Anneke van Wamel en Linda Kreuger
Kortdurende Begeleiding aan Huis toereikend voor zelfredzaamheid op lange termijn In het licht van zowel externe als interne ontwikkelingen heeft Kwintes gekozen voor het steeds meer inzetten van kortdurende doelgerichte begeleiding. De kiem hiervan is gelegd bij de pilot Kortdurende Begeleiding aan Huis (KBH) in de periode van mei 2012 tot augustus 2013. Alle nieuwe ambulante cliënten van de pilotteams kregen in deze periode KBH aangeboden. KBH is erop gericht om mensen in een betrekkelijk korte periode (circa 25 begeleidingscontacten) zoveel mogelijk zelfstandig te laten functioneren. De eerste resultaten en ervaringen met KBH bleken bemoedigend. Van de 110 afgeronde trajecten in de pilotperiode van mei 2012 tot augustus 2013 heeft 41% geen vervolg gekregen, wat inhoudt dat 45 cliënten zelfstandig verder konden zonder ondersteuning van Kwintes (Van Erp et al., 2014). Een belangrijke vraag die tijdens de evaluatie in 2013 niet beantwoord kon worden was hoe de cliënten die na KBH uitstromen na verloop van tijd zouden functioneren. Het Trimbos-instituut heeft in opdracht van Kwintes een jaar na het afsluiten van de pilot KBH (maart tot oktober 2014) een follow-up onderzoek uitgevoerd met als hoofdvraag: Hoe vergaat het cliënten na het afsluiten van een KBH traject?
Opzet follow-up onderzoek Alle cliënten (68) die in de pilot periode van januari 2012 tot en met december 2013 Kortdurende Begeleiding aan Huis hebben ontvangen en zelfstandig verder konden zonder ondersteuning van Kwintes, zijn in het follow up onderzoek geïncludeerd. In totaal bleek van 58 cliënten een (recent) telefoonnummer bekend. Zij kregen een brief waarin werd uitgelegd dat het Trimbos-instituut namens Kwintes een onderzoek uitvoerde en dat zij telefonisch benaderd zouden worden door de Trimbos onderzoeker. Indien cliënten niet wilden meewerken konden zij dit kenbaar maken, dit hebben acht cliënten gedaan. De voornaamste uitdaging bleek om mensen aan de telefoon te krijgen. Bij de helft van de respondenten is dit niet gelukt, ondanks herhaaldelijk bellen op verschillende tijdstippen en dagen (niet in de avonduren). Uiteindelijk is met 21 respondenten (36%) een telefonisch interview afgenomen, Kwintes is er voor mensen met psychosociale in de periode april tot juni 2014. problemen en/of psychiatrische kwetsbaarheid. Dit aantal is lager dan aanvankeVaak in combinatie met een acute, tijdelijk of lijk gepland. Slechts een enkeling blijvende huisvestingsvraag. In 54 gemeenten, bleek de brief gelezen te hebben met name in de provincies Flevoland, Utrecht of zich deze te herinneren. De aanen Zuid-Holland, biedt Kwintes onder andere: vankelijke opzet was dat er met maatschappelijke opvang en vrouwenopvang; respondenten gebeld werd om een beschermd en begeleid wonen; gespecialiseer afspraak te maken voor het telefode begeleiding (o.a. begeleiding naar werk en nische interview. Dat is slechts in bemoeizorg) participatie door dagbesteding, een paar gevallen gelukt, responactivering en werken; ondersteuning van cliënt denten gaven aan dat niet te willen gestuurde initiatieven; behandeling van jong en liever gelijk de vragen te willen volwassenen. beantwoorden.
Resultaten Aan welke doelen werd gewerkt tijdens KBH? Bij de meeste cliënten stond de begeleiding in het teken van één hoofddoel, bij zeven cliënten werd aan meerdere doelen tegelijk gewerkt. Het doel ‘ondersteuning bij het voeren van de huishouding’ is het meest genoemd door cliënten, gevolgd door ‘administratie’ en ‘financiën’. Andere doelen waren o.a. sociale redzaamheid (3), werk vinden, werk houden (2), koken e.d. (2). Het lukte de begeleiding en cliënt niet altijd om aan alle afgesproken doelen te werken. Soms bleek een doel te veel tijd te vragen en bleven andere doelen daardoor liggen: ‘De begeleiding was gericht op de huishouding, er zou ook toegewerkt worden naar dagbesteding. Daar zijn we uiteindelijk niet aan toegekomen omdat de ondersteuning in de huishouding zo’n opgave bleek.’ In andere gevallen bleek een andere organisatie al bezig met het op orde krijgen van de financiën of bleek gaandeweg dat een cliënt toch niet achter het doel stond.
Taakverdeling begeleider/cliënt KBH bevordert het doel- en taakgericht werken. Dat houdt onder andere in dat ‘in gezamenlijk overleg wordt bekeken wat de cliënt zelf – met steun van de begeleider – kan doen om die doelen te bereiken en wat de begeleider op eigen gelegenheid zal ondernemen’. Dat KBH ook daadwerkelijk op deze manier werkt, werd in de interviews bevestigd. Cliënten vertelden dat planningen, schema’s en takenlijstjes samen met de begeleider werden opgesteld. Daarmee ging de cliënt zelf aan de slag, wat daarna weer besproken werd.
‘Kwintes laat je in je waarde. Ze nemen het niet van je over en laten beslissingen aan mij.’ Sommige cliënten waren niet tevreden over de afspraken. Zij hadden de indruk dat begeleiders soms te veel aan hun eigen plan wilden vasthouden, ook al vond de betreffende cliënt de gang van zaken niet prettig.
Contact met de begeleider: de relatie staat centraal Bij KBH staat een goede werkrelatie centraal, ook al is de tijd om deze op te bouwen korter dan begeleiders gewend zijn. De meeste cliënten zijn tevreden over het contact dat ze met hun begeleider(s) hadden. Het valt op dat cliënten ook tevreden over het contact zijn, terwijl ze over de inhoud minder tevreden zijn. Begeleiders worden omschreven als: kundig, gezellig, doen echt hun best, zijn goed in luisteren en meedenken: ‘Prettig? Ja heel fijn, absoluut. De eerste keer was ik wat huiverig, ik dacht zo’n jong meisje...Maar ze was heel kundig, kon goed luisteren en meedenken. Het gaat nu goed met me, zeker ook door de begeleiding.’ De tevredenheid over de inhoud van de begeleiding wordt bepaald door een aantal aspecten. Natuurlijk speelt het behalen van doelen een rol, maar ook de snelheid waarmee ondersteuning werd gegeven en de persoon van de begeleider. Bovendien blijkt dat als mensen serieus zijn vastgelopen in hun problemen, het feit dat er iemand ondersteuning biedt erg gewaardeerd wordt, bijna ongeacht wat die ondersteuning inhoudt.
Zelfredzaamheid Een van de belangrijkste doelen van KBH is mensen in een korte tijd te begeleiden en hen te helpen daarna weer zelfstandig te laten functioneren. In hoeverre vinden cliënten dat dat gelukt is? Van de cliënten die positief waren (6), hebben er vier overwegend begeleiding bij het voeren van hun huishouding gekregen, één cliënt was geholpen met het vinden van een nieuwe woonruimte en voor één cliënt lag de begeleiding op het gebied van sociale contacten en schulden. De cliënten vertelden dat ze voldoende handvatten hadden meegekregen om het daarna zelf te kunnen:
‘Het huishouden kan ik nu zelf op orde houden. Af en toe verslonst het wat, maar dat ligt gewoon aan mezelf. Ik heb handvatten gekregen om uit de situatie te komen en verder. Ik ben er stabieler door geworden. Ik heb het stappenplan bij de hand, ik weet dat ik niet te veel moet willen en mijn doelen niet te hoog moet leggen. Het hoeft niet allemaal spik en span, je moet doen wat je kan. Dit besef is heel prettig en heb ik door de begeleiding geleerd.’ Enkele cliënten (3) beoordeelden de begeleiding als matig omdat de ondersteuning te vroeg kwam, er niet aan de meest belangrijke doelen in hun ogen is gewerkt of aan doelen die zijzelf niet gekozen hadden. Drie van de zes cliënten die zeiden nog steeds niet in staat te zijn hun leven zelf te organiseren, gaven aan dat ze voornamelijk psychische behandeling nodig hadden, wat Kwintes niet levert. De andere drie cliënten vonden dat er maar weinig gedaan is, wisten eigenlijk niet goed te vertellen wat er gebeurd is of hebben ondersteuning van anderen ingeroepen omdat ze er zelf niet uitkwamen. Vijf cliënten kregen ten tijde van de interviews weer een vorm van begeleiding van Kwintes.
Versterking sociaal netwerk Een ander uitgangspunt van KBH is dat zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van de beschikbare ondersteuningsbronnen in de directe omgeving van de cliënt. De omvang en betrokkenheid van het netwerk van cliënten kan verschillen, maar uit de praktijk blijkt dat de meesten geen of een beperkt (actief) netwerk hebben. Het hoort bij het KBH-aanbod om de ondersteuningsbronnen in de omgeving van de cliënt te stimuleren, te proberen om bestaande netwerken te versterken of te herstellen, nieuwe netwerken aan te boren waar nodig, en netwerken te creëren indien deze niet aanwezig zijn (Van Erp, 2013). Een derde van de gesproken cliënten gaf aan dat tijdens het KBH-traject het sociaal netwerk om de cliënt heen sterker is geworden, maar ook dat dit niet altijd een gevolg van de begeleiding is geweest. In drie gevallen is het versterkte netwerk een direct resultaat van KBH. Meer cliënten vertelden dat ze een groter sociaal netwerk hebben gekregen, maar dat de groei ervan los van KBH staat: ‘…En toen kwam er een nieuwe buurvrouw wonen en die sprak ik en dat was gelijk een enorme klik. Ze is van dezelfde leeftijd en ik kon gelijk bij haar terecht met mijn verhalen en zo. En daardoor ben ik weer opgekrabbeld en nu gaat het eigenlijk best goed met mij, door haar. Ze komt nog steeds twee keer per week bij mij langs.’ Met vier cliënten is gewerkt aan het versterken van het netwerk, maar dit doel is niet behaald. De interviews gaven de indruk dat activiteiten rond het werken aan een groter netwerk bestaan uit: erover spreken, doen van suggesties en soms met de begeleiders gaan kijken:
‘Ze hebben me gewezen op het wijkcentrum en het activiteitencentrum, maar dat was niks voor mij. De begeleider is ook meegegaan naar de sportschool om te kijken of het wat voor mij was, alleen was ik daar nooit naar toe gegaan. Dat vond ik echt fijn.’ Daarnaast waren er cliënten die in de interviews aangaven dat ze hun sociale omgeving juist niet willen inschakelen: ‘Ik heb wel mensen om me heen maar ik wil niet dat die erbij betrokken worden. Ik wil niet dat mijn vrienden en familie zorgverleners worden. Kwintes is altijd op de achtergrond aanwezig, als ik ze nodig heb hoef ik maar te bellen. Mijn relatie met mijn moeder is veel beter dan eerst, maar ook omdat ze juist geen zorg geeft, ze maakte zich altijd vreselijk veel zorgen. Nu kunnen we gewoon koffie drinken en zo.’ Dat deze mensen niet aan versterking van hun sociale omgeving willen werken is voornamelijk omdat zij hun familie niet willen belasten. Dat wil echter niet zeggen dat er geen behoefte aan meer sociaal contact is.
Wat hielp? Aan de mensen die tevreden zijn over KBH, is gevraagd wat het is dat hen het meest geholpen heeft. De volgende activiteiten werden genoemd: praten, luisteren, meegaan, meedenken, structuur aanbrengen, handvatten bieden en een vangnet zijn. Het valt op dat weinig specifieke, inhoudelijke activiteiten genoemd werden (de uitzondering hierop is ondersteuning bij schulden). Wat het belangrijkst lijkt te zijn, is dat de begeleider ‘er is’ en het bieden van praktische ondersteuning. Het is niet zo dat cliënten niet kritisch zijn over de ondersteuning die ze krijgen, het tegendeel is uit het voorgaande gebleken. Wel is het zo dat hoe groter de onrust en de problemen in het leven van cliënten op het moment dat Kwintes in beeld kwam, des te meer cliënten in termen spraken als ‘dat er het luisterend oor was’, ‘dat er aandacht voor me was’.
Er is nog een lange weg te gaan wat betreft versterking van het sociale netwerk Hoe gaat het nu? Een grote groep (vijftien cliënten, zonder begeleiding of ondersteuning) zegt dat het nu goed met hen gaat. De periode KBH is voldoende geweest om hen in staat te stellen weer zelfstandig en naar tevredenheid te functioneren. Enkelen van deze groep cliënten zouden nog best wat ondersteuning willen hebben omdat het huis weer rommelig begint te worden of omdat het niet goed lukt om nieuwe sociale contacten te leggen. Maar in principe lukt het ook hen om zich zelfstandig te redden. Vijf cliënten geven aan dat het niet goed met hen gaat. In twee gevallen kampen cliënten met ernstige psychische problemen en één cliënt is, door eigen handelen
(wietkwekerij in woning), de huisvesting die door Kwintes was geregeld weer kwijtgeraakt. Eén cliënt is bezig zijn leven op orde te krijgen na het stoppen met zijn drugsgebruik maar loopt tegen allerlei hindernissen aan: ‘Ik ben juist de contacten met mijn foute vrienden aan het verbreken. Nu wil ik een nieuw netwerk opbouwen van niet-gebruikende mensen maar hoe doe je dat? (…) Ik zou graag budgetbeheer willen, maar ze zeggen dat dat alleen kan als ik schulden heb. Maar dat wil ik juist voorkomen.’
Conclusie en aanbevelingen In de follow-up is aan cliënten die KBH hebben gehad gevraagd hoe tevreden zij zijn over hun begeleidingstraject. Gevraagd is wat volgens hen goed is gegaan maar ook wat minder goed is gegaan. Wat zijn op basis van de cliënteninterviews de belangrijkste conclusies over KBH? Voor 15 van de 21 cliënten die geïnterviewd zijn is KBH toereikend geweest en is geen ondersteuning meer nodig. Een belangrijk uitgangspunt van KBH is om mensen met (ernstige) psychische aandoeningen door tijdelijke ondersteuning, opnieuw in staat te stellen om zelfstandig te functioneren. Cliënten zijn verdeeld in hun mening over vergroting van hun zelfredzaamheid. Met name de cliënten die praktische ondersteuning nodig hadden (en kregen), geven aan na het traject het zelf weer te kunnen. Het gaat dan om administratie en huishouden. Cliënten met ondersteuningsvragen die minder praktisch zijn zeggen vaker dat ze nog steeds moeite hebben om zelfstandig te functioneren. Een aantal cliënten is inmiddels doorverwezen naar andere instellingen of hebben een vervolgtraject, maar niet allemaal. De cliënten die aangaven dat het niet goed met hen ging, zijn allen uitgestroomd met de mededeling dat KBH succesvol was afgerond. Hiermee rijst de vraag hoe goed begeleiders in staat zijn om in te schatten dat doorverwijzing nodig is. KBH lijkt vooral bij te dragen aan de zelfredzaamheid van cliënten met praktische ondersteuningsvragen. Andere cliënten lijken na enige tijd opnieuw ondersteuning nodig te hebben, voor hen moet er dan opnieuw een (kortdurend) traject worden opgestart. Een tweede hoofdconclusie is dat het versterken van het sociale netwerk nog onvoldoende lukt. Niet alleen lukt het niet altijd als er aan gewerkt wordt, maar ernstiger is dat niet standaard aan de orde lijkt te komen. Een kanttekening bij bovenstaande conclusies is dat het om een vrij kleine onderzoekspopulatie gaat (N=21), dit is 36% van de cliënten die benaderd zijn voor dit onderzoek (N=58). Voor Kwintes bevestigt dit follow-up onderzoek samen met het evaluatieonderzoek (Van Erp. et al. 2014) echter wel dat er doorgegaan moet worden met het stimuleren van de werkwijze van KBH, het doelgericht toewerken naar zoveel mogelijk zelfstandigheid, ook binnen de Beschermde Woonvormen en met hulp van passende methodieken en formulieren. De werkwijze van KBH is nu een belangrijk onderdeel van de algemene werkwijze van Kwintes en het ‘product KBH’ is in meerdere gemeenten in het aanbestedingstraject van 2014 ‘verkocht’.
Daarnaast is Kwintes zich opnieuw bewust van de lange weg die nog te gaan is met betrekking tot versterking van het sociaal netwerk.
Kortdurende Begeleiding aan Huis, hulp aanbod van Kwintes, werkt doelgericht toe naar zoveel mogelijk zelfstandigheid. KBH is vooral effectief voor cliënten die praktische ondersteuning nodig hebben.
Anneke van Wamel is wetenschappelijk medewerker bij het programma Reïntegratie van het Trimbos-instituut. Linda Kreuger is adviseur zorgontwikkeling en kwaliteit bij stichting Kwintes.
[email protected] Literatuur Van Erp N., Van Rooijen S. (2012). Werkbeschrijving Kortdurende Begeleiding aan Huis (KBH). Implementatietraject Kwintes. Utrecht: Trimbos-instituut. Van Erp N., Kreuger L., Esther Van der Burg E., Van Rooijen S. (2013). Kortdurende begeleiding aan huis. Evaluatie van een implementatietraject binnen Kwintes. Utrecht: Trimbos-instituut. Van Erp N., Kreuger L., Esther Van der Burg E., Van Rooijen S. (2014). Kortdurende Begeleiding aan Huis: een haalbare kaart? Tijdschrift voor Rehabilitatie, 1, 2014. Van Wamel A., Van Rooijen S. (2014). Follow up Kortdurende begeleiding aan huis. Cliëntevaluatie. Utrecht: Trimbos-instituut. (ADVERTENTiE)
CONTACTGERICHT SPELEN EN LEREN MET KINDEREN IN HET AUTISTISCH SPECTRUM
HOUVAST Anneke Groot
ISBN 978 90 8850 597 3 | 160 pagina's | € 22,90 Bestel online op: houvast.swpbook.com
Houvast laat je zien wat er nodig is om met kinderen met autisme contact te maken en hoe je aan kunt sluiten op hun prikkelverwerking. Waarom werkt het om met deze kinderen mee te spelen in hun spel en op hun voorwaarden? Dat biedt houvast en daar liggen de mogelijkheden om hun kwaliteiten en leervermogen te ontwikkelen. Het boek gaat uitgebreid in op prikkelverwerkingsproblemen en dyspraxie, waardoor het deze kinderen vaak niet lukt te laten zien dat ze iets wel begrijpen.
Uitgaven van Uitgeverij SWP zijn verkrijgbaar bij (online) boekhandels in Nederland en België Postbus 12010 | 1100 AA Amsterdam-Zuidoost | Tel. 020-3307200 |
[email protected] | www.swpbook.com | twitter @SWP01