990573
24-07-2000
14:26
Pagina 1
Monitor Administratieve Lasten Bedrijven: 1993-1998 Doelstelling Paars 1 getoetst J.J. Boog mevr. dr. B.I. van der Burg mevr. S.H. van Croonenburg drs. A.F.M. Nijsen G. Regter mevr. drs. M.J.F. Tom
Zoetermeer, juni 1999
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 2
ISBN: 90-371-0730-3 Prijs: ƒ 50,Bestelnummer: A9901
EIM is een onderzoeksbureau met 170 professionals. EIM verschaft beleidsgerichte en praktijkgerichte informatie van sociaal-economische aard voor en over alle sectoren van het bedrijfsleven en voor beleidsinstanties. EIM is gevestigd in Zoetermeer. Behalve op Nederland richt EIM zich ook op de Europese economie en op andere continenten. Voor meer informatie over EIM en wat EIM voor u kan betekenen, kunt u contact met ons opnemen. Adres: Postadres: telefoon: telefax: Website:
Italiëlaan 33 Postbus 7001 2701 AA Zoetermeer 079 341 36 34 079 341 50 24 www.eim.nl
De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij EIM. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldiging en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van EIM. EIM aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. The responsibility for the contents of this report lies with EIM. Quoting of numbers and/or texts as an explanation or support in papers, essays and books is permitted only when the source is clearly mentioned. No part of this publication may be copied and/or published in any form or by any means, or stored in a retrieval system, without the prior written permission of EIM. EIM does not accept responsibility for printing errors and/or other imperfections.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 3
Inhoud Samenvatting en evaluatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5 1 1.1 1.2 1.3 1.4
Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11 Aanleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11 Doelstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12 Probleemstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13 Opbouw van het rapport . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
2 2.1 2.2 2.2.1 2.2.2
Methodiek van MISTRAL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15 Werkwijze . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .16 Werkwijze bij het bepalen van de omvang van administratieve lasten . . . . . .16 Werkwijze bij het bepalen van de ontwikkeling van administratieve lasten . . .20
3 3.1 3.2 3.2.1 3.2.2 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.3.4 3.3.5
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993 . . . . . . . .23 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23 De omvang van administratieve lasten in 1993 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23 Totale omvang administratieve lasten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24 De samenstelling van de administratieve lasten in 1993 . . . . . . . . . . . . . . . .24 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24 Administratieve lasten naar wetgevingsdomeinen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25 Administratieve lasten naar grootteklasse werknemers . . . . . . . . . . . . . . . . .27 Administratieve lasten naar sectoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30 Administratieve lasten en het nut voor de eigen bedrijfsvoering . . . . . . . . . . .32
4 4.1 4.2 4.3 4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.3.4 4.4 4.4.1 4.4.2
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998 . . . .35 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35 Welke acties heeft ‘Paars 1’ in gang gezet? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36 Wetgevingsdomeinen in MISTRAL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38 Totaal MISTRAL-wetgevingsdomeinen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38 Ontwikkeling administratieve lasten MISTRAL ‘uitoefenen onderneming’ . . . .40 Ontwikkeling administratieve lasten MISTRAL ‘werknemers in dienst’ . . . . . .44 Wetgevingsdomeinen buiten MISTRAL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .48 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .48 Ontwikkeling administratieve lasten buiten MISTRAL ‘uitoefenen onderneming’ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .49 Ontwikkeling administratieve lasten buiten MISTRAL ‘werknemers in dienst’ .55 Totaaloverzicht wetgevingsdomeinen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .57
4.4.3 4.5
3
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 4
Inhoud
4.5.1 4.5.2 4.5.3 4.5.4
Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .57 Totaal wetgevingsdomeinen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .57 Ontwikkeling administratieve lasten ‘uitoefenen onderneming’ . . . . . . . . . . .58 Ontwikkeling administratieve lasten ‘werknemers in dienst’ . . . . . . . . . . . . .59
I II
Bijlagen Overzicht wetswijzigingen 1993-1998 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .61 Werkgelegenheidseffecten van een verlaging van de administratieve lasten . . .67
4
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 5
Monitor Administratieve Lasten Bedrijven: 1993-1998
Samenvatting en evaluatie Aanleiding van het onderzoek De kosten die het bedrijfsleven moet maken om aan administratieve of procedurele verplichtingen te voldoen worden administratieve lasten genoemd. Het gaat daarbij om wettelijk verplichte informatie die het bedrijfsleven levert aan overheden en uitvoeringsinstanties. Het streven naar vermindering van administratieve lasten is op dit moment één van de belangrijke politieke onderwerpen. Zo heeft de staatssecretaris van Economische Zaken aangegeven dat de doelstelling om, in de kabinetsperiode 1994-1998, de administratieve lasten voor het bedrijfsleven met 10% te verminderen, is gehaald1. De staatssecretaris af daarbij tegelijkertijd aan dat een verdere vermindering nodig is. Ook de Kamer wil een verdere vermindering. Er is een motie aangenomen om te streven naar een reductie met 25%2. De staatssecretaris heeft overigens aangegeven dat de nagestreefde reductie met 25% al inclusief de eerder beoogde 10% is3. Door EIM is op verschillende wetgevingsdomeinen onderzoek gedaan naar de hoogte van administratieve lasten. Informatie over administratieve lasten veroudert snel in een tijd waar marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit centraal staan. Daarom is het noodzakelijk de relevante ontwikkelingen gestructureerd en actueel te volgen. Via een systeem van monitoring wil EIM, met ingang van 1999, elk jaar berichten over de ontwikkeling van de administratieve lasten. Het voorliggende rapport is het eerste van deze serie. Deze eerste rapportage bestrijkt de periode 1993-1998. Probleemstelling De probleemstelling van het onderzoek is tweeledig: • Welke zijn het niveau en de samenstelling van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven in 1993? • Welke zijn de ontwikkeling van de totale administratieve lasten en de samenstellende delen voor het bedrijfsleven in de periode 1993-1998?
1 2 3
Verlichting administratieve verplichtingen bedrijfsleven, Tweede Kamer, vergaderjaar 19971998, 19 071, nr. 13, april 1998. Motie van Remkes c.s., Tweede Kamer, vergaderjaar 1997-1998, 25 600, nr. 17, november 1997. Verlichting administratieve verplichtingen bedrijfsleven, Tweede Kamer, vergaderjaar 19971998, 19 071, nr. 14, augustus 1998.
5
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 6
Samenvatting en evaluatie
Resultaten MISTRAL1 bevat data voor zeven wetgevingsdomeinen: Vennootschapsbelasting, Dividendbelasting, Inkomstenbelasting, Omzetbelasting, Jaarrekening, Loonheffing en Werknemersverzekeringen. Deze domeinen dekken 50% (8,2 miljard gulden in 1998 voor de in MISTRAL opgenomen domeinen) van de relevante wetgeving. Voor de MISTRAL-domeinen is de ontwikkeling van de administratieve lasten voor de periode 1993-1998 in kaart gebracht en uitgedrukt in de administratieve lasten index (ALADIN). De ontwikkelingen voor de overige domeinen – de belangrijkste zijn Ziekteverzuim, Arbeidsomstandigheden en Milieu – zijn door EIM zo goed mogelijk geschat2. tabel 1
niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven; 1993-1998
domeinen
1993
1998
mutatie 1993-1998
in miljarden guldens
in miljarden guldens
in procenten
in miljarden guldens
Met beleid
12,91
16,516,55
+ 2828
+ 3,63,64
Zonder beleid
12,91
17,48
+ 35
+ 4,57
Verschil met en zonder beleid
- 5,35*
- 00,939
Doelstelling ‘Paars 1’
- 10,0
- 1,75
* 5,3% van 17,48 miljard gulden. Bron: EIM.
In 1993 bedroegen de totale structurele administratieve lasten 12,9 miljard gulden (2,2% van het BNP) ofwel 20.700 gulden gemiddeld per onderneming.3 De structurele administratieve lasten (jaarlijks terugkerend) voor het bedrijfsleven bedragen in 1998 circa 16,55 miljard gulden (zie tabel 1). Dat is 2,2% van het BNP. Sedert 1993 zijn deze lasten met 28% gestegen (+3,64 miljard gulden), voornamelijk als gevolg van het 1 2 3
6
Zie hoofdstuk 2 voor een beschrijving van MISTRAL. Zie paragraaf 4.4.1 voor een beschrijving van het schattingsproces voor niet-MISTRAL gebieden. Eerdere ramingen van EIM voor 1993 gaven 13,1 miljard gulden aan. Voor het verkrijgen van een betrouwbare startwaarde voor de indexering was herberekening met MISTRAL nodig. Deze herberekening resulteerde in 12,9 miljard gulden voor 1993. Het verschil met de eerdere raming is niet relevant, zeker niet voor de ontwikkeling.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 7
Samenvatting en evaluatie
fors toegenomen aantal bedrijven, de gegroeide werkgelegenheid en de gestegen lonen. Zonder beleid zou de stijging zelfs 35% hebben bedragen. ‘Paars 1’ heeft de administratieve lasten derhalve verminderd met 0,93 miljard (-5,3% van 17,48 miljard gulden). De doelstelling van 10% vermindering van administratieve lasten is echter niet gehaald. Daarvoor was een vermindering met 1,75 miljard gulden (10% van 17,48 miljard) nodig geweest. De daling van de administratieve lasten met 930 miljoen gulden leidt in de periode 2000-2008 naar verwachting tot een geringe daling van de werkgelegenheid met 0,1% (in 2000 gaan 5.600 arbeidsplaatsen verloren en in 2008 loopt dat af naar een verlies van 4.300 arbeidsplaatsen). Met name in de zakelijke dienstverlening is sprake van een verlies aan arbeidsplaatsen (- 0,4%) als gevolg van het minder uitbesteden van administratieve werkzaamheden. Tegenover de licht dalende werkgelegenheid staat een lichte groei van de export en de brutoproductie (beide + 0,1%). De groei van de export is het gevolg van efficiencywinst (dezelfde productie met minder mensen) welke leidt tot een lichte daling van de prijzen. Dit versterkt de concurrentiepositie van de bedrijven, waardoor export en productie stijgen. MISTRAL-domeinen De grootste vermindering van administratieve lasten als gevolg van beleid is gerealiseerd binnen de MISTRAL-domeinen in het algemeen (-7%) en voor het terrein ‘werknemers in dienst nemen’ in het bijzonder (-14,3%). Met name de Commissie Van Lunteren heeft substantiële reducties gerealiseerd. Binnen de MISTRAL-domeinen is door beleidsinspanning een totale lastenvermindering van 0,61 miljard gulden gerealiseerd (-7%). Het vervallen van de verplichting om kolom 18 van de loonstaat (onbelaste kostenvergoedingen en verstrekkingen) in te vullen, is goed voor 0,42 miljard gulden aan lastenverlichting. Het gaat hier om een verplichting van zowel het Ministerie van Financiën (Loonheffing) als het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Werknemersverzekeringen). De Commissie Van Lunteren heeft dit initiatief genomen. Een andere belangrijke oorzaak van de lastenvermindering (-0,14 miljard gulden) betreft de verhoging van de criteriagrenzen bij de Wet op de Jaarrekening (verplichting van het Ministerie van Justitie), waardoor veel bedrijven een minder zware informatieverplichting (verschuiving van de grote verplichting naar de middelgrote en kleine verplichting) hebben gekregen.
7
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 8
Samenvatting en evaluatie
Niet-MISTRAL-domeinen Buiten de MISTRAL-domeinen zijn de administratieve lasten als gevolg van beleidsinspanningen gedaald met 3,7% (0,32 miljard gulden in prijzen 1998). Een grotere reductie als gevolg van beleid is gerealiseerd binnen het domein ‘het voeren van een onderneming’, te weten -6,7% ofwel 0,41 miljard gulden jaarlijks. VROM heeft een lastenvermindering bewerkstelligd van 0,1 miljard als gevolg van de wijziging van het inrichtingen- en vergunningenbeleid binnen de Milieuwetgeving. Een andere belangrijke daling van de administratieve lasten is het gevolg van verkorting van de bewaarplicht van 10 naar 7 jaar. Het gaat hier om het bewaren van documenten – rekeningen en dergelijke – voor controledoeleinden. Dit levert 0,14 miljard aan lastenvermindering op. Het gaat om een initiatief van de Ministeries van Financiën en Justitie. Andere belangrijke reducties van de administratieve lasten betreffende ‘het voeren van een onderneming’ zijn: • minder vergunningen en diplomakosten in het kader van de wijziging van de Vestigingswet (-0,1 miljard), initiatief van EZ; • verlichting enquêtedruk (-81 miljoen); een initiatief van het CBS. Door invoering van regels door het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij omtrent het bijhouden van een administratie en verstrekking van gegevens in het kader van het Mineralen Aangiftesysteem (MINAS) zijn de administratieve lasten toegenomen (minimaal 0,1 miljard gulden). Binnen het domein ‘in dienst hebben van werknemers’ is sprake van een stijging van de administratieve lasten als gevolg van beleid, en wel met +3,7% (0,09 miljard gulden). De belangrijkste oorzaken liggen op het beleidsveld Ziekteverzuim/arbo (toename minimaal 0,2 miljard gulden). In 1994 zijn op dit terrein vier nieuwe verplichtingen ingevoerd, te weten de risico-inventarisatie en evaluatie, de verzuimregistratie, het inschakelen van een Arbodienst en het opstellen van reïntegratieplannen. Het gaat hier in alle gevallen om wetgeving van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Vervanging van de Wet Bevordering Evenredige Arbeidsdeelname Allochtonen (WBEAA) door de Wet Stimulering Arbeidsdeelname Minderheden (Wet Samen) waardoor werkgevers jaarlijks nog maar één schriftelijk stuk behoeven aan te leveren, reduceert de administratieve lasten met 0,1 miljard gulden. Dit is een initiatief van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
8
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 9
Samenvatting en evaluatie
Evaluatie beleid tot nu toe Het beleid om administratieve lasten terug te dringen wordt gekenmerkt door veel maatregelen (69 veranderingen in de rapportageverplichtingen van bedrijven middels informatieoverdracht via berichten aan de overheid). Slechts een beperkt aantal maatregelen heeft een substantieel verlagend effect. Er is kennelijk gekozen voor het verwijderen van kiezelstenen, terwijl de rotsblokken onaangeroerd blijven. Ook komt het nog te vaak voor dat het aantal berichten toeneemt (in 40% van de gevallen) of dat het bericht complexer wordt (4%). Naar verhouding hebben veel wijzigingen betrekking op het verminderen van het aantal berichten (vooral via het verkleinen van het aantal rapportageplichtige bedrijven). De inhoud van de berichten (verschillende definities, te veel veranderingen) en zeker de administratieve infrastructuur (dubbele gegevensuitvraag) hebben minder aandacht gekregen. En daar valt nu juist een grote besparing te halen. Kortom, het huidige beleid opereert te veel binnen de bestaande structuren. De huidige besparingen zouden bij dit beleid wel eens het maximaal haalbare kunnen zijn. Continuering van de ‘kaasschaaf‘-aanpak roept twijfels op over de volgende slag in de strijd tegen de ‘Heerendiensten’ die met nog eens 20% omlaag moeten in de periode 1998-2002.1 Dat is een geweldige opgave, die een meer fundamentele aanpak vergt.
1
15% volgens ‘Regeringsverklaring 1998’ van 25 augustus 1998 en nog eens 5% vanwege het achterblijven bij de doelstelling van ‘Paars 1’.
9
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 10
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 11
Monitor Administratieve Lasten Bedrijven: 1993-1998
1
Inleiding
1.1
Aanleiding
De kosten die het bedrijfsleven moet maken om aan administratieve of procedurele verplichtingen te voldoen worden administratieve lasten genoemd. Het gaat daarbij om wettelijk verplichte informatie die het bedrijfsleven levert aan overheden en uitvoeringsinstanties. Het streven naar vermindering van administratieve lasten is op dit moment één van de belangrijke politieke onderwerpen. Zo heeft de staatssecretaris van Economische Zaken aangegeven dat de doelstelling om, in de kabinetsperiode 1994-1998, de administratieve lasten voor het bedrijfsleven met 10% te verminderen, is gehaald1. De staatssecretaris gaf daarbij tegelijkertijd aan dat een verdere vermindering nodig is. Ook de Kamer wil een verdere vermindering. Er is een motie aangenomen om te streven naar een reductie met 25%2. De staatssecretaris heeft overigens aangegeven dat de beoogde reductie met 25% inclusief de eerder beoogde 10% is3.
Is de doelstelling van 10% administratieve lastenverlichting in de kabinetsperiode 1994-1998 daadwerkelijk bereikt? De staatssecretaris van Economische Zaken, ten tijde van ‘Paars 1’, heeft gesteld dat de doelstelling van het eerste Paarse kabinet is gehaald. Een fijnmazige cijfermatige onderbouwing van deze constatering is daarbij niet gegeven. EIM laat in dit rapport zien dat deze doelstelling cijfermatig kan worden getoetst. Door EIM is op verschillende wetgevingsdomeinen onderzoek gedaan naar de hoogte van administratieve lasten. Informatie over administratieve lasten veroudert snel in een tijd waar marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit centraal staan. Daarom is het noodzakelijk de relevante ontwikkelingen gestructureerd en actueel te volgen. Via een systeem van monitoring wil EIM, met ingang van 1999, elk jaar berichten over de ontwikkeling van de administratieve lasten. Het voorliggende rapport is het eerste van deze serie. Deze eerste rapportage bestrijkt de periode 1993-1998. 1 2 3
Verlichting administratieve verplichtingen bedrijfsleven, Tweede Kamer, vergaderjaar 19971998, 19 071, nr. 13, april 1998. Motie van Remkes c.s., Tweede Kamer, vergaderjaar 1997-1998, 25 600, nr. 17, november 1997. Verlichting administratieve verplichtingen bedrijfsleven, Tweede Kamer, vergaderjaar 19971998, 19 071, nr. 14, augustus 1998.
11
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 12
Inleiding
Niet alleen ondernemers hebben te maken met administratieve lasten. Ook burgers en de overheid hebben daarmee te maken. Bij de overheid of de uitvoerende instanties is niet zozeer sprake van administratieve lasten, maar van beheers- of uitvoeringskosten. In dit rapport gaat het om de administratieve lasten voor het bedrijfsleven.
1.2
Doelstelling
EIM heeft de afgelopen jaren tientallen onderzoeken naar de hoogte van administratieve lasten gedaan op uiteenlopende terreinen. Bij deze onderzoeken is gebruikgemaakt van MISTRAL, MeetInSTRument Administratieve Lasten. De gegevens van die onderzoeken zijn systematisch vastgelegd en opgenomen in een database. Door deze gestandaardiseerde aanpak van het onderzoek naar administratieve lasten is een overzichtelijk, systematisch, betrouwbaar en actueel model annex database ontwikkeld. Dit maakt het mogelijk om: 1. het overzicht te behouden over de wetgevingsdomeinen binnen MISTRAL; 2. wijzigingen binnen wetgevingsdomeinen te volgen; 3. gestructureerd de data te actualiseren; 4. informatie paraat te hebben, zodat snel en efficiënt eventuele beleidsvragen kunnen worden beantwoord en/of onderzoek kan worden uitgevoerd; 5. voor beleidsmakers bij overheid en bedrijfsleven regelmatig een actueel cijfer over administratieve lasten te presenteren. Om de administratieve lasten van de wetgevingsdomeinen die niet in MISTRAL zijn opgenomen in kaart te brengen heeft EIM, behalve van eigen expertise, gebruikgemaakt van de verslaglegging van het Ministerie van Economische Zaken aan de Tweede Kamer. Het gaat om de Kamernotities: Naar minder administratieve lasten (27 juni 1995), Voortgang vermindering administratieve lasten (14 juli 1997), Stand van zaken project vermindering van de administratieve lastendruk (14 april 1998) en het Verslag van algemeen overleg verlichting administratieve verplichtingen bedrijfsleven (26 augustus 1998). Om de juiste data van inwerkingtreding te vinden is gebruikgemaakt van de opmaat gegevens van SDU op Internet1. Aan de hand van bovenstaande rapportages heeft EIM een inschatting gemaakt van de administratieve lasten voor de niet-MISTRAL-domeinen. Dit door gebruik te maken van de MISTRAL-methode (zie paragraaf 4.4.1).
1
12
Het juiste Internetadres is opmaat.sdu.nl. Hier bevinden zich alle Kamerstukken, Staatsbladen enz. vanaf 1995.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 13
Inleiding
1.3
Probleemstelling
De probleemstelling van het onderzoek is tweeledig: • Welke zijn het niveau en de samenstelling van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven in 1993? • Welke zijn de ontwikkeling van de totale administratieve lasten en van de samenstellende delen voor het bedrijfsleven in de periode 1993-1998?
1.4
Opbouw van het rapport
Na deze inleiding wordt in hoofdstuk 2 ingegaan op de methode die is gehanteerd voor het volgen van de ontwikkelingen. Daarna komen in hoofdstuk 3 de omvang en samenstelling van de administratieve lasten in het jaar 1993 aan de orde. In hoofdstuk 4 komt de ontwikkeling van de administratieve lasten in de periode 1993-1998 aan bod.
13
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 14
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 15
Monitor Administratieve Lasten Bedrijven: 1993-1998
2
Methodiek van MISTRAL
2.1
Inleiding
EIM heeft brede ervaring opgedaan met onderzoeken naar administratieve lasten. Deze onderzoeken zijn van elementaire waarde geweest bij de ontwikkeling van het model, waarmee de administratieve lasten kunnen worden gemeten. Vanuit deze expertise is, in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken, het MeetInSTRument Administratieve Lasten (MISTRAL) ontwikkeld. MISTRAL is via een aantal fasen ontwikkeld. In fase 1 is een methodiek ontwikkeld om administratieve lasten te schatten. Tevens heeft een eerste toetsing van de praktische bruikbaarheid van het model op het terrein van de loonheffing en werknemersverzekeringen plaatsgevonden. In fase 2 zijn de behoeften in het beleidsveld gepeild ten aanzien van MISTRAL in het algemeen en het Classificatiesysteem Administratieve Handelingen (CASH)1 in het bijzonder. Meetmethoden zijn geïnventariseerd en uitgetest. In fase 3 is MISTRAL verder uitgebreid en ingevuld. Het bericht vormt het basisconcept in MISTRAL. In termen van MISTRAL is een bericht een min of meer unieke combinatie van administratieve handelingen. Binnen MISTRAL worden de administratieve lasten van het bedrijfsleven gedefinieerd als de kosten ven het berichtenverkeer. In formule:
kosten berichtenverkeer
= aantal berichten x kosten per bericht
kosten per bericht
= aantal handelingen x kosten per handeling
kosten per handeling
= tijd x tarief
Uiteindelijk is MISTRAL ontwikkeld en toegepast op een aantal nietfiscale wetsdomeinen. Bijvoorbeeld op de wetgevingsdomeinen van de Werknemersverzekeringen en de Jaarrekening. Daarnaast is MISTRAL toegepast om beheers- c.q. uitvoeringskosten bij uitvoeringsinstanties te meten. Met het model kunnen eenvoudig diverse uitvoeringsvarianten van bepaalde wetgeving in kaart gebracht worden en bezien worden op hun kosten. Ook kan op deze wijze bepaald worden welke variant ‘best practice’ is (meest efficiënte, doelmatige variant) en welke variant de ‘actual practice’ (gemiddelde variant) is.
1
In CASH zijn alle voorkomende administratieve handelingen geordend. Per handeling is een standaardtijd bepaald. Dit om te kunnen abstraheren van het unieke op elk wetgevingsterrein.
15
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 16
Methodiek van MISTRAL
Het equivalent op fiscaal gebied is het Standaardkostenmodel Fiscale Administratieve Verplichtingen, dat EIM in opdracht van het Ministerie van Financiën heeft ontwikkeld1. Met dit model zijn de administratieve lasten gemeten van de wetgevingsdomeinen Omzetbelasting, Inkomstenbelasting, Vennootschapsbelasting, Dividendbelasting, Loonbelasting/Premies Volksverzekeringen (Loonheffing) en het fiscale deel van de Jaarrekening. Voor deze wetgevingsdomeinen zijn vrijwel alle administratieve verplichtingen, berichten en handelingen in kaart gebracht. In het rapport wordt voor het gemak voor zowel het fiscale als het niet-fiscale model de term MISTRAL gebruikt.
2.2
Werkwijze
In de eerste plaats wordt de werkwijze toegelicht die is gehanteerd bij het vaststellen van de omvang van de administratieve lasten. In de tweede plaats wordt de werkwijze uiteengezet die is gevolgd voor de bepaling van de ontwikkeling van de administratieve lasten.
2.2.1 Werkwijze bij het bepalen van de omvang van administratieve lasten Een meting van de administratieve lasten via MISTRAL vindt plaats volgens de zogenoemde bottom-up-methode. Er wordt dan gemeten op het niveau van werkprocessen (berichten of handelingen). Tegenover de bottom-up-methode staat de topdown-methode. Bij de topdown-methode worden de administratieve lasten gemeten op een hoog aggregatieniveau. De bottom-up-methode is het meest zuiver. Een voorbeeld kan dit verduidelijken. Stel: men wil graag weten wat de omvang is van de jaarlijks terugkerende (structurele) administratieve lasten voor het bedrijfsleven voor de Loonheffing. Dan kan de vraag in het veldonderzoek op twee uiteenlopende manieren worden voorgelegd: a. via bottom-up-methode: wij hebben voor u de 100 regelingen binnen de Loonheffing in kaart gebracht. Per regeling zijn we nagegaan welke administratieve handelingen voorkomen. Wilt u bij elke regeling per handeling aangeven: hoe vaak, in welke tijd en tegen welk tarief ze worden uitgevoerd? Indien uitbesteed, wat zijn daarvan de kosten? b. via topdown-methode: wat zijn voor uw onderneming de administratieve lasten op het wetgevingsterrein van de Loonheffing? 1
16
Voor een toelichting op dit model wordt verwezen naar ‘Standaardkostenmodel Fiscale Administratieve Verplichtingen: modules Loonheffing en Omzetbelasting’, EIM, 1996.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 17
Methodiek van MISTRAL
De bottom-up-methode is dusdanig gedetailleerd en daardoor onderbouwd, dat een optelling van de kosten per regeling een zuiver beeld geeft van de totale administratieve lasten voor de Loonheffing. Via deze methode kan ook onderscheid worden gemaakt tussen eenmalige aanpassingskosten en jaarlijks terugkerende (structurele) administratieve lasten. Ook kan het onderscheid tussen bedrijfsadministratie en wettelijke verplichtingen worden gemaakt. Een groot voordeel van de bottom-up-methode is dat beleidsvoornemens relatief eenvoudig ex ante doorgerekend kunnen worden. Onderzoek via de bottom-up-methode is, zoals gezegd, het meest zuiver. Wel is onderzoek volgens de bottom-up-methode arbeidsintensief en daarom kostbaar. Opzet, dataverzameling en uitwerking kosten veel tijd. Ook is de administratieve belasting voor respondenten initieel groter. Dat is ook de reden waarom nog niet alle wetgevingsdomeinen in MISTRAL zijn opgenomen. De topdown-methode geeft enkel een globale indicatie, waarbij een nadere onderbouwing mankeert. Vaak worden de eenmalige aanpassingskosten bij de topdown-methode vermengd met de jaarlijks terugkerende administratieve lasten. Ook de perceptie van ondernemers speelt een rol. Deze topdown-methode werkt alleen als voor het gehele bedrijfsleven in een betrekkelijk kort tijdsbestek een globale indruk van de administratieve lasten moet worden verkregen1. Een dergelijk ‘topdown’-onderzoek heeft EIM in 1994 in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken uitgevoerd (verder het topdown-onderzoek te noemen, in de wandeling ook wel ‘het onderzoek van de 13 miljard’ genoemd). Het betrof een ruw, tentatief onderzoek, uitgevoerd over vrijwel alle wetgevingsdomeinen. Dat onderzoek geeft een overzicht van de totale geschatte omvang van administratieve lasten voor het bedrijfsleven in 19932. Op verzoek van het Ministerie van Economische Zaken is dezelfde methodiek en samenstelling gehanteerd als bij een eerder onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen3. Vandaar dat een aantal wetgevingsdomeinen ook niet was opgenomen. Met name de wetgevingsdomeinen behorend tot de departementen van Verkeer en Waterstaat (V&W) en Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV) ontbreken. 1
2 3
B.I. van der Burg en A.F.M. Nijsen, ‘How can administratieve burdens of enterprises be assessed?, Different methods: advantages and disadvantages’. Ook opgenomen in rapport van het T.M.C. Asser Instituut ‘Improving the quality of legislation in Europe’, Kluwer Law International, 1998. J.J. Boog e.a. Administratieve Lasten Bedrijven 1993, mei 1994, EIM, Zoetermeer. M.A. Allers, Kosten van overdrachten voor ondernemingen, Onderzoeksmemorandum nr. 389, Instituut voor Economisch Onderzoek, Rijksuniversiteit Groningen, 1990.
17
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 18
Methodiek van MISTRAL
In tabel 2 is een overzicht gegeven van alle wetgevingsdomeinen zoals opgenomen in het topdown-onderzoek. Tevens is aangegeven welke wetgevingsdomeinen ook met MISTRAL zijn gemeten. tabel 2
overzicht wetgevingsdomeinen van het topdown-onderzoek 1993*
gemeten wetgevingsdomeinen topdown-onderzoek via MISTRAL In dienst hebben werknemers heffing loonbelasting en premies sociale verzekeringen x ziekteverzuim/inzet bijzondere groepen arbeidsovereenkomsten en medezeggenschap arbeidsomstandigheden overheidstoezicht en -controle x loonbelasting/ premies sociale verzekeringen Uitoefenen van een onderneming vennootschaps-, dividend- en inkomstenbelasting BTW en accijnzen jaarrekeningen milieu gemeentelijke heffingen PBO/KvK-verordeningen en -heffingen informatieverstrekking CBS import-/exportbepalingen, vervoersvergunningen overheidstoezicht en -controle
niet gemeten via MISTRAL
x x x x overig
x x BTW x
x accijns x x x x
x x vennootschaps-, x overig dividend- en inkomstenbelasting, BTW, jaarrekening
* Administratieve Lasten Bedrijven 1993.
Hét probleem dat moest worden opgelost vormde de integratie van het topdown-onderzoek over het jaar 1993 en de bottom-up toepassingen met MISTRAL uit latere jaren. Kortom, hoe is met behulp van MISTRAL een nieuwe startwaarde voor het niveau van de administratieve lasten in het jaar 1993 bepaald? Het ‘MISTRAL-niveau’ van de administratieve lasten voor het jaar 1993 is opgebouwd vanuit de volgende drie uitgangspunten/categorieën: I. de wetgevingsdomeinen waarvoor EIM de administratieve lasten heeft gemeten via MISTRAL genieten de voorkeur boven (en komen in de plaats van) de uitkomsten van het topdown-onderzoek; II. de resterende wetgevingsdomeinen blijven de omvang van de administratieve lasten van het topdown-onderzoek behouden. Dit bij gebrek aan MISTRAL-gegevens. Er zijn twee uitzonderingen:
18
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 19
Methodiek van MISTRAL
A. het wetgevingsterrein Milieu. Bij de administratieve lasten op het wetgevingsterrein Milieu wordt de voorkeur gegeven aan weergave van de uitkomsten van het onderzoek dat Moret, Ernst & Young1 heeft verricht. De reden daarvan is dat de wijze van meting globaal de richting van de bottom-upmethode van MISTRAL benadert; B. de statistiekverplichtingen van het CBS. De tijdbesteding aan statistiekverplichtingen door ondernemers of kantoren, en de daaruit af te leiden administratieve lasten, gemeten met de CBS-Enquêtedrukmeter, genieten de voorkeur boven de cijfers van het topdown-onderzoek; III. de wetgevingsdomeinen die niet in het topdown-onderzoek waren opgenomen worden toegevoegd. Het betreft de wetgevingsdomeinen van de Ministeries van V&W en LNV voorzover daar voor het bedrijfsleven administratieve lasten uit voortvloeien2. Het via deze werkwijze verkregen niveau van de administratieve lasten in 1993 is in hoofdstuk 3 van dit rapport gehanteerd als startwaarde voor de ontwikkelingen in de jaren daarna. Een vergelijking van de resultaten van wetgevingsdomeinen zowel gemeten via MISTRAL (categorie I) als waargenomen via het topdown-onderzoek is weergegeven in figuur 1. figuur 1
administratieve lasten MISTRAL en topdown-onderzoek, 1993
in miljarden guldens 4,00 3,50 3,00 2,50 2,00 1,50 1,00 0,50 0,00 Loonheffing/werknemersverzekeringen
Vennootschaps-, dividenden inkomstenbelasting
MISTRAL
Bron: EIM. 1 2
Wet op de Jaarrekening topdown
wetgevingsterreinen
Administratieve Lastendruk Milieu, Moret, Ernst & Young, Management Consultants, 1998. Zoals weergegeven in ‘Naar minder administratieve lasten’, Ministerie van Economische Zaken, juni 1995.
19
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 20
Methodiek van MISTRAL
2.2.2 Werkwijze bij het bepalen van de ontwikkeling van administratieve lasten De ontwikkeling van de administratieve lasten komt aan bod in hoofdstuk 4. Nauwkeurige kwantitatieve uitspraken over de ontwikkeling van de administratieve lasten in de periode 1993-1998 kunnen alleen worden gedaan voor de in MISTRAL opgenomen wetgevingsdomeinen (categorie I). Voor de wetgevingsdomeinen die niet behoren tot MISTRAL (categorieën II en III) zijn geen gedetailleerde cijfermatige gegevens beschikbaar. EIM heeft aan de hand van de kwantitatieve beschrijvingen van de verschillende ministeries schattingen gemaakt voor de administratieve lasten van deze terreinen. Dit is gebeurd via de principes van de MISTRAL-methode. Daarbij is met name gelet op het aantal bij de maatregel betrokken bedrijven. In beginsel gaat het om een globale plausibiliteitscontrole van de door partijen (meestal het betrokken department) afgegeven schattingen. Bij het bepalen van de kwantitatieve ontwikkeling van de administratieve lasten voor de MISTRAL-domeinen in de periode 1993-1998 is de volgende werkwijze gevolgd: 1. uitgangspunt is per wetgevingsterrein het jaar waarvoor de frequenties, tijden en tarieven via MISTRAL zijn gemeten en vastgesteld (het uitgangsjaar)1; 2. voor de periode 1993-1998 is per wetgevingsterrein in kaart gebracht welke nieuwe wet- en regelgeving is ontstaan, en welke wet- en regelgeving is gewijzigd of is komen te vervallen ten opzichte van de bij punt 1 genoemde uitgangsjaren; 3. voor nieuwe regelingen en wijziging van bestaande wetgeving is op een gedetailleerd niveau conform MISTRAL een inventarisatie gemaakt. Vervolgens zijn met behulp van CASH en veldonderzoek de verschillende parameters vastgesteld, zoals frequenties, tijden en tarieven; 4. de frequenties zijn vanuit het uitgangsjaar, afhankelijk van het type wetgevingsterrein, geëxtrapoleerd met één of meer relevante ontwikkelingscijfers. Daarbij valt te denken aan het verloop van het aantal zelfstandigen, aantal NV’s/BV’s, de omvang van de buitenlandse afzet, het totale aantal ondernemingen, het aantal ondernemingen met personeel, het aantal ondernemingen zonder personeel, het aantal jaarrekeningen en het aantal werknemers2;
1
2
20
De gemeten parameters voor de Wet op de Jaarrekening, de Loonheffing, de Werknemersverzekeringen en de Omzetbelasting hebben betrekking op het jaar 1994 (onderzoek verricht in 1995/1996). Voor de Inkomstenbelasting, Vennootschapsbelasting en Dividendbelasting zijn ze gemeten voor het jaar 1995 (onderzoek verricht in 1997/1998). Voor de Loonheffing en Omzetbelasting waren de werkelijke frequenties ook voor 1995 beschikbaar. Daarmee is gerekend.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 21
Methodiek van MISTRAL
5. de tijden en de uitbestedingsgraad zijn over de periode 1993-1998 gelijk verondersteld. Uitgangspunt is dat de tijdbesteding in de loop der jaren niet noemenswaard zal zijn veranderd; 6. de tarieven zijn gemuteerd met de loonontwikkeling en daar waar van toepassing met de winstontwikkeling (nodig voor het vaststellen van de juiste kosten per uur van zelfstandigen); 7. alleen de structurele effecten (jaarlijks terugkerend) zijn meegenomen; eenmalige aanpassingskosten zijn buiten beschouwing gelaten.
21
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 22
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 23
Monitor Administratieve Lasten Bedrijven: 1993-1998
3
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
3.1 Inleiding In paragraaf 3.2 komt de omvang van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven aan de orde. De samenstelling van de administratieve lasten wordt in paragraaf 3.3 gepresenteerd.
3.2
De omvang van administratieve lasten in 1993
3.2.1 Inleiding Elke onderneming heeft informatie nodig ten behoeve van het besturen en doen functioneren van de onderneming en voor het afleggen van de verantwoording daarover, en legt deze vast in de bedrijfsadministratie. Deze bedrijfsadministratie bestaat uit het verkrijgen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie. Evenals een onderneming voor een goede bedrijfsvoering informatie nodig heeft, heeft de overheid informatie nodig van de onderneming om haar besturende en toetsende taak te kunnen uitvoeren. In dat kader is het bedrijfsleven wettelijk verplicht informatie te leveren aan overheden en uitvoeringsinstanties. De kosten verbonden aan deze informatieverplichting worden administratieve lasten genoemd. Deze administratieve lasten vormen, tezamen met de kosten van de bedrijfsadministratie, de totale administratiekosten voor het bedrijfsleven. De totale administratiekosten voor het bedrijfsleven bedroegen in 1993 in totaal circa 36 miljard gulden. Dat betekent dat de totale kosten van de administratie ongeveer acht procent uitmaken van de totale kosten aan bedrijfsvoering in Nederland1. De totale kosten van administraties in Nederland vormen het kader waarbinnen de administratieve lasten kunnen worden geplaatst.
1
De kosten van bedrijfsvoering zijn daarmee gedefinieerd als de kosten van grondstoffen, halffabrikaten, energie, overig verbruik, loonsommen, afschrijvingen en rente voor ondernemingen.
23
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 24
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
3.2.2 Totale omvang administratieve lasten De administratieve lasten van het bedrijfsleven bedroegen over 1993 in totaal 12,9 miljard gulden1. Dat is 36% van de totale administratiekosten (figuur 2). De overige kosten hebben betrekking op de administratieve kosten voor de eigen bedrijfsvoering. figuur 2
administratiekosten onderverdeeld naar administratieve lasten en kosten bedrijfsadministratie, 1993
36% adm. lasten kosten bedrijfsadm.
64%
Bron: EIM.
De omvang van de administratieve lasten bedraagt 6 procent uitgedrukt in de loonsom van het particuliere bedrijfsleven en 2,2 procent in het Bruto Nationaal Product.
3.3
De samenstelling van de administratieve lasten in 1993
3.3.1 Inleiding Eén van de doelstellingen van het eerste Paarse kabinet was het verminderen van de administratieve lastendruk met 10%. Om deze operatie zo effectief en efficiënt mogelijk te laten verlopen was inzicht nodig in de samenstelling van de administratieve lasten. Pas dan kon zinvol actie worden ondernomen. Destijds zijn dan ook op voorhand de volgende vragen gesteld om inzicht te krijgen in de samenstelling: • welke administratieve lasten zijn verbonden aan het uitoefenen van een onderneming en het in dienst hebben van werknemers? • wat is de omvang van de administratieve lasten per wetgevingsterrein en waar zijn de lasten het hoogst?
1
24
Het verschil met het eerder door EIM via het topdown-onderzoek vastgestelde bedrag van 13,1 miljard gulden aan administratieve lasten is in dit verband verwaarloosbaar en daarmee niet relevant.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 25
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
• hoe is verdeling van de omvang van de administratieve lasten over kleinere, middelgrote en grotere ondernemingen1? • wat is de omvang van de administratieve lasten gemiddeld per onderneming naar bedrijfsomvang? • wat is de omvang van de administratieve lasten gemiddeld per werknemer naar bedrijfsomvang? • hoe ziet de verdeling eruit van de omvang van de administratieve lasten naar sectoren? • wat is de omvang van de administratieve lasten naar sector gemiddeld per onderneming en per werknemer? • welk nut kennen ondernemingen toe aan bepaalde wet- en regelgeving? In het vervolg van deze paragraaf komen deze punten achtereenvolgens aan de orde.
3.3.2 Administratieve lasten naar wetgevingsdomeinen Globaal kunnen de administratieve lasten worden onderverdeeld in twee hoofddomeinen (zie figuur 3). Aan de ene kant zijn er de wetgevingsdomeinen die gelden bij het uitoefenen van een onderneming. Aan de andere kant zijn er de wetgevingsdomeinen die specifiek te maken hebben met het in dienst hebben van werknemers. figuur 3
administratieve lasten 1993 naar hoofddomein
33% uitoefenen van een onderneming in dienst hebben werknemers
67%
Bron: EIM.
1
Het kleinbedrijf omvat bedrijven met minder dan 10 werknemers. Tot het middenbedrijf behoren bedrijven met 10 tot 100 werknemers. Bij bedrijven met 100 of meer werknemers is er sprake van het grootbedrijf.
25
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 26
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
Ruim een derde van de administratieve lasten heeft betrekking op werkzaamheden die te maken hebben met het in dienst hebben van werknemers. Tweederde is een gevolg van het uitoefenen van een onderneming ongeacht of er personeel in dienst is. Administratieve lasten als gevolg van het uitoefenen van een onderneming zijn voor 73% een gevolg van wettelijke verplichtingen op basis van jaarrekeningen, BTW/accijnzen of milieu (zie figuur 4). figuur 4
administratieve lasten bij het uitoefenen van een onderneming, 1993
3%
2%
4%
4%
12% Vpb, Div.bel en IB
2%
BTW/accijnzen jaarrekeningen milieuwetgeving 24%
22%
gemeentelijke heffingen PBO/KVK CBS import-/exportbepalingen overheidstoezicht en -controle
28%
Bron: EIM.
Meer dan de helft van de administratieve lasten voor het in dienst hebben van werknemers wordt veroorzaakt door het wetgevingsterrein van de Loonheffing en premies werknemersverzekeringen (zie figuur 5). figuur 5
administratieve lasten bij het in dienst hebben van werknemers, 1993 12%
9%
loonheffing/werknemersverz. ziekteverzuim/inzet bijz. groepen arbeidsovereenkomsten
11%
55%
arbeidsomstandigheden overheidstoezicht en -controle
13%
Bron: EIM.
26
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 27
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
Een totaaloverzicht van administratieve lasten naar wetgevingsdomeinen is opgenomen in tabel 3. tabel 3
omvang administratieve lasten bedrijfsleven 1993
wetgevingsterrein TOTAAL
administratieve lasten in miljarden guldens 12,91
Uitoefenen van een onderneming vennootschaps-, dividend- en inkomstenbelasting BTW en accijnzen jaarrekeningen milieu gemeentelijke heffingen PBO/KvK-verordeningen en -heffingen informatieverstrekking CBS import-/exportbepalingen, vervoersvergunningen overheidstoezicht en -controle wet-/regelgeving Ministerie Landbouw, Natuurbeheer en Visserij wet-/regelgeving Ministerie Verkeer & Waterstaat
8,65 1,01 1,94 2,28 1,80 0,20 0,21 0,15 0,33 0,32 0,20 0,20
In dienst hebben werknemers heffing loonbelasting en premies sociale verzekeringen ziekteverzuim/inzet bijzondere groepen arbeidsovereenkomsten en medezeggenschap arbeidsomstandigheden overheidstoezicht en -controle
4,26 2,34 0,54 0,47 0,40 0,51
Bron: EIM.
Vijf (clusters van) wetgevingsdomeinen veroorzaken tezamen bijna driekwart van de totale administratieve lasten. Achtereenvolgens gaat het om de clusters (tussen haakjes het aandeel in het totaal van de administratieve lasten in 1993): 1. Loonbelasting en premies sociale verzekeringen (18%) 2. Jaarrekeningen (18%) 3. BTW en accijnzen (15%) 4. Milieu (14%) 5. Vennootschaps-, dividend- en inkomstenbelasting (8%).
3.3.3 Administratieve lasten naar grootteklasse werknemers De administratieve lasten voor ondernemingen zijn onevenredig verdeeld over het kleinbedrijf, het middenbedrijf en het grootbedrijf. Zo behoort 91% van de ondernemingen tot het kleinbedrijf, terwijl de administratieve lasten daar voor 60% neerslaan (zie figuur 6a).
27
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 28
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
figuur 6a verdeling aantal ondernemingen c.q. verdeling administratieve lasten, naar grootteklasse aantal werknemers, 1993 aantal ondernemingen
0 1-<10 10-<20 20-<50 50-<100 100+
administratieve lasten 14%
15% 0
5% 1-<10 10-<20 20-<50
13%
50-<100 100+ 8% 45%
Bron: EIM.
Een zuiverder beeld ontstaat als de ondernemingen zonder personeel buiten beschouwing blijven. In dat geval is het aandeel van het kleinbedrijf: 82% van het aantal ondernemingen met personeel en 54% van de administratieve lasten (zie figuur 6b).
28
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 29
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
figuur 6b verdeling aantal ondernemingen met personeel c.q. verdeling administratieve lasten, naar grootteklasse aantal werknemers, 1993 aantal ondernemingen met personeel 6%
2% 2%
8% 1-<10 10-<20 20-<50 50-<100 100+
82%
administratieve lasten 6%
2% 2%
8% 1-<10 10-<20 20-<50 50-<100 100+
82%
Bron: EIM.
Zoals blijkt uit figuur 7, lopen de administratieve lasten gemiddeld per onderneming in guldens op met de bedrijfsomvang.
29
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 30
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
figuur 7
administratieve lasten in guldens gemiddeld per grootteklasse (aantal werknemers), 1993
400.000 350.000 300.000 250.000 200.000 150.000 100.000 50.000 0 0
1-<10
10-<20
20-<50
50-<100
100+
totaal
Bron: EIM.
Gemiddeld per werknemer bezien zijn de administratieve lasten in guldens in het kleinbedrijf bijna zesmaal zo hoog als in het grootbedrijf (zie figuur 8). figuur 8
administratieve lasten in guldens gemiddeld per ondernemingen naar grootteklasse (aantal werknemers), 1993
8.000 7.000 6.000 5.000 4.000 3.000 2.000 1.000 0 0
1-<10
10-<20
20-<50
50-<100
100+
totaal
Bron: EIM.
3.3.4 Administratieve lasten naar sectoren Naar sector bezien lopen de administratieve lasten gemiddeld per onderneming uiteen (figuur 9). Het hoogst zijn de administratieve lasten in de industrie. In de groothandel, de detailhandel en in de zakelijke dienstverlening zijn de administratieve lasten gemiddeld per onderneming het laagst.
30
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 31
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
figuur 9
administratieve lasten in guldens naar sector gemiddeld per onderneming, 1993
50.000 45.000 40.000 35.000 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 industrie
bouw
groothandel
detailhandel
horeca reparatie vervoer
zakel. overige totaal diensten diensten
Bron: EIM.
Gemiddeld per sector per werknemer ontstaat een geheel ander beeld (figuur 10). In de industrie zijn de administratieve lasten gemiddeld per werknemer het laagst. De gemiddelde administratieve lasten per werknemer zijn het hoogst in de horeca en de reparatiesector. Ook in de detailhandel zijn ze relatief hoog. Ten eerste hangt dit grotendeels samen met het hogere personeelsverloop in deze sectoren. Daardoor moet telkens voldaan worden aan aan- en afmeldingsprocedures. Ten tweede speelt de kleinschaligheid een rol. Aan een aantal verplichtingen moet men voldoen, ongeacht of men nu één of 1.000 werknemers in dienst heeft, bijvoorbeeld de wettelijke verplichtingen die voortvloeien uit het uitoefenen van een onderneming.
31
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 32
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
figuur 10 administratieve lasten in guldens naar sector gemiddeld per werknemers, 1993 8.000 7.000 6.000 5.000 4.000 3.000 2.000 1.000 0 industrie
bouw
groothandel
detailhandel
horeca reparatie vervoer
zakel. overige totaal diensten diensten
Bron: EIM.
3.3.5 Administratieve lasten en het nut voor de eigen bedrijfsvoering In de belevingswereld van ondernemers is de omvang van de administratieve lasten een minder groot probleem naarmate de administratieve verplichtingen beter aansluiten bij de eigen bedrijfsvoering. Daarbij speelt ook een rol dat administratieve verplichtingen die al jaren hetzelfde zijn, ondernemers vaak het minst irriteren. Wijzigingen wekken op het moment van invoering de meeste ergernis, ook als later blijkt dat de structurele administratieve lasten uiteindelijk meevallen. Bij het ene wetgevingsterrein is de aansluiting groter dan bij het andere (zie figuur 11). Ondernemers geven aan dat, ook al zou er geen wet- en regelgeving zijn, men toch bepaalde administratieve werkzaamheden zou verrichten. Dit geeft aan dat wet- en regelgeving zelfs niet altijd als belastend wordt gezien. Een deel van de wet- en regelgeving wordt als nuttig ervaren voor de onderneming zelf. In figuur 11 is weergegeven de mate van nut die door de ondernemer wordt toegekend aan een bepaald wetgevingsterrein. Uit figuur 11 kan worden gelezen dat in het bijzonder de volgende wetgevingsdomeinen als nuttig worden ervaren: ziekteverzuim/inzet bijzondere groepen, arbeidsomstandigheden, arbeidsovereenkomsten en de jaarrekening. Het minste nut wordt toegekend aan de wetgevingsdomeinen vennootschaps-, dividend- en inkomstenbelasting en aan het CBS. In figuur 11a zijn de deelgebieden samengevoegd tot
32
Pagina 33
De omvang en samenstelling van administratieve lasten in 1993
‘het in dienst hebben werknemers’, ‘het uitoefenen van een onderneming’ en ‘totaal’. figuur 11 administratieve lasten en het nut voor de eigen bedrijfsvoering 1993 (uitgedrukt in %, hoe hoger het percentage, hoe hoger het nut van het wetgevingsterrein volgens ondernemers) 80 70 60 50 40 30 20 10
CBS
Vpb, Div.bel en IB
import-/ exportbepalingen
BTW/accijnzen
overheidstoezicht en -controle
milieuwetgeving
loonheffing/werknemersverz.
PBO/KVK
gemeentelijke heffingen
jaarrekeningen
0 arbeidsovereenkomsten
14:26
ziekteverzuim/ inzet bijz. groepen
24-07-2000
arbeidsomstandigheden
990573
Bron: EIM.
figuur 11a administratieve lasten en het nut voor de eigen bedrijfsvoering, 1993 (uitgedrukt in %, hoe hoger het percentage, hoe hoger het nut van het wetgevingsterrein volgens ondernemers) 50 45 40 35 30 25 20 15 10 5 0 in dienst hebben werknemers
totaal
uitoefenen van een onderneming
Bron: EIM.
33
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 34
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 35
Monitor Administratieve Lasten Bedrijven: 1993-1998
4
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
4.1
Inleiding
De Nederlandse wetgever maakt jaarlijks omstreeks 800 wetten en regelingen. Het gaat zowel om nieuwe wetten als wijzigingen in bestaande wetgeving. Daarvan heeft gemiddeld 10 tot 15% gevolgen voor het bedrijfsleven. Een deel daarvan heeft effecten op de administratieve lastendruk voor bedrijven1. Het eerste Paarse kabinet had zich tot doel gesteld de administratieve lasten met 10% te reduceren. Daarbij is er een spanningsveld tussen beleidsdoelen en eenvoudiger regelgeving. Ingewikkelde regelgeving ontstaat vaak als, uit oogpunt van rechtvaardigheid, allerlei uitzonderingen op de hoofdregel worden gemaakt. Het is zaak een modus te vinden in wat eenvoudig is en ook nog rechtvaardig. Uiteindelijk doel is het verbeteren van het functioneren van de economie met het oog op het creëren van werk. De staatssecretaris van Economische Zaken heeft ten tijde van ‘Paars 1’ gesteld dat de doelstelling van het eerste Paarse kabinet is gehaald2. Een fijnmazige cijfermatige onderbouwing van deze constatering is destijds niet zonder meer mogelijk gebleken. EIM laat in dit hoofdstuk zien dat een dergelijke onderbouwing kan worden gegeven via de MISTRAL-methode3. Om de administratieve lasten van de wetgevingsdomeinen die niet in MISTRAL zijn opgenomen in kaart te brengen heeft EIM, behalve van eigen expertise, gebruikgemaakt van de verslaglegging van het Ministerie van Economische Zaken aan de Tweede Kamer. Het gaat om de Kamernotities: Naar minder administratieve lasten (27 juni 1995), Voortgang vermindering administratieve lasten (14 juli 1997), 1
2 3
Een inventarisatie van de uitgebrachte regelgeving en de bedrijfseffecten hiervan in de periode 1990-1993, EIM, 1995; opdracht van Ministerie van Economische Zaken, Verkenning regelgeving met milieu-effecten, 1990-1994 EIM, 1996; opdracht van Ministerie van Economische Zaken en Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, en Verkenning regelgeving met effecten voor bedrijfsleven, gezondheid, emancipatie en decentralisatie in 1994 en 1995, EIM, 1996; opdracht van Ministerie van Economische Zaken. Verlichting administratieve verplichtingen bedrijfsleven, Tweede Kamer, vergaderjaar 19971998, 19 071, nr. 13, april 1998. Tevens het antwoord op de vraag van Kamerlid mevrouw Voûte-Droste aan de Staatssecretaris van EZ (Tweede Kamer, vergaderjaar 1997-1998, 19 071, nr. 14, 26 augustus 1998) ‘Waarom kunnen de kosten niet berekend worden op basis van het reeds eerder gebruikte MISTRALmodel?’.
35
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 36
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
Stand van zaken project vermindering van de administratieve lastendruk (14 april 1998) en het Verslag van algemeen overleg verlichting administratieve verplichtingen bedrijfsleven (26 augustus 1998). Om de juiste data van inwerkingtreding te vinden is gebruikgemaakt van de opmaat gegevens van SDU op Internet1. Aan de hand van bovenstaande rapportages heeft EIM een inschatting gemaakt van de administratieve lasten voor de niet-MISTRAL-domeinen. Dit door gebruik te maken van de MISTRAL-methode. Dit hoofdstuk wordt vervolgd met een overzicht van de acties van Paars 1 (paragraaf 4.2). Daarna komen de ontwikkelingen aan bod van de administratieve lasten op de MISTRAL-terreinen (paragraaf 4.3) en de niet-MISTRAL-terreinen (paragraaf 4.4). Besloten wordt met een totaaloverzicht van de administratieve lastenontwikkeling (paragraaf 4.5).
4.2
Welke acties heeft ‘Paars 1’ in gang gezet?
‘Paars 1’ stelde zich ten doel de administratieve lasten met 10% te verminderen in de periode 1994-1998. Over dit beleid is gerapporteerd aan de Tweede Kamer. Hier wordt volstaan met een samenvattend overzicht (zie tabel 4). Voor een volledig overzicht van alle maatregelen in de periode 1993-1998 wordt verwezen naar Bijlage 1. Een deel van de wijzigingen in de rapportageverplichting van bedrijven is expliciet gericht op het verminderen van administratieve lasten. Andere wijzigingen zijn het gevolg van nieuw beleid, bijvoorbeeld de privatisering van de Ziektewet. Ook bevat tabel 4 een indicatie van het type maatregel. Daarmee wordt gedoeld op het aspect waar de maatregel zich op richt, bijvoorbeeld verlaging frequenties berichtenverkeer, vereenvoudiging inhoud bericht, faciliteren van de uitbesteding van de rapportageverplichting of van elektronisch berichtenverkeer.
1
36
Het juiste Internetadres is opmaat.sdu.nl. Hier bevinden zich alle Kamerstukken, Staatsbladen enz. vanaf 1995.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 37
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
tabel 4
typering wijzigingen rapportageverplichtingen naar gevolgen voor berichtenverkeer en administratieve infrastructuur 1994-1998 effect maatregelen gericht op:
domein
voeren van een onderneming in dienst hebben van werknemers totaal
aantal maatregelen
MISTRAL
nietMISTRAL
10
35
14 24
aantal berichten
totaal
admin. infrastructuur
inhoud berichten
meer
minder
totaal
45
12
20
32
10
24
16
5
45
69
28
25
eenvoudiger
complexer totaal totaal
13
2
15
1
21
3
53
16
1
4
1
3
19
2
Bron: EIM.
De rapportageverplichtingen van het bedrijfsleven aan de overheid zijn gedurende ‘Paars 1’ op 69 punten gewijzigd. De veranderingen betroffen vooral het voeren van een onderneming (45 maal). Met name de Ministeries van Financiën, Economische Zaken, Landbouw, en Verkeer en Waterstaat zijn actief geweest. De meeste wijzigingen betreffen het aantal berichten (53 keer). In 28 gevallen is sprake van meer berichten; verhoudingsgewijs betreft het veel rapportageverplichtingen aangaande werknemers (privatisering Ziektewet en Arbo-verplichtingen). Ook de introductie van de Wet Vermindering Afdracht Loonheffing (vervanging van de Wet Vermeend-Moor) heeft tot meer berichten geleid. De inhoud van de berichten is naar verhouding minder vaak veranderd (19 maal). Meestal werd de inhoud eenvoudiger (lastenvermindering); slechts in 3 gevallen (o.a. Exportrisicoreserve en Vermindering Afdracht Loonheffing1) is sprake van lastenverzwaring. De administratieve infrastructuur heeft, bij de onderzochte maatregelen, nauwelijks aandacht gekregen. Een uitzondering vormt het CBS met twee maatregelen op dit terrein (edificatie berichten bij opgave van de industriële productie en het laten aanleveren van de opgave werkgelegenheid en lonen via computerservicebureaus).
1
In deze specifieke gevallen zijn de kosten van de administratieve lasten ondergeschikt aan de te behalen besparingen.
37
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 38
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
4.3
Wetgevingsdomeinen in MISTRAL
4.3.1 Inleiding Begonnen wordt met het aangeven van het totaal (omvang en ontwikkeling) voor de wetgevingsdomeinen in MISTRAL (paragraaf 4.3.2). Daarna volgt een toelichting op de ontwikkeling van de administratieve lasten (in MISTRAL) voor het uitoefenen van een onderneming (paragraaf 4.3.3). De ontwikkeling van de administratieve lasten (in MISTRAL) met betrekking tot het in dienst nemen van werknemers wordt in paragraaf 4.3.4 nader belicht.
4.3.2 Totaal MISTRAL-wetgevingsdomeinen Omvang administratieve lasten op MISTRAL-wetgevingsdomeinen Via MISTRAL zijn tot nog toe de administratieve lasten van vier clusters van wetgevingsdomeinen grondig en nauwgezet vastgesteld1. Het betreft vier van de vijf clusters van wetgevingsdomeinen die de hoogste administratieve lasten veroorzaken. Het zijn: 1. Jaarrekeningen. 2. BTW. 3. Heffing loonbelasting en premies sociale verzekeringen. 4. Heffing vennootschaps-, dividend- en inkomstenbelasting. Voor het verkrijgen van een goed en zuiver beeld van de totale omvang en ontwikkeling van de administratieve lasten zouden eigenlijk alle wetgevingsdomeinen via MISTRAL onderzocht moeten worden. Pas dan kan over alle wetgevingsdomeinen een kwantitatief onderbouwde precieze uitspraak worden gedaan. De omvang van de administratieve lasten op de MISTRAL-wetgevingsdomeinen is weergegeven in tabel 5. Het wetgevingsterrein ‘Heffing loonbelasting en premies sociale verzekering’ is in MISTRAL gesplitst in het terrein van de Loonbelasting/premie volksverzekeringen en het terrein van de Werknemersverzekeringen. Ook worden binnen MISTRAL de terreinen vennootschaps-, dividend- en inkomstenbelasting afzonderlijk onderscheiden.
1
38
Zie hoofdstuk 2 voor een uiteenzetting van de methodiek en werkwijze.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 39
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
tabel 5
omvang administratieve lasten gemeten via MISTRAL 1993
wetgevingsterrein
administratieve lasten in miljarden guldens
TOTAAL
6,53
In dienst hebben werknemers heffing loonbelasting en premie volksverzekeringen heffing werknemersverzekeringen
2,34 1,23 1,12
Uitoefenen van een onderneming vennootschapsbelasting dividendbelasting inkomstenbelasting BTW jaarrekeningen
4,19 0,34 0,01 0,66 0,89* 2,28
* Onder meer exclusief factuurplicht. Bron: EIM
De totale administratieve lasten op de vier MISTRAL-wetgevingsdomeinen bedroegen in 1993 ruim 6,5 miljard gulden. Dat is de helft van de totale becijferde administratieve lasten. Voor de betrokken wetgevingsdomeinen kan een grondige en nauwgezette uitspraak worden gedaan over de kwantitatieve ontwikkelingen van de administratieve lasten in de periode 1993-1998. Ontwikkeling administratieve lasten op MISTRAL-wetgevingsdomeinen Uit tabel 6 blijkt dat ‘Paars 1’ de administratieve lasten op de MISTRAL-terreinen heeft verminderd met 0,6 miljard gulden (-7%). De doelstelling van 10% vermindering van administratieve lasten is niet gehaald. Daarvoor was een vermindering met 0,9 miljard gulden (prijzen 1998) nodig geweest.
39
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 40
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
tabel 6
niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven MISTRAL; 1993-1998
domeinen
Met beleid MISTRAL: Vennootschaps-, dividend-, Inkomstenbelasting, BTW, Jaarrekening, Loonheffing, Werknemersverzekeringen Zonder beleid MISTRAL: Vennootschaps-, dividend-, Inkomstenbelasting, BTW, Jaarrekening, Loonheffing, Werknemersverzekeringen Verschil met en zonder beleid Doelstelling ‘Paars 1’
1993 1998 mutatie 1993-1998 in miljarden in miljarden in miljarden guldens guldens in procenten guldens
6,53
8,21
+26
+1,68
6,53
8,83
+35
+2,30
-7,0
-0,62
-10,0
-0,88
Bron: EIM.
4.3.3 Ontwikkeling administratieve lasten MISTRAL ‘uitoefenen onderneming’ Inleiding Aan de orde komt de ontwikkeling van de administratieve lasten op het totale MISTRAL-terrein ‘uitoefenen onderneming’. Daarna worden de genomen maatregelen van de Vennootschapsbelasting, Dividendbelasting, Inkomstenbelasting, Omzetbelasting en Jaarrekening afzonderlijk behandeld. Omvang administratieve lasten op MISTRAL-wetgevingsdomeinen ‘uitoefenen onderneming’ ‘Paars 1’ blijkt de administratieve lasten op het MISTRAL-terrein ‘uitoefenen onderneming’ verminderd te hebben met 0,2 miljard gulden (-3%). De doelstelling van 10% vermindering van administratieve lasten is niet gehaald. Daarvoor was een vermindering met 0,6 miljard gulden (prijzen 1998) nodig geweest.
40
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 41
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
tabel 7
niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven MISTRAL, uitoefenen onderneming; 1993-1998
domeinen
Met beleid Zonder beleid Verschil met en zonder beleid Doelstelling ‘Paars 1’
1993 1998 mutatie 1993-1998 in miljarden in miljarden in miljarden guldens guldens in procenten guldens 4,19 5,57 +33 +1,38 4,19
5,75
+37
+1,56
-3,1
-0,18
-10,0
-0,57
Bron: EIM.
Vennootschapsbelasting Vennootschapsbelasting (Vpb) wordt in Nederland geheven bij zogenoemde rechtspersoonlijkheid bezittende ondernemingen. Onderscheid wordt gemaakt naar binnenlands- en buitenlandsplichtige ondernemingen. De vestigingsplaats van de onderneming is daarbij bepalend. De Vpb wordt geheven over de inkomsten van NV’s, BV’s, CV’s en andere vennootschappen met een in aandelen verdeeld kapitaal. Ook coöperatieve verenigingen en onderlinge waarborgmaatschappijen zijn in beginsel onderworpen aan de Vpb. Verenigingen en stichtingen zijn alleen Vpb-plichtig als sprake is van het drijven van een onderneming, en dan alleen over het ondernemingsgedeelte. De winst moet volgens goed koopmansgebruik en volgens een bestendige gedragslijn bepaald worden. In 1997 zijn de gemengde kosten in veel gevallen weer volledig aftrekbaar geworden. Dat heeft geleid tot een administratieve lastenverlichting voor de Vpb van 8,8 miljoen gulden. Het Ministerie van Financiën kwam tot een inschatting van administratieve lastenverlichting voor de Vennootschapsbelasting tezamen met de Inkomstenbelasting per 1 januari 1997 van 150 miljoen gulden1,2.
1 2
Nota Voortgang vermindering administratieve lasten van het Ministerie van Economische Zaken, juli 1997. Het verschil wordt voor een deel veroorzaakt doordat in MISTRAL het wetgevingsterrein van de Vpb start nadat de grootboekadministratie is afgesloten. Alles wat daarna nog gebeurt met gemengde kosten wordt toegerekend aan het wetgevingsterrein van de Vennootschapsbelasting. De grootboekadministratie wordt aan de bedrijfsadministratie toegerekend.
41
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 42
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
Dividendbelasting Dividendbelasting is de directe belasting die wordt geheven van degenen die gerechtigd zijn tot opbrengst van aandelen in winstbewijzen en winstdelende obligaties van in Nederland gevestigde vennootschappen (of opgericht naar regels van Nederlands recht). De dividendbelasting fungeert als voorheffing op de inkomstenbelasting (bij natuurlijke personen) en vennootschapsbelasting (bij ondernemingen met rechtspersoonlijkheid).
In 1996 is het formulier voor de dividendbelasting vereenvoudigd. Volgens het Ministerie van Financiën heeft dat een administratieve lastenbesparing opgeleverd van 2,7 miljoen gulden. Omdat EIM in 1997/1998 de administratieve lasten al op basis van het nieuwe formulier heeft vastgesteld, kan de administratieve lastenbesparing niet met MISTRAL worden gekwantificeerd. Gegeven de verandering en gelet op de totale administratieve lasten voor de Dividendbelasting wordt de inschatting als reëel beschouwd. De 2,7 miljoen gulden is daarom als een lastenvermindering meegenomen.
Inkomstenbelasting Inkomstenbelasting (IB) wordt in Nederland geheven bij zogenoemde natuurlijke personen en is onder meer gebaseerd op het draagkrachtbeginsel. Onderscheid wordt gemaakt naar binnenlandse en buitenlandse IB-belastingplichtigen. Het woonland is daarbij bepalend. Als vormen van inkomsten worden voor de IB gezien: winst uit onderneming, inkomsten uit arbeid, inkomsten uit vermogen, periodieke uitkeringen en verstrekkingen, en winst uit aanmerkelijk belang. De IB wordt geheven over de zuivere inkomsten1. Winst uit onderneming voor de IB komt voor bij zogenoemde persoonlijke ondernemingsvormen als de eenmanszaak, de vennootschap onder firma en de maatschap (niet in aandelen). De winst moet volgens goed koopmansgebruik en een bestendige gedragslijn bepaald worden. De winst kan op verschillende manieren worden berekend. Dat kan betekenen dat de commerciële winst niet gelijk is aan de fiscale winst.
1
42
Onder aftrek van de kosten die aan de opbrengsten zijn gerelateerd.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 43
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
Op het wetgevingsterrein van de Inkomstenbelasting hebben de volgende beleidsmaatregelen effect gehad op de administratieve lasten (tussen haakjes het effect): 1996: • introductie exportrisicoreserve (plus 0,11 miljoen gulden). 1997: • gemengde kosten in veel gevallen weer volledig aftrekbaar (minus 2,7 miljoen gulden). Zie voor de Vennootschapsbelasting opmerkingen over de gemengde kosten.
Omzetbelasting De Omzetbelasting (BTW) is een algemene belasting op het binnenlandse verbruik van goederen en diensten. Goederen en diensten zijn al naar gelang hun aard in vier verschillende tariefgroepen ingedeeld, het 0%-tarief, het 6%-tarief, het 12%-tarief en het 17,5% tarief De ondernemer is de inhoudingsplichtige. De ondernemer draagt uitsluitend belasting af over de toegevoegde waarde, ofwel het verschil tussen de inkoop- en de verkoopprijs. De ondernemer berekent de omzetbelasting door in de verkoopprijs, en de consument betaalt het volle bedrag. Vervolgens draagt de ondernemer de BTW af aan de Belastingdienst onder aftrek van wat hij zelf aan omzetbelasting aan zijn leveranciers heeft betaald. Per 1 januari 1996 is de jaaraangiftegrens opgehoogd van ƒ 1.000 naar ƒ 2.000. Dat betekent dat ondernemers met te verrekenen omzetbelasting tussen ƒ 1.000 en ƒ 2.000 in plaats van met een kwartaalaangifte kunnen volstaan met een jaaraangifte. De administratieve lasten worden daardoor met 25,5 miljoen gulden verlicht.
Wet op de Jaarrekening De Wet op de Jaarrekening legt rechtspersonen de verplichting op om jaarlijks een financieel overzicht te maken en dit te deponeren bij de Kamer van Koophandel. Afhankelijk van een bepaalde omvang van de rechtspersoon moet het financiële overzicht voldoen aan door de wet voorgeschreven eisen.
43
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 44
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
In 1995 zijn de criteriagrenzen met 20% verhoogd. Verruiming van de grenzen voor de Wet op de Jaarrekening betekent dat ondernemingen verschuiven van grote naar middelgrote verplichting en van middelgrote naar kleine verplichting. De administratieve lasten worden daardoor met 137,2 miljoen gulden verlicht. Bij de mutaties van het aantal ondernemingen binnen de verschillende zwaarten van verplichtingen is uitgegaan van mutaties bij verschillende grenzen van werknemers conform het Algemeen Bedrijfsregister van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
4.3.4 Ontwikkeling administratieve lasten MISTRAL ‘werknemers in dienst’ Inleiding Achtereenvolgens komen aan de orde de ontwikkeling van de administratieve lasten voor het totale terrein ‘werknemers in dienst’ en vervolgens verbijzonderd naar de wetgevingsdomeinen Loonheffing en Werknemersverzekeringen. Omvang administratieve lasten op MISTRAL-wetgevingsdomeinen ‘werknemers in dienst’ Wat betreft het MISTRAL-wetgevingsdomein ‘werknemers in dienst’ heeft ‘Paars 1’ een besparing van de administratieve lasten weten te bereiken van 0,4 miljard. Dat is zo’n 14%. Op dit terrein is ‘Paars 1’ geslaagd in de opzet om een daling van de administratieve lasten van 10% te realiseren; zelfs meer dan 10%. tabel 8
niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven MISTRAL, werknemers in dienst; 1993-1998
domeinen
Met beleid Zonder beleid
1993 1998 mutatie 1993-1998 in miljarden in miljarden in miljarden guldens guldens in procenten guldens 2,34 2,64 +13 +0,30 +32
+0,74
Verschil met en zonder beleid
-14,3
-0,44
Doelstelling ‘Paars 1’
-10,0
-0,31
Bron: EIM.
44
2,34
3,08
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 45
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
Loonheffing Loonbelasting/premies volksverzekeringen (loonheffing) wordt geheven van de werknemer die loon uit één of meer dienstbetrekkingen geniet. De loonheffing fungeert als voorheffing op de Inkomstenbelasting. Reeds bij één werknemer in loondienst moet een loonadministratie worden gevoerd. Deze kan men voeren in eigen beheer, maar men kan deze administratie ook uitbesteden. In deze administratie moeten de betalingen, kostenvergoedingen en de inhoudingen en afdrachten worden verantwoord1. Bij de loonuitbetaling van personeel moet de inhoudingsplichtige werkgever op het loon de loonbelasting inhouden. Deze loonbelasting moet hij/zij na afloop van ieder kwartaal binnen één maand aangeven en afdragen. De inhoudingen en afdrachten hebben niet alleen betrekking op de loonbelasting, maar ook op een reeks van socialeverzekeringspremies. Naast loonbelasting moet de werkgever ook premies volksverzekeringen aan de Belastingdienst afdragen.
In de periode 1993-1998 is een aantal wetswijzigingen op het wetgevingsterrein van de Loonheffing doorgevoerd. Zo zijn in 1996 de volgende maatregelen doorgevoerd (tussen haakjes effect op de administratieve lasten): • introductie Wet Vermindering Afdracht Loonheffing en vervallen Wet Vermeend-Moor (per saldo plus 23,7 miljoen gulden); • vervallen kolom 18 loonstaat. Vermelding van onbelaste kostenvergoedingen en verstrekkingen (minus 210,3 miljoen gulden). De vraag is wel of dit in de belevingswereld van de ondernemer ook wegvalt. Verantwoording op de loonstrook zal toch blijven gebeuren. Het betreft in feite een verschuiving van administratieve lasten naar kosten van de bedrijfsadministratie. In 1997 zijn daar nog bijgekomen: • oprekking van de 20 dagen-regeling naar 40 dagen bij de reiskostenregeling 1997; • parkeer-, tol- en veergelden als lumpsumheffing 1997. Beide maatregelen hebben een beperkt effect op de administratieve lastenverlichting voor het bedrijfsleven.
1
Administratieve lasten in dienst nemen werknemers. EIM, oktober 1995 en Administratieve lasten in dienst nemen werknemers, een internationale vergelijking in 8 landen, EIM, 1997.
45
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 46
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
In 1998 is er een enkele wijziging: • introductie nieuwe carpoolregeling: De verwachting is een toename van het aantal gebruikers van deze regeling van 40.000 naar 135.000 (per saldo plus 17,6 miljoen gulden). Vermeldenswaard is dat de vermindering loonheffing (loonbeschikking) niet meer via de werkgever loopt. Vanaf 1 juli 1998 vindt bij nieuwe aanvragen rechtstreekse verrekening plaats tussen de Belastingdienst en natuurlijke personen. Per 1 januari 1999 vindt voor alle loonbeschikkingen rechtstreekse verrekening plaats tussen personen en de Belastingdienst. Dit betekent in 1999 een administratieve lastenverlichting voor het bedrijfsleven met ongeveer vier miljoen gulden.
Werknemersverzekeringen Wanneer iemand in dienstverband gaat werken wordt men op dat moment verplicht verzekerd voor de zogenoemde werknemersverzekeringen. De werknemersverzekeringen bestaan uit de Wet Uitbreiding Loondoorbetalingsplicht Bij Ziekte (WULBZ)1, de Werkloosheidswet (WW), de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) en, tenzij het overeengekomen vaste loon meer bedraagt dan de zogenoemde loongrens, de Ziekenfondswet (ZFW). Voor deze wetten worden premies ingehouden op het loon door de werkgever en zo nodig kan op grond van genoemde wetten een uitkering worden verkregen. Men is van rechtswege verzekerd omdat men werknemer is. WULBZ/ZW Voor werkgevers geldt sinds 1 maart 1996 bij kortdurende arbeidsongeschiktheid (korter dan 52 weken) een loondoorbetalingsplicht aan de werknemers. Eerder gold al met ingang van 1994 voor de eerste 2 of 6 weken van arbeidsongeschiktheid (afhankelijk van de grootte van het bedrijf) een loondoorbetalingsplicht. Werkgevers moeten hun werknemers met een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht het loon doorbetalen als die werknemers ziek worden. Indien een werknemer door ziekte het eigen werk niet kan verrichten, heeft men op grond van de WULBZ recht op doorbetaling van ten minste 70% van zijn loon door de werkgever. Op grond van bijvoorbeeld CAO-verplichtingen kan dat meer zijn (tot 100% van het loon). Deze arbeidsrechtelijke verplichting is in de plaats gekomen van de tot 1 maart 1996 voor werknemers geldende ZW. 1
46
en soms nog de Ziektewet (ZW).
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 47
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
Voor bepaalde categorieën werknemers kan recht bestaan op toekenning van uitkering op grond van de ZW (zogenoemde vangnetwerking ZW) of verhoging van de WAO-uitkering. In dat geval worden deze wettelijke uitkeringen gekort op het loon dat de werkgever moet doorbetalen. WW De werkgever is belast met de inhouding van de premie Werkloosheidswet (WW) en draagt deze af aan de uitvoeringsinstelling. De ontslagprocedures behoren tot het arbeidsrecht. WAO Het recht op uitkering bij langdurige arbeidsongeschiktheid (langer dan 52 weken) is geregeld in de AAW en WAO. De WAO-premie van de werknemer wordt met ingang van 1998 door de werkgever betaald. Vanaf 1998 kan het risico tot betalen van de WAO-uitkering door de werkgever zelf worden gedragen (eigenrisicodrager). ZFW De Ziekenfondswet is van oorsprong een werknemersverzekering, maar is in de loop der tijd ook opengesteld voor andere aangewezen groepen. Hierna wordt alleen gesproken over de ZFW in relatie tot de werkgever en de werknemer. De werkgever is verplicht op het loon van de werknemer procentuele premie voor de ziekenfondsverzekering in te houden1. De werkgever is verplicht zowel de door de werknemer als de door hemzelf verschuldigde premie aan de uitvoeringsinstelling te betalen. De werkgever is verplicht het ziekenfonds te berichten over het begin en het einde van het dienstverband van een werknemer. In de periode 1993-1998 is een aantal wijzigingen op het wetgevingsterrein van Werknemersverzekeringen ingevoerd. Het betreft de volgende wijzigingen (tussen haakjes het effect op de administratieve lasten): 1994: • invoering 2-6 weken regeling: gevolg minder ziekte- en betermeldingen en ontvangst ziekengeldberichten naar UVI (minus 35,4 miljoen gulden).
1
De nominale premie wordt door het ziekenfonds geïnd.
47
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 48
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
1996: • introductie WULBZ 1 maart 1996, met als gevolg verdere terugloop ziektemeldingen, betermeldingen en berichten ontvangst ziekengeld (minus 39,7 miljoen gulden). 1997: • vervallen kolom 18 loonstaat. Vermelding van onbelaste kostenvergoedingen en verstrekkingen (minus 210,3 miljoen gulden)1. • effectverschil gehele jaar WULBZ in 1997 (minus 6,6 miljoen gulden). 1998: • introductie nieuwe carpoolregeling: De verwachting is een toename van het aantal gebruikers van deze regeling van 40.000 naar 135.000 (per saldo plus 17,6 miljoen gulden).
4.4
Wetgevingsdomeinen buiten MISTRAL
4.4.1 Inleiding De ontwikkelingen voor de overige domeinen (buiten MISTRAL), de belangrijkste terreinen waar zich ontwikkelingen hebben voorgedaan zijn Ziekteverzuim, Arbeidsomstandigheden en Milieu, zijn door EIM beschreven en zo goed mogelijk gekwantificeerd. Voorzover departementen zelf de mutatie van de administratieve lasten hebben gekwantificeerd, heeft EIM deze schattingen kritisch tegen het licht gehouden. Vooral het aantal bij de maatregel betrokken bedrijven is een belangrijke indicator van de omvang van de mutatie; generieke maatregelen hebben een veel grotere impact dan sectorspecifieke maatregelen. Waar nodig heeft EIM de schattingen van de departementen bijgesteld. Daar waar kwantificering ontbreekt heeft EIM, wederom aan de hand van de methodiek van MISTRAL, het effect op de administratieve lasten berekend. Grote mutaties die niet gekwantificeerd zijn door departementen doen zich slechts driemaal voor, te weten het Mineralenaangiftesysteem (Minas) en de Wet Stimulering Arbeidsdeelname Minderheden (SAMEN). Beide maatregelen zijn door EIM ingezet op een jaarlijkse 1
48
In MISTRAL zijn verplichtingen voor de loonstaat voor de ene helft toegerekend aan de Loonheffing en voor de andere helft aan de Werknemersverzekeringen. Het bedrag dat hier genoemd is vertegenwoordigt derhalve de helft van het totaal. De andere helft is opgenomen onder het wetgevingsterrein Loonheffing.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 49
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
mutatie van minimaal 100 miljoen gulden: Minas plus 100 miljoen en SAMEN minus 100 miljoen. Voor wettelijke verplichtingen in het kader van Ziekteverzuim en Arbeidsomstandigheden wordt een toename van administratieve lasten berekend van minimaal 200 miljoen gulden. Naast deze grote mutaties zijn er nog een aantal kleine mutaties in administratieve lasten geweest. Een kwantitatieve specificatie van alle veranderingen in wettelijke verplichtingen per wetgevingsterrein is opgenomen in bijlage I. Uit tabel 9 blijkt dat ‘Paars 1’ de administratieve lasten heeft verminderd met 0,3 miljard gulden (-4%). De doelstelling van 10% vermindering van administratieve lasten is niet gehaald. Daarvoor was een vermindering met 0,9 miljard gulden (prijzen 1998) nodig geweest. tabel 9
niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven niet-MISTRAL; 1993-1998
domeinen
Met beleid Zonder beleid Verschil met en zonder beleid Doelstelling ’Paars 1’
1993 1998 mutatie 1993-1998 in miljarden in miljarden in miljarden guldens guldens in procenten guldens 6,38 8,33 +31 +1,95 6,38
8,65
+35
+2,27
-3,6
-0,31
-10,0
-0,86
Bron: EIM.
Een kwalitatieve toelichting op de ontwikkeling van de administratieve lasten buiten MISTRAL voor het uitoefenen van een onderneming komt in paragraaf 4.4.2 aan de orde. In paragraaf 4.4.3 wordt een indruk gegeven van de kwalitatieve ontwikkeling van de administratieve lasten buiten MISTRAL met betrekking tot het in dienst nemen van werknemers.
4.4.2 Ontwikkeling administratieve lasten buiten MISTRAL ‘uitoefenen onderneming’ Inleiding Eerst komt aan de orde de ontwikkeling van de administratieve lasten op het totale niet-MISTRAL-terrein ‘uitoefenen onderneming’. Daarna worden de genomen maatregelen afzonderlijk behandeld.
49
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 50
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
Omvang administratieve lasten op niet-MISTRAL-wetgevingsdomeinen ‘uitoefenen onderneming’ ‘Paars 1’ blijkt de administratieve lasten op het niet-MISTRAL-terrein ‘uitoefenen onderneming’ verminderd te hebben met 0,4 miljard gulden (-6,7%). De doelstelling van 10% vermindering van administratieve lasten is dus niet gehaald. tabel 10 niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven niet-MISTRAL, uitoefenen onderneming; 1993-1998 domeinen
Met beleid Zonder beleid Verschil met en zonder beleid Doelstelling ‘Paars 1’
1993 1998 mutatie 1993-1998 in miljarden in miljarden in miljarden guldens guldens in procenten guldens 4,46 5,71 +28 +1,25 4,46
6,12
+37
+1,66
-6,7
-0,41
-10,0
-0,61
Bron: EIM.
Milieu Veel in 1995 voorgenomen regelgeving op het gebied van milieu is pas in 1998 ingevoerd of zal daarna pas worden ingevoerd. De grootste verandering is de halvering van het aantal vergunningplichtige inrichtingen in het kader van de Wet Milieubeheer: Inrichtingen- en Vergunningenbesluit. Drie Algemene Maatregelen van Bestuur verschijnen in 1998 en afronding vindt plaats in 1999 (halvering administratieve lasten ofwel minus 100 miljoen gulden volgens opgave van het Ministerie van VROM). Daarnaast zijn de volgende maatregelen doorgevoerd (tussen haakjes de typering van de maatregel): • afstemming normbladen en vereenvoudiging bouwaanvraag (minder berichten en eenvoudiger berichten); • minder vaak bodemonderzoek (minder berichten); • uitbreiding vrijstelling certificatieplicht (minder berichten); • overgangsregeling certificering niet-gecertificeerde bedrijven (meer berichten). Op het wetgevingsterrein Milieu is in 1998 onderzoek verricht door Moret, Ernst & Young1. De administratieve lasten bedragen rond de 2 miljard gulden.
1
50
Onderzoek administratieve lastendruk milieu, Moret, Ernst & Young Management Consultants, 20 maart 1998.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 51
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
EZ-regeling Het Ministerie van Economische Zaken maakt zich sterk voor de reductie van de administratieve lasten op het cluster van EZ-verordeningen en -heffingen. Een aantal acties is daarbij in gang gezet (hierna genoemde effecten op de administratieve lasten betreffen ramingen van EZ): 1. Nieuw Vestigingsbesluit is per 1 januari 1996 ingevoerd. Het aantal vergunningen is fors gedaald. Met één vergunning kunnen nu verschillende bedrijven uitgeoefend worden. Veel minder starters hebben een vergunning nodig (besparing diplomakosten meer dan 100 miljoen gulden); 2. Algemene Maatregel van Bestuur Handelsregisterwet ingevoerd per 1 oktober 1997 (alleen enkelvoudige inschrijving nodig, vermindering publicatieplicht, enkele tientallen miljoenen aan administratieve lastenverlichting). EIM raamt 25 miljoen daling administratieve lasten. Daarnaast zijn de volgende maatregelen doorgevoerd (tussen haakjes de typering van de maatregel): • vergunning koopavonden en registratiekaart vervallen (minder berichten); • minder vergunningen internationale handel (minder berichten); • herziening administratieve onteigeningsprocedure (minder berichten); • erkenning van ijkbevoegden (minder berichten); • concentratietoezicht ingevoerd bij de Mededingingswet (meer berichten). Informatieverstrekking CBS Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) doet voor een aantal statistieken een beroep op het bedrijfsleven. Het betreft merendeels wettelijk verplichte economische statistieken. Globaal bezien zijn het vier hoofdgroepen van statistieken, met als onderwerpen: 1. Internationale handel. 2. Industriële productie. 3. Arbeid en lonen. 4. Overig. Volgens de CBS Enquêtedrukmeter bedroeg in 1994 de door het CBS op het bedrijfsleven veroorzaakte enquêtedruk in totaal 1.950.000
51
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 52
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
uur. Dat komt neer op een administratieve last van bijna 150 miljoen gulden1. De volgende acties hebben geleid tot een afname van de enquêtedruk (ramingen over de administratieve lastenverlichting zijn afkomstig van het CBS): 1. Statistiek internationale handel. Door middel van het tweemaal optrekken van de waarnemingsdrempel (laatstelijk met ingang van 1 januari 1997) daalt het aantal opgaveplichtigen met ruim 10.000, hetgeen een lastendrukvermindering van ruim 30% oplevert. Aan verdere vereenvoudiging wordt gewerkt in het kader van het SLIM-project2. 2. Statistieken van industriële productie. Bij de enquêtes Productiestatistiek industrie, Kwartaalstatistiek Prodocom en Enquête industriële verkopen en orderontvangsten is door gebruikmaking van vereenvoudigde vraagstelling en EDI tien procent administratieve verlichting bereikt. Aan verdere reductie wordt gewerkt via vergroting van edificatie en gebruik van bestanden van de Belastingdienst. 3. Statistiek Arbeid en lonen. Door middel van aanlevering via computerservicebureaus is 30% administratieve lastenverlichting bereikt. Verdere reductie zal plaatsvinden via edificatie en koppeling van bestanden. 4. Overig. Enquêtedrukvermindering is gerealiseerd door het Integratieproject bedrijfsstatistieken (minder enquêtes), samenwerking met Kamer van Koophandel en de Belastingdienst (50.000 minder enquêteformulieren), samenwerking met brancheorganisaties (dubbele bevraging voorkomen), standaardisatie definities, het beperken van nieuwe vragen/enquêtes en oprichting van CERO (Coördinatie Eenheid Reductie Overheids- en andere enquêtes) om te voorkomen dat bekende of te herleiden gegevens worden uitgevraagd. In de periode 1994-1997 zijn statistieken afgeslankt of stopgezet maar ook, onder meer op grond van Europese Richtlijnen, opgestart. Per saldo is volgens de CBS Enquêtedrukmeter het aantal uren die het bedrijfsleven nodig heeft om de CBS-vragenlijsten in te vullen gedaald. 1
2
52
Dit bedrag wijkt af van het eerder in de EIM-publicatie Administratieve Lasten Bedrijven 1993 opgenomen cijfer voor administratieve lasten CBS van 550 miljoen gulden. EIM neemt het cijfer van het CBS uit de Enquêtedrukmeter over (150 miljoen gulden). Reden daarvoor is dat het cijfer uit het EIM-onderzoek in 1994 in de perceptie van ondernemers waarschijnlijk sterk is beïnvloed door de toenmalige introductie van het IRIS-pakket van het CBS. Op het moment van uitvragen van het EIM-onderzoek in 1994 bestond heel veel irritatie over het moeilijk werkende IRIS-pakket. SLIM staat voor Simpler Legislation for the Internal Market.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 53
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
Op grond van de CBS Enquêtedrukmeter is het volgende verloop vastgesteld (1994=100): 1995: index 80 1996: index 75 1997: index 63 De genoemde indexcijfers zijn gebaseerd op de netto enquêtedruk. Dat is het totale aantal terugontvangen vragenlijsten x de invultijd per vragenlijst1. De respons is in de periode 1994-1997 als volgt geweest: 1994: 78%, 1995: 80%, 1996: 81% en 1997: 79%. Per saldo resulteert een administratieve lastenverlichting op jaarbasis van 80 miljoen gulden. Wet- en regelgeving Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij De administratieve lasten bedragen op dit wetgevingsterrein circa 200 miljoen gulden (inschatting Ministerie LNV). De Meststoffenwet (bijhouden mestboekhouding) is per 1 januari 1998 in werking getreden. Het betreft een nieuwe wet, derhalve vindt een groei van de administratieve lasten plaats. De administratieve lasten zijn zo veel mogelijk beperkt. Evaluatie vindt plaats in 2000. EIM raamt een stijging van administratieve lasten van minimaal 100 miljoen gulden per jaar. Daarnaast zijn de volgende maatregelen doorgevoerd (tussen haakjes de typering van de maatregel): • geen rapportage aan de Grondkamer bij pachtovereenkomsten over klein oppervlak (minder berichten); • afschaffing verschijningsplicht landbouwtelling (minder berichten); • vrijstelling melden boomkap (minder berichten); • vrijstelling bijhouden MINAS voor kleine bedrijven (minder berichten); • opmaken afleveringsbewijs CMR-vervoerdocument (meer berichten); • besluit voorwaarden afzetovereenkomsten korting mestproductierechten ingetrokken (minder berichten); • uitbreiding vrijstelling overdrachtsbelasting land- en tuinbouw (minder berichten). 1
De bruto enquêtedruk bestaat uit het aantal door het CBS verstuurde formulieren x de invultijd.
53
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 54
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
Wet en regelgeving Ministerie van Verkeer en Waterstaat De administratieve lasten bedragen op het terrein van Verkeer en Waterstaat naar schatting een paar honderd miljoen gulden (inschatting Ministerie V&W). Administratieve Lastenveranderingen bij (tussen haakjes de typering van de maatregel): • betere coördinatie en vereenvoudiging beroepsprocedure ontgronding (eenvoudiger bericht); • vergunning oppervlaktewater vervangen door algemene regels (minder berichten); • vereenvoudiging registratie rijtijden (eenvoudiger bericht); • rapportage samenstelling bemanning Zeevaart vervallen en minder vaarbevoegdheden (minder berichten); • eisen groot vaarbewijs (complexer bericht); • regels voor overleggen accountantsverklaring vissersvaartuigen vervallen, registers vervallen (minder berichten); • uitbreiding melding verontreiniging door schepen (meer berichten); • vereenvoudiging certificaten verontreiniging ontgronding (eenvoudiger bericht); • invoering maatregelen voorkoming verontreiniging door schepen (meer berichten). Overheidstoezicht en -controle uitoefenen van een onderneming De Algemene Wet Bestuursrecht (AWB) en de Algemene Wet Rijksbelastingen (AWR) spelen hier een rol. In dat kader schat het Ministerie van Financiën de verkorting van de bewaarplicht van 10 naar 7 jaar op een administratieve lastenverlichting met 140 miljoen gulden. Overheidstoezicht en -controle bij het uitoefenen van een onderneming wordt onder meer uitgeoefend door de Economische Controle Dienst (deponering van jaarstukken) en de milieudienst. De Warenwet is vervangen door de HACCP (meer berichten) en de levensmiddelenwetgeving is vereenvoudigd (minder berichten). Ook het preventief toezicht op vennootschappen valt daaronder. In dat kader is een vereenvoudiging van het preventief toezicht voor de oprichting van NV’s en BV’s doorgevoerd (doorlooptijd teruggedrongen in 1997, verdere terugdringing wachttijd in 1997 en uiteindelijk terugdringen wachttijd tot maximaal 48 uur)1.
1
54
Preventief Toezicht Vennootschappen; verkenning kosten voor bedrijven en beheerskosten, EIM, 1996, in opdracht van Ministerie van Economische Zaken.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 55
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
4.4.3 Ontwikkeling administratieve lasten buiten MISTRAL ‘werknemers in dienst’ Inleiding Eerst komt aan de orde de ontwikkeling van de administratieve lasten voor het totale terrein ‘werknemers in dienst’, daarna wordt verbijzonderd naar de afzonderlijke wetgevingsdomeinen. Omvang administratieve lasten op niet-MISTRAL-wetgevingsterrein ‘werknemers in dienst’ Wat betreft het niet-MISTRAL-wetgevingsterrein ‘werknemers in dienst’ heeft ‘Paars 1’ geen besparing van de administratieve lasten weten te bereiken, er is zelfs sprake van een verzwaring van 0,1 miljard. Dat is plus 4%. tabel 11 niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven niet-MISTRAL, werknemers in dienst; 1993-1998 domeinen
Met beleid Zonder beleid
1993 1998 mutatie 1993-1998 in miljarden in miljarden in miljarden guldens guldens in procenten guldens 1,92 2,62 +37 +0,70 1,92
2,53
Verschil met en zonder beleid Doelstelling ‘Paars 1’
+32
+0,61
+3,7
+0,09
-10,0
-0,25
Bron: EIM.
Ziekteverzuim en arbeidsomstandigheden Werkgevers zijn verplicht met ingang van 1994 een verzuimbeleid te voeren en zijn ook verantwoordelijk voor de reïntegratie van arbeidsongeschikte werknemers in het eigen bedrijf. In Nederland regelt de Arbowet daarnaast de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van werknemers op het werk. De wet is in 1993 gewijzigd in verband met de nieuwe EG-kaderrichtlijn. Tevens wordt een vorm van bedrijfsgezondheidszorg voor alle werknemers verplicht gesteld. Het streven is één aanpak waarin preventie, begeleiding en reïntegratie worden samengevoegd. Het doel van de wijzigingen is de aandacht voor de arbeidsomstandigheden te vergroten en het arbobeleid binnen grote en kleine ondernemingen meer systematisch en meer structureel op te zetten.
55
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 56
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
De werkgever heeft in dat kader de volgende verplichtingen: • schriftelijke inventarisatie en evaluatie van de risico’s in het bedrijf in relatie tot de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van werknemers (schriftelijke vastlegging, maatregelen treffen ter voorkoming/beperking, Arbeidsinspectie controleert); • verzuimbeleid (in overleg met de OR of via werkoverleg, ziekteverzuim registreren om inzicht in de oorzaak te krijgen, ziekte zo veel mogelijk voorkomen/beperken, arbeidsongeschikte werknemers begeleiden en in de gelegenheid stellen passend werk te verrichten. Dit alles bijgestaan door een Arbo-dienst); • geneeskundig onderzoek (aanbieden van een gezondheidskundig onderzoek aan de werknemers door de werkgever, frequentie afhankelijk van de risico-inventarisatie); • Arbo-dienst (de Arbo-wet verplicht werkgevers zich te laten bijstaan door een gecertificeerde Arbo-dienst1. Dit houdt verband met het feit dat per 1 januari 1994 een deel van de taken van de vroegere bedrijfsverenigingen op het gebied van verzuimcontrole en -begeleiding is overgeheveld naar de werkgevers, een werkgever mag voor het eigen bedrijf een interne Arbo-dienst oprichten of een combinatie met een externe Arbo-dienst aangaan, kopie van het contract moet aan de uitvoeringsinstelling/LISV worden gestuurd); • reïntegratie (werkgevers of de ingehuurde Arbo-dienst moeten schriftelijke informatie verstrekken aan de uitvoeringsinstellingen/LISV. Na 13 weken moet de werkgever een terugkeer- of reïntegratieplan opstellen, conflicten over de arbeidsongeschiktheid tussen werkgever en werknemer kunnen door beiden voorgelegd worden aan het LISV). EIM raamt een stijging van administratieve lasten op het terrein van Ziekteverzuim en Arbeidsomstandigheden van minimaal 200 miljoen gulden per jaar. Inzet bijzondere groepen Wat de inzet van bijzondere groepen betreft is er een aantal ideeën ontwikkeld om daarvoor de administratieve lasten te verlichten. Acties die de afgelopen jaren tot substantiële lastenverandering hebben geleid, zijn: 1. Heroverweging van de Wet Arbeid Gehandicapte Werknemers (WAGW). Door gebruik te maken van andere bestanden is in 1996 een administratieve lastenverzwaring voorkomen van 10 miljoen gulden. 1
56
Een deel van het bedrijfsleven per 1 januari 1996 en een ander deel per 1 januari 1998.
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 57
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
2. Wet Bevordering Evenredige Arbeidsdeelname Allochtonen (WBEAA) vervangen door de Wet Stimulering Arbeidsdeelname Minderheden. De werkgever is verplicht jaarlijks in plaats van twee nog maar één schriftelijk stuk (openbaar jaarverslag) te maken. EIM raamt de daling van de administratieve lasten op minimaal 100 miljoen gulden per jaar. Daarnaast zijn de volgende maatregelen doorgevoerd (tussen haakjes de typering van de maatregel): • wet op de (re-)integratie van arbeidsgehandicapten (meer berichten); • wet inschakeling werkzoekenden en kaderregeling arbeidsinpassing (meer berichten); • wet arbeid vreemdelingen (minder berichten).
4.5
Totaaloverzicht wetgevingsdomeinen
4.5.1 Inleiding In de volgende paragrafen komen de administratieve lastenveranderingen aan bod bezien over alle wetgevingsdomeinen (paragraaf 4.5.2). Daarnaast wordt inzicht geboden in de ontwikkeling van de administratieve lasten bij het uitoefenen van een onderneming (paragraaf 4.5.3) en bij het in dienst hebben van personeel (paragraaf 4.5.4).
4.5.2 Totaal wetgevingsdomeinen In 1993 bedroegen de totale structurele administratieve lasten 12,9 miljard gulden (2,2% van het BNP) ofwel 20.700 gulden gemiddeld per onderneming1. De structurele administratieve lasten (jaarlijks terugkerend) voor het bedrijfsleven bedragen in 1998 circa 16,55 miljard gulden (zie tabel 12). Dat is 2,2% van het BNP. Sedert 1993 zijn deze lasten met 28% gestegen (+3,64 miljard gulden), voornamelijk als gevolg van het fors toegenomen aantal bedrijven, de gegroeide werkgelegenheid en de gestegen lonen. Zonder beleid zou de stijging zelfs 35% hebben bedragen. ‘Paars 1’ heeft de administratieve lasten derhalve verminderd met 0,93 miljard (-5,3% van 17,48 miljard gulden). De doelstelling van 10% vermindering van administratieve lasten is echter 1
Eerdere ramingen van EIM voor 1993 gaven 13,1 miljard gulden aan. Voor het verkrijgen van een betrouwbare startwaarde voor de indexering was herberekening met MISTRAL nodig. Deze herberekening resulteerde in 12,9 miljard gulden voor 1993. Het verschil met de eerdere raming is niet relevant, zeker niet voor de ontwikkeling.
57
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 58
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
niet gehaald. Daarvoor was een vermindering met 1,75 miljard gulden (10% van 17,48 miljard) nodig geweest. tabel 12 niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven; 1993-1998 domeinen
Met beleid
1993 1998 mutatie 1993-1998 in miljarden in miljarden in miljarden guldens guldens in procenten guldens 12,91 16,55 +28 +3,64
Zonder beleid
12,91
Verschil met en zonder beleid Doelstelling ‘Paars 1’
17,48
+35 -5,3* -10,0
+4,57 -0,93 -1,75
* 5,3% van 17,48 miljard gulden. Bron: EIM.
De daling van de administratieve lasten met 930 miljoen gulden leidt in de periode 2000-2008 naar verwachting tot een geringe daling van de werkgelegenheid met 0,1% (in 2000 gaan 5.600 arbeidsplaatsen verloren en in 2008 loopt dat af naar een verlies van 4.300 arbeidsplaatsen). Met name in de zakelijke dienstverlening is sprake van een verlies aan arbeidsplaatsen (-0,4%) als gevolg van het minder uitbesteden van administratieve werkzaamheden. Tegenover de licht dalende werkgelegenheid staat een lichte groei van de export en de brutoproductie (beide +0,1%). De groei van de export is het gevolg van efficiencywinst (dezelfde productie met minder mensen) welke leidt tot een lichte daling van de prijzen. Dit versterkt de concurrentiepositie van de bedrijven, waardoor export en productie stijgen. Voor een volledige toelichting op de werkgelegenheidseffecten van de verlaging van de administratieve lasten wordt verwezen naar bijlage II.
4.5.3 Ontwikkeling administratieve lasten ‘uitoefenen onderneming’ In 1993 bedroegen de totale structurele administratieve lasten ‘uitoefenen onderneming’ 8,65 miljard gulden. De structurele administratieve lasten (jaarlijks terugkerend) voor het bedrijfsleven bedragen in 1998 circa 11,28 miljard gulden (zie tabel 13). Sedert 1993 zijn deze lasten met 30% gestegen (+2,63 miljard gulden), voornamelijk als gevolg van het fors toegenomen aantal bedrijven, de gegroeide werkgelegenheid en de gestegen lonen.
58
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 59
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
Zonder beleid zou de stijging zelfs 37% hebben bedragen. ‘Paars 1’ heeft de administratieve lasten derhalve verminderd met 0,58 miljard (-4,9% van 11,87 miljard gulden). De doelstelling van 10% vermindering van administratieve lasten is echter niet gehaald. Daarvoor was een vermindering met 1,19 miljard gulden (10% van 11,87 miljard) nodig geweest. tabel 13 niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven; uitoefenen onderneming 1993-1998 domeinen
Met beleid Zonder beleid Verschil met en zonder beleid Doelstelling ‘Paars 1’
1993 1998 mutatie 1993-1998 in miljarden in miljarden in miljarden guldens guldens in procenten guldens 8,65 11,28 +30 +2,63 8,65
11,87
+37
+3,22
-4,9
-0,58
-10,0
-1,19
Bron: EIM.
4.5.4 Ontwikkeling administratieve lasten ‘werknemers in dienst’ In 1993 bedroegen de totale structurele administratieve lasten ‘werknemers in dienst’ 4,26 miljard gulden. De structurele administratieve lasten (jaarlijks terugkerend) voor het bedrijfsleven bedragen in 1998 circa 5,26 miljard gulden (zie tabel 14). Sedert 1993 zijn deze lasten met 24% gestegen (+1,00 miljard gulden), voornamelijk als gevolg van het fors toegenomen aantal bedrijven, de gegroeide werkgelegenheid en de gestegen lonen. Zonder beleid zou de stijging zelfs 32% hebben bedragen. ‘Paars 1’ heeft de administratieve lasten derhalve verminderd met 0,35 miljard (-6,2% van 5,61 miljard gulden). De doelstelling van 10% vermindering van administratieve lasten is echter niet gehaald. Daarvoor was een vermindering met 0,56 miljard gulden (10% van 5,61 miljard) nodig geweest.
59
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 60
De ontwikkeling van administratieve lasten in de periode 1993-1998
tabel 14 niveau en mutatie structurele administratieve lasten bedrijven; werknemers in dienst, 1993-1998 domeinen
Met beleid Zonder beleid Verschil met en zonder beleid Doelstelling ‘Paars 1’
Bron: EIM.
60
1993 1998 mutatie 1993-1998 in miljarden in miljarden in miljarden guldens guldens in procenten guldens 4,26 5,26 +24 +1,00 4,26
5,61
+32
+1,35
-6,2
-0,35
-10,0
-0,56
1 2
• wijziging Inrichtingen- en vergunningenbesluit (mdw) • certificatieplicht verwijdering asbest
• jaarlijks opstellen en deponeren van financieel overzicht bij KvK • rapporteren over naleving bouwvoorschriften
• willekeurige afschrijving t.b.v Lelystad, kansenzone, R&D- laboratoria, arbeidsomstandigheden (arbo-) investeringen en de filmindustrie • vrije afschrijving milieu-investeringen (Vamillijst) • aangifte ontvangen en betaalde BTW
• uitbreiding vrijstellingen certificatieplicht voor verwijdering asbest • overgangsregeling voor alsnog verwerven certificaat door niet-gecertificeerde bedrijven
• afstemming normbladen/vereenvoudiging bouwaanvraag • minder vaak bodemonderzoek • vereenvoudiging gegevensverstrekking
• uitbreiding mogelijkheden willekeurige afschrijving • jaaraangiftegrens van 1.000 naar 2.000 gulden • verhoging criteriagrenzen met 20%
Omschrijving maatregel • gemengde kosten meer aftrekbaar • afschaffing vrijstelling energiebedrijven • verhoging plafond • vereenvoudiging aangifte • introductie exportrisico-reserve • gemengde kosten meer aftrekbaar • uitbreiding mogelijkheden willekeurige afschrijving
500.000
500.000
5.000.000
+
meer berichten
1.000.000
1.000.000
- 5.000.000 - 100.000.000
-
- 137.197.800
- 25.489.350
+
+
minder berichten
minder berichten berichten eenvoudiger
1997 1998 1998
berichten eenvoudiger
minder berichten
minder berichten
meer berichten
meer berichten
1997
1995
1996
1998
1998
Typering maatregel bericht eenvoudiger meer berichten meer berichten bericht eenvoudiger bericht complexer bericht eenvoudiger
De paarsgetinte wetgevingsdomeinen zijn door EIM opgenomen in MISTRAL. Voor deze domeinen kan EIM de ontwikkeling van de administratieve lasten precies kwantificeren. Naar gelang de ingeschatte zwaarte van de verandering, waarbij de frequentie het meest bepalend was is een administratieve lastenverlichting of administratieve lastenverzwaring van 1 of 5 miljoen gulden toegekend.
Milieuregelgeving
Wet op Jaarrekening
BTW
Dividendbelasting Inkomstenbelasting
Informatieverplichting bedrijfsleven • vaststelling winst • invoering belastingplicht energiebedrijven • energie-investeringsaftrek • voorheffing op IB en VpB • vaststelling winst
mate verlichting/verzwaring2 - 8.764.200 + 500.000 + 500.000 - 2.700.000 + 114.750 - 2.718.900
14:26
Wetgevingsterrein Vennootschapsbelasting
Datum inwerkingtreding maatregel 1997 1998 1998 1996 1996 1997
overzicht wijzigingen in de rapportageverplichtingen samenhangend met het voeren van een onderneming, 1993-19981
24-07-2000
tabel I-1
Bijlage I: Overzicht wetswijzigingen 1993-1998
990573 Pagina 61
Monitor Administratieve Lasten Bedrijven: 1993-1998
Bijlage I: Overzicht wetswijzigingen 1993-1998
61
62
Wetgeving LNV
• IJkwet • Mededingingswet: systeem van de wet economische mededinging vervangen door een verbodssysteem op mededingingsafspraken en misbruik van een econ. machtspositie en concentratietoezicht ingevoerd • enquêtedruk vermindering (statistiek internationale handel, statistieken van industriële productie, statistiek Arbeid en lonen en overige statistieken) • vastleggen pachtovereenkomsten • landbouwtelling • melden boomkap • geen rapportage Grondkamer < 1 hectare • afschaffing verschijningsplicht • generieke vrijstelling i.p.v. ontheffingsaanvraag
• onder andere verhoging waarnemingsdrempel, eenvoudiger vraagstelling en introductie EDI
• erkenning van ijkbevoegden • aanvraag • voornemen concentratie • aanvraag vergunning concentratie
Omschrijving maatregel • minder vergunningen • enkelvoudige inschrijving, eenvoudiger publicatieplicht • vergunning koopavond en registratiekaart vervallen • minder vergunningen • herziening administratieve onteigenings procedure voor uitvoering van werken en enige andere doeleinden
1995 1997 1997
1997
1998 1998
1996/1998 1998
1996
minder berichten minder berichten minder berichten
minder berichten eenvoudiger berichten, edificatie infrastructuur
minder berichten meer berichten
minder berichten minder berichten
Typering maatregel minder berichten minder en eenvoudiger berichten minder berichten
5.000.000 5.000.000
5.000.000 5.000.000
5.000.000
-
5.000.000 5.000.000 5.000.000
- 81.000.000
+
-
-
14:26
• aanvraag vergunning internationale handel • onteigeningsprocedure
• opgave openingstijden winkel
Informatieverplichting bedrijfsleven • aanvraag vestigingsvergunningen • inschrijving Handelsregisterwet
mate verlichting/verzwaring2 - 100.000.000 - 25.000.000
24-07-2000
Statistiekverplichting
Wetgevingsterrein EZ-regelgeving
Datum inwerkingtreding maatregel 1996 1997
990573 Pagina 62
Bijlage I: Overzicht wetswijzigingen 1993-1998
Wetgeving V & W
Wetgevingsterrein
• registratie rijtijden • Zeevaartbemanningswet: • schip moet bemand zijn met voldoende gekwalificeerde bemanningsleden • bemanningsplan • bemanningscertificaat • bijzondere bevoegdheden hoofd scheepvaartinspectie en van de kapitein
• aanvraag vergunning oppervlaktewater
• overdrachtsbelasting t.b.v. de land- en tuinbouwstructuur • aanvraag vergunning ontgronding
Informatieverplichting bedrijfsleven • regels omtrent bijhouden administratie en verstrekken van gegevens inzake onder meer productie, gebruik en verhandelen van meststoffen (MINAS=Mineralen Aangiftesysteem)
• betere coördinatie en vereenvoudiging beroepsprocedure • vergunning vervangen door algemene regels • vereenvoudiging registratie • rapportage samenstelling bemanning vervallen, minder vaarbevoegdheden nodig
Omschrijving maatregel • nieuwe verplichting bijhouden en inzenden van een zgn. kwartaaloverzicht • producent wiens gemiddelde veebezetting p/j niet meer is dan 3GVE en die niet meer dan 3 hect. landbouwgrond heeft niet verplicht bijhouden administratie alle mestproducenten. • opmaken afleveringsbewijs/ CMR-vervoerdocument (buitenland) • 30%-korting mestproductierechten varkens en kippen is vervallen besluit voorwaarden afzetovereenkomsten ingetrokken • uitbreiding vrijstelling
1998 1998
1997/1998
1997
1998
minder berichten
eenvoudiger bericht minder berichten
minder berichten
eenvoudiger bericht
-
-
-
-
-
meer berichten
minder berichten
+
minder berichten
5.000.000 1.000.000
5.000.000
5.000.000
5.000.000
5.000.000
5.000.000
5.000.000
-
Typering maatregel meer berichten
14:26
mate verlichting/verzwaring2 + 100.000.000
24-07-2000
Datum inwerkingtreding maatregel 1998
990573 Pagina 63
Bijlage I: Overzicht wetswijzigingen 1993-1998
63
64
• Bewaren boeken, bescheiden en andere gegevensdragers
• Levensmiddelenwetgeving (HACCP) • Levensmiddelenwetgeving
• meldingsplicht oprichten vennootschappen
• aanvraag certificaat ter voorkoming verontreiniging ontgronding • Wet voorkoming verontreiniging door schepen
• melding voorvallen verontreiniging door schepen van de IMO
• invoering aantal maatregelen o.a. informatiebord, vuilnisbeheerplan en vuilnisjournaal • vereenvoudiging preventief toezicht, minder wachttijd • vervanging Warenwet door HACCP • vereenvoudiging levensmiddelenwetgeving. Warenwetbesluiten vervallen of wijzigen • verkorting bewaartermijn van 10 naar 7 jaar
• eisen aan onderscheiden categorieën aanvragers van een groot vaarbewijs binnenvaart (registerloods) • regels t.a.v. overleggen verklaring accountant komen te vervallen • opheffing plaatselijke visserijregisters • wijziging regels registratie vissersvaartuigen • toevoeging nieuwe categorie gevallen waarin kapitein verplicht is voorval te melden • aanvraag vereenvoudigd
Omschrijving maatregel
1997/1998
1995/1996 1998
1997
1998
1997
1998
1998
1997
eenvoudiger bericht
meer berichten minder berichten
eenvoudiger bericht
meer berichten
eenvoudiger bericht
meer berichten
minder berichten
complexer berichten
Typering maatregel
5.000.000
5.000.000
1.000.000
1.000.000
1.000.000
1.000.000
- 140.000.000
+ 5.000.000 - 1.000.000
-
+
-
+
-
+
14:26
• registratie vissersvaartuigen 1998
Informatieverplichting bedrijfsleven • verplichtingen scheepsbeheerder • aanvullende regels bemanningsleden (monstering en medische keuring) • wijziging Besluit vaarbewijzen binnenvaart
mate verlichting/verzwaring2
24-07-2000
Overheidstoezicht/ - controle
Wetgevingsterrein
Datum inwerkingtreding maatregel
990573 Pagina 64
Bijlage I: Overzicht wetswijzigingen 1993-1998
3 4
1 2
eenvoudiger bericht meer berichten
meer berichten meer berichten meer berichten meer berichten (frequentie 40.000 naar 135.000 werknemers) meer berichten (frequentie 40.000 naar 135.000 werknemers) minder berichten minder berichten eenvoudiger bericht meer berichten
1997 31/12/1997
31/12/1997 1998 1998 1998
1.000.000
1.000.000
5.000.000
5.000.000
- 35.444.250 - 46.269.750 - 210.342.150 + 5.000.000
+ 17.648.5503
+ 17.648.5504
+ 1.000.000 + 1.000.000
+
+
-
-
- 210.342.150
De paarsgetinte wetgevingsdomeinen zijn door EIM opgenomen in MISTRAL. Voor deze domeinen kan EIM de ontwikkeling van de administratieve lasten precies kwantificeren. Naar gelang de ingeschatte zwaarte van de verandering, waarbij de frequentie het meest bepalend was is een administratieve lastenverlichting of administratieve lastenverzwaring van een half, één of vijf miljoen gulden vastgesteld via de MISTRAL-methode. Beïnvloedt zowel omvang administratieve lasten Loonheffing als Werknemersverzekeringen. Verzwaring van de administratieve lasten van de carpoolregeling valt voor de helft onder de Loonheffing en voor de andere helft onder Werknemersverzekeringen.
1994 1996 1997 1998
1998
minder berichten
1997
1997
Typering maatregel meer en complexer berichten eenvoudiger bericht3
mate verlichting/verzwaring2 + 23.681.700
14:26
Werknemersverzekeringen
Omschrijving maatregel • vervanging Wet Vermeend-Moor door Wet Vermindering Afdracht Loonheffing • vervallen kolom 18 loonstaat: onbelaste vergoedingen en verstrekkingen • reiskostenregeling: 20-dagen wordt 40-dagenregeling • parkeer-, tol- en veergelden: lumpsumheffing • vermindering afdracht loonbelasting en premie vvz i.v.m. verruiming overgangsregeling ter zake van het toetsloon in vermindering onderwijs (leerarbeidsplaats) • verdubbeling afdrachtvermindering lage lonen • verhoging zgn. doorstroomvermindering • Belastingvrije vergoeding inrichting van • contract opstellen en voldoen aan telewerkplek thuis arbo-eisen • Vereenvoudiging meerijregeling • betalen onbelaste meerijbonus en toezicht op ten minste 120 dagen per jaar carpoolen • Vereenvoudiging meerijregeling • betalen onbelaste meerijbonus en toezicht op ten minste 120 dagen per jaar carpoolen • inhouden premies WULBZ, WAO, • invoering 2-6 wekenregeling bij ziekte ZFW, WW en melden ziekte, • introductie WULBZ arbeidsongeschiktheid, werkloosheid • vervallen kolom 18 loonstaat • wet premiedifferentiatie en marktwerking bij • aanvraag bij UVI indienen als besluit arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (PEMBA): ER-drager te worden - werkgever premie WAO gaan betalen • ongelimiteerde zekerheidsstelling nodig van
Informatieverplichting bedrijfsleven • Inhouding loonbelasting en premies volksverzekeringen
Datum inwerkingtreding maatregel 1996
overzicht wijzigingen in de rapportageverplichtingen samenhangend met het in dienst hebben van personeel, 1993-19981
24-07-2000
Wetgevingsterrein Loonheffing
tabel I-2
990573 Pagina 65
Bijlage I: Overzicht wetswijzigingen 1993-1998
65
66
*
• risico-inventarisatie en evaluatie • verzuimregistratie • inschakelen Arbo-dienst • opstellen reïntegratieplannen
= Onvoeldoende informatie is hierover beschikbaar.
Ziekteverzuim/Arbo
• wet arbeid vreemdelingen
• wet inschakeling werkzoekenden (WIW) (Kaderregeling arbeidsinpassing (KRA))
• introductie budgetstructuur • herplaatsingsbudget • kosten hoger dan budget werkgever aanspraak maken op pakket op maat • aanvragen bij arbeidsbureau eenmalige tegemoetkoming in kosten extra training en begeleiding • subsidie voor werkervaringsplaats • de vreemdeling in afwachting van verzoek om voortgezet verblijf houdt vrije toegang tot de arbeidsmarkt • nieuwe verplichting • nieuwe verplichting • nieuwe verplichting • nieuwe verplichting
• aanlevering via computerservicebureaus • aansluiten bij andere bestanden, daardoor adm. lastenverzwaring voorkomen • werkgevers jaarlijks nog maar één schriftelijk stuk te maken (openbaar jaarverslag) met overzicht samenstelling personeelsbestand en maatregelen m.b.t. Wet Samen
• nieuwe wet
Omschrijving maatregel bank of verzekeraar
1994 1994 1994 1994
5-12-1997
1998
meer berichten meer berichten meer berichten meer berichten
minder berichten
meer berichten
1.000.000
5.000.000
+ 200.000.000 minimaal tezamen
-
+
+ 5.000.000
- 100.000.000
5.000.000
29/4/1998, minder en eenvoudiger met terugwerbericht kende kracht tot 1/1/1998. Artikel I, deel J terugwerkend tot 1/1/97 1998 meer berichten (gedeeltelijk)
+ 5.000.000 - 10.000.000
meer berichten faciliteren uitbesteden minder berichten
* 1996
1998
Typering maatregel
14:26
• wet op de (re-)integratie van arbeidsgehandicapten (REA)
Informatieverplichting bedrijfsleven (premie= vast deel + gedifferentieerd deel) - werkgever kan voor eigen risico eerste 5 jaar WAO van werknemer nemen • wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) • opgave werkgelegenheid en lonen • opgave gehandicapte werknemers (WAGW) • Wet Stimulering Arbeidsdeelname Minderheden (Wet Samen) voor vergroten effectiviteit WBEAA. Wet Samen vervangt de WBEAA.
mate verlichting/verzwaring2
24-07-2000
Statistiekverplichting Inzet bijzondere groepen
Wetgevingsterrein
Datum inwerkingtreding maatregel
990573 Pagina 66
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 67
Monitor Administratieve Lasten Bedrijven: 1993-1998
Bijlage II: Werkgelegenheidseffecten van een verlaging van de administratieve lasten1 Inleiding In de hoofdtekst is aangegeven dat door het ingezette overheidsbeleid de administratieve lasten structureel 930 miljoen lager zijn dan anders het geval zou zijn geweest. In deze bijlage wordt een indicatie gegeven van de werkgelegenheidseffecten ten gevolge van dit beleid op middellange termijn (2000-2008). Deze bijlage is als volgt opgebouwd. Eerst wordt aangegeven welke onderzoeksaanpak is gevolgd en welke aannames hierbij zijn gemaakt. Daarna worden de werkgelegenheidseffecten beschreven. Ten slotte volgt een analyse van de resultaten. Onderzoeksaanpak en aannames De werkgelegenheidseffecten worden ingeschat met behulp van het model PRISMA, dat (evenals het MISTRAL model) is ontwikkeld binnen EIM’s economische modelbouwprogramma SCALES. PRISMA is een macro-sectormodel dat gekarakteriseerd kan worden als een gestileerde versie van het macro-sectormodel Athena van het CPB, uitgebreid met een grootteklasse-dimensie van het bedrijfsleven en een aantal MKB-specifieke mechanismen. Zie voor nadere achtergrondinformatie over PRISMA Kwaak (1999). Bij het inbrengen van de verlaging van de administratieve lasten in PRISMA zijn de volgende nadere aannames gemaakt. – Verondersteld is dat de structurele verlaging van de administratieve lasten van jaarlijks 930 miljoen geleidelijk in de jaren 19961998 tot stand is gekomen. Verondersteld is dat in 1996 de lasten met een kwart hiervan (232,5 miljoen) waren verminderd, in 1997 met de helft (465 miljoen) en pas in 1998 met de volledige 930 miljoen. – Verlaging van administratieve lasten kan voor bedrijven twee vormen aannemen. Enerzijds kan dit in de vorm van een besparing op het aantal administratieve medewerkers in de bedrijven zelf, 1
Auteurs: drs. A. Kwaak en dr. G. de Wit.
67
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 68
Bijlage II: Werkgelegenheidseffecten van een verlaging van de administratieve lasten
anderzijds in de vorm van het minder uitbesteden van administratieve taken aan bedrijven in de zakelijke dienstverlening. Verondersteld is dat de helft van de lastenverlaging tot stand komt in de vorm van minder administrateurs bij de bedrijven zelf, de andere helft in de vorm van minder uitbesteding van administratieve taken. – Aangenomen is dat van het verdwijnen van administratieve taken geen onafhankelijke impuls uitgaat voor nieuwe dienstverlening. Als bijvoorbeeld een administrateur bij een bedrijf overbodig wordt, dan is er verondersteld dat er niet als gevolg hiervan een nieuwe functie binnen het bedrijf wordt gecreëerd die anders niet was ontstaan. Werkgelegenheidseffecten Zonder verdere economische feedbackmechanismen zou een lastenverlaging van jaarlijks 930 miljoen neerkomen op een daling van de werkgelegenheid met 0,2%. Dit is gelijk aan een verlies aan arbeidsplaatsen van ongeveer 9.200, waarvan 6.500 verdeeld over alle bedrijven en 2.700 geconcentreerd in de zakelijke dienstverlening. Met inachtneming van economische feedbackmechanismen ontstaat het beeld zoals geschetst in de tabellen II-1 en II-2. Op macroniveau leidt de verlaging van de administratieve lasten in de periode 2000-2008 tot een vermindering van de werkgelegenheid met 0,1%. In 2000 gaan 5.600 arbeidsplaatsen verloren en dit loopt af naar een verlies van 4.300 arbeidsplaatsen in 2008. Met name de werkgelegenheid in de zakelijke dienstverlening loopt terug (-0,4%). De werkgelegenheid in de andere sectoren loopt ook iets terug (-0,1%) of blijft gelijk. Tegenover de licht dalende werkgelegenheid staat een lichte groei van de export en de brutoproductie (beide + 0,1%). Analyse De daling van de administratieve lasten leidt tot efficiencywinst bij de bedrijven. Immers, dezelfde productie is met minder arbeid te bereiken. Primair leidt dit tot minder vraag naar arbeid en een lagere werkgelegenheid. Door de efficiencywinst dalen evenwel de kosten voor de bedrijven, waardoor ook de prijzen licht kunnen dalen. Dit versterkt de concurrentiepositie van de bedrijven, waardoor export en productie stijgen. Dit heeft een positief effect op de werkgelegenheid. Dit compenserende effect is evenwel op macroniveau niet voldoende om het oorspronkelijke negatieve effect te compenseren. Alleen in de export-
68
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 69
Bijlage II: Werkgelegenheidseffecten van een verlaging van de administratieve lasten
gevoelige chemische industrie domineert dit compenserende effect op termijn. Nadere analyse leert (niet uit de tabellen af te lezen) dat het overbodig worden van administratieve taken binnen de bedrijven zelf, het negatieve macro-werkgelegenheidseffect geheel voor zijn rekening neemt. Over de hele linie daalt de werkgelegenheid licht als gevolg van dit effect. Het minder uitbesteden van administratieve taken aan de zakelijke dienstverlening leidt op macroniveau niet tot een vermindering van de werkgelegenheid. Er vindt alleen een verplaatsing van de werkgelegenheid plaats. Bij de zakelijke dienstverlening verdwijnt werkgelegenheid als gevolg van de vraaguitval door de rest van het bedrijfsleven. Dit wordt gecompenseerd door werkgelegenheidswinst in de in verband met het buitenland concurrentiegevoelige sectoren doordat de efficiencywinst leidt tot lagere prijzen en daarmee een hogere export en productie. In de overige sectoren blijft de werkgelegenheid grosso modo gelijk.
69
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 70
Bijlage II: Werkgelegenheidseffecten van een verlaging van de administratieve lasten
tabel II-1 macro-economische effecten 2000
2004
2008
% % % % % %
0,0 0,0 0,0 0,0 -0,1 0,0
-0,1 -0,1 -0,1 0,0 -0,1 0,0
-0,2 -0,2 -0,1 -0,1 -0,1 -0,1
volumes particuliere consumptie investeringen bedrijven: waarvan niet-gebouwen waarvan gebouwen uitvoer (*) invoer
% % % % % %
0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
0,0 0,0 0,1 0,0 0,0 0,0
0,0 0,1 0,1 0,0 0,1 0,0
bruto nationaal product (factorkosten) netto nationaal inkomen productie bedrijven (** ' ***)
% % %
0,1 0,0 0,0
0,1 0,0 0,0
0,1 0,0 0,1
arbeidsproductiviteit bedrijven (***) werkgelegenheid bedrijven
0,2 -0,1
0,1 -0,1
0,1 -0,1
werkgelegenheid bedrijven werkloosheidsgraad
% % x 1000 mensjaar % aanbod
-5,6 0,1
-5,1 0,1
-4,3 0,1
overige kentallen bezettingsgraad industrie arbeidsinkomensquote (***) lopende rekening betalingsbalans (% BNP) financieringssaldo overheid (% BNP) belastingdruk (% BNP) sociale premiedruk (% BNP)
%-punt %-punt %-punt %-punt %-punt %-punt
0,0 -0,1 0,0 0,0 0,0 0,0
0,0 -0,1 0,0 0,0 0,0 0,0
0,0 -0,1 0,0 0,0 0,0 0,0
kosten en prijzen loonvoet contractlonen particuliere consumptie export (*) productie bedrijven (** ' ***) reële arbeidskosten bedrijven (***)
(*) Uitvoer inclusief diensten, exclusief energie. (**) Bruto, factorkosten. (***) Exclusief delfstoffenwinning, woningbezit, kwartaire dienstverlening.
70
990573
24-07-2000
14:26
Pagina 71
Bijlage II: Werkgelegenheidseffecten van een verlaging van de administratieve lasten
tabel II-2 werkgelegenheidseffecten naar sector (%) voedings- en genotmiddelenindustrie chemische industrie metaalindustrie overige industrie bouwnijverheid groothandel detailhandel horeca autoverkoop en reparatie verkeer en vervoer zakelijke en financiële dienstverlening overige tertiaire dienstverlening landbouw delfstoffenwinning aardolie-industrie openbaar nut woningbezit kwartaire dienstverlening totaal bedrijven overheid totaal
2000 0,0 0,0 -0,1 -0,1 -0,2 -0,1 -0,1 -0,1 -0,1 -0,1 -0,4 -0,1 0,0 -0,2 -0,2 -0,2 -0,2 -0,2 -0,1 -0,2 -0,1
2004 0,0 0,0 0,0 0,0 -0,2 -0,1 -0,1 -0,1 -0,1 0,0 -0,4 -0,1 0,0 -0,1 -0,2 -0,2 -0,1 -0,2 -0,1 -0,2 -0,1
2008 0,0 +0,1 0,0 0,0 -0,1 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 -0,4 -0,1 0,0 -0,1 -0,1 -0,1 -0,1 -0,1 -0,1 -0,2 -0,1
Referenties Kwaak, Ton, 1999, PRISMA ’98: Policy Research Instrument for Sizeaspects in Macro-economic Analysis, Research Report 9804/E, EIM, Zoetermeer.
71
990573
24-07-2000
72
14:26
Pagina 72