Paasviering 2014 groep 5 t/m 8
[Geef tekst op]
Samenzang: Psalm 98 vers 2 Hij heeft gedacht aan Zijn genade, Zijn trouw aan Isrel nooit gekrenkt. Dit slaan al 's aardrijks einden gade, nu onze God Zijn heil ons schenkt. Juich dan den HEER met blijde galmen, gij ganse wereld, juich van vreugd! Zing vrolijk in verheven psalmen het heil, dat d' aard' in 't rond verheugt. Welkom door meester Plaisier Schriftlezing Mattheüs 26 vers 31 – 35 door Laura Pons Toen zeide Jezus tot hen: Gij zult allen aan Mij geërgerd worden in dezen nacht; want er is geschreven: Ik zal den Herder slaan, en de schapen der kudde zullen verstrooid worden. Maar nadat Ik zal opgestaan zijn, zal Ik u voorgaan naar Galilea. Doch Petrus, antwoordende, zeide tot Hem: Al werden zij ook allen aan U geërgerd, ik zal nimmermeer geërgerd worden. Jezus zeide tot hem: Voorwaar, Ik zeg u, dat gij in dezen zelfden nacht, eer de haan gekraaid zal hebben, Mij driemaal zult verloochenen. Petrus zeide tot Hem: Al moest ik ook met U sterven, zo zal ik U geenszins verloochenen! Desgelijks zeiden ook al de discipelen. Mattheüs 26 vers 69 – 75 door Carolien van der Elst En Petrus zat buiten in de zaal; en een dienstmaagd kwam tot hem, zeggende: Gij waart ook met Jezus, den Galileër. Maar hij loochende het voor allen, zeggende: Ik weet niet, wat gij zegt. En als hij naar de voorpoort uitging, zag hem een andere dienstmaagd, en zeide tot degenen, die aldaar waren: Deze was ook met Jezus den Nazarener. En hij loochende het wederom met een eed, zeggende: Ik ken den Mens niet. En een weinig daarna, die er stonden, bijkomende, zeiden tot Petrus: Waarlijk, gij zijt ook van die, want ook uw spraak maakt u openbaar. Toen begon hij zich te vervloeken, en te zweren: Ik ken den Mens niet. En terstond kraaide de haan; en Petrus werd indachtig het woord van Jezus, Die tot hem gezegd had: Eer de haan gekraaid zal hebben, zult gij Mij driemaal verloochenen. En naar buiten gaande, weende hij bitterlijk. Gebed en opening door meester Plaisier Samenzang: Psalm 22 vers 6 Orgelspel door Gertjan Rozema Wees dan mijn hulp, houd U niet ver van mij, Mij prangt de nood, benauwdheid is nabij. 'k Heb buiten U, daar ik zo bitter lij', geen hulp te wachten. Een stierenheir uit Bazan, sterk van krachten, en fel verwoed, omringt M' aan alle zijden. Mijn God, hoe zwaar, hoe smart'lijk valt dit lijden voor mijn gemoed!
[Geef tekst op]
Groep 6: ‘Gethsemané’ Instrumenten: Dwarsfluit: Gerda de Wit, Anne Caberet, Rosalijn Vat, Leah van Rees Blokfluit: Casandra Erkelens, Marlize Kraaijeveld Viool: Elise Bezemer, Marilene Chevalking Zingen: ’t Is middernacht en in de hof ’t Is middernacht, en in de hof buigt, tot de dood bedroefd, in ’t stof de Levensvorst; in Zijn gebeên doorworsteld Hij Zijn strijd alleen. Spreekstem: Markus 14 vers 32 t/m 35 En zij kwamen in een plaats, welker naam was Gethsemane, (Ilse den Hoedt) En Hij zeide tot zijn discipelen: Zit hier neder, totdat ik gebeden zal hebben. En hij nam met Zich Petrus, en Jakobus, en Johannes, (Maurice Vuijk) en begon verbaasd en zeer beangst te worden; En zeide tot hen: Mijn ziel is geheel bedroefd tot den dood toe; blijft hier, en waakt. (Maurits Alderlieste) En een weinig voortgegaan zijnde, viel Hij op de aarde, en bad, zo het mogelijk ware, dat die ure van Hem voorbijging. (Eva Logmans) Zingen ’t Is middernacht, maar Jezus waakt, en ’t ziele lijden dat Hij smaakt, bant uit Zijn hart de bede niet: Mijn Vader, dat Uw wil geschied’. Spreekstem: Markus 14 vers 36 en 37 En Hij zeide: Abba, Vader! alle dingen zijn U mogelijk; neem dezen drinkbeker van Mij weg, doch niet wat Ik wil, maar wat Gij wilt. (Sven de Sterke) En Hij kwam, en vond hen slapende, en zeide tot Petrus: Simon! slaapt gij? Kunt gij niet één uur waken? (Jeroen Bendeler) Zingen ’t Is middernacht, maar hoe Hij lijdt, Zijn jong’ren slapen bij die strijd; en derven, afgemat in rouw, de aanblik op des Meesters trouw.
[Geef tekst op]
Spreekstem: Markus 14 vers 38 t/m 42 Waakt en bidt, opdat gij niet in verzoeking komt; de geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak. (Marieke Alderliesten) En wederom heengegaan zijnde, bad Hij, sprekende dezelfde woorden. (Quinten Bos) En wedergekeerd zijnde, vond Hij hen wederom slapende, want hun ogen waren bezwaard; en zij wisten niet, wat zij Hem antwoorden zouden. (Julian Vis) En Hij kwam ten derden male, en zeide tot hen: Slaapt nu voort, en rust; het is genoeg, de ure is gekomen; ziet, de Zoon des mensen wordt overgeleverd in de handen der zondaren. (Gertjan de Jong) Staat op, laat ons gaan; ziet, die Mij verraadt, is nabij. (Stephan Almeida) Zingen ’t Is middernacht, en ’t Vaderhart sterkt en verstaat de Man van smart, Die ’t enig lijden, dat Hij torst, ten eind doorstrijdt als Levensvorst. Spreekstem: Jesaja 53 vers 2b t/m 6 Hij had geen gedaante noch heerlijkheid; als wij Hem aanzagen, zo was er geen gestalte dat wij Hem zouden begeerd hebben. (Elise Bezemer) Hij was veracht, en de onwaardigste onder de mensen, een Man van smarten, en verzocht in krankheid; en een iegelijk was als verbergende het aangezicht voor Hem; Hij was veracht, en wij hebben Hem niet geacht. (Hester Verhoeven) Waarlijk, Hij heeft onze krankheden op Zich genomen, en onze smarten heeft Hij gedragen; doch wij achtten Hem, dat Hij geplaagd, van God geslagen en verdrukt was. (Gert–Jan van Strien) Maar Hij is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheden is Hij verbrijzeld; de straf, die ons den vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn striemen is ons genezing geworden. (Rosalijn Vat) Zingen: Psalm 22 vers 1 Mijn God, Mijn God, waarom verlaat Gij Mij en redt Mij niet, terwijl Ik zwoeg en strij’ en brullend klaag in d’angsten, die Ik lij, dus fel geslagen? ’t Zij Ik, Mijn God, bij dag moog’ bitter klagen, Gij antwoordt niet; ’t zij Ik des nachts moog’ kermen, Ik heb geen rust, ook vind Ik geen ontfermen in Mijn verdriet. Spreekstem: Jesaja 53 vers 6 en 7 Wij dwaalden allen als schapen, wij keerden ons een iegelijk naar zijn weg; doch de HEERE heeft onzer aller ongerechtigheid op Hem doen aanlopen. (Marilene Chevalking) Als dezelve geëist werd, toen werd Hij verdrukt; doch Hij deed Zijn mond niet open; als een lam werd Hij ter slachting geleid, en als een schaap, dat stom is voor het aangezicht zijner scheerders, alzo deed Hij Zijn mond niet open. (Jonathan Platschorre) [Geef tekst op]
Zingen: Psalm 22 vers 3 U smeekten zij, van mensenhulp ontbloot, en zijn gered; zij hebben in hun nood op u vertrouwd, van schaamte nimmer rood na hun gebeden. Maar Ik, Ik ben een worm, van elk vertreden, een worm, geen man, een spot en smaad van mensen, dien ’t boze volk, naar zijn baldadig wensen, beschimpen kan. Zingen: O hoofd vol bloed en wonden O hoofd vol bloed en wonden, bedekt met smaad en hoon, o hoofd zo wreed geschonden, uw kroon een doornenkroon, o hoofd eens schoon en heerlijk en stralend als de dag, hoe lijdt Gij nu zo deerlijk! Ik groet U vol ontzag Spreekstem: Jesaja 53 vers 8 Hij is uit den angst en uit het gericht weggenomen; en wie zal Zijn leeftijd uitspreken? Want Hij is afgesneden uit het land der levenden; om de overtreding Mijns volks is de plage op Hem geweest. (Gerda de Wit) Zingen O Heer’ uw smaad en wonden, ja alles wat Gij duldt, om mij is het, mijn zonden, mijn schuld, mijn grote schuld. O God ik ga verloren om wat ik heb gedaan, Als Gij mij niet wilt horen. zie mij in liefde aan. Spreekstem: Jesaja 53 vers 9 en 10 En men heeft Zijn graf bij de goddelozen gesteld, en Hij is bij den rijke in Zijn dood geweest, omdat Hij geen onrecht gedaan heeft, noch bedrog in Zijn mond geweest is. (Leah van Rees) Doch het behaagde den HEERE Hem te verbrijzelen; Hij heeft Hem krank gemaakt; als Zijn ziel Zich tot een schuldoffer gesteld zal hebben, zo zal Hij zaad zien (Sophia de Wit) Hij zal de dagen verlengen; en het welbehagen des HEEREN zal door Zijn hand gelukkiglijk voortgaan. (Anne Ruth Aarnoudse)
[Geef tekst op]
Zingen Ik dank U o mijn vrede, mijn God die met mij gaat, voor wat Gij hebt geleden aan bitterheid en smaad. Geef dat ik trouw mag wezen, want Gij zijt trouw en goed. Ik volg U zonder vrezen wanneer ik sterven moet. Samenzang: Psalm 129 vers 2 Orgelspel door Maurits ten Hoor Men heeft mijn rug door ploegers diep geploegd; Die hebben wreed hun voren lang getogen, en smart bij smart tot mijn verderf gevoegd, voor 't kermen doof, en wars van mededogen. Groep 7: ‘Golgotha’ Instrumenten: Panfluit: Laurentine Bosman, Sophie de Graaf, Marlies Hovestad, Lotte Kwakernaak, Jasmijn Twigt Blokfluit: Laurentine Bosman, Marit den Hoedt, Marlies Hovestad, Klaudia de Sterke Dwarsfluit: Femke van Bronswijk, Marit den Hoedt, Julia de Jong, Nelleke Veldhoen Harp: Laura Pons Orgel: Gertjan Rozema Spreekstem: Lukas 23 vers 33 En toen zij kwamen op de plaats, genaamd Hoofdschedelplaats, kruisigden zij Hem aldaar, en de kwaaddoeners, den één ter rechter zijde en den ander ter linker zijde. (William Blaak) Zingen: Leer mij o Heer’ Uw lijden recht betrachten Leer mij o Heer’ Uw lijden recht betrachten, in deze zee verzinken mijn gedachten: O Liefde die, om zondaars te bevrijden, zo zwaar woud lijden! 'k Zie U, God zelf, in eeuwigheid geprezen, tot in de dood als mens gehoorzaam wezen, in onze plaats gemarteld en geslagen, de zonde dragen. Vader vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen. Spreekstem: Jesaja 53 vers 12 Daarom zal Ik Hem een deel geven van velen, en Hij zal de machtigen als een roof delen, omdat Hij Zijn ziel uitgestort heeft in den dood, en met de overtreders is geteld geweest, en Hij veler zonden gedragen heeft, en voor de overtreders gebeden heeft. (Laurien Slingerland)
[Geef tekst op]
Spreekstem: Lukas 23 vers 34 En Jezus zeide: Vader, vergeef het hun; want zij weten niet, wat zij doen. (Irene Plaisier) Vrouw zie uw zoon, zoon zie uw moeder. Zingen: Als ik in gedachten sta Als ik in gedachten sta, bij het kruis van Golgotha als ik hoor wat Jezus sprak, voor Zijn oog aan ’t kruishout brak. Hoe nog stervende Zijn mond, troost voor vriend en moeder vond, weet ik: “Hij vergeet ons niet, schoon Hij stervend ons verliet.” Spreekstem: Johannes 19 vers 26 en 27 Jezus nu, ziende Zijn moeder, en den discipel, dien Hij liefhad, daarbij staande, zeide tot Zijn moeder: Vrouw, zie, uw zoon. (Nelleke Veldhoen) Daarna zeide Hij tot den discipel: Zie, uw moeder. En van die ure aan nam haar de discipel in zijn huis. (Marit den Hoedt) Voorwaar, zeg Ik u: Heden zult gij met Mij in het Paradijs zijn. Zingen: Lam Gods dat zo onschuldig Lam Gods dat zo onschuldig, zo moedig en geduldig. Aan ’t schand’lijk kruishout lijdt. Verdienen niet mijn zonden, die striemen en die wonden? Ik weet dat Gij onschuldig zijt. Niet Gij, nee ik moest sterven en ’s Vaders liefde derven, in eindeloze pijn! Maar in uw mededogen, sloeg Gij op mij uw ogen, en wilde mijn Verlosser zijn. Spreekstem: Lukas 23 vers 42 en 43 En hij zeide tot Jezus: Heere, gedenk mijner, als Gij in Uw Koninkrijk zult gekomen zijn. (Klaudia de Sterke) En Jezus zeide tot hem: Voorwaar, zeg Ik u: Heden zult gij met Mij in het Paradijs zijn. (Lotte Kwakernaak)
[Geef tekst op]
Mijn God! Mijn God! Waarom hebt Gij Mij verlaten! Zingen: Psalm 22 vers 1 Mijn God, Mijn God, waarom verlaat Gij Mij, en redt Mij niet, terwijl Ik zwoeg en strij' en brullend klaag in d' angsten die ik lij', dus fel geslagen? 't Zij Ik, Mijn God, bij dag moog' bitter klagen, Gij antwoordt niet; 't zij ik des nachts moog' kermen. Ik heb geen rust, ook vind Ik geen ontfermen in mijn verdriet. Spreekstem: Mattheüs 27 vers 46 En omtrent de negende ure riep Jezus met een grote stem zeggende: ELI, ELI, LAMA SABACHTHANI! dat is: Mijn God! Mijn God! Waarom hebt Gij Mij verlaten! (Jasmijn Twigt) Mij dorst. Spreekstem: Psalm 69 vers 22 Ja, zij hebben mij gal tot mijn spijs gegeven; en in mijn dorst hebben zij mij edik te drinken gegeven. (Julia de Jong) Spreekstem: Johannes 19 vers 28 en 29 Hierna Jezus, wetende, dat nu alles volbracht was, opdat de Schrift zou vervuld worden, zeide: Mij dorst. (Sophie de Graaf) Daar stond dan een vat vol ediks, en zij vulden een spons met edik, en omlegden ze met hysop, en brachten ze aan Zijn mond. (Colinda Alderliesten) Het is volbracht. Spreekstem Ik kom om Uw wil te doen, zo was het woord van Hem, het is volbracht, zei Hij met grote stem, volbracht, Zijn woorden klinken na met grote kracht. (Laurentine Bosman) Spreekstem: Johannes 19 vers 30a Toen Jezus dan den edik genomen had, zeide Hij: Het is volbracht! (Ruben van Slooten) Vader, in Uw handen beveel ik mijn geest. Zingen: Psalm 31 vers 4 'k Beveel mijn geest in Uwe handen; Gij, God der waarheid, Gij, o HEER’, verlostet mij. Ik haat hen, die het reukwerk branden ter eer van valse goden: op U steun ik in noden. [Geef tekst op]
Spreekstem: Lukas 23 vers 46 En Jezus, roepende met grote stemme, zeide: Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn geest. En als Hij dat gezegd had, gaf Hij den geest. (Esteban Hernandez) Zingen O Godslam, nooit volprezen, leer mij de zonde vrezen, waarvoor Gij stierf aan ’t kruis. Deel mij Uw grote vrede, deel mij Uw hemel mede, en leid mij eens in ’t vaderhuis. Samenzang: Psalm 40 vers 4 Brandofferen, noch offer voor de schuld voldeden aan Uw eis, noch eer. Toen zeid' ik: "Zie, ik kom, o HEER’, de rol des boeks is met Mijn naam vervuld. Mijn ziel, U opgedragen, wil U alleen behagen, Mijn liefd' en ijver brandt; Ik draag Uw heil'ge wet, die Gij den sterv'ling zet, in 't binnenst' ingewand." Vertelling door meester De Visser Samenzang: Psalm 116 vers 1 en 9 God heb ik lief, want die getrouwe HEER’ hoort mijne stem, mijn smekingen, mijn klagen. Hij neigt Zijn oor, ‘k roep tot Hem al mijn dagen. Hij schenkt mij hulp, Hij redt mij keer op keer. Och HEER’, ik ben, o ja, ik ben Uw knecht, Uw dienstmaagds zoon, Gij slaaktet mijne banden. Dies doe ik U gewillig offeranden van lof en dank, U plechtig toegezegd. Groep 5: ‘De opstanding’ Instrumenten: Viool: Nienke Pons Blokfluit: Nienke Dooren, Rebecca de Roode, Carlene van Vugt, Lizette Vis, Renske Camphens, Maria de Visser, Margreet Rietveld, Lieke de Jong
[Geef tekst op]
Zingen: Op die heuvel daarginds Op die heuvel daarginds stond een ruwhouten kruis, het symbool van vervloeking en schuld. Maar dat kruis werd de mens tot het kostbaarst kleinood, daar Gods wet aan dat hout werd vervuld. Refrein ‘k Klem mij daarom aan Golgotha’s kruis, tot de Heer komt en met Hem het loon; als die grote dag aanbreekt en Hij ons dat kruis, dan verwisselt voor d’eeuwigheidskroon. Van dat ruwhouten kruis met het bloed van Gods Zoon, straalt een licht dat door niets wordt gedoofd. Vol van schoonheid en pracht, vol van reddende kracht, voor een ieder die in Hem gelooft. Refrein Spreekstem Als het Lam van God, heeft Hij de zonde gedragen. Als de Goede Herder, heeft Hij Zijn leven gesteld voor de schapen. Als die Goede Herder zal Hij nu dat leven uitdelen aan zondaren. (Jesse Peekstok) Ken jij dat Lam? Ken jij de kracht van Zijn bloed? Is jouw hart gereinigd door Hem? Dan mag je eens meezingen om dat Lam te prijzen! (Corstiaan Dubbeld) Zingen Help mij Heer’ aan dat kruis trouw te zijn tot de dood. Ook als hier smaad en spot is mijn loon. Want dat kruis droeg mijn straf, nam de schuld van mij af; ’t Werd de toegang voor mij tot Gods troon! Refrein: Zingen: Jezus leven van mijn leven Jezus leven van mijn leven, Jezus dood van mijne dood. Die voor mij U hebt gegeven, in de bangste zielennood. Opdat ik niet hoop’loos sterven, maar Uw heerlijkheid zou erven, Duizend, duizendmaal, o Heer, zij U daarvoor dank en eer! Spreekstem: Johannes 3 vers 16 Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe. (Nienke Dooren)
[Geef tekst op]
Zingen Gij, o Jezus hebt gedragen, lasteringen, spot en hoon. Zijt gebonden en geslagen, Gij des Vaders eigen Zoon. Om van schuld en eeuwig lijden, mij verloor’ne te bevrijden, duizend, duizendmaal, o Heer, zij U daarvoor dank en eer! Dank, Mijn Heiland, voor Uw lijden, voor Uw bitt’re bange nood. Voor Uw heilig, biddend strijden, voor Uw trouw tot in de dood. Voor de wonden U geslagen, voor het kruis door U gedragen; duizend, duizendmaal, o Heer’, zij U daarvoor dank en eer! Spreekstem: Johannes 20 vers 1 en 2 En op den eersten dag der week ging Maria Magdalena vroeg, als het nog duister was, naar het graf, en zag den steen van het graf weggenomen. (Nienke Pons) Zij liep dan en kwam tot Simon Petrus en tot den anderen discipel, welken Jezus liefhad, en zeide tot hen: Zij hebben de Heere weggenomen uit het graf en wij weten niet, waar zij Hem gelegd hebben. (Rebecca de Roode) Zingen: Wie lopen in het morgenlicht Allemaal Wie lopen in het morgenlicht die lange weg daar af? Het zijn twee vrouwen, heel bedroefd, op weg naar Jezus graf. Meisjes Ze praten niet, maar zwijgen stil. Ze denken aan hun Heer! Aan wat Hij sprak, aan wat Hij deed. Nu is Hij er niet meer. Allemaal Ze komen in de kleine hof. En dan – een helder licht! De aarde beeft. De vrouwen doen hun handen voor ’t gezicht. Jongens Ze weten niet wat er gebeurt’ en blijven angstig staan. Een engel Gods is neergedaald. Nu is ’t met hen gedaan.
[Geef tekst op]
Spreekstem: Johannes 20 vers 11 t/m 13 En Maria stond buiten bij het graf wenende. Als zij dan weende, bukte zij in het graf. (Margreet Rietveld) En zag twee engelen in witte klederen zitten, een aan het hoofd en een aan de voeten, waar het lichaam van Jezus gelegen had. (Carlene van Vugt) En die zeiden tot haar: Vrouw, wat weent Gij? Zij zeide tot hen: Omdat zij mijn Heere weggenomen hebben, en ik weet niet, waar zij Hem gelegd hebben. (Lizette Vis) Allemaal Daar klinkt zijn stem: Wees maar niet bang en blijf niet treurig staan. U zoekt Uw Heer: Hij is hier niet, want Hij is opgestaan! Spreekstem: Mattheüs 28 vers 6 en 7a Hij is hier niet; want Hij is opgestaan, gelijk Hij gezegd heeft. (Heidi Ridders) Komt herwaarts, ziet de plaats waar de Heere gelegen heeft. (Gerben Waleson) En gaat haastiglijk heen en zegt Zijn discipelen, dat Hij opgestaan is van de doden. (Rinze van Hartingsveldt) Allemaal Zie, ’t graf is leeg, en Jezus leeft! Ga vlug nu hier vandaan, Want ieder moet nu weten, dat de Heer’ is opgestaan! Spreekstem De dood heeft niet het laatste woord! De Zoon van God is opgestaan. De zonden zijn nu weggedaan, Het werk van satan is verstoord. (Lieke de Jong) Zingen: Psalm 72 vers 11 Zijn naam moet eeuwig’ eer ontvangen, men loov’ Hem vroeg en spa! De wereld hoor’ en volg’ mijn zangen met amen, amen na! Samenzang: Psalm 21 vers 13 Orgelspel door Maurits ten Hoor Verhoog, o HEER’, Uw naam en kracht, zo zal ons vrolijk zingen door lucht en wolken dringen; zo wordt Uw heerschappij en macht door ons nog eeuwen lang, geloofd met psalmgezang.
[Geef tekst op]
Groep 8: ‘De toekomst’ Instrumenten: Panfluit: Annelijn Pons, Janne Co Aarnoudse, Carolien van der Elst, Jantine Buitendijk Viool: Lize Peekstok Orgel: Maurits ten Hoor Blokfluit: Regine Vis, Sophie Bos, Rosemarie Waleson, Judith van der Giessen Spreekstem: Openbaring 1 vers 7a en 8 Zie Hij komt met de wolken, en alle oog zal Hem zien, ook degenen die Hem doorstoken hebben! (Annelijn Pons) Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde zegt de Heere, Die is en Die was en Die komen zal, de Almachtige! (Sanne Bezemer) Spreekstem Stille morgenstralen schijnen in de hof, waar de Vorst des Levens rust in ’t doodse stof. Nog is ongebroken ’t zegel op het graf, en soldaten wachten ’t blijde daglicht af. (Maurits Vlot) Plotseling, sneeuwwit blinkend daalt een engel af. Hij verbreekt het zegel, rolt de steen van ’t graf. De aarde beeft en siddert, haastig vlucht de wacht. Glansrijk rijst de Heiland uit de donk’re nacht. (Jauke de Bruin) Spreekstem: Openbaring 22 vers 13 t/m 17 Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde, de Eerste en de Laatste. Zalig zijn zij, die Zijn geboden doen, opdat hun macht zij aan de Boom des levens, en zij door de poorten mogen ingaan in de stad. Maar buiten zullen zijn de tovenaars, en de hoereerders, en de doodslagers, en de afgodendienaars, en een iegelijk, die de leugen liefheeft en doet. (Janne Co Aarnoudse) Ik, Jezus, heb Mijn Engel gezonden om ulieden deze dingen te getuigen in de gemeenten. Ik ben de Wortel en het Geslachts Davids, de blinkende Morgenster. En de Geest en de bruid zeggen: Kom! En die het hoort zegge: Kom! En die dorst heeft, kome, en die wil neme het water des levens om niet! (Regine Vis)
[Geef tekst op]
Zingen: Heer’, ik hoor van rijke zegen Heer’, ik hoor van rijke zegen, die Gij uitstort keer op keer; laat ook van die milde regen dropp’len vallen op mij neer. Ook op mij, ook op mij, dropp’len vallen ook op mij. Ga mij niet voorbij, o Vader zie hoe mij mijn zonde smart trek mij met uw koorden nader stort uw liefd’ ook in mijn hart. Ook in mij, ook ik mij, stort uw liefde ook in mij. (Solo Rosemarie Waleson, Sophie Bos en Judith van der Giessen) Ga mij niet voorbij, o Herder maak mij gans van zonden vrij vloeit de stroom van zegen verder zegen and’ren maar ook mij. Ja, ook mij, ja ook mij zegen and’ren maar ook mij! Spreekstem Wat nut ons de opstanding van Christus? Ten eerste heeft Hij door Zijn opstanding de dood overwonnen, opdat Hij ons de gerechtigheid, die Hij door Zijn dood ons verworven had, kon deelachtig maken. (Ingeborg Bosschaart) Ten andere worden ook wij door Zijn kracht opgewekt tot een nieuw leven. Ten derde is ons de opstanding van Christus een zeker pand van onze zalige opstanding. (Rianne van Dalen) Zingen: Ieder uur, ied’re stap brengt ons nader Ieder uur, ied’re stap brengt ons nader, bij de grens van leven en dood Heeft de Heiland uw paspoort getekend? Met Zijn bloed, dat Hij reddend vergoot (Solo: Maarten van Elzelingen, Roeland Platschorre, Maurits Vlot, Richard van Vugt) Refrein Nog is het tijd, de Heer’ geeft gena de toegang is vrij door Golgotha Jezus ging voor, Hij wacht aan de grens is uw paspoort getekend? O, mens
[Geef tekst op]
Gij kunt zelf de tol niet betalen goud en zilver verliest daar zijn macht slechts het kruis in uw paspoort geeft toegang tot het land waar de Heiland u wacht (Solo Janne Co Aarnoudse en Regine Vis) Refrein Het is nu het uur der beslissing Bij de grens reeds begint het gericht O, geloof in de Heiland, uw Redder en Hij voert u naar ’t eeuwige licht Refrein Spreekstem Zie, het Lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt! Hij is aan de rechterhand van Zijn Vader. Daar is Hij binnengegaan met Zijn bloed. Opdat Hij daarmee zondaarsharten uit genade zou reinigen. (Marinda Chevalking) Ken jij dat Lam? Ken jij de kracht van Zijn bloed? Is jouw hart gereinigd door Hem? Dan mag je eens meezingen om dat Lam te prijzen! (Rosalyn Treure) Zingen: Eens, als de bazuinen klinken Eens, als de bazuinen klinken, uit de hoogte, links en rechts, duizend stemmen ons omringen, ja en amen wordt gezegd, rest er niets meer dan te zingen, Heer’, dan is uw pleit beslecht. Als de graven openbreken en de mensenstroom vangt aan om de loftrompet te steken en uw hofstad in te gaan: Heer’, laat ons dan niet ontbreken, want de traagheid grijpt ons aan. (Solo: Mirthe Verhoeven en Sanne Bezemer) Van die dag kan niemand weten, maar het woord drijft aan tot spoed, zouden wij niet haastig eten gaandeweg Hem tegemoet Jezus Christus, gist'ren, heden komt voor eens en komt voor goed. Spreekstem: Openbaring 22 vers 13, 20 en 21 Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde, de Eerste en de Laatste. Die deze dingen getuigt, zegt: Ja ik kom haastelijk. Amen. Ja, kom, Heere Jezus! De genade van onzen Heere Jezus Christus zij met u allen, Amen! [Geef tekst op]
Samenzang: Psalm 98 vers 4 Orgelspel door Gertjan Rozema Laat al de stromen vrolijk zingen, de handen klappen naar omhoog, 't gebergte vol van vreugde springen en hupp'len voor des HEEREN oog! Hij komt, Hij komt, om d' aard' te richten, de wereld in gerechtigheid! Al 't volk, daar 't wreed geweld moet zwichten, wordt in rechtmatigheid geleid. Sluiting door meester Penning Samenzang: U zij de glorie Trompet: Gert-Jan van Strien U zij de glorie, opgestane Heer’, U zij de victorie, nu en immer weer. Uit een blinkend stromen, daalde d’engel af, heeft de steen genomen, van ’t verwonnen graf: U zij de glorie, opgestane Heer’, U zij de victorie, nu en immer meer. Zie hem verschijnen, Jezus, onze Heer’, Hij brengt al de zijnen, in zijn armen weer. Weest dan volk des Heren, blijde en welgezind, en zegt telkens kere, Christus overwint! U zij de glorie, opgestane Heer’, U zij de victorie, nu en immer meer.
De tekening op de voorkant is gemaakt door Julia de Jong (gr. 7) 1 Johannes 2 vers 2b: En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden der gehele wereld. Lukas 23 vers 33: En toen zij kwamen op de plaats, genaamd Hoofdschedelplaats, kruisigden zij Hem aldaar, en de kwaaddoeners, den een ter rechter-, en de ander ter linkerzijde. 1 Korinthe 15 vers 4: En dat Hij is begraven, en dat Hij is opgewekt ten derde dage, naar de Schriften.
[Geef tekst op]