Viaene • Jan Pieters
GEMINI - Generic Electronics and Microsystems Integration Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt een generische technologie ontwikkeld voor de integratie van microsystemen en electronica, gebaseerd op SiGe lagen met gecontroleerde stress. De fotonica groep zal gebruikmakend van deze lagen een optische modulator ontwerpen en karakteriseren. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Roeland Baets • Dries Van Thourhout
GEMINI - Generic Electronics and Microsystems Integration Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt een generische technologie ontwikkeld voor de integratie van microsystemen en electronica, gebaseerd op SiGe lagen met gecontroleerde stress. De fotonica groep zal gebruikmakend van deze lagen een optische modulator ontwerpen en karakteriseren. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Roeland Baets • Dries Van Thourhout
SICOM - Simulatie gebaseerde corrosiebheer bij vliegtuigen Vrije Universiteit Brussel Abstract: SICOM zal een numeriek microschaal model ontwikkelen om gelokaliseerde corrosie bij Al-Alloys te simuleren, met oog voor de microstructuur en de micro elektrochemische toestand. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis • Elektrotechniek-Energietechniek • Materialen & chemie
Onderzoekers: • Levente-Csaba ABODI • IRIS DE GRAEVE • HERMAN TERRYN • Steven VAN DAMME • JOHAN DECONINCK
Open overeenkomst. Vrije Universiteit Brussel Abstract: AGT - Adviesbureau inzake Grondwatertechnieken is gespecialiseerd in studiewerk aangaande uiteenlopende technieken in verband met grondwater. Als onafhankelijk bureau zijn wij goed geplaatst om zowel aan overheden, bedrijven of andere studiebureaus een objectief en onderbouwd advies te verlenen over complexe grondwaterkwesties. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • OKKE BATELAAN
Hybride matrijzen en bijhorende geavanceerde tools voor het uitbouwen van een strategische technische voorsprong in de Vlaamse kunststofsector Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Mechanica
Onderzoekers: • Ludwig Cardon
Project: MPS ID 798-02, DMTA testing on polyethylene oxide for Tapentadol. Vrije Universiteit Brussel Abstract: DMTA testen op polyethyleenoxyde voor het gebruik ervan in een pharmaceutisch tablet Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren
Onderzoekers: • Christophe BLOCK • GUY VAN ASSCHE
Microscopische structuur en transformatieprocessen van onzuiverheidsdefecten in bismut-oxides: verband met fotorefractieve en scintillatoreigenschappen in deze materialen. (FWO Vis.Fel., Vera GOSPODINOVA, Bulgarije) Universiteit Antwerpen Abstract: In gedopeerde bismut-oxidekristallen zal de microscopische structuur van onzuiverheidsdefecten worden onderzocht, evenals de transformaties ervan onder optische en thermische behandelingen. Hiertoe zal een combinatie van optische- en EPR-methoden worden toegepast. Dit zal leiden tot een beter begrip van de oorsprong en mogelijkheden geven voor optimalisering van de technologisch belangrijke eigenschappen van deze materialen. Organisaties: • Experimentele fysica van de gecondenseerde materie (ECM)
Onderzoekers: • Etienne Goovaerts • Vera Marinova Gospodinova
Optimized Strategies for Risk Assessment of Industrial Chemicals through Integration of Non-Test and Test Information. (OSIRIS) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Wim De Coen
Bioframe, een bio-informatica framework voor top down systeembiologie Universiteit Gent Abstract: Systeembiologie kan gedefinieerd worden als de studie van biologische systemen als complexe systemen die voortkomen uit interacties tussen hun veelvuldige componenten. The Bioframe project streeft naar het creeëren van een algoritmisch platform voor de integratie van gekoppelde of interactie datasets, pragmatisch en nuttig ovor de bioloog, uitermate integreerbaar en flexibel. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Yves Van de Peer
Het concipiëren en realiseren van een ‘organo di legno’ Hogeschool Gent Abstract: In de huidige uitvoeringspraktijk van Italiaanse en italianiserende muziek uit de 16de en 17de eeuw wordt voor het spelen van de orgel- en ‘basso continuo’-partijen steevast,……. maar met tegenzin gebruik gemaakt van noch historisch, noch artistiek te verantwoorden ‘hybride’ orgeltypes. Talrijke historische bronnen wijzen op de evidentie van het bestaan en het frequente gebruik van een geëigend, maar verdwenen instrument: een organo di legno met een beperkte dispositie. Het onderzoek heeft tot doel het concipiëren en realiseren van een organo di legno in de vorm van een transporteerbaar orgelpositief met verticaal opgesteld pijpwerk, naar de principes van de Italiaanse orgelbouw uit het cinque- en seicento, in functie van het stijlbewust uitvoeren van Italiaanse en Italiaansgeoriënteerde muziek uit deze periode in het algemeen, en van het verzorgen van ‘basso continuo’-partijen binnen het repertoire van de seconda pratica in het bijzonder. Uiteindelijk moet dit instrument beschikbaar zijn voor musici, ensembles en concertorganisatoren, die allen vragende partij zijn. Hun aspiraties garanderen dat het tastbare resultaat van dit project niet zal verstoffen in de beslotenheid van het laboratorium. Organisaties: • Departement Conservatorium • Vakgroep Theorie • Vakgroep Instrumentenbouw
Onderzoekers: • Jan Boon
Prefermentatie van sojakiemen door het equol-producerend microbieel consortium EPC4 Universiteit Gent Abstract: Optimalisatie van de parameters voor de in vitro fermentatie van daidzine in equol in een aangereikt extract van sojakiemen met behulp van een microbieel consortium, gekarakteriseerd als EPC4. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Willy Verstraete
Multimedia en Imaging Team Universiteit Gent Abstract: De associatieonderzoeksgroep ?Multimedia en Imaging Team? groepeert een aantal onderzoeksgroepen van de Associatie Universiteit Gent die allen actief zijn binnen het brede domein van multimedia en beeldvorming: 4 uit Universiteit Gent (meer bepaald Multimedia Lab, Speech Lab, MEDISIP, CMST), 1 uit de Hogeschool West-Vlaanderen, 1 uit de Hogeschool Gent, en 1 uit de Artevelde Hogeschool. Binnen deze associatieonderzoeksgroep worden o.a. onderzoekers gezamenlijk begeleid, onderzoeksresultaten gepresenteerd, onderzoeksprojecten gedefinieerd, etc. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Rik Van de Walle
Growth of complex oxides Universiteit Gent Abstract: ?Growth of Complex Oxides? tracht de groei van complexe (i.e. meer-componenten) oxides in detail te ontrafelen d.m.v. een volledige karakterisering en modellering van het depositie-proces (reactief sputteren) om alle parameters die de groei van de laag beïnvloeden, in kaart te brengen. Bovendien wordt de correlatie tussen verschillende eigenschappen van de dunne laag en de stoichiometrie, microstructuur en kristallografische oriëntatie, onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Diederik Depla
Testen van ethyleen oxide kinetica en het beoordelen van de gemeten karakteristieken Universiteit Gent Abstract: De kinetiek van de epoxidatie van ethyleen in industriële reactoren wordt onderzocht en gemodelleerd met als doel een simulatiemodel op te stellen dat rekening houdt met alle optredende fenomenen, nl. reactie, transport van massa en warmte op reactor-en op korrelschaal.
Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin
Interactieve objectherkenning in digitale video Universiteit Gent Abstract: Uitbreiding iDTV architectuur ter ondersteuning van een interactieve applicatie voor logoherkenning en informatieverstrekking (in het kader van product placement). Recognitie op basis van nieuw algoritme dat sementatie & beeldherkenning doet van object in de videostroom, waarbij het object via aanwijzer wordt geselecteerd. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Rik Van de Walle
Financiering IOF-programma vakgroep MECH - Groeier Vrije Universiteit Brussel Abstract: Financiering IOF-programma vakgroep MECH - Groeier Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • DIRK LEFEBER • JACQUES DE RUYCK
Financiering IOF-programma (Zwaartepunt vanaf 2009) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwerp en engineering van elektrochemische en oppervlakteprocessing/Design and engineering of electrochemical and surface processing With IOF funding we will make SURF into an internationally renowned research centre with industrial valorisation as one of the key priorities. SURF has the potential, both in experience and reputation, to develop and grow stronger in the new research disciplines of state-of-the-art electrochemistry and (nano)surfaces and to become a prominent player in the EU research field. The main goals of this project are: (1) increasing our activities, including new research orientations and playing a proactive role in their evolution by initiating and participating in dedicated research projects with industry and EU and (2) valorisation through patents and spin-off activities. These new research orientations can be summarized as follows: - DIMENSION 'DOWNSCALING' TO NANOMETER RESOLUTION: this means analyzing and manipulating the material surface on the very localised, nano-technological scale. - MULTIFUNCTIONAL METALS: this means the creation and analysis of metal surfaces with a unique combination of functional properties on a very small dimension. - PROCESS MODELLING: process modelling means quantitative modelling of electrochemical processes to get a better and quantified understanding of the physics (transport), chemistry (reactions) and electrode processes. - FUNCTIONAL MODELLING: functional modelling means for example interpretation of experimental data by modelling the transfer function between the input and the output signal. Another example is optical modelling expertise, allowing us to predict the appearance of modified surfaces. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Materialen & chemie
Onderzoekers: • ANNICK HUBIN • Daan DE WILDE • Pedro MACIEL • HERMAN TERRYN • Steven VAN DAMME • JOHAN DECONINCK
Nieuw wrijvingslasprocédé voor het automatisch lassen van pijpleidingen Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt het wrijvingslassen geoptimaliseerd om gebruikt te kunnen worden voor het lassen van rondnaden van lange (18m) stukken buisleidingen. Dit impliceert vooreerst het werken met 2 stationaire pijpleidingstukken en 1 roterende ring toevoegmateriaal. De verschillende lasparameters (rotatiesnelheid, wrijvingsdruk, smeeddruk, geometrie van de toevoeging, warmtehuishouding) zullen grondig worden onderzocht zodat een optimale laskwaliteit bekomen wordt. Deze zal beoordeeld worden van de hand van klassieke mechanische beproeving (trekproef, Sharpy-proef) en metallografie. Daarnaast zullen ook vermoeiingsproeven op kleine en grote schaal worden uitgevoerd. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Patrick De Baets
"Wetenschappelijke ondersteuning van de hervorming van de verkeersbelasting gebaseerd op Ecoscore methodologie". Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dienstverlening rond de hervorming van de verkeersbelasting met als titel "Wetenschappelijke ondersteuning van de hervorming van de verkeersbelasting gebaseerd op Ecoscore methodologie". The aim of this project is to compare the BIM-Ecoscore methodology with the European Cleaner Drive project and to evaluate the usability of the developed Ecoscore to adapt policy instruments (taxation, incentives, consciousness-raising campaign, etc.) in favour of cleaner vehicles. In the continuation projects of Ecoscore, the developed methodology will be used to create a database, consisting of the technical characteristics, fuel consumption, airborne emissions and Ecoscore of every vehicle model marketed in Belgium. On this database, which is maintained and updated by VITO, a quality analysis will be performed on a regular basis. This is done by performing statistical analyses and by taking random samples. Under the coordination of VITO, ETEC will support LNE in the development of a new fiscal system for vehicle taxation, based on Ecoscore. A new website will also be created (www.ecoscore.be), where the consumer, constructor or importer can calculate the Ecoscore of every
vehicle type. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • NELE SERGEANT • JOERI VAN MIERLO
uitleenovereenkomst IR3 interferometer. Vrije Universiteit Brussel Abstract: IR3 is een fase-metende interferometer, werkend met een golflengte van 1550 nm, die is ontwikkeld voor het meten van de dikte en de variatie van de dikte van lage-doped silicium wafers met een diameter tot 300 mm. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Groei van complexe oxiden. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project wenst de groei van complexe oxide deklagen te begrijpen door een gedetailleerde karakterisering en modellering van het depositieproces. Ook zal de relatie tussen een aantal laageigenschappen en intrinsieke eigenschappen van deklaag voor deze materialen uitgewerkt worden. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Gustaaf Van Tendeloo
Groei van Complexe Oxyden. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project wenst de groei van complexe oxide deklagen te begrijpen door een gedetailleerde karakterisering en modellering van het depositieproces. Ook zal de relatie tussen een aantal laageigenschappen en intrinsieke eigenschappen van deklaag voor deze materialen uitgewerkt worden. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT) • Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)
Onderzoekers: • Annemie Bogaerts
Sites, Sights and Spaces. Nieuwe methodologieën in de historiografie van de steden in Congo (DRC) Universiteit Gent Abstract: De Afrikaanse stad krijgt als onderzoeksthema bijzondere aandacht vanuit diverse disciplines. In een internationale workshop aan de UNIKIN (Kinshasa), in september 2007, werd gediscussieerd over de nieuwe mogelijkheden die methodes uit de architectuurgeschiedenis, de visual history en de oral history bieden voor dergelijk onderzoek. Tegelijk werd een netwerk gecrëeerd van junior en senior onderzoekers uit Congo, België, Senegal en Zuid-Afrika. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Johan Lagae
Conservatiemateriaal voor glasramen (CONSTGLASS) Universiteit Gent Abstract: Het project heeft tot doel om de behandelingen voor conservatie van glasramen in historische gebouwen over gans Europa, aan een kritisch onderzoek te onderwerpen. Het omvat tevens studies over de omkeerbaarheid van de behandelingen, en de efficiëntie van innovatieve restauratiestrategieën en producten. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Patric Jacobs
Themarapport MIRA-T 2007: uitwerken achtergronddocument Energie en de achtergronddocumenten Huishoudens en Handel & Diensten. Universiteit Antwerpen Abstract: In opdracht van de Vlaamse Regering dient de VMM de milieurapportering tot stand te brengen, in rapporten toegankelijk voor een breed, geïnteresseerd publiek. De rapporten moeten de wetenschappelijke basis voor het gewestelijke milieubeleid bieden; zo moeten het maatschappelijk draagvlak voor dit milieubeleid versterken en ze moeten in overeenstemming zijn met de internationale standaarden inzake milieukennis. Meer specifiek omvat de opdracht voor de UA de grondige actualisatie en verdere uitwerking van: 1) het achtergronddocument Energie 2) de achtergronddocumenten Huishoudens en Handel & Diensten (delen m.b.t. energie en broeikasgassen) Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Aviel Verbruggen
Audit FOD Fin Herakles project. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het DWH is de persistentie in een IBM-DB2 databank van het domeinmodel dat tijdens de voorstudie werd opgesteld in het kader van de voorstudie. Het laat toe al de Subjecten, Facetten, en Klassen (S-F-C) op te slaan in een gestructureerde vorm. Samen met het SFC-model vormt deze persistentie de centrale zuil van de omgeving en gezien het iteratieve karakter van het project zal het DWH-
model in iedere iteratie aangepast worden. Het is echter niet enkel het logische model van de DWH-persistentie dat zal wijzigen doorheen de verschillende iteraties en releases, ook het conceptuele model (SFC) kan onderhevig zijn aan wijzigingen. Dit is voornamelijk het geval wanneer er binnen een bron informatie gevonden wordt die oorspronkelijk niet in het domeinmodel van de voorstudie aanwezig was (vb. het niveau vestiging in het facet A01_PERSOON_PERSONNE. Het is onder meer hierom dat het van het grootste belang is dat het logische (en derhalve ook het fysische) model van de persistentie vormelijk gelijk is aan het domeinmodel. Dit laat toe om zowel voor het incorporeren van een nieuwe databron als voor het vastleggen van de informatiebehoeften voor een nieuwe data mart de communicatie met de business gebruikers strikt kan gebeuren in termen van het conceptueel model (business domein) zonder hen te moeten confronteren met technische issues met betrekking tot databanken, ETL-jobs en dergelijke. Hieruit volgt ook dat het incorporeren van nieuwe databronnen en het definiëren en uitrollen van bijkomende data-marts volledig van elkaar ontkoppeld kunnen worden in termen van ontwerp en implementatie. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JACQUES TIBERGHIEN • EDUARD VANDIJCK
Zelfklevende, multifunctionele non-wovens als alternatieve barrières voor klassieke coatings voor technisch en interieurtextiel Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Textieltechnologie
Onderzoekers: • Marc Van Parys
PROMAG: Verwerking van materialen door de toepassing van een sterk magnetisch veld. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project beoogt de fabricage van materialen met toepassing van sterke magnetische velden met grotere afmetingen aan een redelijke prijs. Voor dit specifieke project werden processen geselecteerd, die van strategische waarde zijn voor de betrokken onderzoeksgemeenschap, alsook voor de materiaalverwerkende industrie in Vlaanderen. De belangrijkste processen zijn: a) het verwijderen van fijne inclusies uit vloeibaar metaal en b) het structureren van functionele keramieken voor verbeterde eigenschappen. Organisaties: • Laboratorium adsorptie en katalyse
Onderzoekers: • Pegie Cool
Emissie, vorming en verspreiding van ultrafijne deeltjes. Universiteit Antwerpen Abstract: Emissie, vorming en verspreiding van ultrafijne deeltjes. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC) • Duurzame energie en luchtzuivering: DUeL
Onderzoekers: • Piet Dfe Seuntjens
Odysseus Grant Friml Universiteit Gent Abstract: In dit project zullen we gebruik maken van verschillende benaderingen, zoals moleculaire genetica, ontwikkelings- en celbiologie om de cellulaire en moleculaire mechanismen te identificeren van de processen die de gerichte intercellulaire auxine-stroom bepalen op het niveau van de individuele cel alsook de morfogenetisch auxine-gradiënten op het niveau van volledige weefsels trachten te interpreteren. De combinatie van deze benaderingen zal ons inzicht verschaffen in het mysterie van het opmerkelijke aanpassingsvermogen die planten tijdens hun ontwikkeling vertonen en meer bepaald hoe ze externe signalen komen omzetten naar gerichte adaptatieresponsen. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dirk Inzé
EXPERTISE : voor proposals ingediend bij EC (contractnrs : oa 000227; 26362, 26421, ea Vrije Universiteit Brussel Abstract: EXPERTISE : voor proposals ingediend bij EC (contractnrs : oa 000227; 26362, 26421, ea Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • FRANCIS BERGHMANS
Testing of Sliding Bearing in Seawater Conditions Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft als doel de moderne vezelversterkte kunststofcomposieten toegepast in lagermaterialen te karakteriseren met het oog op zwaar belaste toepassingen in zeewatermilieu. Wrijvings- en slijtageproeven zullen worden uitgevoerd onder verschillende condities (glijsnelheid, glijweg, belasting, geometrie) en dit op verschillende geometrische schaalgroottes. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Patrick De Baets
Netwerkprotocols voor Sensornetwerken Universiteit Antwerpen Abstract: Netwerkprotocols voor Sensornetwerken
Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia
ikv TRALOTRA project cogranted by EC DG for energy and transport aan Provincia di Brescia (Italië) : Referring to work package 1 member to Steering committee : 5 meetings preparation (reading & comment) and 6 meetings participation (incl travel) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project ontwikkelt innovatieve opleidingsinstrumenten met betrekking tot beste praktijken op het gebied van intermodaal transport, met de bedoeling de professionele vaardigheden en het beheer van logistieke en transportbedrijven te verbeteren. En dit via de creatie van eleerplatformen. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • CATHY MACHARIS • Ethem PEKIN
Naaldleno: opportuniteiten en hindernissen voor de weefindustrie bij het gebruik van deze revolutionaire technologie Hogeschool Gent Abstract: Lenoweefsels werden traditioneel geproduceerd met hevels, wat laag productief is en dus duur. Door de recente ontwikkelingen van snellere naaldlenotechnologieën is de mogelijkheid gecreëerd om lenoweefsels goedkoper te produceren en dus economisch verantwoord in te zetten op meerdere markten. Tegelijk is de nood ontstaan naar meer technisch-wetenschappelijke kennis over lenoweefstructuren. Het doel van dit onderzoeksproject is daarom om via een grondige studie van de naaldlenotechnologie de nodige kennis op te bouwen en een aantal technologische problemen op te lossen en terzelfder tijd deze kennis en oplossingen bij de bedrijven te brengen om een versnelde introductie van de naaldleno in de Vlaamse textielindustrie mogelijk te maken. De drie basispijlers waarop de groei van de markt voor lenoweefsels is gesteund zijn: •traditionele lenoweefsels worden goedkoper geproduceerd en kunnen een hoger marktaandeel halen. •kettingbreisels zullen voor bepaalde toepassingen vervangen worden door open lenoweefsels. •gesloten weefsels met traditionele bindingen zullen voor bepaalde toepassingen vervangen worden door weefsels met lenobinding. Voor de overschakeling van hevelleno naar naaldleno moet worden onderzocht of en hoe de heveltechnologieën kunnen vervangen worden. Wanneer een doek met open structuur, een gaas of een net, een hoge stabiliteit moet hebben, m.a.w. een hoge schuifweerstand moet hebben, dan wordt dikwijls voor een kettingbreisel geopteerd. Indien de structuur van het lenoweefsel beter kan gefixeerd worden, dan ligt hier een opportuniteit voor deze weefsels. Tot op heden werd de lenotechnologie enkel gebruikt voor open weefstructuren. De hogere productiesnelheid van de naaldlenotechnologie maakt het economisch verantwoord om voor een aantal toepassingen over te schakelen van traditionele weefbindingen naar lenobindingen. Gesloten weefstructuren met lenobinding hebben echter een andere structuur dan deze gebaseerd op een traditionele binding. Daardoor kunnen een aantal fundamentele weefselparameters wijzigen. Onderzoek moet uitwijzen welke eigenschappen worden gewijzigd en vooral in welke mate. Voor de belangrijke parameter van de schuifweerstand bestaat er geen bruikbare genormeerde meetmethode die op open weefstructuren toepasbaar is. Aangezien in de meeste (potentiële) toepassingen deze schuifweerstand belangrijk is, is het een van de doelstellingen van dit project een bruikbare meetmethode alsook een mathematisch model te ontwikkelen. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Textieltechnologie
Onderzoekers: • Hannelore Biebaû • Geert De Clercq • Gregory Haezebrouck
Deklagen van hoge-temperatuursupergeleiders via economisch verantwoorde en duurzame chemie en technologie Hogeschool Gent Abstract: Dit project kadert in het brede onderzoeksgebied van de samenwerking tussen UGent – Vakgroep Anorganische en Fysische Chemie en Hogent – Departement Toegepaste Wetenschappen, op het gebied van materiaalchemie en -ontwikkeling. Het onderzoeksgebied van de materiaalchemie is één van de huidige meest dynamische onderzoeksgebieden met een grote impact op de technologische, sociale en economische ontwikkeling van de huidige samenleving. Hierbij wordt het ook steeds belangrijker energetische en milieuvriendelijke aspecten ten volle aandacht te geven bij de productie van deze duurzame materialen. In dit kader zal het voorliggende project zich toespitsen op de ontwikkeling van innovatieve syntheseroutes voor de vervaardiging van supergeleidende materialen. Deze nieuwe klasse van materialen biedt meerdere perspectieven voor toepassingen in de energiesector, micro-electronica en communicatie. De syntheseroute die we wensen te ontwikkelen en optimaliseren is er specifiek op gericht gemakkelijk industrieel opschaalbaar te zijn en milieuvriendelijke precursoren aan te wenden. Na de ontdekking van hoge temperatuur keramische supergeleiders in 1987, situeert het onderzoek zich momenteel vooral in de ontwikkeling van technologische toepassingen gebaseerd op industrieel en economisch haalbare technieken. Omdat keramische supergeleiders in bulkvorm minder goede mechanische, elektrische en magnetische eigenschappen vertonen, wordt voor technologische toepassingen meestal gebruik gemaakt van supergeleidende dunne lagen aangebracht op een substraat, al dan niet voorzien van een aantal bufferlagen - Finaal ook wel “coated conductor” genaamd. Een bruikbare supergeleidende film voldoet aan een aantal fundamentele vereisten: chemische en structurele zuiverheid en stabiliteit, gewenste mechanische eigenschappen, een voldoende hoge kritische temperatuur Tc en een hoge kritische stroomdichtheid Jc, in functie van de gewenste toepassing. Tot op heden worden deze “coated conductors”, industrieel vervaardigd met dure en moeilijk opschaalbare vacuümtechnologieën waarop dit project een waardig alternatief wil bieden. Onze onderzoeksgroep is gedurende meerdere jaren actief in het onderzoek naar het gebruik van vloeibare precursoren, meerbepaald in de sol-geltechniek, voor de synthese van dunne keramische lagen. Ten opzichte van vacuümtechnologieën kan met deze techniek depositie van dunne lagen gebeuren op een meer eenvoudige en goedkopere manier, met grote flexibiliteit in het gebruik van verschillende samenstellingen en synthesecondities. De depositie van een sol gebeurt hierbij via dip-coaten, gevolgd door een thermische behandeling. In de internationale onderzoeksgemeenschap vinden dergelijke ‘Chemical Solution Deposition – “CSD” – technieken volop hun ingang bij het zoeken naar haalbare alternatieven voor de productie van “coated conductors”. Bovendien zal in dit project gewerkt worden aan de ontwikkeling van innoverende sol-gel precursoren gebaseerd op H2O, die derhalve industriële toepasbaarheid en duurzame dimensie perfect combineren. In tijden waar milieu meer en meer belang wint, is dit een absoluut pluspunt. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Chemie
Onderzoekers: • Pieter Vermeir • Joseph Schaubroeck
Implementatie van innovatieve duurzame energiebronnen en hun interactie op het distributienet Universiteit Gent Abstract: Het project omvat de analyse van toekomstgerichte fotovoltaïsche (PV) systemen en een vergelijkende technologische studie van de netgekoppelde invertoren. Verder wordt de interactie tussen gedistribueerde opwekking en het distributienet in kaart gebracht. De studie wordt aangevuld met een economische en technologische haalbaarheidsanalyse in functie van de bestaande technologieën en hun impact op het voedingsnet. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Alexis De Vos
Implementatie van innovatieve duurzame energiebronnen en hun interactie op het distributienet Universiteit Gent Abstract: Het project omvat de analyse van toekomstgerichte fotovoltaische (PV) systemen en een vergelijkende technologische studie van de netgekoppelde invertoren. Verder wordt de interactie tussen gedistribueerde opwekking en het distributienet in kaart gebracht. De studie wordt aangevuld met een economische en technologische haalbaarheidsanalyse in functie van de bestaande technologieën en hun impact op het voedingsnet. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Alexis De Vos • Greta Van Eetvelde • Lieven Vandevelde
Implementatie van innovatieve duurzame energiebronnen en hun interactie op het distributienet Universiteit Gent Abstract: Het project omvat de analyse van toekomstgerichte fotovoltaische (PV) systemen en een vergelijkende technologische studie van de netgekoppelde invertoren. Verder wordt de interactie tussen gedistribueerde opwekking en het distributienet in kaart gebracht. De studie wordt aangevuld met een economische en technologische haalbaarheidsanalyse in functie van de bestaande technologieën en hun impact op het voedingsnet. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Alexis De Vos • Greta Van Eetvelde • Lieven Vandevelde
Productie en analyse van biodiesel uit verschillende plantaardige oliën en vetten Universiteit Gent Abstract: De chemie en de technologie van de omzetting van plantaardige oliën en vetten van verschillende oorsprong wordt bestudeerd om biodiesel te produceren die voldoet aan de EU-normen. Ook gerecycleerde frituuroliën worden via deze technologie omgezet. De analyse behelst voornamelijk de invloed van minor componenten (tocopherolen, sterolen) op de kwaliteit van de biodiesel. Nieuwe processen worden bestudeerd om niet geraffineerde oliën, gebruikte oliën en zijstromen om te zetten in biodiesel. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Roland Verhé
Convention ICT-IP-06 "CRYPTASC" : Advanced ICT Solutions to CRYPTography, Authentification, and Secure Communication: software engineering assisted by quantum technology. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Door een aanhoudende groei van netwerken zoals het internet en het toenemende aantal personal computers bij gezinnen, zijn informatie en communicatie technologieën alom vertegenwoordigd in onze huidige maatschappij. Anderzijds zijn kwantumtechnologieën, die minder gekend zijn bij het grote publiek, op dit ogenblik een andere wetenschappelijke en technologische revolutie aan het inleiden, voornamelijk op het gebied van telecommunicatie. Met ons huidige projectvoorstel, dat op de grens ligt tussen deze twee disciplines, beogen we deze beloftevolle kwantumtechnologieën aan te wenden in de context van cryptografische toepassingen. Kwantumcryptografie, zoals dit concept genoemd wordt, is de laatste tien jaar wereldwijd in verschillende universiteiten en onderzoekscentra onderzocht en is nu een commerciële realiteit aan het worden. Verscheidene spin-off bedrijven ter wereld verkopen nu al kwantumcryptografische producten. (id-Quantique, MagiQ Technologies). Het doel van het huidige voorstel in het ICT Impulse Program is verdere ontwikkelingen te verwezenlijken in deze nieuwe kwantumtechnologie. Daarenboven willen we de expertise van kwantumcryptografie in de Brusselse regio vergroten in een waaier van theoretische concepten tot valorisatie en identificatie van potentiele industriële partners. Dit vereist uiteraard een brede know-how, gaande van cryptografie, kwantuminformatie en computerwetenschappen op fundamenteel niveau, tot het onderzoek naar potentiële toepassingen voor deze nieuwe technologieën en in het algemeen de valorisatie van resultaten van het onderzoek. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • IRINA VERETENNICOFF • THEO D'HONDT
GRANT agreement for an action with MULTIPLE BENEFICIARIES - TEMPUS Programme : Numerical and experimental engineering dynamics (NEED) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ingenieurwetenschappen onderwijs Kroatië Organisaties:
• Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR • DEAN VUCINIC
GRANT AGREEMENT for an Action with MULTIPLE BENEFICIARIES - TEMPUS PROGRAMME : Electricity Market Simulations and Analysis Curricula for Engineering Education (EMSA). Vrije Universiteit Brussel Abstract: Electrische ingenieurwetenschappen Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR • DEAN VUCINIC
Modaliteiten van de hervorming van de verkeersbelasting en de belasting op de inverkeerstelling, op basis van de milieuprestaties van voertuigen. Modalités de réforme de la taxe de circulation et de la taxe de mise en circulation, sur base des performa... Vrije Universiteit Brussel Abstract: Analyse van de modaliteiten van de hervorming van de verkeersbelasting en de belasting op de inverkeerstelling, op basis van de milieuprestaties van voertuigen. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Laurence TURCKSIN • CATHY MACHARIS • NELE SERGEANT • JOERI VAN MIERLO
Welke toekomst voor de waterstofeconomie? Vrije Universiteit Brussel Abstract: Voorstanders vinden waterstof gewoon inzetbaar voor bijna alle toepassingen, tegenstanders werpen op dat de energiedrager waterstof steeds met behulp van andere energiebronnen wordt aangemaakt. Intussen is waterstof nu reeds inzetbaar in allerlei niches. Welke verwachtingen zou de energiedrager waterstof kunnen waarmaken binnen een toekomstig energiesysteem? Welke energiebronnen zijn hiervoor beschikbaar? Aan welke drempelwaarde inzake milieu-impact en qua uitstoot van broeikasgassen wordt er voldaan? De uitgangssituatie van dit kortlopend project is de stand van de technologische ontwikkeling, rekening houdend met de grote diversiteit qua productie en opslag, distributie en transport, aanwending en verdeelnet, en het maatschappelijk draagvlak. Maatschappelijk bestaat er nogal wat weerstand tegenover de introductie van waterstof. Volstaat het om die bezwaren terug te brengen tot een onzekerheid inzake veiligheidsrisicos? Intussen staat waterstof niet alleen met een claim als toeleverancier van de toekomstige economie, hoe verhoudt zich die optie t.a.v. de even grote ambities van de sector van de biobrandstoffen? Waarop baseren zich beide claims? Wordt het of/of dan wel en/en, tenzij ...? Is het vermoeden gegrond dat hierbij sprake is van een doordenken binnen de klassieke denklijnen, namelijk een aanbod gedreven economie met gecentraliseerde energie-voorzieningen, weliswaar met een andere invulling? Op welke manier wordt bij het voldoen van de energiebehoeften van de toekomstige samenleving de trias energetica gerespecteerd. Wordt hierbij voldoende rekening gehouden met de stijgende trend naar decentralisatie? De rol van waterstof binnen een toekomstig energiesysteem is dus nog steeds onbeslist. De strekking pro zet onvoorwaardelijk in op waterstof, aangezien deze energiedrager inzetbaar is voor transportdoeleinden en voor stationaire toepassingen, voor elektriciteits-opwekking en als opslagmedium. Kortom, hun advies luidt: stroomlijn onmiddellijk alle inspanningen inzake onderzoek, ontwikkeling en demonstratie opdat waterstof dé energiedrager van de toekomstige economie kan worden. De strekking contra werpt op dat waterstof slechts een vector is die steeds met behulp van andere energiebronnen moet worden aangemaakt. Hun voorbehoud wordt ook gedragen door de vrees voor een technologische lock-in. Resoluut kiezen voor een forse inbreng van een bepaalde energiedrager kan een hinderpaal vormen voor de optie om een mix van beperkte deeloplossingen na te streven, om aldus de kwetsbaarheid door falen te beperken. Uiteraard is en blijft waterstof inzetbaar in niches. In de zienswijze van de pragmatici is een stapsgewijze introductie via het betreden van opeenvolgende nichemarkten de aangewezen strategie. Bestaat er een bovengrens, een drempelwaarde van wat een energiesysteem aankan? Nu reeds staat het nut als tussentijds opslagmiddel buiten kijf. Misschien hebben pragmatici een oplossing in petto inzake de problematiek eigen aan de introductie van een fluctuerende energiebronnen. Aldus wordt een combinatie van electrolyse met brandstofcel inzetbaar om fluctuaties uit te milderen bij het aanwenden van grootschalige hernieuwbare bronnen. Welke hiaten moeten dan nog worden gedicht. En wat komt er eerst aan bod? Er blijft nog een belangrijk vraagstuk inzake de onderlinge afstemming tussen vraag en aanbod. Intussen wachten de aanbieders met hun ontwikkelingen op een voldoende afzetmarkt terwijl de vraag uitblijft in afwezigheid van een volwaardig aanbod. Maar wie is er aan zet en via welke aanpak kan deze patstelling worden doorbroken? De forse nadruk op meer onderzoek naar waterstoftechnologie is voelbaar. Een grootschalige introductie van waterstof als energiedrager binnen het energiesysteem realiseren vergt een heel specifieke dynamiek. Weinig kans dat dit spontaan tot een goed resultaat zal komen, dus is er nood aan sturing. Is het wachten op beleidsinitiatieven? Maar hoe? of wat? of hoeveel? hoelang? of net niet(s)?. Dit verkennend onderzoek brengt de algemene tendensen binnen het domein van de waterstoftechnologie in kaart. Hierbij ligt de nadruk op de relevantie voor beleidsmakers, met bijzondere aandacht voor het Vlaamse niveau. Naast de bundeling van actuele en relevante informatie, omvat deze onderzoeksopdracht ook een bevraging van experts en stakeholders naar de mogelijkheden, moeilijkheden, gevaren en opportuniteiten bij de aanwending van waterstof in een toekomstig energiesysteem. Met dit onderzoek wil viWTA het Vlaams Parlement informeren over de maatschappelijke impact en discussiepunten van deze ontwikkelingen. Alle
resultaten worden gebundeld in een dossier. Tijdens een middagdebat in één van de zalen van het Vlaams Parlement worden de resultaten van de bevraging voorgesteld. Maatschappelijk interessante discussiepunten en beleidsrelevante themas worden becommentarieerd en bediscussieerd door een expertpanel en het publiek. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Vincent WYNEN • Julien MATHEYS • NELE SERGEANT • JOERI VAN MIERLO
Estimation of hazardous metals concentrations in ambient urban air taken up by a human respiratory system. (beurs CEVIK UGUR, Turkijke) Universiteit Antwerpen Abstract: Estimation of hazardous metals concentrations in ambient urban air taken up by a human respiratory system. (beurs CEVIK UGUR, Turkijke) Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Rene Van Grieken
Golflengte-schakelbaar kleurfilter Universiteit Gent Abstract: Vloeibaar-kristalcellen tussen twee polarisatoren geven een transmissiespectrum dat golflengte-afhankelijk is. Door meerdere cellen na elkaar te plaatsen kan een smalband-doorlaatfilter gerealiseerd worden, waarvan de golflengte kan ingesteld worden door spanningen aan te leggen. Een dergelijke component zal gerealiseerd en gekarakteriseerd worden. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Kristiaan Neyts
Ontwikkeling van functionele gefermenteerde zuivelproducten verrijkt met sfingolipiden Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers: • Kathy Messens
Draadloze communicatie Hogeschool Gent Abstract: In dit onderzoeksproject wordt er onderzoek gedaan naar alle aspecten van draadloze communicatie en meer specifiek in het domein van industriële en huiselijke omgevingen en voor draadloze gegevensuitwisseling van sensoren en actuatoren. Dergelijke netwerken vereisen een beperkte bitsnelheid, een minimaal batterijverbruik en zo goed als geen complexiteit in vergelijking met bestaande standaarden. In vele gevallen zijn deze draadloze sensornetwerken ook goedkoper, geschikter of zelfs de enig mogelijke oplossing, zoals bijvoorbeeld bij bewegende onderdelen waar bekabeling onmogelijk is. Typische toepassingen kunnen worden gevonden in domotica, inbraakdetectie, gebouwautomatisering, industriële automatisering, patiëntenmonitoring, lokalisatie, positiebepaling... We bekijken daarbij ook het antennegedeelte, waar in sommige applicaties de directiviteit van de antenne of het (adaptief) antennerooster in een bepaalde richting de bereikbaarheid kan verbeteren. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Elektronica
Onderzoekers: • Jo Verhaevert
Elastische elektrisch geleidende textielstructuren voor intelligent textiel Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Textieltechnologie
Onderzoekers: • Geert De Clercq
Productie-scheduling van batch-processen: in elke situatie van strategie naar actie Hogeschool Gent Abstract: Productieprocessen in de biotech- en voedingsindustrie hebben als gemeenschappelijk kenmerk dat producten in groepen (batches) gemaakt worden. Het efficiënt plannen van zulke batch-processen is een belangrijke uitdaging. Dit is immers een erg complexe materie omwille van vele, soms subtiele beperkingen onder andere qua tijd, productiecapaciteit of onvoorziene gebeurtenissen die een bestaande planning in de war sturen. Dit bemoeilijkt het opstellen van een goede productieplanning. In het verleden, en vaak ook nu nog, is dit de taak van een menselijke expert die met zijn indrukwekkende kennis over het bedrijf en het productieproces in staat is goede planningen op te stellen die de beschikbare middelen (zoals machines en personeel) zo efficiënt mogelijk inzetten om de productie-doelstellingen te behalen. Dit noemt men scheduling. Bij schaalvergroting en de toenemende complexiteit in de praktijk van de productie-industrie groeit echter de nood om dit schedulen te automatiseren. Daar bestaan al verschillende tools voor en het onderzoek naar steeds betere technieken is erg actief. Een bedrijf dat schedulingsoftware in huis heeft, kan een indrukwekkende winst boeken wat betreft efficiëntie. In het bijzonder in KMO's1 in de biotech- en voedingsindustrie is deze overstap echter niet altijd vanzelfsprekend. Het implementeren van een geïnformatiseerde scheduling-oplossing brengt een zware investering met zich mee die voor een KMO moeilijk te dragen is. Batch-processen zijn moeilijk wiskundig te modelleren en de optimalisatietechnieken ervoor zijn complexer dan in andere productieprocessen. Bovendien zijn de voordelen van scheduling¬software niet altijd meteen duidelijk. Het gaat om een erg ingrijpende wijziging in de organisatie van het bedrijf die extra
kosten met zich meebrengt. Vaak is de expertise die nodig is om een geschikte scheduling-oplossing te selecteren en te implementeren (nog) niet in het bedrijf aanwezig. Als deze implementatie niet goed opgevolgd en begeleid wordt is de kans op mislukking reëel. Toch is een KMO die wil doorgroeien vroeg of laat verplicht om de stap te zetten naar scheduling-software. De bedoeling van dit onderzoeksvoorstel is om de drempel naar implementatie van een scheduling-oplossing in KMO's uit de biotech- en voedingsindustrie te verlagen door enerzijds te bepalen welke schedulingsoftware er op dit moment voldoet aan hun noden en anderzijds een draaiboek uit te werken dat hen helpt bij het implementeren ervan. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Departement Bedrijfsinformatie • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie • Vakgroep Informatica/Wiskunde
Onderzoekers: • Wim De Bruyn • Bert Van Vreckem • Mia Eeckhout
Verificatie van geavanceerde herconfigureerbare systemen op chip Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Elektronica
Onderzoekers: • Peter Veelaert
Procedurale modellering van materialen en geometrie voor realistische beeldsynthese. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Philip Dutré • Ares Lagae
Food for the future. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. Levensmidd.- & Microb. Technol.
Onderzoekers: • Jan Delcour
Ontwikkeling van een bio-elektronische neus op basis van geïmmobiliseerde olfactorische neuronen KU Leuven Abstract: Elektronische neuzen zijn toestellen die gassensoren met patroonherkenningstechnieken combineren. Ze werden voorgesteld als snelle en goedkope alternatieven voor menselijke smaakpanels of analytische instrumenten. Maar in feite presteren deze toestellen niet goed in de aanwezigheid van vluchtige stoffen die zelfs in kleine concentraties een typisch karakteraan een bepaald aroma meegeven, waardoor het onderscheidbaar wordt van andere gelijkaardige aromas. Met het idee om het beste van zowel biologische als elektronische systemen te combineren, was de hoofddoelstellingvan deze thesis om het potentieel te onderzoeken van een connectie tussen de biologische geursensoren (de olfactorische receptorneuronen) met een optisch of elektronisch meetplatform om hun reacties op aromacomponenten uit te meten. Ook werd een systeem geconstrueerd waarmee verschillende aromas op gecontroleerde wijze konden geproduceerd worden. Dergelijksysteem zou gebruikt kunnen worden om bioelektronische neuzen te ka Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Bart Nicolai • Evelien Micholt
Genetische karakterisatie van pesticide-degraderende bacteriën in de Mekong delta van Vietnam KU Leuven Abstract: De Mekong-delta is de grootste landbouwregio van Vietnam. Om te kunnen voldoen aan de vraag naar voedsel vanwege de lokale bevolking en te kunnen voorzien in de productie van gewasteelten voor export worden steeds meer chemische meststoffen en pesticiden toegepast. Diverse chemische klassen van herbiciden, fungiciden en insecticiden werden in de delta gebruikt, resulterend in een contaminatie van het oppervlaktewater en sedimenten. Het lot van de resterende pesticiden en de microbiële degradatiecapaciteiten aanwezig in de bodems van de Mekong-delta zijn echter grotendeels ongekend. Deze studie onderzoekt de hypothese dat de continue selectiedruk van pesticiden in de landbouwbodems van de Mekong-delta heeft geresulteerd in een aangepaste bacteriële gemeenschap die de intensief gebruikte pesticiden kan afbreken en/of mineraliseren. De algemene doelstelling van dit onderzoek was het verwerven van kennis over de biodegradatievan enkele huidig gebruikte pesticiden in de Mekong-delta en de g Organisaties: • Afdeling Bodem- en Waterbeheer
Onderzoekers: • René De Mot • Dirk Springael • Thi Phi Oanh Nguyen
Model-based beheersing van micro-omgeving met real-time feedback van bioresponsies KU Leuven Abstract: De meeste bestaande HVAC (Verwarming, Ventilatie en Airconditioning) systemen controleren een ruimtelijk en tijdelijk gemiddeld niveau van omgevingsvariabelen (bv. temperatuur, vochtigheid- en gasconcentratie, ) opbasis van feedback van inwendige omgevingsvariabelen, gemeten
op een enkele positie in de gehele ruimte. Het eerste deel van dit werk is gericht op actieve controle van de goed gemengde zone van temperatuurin een geventileerde structuur.De Data-Based Mechanistic benaderingwerd gebruikt om de dynamische ruimtelijke temperatuursverdeling van degoed gemengde zone in een geventileerd luchtruim te modelleren om veranderingen in de warmtetoevoer (control input) te bekomen. Dynamische reactie van de binnentemperatuur tot wisselende warmtetoevoer zou kunnen uitgelegd worden aan de hand van een tweede order overdrachtsfunctiemodel met een hoog determinatiecoëfficiënt (R²T > 0.99), een laag Young Identification Criterion (YIC < -2.3) en een laag standaardfoutmodel (SE >e meeste bes Organisaties: • Afdeling M3-BIORES
Onderzoekers: • Daniel Berckmans • ALI Youssef Ali Amer
Genetische epidemiologische analyse van een prospectieve Alzheimer populatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is via moleculair genetische aanpak een bijdrage te leveren in het ontrafelen van de etiologie en de epidemiologie van AD en neurodegeneratie. Hiertoe worden volgende stappen ondernomen: (1) Genetische karakterisatie en uitbreiding van een AD patiëntenpopulatie, hiervoor zal een mutatieanalyse van de gekende dementiegenen en een APOE-genotypering uitgevoerd worden, en verzamelen van multiplex families en patiëntentrio's vanuit deze populatie. (2) Identificatie van nieuwe causale AD genen in de multiplex families dmv positionele klonering. (3) Identificatie van nieuwe AD risicogenen in de patiëntentrio's via associatiestudies. Hierbij zal gebruik gemaakt worden van familiegebaseerde (in patiëntentrio's) en klassieke patiënten/controle associatiestudies. (4) Bepaling van Ab42/Ab40 ratio's in plasma om niet symptomatische 'at risk' individuen te identificeren, of als co-variant in associatiestudies te gebruiken. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven • Nathalie Brouwers • Kristel Sleegers
Performantieanalyse en ontwerp van routeringsprotocols voor car-to-car en car-to-infrastructure communicatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Performantieanalyse en ontwerp van routeringsprotocols voor car-to-car en car-to-infrastructure communicatie. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia • Erwin Van de Velde
Modelgebaseerde elektronenmicroscopie: Van visuele interpretatie van de waarnemingen naar precieze metingen van fysische structuurparameters. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is een doorbraak te realiseren naar kwantitatieve, modelgebaseerde elektronenmicroscopie zodat fysische parameters, die de structuur van een materiaal beschrijven, precies gemeten kunnen worden uit de waarnemingen. Zowel vanuit theoretisch als vanuit experimenteel standpunt wordt hiernaar gestreefd. Dit betekent enerzijds dat de methodologie verder ontwikkeld en uitgebreid zal worden en anderzijds dat door toepassing van de methodologie op experimentele waarnemingen aangetoond zal worden dat precieze metingen ook in de praktijk haalbaar zijn. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dirk Van Dyck • Gustaaf Van Tendeloo • Sandra Van Aert
Gecombineerde numerieke simulaties van de groei van nanodeeltjes in reactieve plasma's en de depositie van nanomaterialen. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit projectvoorstel is via numerieke simulaties een beter inzicht te verkrijgen in het gedrag van reactieve koolstofhoudende (methaan (CH4) en acetyleen (C2H2)) plasma's, voor de vorming en depositie van nanogestructureerde koolstoffilms en nanomaterialen (zoals (U)NCD en CNT). We wensen op een volledig geïntegreerde manier de vorming, de groei en het gedrag van de nanodeeltjes in het plasma, de interactie van deze deeltjes met het substraat en de wand, en de vorming van de nanomaterialen te beschrijven. Organisaties: • Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)
Onderzoekers: • Annemie Bogaerts • Erik C L Neyts
Ontwikkeling van een gegeneraliseerde aanpak van discrete tomografie: theorie en algoritmen. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project zal zowel worden gewerkt aan nieuwe reconstructie-algoritmen als aan de onderliggende theorie, waarbij de volgende doelstellingen centraal staan: - ontwikkeling van een efficiënt, algemeen reconstructie-algoritme voor DT - berekening van een schatting van de grijswaarden op basis van de projectie-data - bepaling van het aantal projecties dat nodig is voor een goede reconstructie Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Jan Sijbers • Kees Batenburg
Onderzoek naar de relatie tussen valincidentie en evenwichts- en houdingscontrole bij CVA-patiënten. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project ontwikkelt en valideert de technologie voor het bepalen van hoofd- en romphouding bij patiënten met een cerebrovasculair accident (CVA). Vervolgens wordt de relatie tussen de houdingsaspecten en het vallen onderzocht. In het bijzonder worden evenwichts en neuropsychologische processen hierbij betrokken. De verkregen inzichten worden geïmplementeerd en vervolgens geëvalueerd. Organisaties: • Translationele Neurowetenschappen (TNW)
Onderzoekers: • Floris Wuyts • Paul Van de Heyning
Micro- en Nanostructurele Studie van Hoge Temperatuur Vormgeheugen Legeringen. (beurs ESPINOZA R., Chili) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project beoogt de studie van micro en atomaire structuren van kristalroosters en hun defecten in een welbepaald Ni-Ti legering waarin Ni gedeeltelijk vervangen werd door Pd. Een reeks van legeringen gaande van Ti50Ni45Pd5 tot Ti5oNi25Pd25 zullen worden bereid mbv vlamboogoven gevold door de noodzakelijke homogenizatie. De transformatietemperaturen zullen worden bepaald mbv differentiële scanning calorimetrie (DSC) en het effect van verschillende warmte behandelingen zal worden onderzocht mbv TEM. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dominique Schryvers
Applicatie-bewust distribueren en metamodelleren van geparametriseerde computersimulaties. Universiteit Antwerpen Abstract: Geparametriseerde computerexperimenten of -simulaties worden steeds belangrijker bij de studie en ontwerp van complexe systemen. Het hoofddoel van dit project is om de huidige, moeilijk handelbare en vooral moeilijk configureerbare adaptieve surrogaatmodelleringstechnieken te verbeteren, zowel op theoretisch als op praktisch (computationeel) vlak. Zo ontstaat uiteindelijk een generiek en breed toepasbaar modelleringsalgoritme dat zo goed mogelijk zichzelf aanpast aan het probleem in plaats van te verwachten van de gebruiker dat hij dit manueel doet. Er zal een framework bestudeerd en ontworpen worden dat volledig automatisch compacte en schaalbare (surrogaat)modellen kan construeren voor complexe, dynamische systemen, gebaseerd op een beperkt aantal intelligent gekozen simulaties. Om dit proces efficiënt en autonoom te laten verlopen, zal er onderzocht worden hoe de keuze van de modellen en de simulaties met minimale inbreng van de gebruiker kan gebeuren, door o.a. gebruik te maken van gangbare AI-technieken en grid scheduling. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Jan Broeckhove • Tom Dhaene • Karel Crombecq
Biofouling in ondergedompelde membraanbioreactoren. Universiteit Antwerpen Abstract: Doelstellingen - ontwikkeling van een online meetsysteem om het membraanvervuilingspotentieel van slib en slibfracties te karakteriseren; - studie van de mechanismen van membraanvervuiling in MBR; - identificatie van membraanfoulingcomponenten; - in kaart brengen van parameters die een invloed hebben op MBR-membraanfouling; - ontwikkeling van een geavanceerd controlesysteem op basis van de opgedane kennis rond membraanvervuiling en de on-line meetresultaten. Organisaties: • Departement Biologie - overige
Onderzoekers: • Ludo Diels • Celine Huyskens
Opheldering van de functie van progranuline (PGRN) in frontotemporale dementie (FTD) via muismodellen. Universiteit Antwerpen Abstract: Recent werden mutaties in progranuline (GRN) geïdentificeerd als oorzaak van de meest voorkomende vorm van frontotemporale dementie (FTD-U). De meeste van deze mutaties zijn null mutaties, wat suggereert dat een verminderde hoeveelheid GRN proteïne aan de basis ligt van het pathomechanisme. Onlangs werd het TAR DNA bindend proteïne (TDP43) geïdentificeerd als een belangrijke component van de intraneuronale nucleaire en cytoplasmatische inclusies die typisch zijn voor FTD-U. Het doel van dit project is om progranuline knockout muizen (Grn-/+ en Grn-/-) en humaan GRN en TDP43 overexpressie muismodellen te ontwikkelen om na te gaan of en hoe verlies van progranuline kan leiden tot verminderde celoverleving, meer specifiek van corticale neuronen. Gedrag- en cognitieve afwijkingen zullen onderzocht en vergeleken worden met wild-type of humaan GRN overexpressie muizen. Echter, omdat GRN/Grn een belangrijk gen is dat geëxpresseerd wordt in verscheidene weefsels, maakt het 'targeting construct' gebruik van een conditionele knockout benadering die nuttig zal zijn in geval het constitutieve Grn verlies embryonaal lethaal is. Het construct laat ook een doelgericht Grn verlies in neuronen of neuroglia toe. Tenslotte zullen we gekruiste Grn-/- x TDP43 overexpressie muizen ontwikkelen om mogelijks versnelde TDP43 pathologie te bestuderen. Deze muizen fungeren als ziekte model en als mechanisme model waarop nieuwe therapeutische benaderingen kunnen worden getest in de toekomst. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven • Samir Kumar-Singh • Hans Wils
Geïntegreerde milieutoxicologische evaluatie van perfluoralkyl polluenten bij aquatische organismen. Universiteit Antwerpen Abstract: Geïntegreerde milieutoxicologische evaluatie van perfluoralkyl polluenten bij aquatische organismen. Organisaties:
• Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • An Hagenaars
Onderzoek naar warmteveranderingen aan het aardoppervlak ten gevolge van landdegradatie in het mediterraan gebied met behulp van thermale satellietbeelden Universiteit Gent Abstract: Landdegradatie is een veelvuldig bestudeerd probleem. De gevolgen van landdegradatie op de warmteflux van de bodem zijn minder gekend. Deze warmtefluxen zullen bestudeerd worden aan de hand van theramel satellietbeelden. De te onderzoeken tijdsperiode reikt van het begin van de thermische waarnemingen tot heden. Het studiegebeid omvat het mediterrane bekken. Hier hebben zich de voorbije decennia grote landschappelijke veranderingen gemanifesteerd. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Ruddy Goossens
Artificial skin gebaseerd op elastische optische sensoren met hoge densiteit Universiteit Gent Abstract: Dit doctoraatswerk beoogt technologie-ontwikkeling en toepassing voor "artificial skin" of "kunstmatige huid", dit is een oppervlak met daarin of daarop een (groot) aantal sensoren (b.v. durk- of temperatuursensoren). Het belangrijkste innovatief aspect is het onderzoek is het gebruik van elastische optische sensoren. Vandaag worden louter elektrische sensoren toegepast die daarenboven hooguit flexibel (zeker niet elastisch) zijn. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Peter Van Daele • Jan Vanfleteren
Foutrobuustheid en -verberging in schaalbare videocodering Universiteit Gent Abstract: Transmissiefouten hebben een grote impact op de visuele kwaliteit van digitaal gecodeerde video, hetgeen een steeds belangrijker aspect wordt door het toenemend gebruik van foutgevoelige netwerken (bv. draadloze netwerken). De doelstelling van dit onderzoek is om te komen tot een optimaal gebruik van foutrobuustheids- en foutverbergingstechnieken in de context van schaalbare videocodering (SVC) op basis van vorig werk in de context van H.264/AVC. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Rik Van de Walle
Kinetische modellering van de AtoomTransferRadicalaire Polymerisatie van styrenen Universiteit Gent Abstract: 1. Experimenteel onderzoek van de homopolymerisatie van styrenen om de invloed van de procescondities en de structuur van de reactiepartners op de kinetiek en de polymeereigenschappen na te gaan. 2. Ontwikkeling van fundamenteel kinetisch model voor de AtoomTransfer Radicalaire Polymerisatie van styrenen in bulk en in oplossing. In dit kinteisch model worden diffusie en ketenlengte-afhankelijkheid van de senheidscoëfficiënten beschouwd. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin
Appui à la formation et télédétection et en GIS à l'Université de Kisangani (UNIKIS) avec applications Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is een klein teledetectie laboratorium op te richten aan de universiteit van Kinsangani. Een lokaal wordt in orde gebracht en een aantal PC's worden geïnstalleerd en uitgerust met teledetectie software. Tevens zullen een aantal weken les gegeven worden in de teledetectie alsook oefeningen om alzo een aantal stafleden vertrouwd te maken met teledetectie en GIS. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Rudi Goossens
FWO Simoens Pieter Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek behelst het ontwerp van algoritmen voor de dimensionering en voor het dynamisch beheer van een thin client computing service. Hierbij gaat de aandacht vooral uit naar optimalisatie van prestatie-attributen voor de gebruiker (service-kwaliteit) alsook voor de infrastructuur zelf (efficient aanwenden van de beschikbare infrastructuur). Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Bart Dhoedt
Klasse-afhankelijke scheduleringen in IP-netwerken / Stochastische prestatieanalyse van heterogene telecommunicatienetwerken Universiteit Gent Abstract: Dit project bestaat essentieel uit werkingskredieten voor het postdoctoraal mandaat van het FWO van Dr. ir. Joris Walraevens, wiens onderzoek de stochastische analyse van klasse-afhankelijke scheduleringsmechanismen in hedendaagse netwerken betreft. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel
Grofkorrelig meerdradige uitvoering in many-core processors door automatische compilatie met een helpende hand van de programmeur Universiteit Gent Abstract: Dit project doet onderzoek naar en ontwerpt een programmeertool om de programmeur te helpen bij de identificatie van coderegio?s die gebaat kunnen zijn bij draadgebaseerd parallellisme. Het project zal ook nieuwe automatische parallellisatietechnieken ontwikkelen voor algemene toepassingen. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Koenraad De Bosschere
Studie van nucleaire receptor-gebaseerde cross-talk mechanismen in de strijd tegen inflammatie Universiteit Gent Abstract: Als strategie om de glucocorticoïd (GC)-geassocieerde neveneffecten bij anti-inflammatoire therapieën te vermijden, ligt de focus van mijn werk zowel op de ontrafeling van fundamentele Glucocorticoïde Receptor (GR)-gemedieerde transrepressiemechanismen als op een mechanistische studie van de werking van niet-steroïdale gedissocieerde GR liganden. Hiernaast bestudeer ik de toepasbaarheid van een alternatieve manier om een verbeterde therapeutische response te bereiken en dat is via een duale nucleaire receptor activatie. Dit houdt in dat we combinatieschema?s opstellen waarbij GR agonisten gecombineerd worden met peroxisoom proliferator-geactiveerde receptor agonisten. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Jan Tavernier
Studie naar de crosstalk tussen beta2-adrenerge signalen en de NF-?B cascade. Relevantie voor neuroinflammatie/neurodegeneratie. Universiteit Gent Abstract: Recent onderzoek heeft aangetoond dat signalen afkomstig van de beta-2 adrenerge receptor (adrb2) ontstekingsreacties kunnen moduleren. In dit onderzoek gebruiken we verschillende in vitro en in vivo modellen van neuro-inflammatie om de moleculaire basis van deze interactie te ontrafelen. Meerbepaald willen we nagaan hoe beta-adrenerge signalen de moleculaire functie van NF-?B, één van de cruciale regulatoren van ontstekingsreacties, beïnvloeden. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Jan Tavernier
First principle chemical kinetics: From isolated molecules to supramolecular systems Universiteit Gent Abstract: Binnen dit project wordt beoogd de kinetiek van chemische reacties te beschrijven met grote accuratesse voor eenvoudige systemen in de gasfase tot complexe moleculaire omgevingen, zoals reacties in solventen en nanoporeuze materialen. Hiervoor worden de nodige modelontwikkelingen en toepassingen voorzien. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Veronique Van Speybroeck
Ontwikkeling van nieuwe software voor de databank 'Narrative Sources' Universiteit Gent Abstract: De databank Narrative Sources is een in 1996 gepubliceerd online repertorium van middeleeuwse verhalende bronnen uit de Nederlanden (UGent, KULeuven, RUGroningen). Via dit project wordt een nieuwe software-systeem ontwikkeld (databank en website), met inbegrip van een aantal nieuwe applicaties die zoekopdrachten in functie van het hedendaagse historische onderzoek moeten vergemakkelijken. Organisaties: • Vakgroep Geschiedenis
Onderzoekers: • Guy De Tré • Jeroen Deploige
Prestatie-analyse van buffermodellen met AQM voor schaalbare video Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt het bestuderen van de performantie van actieve buffermanagement-technieken in de schakelelementen van een pakketgeschakeld netwerk. In het bijzonder zullen verscheidene buffer-modellen geconstrueerd en geanalyseerd worden voor de prestatie-analyse van het verzenden van gelaagde video over deze netwerken. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel
Nauwkeurige karakterisering van elektromagnetische velden in complexe, multi-frequentie omgevingen Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is om op nauwkeurige en efficiënte wijze de elektromagnetische velden en absorptie in mensen te bepalen in de nabijheid van basisstationantennes voor draadloze communicatie in realistische en complexe omgevingsomstandigheden. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Luc Martens
Ab initio studie naar de reactiviteit van supramoleculaire structuren in zeolieten Universiteit Gent Abstract: Dit project betreft een theoretische studie naar supramoleculaire structuren in zeolieten in het algemeen, met het methanol-to-olefin proces (MTO) als een specifieke toepassing. Enerzijds zal een toepassingsgericht luik de studie naar het reactie-mechanisme van MTO-conversie en verbeteringen ervan omvatten, en anderzijds zullen er parallel in een methodologisch luik nieuwe methoden ontwikkeld worden om dergelijk uitgebreide katalytische systemen accuraat te beschrijven. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Michel Waroquier • Veronique Van Speybroeck
Nucleofiele nanopartikels voor optimale toediening van nucleïnezuren in delende cellen Universiteit Gent Abstract: Plasmide DNA (pDNA) dient de celkern te bereiken teneinde een biologisch activiteit te vertonen. We wensen strategieën te ontwikkelen om hetzij naakt pDNA, hetzij pDNA bevattende nanopartikels optimaal in te sluiten in de celkernen van de dochtercellen tijdens de deling van de moedercel. Tijdens de celdeling kan immers de barrière van het nucleaire membraan vermeden worden. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Joseph Demeester
Heterogene integratie van III-V opto-elektronische componenten op nanofotonische SOI golfgeleidercircuits - op weg naar actieve nanofotonica Universiteit Gent Abstract: Dit werk handelt over de integratie van III-V opto-elektronische componenten op een silicon-on-insulator materiaal platform om complexe actief/passief fotonische geintegreerde circuits te realizeren, die hun toepassing vinden in diverse hoog-volume applicaties zoals Fiber-to-the-Home optische toegangsnetwerken. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Roeland Baets
Effecten van deeltjesgrootte op de luminescentie van gedopeerde halfgeleiders: van bulk tot nano Universiteit Gent Abstract: Luminescente materialen worden tegenwoordig alom toegepast, zowel voor verlichtings-, signalisatie- als beeldschermtoepassingen. Veelal worden hiervoor zeldzameaardgedopeerde materialen gebruikt, waarvan het gedrag op macroscopische schaal meestal goed gekend is. Het voorgestelde fundamenteel onderzoek focust op het effect van het verkleinen van de gastmatrix (tot nanoschaal) op de emissie-eigenschappen van het dopantion, o.a. wat betreft spectrum, kwantumefficiëntie en thermisch gedrag. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Dirk Poelman
Geavanceerde signaalverwerkingstechnieken voor estimatie en detectie in de context van digitale communicatie, met toepassing op ultrabreedbandtransmissie Universiteit Gent Abstract: Het project heeft als doel de prestatie te onderzoeken van bepaalde ontvangeralgoritmes voor de specifieke toepassing van ultrabeeldtransmissie. Hiertoe zal eveneens bijzonder aandacht worden besteed aan de optimalisatie van het ultrabreedbandsysteem op zich met als doel de ontvangeralgoritmes efficiënter te maken. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Marc Moeneclaey
Koppelen van transportverschijnselen en intrinsieke kinetiek voor vrije radicalaire polymerisatieprocessen Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is het correct beschrijven van de interactie tussen transportverschijnselen en scheikundige reacties voor vrije radicalaire poymerisatieprocessen met als concrete toepassingen de modellering van de evolutie van de deeltjesgroottedistributie tijdens een suspensiepolymerisatieproces en de beschrijving van de mengproblematiek van initiator en monomeer bij hogedrukpolymerisaties. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin
Waterbouwkundige aspecten bij de bouw van offshore windparken Universiteit Gent Abstract: Om de vooropgestelde eisen betreffende hernieuwbare energie te halen, dient er in de toekomst een groot deel energie gewonnen te worden uit offshore windparken. Omwille van voornamelijk energetische aspecten dienen deze parken steeds verder offshore te worden geplaatst. Bij de bouw van dergelijke parken treden heel wat problemen op. Onderhavig projectvoorstel omvat enerzijds een deskstudie naar voornoemde problemen en anderzijds en experimentele studie naar één specifiek probleem, nl. de erosie van het bodemmateriaal omheen de fundering van de windmolens. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Julien De Rouck
Museumarchitectuur: het monografisch model Universiteit Gent Abstract: Architectuurtheoretisch onderzoek naar het belang van architectuur voor het museuminstituut aan de hand van monografische musea, musea over leven en werk van een kunstenaar. Centraal staan de onderlinge verhoudingen tussen scenografie van het leven-en-werk-verhaal, de realiteit van biografische plekken zoals het kusntenaarsatelier en de architectuur van het museum. Theorie en case studies. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Bart Verschaffel
Ontwikkeling en validatie van methodes die de complexiteit voor gebruikers en aanbieders reduceren aan de hand van personalisatiealgoritmes, het gebruik van sociale netwerken en gebruikerscontexten Universiteit Gent Abstract: Door het enorme aanbod van audiovisueel materiaal op het internet en via TV-uitzendingen, is er nood aan nieuwe instrumenten die gebruikers assisteren bij hun keuze. Dit onderzoek behandeld personalisatiesystemen die audiovisueel materiaal aanbevelen op basis van het gebruikersprofiel. Extra deminesies om aanbevelingen te verfijnen zijn: het tijdstip van de dag, locatie, activiteit van de gebruiker, populariteit van het audiovisueel materiaal, ? Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Luc Martens
Ontwerp van mobiele intelligente sensorsystemen gebaseerd op een elastische interconnectie-technologie Universiteit Gent Abstract: Dit doctoraatsonderzoek beantwoordt aan de toenemende nood aan draagbare elektronische systemen, die alsmaar complexer worden en vaak gebruik maken van zeer geavanceerde sensoren, zonder dat het comfort en de mobilitiet van de menselijke drager worden beperkt. Daartoe zullen deze mobiele autonoom functionerende sensorsystemen ontworpen worden op basis van recent ontwikkelde flexibele en elastische interconnectie-technologieën. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Jan Doutreloigne
Experimentele en numerieke studie van het hydrodynamische gedrag en structurele respons van golfenergie-convertoren gebaseerd op golfoverslag Universiteit Gent Abstract: In de zoektocht naar duurzame energiebronnen tracht men de mogelijkheden van golfenergie optimaal te benutten. Ter optimalisatie van de golfoverslag en energieconversie van het type golfenergie-convertoren gebaseerd op golfoverslag, wordt fundamenteel onderzoek verricht experimenteel en numeriek - naar het hydrodynamische gedrag en de structurele respons van dit type. Dit gebeurt voor verschillende locaties (on/offshore) en voor vaste en drijvende opstellingen. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Peter Troch
Kinetische modellering van de in-situ nitroxide gemedieerde polymerisatie (NMP) van vinylmonomeren Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit onderzoek is het ontwikkelen van een fudnamenteel kinetisch model van de in-situ NMP van een "standaardpolymerisatie" zoals die van styreen. Het model zal de invloed van de structuur van het nitrone(nitroso)/initiatorpaar en van de reactiecondities op de kinetiek en de controle van de polymerisatie in bulk en in oplossing beschrijven. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Marie-Françoise Reyniers
Estimatie en detectie voor MIMO-UWB-communicatie Universiteit Gent Abstract: Het voorgesteld project omvat het onderzoek van detectie- en estimatiealgoritmes voor MIMO-UWB-communicatiesystemen met meerdere gebruikers. Het is de bedoeling optimale algoritmes voor het schatten van de kanaalparameters af te leiden en hun performantie te onderzoeken. Vervolgens zal nagegaan worden in welke mate de schattingsfouten die uit deze algoritmes resulteren de kwaliteit van de detectie (bit error rate) beïnvloeden. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Marc Moeneclaey
Ontwikkelen van een wiskundig model voor bevoorradingsoptimalisatie en risico analyse van open sales contracten Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft tot doel het ontwikkelen van een wiskundig stochastisch model dat het minimaliseren van voorraad en het analyseren van risico's van "open sales" contracten toelaat. Organisaties: • Vakgroep Technische bedrijfsvoering
Onderzoekers: • El-Houssaine Aghezzaf
In situ conditioning van baggerspecie en minerale slibs Universiteit Gent Abstract: Bagger- en ruimmateriaal bevat vaak een behoorlijke hoeveelheid organisch materiaal, dat bij anaerobe omstandigheden (als gevolg van compacte opslag) door natuurlijke microbiologische activiteit omgezet wordt in biogas. Gasproductie in opgeslagen sediment is nefast voor snelheid
van consolidatie, finale steekvastheid en stabiliteit, en broeikasgasemissie. In het project wordt gezocht naar technieken om 1) gasophoping te voorkomen en 2) versnelde consolidatie te bewerkstelligen. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Willy Verstraete
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversité de Franche-Comte_Al Sakka Monzer Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-Université de FrancheComte_Al Sakka Monzer Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Monzer AL SAKKA • PETER VAN DEN BOSSCHE • JOERI VAN MIERLO
Onderzoek en ontwikkeling van vermogenoptimale scheduling, partitionerings, plaatsing en routeringalgoritmen voor dynamisch herconfigureerbare cellulaire rekenarchitecturen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek en ontwikkeling van vermogenoptimale scheduling, partitionerings, plaatsing en routeringalgoritmen voor dynamisch herconfigureerbare cellulaire rekenarchitecturen. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JAN CORNELIS
Study of adsorption of long chain alkanes on Fischer-Tropsch wax hydroconversion catalyst. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Confidentieel Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • JOERI DENAYER
Compacte projectiesystemen met licht emitterende diodes voor de generatie van driedimensionale beelden met hoge resolutie, brede kijkhoek en hoge lichtopbrengst. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De hoofdbedoeling van dit project situeert zich rond het onderzoeken van compacte projectiesystemen met hoge resolutie, grote kijkhoek en hoge helderheid om een te visualiseren voorwerp driedimensionaal weer te geven. De beeldinformatie die hierbij overgebracht moet worden bestaat uit meerdere opnames van het geassocieerde 4D lichtveld. Voor een waarheidsgetrouwe 3D beeldervaring is zowel een hoge 2D spatiale als 2D angulaire resolutie noodzakelijk. Hierdoor genereert het projectiesysteem dezelfde informatie als wat de ogen opvangen wanneer die een reëel voorwerp bekijken. Dit zal bij de kijkers, ongeacht hun positie, de illusie opwekken dat ze doorheen een transparant scherm de wereld aanschouwen, zoals we die elke dag waarnemen. De verwachte wetenschappelijke doorbraken gedurende dit project in het gebied van 3D visualisatiesystemen, zijn het realiseren van een compact projectiesysteem met LEDs als lichtbron dat 4D lichtvelden genereert met een hoge resolutie, binnen een grote kijkhoek en met hoge helderheid. Dit zal praktisch verwezenlijkt worden vanuit een gecombineerde aanpak via simulaties en het bouwen van een demonstrator. Het onderzoek zal gerealiseerd worden door Lawrence Bogaert aan de onderzoekseenheid Toegepaste Natuurkunde en Fotonica (TONA) van de Vrije Universiteit. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Synchronisatie van gekoppelde lasers: rol van vertraging, topologie en complex gedrag. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Inleiding "Synchronisatie" komt etymologisch van het Griekse "??????????", wat betekent: "samen (in de) tijd". In alledaags taalgebruik betekent synchronisatie de overeenstemming of correlatie van verschillende processen in de tijd. In wetenschappelijk jargon is synchronisatie het proces waarbij twee of meer (al dan niet identieke) dynamisch evoluerende systemen hun gedrag op elkaar afstemmen. Dit gebeurt ofwel via een koppeling tussen de systemen ofwel door een gemeenschappelijke externe input [Boccaletti02]. De eerste beschreven studie van synchronisatie dateert van de zeventiende eeuw en is van de hand van Christiaan Huygens: hij bestudeerde pendulumklokken die aan eenzelfde wand hingen en constateerde dat na een tijdje de slingers zich steeds in antifase bewogen. Zelfs als hij een van de slingers eventjes lichtjes perturbeerde, keerde die na vrij korte tijd terug naar de gesynchroniseerde toestand. In 1990 werd ontdekt [Pecora90] dat ook deterministisch-chaotische systemen konden synchroniseren, een bijzonder opzienbarende ontdekking. In hetzelfde jaar al volgde de voorspelling van het optreden van synchronisatie van chaos in gekoppelde halfgeleiderlasers [Winful90]. Niet alleen wierp dit een nieuw licht op beide fenomenen, zowel chaos als synchronisatie, er werden recent ook toepassingen voorgesteld en gerealiseerd in de communicatie en cryptografie [Argyris05]. Synchronisatie wordt dus soms een nieuw paradigma in de niet-lineaire wetenschap genoemd. Naast de synchronisatie van lasers zijn de voorbeelden uit verschillende domeinen legio [Pikovsky]: gesynchroniseerd flitsen van vuurvliegjes, chemische oscillerende reacties als de Belousov-Zhabotinsky reactie, synchronisatie van spieren en het voortbewegen (stappen) van dieren, het synchroniseren van de Londense Millennium Bridge met het stappen van de voetgangers erbovenop, spontane synchronisatie in een applaudisserend publiek, of de synchronisatie van ons bioritme aan dag en nacht ... In de technologie zijn er ook enkele toepassingen van synchronisatie, zoals bv. kloksynchronisatie in de radiocommunicatie. In het bijzonder bij chaotische systemen hoeft de synchronisatie niet noodzakelijk het identiek samenvallen van de dynamica van verschillende systemen in te houden. Verschillende fenomenen die op dit ogenblik uitgebreid bestudeerd worden vallen onder de term synchronisatie. Naast de reeds vermelde identieke synchronisatie, wordt er ook gesproken over veralgemeende, vertraagde ("lag"), en fase-synchronisatie. Veralgemeende synchronisatie van twee systemen met output x1 en x2 betekent dat er een functie H bestaat zodanig dat: lim t???H ?x1(t ) ??x2 (t )???0 . Vertraagde synchronisatie betekent dat er geen instantane synchronisatie meer is van beide systemen, maar nog wel een hoge correlatie als een van beide in de tijd verschoven wordt. Voor wat fase-synchronisatie betreft, is er nog wel correlatie tussen fasen van de oscillaties, maar niet langer op het niveau van
de amplitudes van de signalen. Dit illustreert de fascinerende rijkdom van het fenomeen synchronisatie. Het begrijpen van deze aspecten is het voorwerp van actief onderzoek, waartoe we in dit project willen bijdragen. Recent heeft vooral het aspect van vertraging ("delay") in de koppeling tussen subsystemen veel aandacht gekregen. Het optreden van vertraging is immers belangrijk voor een heleboel dynamische systemen. Bij gekoppelde halfgeleiderlasers bvb. is er noodzakelijkerwijs een eindige tijd die het licht moet afleggen tussen de subsystemen. Afstanden van enkele millimeter tot centimeter resulteren in vertragingen die vergelijkbaar of groter zijn dan de eigenperiode van de intensiteitsoscillaties. Maar ook in het menselijk brein treden er vertragingen op in de communicatie tussen verschillende gebieden in de cortex die vergelijkbaar zijn met de tijdsschaal waarop de actiepotentialen ageren. Vertraging heeft een sterke invloed op dynamische systemen; deze invloed is van ambivalente aard. Enerzijds kan vertraging destabiliserend werken en oorzaak zijn van chaotisch gedrag. Anderzijds kan vertraging ook stabiliserend werken en de motor zijn voor het optreden van synchronisatie. Een dergelijk vertraging maakt de dynamica van een systeem veel rijker, maar -vanuit wiskundig oogpunt- ook veel uitdagender. Wanneer twee lasers optisch of opto-elektronisch met elkaar gekoppeld worden, gaan beide chaotisch bewegen. Er treedt veralgemeende synchronisatie op, waarbij de ene laser de andere volgt, met een vertraging gelijk aan de voortplantingstijd van het signaal tussen de twee lasers. Zeer recent is er echter experimenteel aangetoond dat, in een keten van drie gekoppelde lasers (op een lijn), de buitenste lasers identiek gesynchroniseerd kunnen zijn zonder vertraging [Fischer06]. Dit "feit" is op zich opzienbarend: "adding delay to delay produces synchronisation" [Cho06]. Het is deze verrassende ontdekking die ons er toe aangezet heeft om het fenomeen synchronisatie verder theoretisch te willen onderzoeken, in de eerste plaats tussen twee en meer gekoppelde lasers, maar waarbij we de mogelijke relevante extensies naar andere domeinen zoals bv. synchronisatie in de hersenen zeker niet uit het oog willen verliezen. Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • JAN DANCKAERT
Geavanceerde calibratie- en instrumentatiesetups voor niet-lineaire RF-Componenten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit onderzoeksproject beoogt de ontwikkeling van een geavanceerde calibratie en verificatie voor de Large-Signal-Network-Analyzer (LSNA) en zal bijdragen tot een verbeterde nauwkeurigheid van de volgende generatie LSNAs, wat belangrijk is voor modelextractie. Lineaire componenten kunnen volledig gekarakteriseerd worden door een vectoriële netwerk analyzer (VNA) aan de hand van S-parameter metingen. Wat betreft niet lineaire componenten volstaat de VNA echter niet. We dienen te beschikken over metingen van de absolute waarde van de golven en niet enkel hun verhouding. (Er geldt dat ) De LSNA daarentegen, ontwikkeld door HP en het departement ELEC van de VUB, is in staat om simultaan het amplitude en faze spectrum van invallende en gereflecteerde golven die interageren met het systeem onder test te meten. Aangezien een lineair systeem gekenmerkt wordt door golfverhoudingen is de klassieke relatieve calibratie zoals bvb. de Short-Open-Load-Thru (SOLT) calibratie voldoende om gecalibreerde spanningsmetingen te bekomen. Voor niet lineaire systemen, dient men de golven te calibreren en dient de SOLT calibratie uitgebreid te worden met een vermogen en een faze calibratie. Deze uitgebreide calibratiemethode is beschikbaar maar levert slechts gecalibreerde metingen op een frequentiegrid met een harmonische spectrale resolutie (tussen 600 en 1200 MHz). Binnen het departement ELEC (Algemene Elektriciteit en Instrumentatie) van de faculteit Ingenieurswetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel bestudeert de onderzoekseenheid "microwave systems", algemene niet lineaire meettechnieken, de optimalisatie van een meetsysteem voor lineaire microwave componenten en het modelleren van hoogfrequente niet lineaire systemen. Het voorgestelde project kadert dan ook binnen het onderzoeksdomein van deze eenheid. Het doel van dit project is om faze calibratie toe te laten op een dens grid. Er bestaan 2 verschillende aanpakken: de model gebaseerde methode en de signaal gebaseerde methode. In het eerste geval kan door middel van een kwadratische detector als extra calibratie standaard vanuit het grove gecalibreerde faze grid een fijn gecalibreerd faze grid bekomen worden. In het tweede geval maken we gebruik van een gerepeteerde puls, waarvan de eigenschappen gekend zijn. Dit signaal stelt ons in staat om de bestaande faze calibratie uit te breiden naar een dens grid. Vervolgens zal getracht worden de calibratie te vereenvoudigen door gebruik te maken van de parametrische aanpak. Calibartie standaards dienen telkens weer gekarakteriseerd te worden wat veel metingen vereist. Daarom is het nuttig een parcimoneous - bepaald door een minimaal aantal parameters - model te extraheren voor de LSNA. b?Sa FWO Subsidieaanvraag January 16, 2006 2 Daarenboven zal deze parametrische calibratie worden uitgebreid naar een niet lineaire calibratie, waarvoor op dat ogenblik de model gebaseerde en signaal gebaseerde faze calibratie beschikbaar is en de vermogen calibratie nog dient te worden voorzien. Ten slotte worden verificatie standaards gebouwd. Enerzijds hebben we de mogelijkheid om passief te verificeren aan de hand van niet lineaire materialen, zoals bvb. niet lineaire transmissielijnen of shocklines, waarbij er zich onder de transmissielijn een diode bevindt. Hoewel deze materialen op zich eenvoudig te produceren zijn, bestaan er echter weinig fabrikanten van zulke transmissielijnen. Anderzijds kan de verificatie ook actief gebeuren door middel van systemen gekemerkt door een Wiener-Hammerstein blokmodel. Uit laagfrequente metingen aan de hand van goed gekozen excitatie signalen werd het niet lineair gedrag van de kwadratische detector onderzocht en werd een niet lineair model opgesteld. Over deze onderwerpen wordt een wetenschappelijke publicatie voorbereid. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN
Meten en modelleren van zwak niet-lineaire, traag tijdsvariërende dynamische systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Alhoewel de lineaire tijdsinvariante (LTI) systeemonderstelling en de bijhorende systeemidentificatie en regelaar- ontwerp technieken reeds jaren lang succesvol in de praktijk worden toegepast (zie [1, 2]), zijn werkelijke systemen slechts bij benadering lineair en tijdsinvariant. Denken we bijvoorbeeld aan structuren onderhevig aan toenemende schade, put corrosie van metalen, biologische systemen, of processen met een varierend instelpunt (bijv. flutter analyse) of varierende systeemparameters (bijv. uitschuifbare robotarm of semi-actief veer-demper systeem). De volgende fundamentele vragen dringen zich onmiddellijk op: "Wat is de invloed van niet-lineaire distorties en van tijdsvariatie op de klassieke LTI systeemidentificatie en regelaarontwerp methodes?", "Wat is de ondergrens op de nauwkeurigheid van het klassieke LTI raamwerk toegepast op tijdsvarierende niet-lineaire systemen?", "Kan er een eerste orde correctie van de tijdsvariatie doorgevoerd worden om zo een quasi ogenblikkelijke frequentie responsie functie (FRF) te bekomen?", en "Is er nood aan nieuwe (niet-lineaire en tijdsvarierende) systeemidentificatie en regelaarontwerp technieken?". Om deze belangrijke vragen te kunnen beantwoorden moeten we op een of andere manier de afwijkingen van het werkelijke systeem t.o.v. het ideale LTI gedrag kunnen kwantificeren. Bovendien wensen we over deze informatie te beschikken vooraleer het systeem parametrisch te modelleren of de regelaar te ontwerpen. Merk op dat de klassieke recursieve identificatiemethodes [3] hier dus geen oplossing bieden. Bovendien laten deze methodes niet toe om de aanwezigheid, laat staan het niveau, van de niet-lineariteiten te bepalen. In eerste instantie zullen we ons beperken tot systemen die zich zwak niet-lineair gedragen (d.w.z. het lineaire gedrag is dominant) en traag varieren in de tijd (d.w.z. de tijdsvariatie is een orde trager dan de dominante tijdsconstante van het systeem). In [4] werd reeds een meetprocedure op punt gesteld gebaseerd op wel gekozen periodieke signalen, die toelaat om gelijktijdig het niveau van de stoorruis (meet- en procesruis) en het niveau en de aard van de niet-lineaire distorties op frequentie responsie (FRF) metingen te bepalen voor tijdsinvariante niet-lineaire systemen. In dit project willen we in de eerste plaats de methodologie veralgemenen naar traagvarierende niet-lineaire systemen. Het doel is om naast de ruis- en niet-lineaire distortiebijdragen tot de FRF ook de tijdsvariatie te kwantificeren. Eens deze informatie beschikbaar kunnen we in een tweede stap ofwel trachten een eerste orde correctie van de tijdsvariatie door te voeren en zo tot een quasi ogenblikkelijke LTI beschrijving te komen, ofwel de tijdsvariatie parametrisch te beschrijven. In het laatste geval wordt de keuze van de parametrische voorstelling sterk vereenvoudigd door de niet-parametrische voorstelling van de tijdsvariatie op de FRF. Net dezelfde opties bestaan
voor de niet-lineaire distorties: ofwel trachten we hun invloed op de metingen te minimaliseren, ofwel gaan we ze parametrisch modelleren waarbij de niet- parametrische voorstelling de keuze van het parametrisch model vergemakkelijkt. Ten slotte worden deze modellen gebruikt voor fysische interpretatie (bijv. flutter analyse, modelleren binnenoor), diagnose (bijv. schadedetectie), simulatie, en controle. Om de algemeenheid van de voorgestelde procedure te toetsen zullen we ze uitproberen op een brede waaier van toepassingen gaande van flutteranalyse, schadedetectie, en regelaarontwerp tot het modelleren van het binnenoor. De uit te voeren stappen in het project zijn (met tussen haakjes vermelding van de deelnemende partners) 1. Opstellen van een algemene meetprocedure voor zwak niet-lineaire, traag varierende dynamische systemen, met als resultaat een FRF + niveau's stoorrruis, niet-lineaire distorties, en tijdsvariatie. De procedure zal gevalideerd worden via enerzijds simulaties en anderzijds experimenten op een semi-actief veer-demper systeem waarvan de parameters op een gecontroleerde wijze kunnen gevarieerd worden in de tijd. Deze opstelling bevindt zich in het departement WERK, afdeling PMA van de KUL (VUB-ELEC, VUB-WERK, KUL-PMA, UA-BIMEF). 2. Toepassing op de volgende problemen 2.a. Flight flutter analyse met een continu varierend snelheidsprofiel (VUB-ELEC, VUB-WERK, KUL-PMA), 2.b. Schadedetectie in mechanische structuren (VUB-WERK, VUB-ELEC), 2.c. Modelleren van het middenoor (UA-BIMEF, VUB-ELEC, VUB-WERK) 2.d. Modelleren en regelen van mechanische systemen met tijdsvarierende parameters (KUL-PMA, VUB-ELEC), waarbij telkens de in de inleiding gestelde fundamentele vragen behandeld worden. Het spreekt voor zich dat er een sterke wisselwerking zal zijn tussen enerzijds de toepassingen en anderzijds het op punt stellen van de algemene meetprocedure. Merk ook op dat elke toepassing op zich een doorbraak betekent in het desbetreffende vakgebied. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • RIK PINTELON
Ontwerp en validatie van gevorderde signaalverwerkingstechnieken voor het verwerken van optische metingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: 1. Doel Zowel single point als full-field optische meettechieken zoals (scanning) laser Doppler vibrometrie en anemometrie, Moiré interferometrie en digitale beeldcorrelatie leveren een belangrijke bron van informatie in tal van toepassingsdomeinen zoals micro-electronica, materiaalonderzoek, biomedische wetenschappen, kwaliteitscontrole etc. Het efficiënt en betrouwbaar verwerken van de beelden die opgemeten worden is echter vaak een zeer moeilijke taak. De hoeveelheid data is meestal zeer groot en de kwaliteit van de metingen kan laag zijn voor complexe toepassingen en/of weinig reflecterende objecten, waardoor de meettijd dikwijls de hoogte ingejaagd wordt [1]. Tijdens mijn doctoraat werd aangetoond dat de verwerking van optische meetgegevens op een zeer efficiënte manier kan gebeuren in het frequentiedomein aan de hand van parametrische identificatietechnieken [2]. Voor dit project zal een twee-dimensionale frequentie domein systeemidentificatie techniek geïntroduceerd in [3] veralgemeend worden naar een aantal andere applicatiedomeinen: - Verwerking van Moiré franje patronen - Digitale beeldcorrelatie voor het opmeten van snelheidsvelden (stromingen) en rekvelden (vaste stoffen). - Laser Doppler Anemometrie (LDA) metingen verwerken, specifiek naar periodische verschijnselen zoals akoestische velden of stromingsvelden in een zog. 2. Doelstellingen Ontwikkeling van een 2D systeemidentificatie algoritme voor het adaptief schatten van de globale frequentie, fase en amplitude van een sinusoïdaal franjepatroon. Dit basisalgoritme zal worden aangewend in verschillende andere algoritmes voor: - Het schatten van de lokale 2D vertraging tussen 2 gecorreleerde beelden; phase delay (voor de verdere toepassing bij digitale beeldcorrelatie (DIC) en 'Particle Image Velocimetry', PIV). - Het 1D systeem identificatie basisalgoritme zal gebruikt worden om de vaak onregelmatig bemonsterde data van LDA-metingen te synthetiseren. Deze onregelmatige sampling is vooral een probleem bij heel sterke akoestische velden of stromingsvelden in het algemeen aangezien de verplaatsingen daar veel groter zijn. Verder zullen verschillende experimenten uitgevoerd worden om de brede toepasbaarheid van de methodes te illustreren: - PIV stromingsmetingen (o.a. het snelheidsveld rond een cilinder in een windtunnel aangezien dit volledig in de literatuur beschreven is). - Scheurgroeimetingen van vliegtuigonderdelen en composietmaterialen tijdens vermoeiingsproeven met behulp van DIC. - Meting van het topografie van micro structuren aan de hand van Moiré technieken, met meerdere franje projectie richtingen. - LDA metingen (o.a. het snelheidsveld rond een cilinder in een windtunnel en op sinusoïdale akoestische velden). Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • Joris VANHERZEELE
Identificeren van meerpoorts, niet-lineaire microwave systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tot op heden probeert men de niet-lineaire eigenschappen van een systeem te vatten aan de hand van parameters zoals 'Adjacent Channel Power Ratio' (ACPR) en '3th order intercept point'. Deze schieten echter steeds tekort! Dit klein aantal parameters kan het globale gedrag van de component niet beschrijven en houdt geen rekening met fase-effecten. Bovendien wordt hiermee het volledige niet-lineair gedrag van de microwave component gereduceerd tot slechts één enkel getal, dat niet in staat is het volledige niet-lineaire gedrag te beschrijven. Om de huidige trend van miniaturisatie en het verhogen van de funktionaliteit van de microwave apparatuur verder te zetten, is de karakterisatie en het begrip van het niet-lineaire gedrag van microwave systemen en deelcomponenten van cruciaal belang. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS • Wendy VAN MOER
Galois theorie voor coringen met toepassingen in niet-commutative meetkunde. Vrije Universiteit Brussel Abstract: 1. Motivatie en Situering van het project Een coring is een coalgebra in de mono¨?dale categorie van bimodulen over een niet noodzakelijk commutatieve ring. Coringen en hun comodulen werden ge¨?ntroduceerd door Sweedler in 1975, bij het formuleren van een duale versie van de stelling van Jacobson-Bourbaki [26]. Op het eind van de jaren zeventig doken coringen opnieuw op onder de naam bocs, in het werk van Rojter [25] en Kleiner [20] over algoritmes voor matrix-problemen. Op enkele uitzonderingen na, verschenen er de komende twintig jaar zo goed als geen artikels meer over coringen en het onderwerp werd min of meer vergeten. Tot in 1999 M. Takeuchi opmerkte dat verstrengelde
structuren (entwining structures) voorbeelden vormen van coringen (zie [27, 4]). Entwining structures bestaan uit een algebra A, een coalgebra C en een afbeelding : C ! A, die aan enkele natuurlijke voorwaarden voldoet. Deze observatie zorgde voor een grote hernieuwde interesse in coringen en comodulen (sinds 2000 verschenen reeds een honderdtal artikels over coringen, zie http://wwwmaths.swan.ac.uk/staff/tb/Corings.htm). De reden hiervoor en tevens de reden waarom onze vakgroep in het onderzoek naar coringen betrokken geraakte, is dat een belangrijke klasse van entwining structures wordt gegeven door zogenaamde Doi-Koppinen structuren. Deze bestaan uit een Hopf algebra, voorzien van een comoduul-algebra en een moduulcoalgebra over deze Hopf algebra. Zodoende veralgemeent coring theorie de theorie van (relatieve) Hopf modulen, Yetter-Drinfeld of crossed modulen en Doi-Koppinen modulen, die in de laatste 25 jaar intens bestudeerd werden in Hopf algebra theorie, onder andere door onze vakgroep in Brussel. Sinds de hernieuwde interesse in coringen, blijkt dat deze objecten opduiken in allerlei deelgebieden van de abstracte algebra. Behalve de hierboven genoemde matrix-problemen en Hopf algebra theorie, zijn coringen uiterst toepasbaar in het bestuderen van ringextensies. Zo kan men aan elke ringuitbereiding een kanonieke coring associ¨eren aan de hand waarvan men de ringuitbreiding kan bestuderen. Dit idee komt reeds voor in het oorspronkelijke artikel van Sweedler, maar is meer recent toegepast op onder andere Frobenius en separabele ringuitbreidingen [9]. Bovendien is deze techniek ook uitgebreid van ringextensies naar bimodulen [17], [8]. Behalve vanuit puur algebra¨?sch standpunt blijken coringen ook heel interessante objecten binnen de studie van nietcommutatieve meetkunde. Zo bestaat er een ´e´enduidig verband tussen coringen met een groepachtig element en semi-vrije gegradeerde differentiaal algebras [25] en een ´e´enduidig verband tussen comodulen over coringen met een groepachtig element en 'flat connections' [5]. Deze observaties zijn in het bijzonder van belang voor niet-commutatieve 'differentiaal' meetkunde in het geval van coringen geassocieerd aan entwining structures [3]. In [21] werd aangetoond hoe coringen gebruikt kunnen worden om overdekkingen van niet-commutatieve 'algebra¨?sche' meetkunden te karakteriseren. Deze overdekkingen werden in [11] gelinkt aan overdekkingen van algebras door idealen aan de hand van Galois theorie voor coringen. 2. Nederlandstalige uiteenzetting van het project In deze projecten willen we verder de algebra¨?sche structuur van coringen en verwante structuren onderzoeken. We hebben hierbij een bijzondere interesse voor eigenschappen die van belang zijn voor zowel nietcommutatieve algebra¨?sche meetkunde als differentiaalmeetkunde. In het bijzonder zullen we verder ingaan op niet-commutatieve descent theory en Galois-eigenschappen enerzijds en op Frobenius en separabiliteitseigenschappen anderzijds. 2.1. Descent theorie en Galois comodulen. 2.1.1. Galois theorie in bicategorie¨en : een ge¨unificeerde aanpak. In [22] formuleerden Kreimer en Takeuchi een Hopf algebra¨?sche versie van de klassieke Galois theorie voor lichaamsuitbreidingen. Deze theorie werd in de laatste jaren meermaals veralgemeend, recent ook binnen de theorie van coringen (zie [12], [28] voor een grondig overzicht). De meest algemene versie van Galois theorie voor comodulen, is deze van [P5], waar de Galois comodulen beschouwd worden relatief aan een stevige deelring van hun ring van automorfismen. Een stevige (firm) ring is een ring R zonder eenheid met de bijkomende eigenschap dat R _= R R R. In [7] onwikkelen Brzezi´nski, El Kaoutit en G´omez-Torrecillas een Galois theory in een bicategorie van coringen. Deze veralgemeent eindige versies van Galois theorie voor comodulen (zie [6], [17], [P4]) maar niet deze van de oneindige soort, zoals [18], [P5], [P7]. Bovendien bestaat er de 'oude' categorische theorie over de comonadiciteit van functoren, die nauw verwant blijkt te zijn met de Galois theorie voor coringen (zie ook [19]). Probleemstelling: Is het mogelijk de verschillende Galois theorie¨en te unificeren binnen ´e´en uniforme theorie, die ook duidelijk de verbanden aangeeft tussen de recente ontwikkelingen in de Galois theorie voor coringen en de 'oude' Galois theorie¨en uit de categorie theorie. Methodologie: We vermoeden dat de oplossing van het probleem ligt in het opstellen van een Galois theorie binnen het algemene kader van willekeurige bicategorie¨en. Door deze bicategorie¨en dan later te specifi¨eren naar de bicategorie van bimodulen (zowel over unitale ringen als over stevige ringen) en naar de bicategorie van categorie¨en denken we al de hierboven vernoemde resultaten unificeren en veralgemenen. Bovendien vinden we enkele nieuwe interessante voorbeelden van comatrix coringen, gebaseerd op zogenaamde quasi-algebra's, waarvan de octonionen een gekend voorbeeld vormen. Door onze theorie te dualiseren vinden we bovendien ook de theorie van de zogenaamde matrix C-ringen terug, die onlangs werd ontwikkeld in [10]. Dit project is reeds gedeeltelijk opgestart in samenwerking met J. G´omez-Torrecillas van de Universiteit van Granada. 2.1.2. Morita theorie voor bicomodulen. Er bestaat een lange traditie om Morita theorie te gebruiken in het onderzoek naar Hopf-Galois theorie (zie bv [2], [15], [16]) en meer recent Galois theorie voor coringen [1], [P1], [P2], [P4] en gekliefde (cleft) bicomodulen [P6]. Een belangrijk resultaat binnen de Galois theorie voor Hopf-algebras, die uiteraard veel sterker ontwikkeld is dan deze voor coringen, is dat de zogenaamde Galois objecten zich ordenen tot een groep. Probleemstelling: Het vermoeden bestaat dat in het geval van coringen, onder bepaalde condities, de verzameling van Galois comodulen ook meer structuur bevat (zoals bijvoorbeeld een groepo¨?de). Het probleem bestaat er dus in om technieken te ontwikkelen waaruit men de onderlinge relaties van Galois comodulen beter kan begrijpen. AANVRAAG TOT MANDAAT VAN POSTDOCTORAAL ONDERZOEKER 3 Methodologie: Beschouw een coring C, en twee rechtse C-comodulen _ en _. Dan kunnen we aan deze data op een natuurlijke wijze een Morita context associ¨eren van de vorm (EndC(_), EndC(_),HomC(_, _),HomC(_, _), * , _). Deze Morita context kan gezien worden als een veralgemening van de Morita contexten bestudeerd in de hiervoor opgesomde artikels. Bovendien menen we dat deze Morita context kan gebruikt worden om de eigenschappen van de comodulen _ en _ met elkaar te vergelijken. Uiteraard zijn we in het bijzonder ge¨?nteresseerd in de Galois eigenschappen van _ en _. Het is de bedoeling dit project uit te voeren samen met G. B¨ohm, als voortzetting van het onderzoek in [P6]. 2.1.3. Oneindige descent. Beschouw een functor F = ? B _ : MB ! MA, tussen de categorie ¨en van rechtse modulen over de ringen B en A. Het descent probleem stelt de vraag of F een equivalentie van categorie¨en beschrijft tussen MB en een zekere subcategorie van MA ? In geval dat _ eindig voortgebracht en projectief is als rechts A-moduul, dan kent het descent probleem een oplossing die kan geformuleerd worden in termen van Galois comodulen over coringen (zie ook deel 1). Men construeert namelijk de comatrix coring D = __ B _ en de gezochte deelcategorie van MA is dan precies de categorie van rechtse D-comodulen MD. Meer precies zal F een equivalentie tussen MB en MD bepalen indien _ getrouw plat is als links B-moduul. (zie o.a. [P4]). De vraag is of het mogelijk is de eindigheidsconditie op _ te verzwakken. De resultaten van [P5] geven hier een partieel antwoord op: onder bepaalde condities bestaat er een stevige B-ring R en een comatrix A-coring D en kan men condities formuleren waaronder ?R _ :MR !MD een equivalentie induceert. De relatie tussen MB en MR blijft echter vaag. Probleemstelling: Beschouw opnieuw twee ringen A en B met eenheid, en een functor F = ? B _ : MB ! MA, waar _ een B-A bimoduul is dat niet eindig voortgebracht is als rechts A-moduul. Onder welke voorwaarden induceert F een equivalentie van categorie¨en tussenMB en een bepaalde deelcategorie van MA ? We noemen dit probleem het oneindige descent probleem. Methodologie: Indien _ lokaal projectief is als rechts A-moduul, dan toonden we in [P3] aan dat het mogelijk is om een A-coring met lokale covermenigvuldiging te construeren van de vorm D = __ B _. We verwachten dat het antwoord op oneindige descent besloten ligt in de constructie van een passende categorie van D-comodulen. We hopen om dan een Galois coring structuurstelling te bewijzen en zo het probleem van de oneindige descent op te lossen. 2.1.4. Overdekkingen en Galois comodulen. Een eindige familie van idealen (Ji)i2I wordt een overdekking van een algebra B genoemd indien \i2IJi = {0}. Indien deze overdekking aan een bijkomende voorwaarde voldoet (die ons toelaat om de ring B te reconstrueren uit de directe som van quoti¨ent algebras B/Ji), dan zegt men dat de overdekking (Ji)i2I compleet is. Het volgende voorbeeld is van bijzonder belang. Beschouw een (compacte) topologische ruimte X, bedekt door een familie van gesloten verzamelingen (Ui)i2I . Dan stellen we B = O(X), de algebra van functies op X en Ji = {f 2 O(X) | f(x) = 0, 8x 2 Ui}. In [11] wordt er, ruwweg, aangetoond dat er een bijectieve correspondentie bestaat tussen complete overdekkingen van een niet-commutatieve algebra en Galois coringen (dit zijn voorbeelden van eindige Galois comodulen). Dit is een toepassing van eindige descent. Probleemstelling: In de aanpak van [11], was de indexverzameling I eindig. In het licht van het topologische voorbeeld betekent het toelaten van een oneindige index verzameling dat de ruimte X niet noodzakelijk compact hoeft te zijn. We zouden dus een theorie willen ontwikkelen die 4 J. VERCRUYSSE een verband geeft tussen oneindige overdekkingen en Galois comodulen die voortkomen uit het oplossen van het oneindige descent probleem. Schoven over een topologische ruimte kunnen ge¨?nterpreteerd worden als modulen over een algebra B. Hoe kan een theorie van overdekkingen van modulen, i.e. overdekkingen van schoven, ge¨?nterpreteerd worden aan de hand van coring theorie ? Methodologie: We menen dat het nodig zal zijn om gebruik te maken van de theorie van (oneindige) Galois comodulen over stevige ringen, of een van de speciale gevallen van deze theorie, zoals de Galois comodulen die geconstrueerd worden uit colimieten (zie [P7]). We denken dat de theorie van overdekkingen van modulen nauw verwant is met de theorie van Galois comodulen en dat beide problemen in ´e´en algemene benadering kunnen worden aangepakt. Het is de bedoeling om dit project aan te pakken in samenwerking met de onderzoeksgroep uit Swansea onder leiding van T. Brzezi´nski. 2.2. Frobenius en separabiliteitseigenschappen. 2.2.1. Separabele functoren met een rechts toegevoegde. In o.a. [P4] is te zien hoe separabiliteitsen Frobenius eigenschappen nuttig kunnen zijn bij het bestuderen van Galois theorie voor coringen. Zo kan men bij separabele coringen de Galoisconditie op comodulen verzwakken en een sterkere vorm van de structuurstelling aantonen en zorgt de Frobeniusconditie voor een grotere symmetrie in de Morita contexten geassocieerd aan een comoduul. Zij A een Grothendieck
categorie, C : A ! A een functor die colimieten bewaart en veronderstel dat (C, _, _) een comonad is op A. Dan kunnen we de categorie van Ccoalgebras (comodulen) AC beschouwen, en er bestaat een stel toegevoegde functoren S : AC ! A en T : A ! AC. In [P9] bestudeerden we comonads waarvoor de vergeetfunctor S een separabele functor (zie [23]) is en karakteriseerden we deze comonads aan de hand van cohomologische technieken. Probleemstelling: Beschouw een functor F : B ! A met een rechtstoegevoegde G : A ! B. Vele algemene stellingen over separabele functoren, zoals de zogenaamde stelling van Rafael [24], handelen over functoren met een (rechts-) toegevoegde. Het is dus een natuurlijke vraag om na te gaan of de cohomologische technieken ontwikkeld in [P9] toepasbaar zijn op deze situatie. M.a.w. geef een cohomologische karakterisatie voor separabele functoren met een rechtstoegevoegde. Methodologie: Het is welbekend dat C = FG : A ! A een comonad bepaalt. De geassocieerde adjunctie S : AC ! A en T : A ! AC is verwant met de oorspronkelijke adjunctie (F,G) aan de hand van een unieke functor K : B ! AC, zodat F = SK en KG = T. Dit impliceert dat separabileitseigenschappen van F en S wel verbonden zijn, maar dat het noodzakelijk is ook separabiliteit van de tweede soort te bestuderen, zoals ge¨?ntroduceerd in [14]. We zouden dus analoog aan de methoden van [P9], een cohomologische beschrijving willen geven van comonads die separabel zijn van de tweede soort, om zo het gestelde probleem op te lossen. Daar dit project een voortzetting is van het onderzoek in [P9] ligt het voor de hand om het samenwerkingsverband met L. El Kaoutit van de universiteit van Granada verder te zetten. 2.2.2. Cohomologische beschrijving van Frobenius functoren. In [13] wordt het vermoeden geformuleerd dat biseparabele ringextensies Frobenius zijn. Dit probleem is in [9] geherformuleerd als een probleem in termen van separabele en Frobenius coringen. Probleemstelling: Geef een cohomologische beschrijving van het vermoeden uit [13]. Methodologie: We willen nagaan of het mogelijk is om de technieken uit [P9] aan te passen om een cohomologische beschrijving voor Frobenius functoren te bekomen. Organisaties: • Wiskunde-TW
Onderzoekers: • JOOST VERCRUYSSE
Soepele actuatie voor humanoïde robots. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project past in het onderzoek naar tweebenig robots stappend over ongestructureerd terrein. Dit is nog een onopgelost probleem binnen de ontwikkeling van humanoïde of menselijke robots. Het doel van humanoïde robots is ze o.a. in te zetten als service robots in huizen, kantoren... omgevingen geoptimaliseerd naar de mens. De machine met de grootste potentialiteit om efficiënt te opereren in een dergelijke omgeving heeft waarschijnlijk de vorm en analoge functionaliteiten als een mens, zijnde een humanoïde robot. Onderzoek heeft ook uitgewezen dat mensen liefst met een evenbeeld samenwerken. Een belangrijke voordeel van stappende robots is de verhoogde mobiliteit in vergelijking met robots met wielen, in het bijzonder in een omgeving met obstakels en trappen. Stappende robots hebben enkel een discreet aantal geïsoleerde steunpunten nodig, terwijl robots met wielen een min of meer continu pad vereisen. Grootste moeilijkheid bij de controle van tweebenige robots is het garanderen van de dynamische stabiliteit. Verschillende strategieën zijn ontwikkeld om trajecten te genereren om robots over vlak terrein te laten stappen of om een trap te beklimmen. Dikwijls wordt het zero moment point (ZMP) gebruikt al stabiliteitscriterium om de dynamische stabiliteit na te gaan. Binnen het domein van trajectgeneratie heeft de aanvrager twee strategieën succesvol geïmplementeerd in de pneumatische robot Lucy: de eerste is gebaseerd op de inverted pendulum principe maar waar de objectieve stapparameters (staplengte, voetlift en stapsnelheid) van stap tot stap veranderd kunnen worden, de andere is gebaseerd op een preview controle van het ZMP. Door het gebruik van soepele actuatoren zijn passieve stappers in staat om met minimaal energieverbruik voort te bewegen door gebruik te maken van de natuurlijke dynamica van het systeem, dit in contrast met de traditionele elektrisch aangedreven robots die zeer veel energie verbruiken. De ontwikkeling van de stappende robot Lucy kaderde in dit onderzoek: de combinatie van trajectgeneratie en het aanpassen van de soepelheid om alzo de natuurlijke dynamica aan te passen in functie van het opgelegde traject. De robot Lucy is aangedreven door geplooide pneumatisch artificiële spieren (GPAS), waarvoor in een antagonistische opstelling zowel het koppel als de soepelheid instelbaar is. Op een hoger controle niveau zijn er verschillende algoritmes voor path planning in ontwikkeling die de objectieve stapparameters (de input voor de trajectgeneratoren) en de beweging van het bovenlichaam gaan bepalen. Bekend onderzoek in dit domein is uitgevoerd door Kuffner. Hij ontwikkelde methodes om humanoïde robots in een complexe omgeving een bepaald doel te laten bereiken, hierbij gebruik makend van de volledige mogelijkheden van de robot. Zo kan de robot over obstakels stappen, zij en voorwaarts stappen, meubilair verplaatsen,... Yoshida concentreert zich op het manipuleren van objecten in dergelijke omgevingen. Probleembeschrijving Robots hebben nog steeds grote moeilijkheden om zich voort te bewegen over een terrein waar ze in principe bevoordeeld zouden moeten zijn ten opzichte van robots met wielen: ruw en ongestructureerd terrein. Wanneer de meest geavanceerde robot Asimo van Honda een show komt geven staat er in de technische vereisten dat de ondergrond geen onregelmatigheden mag hebben die groter zijn dan 2mm of hellingen steiler dan 1°. Ook gladde of veerkrachtige vloeren zijn niet toegelaten. Voor de HRP-2 van Kawada Industries is een stabilizer ontwikkeld om beperkte oneffenheden en storingen te kunnen opvangen. Zonder deze stabilizer is de robot niet in staat om te stappen, zelfs niet over vlak terrein. Ook hier zijn de oneffenheden beperkt: gaten mogen niet dieper zijn dan 2mm en hellingen moeten kleiner zijn dan 5°. Niets is echter gepubliceerd over de algoritmes van deze stabilizer en gedurende het onderzoek van de aanvrager in Japan op de HRP-2 werd er ook geen toegang verleend tot de code. Via stereo visie is het mogelijk om een terreinmap op te bouwen. Het genereren van dergelijke 3D mappen is echter zeer rekenintensief en moet real-time gebeuren. Bovendien verlopen er in de computer van de robot nog andere processen simultaan zoals path planning, trajectgeneratie, stabilizer,... Uitgaande van deze 3D gegevens is het dan mogelijk om de posities voor de voeten neer te zetten te selecteren en vervolgens dynamische stabiele trajecten te genereren. Zo heeft de aanvrager gedurende zijn onderzoek in JRL (AIST, Tsukuba, Japan) meegeholpen aan strategieën om HRP-2 dynamisch over obstakels te laten stappen. De visie-systemen hebben echter een fout die bijvoorbeeld voor de HRP-2 20mm bedraagt wanneer de robot stilstaat, een fout die sterk toeneemt wanneer de robot in beweging is. Er is duidelijk een leemte tussen de oneffenheden die de robot kan zien (en dus rekening mee kan houden in zijn trajectgeneratie) en waarover de robot kan wandelen zonder initieel de structuur te kennen. Dit is het probleem waarvoor het project een antwoord zal bieden door zich te focussen op soepele actuatie in de enkelgewrichten. Doel en werkwijze van het project Het doel is dat de robot over ongestructureerd terrein kan stappen waarvan de oneffenheden tot een halve voetlift mogen gaan zonder dat de robot dit initieel weet. Bij hogere obstakels moet het visie-systeem tussenkomen zodanig dat de trajecten kunnen aangepast worden. De meeste robots worden aangedreven door elektrische motoren. Om voldoende koppel te kunnen genereren worden ze uitgerust met een reductie-element, dikwijls een harmonic drive dewelke de actuator stijf maakt. De (high-gain PD) positie controle zal krachten ontwikkelen om de gewenste positie te tracken. Voor een ongekend terrein is dit een nadeel omdat het de krachtenuitwisseling tussen voet en grond is die de voortbeweging van de robot gaat bepalen, terwijl er juist geen controle is over deze krachten indien de robot positie-gestuurd is. Daarom is soepele actuatie vereist. Deze kan bekomen worden op twee verschillende manieren: actieve feedback soepelheid en passieve soepelheid. Actieve feedback soepelheid wordt typisch bekomen door aan de elektrische motor met reductieelement een kracht/koppel sensor bij te voegen; de soepelheid wordt dan verwezenlijkt in de controller. Voordeel van dergelijke aanpak is dat tracking heel goed is. De ontwikkeling van een dergelijk controle-algoritme is belangrijk omdat de meerderheid van de robots aangedreven wordt door elektrische motoren. Nadeel van actuatoren met actieve soepelheid is de gelimiteerde bandbreedte, ze kunnen geen schokken absorberen en kunnen geen energie opslagen, nuttig om sneller te stappen en te lopen. Passief soepele actuatoren hebben hiervoor een beduidend voordeel omdat ze impacten kunnen opvangen, energie opslagen en de natuurlijke dynamica kunnen exploiteren. De controle van dergelijke actuatoren is wel moeilijker, vooral bij trajecttracking. De controle van deze actuatoren om over ongestructureerd terrein te stappen zal bestudeerd worden in een tweede fase van het project. Het is essentieel om naast het uitvoeren van simulaties, de ontwikkelde controlestrategieën ook praktisch te implementeren in robots. Binnen de robotica en specifiek in gerenommeerde tijdschriften wordt er immers veel belang gehecht aan de praktische validatie van onderzoek. Een mogelijk bewandelbare piste is het aankopen van een commerciële robot. De bestaande tweepotige robots kunnen onderverdeeld worden in 2 grote groepen. De volledige humanoïde robots als HRP-2 (Kawada industries) en CB (Sarcos). Deze robots zijn echter te duur om aangekocht te worden door onze onderzoeksgroep. De leasing bijvoorbeeld van de HRP-2 robot kost 400.000EURO voor een periode van 4 jaar, de kostprijs voor de Sarcos robot is 1 miljoen EURO. Bijkomend nadeel is dat stukken van de software en hardware ontoegankelijk zijn en alzo het onderzoek belemmeren. Aan de andere kant zijn er de hobby-robots als de Kondo robot, Robonova, Pino met prijzen variërend tussen
1000-4000EURO. De capaciteiten van de robots zijn echter ontoereikend om ingezet te worden in het beoogde project. Het eerste type van controller zal geïmplementeerd worden op een humanoïde robot aangedreven door de traditionele positie gecontroleerde motoren. Door een kracht/koppel sensor in beide voeten kan de actieve soepelheid geïntroduceerd worden in de controle architectuur. Dit onderzoeksluik zal uitgevoerd worden in samenwerking met het Italian Institute of Technologie (IIT) in Genua. Daar beschikken ze over de zeer geavanceerde humanoïde onderzoeksrobot: de CB van Sarcos. De robot is aangedreven door hydraulische servoactuatoren, waarvoor telkens het koppel opgemeten wordt, en heeft 50 vrijheidsgraden. Voor dit luik is een mobiliteitstoelage bij het FWO aangevraagd. Het tweede luik zal geïmplementeerd worden in een robot met passief soepele actuatoren. Vermits dergelijke robots niet commercieel beschikbaar zijn, zal een robot gebouwd worden. De robot, die enkel in het sagittaal vlak zal kunnen stappen, zal tenen hebben zodanig dat grotere stappen genomen kunnen worden en een meer natuurlijk en sneller stappatroon bekomen kan worden. Robots zonder tenen kunnen immers geen push-off (heel-off) genereren omdat het lijncontact gevormd tussen de voorkant van de voet en de grond te instabiel en onvoorspelbaar is. De gepatenteerde MACCEPA actuator, ontwikkeld aan de onderzoeksgroep R&MM, zal gebruikt worden. De evenwichtspositie en de soepelheid van deze actuator kunnen onafhankelijk ingesteld worden, elk door een servo-motor. Deze actuator kan gemaakt worden met standaard componenten en het verwijderen van de veer uit de actuator maakt van de robot een klassieke positiegestuurde robot. De controlealgoritmes van de eerste projectfase kunnen bijgevolg uitgetest worden. De controle van de MACCEPA is ook eenvoudiger dan de pneumatische spieren. Ten eerste omdat de controle van evenwichtpositie en soepelheid ontkoppeld is en omdat de karakteristieken van de MACCEPA meer lineair zijn. De voet zal uitgerust worden met kracht/koppel-sensoren om het Zero Moment Point (ZMP) te meten dat nodig is voor de controle architectuur. De te ontwikkelen controlearchitectuur van de robot zal bestaan uit verschillende delen. Een traject generator zal uitgaande van de objectieve stapparameters dynamisch stabiele trajecten genereren uitgaande van het ZMP stabiliteitscriterium. Een tweede unit is de trajectory tracking controller voor de heup en de knieën. Een derde controller zal het koppel en de soepelheid van de enkelgewrichten regelen en zo nodig de trajecten aanpassen zodanig dat de dynamische stabiliteit gegarandeerd blijft onder de storingen zoals de grote oneffenheden van de grond. Eerst zullen de ontwikkelde strategieën getest worden in simulatie alvorens ze geïmplementeerd worden in de echte robot. Conclusie: De aanvrager heeft ervaring in het bouwen van stappende robots, de controle van stappende robots en soepele actuatoren. Dit project is dan ook een logische voortzetting van zijn onderzoek in een onopgelost domein als stappen over ongestructureerd terrein. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • Bram VANDERBORGHT
Gebruik van supercondensatoren met geassocieerde DC-omvormers om energiebesparingen te verwezenlijken in aandrijfsystemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het EconoCap-TETRA project zal de mogelijke energiebesparingen van verschillende toepassingen analyseren. Het onderzoek is van toepassing in aandrijfsystemen of machines onderhevig aan piekbelastingen en/of met energierecuperatie mogelijkheden. De motivatie voor dit onderzoeksproject stoelt op het feit dat bovenstaande applicaties in vele gevallen te maken hebben met een dynamische belasting, waardoor ze werden gedimensioneerd voor maximaal vermogen en bij regimetoestand dus werken met een suboptimaal rendement. Het EconoCap-project wil onderzoek verrichten naar een piekvermogeneenheid op basis van supercapacitoren en een omvormer om het primaire energiereservoir te ontlasten van piekvermogens en efficiënte energierecuperatie toe te laten. De verwachting is duurzamere systemen met een globaal hoger rendement te kunnen verwezenlijken. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Noshin OMAR • JOERI VAN MIERLO • FREDERIK VAN MULDERS
Center for Data Based Modelling and Model Quality Assessment. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het uiteindelijk doel van dit project is een centrum voor systeem identificatie uit te bouwen met als bedoeling het ontwikkelen, vergaren en verspreiden van geavenceerde systeemidentificatiemethoden. Hierbij worden er drie onderzoekslijnen uitgezet: 1) Ontwikkeling van geavenceerde identificatiemethoden voor dynamische systemen 2) Hoge risico onderzoek: ontwikkeling van een niet-asymptotische methodologie die gebruikt kan worden op heel kleine data-sets; identificeren in de aanwezigheid van ruis en modelfouten. 3) Vergaren, verspreiden en netwerking: het doel is om het vakgebied open te stellen voor vorsers uit andere onderzoeksgroepen om enerzijds hun methodologie over te nemen, en anderzijds de identificatietheorieen ter beschikking te stellen. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • RIK PINTELON • YVES ROLAIN • JOANNES SCHOUKENS • Wendy VAN MOER • Ludwig DE LOCHT
"Uitbouw van de tweetalige ECOSCORE databank en website." Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dienstverlening rond de hervorming van de milieubelasting met als titel: "Uitbouw van de tweetalige ECOSCORE databank en website." The aim of this project is to compare the BIM-Ecoscore methodology with the European Cleaner Drive project and to evaluate the usability of the developed Ecoscore to adapt policy instruments (taxation, incentives, consciousness-raising campaign, etc.) in favour of cleaner vehicles. In the continuation projects of Ecoscore, the developed methodology will be used to create a database, consisting of the technical characteristics, fuel consumption, airborne emissions and Ecoscore of every vehicle model marketed in Belgium. On this database, which is maintained and updated by VITO, a quality analysis will be performed on a regular basis. This is done by performing statistical analyses and by taking random samples. Under the coordination of VITO, ETEC will support LNE in the development of a new fiscal system for vehicle taxation, based on Ecoscore. A new website will also be created (www.ecoscore.be), where the consumer, constructor or importer can calculate the Ecoscore of every vehicle type. Organisaties:
• Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Maarten MESSAGIE • NELE SERGEANT • JOERI VAN MIERLO
Electronische circuits en toestellen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit is een algemeen project dat alle kleine projecten die niet volledig gedocumenteerd hoeven te worden groepeert. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Oppervlaktekunde en Analyses Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek en analyse van oppervlakten Organisaties: • Materialen & chemie
Onderzoekers: • HERMAN TERRYN
Electrochemical Science and Engineering. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Electrochemical Science and Engineering. Organisaties: • Materialen & chemie
Onderzoekers: • ANNICK HUBIN
Inverse problems in Computer vision - Image Analysis & interpretation - audiovisual analysis? Vrije Universiteit Brussel Abstract: Inverse problems in Computer vision - Image Analysis & interpretation - audiovisual analysis? Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI
Coding. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Coding Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ADRIAN MUNTEANU
2 verschillende Samenwerkingscontracten. Project 'Logistieke poort Antwerpen' in opdracht van de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Antwerpen. Project 'Logistieke poort Vlaams-Brabant' in opdracht van de Provinciale ontwikkelingsmaatschappij Vla... Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van deze studies is om na te gaan hoe de Antwerpse en Vlaams-Brabantse logistieke regio's verder kunnen uitgebouwd worden ten einde logistieke activiteiten in deze provincies te verankeren en uit te breiden. Hiervoor werd de huidige toestand van de Antwerpse en Vlaams-Brabantse logistieke markt geïnventariseerd oa via goederenstroomanalyses voor de beide provincies. Voor de provincie Antwerpen werd er daarnaast een benchmarking uitgevoerd waarbij de provincie Antwerpen werd vergeleken met andere Europese logistieke regio's. Op basis van de confrontatie van deze twee oefeningen werd een gapanalyse uitgevoerd, d.w.z. het afzetten tegen elkaar van de actuele en de potentiële marktsituatie. Voor Vlaams-Brabant werd ook specifiek de rol van de luchthaven van Zaventem als logistieke poort in detail bestudeerd. Vanuit deze analyses werden vervolgens een aantal speerpunttrajecten gedefinieerd die beogen de posities van de provincies Antwerpen en VlaamsBrabant als Europese logistieke topregio's te versterken en te verdiepen. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Tom VAN LIER • CATHY MACHARIS
Audio en Spraaktechnologie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt de noden van personen die lijden aan dysatrie tegemoet te komen door een software te ontwikkelen die gebruik maakt van spraaktechnologie voor a) de evaluatie van spreektempo, intonatie en klemtonen in voorgelezen spraak en in spontane spraak en b) computer gebaseerde therapie voor het verbeteren van sprrektempo, intonatie en klemtonen op verschillende linguistische niveaus (zin, tekst en spontane spraak) die de patient onmiddelijke feedback geeft en kan gebruikt worden voor thuis-therapie. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • WERNER VERHELST
Modellering van elementaire reacties die bijdragen tot de vorming van geconjugeerde polymeren Universiteit Gent
Abstract: Binnen dit project zullen moleculaire modelleringstechnieken aangewende worden om elementaire reactiestappen die bijdragen tot de vorming van geleidende polymeren te onderzoeken. Deze klasse van polymeren hebben tal van toepassingen en hebben reeds aangetoond groot potentieel te hebben voor nieuwe nanogefunctionaliseerde materialen. De elementaire reactiestappen die optreden in het begin van het polymerizatieproces zijn echter nog niet goed begrepen. Binnen dit project zal ondermeer nagegaan worden indien de polymerizatie verloopt via een anionische of radicalaire route. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Veronique Van Speybroeck
Moleculair biologische analyse van het intracellulair transport van actinebindende proteïnen, en hun rol in de kern Universiteit Gent Abstract: Onderzoek naar pendeltransport van cytoskelet proteïnen naar en uit de kern. Voornamelijk accent op de invloed van nucleaire actine bindende proteïnen op actine-RNA polymerase II interactie, en hun invloed op RNA polymerase II-afhankelijke genexpressie. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Jan Gettemans
Gebruik van piezokeramische sensoren en actuatoren voor de ontwikkeling van composietlaminaten met sensor- en morphing functies Universiteit Gent Abstract: In dit onderzoeksproject wordt het statisch en dynamisch gedrag van composietlaminaten met piezo-transducers bestudeerd, zowel op theoretisch als experimenteel vlak. De sensoriele en morphing capaciteiten van composiet laminaten met extern verlijmde en ingebedde piezotransducers wordt verkend. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Joris Degrieck
Duurzaam en innovatiegericht veredelen van textiel met UV-curable technologie Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Textieltechnologie
Onderzoekers: • Marc Van Parys • Frank Godefroidt
Krachtige Ingebedde Systemen (KIS) Universiteit Gent Abstract: De Associatieonderzoeksgroep ?Krachtige Ingebedde Systemen? bundelt de krachten binnen de Associatie Universiteit Gent rond het thema ?Ingebedde Systemen?. Hierbij werd in eerste instantie gefocust op visiesystemen, gaande van het algoritmisch ontwerp van visiesystemen tot het fysiek ontwerp van het visiesysteem in de vorm van geoptimaliseerde software die draait op een computerarchitectuur of van specifieke hardware, al dan niet herconfigureerbaar. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Jean Van Campenhout
Differentiële beeldvorming: optimalisatie van de technologie ? uitwerking valorisatieplan specifiek toegepast op kwaliteitsbepaling van diamanten Universiteit Gent Abstract: Differentiële beeldvorming is een nieuwe methode voor de detectie van defecten in homogene materialen die industriële toepassingsmogelijkheden heeft. Ze is onder bepaalde omstandigheden immers veel gevoeliger dan standaard X-straleninspectie. Vooral in de diamantsector bestaat er een grote interesse in de technologie. Momenteel is het echter nog niet volledig duidelijk welke defecten te visualiseren zijn en er is nog heel wat onderzoek vereist om de techniek industrieel toepasbaar te maken. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Patric Jacobs • Luc Van Hoorebeke
Image quality improvement of emission tomography Universiteit Gent Abstract: Binnen de nucleaire geneeskunde worden beelden gemaakt van functionele processen door patiënten in te spuiten met een radioactief gemerkte speurstof. Er worden twee tomografische technieken gebruikt: SPECT (Single Photon Emission Tomography) en PET (Positron Emission Tomography). Het technische nadeel van SPECT beeldvorming is dat een betere spatiale resolutie steeds gepaard gaat met een lagere sensitiviteit. Bij PET kan een betere spatiale resolutie en sensititeit worden bekomen dan bij SPECT, door het feit dat hier gewerkt wordt met elektronische collimatie. De belangrijkste beelddegraderende factor in nucleaire geneeskunde is de hoeveelheid ruis in het beeld. Omdat we te maken hebben met Poisson-statistiek kan de ruis in het beeld verminderd worden door meer straling te detecteren. Daarom is het belangrijk om de sensitiviteit van de scanners te maximaliseren en de kwaliteit van de beeldreconstructie te optimaliseren. Dit project richt zich op de verbetering van beeldkwaliteit in emissie-tomografie. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Stefaan Vandenberghe
Ab initio chemische kinetiek: van geïsoleerde moleculen tot supromoleculaire systemen Universiteit Gent Abstract: De focus van dit project is om de chemische kinteiek op een grote varieteit van systemen af te leiden gaande van geïsoleerde naar suparamoleculaire systemen. Teneinde deze doelstelling te bereiken bevat het proejct een methodologisch luik en een toepassingsgericht luik. De toepassingen situeren zich binnen de heterogene katalyse, homogene katalyse en heterocyclische chemie. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Veronique Van Speybroeck
Kwantitatieve multimodale moleculaire beeldvorming Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek zal gericht zijn op het ontwerp, attenuatie correctie en systeem modelering van PET-MR systemen. Daarnaast zullen er ook multipinhole systemen ontworpen worden in het SPECT hardware lab. De applicatie groepen richten zich op de combinatie van verschillende modaliteiten en baseren zich op de ingenieursachtergrond van de groep om verder acquisitie, kwantificatie en beeldregistratie van multimodale data te verbeteren. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Stefaan Vandenberghe
Verstrekken van een opleiding betreffende Elektische aandrijftechniek. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Opleiding in elektrische aandrijftechniek met gelijkstroommotoren. Opleiding in elektrische aandrijftechniek met asynchrone (wisselstroom) motoren. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • PHILIPPE LATAIRE
CHILLY : Verbeterd cut edge corrosiebescherming van geschilderd Al-rijke metallisch gecoat staal. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Om de zoektocht naar de corrosie mechanisme te vereenvoudigen wordt het werk verdeeld in 3 delen: onderzoek naar de actieve staat met continue wetting, onderzoek naar droog/nat cyclussen zoals in externe weercondities en het onderzoek naar de invloed van geometrische effecten. Organisaties: • Materialen & chemie
Onderzoekers: • HERMAN TERRYN
Video content analysis for automated traffic surveillance Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Elektronica
Onderzoekers: • Peter Veelaert
Chemical characterisation of individual fine particulate matter with respect to their health impact. (beurs NOVAKOVIC., Servië) Universiteit Antwerpen Abstract: Chemical characterisation of individual fine particulate matter with respect to their health impact. (beurs NOVAKOVIC., Servië) Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Rene Van Grieken
Digitale confectietechnologieën voor rapid prototyping en confectie van hightech textielmaterialen Hogeschool Gent Abstract: Doelgroep De begunstigden van dit project zijn alle actoren die betrokken zijn binnen de confectieketting bij het ontwikkelen, produceren, commercialiseren en gebruiken van geconfectioneerde artikels. Probleemstelling De noden van de doelgroep situeren zich vooral in het kader van concrete uitdagingen aangaande flexibiliteit, resultaatgerichtheid, kostenbeheersing, procesbeheersing, toegevoegde waarde voor klanten en snelheid in verandering en innovatie. Deze noden vinden hun oorsprong in een aantal technische en socio-economische trends: - Globalisering: niettegenstaande de Vlaamse confectieproducten in het buitenland sterk gewaardeerd en verkocht worden heeft de globalisering ertoe geleid dat deze bedrijven toch gebukt gaan onder een toenemende prijsdruk en een afbouw van de winstmarge. - Drang naar individualisering: consumenten scherpen hun wensen aan en ontwikkelen nieuwe behoeften, voornamelijk gepersonifieerde producten. - Nieuwe materialen: dankzij de vooruitgang in disciplines zoals (bio)chemie, fysica, en polymeer- en materiaalwetenschappen kunnen er voortdurend nieuwe, geavanceerde textielmaterialen worden ontwikkeld. Deze materialen vergen specifieke assemblagetechnieken om tot hun recht te komen. - Digitalisering van het ontwikkelings- het productieproces en de informatiestroom Zwaartepunten van het onderzoek
De zwaartepunten van het onderzoek situeren zich enerzijds rond het realiseren van een doorbraak in de ontwikkeling van een alternatieve, digitale confectietechniek met commercieel verkrijgbare apparatuur. We zullen hiervoor gebruik maken van de nieuwe Cutting Edge DCS-1500 Cutter met CAD-CAM randapparatuur en voorzien van een print/spuitkop voor het digitaal aanbrengen van het kleefmiddel en een drooginstallatie. Anderzijds willen we de huidige situatie op gebied van productontwikkeling, klantenbeheer, planning, logistiek, productie, productieopvolging en distributie optimaliseren door het creëren van integratiemogelijkheden voor CAD-CAM, PDM, 3D-bodyscan binnen de Enterprise Resource Planning. Verwachte resultaten De confectie-industrie evolueert meer en meer naar een kennisgedreven industrie waarbij de waardeketen cruciaal is. Kleding en andere geconfectioneerde materialen worden “engineered & personalised solutions”. De projectresultaten zullen enerzijds de confectiebedrijven ondersteunen om binnen de komende jaren te gaan excelleren in: - een verhoogde flexibiliteit en kostenbeheersing, - kortere leveringstermijnen, - het sneller inspelen op opportuniteiten om te innoveren zowel wat betreft producten, processen als concepten, - het creëren van meer toegevoegde waarde. Daarnaast moet dit project een aanzet vormen om de onderzoekscultuur zowel binnen de opleiding modetechnologie als binnen de confectiesector tot gemeen goed te maken waarbij de afdeling modetechnologie van de Hogeschool Gent zich als waardevolle wetenschappelijke partner van de industrie kan positioneren. Bovendien moet het een voedingsbodem zijn voor up-to-date onderwijs zodat onze afgestudeerden over bijzondere kwalificaties van groot belang voor de industrie van de toekomst beschikken. Organisaties: • Departement Technologie • Vakgroep Mode en Textiel
Onderzoekers: • Martine De Smedt • Alexandra De Raeve
Service de soutien technique permanent pour l'entretien et la réparation des instruments de laboratoire à l'UNIKIN. Etude de réalisation. Universiteit Antwerpen Abstract: Service de soutien technique permanent pour l'entretien et la réparation des instruments de laboratoire à l'UNIKIN. Etude de réalisation. Organisaties: • Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)
Onderzoekers: • Luc Pieters • Jozef Totte
Flow cytometrische analyse van de intracellulaire signaaloverdracht in de basofiel: optimalisatie van allergiediagnostiek en behandeling. Universiteit Antwerpen Abstract: De prevalentie van allergische aandoeningen neemt gestaag toe en de aanpak is daarbij vaak niet eenvoudig. Aansluitend op ons eerder onderzoek beoogt dit project te bevestigen dat het kwantificeren van gefosforyleerde intracellulaire signaalmoleculen via flowcytometrie een aanzienlijke aanwinst kan vormen voor de diagnose en behandeling van allergie¿. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Didier Ebo
Complexatie van DNA met amfifiele kationische verbindingen Universiteit Gent Abstract: Door middel van organische synthese worden amfifiele moleculen gemaakt die met DNA multimoleculaire hydrofobe complexen vormen. Hun efficiëntie bij het intacte transport van DNA tot in de celkern zal met gespecialiseerde biofysische technieken zoals FRAP, DLS, FCS en Single Particle Tracking geëvalueerd worden. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Joseph Demeester
MAPO-Impact van evenwichtsoefening arbeid-gezin op loopbaanverschillen tss mannen en vrouwen in Belgie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De arbeidsmarktsituatie van vrouwen en mannen is niet dezelfde. Dat vrouwen minder verdienen en een kleiner deel van hun werktijd besteden aan gesalarieerde arbeid, is bekend. Vrouwen lijken ook moeilijker carrière te maken. Weinig topposities worden ingenomen door vrouwen of meer algemeen: vrouwen stromen minder vlot door in hiërarchische jobladders. Ze lijken te botsen op een 'glazen plafond' wat resulteert in de zogenaamde verticale segregatie op de arbeidsmarkt. De algemene doelstelling van dit project is om de ontwikkeling van carrièreverschillen tussen vrouwen en mannen in België, beter te begrijpen. De carrièrekloof is het resultaat van een complex samenspel van een veelheid aan invloedsfactoren waaronder persoonlijke kenmerken (opleiding, gezinsituatie, etc.), jobkarakteristieken en discriminatie. Daarnaast hebben ook beleidsmaatregelen een invloed op carrières. In dit onderzoek wordt gefocust op de impact van de spanning arbeid/gezin op de carrièrekloof, wat betrekking heeft op bovengenoemde invloedsfactoren. Vrouwen nemen nog steeds een groter deel van het huishoudelijk werk op zich dan mannen. Dat zorgt voor een moeilijkere combinatie van arbeid en gezin en verklaart ten dele de carrièrekloof. De vraag is in welke mate genderverschillen in de interactie tussen arbeid en gezin de carrièrekloof tussen vrouwen en mannen verklaart. De carrièrekloof op de verschillende carrièreniveaus is bovendien afhankelijk van (1) persoonlijke factoren als het opleidingsniveau en de gezinssituatie, (2) afwijkende arbeidsregelingen zoals deeltijds werk of de mogelijkheid tot telewerken en (3) de aanwezigheid van gezinsvriendelijke maatregelen zoals kinderopvang of de mogelijkheid tot loopbaanonderbreking of thematische verloven. De effecten van die invloedsfactoren laten zich echter niet altijd raden. Zo vermindert de mogelijkheid tot telewerken de spanning arbeid/gezin hoewel het niet ondenkbaar is dat de promotiekansen van telewerkers lager zijn als gevolg van een verminderd contact met de werkplek. Via de Markov-methodologie waarop dit onderzoek beroep doet, kunnen individuen ingedeeld worden in groepen met gelijkaardige transitiekansen tussen de verschillende carrièreniveaus. In een eerste benadering worden de transities in de doorstroming tussen de verschillende loonniveaus
onderzocht. Door te zoeken naar knelpunten in die doorstroming, proberen we de loonkloof vanuit een meer dynamische invalshoek te evalueren. Vervolgens wordt de analyse hernomen voor transities tussen verschillende carrièreniveaus, wat toelaat om promotiekansverschillen tussen vrouwen en mannen in kaart te brengen en te verklaren voor deze niveaus. Om zowel transities in een bedrijf als tussen verschillende bedrijven te kunnen onderzoeken, wordt een carrièreschaal opgemaakt die het carrièrebegrip uitbreidt tot een werkbaar meerdimensionaal concept waarin naast het inkomen ook factoren zoals beroepsstatus en autoriteit worden opgenomen. Het onderzoek zal gebeuren op basis van de gegevens die verzameld werden in de Panel Study on Belgian Households (PSBH). In deze longitudinale dataset (1992-2002) werden individuen herhaaldelijk ondervraagd over hun arbeidssituatie en andere factoren die de evenwichtsoefening arbeid/gezin karakteriseren. Bovendien bevat de PSBH-databank naast individuele gegevens ook informatie op huishoudelijk niveau, wat toelaat om carrièrebeslissingen op gezinsniveau te onderzoeken. De verwachte resultaten van het voorliggende project situeren zich vooral op beleidsmatig vlak, maar ook op het vlak van fundamenteel onderzoek. Op fundamenteel niveau zijn de doelstellingen om (1) de carrière als een meerdimensionaal concept te vertalen in een werkbare carrièreschaal en (2) de kwantitatieve onderbouwing van de gehanteerde Markov-methode te verbeteren. De beleidsmatige doelstellingen zijn (1) het in kaart brengen en verklaren van de carrièrekloof, (2) het in kaart brengen en verklaren van de knelpunten in de ontwikkeling van de loon- en carrièrekloof en (3) het evalueren van de impact van de spanning arbeid/gezin op de carrièreverschillen tussen vrouwen en mannen. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management
Onderzoekers: • MARIE GUERRY
Potentieel van verdere drukverhoging en deeltjes maatinperking bij HPLC kolommen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Potentieel van verdere drukverhoging en deeltjes maatinperking bij HPLC kolommen Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GERT DESMET
Integrale benadering van duurzaam energiebeleid - Een normatieve bijdrage tot beleidsondersteuning (SEPIA). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Belspo. UA levert aan Belspo de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Aviel Verbruggen
Integrale benadering van duurzaam energiebeleid. Een normatieve bijdrage tot beleidsonderteuning (SEPIA)-Sustainable Energy Policy Integrated Assessment-a normative contribution to decision support. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het SEPIA project - Sustainable Energy Policy Integrated Assessment - heeft als onderzoeksonderwerp het aanreiken beleidondersteunings -methodologieën, -procedures, -structuren en -instrumenten te ontwikkelen voor een duurzaam energiebeleid met een specifieke focus op het betrekken van groepen van belanghebbenden (stakeholders). De doelstelling van de studie is het toegankelijk maken en het bediscussiëren van de haalbaarheid van belangrijke aspecten van een duurzaamheidsbeoordeling in de context van het Belgische energiebeleid. Zij streeft ernaar om over het ontwerp van deze beoordeling de consensus en dissensus tussen verschillende stakeholdergroepen te identificeren en aldus de fundamenten te gieten voor een Duurzaamheidsbeoordeling die aangepaste aangepast is aan de context van de Belgische energie besluitvorming. Deze studie erkent daarnaast expliciet de socio-politieke en normatieve achtergrond van het debat op energie kwesties en diens keuzes, met inbegrip van duurzame energie. Door de VUB dient naast een methodologische inbreng ook een specifiek nucleaire deeltaak uitgevoerd waarbij de voornaamste nuclaire energietechnologiosche evoluties worden geschets in historisch perspectief en hun mogelijke impact en constraints worden aangegeven voor de °3 en 4 ° generatie reactoren die nu in ontwikkeling zijn Het project wordt uitgevoerd in het kader van het BELSPO-project "Wetenschap voor Duurzame Ontwikkeling" en loopt van Januari 2008 tot en met December 2010. De onderzoeksmethodologie is interdisciplinair daar deze de integratie nastreeft van inzichten op energie systemen die hun oorsprong kennen in technologische ontwikkelingen, economie, politieke- & sociale wetenschappen en ethiek, terwijl ze tegelijkertijd attent blijft voor de context-afhankelijkheid van deze verschillende soorten kennis (en dit door de integratie van stakeholder inzichten). Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • GILBERT EGGERMONT • Fré MAES • Jean HUGE
In navolging op en rekening houdend met de aanbevelingen in project BRGEOZ116 : Opzet onderzoeksprogramma (rond WiFI architectuur) om te komen tot een werkbaar infrastructureel model. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Oprichting en exploitatie van een proeftuin op basis van een open innovatieplatform voor het ontwikkelen en testen van mobiele, community- en location-based services, gebaseerd op draadloze netwerktechnologie: Service Delivery-platform. Organisaties: • Studies van Media Informatie en Tele-Communicatie • Elektronica en Informatica • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • CAROLINE PAUWELS • PIETER BALLON • PETER SCHELKENS
Multi-camera video analysis Hogeschool Gent
Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Elektronica
Onderzoekers: • Peter Veelaert • Francis Deboeverie
UV-curable yarn finishing with carbon nanotubes to obtain yarns with good permanency of conductive properties Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Textieltechnologie
Onderzoekers: • Marc Van Parys
Spatiale uitbreiding voor classificatie van multispectrale beelden. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is om nieuwe statistische modellen voor spatiale classificatietechnieken te ontwikkelen voor multispectrale en hyperspectrale aardobservatiegegevens waarbij spectrale, polarimetrische en spatiale informatie gelijktijdig worden behandeld. De methodologie is gebaseerd op de volgende pijlers: 1. het gebruik van multiresolutietechnieken; 2. het gebruik van Bayesiaanse principes, 3. het gebruiken en het ontwikkelen van nieuwe meerwaardige Markov Random Veld-modellen Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Paul Scheunders
Optimaliseren van geFocusseerde-IonenBundel (FIB) specimen bereiding van legeringen voor transmissie elektronenmicroscopie. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het project is het optimaliseren en standaardiseren van de FIB preparatiemethoden voor een bepaalde klasse van materialen, nl. legeringen met een grote verscheidenheid aan elementen en vormen en met het oog op kwantitatieve TEM. Daarnaast worden ook toepassingen op andere materialen en thema's onderzocht, zoals preparatie van tomografie stalen en apertures. elektron Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dominique Schryvers
Een nieuwe meettechniek gekoppeld aan een nieuwe modelbenadering voor de bepaling van de effectieve valsnelheid van een flocculerend sediment in estuaria. Universiteit Antwerpen Abstract: (1) De voornaamste doelstelling van dit onderzoeksvoorstel is de ontwikkeling van een nieuw en betrouwbaar systeem voor het opmeten in-situ en in real-time van de beweging van zwevende partikels tegelijkertijd met de meting van de turbulentie en van de grootte en de valsnelheid van de partikels. Dit moet toelaten om voornoemde tekortkomingen van de gangbare technieken te boven te komen. (2) Het toepassen van de nieuw ontwikkelde techniek en het bestuderen van de interactie tussen de valsnelheid van de partikels en de turbulentie op mesoschaal in het laboratorium en op macroschaal in de Schelde. (3) Tenslotte wil dit onderzoeksproject de kloof dichten tussen de veldwaarnemingen enerzijds en de simulatie en de voorspelling van de flocculatie aan de hand van wiskundige modellen anderzijds. Dit houdt in dat er een terugkoppeling plaats vindt van het model naar de interpretatie van de metingen uitgevoerd met de nieuwe techniek. Zodoende zal de complementaire en multidisciplinaire aard van dit onderzoeksvoorstel leiden tot een karakterisering van het verband tussen de waterstroming enerzijds en de interactie tussen vlokken en turbulentie anderzijds, en tot de ontwikkeling van een geïntegreerd sedimenttransportmodel dat met de realiteit overeenstemt en toepasbaar zal zijn in beheersbeslissingen. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire