Jaarverslag 2014 Jaarrekening 2014 Kinderopvang

Jaarverslag 2014 Jaarrekening 2014 Kinderopvang

Stichting Kinderopvang Schoonhoven Status: definitief MK/juli 2015 Externe versie

Inhoudsopgave Pagina Voorwoord

3

1. Missie en visie

4

2. Ontwikkelingen

5

3. Aanbod kinderopvang

14

4. Medewerkers

16

5. Huisvesting

22

6. Kwaliteit

23

7. Ondernemingsraad

25

8. Oudercommissie

26

9. Raad van Toezicht

28

10. Financiën

30

Apart document: Jaarrekening 2014 Stichting Kinderopvang Schoonhoven Apart document: Jaarrekening 2014 Stichting TSO Schoonhoven

Jaarverslag Stichting Kinderopvang Schoonhoven 2014

2

Voorwoord Het jaarlijks inhoudelijk en financieel verantwoording afleggen aan alle betrokkenen bij de organisatie over het verloop van het afgelopen jaar is een principe van good governance. De Brancheorganisatie Kinderopvang, waar Kinderopvang Schoonhoven bij aangesloten is, heeft dit ook in haar code voor good governance opgenomen. Directie en management onderschrijven daarbij het belang van transparantie en een open communicatie met medewerkers, ouders en bij Kinderopvang Schoonhoven betrokken organisaties. We beginnen het jaarverslag van Stichting Kinderopvang Schoonhoven in hoofdstuk 1 met het kort neerzetten van onze missie en visie. In hoofdstuk 2 geven we u een beeld van de ontwikkelingen in de sector en van de interne ontwikkelingen. In hoofdstuk 3 vindt u een overzicht van ons aanbod aan kinderopvang in 2014. Kinderopvang staat met gemotiveerde en gekwalificeerde medewerkers. Dit wordt in hoofdstuk 4 beschreven. Huisvesting is het onderwerp van hoofdstuk 5. In hoofdstuk 6 wordt u geïnformeerd over de kwaliteit. In de hoofdstukken 7, 8 en 9 vindt u achtereenvolgens de samenstelling en de activiteiten van de Ondernemingsraad, de Oudercommissie en de Raad van Toezicht. Na het inhoudelijk verslag volgt in hoofdstuk 10 de samenvatting van de financiële positie van de organisatie gevolgd door de jaarrekening van de Stichting Kinderopvang Schoonhoven. De jaarrekening van de Stichting TSO Schoonhoven is als separaat document toegevoegd. Aangezien er binnen deze stichting geen activiteiten meer worden uitgevoerd, wordt er in dit jaarverslag geen verslag van gedaan. Vanwege de andere wijze van financiering en het verantwoorden van de subsidie aan de gemeente Krimpenerwaard (voorheen gemeente Schoonhoven) is voor de Stichting Peuterspeelzalen Schoonhoven, die ook deel uit maakt van de organisatie Kinderopvang Schoonhoven, een apart jaarverslag en een aparte jaarrekening 2014 opgesteld. In 2014 heeft de afname van de vraag naar kinderopvang zich voortgezet. Voor het 3e jaar op rij had de sector met vraaguitval te kampen en gold dit ook voor onze organisatie. Gelukkig was de vraaguitval in 2014 minder heftig dan in het voorgaande jaar. Het valt niet te ontkennen dat deze afname veel vraagt van de organisatie en haar medewerkers. We hebben de omvang van de organisatie steeds tijdig aan kunnen passen. We hebben dit kunnen doen dankzij de flexibele opstelling van betrokken medewerkers, waarbij we natuurlijk zoveel mogelijk geprobeerd hebben de continuïteit op de groepen naar kinderen en ouders te handhaven. Ook zijn wij blijven werken aan het verbeteren van de kwaliteit van de opvang, zodat wij waarmaken waar wij voor staan: dat ouders met een vertrouwd gevoel hun kind aan ons toevertrouwen en kinderen zich ‘thuis’ bij ons voelen.

W.M. (Marja) Katoen Directeur Kinderopvang Schoonhoven


3

1.

Missie en visie Kinderopvang Schoonhoven

1.1 Missie Kinderopvang Schoonhoven (KOS) staat voor een beroepsmatige verzorging en opvoeding van kinderen binnen een veilige en uitdagende omgeving, is daarbij gericht op de persoonlijke ontwikkeling van kinderen in groepsverband, uitgevoerd door professionals die competent en vaardig hun vak uitoefenen. Kenmerken:  Opvang van kinderen van 0 jaar tot einde basisschoolleeftijd;  Gaan er vanuit dat elk kind uniek is;  Creëren een veilige en uitdagende omgeving;  Alle medewerkers zijn gekwalificeerd;  Reden voor opvang wordt breed benaderd: ouders die maatschappelijk actief zijn en ouders die andere redenen hebben voor opvang. 1.2 Visie Bij KOS richten wij ons met een dienstenpakket van kinderopvang in groepsverband, zoals kinderdagopvang en buitenschoolse opvang, en het aanbieden van peuterspeelzaalactiviteiten, op klanten in Schoonhoven en omgeving. Vanuit ons streven naar kwaliteit, waarin wij ons onderscheiden, hebben wij de ambitie bij te dragen aan de persoonlijke ontwikkeling van kinderen, ook kinderen met een opvallende ontwikkeling. Dit doen wij met een breed pakket aan diensten, afgestemd op de wensen van ouders en kinderen, tegen een reële prijs/kwaliteit. Wij kennen onze samenwerkingspartners en zij kennen ons. 1.3 1.

2.

3.

Kernwaarden Betrouwbaarheid  Wij communiceren open met onze klanten.  Kinderopvang Schoonhoven is voor ouders een organisatie waar zij op kunnen rekenen. Betrouwbaarheid betekent zekerheid voor ouders en kinderen, vandaag maar ook morgen.  Wij bieden continuïteit en komen onze afspraken na.  In het belang van een goed pedagogisch klimaat werken wij met andere organisaties samen en zijn daarin een betrouwbare partner.  Wij werken op een respectvolle wijze met elkaar samen. Kwaliteit  Kwaliteit begint bij onze medewerkers. Zij zijn competent en vaardig, voelen zich betrokken bij onze organisatie en krijgen voldoende ruimte zich te ontwikkelen.  Wij werken daarom alleen met gediplomeerde medewerkers, voeren een opleidingen scholingsbeleid en hechten veel waarde aan een stimulerend werkklimaat.  We werken volgens kwaliteitsnormen en op de locaties wordt gewerkt volgens een pedagogisch beleidsplan.  Wij zijn onderscheidend in de kwaliteit van ons opvangaanbod. Ondernemerschap  KOS reageert proactief op veranderingen en werkt resultaatgericht zonder winstoogmerk.  Wij dragen daar waar mogelijk bij aan een duurzame samenleving.  Onze medewerkers zijn zich bewust van het bedrijfsmatige aspect van de organisatie.  Dit draagt ertoe bij dat KOS een financieel gezonde organisatie is, die kan blijven investeren in optimalisering van de dienstverlening.  We gaan hierbij uit van de vraag van onze klanten.


4

2.

Ontwikkelingen

2.1

Externe ontwikkelingen

Afnemende vraag naar kinderopvang In de afgelopen jaren heeft de kinderopvangsector met verschillende bezuinigingsmaatregelen van het Rijk te maken gehad. Hierdoor is de opvang voor ouders duurder geworden. En kiezen ouders vaker voor informele opvang. Dit heeft tot een drastische daling van de vraag naar kinderopvang geleid. Landelijk is er tussen 2010/2011 en 2014 sprake van een daling van 96.000 kinderen in de kinderdagopvang. Deze daling is niet alleen veroorzaakt door de bezuinigingsmaatregelen, maar ook door een stijging van de werkloosheid en een daling van het aantal geboorten. En heeft ook vanzelfsprekend grote gevolgen gehad, en heeft dat nog, voor de werkgelegenheid in de kinderopvangsector zelf. Het aantal werknemers met een vaste baan is in die periode met 21.000 gedaald naar 76.000. De bezuiniging die het kabinet zich ten doel heeft gesteld, is meer dan gehaald. Zo is het overheidsbudget dat voor kinderopvangtoeslag beschikbaar werd gesteld afgenomen van 2,9 miljard euro in 2010/2011 naar 1,8 miljard euro in 2014. We zien gelukkig dat de afname van de vraag in 2014 minder is dan die in de voorgaande jaren. Het lijkt dat het dieptepunt bereikt is en dat stemt hoopvol voor de toekomst Marktontwikkelingen kinderopvang Sinds april 2014 is er een nieuwe BSO in Schoonhoven gestart. De initiatiefnemer heeft een lokaal in basisschool de Krullevaar gehuurd en biedt van daaruit BSO. Het afgelopen jaar zijn er 2 kinderen naar deze BSO over gegaan. Er zijn ook 2 gastouderbureaus actief in Schoonhoven. De aanwezigheid van deze directe concurrenten houdt ons scherp. De kinderopvangorganisaties en gastouders in de Krimpenerwaard, Lopikerwaard en Alblasserwaard zijn in kaart gebracht. Op deze wijze hebben we een goed overzicht van concurrentie. Met het actueel van deze analyse is dit een bruikbaar instrument bij de invulling van de organisatiestrategie. Deze analyse wijst uit dat KOS in vergelijk met andere aanbieders een compleet pakket aan opvangen peuterspeelzaalactiviteiten biedt tegen voor de kinderopvang niet de laagste, maar wel een lage prijs. Dit kunnen we doen doordat we een standaard pakket aan opvang bieden. De meeste kinderopvangorganisaties hanteren voor zowel kinderdagopvang (KDV) als BSO een hogere uurprijs dan KOS. Dit geldt trouwens ook voor de eigen bijdrage van ouders voor de peuterspeelzaal. De bouw van woningen in de wijk Thiendenland 2 te Schoonhoven is in 2014 gestart. We verwachten dat onze nieuwe huisvesting voor een deel van onze huidige kinderdagopvang, BSO en een peuterspeelzaal in de Multifunctionele Accommodatie (MFA) “de Vogelweide”, waar ook 2 basisscholen hun intrek zullen nemen, een positieve invloed op de vraag naar kinderopvang zal hebben.


5

Wijziging algemene leveringsvoorwaarden kinderopvang Onze algemene leveringsvoorwaarden voor de kinderopvang zijn in 2014 aangepast. De wijziging betreft de opzegtermijn. Het contract voor de kinderopvang kon per de 1e en de 16e van de maand met een opzegtermijn van 2 maanden beëindigd worden. Gezien het advies van de Brancheorganisatie Kinderopvang om de leveringsvoorwaarden voor de kinderopvang aan te passen naar een opzegtermijn van 1 maand ingaande op elk moment van de maand als uitwerking van de Wet van Dam, hebben wij de leveringsvoorwaarden gewijzigd. De opzegtermijn is per 1 maart 2014 aangepast naar 1 maand ingaande op elk moment van de maand, zodra de opzegging ontvangen is. De nieuwe leveringsvoorwaarden zijn voor akkoord aan alle ouders aangeboden. Kabinetsbrief juni 2014: een betere basis voor peuters Als vervolg op de Kabinetsbrief van december 2013 van minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waarin hij de toekomstvisie van het Kabinet voor de opvang van peuters beschreef,is er van het Kabinet op 17 juni 2014 een nieuwe brief verschenen ‘Een beter basis voor peuters’. Om onderwijs, kinderopvang, peuterspeelzalen en voor- en vroegschoolse educatie (vve) meer op elkaar af te stemmen, heeft het kabinet drie doelstellingen geformuleerd voor de verbetering van het huidige stelsel: de versterking van de pedagogische kwaliteit, één kwaliteitskader voor alle voorschoolse voorzieningen en één financieringsstructuur voor werkende ouders. Er is breed draagvlak om al op korte termijn een aantal verschillen tussen de kwaliteitseisen aan kinderopvang en peuterspeelzaalwerk weg te nemen: de eisen ten aanzien van de beroepskrachtkindratio (BKR), het vierogenprincipe en de eisen aan het pedagogisch beleidsplan. Met een ministeriële regeling die in juli 2014 gepubliceerd is, worden de genoemde verschillen al op korte termijn opgeheven:  Dit betekent dat per 1 Januari 2015 voor horizontale peutergroepen met twee- tot vierjarigen een ratio van 1 beroepskracht op 8 kinderen gaat gelden, ongeacht het type voorziening van kinderdagopvang of peuterspeelzaal. Wij hebben er voor gekozen de BKR voor de peutergroepen binnen de kinderdagopvang te houden op 1:7 en alleen op incidentele basis en voor een tijdelijke periode van 3 maanden de BKR van 1:8 toe te passen. Dit is na bespreking met de OC zo bepaald.  De ministeriële regeling zorgt er daarnaast voor dat het vierogenprincipe per 1 juli 2015 behalve voor kinderopvang, ook van toepassing wordt op peuterspeelzaalwerk.  Tevens moeten beide voorzieningen vanaf 1 juli 2015 enkele beperkte wijzigingen doorvoeren in hun pedagogisch beleidsplan. Er moet ondermeer aandacht besteed worden aan de wijze waarop beroepskrachten bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen signaleren en ouders doorverwijzen naar passende instanties die hierbij ondersteuning kunnen bieden. Bovendien moet aandacht worden besteed aan de manier waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe groep. Het kabinet gaat met de brancheorganisaties voor kinderopvang en peuterspeelzalen, Belangenvereniging van Ouders in de Kinderopvang en Peuterspeelzalen (BOinK) en de VNG verdere afspraken maken over de uitwerking van het landelijke kwaliteitskader voor alle voorschoolse voorzieningen. Afgezien van de financiering en het feit dat werkende ouders gebruik maken van kinderopvang hebben wij binnen Kinderopvang Schoonhoven met de harmonisatie van peuteropvang en peuterspeelzaalwerk al goede stappen gezet.


6

Kinderopvang en onderwijs In Schoonhoven is er geen integraal kindercentrum of een brede school. Ouders en kinderen zijn er bij gebaat dat er een goede samenwerking en afstemming is tussen de basisscholen en de kinderopvang. Dit betreft een goede samenwerking in de benadering van het individuele kind en een goede samenwerking met elkaar als organisaties. Er is regelmatig contact tussen de pedagogisch medewerker en/of hoofd BSO en een leerkracht. Eén keer paar jaar maken we een afspraak met de directeur van de school om te horen hoe de samenwerking verloopt, waar we in het naschoolse programma kunnen aansluiten bij de school en om algemene informatie uit te wisselen. We kennen elkaar. In de voorbereidingen voor de nieuwe huisvesting in de MFA is er in de verschillende werkgroepen en in de stuurgroep regelmatig overleg tussen KOS en 2 basisscholen. Ook is er in september een gezamenlijke open dag in het nog in aanbouw zijnde gebouw georganiseerd. En is er een informatie- en discussieavond met alle medewerkers van de 3 organisaties gehouden. Op deze wijze hebben we elkaar al een beetje leren kennen. Met de invoering van het 5 gelijke dagenmodel voor de schooltijden is de naschoolse opvangtijd uitgebreid en dat stelt ons in de gelegenheid voor de kinderen een aantrekkelijk en uitdagend aanbod van activiteiten op de middag te organiseren. We hebben in samenwerking met lokale verenigingen en organisaties een workshopprogramma ontwikkeld, dat in opzet varieert. Het programma wordt aangeboden aan alle kinderen in de basisschoolleeftijd en woonachtig in Schoonhoven en omvat workshops van meerdere bijeenkomsten met als thema’s dans, koken, techniek, zilversmeden, musical, handwerken, engelse les, training sociale vaardigheden, beeldhouwen. Er zijn nu verschillende cycli met workshops aangeboden en de belangstelling van kinderen en ouders ervoor is groot. Combinatiefunctionaris Cultuur KOS wil het workshopaanbod graag verder uit bouwen, structureel karakter geven en verbindingen leggen tussen relevante organisaties. Daarvoor hebben wij bij de gemeente Schoonhoven aangegeven kansen te zien in de combinatiefunctionaris Cultuur. Graag willen wij deze functie vanuit onze organisatie uitvoeren. Gezien onze rol vanuit kinderopvang als ondersteuner in opvoeding en ontwikkeling van kinderen vinden wij het belangrijk dat kinderen met cultuur in de breedste zin van het woord in aanraking komen. Vanuit het Convenant ‘Impuls brede scholen, sport en cultuur’ heeft de gemeente als doelstelling dat er meer samenhang bewerkstelligd wordt tussen sport, onderwijs, cultuur en jeugd. In tegenstelling tot allerlei bestaande informele en incidentele samenwerking tussen enkele scholen en culturele organisaties, ontstaat met de combinatiefunctie Cultuur een formele samenwerking die wordt geborgd voor de toekomst, waardoor jeugd met verschillende cultuurvormen in contact wordt gebracht. Voor het organiseren en uitvoeren van de activiteiten zullen zoveel mogelijk samenwerkingspartners op gebied van cultuur worden betrokken of instanties die ook activiteiten met een culturele kern organiseren . Hierbij kan gedacht worden aan de basisscholen, Zilvermuseum, Bibliotheek, Artotheater, SWOS, SMOS, Tavenu, STJJMH, Amateurvereniging Beelden kunst, Culinaire kookclub, enz. Na overleg met de basisscholen heeft de gemeente in de 2e helft van 2014 besloten de combinatiefunctionaris Cultuur bij KOS onder te brengen. Wij zien dit als een positieve ontwikkeling en zijn daar heel verheugd over. Eind 2014 is dit alles in een overeenkomst bekrachtigd.


7

CAO Kinderopvang CAO Kinderopvang is afgesloten voor de periode van 2013 tot 2015. Vóór het aflopen van de CAO-periode zijn de vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers geen nieuwe CAO overeengekomen. De onderhandelingen, die gestart waren, zijn afgebroken en vanaf januari 2015 is er sprake van een CAO-loze periode voor de kinderopvangsector. De standpunten liggen te ver uiteen. Gemeente Schoonhoven De afgelopen jaren is er altijd een goede en open relatie met de gemeente Schoonhoven geweest, in de persoon van de wethouder en in die van de beleidsambtenaren. Twee keer per jaarwas er een bilateraal overleg en werden nieuwe ontwikkelingen besproken. Ook heeft de wethouder een werkbezoek gebracht. Met het samengaan van de 5 gemeenten in de gemeente Krimpenerwaard zal de directe relatie meer op afstand komen. We hebben er alle vertrouwen in dat op een andere wijze de relatie weer goed ingevuld zal worden. Wij zullen daar ons in ieder geval voor inzetten en zijn benieuwd waar de nieuwe gemeente de speerpunten inzake het beleid voor het jonge kind heeft liggen. 2.2 Ontwikkelingen binnen KOS Pedagogisch beleid Het pedagogisch beleid wordt jaarlijks in de teams geëvalueerd en daarop bijgesteld. In het teamoverleg staat standaard het groepsoverzicht en het groepsplan, als de onderdelen van het methodisch pedagogisch handelen, op de agenda. Op deze wijze wordt aandacht besteed aan het actueel houden van datgene waarin de afgelopen 2 jaar pedagogisch medewerkers geschoold zijn en wat de kern van hun dagelijks handelen is. Een extra bijdrage aan de verdieping van de deskundigheid van de pedagogisch medewerkers levert de aanwezigheid van de pedagogisch coach van Stek. Zij coacht op vraag de pedagogisch medewerker(s) op de groep. Deze coaching on the job is ook in 2014 voorgezet. Continuering samenwerking met Stek in Alert4you Sommige kinderen vertonen opvallend gedrag in de kinderopvang. Door het tijdig signaleren en passend reageren worden de kansen van deze kinderen vergroot. Door het bevorderen van de deskundigheid van medewerkers in de kinderopvang kan de instroom in de jeugdzorg worden verminderd en kan verwijzing naar gespecialiseerde vormen van zorg waar nodig tijdig plaatsvinden (door ondersteuning bij vroegsignalering en -stimulering). Er is behoefte de uitstroom uit jeugdzorg te bevorderen en instroom te beperken en sommige kinderen die dagbehandeling krijgen, kunnen door een goede aansluiting tussen jeugdzorg en kinderopvang, eerder (eventueel met extra ondersteuning) gebruik maken van reguliere opvang, dichtbij hun woonomgeving. Hierbij geldt: ‘Zo normaal en licht mogelijk, met extra ondersteuning waar nodig.’ Met Stek Jeugdhulp, specifiek Dagbehandeling De Vlinder in Gouda, is door KOS en een samenwerkingsrelatie aangegaan om kinderen (0-6 jaar) en ouders tijdig en passende ondersteuning te bieden zoveel mogelijk in de bestaande eigen omgeving. De deskundigheid uit de jeugd- en opvoedhulp wordt daarbij ondersteunend en preventief ingezet bij in eerste instantie kinderopvang 0-4 jaar, maar nu ook bij de BSO en peuterspeelzaal. Als er een casus is, wordt dit aan de medewerker van Stek voorgelegd en worden de mogelijkheden vanuit Stek bekeken. Stek werkt er aan dat jeugdhulp op verwijzing in de kinderopvang en de peuterspeelzaal ingezet kan worden. Vanzelfsprekend gaat hier een overleg traject aan vooraf waar met ouders de zorg en opvallendheden besproken worden. Maar als inzet van jeugdhulp zinvol en geaccepteerd is, kan een kind in de eigen omgeving de noodzakelijke hulp krijgen. Hier hebben we het afgelopen jaar concreet goede ervaringen in het belang van kind en ouders mee opgedaan.


8

Protocol opvallende ontwikkeling bij kinderen Binnen de kinderopvang is 3 jaar geleden het protocol opvallende ontwikkeling bij kinderen ontwikkeld en ingevoerd. Dit protocol biedt de pedagogisch medewerkers, zorgcoördinator, leidinggevenden en ouders handvatten en duidelijkheid hoe er gehandeld wordt als er bij een kind opmerkelijkheden in het doen en laten worden ervaren. Het protocol is ook voor gebruik binnen de peuterspeelzalen aangepast. Het protocol is aangevuld met de route voor de inzet van jeugdhulp op verwijzing en de rol van ouders is nadrukkelijker en eerder in de stappen van het protocol opgenomen. We zullen in 2015 ervaren hoe de transitie jeugdzorg naar de gemeente zijn uitwerking krijgt . Beleid voor- en vroegschoolse educatie De voor- en vroegschoolse educatie (VVE) neemt binnen het pedagogisch beleid een belangrijke plaats in. Op een methodisch wijze wordt de spraak- taal en emotionele ontwikkeling gestimuleerd. In 2014 is dit als onderdeel van het pedagogisch beleid geëvalueerd. Daarnaast is er binnen de organisatie ook een algemeen VVE-beleid aanwezig, zodat de peuterspeelzaalleidsters bij de peuterspeelzaal en de pedagogisch medewerkers bij de kinderdagopvang een duidelijk en eenduidig kader hebben. Op basis van de Wet OKE vindt inspectietoezicht op de kwaliteit van de VVE op gemeentelijk niveau door de Inspectie van Onderwijs plaats. Dit heeft in 2012 voor de peuterspeelzaal, de gemeente en één van de basisscholen in Schoonhoven plaats gevonden. Het definitieve inspectierapport aangevuld met onze zienswijze hebben wij in april 2013 ontvangen. In 2014 is er gericht gewerkt aan de verbeterpunten, zoals deze zijn bepaald op basis van het advies in het inspectierapport van de Inspectie van Onderwijs. De volgende zaken zijn in gang gezet:  Er is in afstemming met het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) een brief voor ouders opgesteld, waarin ouders de meerwaarde van VVE wordt uitgelegd en zij aangeven geïnformeerd te zijn over deze werkwijze en zich daarmee akkoord verklaren. Op deze wijze wordt ouders duidelijk dat een indicatie voor het volgen van een VVE-programma op de peuterspeelzaal of kinderdagopvang niet vrijblijvend is. Deze brief word aan ouders meegeven wanneer een kind een VVE-indicatie heeft.  Er is afgesproken dat er een uitwisseling op de werkplek plaats vindt tussen de intern begeleiders van de basisscholen en de peuterspeelzaalleidsters met als doel elkaar en elkaars werkwijzen beter te leren kennen. De uitvoering van deze uitwisseling is ook van start gegaan.  Ook is afgesproken dat de pedagogisch medewerkers van de peutergroepen bij de kinderopvang een dagdeel mee zullen lopen bij de peuterspeelzaal om inzicht te krijgen in de uitvoering van het VVE-programma Puk &Ko.  Het proces van doorgeven van de VVE-verwijzing vanuit het consultatiebureau naar de peuterspeelzaal is verbeterd. De VVE-indicatie wordt met instemming van de ouders rechtstreek naar het centraal kantoor van de peuterspeelzalen gestuurd, zodat deze niet bij ouders blijft liggen of verdwijnt.  Zowel bij de beide peuterspeelzalen als bij de kinderdagopvang is gestart met de invoering van het observatie- en registratiesysteem Kijk!. Dit systeem sluit aan bij de systemen van de basisschool. Het is de bedoeling dat het overdrachtsformulier van peuterspeelzaal en kinderopvang naar de basisschool hierop wordt aangepast, zodat er op termijn sprake is van een doorgaande lijn. Hiervoor is door gemeente extra VVE-subsidie beschikbaar gesteld. Zie voor meer informatie bij paragraaf 5.3. Er is met de deelnemers van het lokale VVE-platform gesproken over de ‘warme overdracht’; in welke vorm en met welke frequentie. Dit heeft wel geleid tot het uitspreken van de intentie om te komen tot, maar heeft nog niet tot een concrete invulling ervan geleid. De dagelijkse praktijk is hierin soms weerbarstiger dan het lijkt.


9

Observatie- en registratiesysteem Kijk! Het doel van het observatie- en registratiesysteem Kijk!is dat op het individuele niveau van het kind duidelijk is met welke aandachtspunten het kind in de leeftijd van 2 tot 4 jaar op taal- en spraakgebied, en/of aandachtspunten t.a.v. de sociaal en emotionele ontwikkeling en/of motorische ontwikkeling, toegeleid wordt naar het VVE-programma bij de peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf. Dat elk kind, dat een VVE-indicatie heeft, het erkende VVE-programma Puk&Ko bij de peuterspeelzaal en/of kinderdagopvang kan volgen. Dat de ontwikkeling van het kind eenduidig wordt geobserveerd en bijgehouden in het kindvolgsysteem. Dat daarvoor door de beroepskrachten binnen de kinderdagopvang en peuterspeelzalen in Schoonhoven één observatie- en registratiesysteem wordt gehanteerd. Dat aantoonbaar is met welke aandachtspunten het kind uitstroomt uit de VVE en wordt overgedragen aan de basisschool. Er is in overleg met de 5 basisscholen door Kinderopvang Schoonhoven voor de kinderopvang en de peuterspeelzalen een verbeterplan ingediend bij de gemeente Schoonhoven om bovenstaande doelstellingen te realiseren. Met de eenmalig beschikbaar gestelde middelen van € 29.765,- uit de Onderwijsachterstandsgelden (OAB) is het verbeterplan uitgevoerd. Het systeem Kijk! is aangeschaft. Het intensieve trainingsprogramma om medewerkers te leren werken met Kijk! is verzorgd door het trainingsbureau OnderwijsAdvies. Als basis is er een opfris-training Puk&Ko gevolgd door alle medewerkers, die met kinderen van 0 tot 4 jaar werken. De leidinggevenden van de kinderdagopvang en peuterspeelzalen hebben intern het project begeleid. Zie ook verder bij hoofdstuk 4. Ouderenquete Wij hebben in 2014 in samenwerking met de Oudercommissie een ouderenquête gehouden naar de behoefte aan ouderavonden en informatie. De respons op deze enquête was 33%. Uit de resultaten kwam o.a. het volgende naar voren:  86% van de ouders geeft aan de informatie uit de nieuwsbrief belangrijk te vinden  52% stelt een frequentie van één keer maand van de nieuwsbrief op prijs  58% geeft aan de informatie op de website soms niet te kunnen vinden  32% van de ouders wil meer informatie over het voedingsbeleid  52% vindt opvoedtips een onderwerp voor een meet-the-parentbijeenkomst Door de Oudercommissie en het managementteam zijn de resultaten besproken. We hebben afgesproken de frequentie van de nieuwsbrief en daarbij dan ook de opzet van de nieuwsbrief voor ouders onder de loep nemen. Ook zullen we bekijken op welke wijze we meer informatie over opvoeding en voeding ouders kunnen geven. Ook werd aangegeven dat de verwijzingen naar onze website en de vindbaarheid op de website niet altijd duidelijk waren. We zullen hieraan aandacht besteden. Goede doelenactie Het is al enkele jaren een goed gebruik dat KOS een goede doelenactie organiseert. Behalve dat we het vanuit onze maatschappelijke betrokkenheid belangrijk vinden een kleine bijdrage aan het verbeteren van de samenleving te leveren, vinden we het zinvol kinderen mee te geven dat iets voor een ander over te hebben, ook gewoon is. Echter, door de voorbereidingen voor de verschillende verhuizingen, die in het voorjaar van 2015 plaats moeten vinden, is het ons eind 2014 niet gelukt een goede doelenactie te organiseren. Wel hebben we een goed doel bepaald en zullen we in september 2015 een fancy fair voor Villa Joep houden.


10

Kwaliteitssysteem Het doel van een kwaliteitssysteem is dat het een middel is voor het voortdurend werken aan verbetering. Een belangrijke stap die wij als organisatie vorig jaar daarin gezet hebben, is het invoeren van een digitaal handboek met alle actuele protocollen, richtlijnen werkinstructies, enzovoorts. Dat handboek is beschikbaar voor alle medewerkers. In 2014 is via het Platform Kwaliteit eraan gewerkt de documenten in het handboek actueel te houden en aan te vullen met nieuwe documenten. De samenstelling van het Platform Kwaliteit is per 31 december 2014 als volgt:  Ester Bendijk, medewerker kindplanning;  Elisabeth van den Dool, secretaresse;  Linda van der Vlist, medewerker personeelszaken;  Karin Verhoog, pedagogisch medewerker NSO;  In te vullen plek door medewerker KDV;  Marja Katoen, directeur en MT-lid;  Ellen Brouwer, leidinggevende en MT-lid. Reorganisatie Evenals in 2013 hebben we ook in 2014 aan de hand van het aanwezige reorganisatieplan een herindeling van de personele bezetting moeten maken om de personele capaciteit aan te laten sluiten bij de afname van het aantal kindplaatsen. De gesprekken zijn met medewerkers daarover gehouden. En in goed overleg konden medewerkers, die binnen de kinderdagopvang niet meer nodig waren, geplaatst worden bij die opvanggroepen waar formatie nodig was. Medewerkers stellen zich hierin flexibel op. Door onvoorziene omstandigheden gebeurt het dat een eerder gemaakt rooster van de standaard personele bezetting herzien moet worden. Op deze wijze blijven we kritisch op de personele kosten. We kunnen hierin snel schakelen. We houden natuurlijk rekening met de continuïteit naar kinderen en ouders. En ook naar medewerkers handelen we zo zorgvuldig mogelijk. We proberen op basis van de gegevens uit ons kindplanningssysteem zo ver en betrouwbaar mogelijk vooruit te kijken wat de vereiste formatie aan pedagogisch medewerkers is. Met de verhuizing naar de MFA “de Vogelweide” (Villa Kakel-Bont) heeft er ook een herinrichting van het aantal kinderdagopvanggroepen en BSO-groepen plaats gevonden. Zo hebben we nu 3 kinderdagopvanggroepen i.p.v. 4 bij Villa Kakel-Bont en hebben we ook 2 BSO-groepen tot één groep samengevoegd. Ook is op de andere centrale opvanglocatie, Villa Eigen-Wijs, per 1 januari 2015 een peutergroep gesloten. Een gevolg van deze aanpassingen gedurende de afgelopen 2 jaar is dat we formatie van de functie groepshulp ook hebben moeten aanpassen. Voor één van de 2 groepshulpen hebben we ontslag moeten aanvragen en hiervoor is door het UWV toestemming gegeven. Per 1 februari 2015 beëindigt deze medewerker haar werkzaamheden bij Kinderopvang Schoonhoven. We kijken ook kritisch naar de formatie in de overheadfuncties, zoals die van leidinggevenden, medewerkers centraal bureau en directie. Zo is het tijdelijke contract van een administratief medewerker niet verlengd en wordt indien daartoe het verzoek wordt gedaan ouderschapsverlof toegekend. Met de inrichting van 2 centrale opvanglocaties is ook de managementstructuur in op zet aangepast. Zie daarvoor bij paragraaf Verandering managementstructuur.


11

We hopen dat met een lichte verbetering in de economische situatie in Nederland, het toenemen van het consumentenvertrouwen en met onze 2 aantrekkelijke kindcentra in Schoonhoven de vraaguitval tot staan is gebracht. We zien het begin van stabilisatie van de vraag en dat geeft ons vertrouwen. Beheersing algemene kosten Hoewel de personele kosten voor een kinderopvangorganisatie de voornaamste kostenpost vormen is ook een goede beheersing van de overige kosten in economisch moeilijke tijden van groot belang. Alle overige kosten zijn doorgenomen en bekeken op goedkopere alternatieven, op noodzakelijkheid en op kritisch gebruik. Met leveranciers zijn afspraken over producten en kortingen gemaakt. Deze lijn zullen we ook in 2015 voortzetten. Het is prima om kritisch naar alle kosten te zijn en prioriteit te stellen, waarbij bewaakt moet worden dat kwaliteit en prijs in een goed evenwicht met elkaar zijn. Verandering managementstructuur Met het krimpen van de organisatie gedurende de afgelopen 2 jaar en de komende veranderingen in de huisvesting was een heroriëntatie op de voor de nieuwe situatie passende managementstructuur en de benodigde ondersteunende functies noodzakelijk. Uitgangspunten zijn dat de werkzaamheden t.b.v. kindplanning, personeelsplanning, inkoop, facilitaire zaken, ICT, secretariaat, personeelszaken en financiële- en salarisadministratie centraal t.b.v. de gehele organisatie worden uitgevoerd en dat er één directeur/bestuurder is, die binnen de kaders van het Raad van Toezichtmodel eindverantwoordelijk is. Er is voor gekozen per centrale opvanglocatie, dus voor de locatie Villa Kakel-Bont en voor Villa Eigen-Wijs, één locatiemanager te hebben. Voor de locatie Villa Kakel-Bont zullen 2 managers in een duobaan de locatie aansturen. Eén van deze manager vervult de functie van combinatiefunctionaris cultuur voor de gehele organisatie. Voor Villa Eigen-Wijs wordt de functie van locatiemanager door één persoon ingevuld. Er is gekeken naar voldoende aanwezigheid van de manager verspreid over de week op de betreffende locatie. Ook een aantal overheadtaken en portefeuilles zijn opnieuw onderverdeeld. Op deze wijze is de formatie aan overhead verantwoord en passend bij de omvang van de organisatie. Het plan hiervoor is gemaakt en akkoord bevonden en zal per 1 mei 2015 toegepast gaan worden. Speel-o-theek Halverwege 2014 stelde de gemeente Schoonhoven ons de vraag óf wij bereid zouden zijn de speel-o-theek “Leentje Beer” bij ons te willen laten aan sluiten. We hebben hierover met de leden van het bestuur van de speel-o-theek en de gemeente gesproken. Zowel de speel-o-theek als wij zagen in de aansluiting een meerwaarde: met het uitlenen van speelgoed voor kinderen van 0 tot 12 jaar en het organiseren van speelochtenden hebben de speel-o-theek en kinderopvang/peuterspeelwerk beiden als doel de ontwikkeling van kinderen van 0 tot 12 te stimuleren. Vanwege het feit dat de speel-o-theek volledig op vrijwilligers draait, is voor de oprichting van een aparte stichting gekozen onder het toezicht en de aansturing van Kinderopvang Schoonhoven. Vanaf 1 januari 2015 maakt de speel-o-theek hier onderdeel van uit. Good Governance We onderschrijven als lid van de Brancheorganisatie Kinderopvang en lid van de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in de Kinderopvang (NVvTK)de principes van good governance. Tijdens een adviesbijeenkomst met mevrouw Maria Jongsma van de NVvTK was haar conclusie dat wij in relatie tot de omvang van de organisatie de verschillende onderdelen van good governance op orde hebben.


12

Die onderdelen die nog opgesteld moeten worden betreffen:  Opstellen en vaststellen privacyreglement;  Opstellen en vaststellen van klokkenluidersregeling;  Benoemingsprocedure directie en RvT-leden;  Evalueren en borgen profielschets directie. Het is de bedoeling dat deze in 2015 afgerond worden.


13

3. Aanbod kinderopvang KOS is een kinderopvangorganisatie die zich richt op ouders en hun kinderen, en op aspirant ouders in Schoonhoven en omgeving. We willen daarbij meer bieden dan opvang en bijdrage aan de opvoeding en ontwikkeling van kinderen. We willen daarin samenwerken met andere organisaties en een schakel zijn in het lokale jeugdbeleid voor kinderen en jeugdigen. Hoe ziet ons aanbod eruit en hoe ontwikkelt dit zich? KOS biedt kinderdagopvang voor baby’s en peuters in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. We onderscheiden babygroepen met baby’s van 0 tot 2 jaar. Daarna gaat een kind naar een dreumes groep voor kinderen van 1,5 tot 2,5 jaar en/of een peutergroep voor kinderen van 2 tot 4 jaar. We bieden 52 weken per jaar gedurende 5 dagen per week van 7.30u tot 18.30u professionele opvang voor kinderen. Alleen op de landelijk erkende feestdagen, die op een doordeweekse dag vallen, is de opvang gesloten. Zodra een kind naar de basisschool gaat kan het gebruik maken van de voorschoolse (VSO), en/of naschoolse (NSO) opvang. Gedurende alle schoolvakanties zijn de VSO en NSO geopend en worden er aparte vakantieprogramma’s georganiseerd. Voor de NSO zoeken we en hebben we samenwerking met lokale organisaties om een aantrekkelijk activiteitenaanbod als brede schoolactiviteiten te bieden. Zo werken we samen met Voetbalvereniging Schoonhoven (VVS) voor de Sport-BSO en met de Stichting Muziek Opleidingen Schoonhoven (SMOS), met het Zilvermuseum, met Gemiva (organisatie voor mensen met een beperking), met de dansschool, met de bibliotheek, met een lokale kunstenaar voor een workshop beeldhouwen. Net als in 2012 en 2013 hebben we ook in 2014 ouders een opvangcheque aangeboden. Deze cheque is goed voor 1 gratis opvangdag per kwartaal. Dit wel als de bezetting aan personeel op de groep dit toestaat. Ouders stellen deze opvangcheque op prijs en maken er veel gebruik van. Soms horen we terug dat de cheque vanwege het aantal kinderen en de daarvoor vereiste aantal beroepskrachten niet gebruikt kan worden op die dag. Aantal opvanggroepen In het aantal opvanggroepen, zowel KDV- als NSO-groepen, is er in 2014 niets gewijzigd. Wel is het aantal kindplaatsen op 1 peutergroep op de locatie Marconiplein en bij 1 NSOgroep gehalveerd. Per 1 januari 2015 zal deze peutergroep gesloten worden en met het betrekken van de nieuwe opvanglocatie in de MFA “de Vogelweide” zal ook de indeling van de opvanggroepen en het aantal groepen wijzigen. De indeling van kinderen per groep naar leeftijd, d.w.z. een horizontale indeling, blijft hierbij het uitgangspunt. Door de 2 baby- en 2 peutergroepen op de locatie Kievitsbloem wordt er nauw samengewerkt en wordt er op dagen dat het conform het aantal kinderen toegestaan is, samengevoegd. Daarbij blijven de horizontale leeftijdsindeling en de aanwezigheid van één vast gezicht van de pedagogisch medewerker van de groep het uitgangspunt. Ouders zijn hierover geïnformeerd en kennen de pedagogisch medewerkers van de babygroepen als één team en ook van de peutergroepen als één team. Vooruitzicht Wat zijn de vooruitzichten m.b.t. de ontwikkeling van de vraag en het aanbod voor 20145 e.v.? De uitspraak dat in 2013 het dieptepunt in de afname van de vraag naar kinderopvang zou zijn bereikt, is niet juist gebleken. Ook in 2014 is de omzet voor het derde achtereenvolgende jaar gedaald. De afname was 11,8% t.o.v. de omzet in 2013. Dit is wederom substantieel.


14

We zien in het 1e kwartaal 20015 de eerste tekenen van een stabilisatie van de vraag naar kinderopvang. Autonome groei verwachten we nog zeker niet, want het groot aantal oudere kinderen binnen de BSO maakt dat de natuurlijke uitstroom bij het bereiken van de leeftijd van 11 en 12 jaar hard gaat. Ook blijven ouders kritisch op de kosten voor de kinderopvang en kiezen voor informele opvang door opa en/of oma. Met het verlagen van de kinderopvangtoeslag heeft de kinderopvang het imago gekregen dat het een dure voorziening is. Uit landelijke gegevens blijkt ook dat het gebruik van kinderopvang onder de huishoudens met de lagere inkomens is afgenomen. Het lijkt erop dat het economisch herstel zich heeft ingezet. Er is meer consumentenvertrouwen. Het verloop van de werkloosheid is nog wisselvallig. Dit betekent nog steeds dat ouders hun baan verliezen en zich na 3 maanden geen kinderopvang meer kunnen veroorloven. De bevolkingsprognoses van het Cultureel Planbureau (CPB) laten voor Schoonhoven een daling van het aantal geboorten zien. Toch hebben we van de jeugdverpleegkundige in Schoonhoven vernomen dat het aantal geboorten in 2014 met 124 kinderen hoger lag dan in 2014. De woningmarkt begint aan te trekken. In Thiendenland 2 in Schoonhoven zijn eind 2014 de eerste woningen opgeleverd. De open dag voor de MFA ,die wij in samenwerking met de ontwikkelingsmaatschappij van het gebied georganiseerd hebben, trok grote belangstelling. In Schoonhoven Oost worden in totaal 520 woningen over een periode van 10 jaar gebouwd. Dit biedt in combinatie met de bouw van woningen in Schoonhoven Noord op de langere termijn perspectief voor een groei van het aantal kinderen in Schoonhoven. We zullen als organisatie de ontwikkelingen scherp monitoren en hier proactief op inspelen en met gepaste kostenbeheersing de continuïteit van de dienstverlening waarborgen. De geschetste ontwikkelingen geven ons wel vertrouwen voor de toekomst.


15

4. Medewerkers Pedagogisch medewerker-/kindratio Bij de inroostering van medewerkers gelden als voornaamste criteria: voldoende en gekwalificeerd personeel op de groep. Voldoende pedagogisch medewerkers betekent voldoende conform de beroepskracht/kindratio, zoals deze in de beleidsregels Kwaliteit Kinderopvang is vastgelegd. Maar kan ook betekenen dat als de situatie daarom vraagt, door de leidinggevende en medewerkers als zodanig beoordeeld, dat er tijdelijk een extra medewerker wordt ingezet. We voldoen op de groepen en de locaties aan de vereiste beroepskracht/kindratio. Door de Brancheorganisatie Kinderopvang is er met de belangenorganisatie van ouders in de kinderopvang, BOinK, een rekentool overeengekomen, waarmee de vereiste personele bezetting op een groep bepaald kan worden. De module in ons planningssysteem, aan de hand waarmee wij het benodigd aantal pedagogisch medewerkers op een opvanggroep bepalen, past de eisen zeer strikt toe. Op deze wijze garanderen wij ons van de juiste bezetting. Daarnaast wordt voor de brengen haalmomenten aan het begin en het einde van de dag, dat zijn momenten waarop de bezetting erg snel kan veranderen, de aanwezigheid van het aantal kinderen en het aantal aanwezige medewerkers per kwartier op overzichtslijsten bijgehouden. Op deze wijze hebben we snel inzicht in structurele afwijkingen en kunnen we daarop anticiperen, en ook zijn we daarmee transparant naar derden: GGD en ouders. Vierogenprincipe Het vierogenprincipe is de basis voor veiligheid in de kinderopvang. Het is ook één van de aanbevelingen van de commissie Dunning. Kinderopvang Schoonhoven houdt bij de invulling van het vierogenprincipe rekening met de voorspelbaarheid, mogelijkheid en frequentie waarin een pedagogisch medewerker alleen op de groep of op de locatie is. Het doel van het vierogenprincipe is het voorkomen dat beroepskrachten zich met één of een aantal kinderen kunnen isoleren in de kinderopvang, waardoor er makkelijk een situatie kan ontstaan die tot ongewenste handelingen en/of intimiteiten kan leiden. Het vierogenprincipe betekent dat er altijd een andere volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren, uitgaande van volgende vertrekpunten:  De uitvoering van het vierogenprincipe moet pedagogisch verantwoord en bedrijfseconomisch haalbaar zijn.  De wijze waarop invulling wordt gegeven dient opgenomen te worden in het pedagogisch beleidsplan.  Ouders en oudercommissie worden jaarlijks geïnformeerd over de invulling van het vierogenprincipe van hun kinderopvangorganisatie. Om te komen tot een verantwoorde uitvoering van het vierogenprincipe in de kinderdagopvang hebben we de volgende afspraken gemaakt:  Er is altijd iemand op de groep die mee kan luisteren en mee kan kijken.  Bij het samenvoegen van de groepen is er 1 vaste pedagogisch medewerker van de groep aanwezig.  Pedagogisch medewerkers gaan altijd met z'n tweeën (of meer) op stap met de kinderen.  Pedagogisch medewerkers lopen regelmatig elkaars groepsruimtes binnen zonder kloppen.  De groepshulp loopt regelmatig de groepsruimtes binnen om fruit, drinken en lunch aan te geven aan de pedagogisch medewerkers.  Het locatiehoofd komt regelmatig binnen in de groepsruimtes. Jaarverslag Stichting Kinderopvang Schoonhoven 2014

16

 

Er zijn doorzichtige afscheidingen tussen groepsruimtes en gangen. Er is een doorzichtige afscheiding tussen groepsruimtes en verschoonruimte. Er zijn altijd audiovisuele middelen, zoals een babyfoon, in de slaapkamer.  Regelmatig staan de deuren van groepsruimtes open.  Kinderopvang Schoonhoven werkt met een open deuren beleid.  De aanwezigheid van stagiaires zien wij als extra kracht, maar ook als een nieuw iemand met een frisse blik op onze gang van zaken.  Wij staan voor een open aanspreekcultuur, waarbij medewerkers binnen KOS elkaar bevragen en aanspreken op handelen of het nalaten daarvan. De invulling van het vierogenprincipe en de afspraken zijn met advies van de Oudercommisie tot stand gekomen. En is opgenomen in het pedagogisch beleidsplan. Continue screening VOG Op basis van de aanbevelingen van de commissie Dunning is landelijk per 1 maart 2013 voor de kinderopvang en de peuterspeelzalen de continue screening van de verklaring omtrent gedrag (VOG)ingevoerd. Bij continue screening wordt voortdurend getoetst of een persoon die in de kinderopvang werkt in aanraking komt met justitie. Wanneer een in de kinderopvang werkende persoon een bedreiging vormt voor de veilige omgeving van kinderen, gaat via de GGD en gemeente een signaal naar de houder van de kinderopvangorganisatie. De houder zal de betreffende persoon verzoeken een nieuwe VOG aan te vragen. Dit is sinds de invoering van de continue screening binnen onze organisatie niet aan de orde geweest. Stagiaires, uitzendkrachten en vrijwilligers zijn niet meegegaan in het systeem van continue screening. Zij moeten voorlopig iedere twee jaar een nieuwe VOG aanvragen. Vanaf 2016 zal worden gewerkt met een centraal register waarin iedereen werkzaam in de kinderopvang en bij de peuterspeelzaal is opgenomen. Minister Asscher heeft recent aangegeven voor de invoering van een personenregister te zijn. Peiling werkbeleving medewerkers In het 1e kwartaal 2014 is er onder alle medewerkers een peiling gehouden naar de werkbeleving. De enquête bestond uit 15 vragen, zoals:  ik doe mijn werk met veel plezier;  mijn werk sluit goed aan bij mijn kennis en ervaring;  ik voel me gewaardeerd in mijn werk;  de werkdruk in mijn werk is te groot;  ik hoef haast nooit wegens ziekte te verzuimen;  ik ben tevreden over mijn direct leidinggevende;  ik ben tevreden met de samenwerking met directe collega's;  ik ben trots om voor de organisatie te mogen werken. Op een schaal van zeer tevreden tot zeer ontevreden kon de medewerker zijn antwoord aangeven. Er was per vraag ruimte voor toelichting. De enquête is digitaal ver spreid aan 71 medewerkers. De respons was 92% en daarmee hoog. De respons per locatie is al volgt: Totaal 100%

Polderkids

Tuimelaar

9%

18%

BSO 29%

PSZ

CB 8%

Inval 14%

22%

Conclusie De resultaten zijn tijdens het MT van 24-03-14 besproken. We hebben met elkaar geconstateerd dat de medewerkers over de verschillende aspecten van het werk positief zijn en dat men over het algemeen tevreden is. Het antwoord neutraal hebben we


17

uitgelegd als dat het de beantwoorder van de vraag niet zoveel uit maakt. We zijn dan blij met dit resultaat. De aspecten, waar medewerkers het meest negatief over zijn, betreft:  de beleving van de werkdruk, 9% vindt deze te hoog;  de sfeer binnen de organisatie, 8% vindt deze niet prettig. Analyse van de resultaten wijst uit dat de beleving van de hoge werkdruk door medewerkers binnen de kinderdagopvang is aangegeven. Ellen en Marianne zullen dit onderwerp dan ook op die locaties gaan bespreken. Als actie m.b.t. de sfeer hebben we afgesproken zoveel mogelijk als leidinggevenden negatieve uitlatingen met de medewerker direct te bespreken en ook medewerkers daarvoor naar elkaar te verwijzen. En ook als zaken besproken zijn of de behoefte aan bespreken er niet is dan ook een kwestie als afgerond te nemen. Deze opstelling zoveel mogelijk uit te dragen. En ook nog te bekijken of er andere manieren zijn om een goede sfeer te bevorderen. De enquête is niet anoniem geweest. Hiervoor is bewust gekozen. Het biedt de mogelijkheid dat de leidinggevende in gesprek gaat met die medewerker(s) die op meerdere vragen een negatief antwoord heeft (hebben) gegeven. Dit hebben we ook afgesproken. Met als doel te kijken wat er aan die ontevredenheid ten grondslag ligt en of hier iets meegedaan kan worden. Bijscholing Voor 2014 is er een bijscholingsplan opgesteld. De jaarlijkse herhalingsbijscholingen zijn: EHBO bij kinderen en Bedrijfshulpverlening. Alle medewerkers beschikken over een diploma EHBO bij kinderen. Deze bijscholing wordt standaard door alle nieuwe pedagogisch medewerkers gevolgd. Jaarlijks wonen alle medewerkers die in dienst zijn, de herhalingstraining bij. Op elke locatie is er elke dag een medewerker aanwezig, die opgeleid is tot bedrijfshulpverlener (BHV). Ook voor het op peil houden van deze kennis en vaardigheden volgen de BHV-ers jaarlijks een herhalingsscholing. Naast bovengenoemde bijscholing is er in 2014 ingezet op de invoering van een nieuw observatie- en registratiesysteem binnen de kinderdagopvang en peuterspeelzalen, te weten Kijk!. Er is in overleg met de 5 basisscholen door Kinderopvang Schoonhoven voor de kinderopvang en de peuterspeelzalen een verbeterplan ingediend bij de gemeente Schoonhoven om bovenstaande doelstellingen te realiseren. Met de eenmalig beschikbaar gestelde middelen van € 29.765,- uit de Onderwijsachterstandsgelden (OAB) is het verbeterplan uitgevoerd. Zie ook bij hoofdstuk 2 van dit jaarverslag De jaren 2014 en 2015 worden gebruikt om het KIJK! volgsysteem organisatiebreed in te voeren. Dat wil zeggen bij: alle groepen peuterspeelzalen,alle groepen kinderdagopvang en alle groepen BSO. Er zijn in 2014 in totaal 7 peuterspeelzaalleidsters en 23 pedagogisch medewerkers kinderdagopvang geschoold in KIJK! Dat is gebeurd in drie groepen. Elke groep heeft in 2014 vier bijeenkomsten van twee uur gevolgd. De vijfde en laatste bijeenkomst staat in de eerste helft van 2015 gepland. De pedagogisch medewerkers van de BSO volgen één bijeenkomst van twee uur in 2015. Na het invoeringstraject zijn er ten aanzien van de registratie de volgende afspraken gemaakt: - Alle kinderen tot de leeftijd van 4 jaar worden twee maal per jaar geregistreerd. Dit gebeurt op kalenderleeftijd. Op een registratiekalender staat aangegeven welke kinderen er in welke maand moeten worden geregistreerd. - Tussentijdse observaties worden genoteerd in de observatiemodule van KIJK! of aangetekend op afvinklijsten. Op deze lijsten staan alle KIJK! observatiepunten. - De mentoren registreren de eigen mentorkinderen.


18

-

-

-

-

Als een kind wordt geregistreerd neemt de medewerker daar maximaal twee weken voor. Als de medewerkers van de groep het met elkaar eens zijn over de registratie wordt deze afgesloten. De leidinggevenden bekijken twee maal per jaar de groepsrapporten en bespreken opvallende punten met de betreffende peuterspeelzaalleidsters en pedagogisch medewerkers. Wat betreft de BSO kinderen is afgesproken dat voor hen één maal per jaar de globale screeningslijst wordt ingevuld. Voor opvallende kinderen wordt tweemaal per jaar de gedetailleerde lijst ingevuld. Alle BSO kinderen vanaf 6 jaar vullen één keer per jaar een kindformulier in, waarin zij kunnen aangeven in hoeverre zij het naar de zin hebben bij de BSO.

Het overdrachtsformulier dat door de peuterspeelzaalleidsters en de pedagogisch medewerkers van de kinderopvang gebruikt wordt om kinderen aan de basisschool over te dragen is aangepast aan de aspecten van Kijk!. Met dit formulier kan een kind met concrete aandachtspunten aan de basisschool overgedragen worden en sluit de informatie aan bij wat de scholen aan input nodig hebben. Voor het goed kunnen begeleiden van de stagiaires binnen onze organisatie zijn er 2 praktijkopleiders. Zij zijn verantwoordelijk voor de coördinatie van alle stages, informeren en trainen jaarlijks de werkbegeleiders en onderhouden de contacten met de opleidingen. Vanwege zwangerschapsverlof en later vanwege aanpassing van de overheadtaken is deze functie door een leidinggevende overgenomen. We hebben 9 stagiaires in opleiding voor de functie van pedagogisch medewerker niveau 3 of 4 in 2014 een stageplaats geboden. De medewerkers personeelszaken en personeelsplanning hebben de gebruikersbijeenkomsten van Planrad, ons personeelplannings- en informatiesysteem, bijgewoond. De medewerkers kindplanning hebben de gebruikersbijeenkomsten van het kindplanningssysteem Kocon bezocht. Op deze wijze blijven we op de hoogte van de laatste ontwikkelingen en leren we van de uitwisseling met andere organisaties. Verzuim In 2014 hebben we besloten de overeenkomst met de arbodienst ReturnCoach per 1 januari 2015 op te zeggen. Dat houdt ook in dat de dienstverlening van de bedrijfsarts, die via deze arbodienst zijn diensten bij ons verleent, en het gebruik van het verzuimregistratiesyteem CAS per die datum aflopen. Redenen voor deze beëindiging zijn dat we meer via het eigen regiemodel willen gaan werken, daarin de casemanager verzuim voor ons weinig meerwaarde heeft en het registratiesysteem in het genereren van managementinformatie beperkingen kent. We zijn van mening dat we ook de kosten voor de arbodienstverlening kunnen terugdringen. De OR is geïnformeerd over ons besluit. In overleg met der OR is er een profielschets en een selectieprocedure voor een nieuwe bedrijfsarts opgesteld. We hebben via een bemiddelingsbureau voor de inzet van bedrijfsartsen als zelfstandig bedrijfsarts bij een organisatie met enkele kandidaat-bedrijfsartsen een gesprek gevoerd. Ook de huidige bedrijfsarts heeft bij ons kenbaar gemaakt dat hij graag voor een gesprek uitgenodigd zou willen worden. Na zorgvuldige afweging zijn we begin 2015 met de huidige bedrijfsarts overeengekomen om de samenwerking op een andere wijze en met inzet van het eigen regiemodel voort te zetten. Onze visie op verzuim is dat ziekte je overkomt, maar verzuim een keuze is. Het is niet wat je als werknemer niet kunt, maar veel meer te bekijken wat je wel kunt. Per 1 maart 2015 gaan we op de nieuwe werkwijze over en zullen we ook van een ander verzuimregistratiesysteem te weten MediSoft gebruik gaan maken. Ons protocolpreventie verzuim is op de nieuwe werkwijze aangepast en zal ook binnen de organisatie bekend gemaakt worden.


19

Eind 2014 was er 1 medewerker in dienst die langdurig afwezig was wegens ziekte. Gedurende het jaar heeft een andere medewerker, die langdurig afwezig was, de organisatie verlaten. En bij een derde medewerker is met inzet van coaching en met het beschikbaar komen van een andere werkplek langdurig verzuim voorkomen. Het gemiddelde verzuimpercentage van 1 januari 2014 tot 1 januari 2015 inclusief zwangerschap- en bevallingsverlof is 5,8%. Dit is hetzelfde percentage als in 2013. Er waren in totaal 6 medewerkers zwanger in 2014. Volgens de gegevens van het FCB op basis van het CBS is het verzuimpercentage in de kinderopvangbranche 5,1% over 2014. Dit is exclusief zwangerschap- en bevallingsverlof. Dit betekent dat in vergelijk met de sector Kinderopvang Schoonhoven een lager verzuimpercentage heeft. Vertrouwenspersoon De functie van vertrouwenspersoon t.b.v. de medewerkers bij onze organisatie wordt sinds 1 juni 2011 ingevuld door de heer P.M. Versteeg. De heer Versteeg is niet verbonden aan de organisatie en treedt onafhankelijk op. Jaarlijks is er een evaluatief gesprek. Op de vraag of na een periode van 3 jaar de heer Versteeg nog bereid is de functie van vertrouwenspersoon met een volgende periode te verlengen, is door de heer positief beantwoord. Volgens weergave van de heer Versteeg is de vertrouwenspersoon in 2014 door niemand van de medewerkers benaderd. medewerkers in dienst De volgende functies worden per 31-12-12 binnen de organisatie vervuld:           

Pedagogisch medewerker; Groepshulp; Praktijkopleider*; Leidinggevende; Medewerker kindplanning*; Medewerker personeelsplanning*; Medewerker personeelszaken*; Medewerker inkoop*; Secretaresse; Hoofd financiën; Directeur.

De functies met een * zijn door medewerkers gecombineerde functies: de functie van praktijkopleider wordt door 2 pedagogisch medewerkers uitgeoefend, de functie van medewerker personeelsplanning wordt door de medewerker personeelszaken en door een medewerker personeelsplanning uitgevoerd, de functie van medewerker kindplanning wordt door de medewerker personeelsplanning en door de medewerker kindplanning uitgevoerd, en de functie inkoop is ondergebracht bij de medewerker personeelsplanning en de secretaresse. De medewerkers van het centraal bureau en directie verrichten ook werkzaamheden ten bate van de peuterspeelzalen. Deze uren zijn in bovenstaand overzicht opgenomen, de kosten van de medewerkers worden doorbelast. Er is een vrijwilliger actief in het groenonderhoud van de verschillende locaties. KOS is een door Calibris erkend leerbedrijf voor de opleiding tot pedagogisch medewerker niveau 3 en 4. Gedurende het schooljaar hebben er gemiddeld 9 leerlingen stage gelopen. Behalve dat het bieden van stageplaatsen maatschappelijk relevant is, biedt het een frisse, nieuwe kijk op het werk en kunnen sommige stagiaires na verloop van tijd als invalkracht bij ons aan de slag.


20

Organisatiestructuur Kinderopvang Schoonhoven kent 3 stichtingen:  Stichting Kinderopvang Schoonhoven;  Stichting TSO Schoonhoven;  Stichting Peuterspeelzalen Schoonhoven. Met de beëindiging van de TSO per ingang van het schooljaar 2013-2014 zijn er binnen deze stichting geen activiteiten meer uitgevoerd. Deze stichting wordt als ‘lege’ stichting aangehouden worden. Per januari 2015 zal er door Kinderopvang Schoonhoven voor de aansluiting van de speel-o-theek ‘Leentje Beer’ een nieuwe stichting worden opgericht, waar deze vrijwilligersactiviteiten in worden ondergebracht: Stichting Speel-o-theek Schoonhoven. Het organogram van Kinderopvang Schoonhoven ziet er per 31 december 2014 als volgt uit:


21

5. Huisvesting In 2012 en begin 2013 is er een inhaalslag in het meerjaren onderhoud van zowel het pand als de buitenruimte van de locatie Marconiplein gemaakt. Het meerjarenonderhoudsplan is geactualiseerd en zal om het pand in goede staat te houden zoveel als mogelijk en noodzakelijk uitgevoerd worden. In 2014 is de dakbedekking van 2 lokalen vervangen en zijn er in dat deel ook nieuwe lichtkoepels geplaatst. Daarmee zijn de meest slechte dakdelen aangepakt. In februari 2014 is de 1e paal voor de MFA onder grote belangstelling van alle schoolkinderen en de peuters van de kinderopvang de grond in gegaan. Ook heeft de MFA een naam gekregen: ‘de Vogelweide’. De verhuizing naar de MFA voor de 2 scholen, Koningin Emma en de Ichthus, en een deel van onze kinderdagopvang, een deel van de naschoolse opvang en één peuterspeelzaal staat gepland voor april 2015. De planning is dat de oplevering eind maart plaats zal vinden. We kijken er naar uit!! Er is in 2014 veel werk verzet ter voorbereiding van dit alles. Heet betekent niet alleen meedenken en meepraten in werken stuurgroepen over de nieuwe locatie als toekomstige gebruiker, maar ook een nieuwe indeling van onze opvanggroepen en nieuwe indeling van pedagogisch medewerkers op de nieuwe groepen, een herziening van ons pedagogisch beleid en niet minder belangrijk, het bepalen van de inrichting van de 2 centrale opvanglocaties. We hebben een verhuisplan en een planning opgesteld, waardoor we de belangrijkste zaken in beeld hebben. De eerste fase van de verhuizing betreft de interne verhuizing van 3 KDV-groepen naar andere groepsruimten en is gepland in februari en maart 2015. Daarna is het de bedoeling dat in de laatste week van april de verhuizing van een deel van de BSO-groepen van 3 locaties naar het pand op het Marconiplein plaats vindt en het andere deel van de BSOgroepen naar de MFA uitgevoerd wordt. Ook verhuizen in die week de KDV-groepen van de locatie Kievitsbloem en de peuterspeelzaal Repesteeltje naar de MFA. In het hele plan is natuurlijk de communicatie naar ouders erg belangrijk. We hebben daar door ouders tijdig per brief te informeren en aan te geven wanneer de volgende informatie zou komen van ouders weinig vragen over gehad. Er is een herindeling van de opvanggroepen gemaakt naar de 3 locaties Marconiplein, MFA en de Sport-BSO bij de voetbalvereniging VVS. Uitgangspunten voor ons zijn:  dat we zowel in Noord Schoonhoven als in Oost Schoonhoven een compleet pakket aan kinderdagopvang, naschoolse opvang en peuterspeelzaalwerk bieden,  dat we kinderen opvangen in groepen met leeftijdgenootjes,  dat we met school, woonplek en vriendjes van de kinderen zoveel mogelijk rekening willen houden. De meeste groepen zullen ook nieuwe namen krijgen. Met het oog op de verhuizing en het daarbij afstoten van 4 opvanglocaties is bij die locaties in 2014 alleen het meest noodzakelijke aan onderhoud gepleegd.


22

6. Kwaliteit Toezicht door de GGD De GGD Hollands Midden, die in opdracht van de gemeente belast is met het toezicht op de handhaving van normen conform het toetsingskader kinderopvang, heeft in 2014 alle locaties onaangekondigd voor een inspectie bezocht. De inspecties zijn goed verlopen en op alle locaties was alles op orde. Er zijn door de GGD geen opmerkingen gemaakt. De inspectierapporten zijn op onze website geplaatst en de Oudercommissie heeft de rapporten ontvangen. Inspectie SpeelTopVeilig Jaarlijks worden de grote speeltoestellen, zowel binnen als buiten, door de organisatie van SpeelTopVeilig gecontroleerd. Alle speeltoestellen zijn in 2014 goedgekeurd. Klachten Onder klachten verstaan we de kritische uitingen van ouders en medewerkers, die wij per brief of per mail ontvangen. Elke klacht wordt individueel conform de klachtenprocedure behandeld. De negatieve signalen, die ouders via het exitformulier bij het beëindigen van de kinderdagopvang of NSO aangeven, worden door de leidinggevende in een overzicht gezet en met de teams besproken. Wanneer de aard van de opmerking daar aanleiding voor geeft, neemt de leidinggevende met de ouder contact op. Zowel de klachten als de kritische signalen worden in de kwartaalrapportages opgenomen, zodat daar op organisatieniveau een overzicht van is en er bepaald kan worden of verbetermaatregelen noodzakelijk zijn. In onderstaande tabel staan de in 2013 en 2014 ingediende klachten. Aard klacht Plaatsingsprocedure Opzegtermijn Schoonmaak Ophalen/brengen BSO Personeelsbeleid Pedagogisch beleid Divers Totaal

Aantal 2013 0 5 1 4 8 1 7 26

Aantal 2014 0 4 0 0 2 0 16 22

Onder divers zijn klachten geplaatst zoals: opmerkingen bij het vakantieprogramma BSO (4), kerstkaartenactie (2), merk luiers (1), sluiting op vrijdag van NSO-locatie, niet kunnen ruilen (2), voeding , speeltoestel niet veilig. Alle klachten zijn met betrokkenen besproken. Met het bespreken van de kritiekpunten en met het treffen van maatregelen, was de behandeling in nagenoeg alle gevallen voor de indiener van de klacht voldoende. (Bijna-) ongevallen Onder een (bijna-)ongeval verstaan we elke onvoorziene gebeurtenis waardoor personen (kinderen, ouders, werknemers of derden) letsel (fysiek en/of emotioneel) oplopen of waardoor materiële schade ontstaat. De (bijna) ongevallen worden in de kwartaalrapportages opgenomen, zodat er op organisatieniveau een overzicht is van de (bijna) ongevallen en er bepaald kan worden of verbetermaatregelen noodzakelijk zijn of niet. De leidinggevenden bespreken de (bijna-) ongevallen met de betrokken medewerkers.


23

In onderstaande tabel staan de in 2014 geregistreerde ongevallen. Ter vergelijk zijn de gegevens van 2013 ook toegevoegd. Aard (bijna-) ongeval Ergens vanaf gevallen Ergens door geraakt Ergens tegen aan gevallen/gestoten Bekneld geraakt Divers (w.o. 3x strijkkralen in neus ) Totaal

Aantal 2013 4 0 8 1 3 16

Aantal 2014 4 0 4 1 5 14

Analyse laat zien dat het om steeds verschillende situaties gaat op verschillende groepen en locaties. Belang van registratie, bespreken van voorkomende ongevallen in de teams en het treffen van maatregelen blijven zaken die continu de aandacht vragen. Door middel van de jaarlijkse risico-inventarisatie voor gezondheid en veiligheid hebben we alle mogelijke gevaarlijke plaatsen en bedreigingen beeld en worden de risico’s d.m.v. een plan van aanpak per locatie zo veel mogelijk beperkt. Kwaliteitssysteem We hebben in 2014 onze werkwijze voor wat betreft het kwaliteitssysteem gecontinueerd. Het handboek is actueel gehouden. Dit is door het Platform Kwaliteit bewaakt. Voor een verdere toelichting verwijs ik u naar hoofdstuk 2 Interne ontwikkelingen, Kwaliteitssysteem


24

7. Ondernemingsraad De ondernemingsraad (OR) vergadert 1x per 2 maanden met alleen OR-leden en 1 x per 2 maanden met de directie (overlegvergadering).De OR heeft 6 keer vergaderd in 2014. Met de directie heeft de OR 6 keer vergaderd. De OR bestaat uit 5 leden. Samenstelling De OR bestaat per 31 december 2014 uit de volgende leden:  Mevr. Patricia van Heerde, pedagogisch medewerker KDV,voorzitter, met zwangerschapsverlof;  Mevr. Loes Plomp, pedagogisch medewerker KDV, waarnemend voorzitter en lid tot 1 april 2015;  Mevr. Karin Verhoog, pedagogisch medewerker BSO, lid tot 16 maart 2015;  Mevr. Yvonne Lesage, pedagogisch medewerker BSO en peuterspeelzaalleidster, lid;  Mevr. Jolanda Kuijlenburg, pedagogisch medewerker BSO, lid;  Mevr. Nicoline van der Teems, pedagogisch medewerker KDV en BSO, lid;  Mevr. Ester Bendijk, medewerker kindplanning, lid en secretaris. In maart 2014 zijn er in verband met het aftreden van 3 leden verkiezingen uitgeschreven voor nieuwe leden van de ondernemingsraad (OR). Deze verkiezingen zijn gehouden onder alle medewerkers, zowel van peuterspeelzaal als kinderopvang. Aangezien er 3 leden in korte periode achter elkaar uit de OR zouden gaan en de voorzitter met zwangerschapsverlof gaat, is er afgesproken dat 2 aftredende leden nog tot maart c.q. april 2015 in de OR zullen blijven. Vanaf april 2014 bestaat de OR dan tijdelijk uit 7 leden. Mevrouw Elisabeth van den Dool is per 1 april 2014 conform rooster afgetreden. De volgende onderwerpen zijn in 2014 door de OR behandeld, informatief of voor het geven advies of instemming:  Bijscholing 2014;  Reiskostenregeling;  Begroting en jaarplan 2015;  Continueren reorganisatieplan;  Nieuw protocol werving en selectie;  Regeling bezoek arts;  Memo over hoe te handelen bij min-uren;  Aangepaste versie introductie- en inwerkprotocol;  Aangepaste versie procedure en verslaformulier functioneringsgesprek voor de functie pedagogisch medewerker en groepshulp;  Verkiezingen OR;  Opzet en resultaten peiling werkbeleveing medwerkers;  Voorstel halve dagopvang voor medewerkers;  Actieplan RI&E Voor een volledig verslag van de activiteiten van de OR in 2014 wordt u verwezen naar het jaarverslag 2014 van de OR. Dit is op te vragen bij het centraal bureau.


25

8. Oudercommissie Conform de Wet Kinderopvang en de Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen heeft elke kinderopvang- en peuterspeelzaalorganisatie de verplichting de medezeggenschap van ouders te organiseren middels een oudercommissie (OC). De OC bestaat uit minimaal 5 leden, waarbij elke opvanglocatie door een ouder vertegenwoordigd is. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de OC zijn in een reglement vastgelegd. Ondanks herhaalde wervingsacties is het niet mogelijk gebleken voor elke locatie een OC in te stellen, zoals de Wet Kinderopvang dit voorschrijft. Samenstelling De samenstelling is gedurende het afgelopen jaar gewijzigd. In 2014 hebben 4 leden de OC verlaten. Op het bericht voor werving van OC-leden hebben zich verschillende belangstellende ouders gemeld. Uiteindelijk bleven er precies 4 ouders over om de opengevallen plekken in te nemen. Eén van de OC-leden heeft de peuterspeelzalen als aandachtsgebied. De OC        

bestaat per 31 december 2014 uit de volgende leden: Mevr. Kin-Yi Fung, voorzitter, Mevr. Dési Cornelissen,secretaris, Mevr. Jantine Bos, lid, Mevr. Linda Maan, lid, Mevr. Angelique Rond,lid, Mevr. Marieke Bijman, lid, Mevr. Marjolein Britsemmer, lid, Mevr. Karin de Bruin, lid met als aandachtsgebied het peuterspeelzaalwerk.

Bijeenkomsten De OC kwam 7 keer bij elkaar voor overleg. Bij 3 vergaderingen is de directie door de OC uitgenodigd aanwezig te zijn. Ook zijn er 2 gezamenlijke bijeenkomsten met RvT, MT, OR en OC gehouden, waarbij o.a. de stand van zaken lopend jaarplan, het jaarplan 2015 en bijbehorende begroting en het jaarverslag en de jaarrekening van het voorgaande jaar aan de orde zijn geweest. De OC heeft in 2014 o.a. de volgende onderwerpen besproken en over verschillende onderwerpen advies aan het management gegeven:  Bijeenkomsten Meet-the-parent;  Begroting en tarieven 2015;  Jaarplan 2015;  Jaarverslag en jaarrekening 2013;  Bijstelling Pedagogische beleidsplannen kinderdagopvang en BSO;  Beleid (deels) niet gevaccineerde kinderen;  Protocol preventie wiegendood;  Snoezelprotocol;  Opzet en resultaten ouderenquete over ouderavonden en informatie;  Inspectierapporten van de GGD Hollands Midden;  Attentie Leidsterdag;  Pedagogisch beleid peuterspeelzalen en VVE;  Beroepskracht/kindratio peutergroep;  Algemeen VVE-beleid. Klachten Oudercommissie Als vertegenwoordigend orgaan van de ouders ontvangt de OC ook rechtstreeks opmerkingen of klachten van ouders. De voorzitter bekijkt de reikwijdte van de klacht en handelt naar bevinding van zaken. In 2014 is er bij de oudercommissie van Kinderopvang


26

Schoonhoven 1 klacht per e-mail binnen gekomen. De OC heeft aan de indiener van de klacht geadviseerd de klacht bij het management van de organisatie in te dienen. Reden hiervoor was dat de OC geen individuele klachten van ouders behandeld, maar het algemeen belang van ouders behartigt. De ouder heeft de klacht bij het management ingediend en de klacht is ook conform de klachtenprocedure behandeld. De OC heeft wel algemene signalen van ouders ontvangen over een BSO-uitje tijdens de vakantie en over de wisselingen in de personele bezetting op een locatie. Deze signalen zijn met directie en leidinggevenden besproken.


27

9. Raad van Toezicht Het Raad van Toezichtmodel is het bestuursmodel, zoals we dat binnen Kinderopvang Schoonhoven nu enige jaren kennen. Samenstelling In 2014 zijn Freek Blanke per 1 januari, Helmut Abeling per 1 juni en Richard Ruitenbeek per 1 september ieder voor een periode van 4 jaar herbenoemd. Het rooster van aftreden staat op de website. Op 9 juli 2014 is zeer onverwacht Freek Blanke overleden. Dit heeft een grote impact gehad. In het najaar is er een vacature opgesteld voor de werving van een nieuw lid van de Raar van Toezicht (RvT). Per 1 januari 2015 is de heer Wietze Wedman benoemd. De RvT van de Stichting Kinderopvang Schoonhoven bestaat per 31 december 2014 uit de volgende leden:  Mw. Wencke Boerrigter, voorzitter,  Dhr. Richard Ruitenbeek, lid met portefeuille financiën,  Dhr. Harbert van der Wildt, lid,  Dhr. Helmut Abeling,secretaris,  Vacature, ingevuld per 1 januari 2015. Bijeenkomsten De RvT vergadert één keer per 6 weken en kwam 6 keer per jaar bij elkaar voor een reguliere vergadering. Bij elke vergadering was de directie aanwezig. Daarnaast heeft de RvT nog enkele keren als RvT afzonderlijk overleg gehad. In het voor- en najaar heeft er een gezamenlijk overleg plaats gevonden met RvT, MT-leden, en leden van OR en OC. Met elkaar is gesproken over o.a. de stand van zaken van het lopende jaarplan, het jaarplan 2015 en bijbehorende begroting en het jaarverslag en de jaarrekening van het voorgaande jaar. In het belang van een goede communicatie en het draagvlak voor een gezamenlijke koers vindt 2 keer per jaar dit gezamenlijk overleg plaats. De RvT heeft zich het afgelopen jaar o.a. met de volgende onderwerpen bezig gehouden:  Huisvestingsbeleid;  Verhuisplan  Jaarplan en begroting 2015;  Jaarverslagen en jaarrekeningen KOS en peuterspeelzalen 2013;  Profielschets directie;  Kwartaalrapportages conform planning-&controlcyclus;  Audit financiering ;  Continueren reorganisatieplan;  Strategische groei;  Concurrentieanalyse;  Voorstel managementstructuur;  Profielschets en procedure werving RvT-lid;  Aansluiten speel-o-theek;  Selectie nieuwe accountant. Ten slotte heeft de RvT zich in een separate sessie bezig gehouden met een evaluatie van haar eigen functioneren. Het houden van een zelfevaluatie is een onderdeel dat met enige regelmaat terug zal komen op de eigen agenda. De leden van de RvT ontvangen voor hun werkzaamheden een jaarlijkse vergoeding van €3.000,-. De voorzitter ontvangt €3.500,-. In


28

2014 hebben de RvT-leden in verband met de bezuinigingsmaatregelen binnen de organisatie er voor gekozen 75% van deze vergoeding te willen ontvangen. Taken van de Raad van Toezicht De RvT heeft als taak het toezicht houden op het bestuur van de Stichting Kinderopvang Schoonhoven en daarmee op het beleid en de uitvoering daarvan. Heeft als taak het jaarverslag, de jaarrekening en de begroting goed te keuren en is werkgever van de directeur/bestuurder.


29

10. Financiën De door de accountant samengestelde jaarrekeningen van Stichting Kinderopvang Schoonhoven en Stichting TSO Schoonhoven zijn als aparte documenten bij het centraal bureau op te vragen. Er is door de RvT vanuit de principes van good governance besloten voor het samenstellen van de jaarrekeningen 2014 e.v. de opdracht aan een andere accountant te verlenen. Hieronder volgt een beknopte samenvatting van de financiele resultaten over 2014. Kinderopvang Schoonhoven heeft voor de kinderopvang het jaar met een negatief resultaat afgesloten. De afname van de omzet was groot en door een strakke sturing op de kosten is het negatieve resultaat beperkt gebleven. De organisatie heeft een gezonde financiële balanspositie. Marktaandeel KOS heeft in 2014 het totaal aantal kindplaatsen van 326 aangepast naar 316 kindplaatsen in kinderdagopvang en voor- en naschoolse opvang: bij 1 VSO-groep is het aantal kindplaatsen verminderd van 20 naar 10. Er zijn in het beschikbaar aantal kindplaatsen geen wijzigingen verder aangebracht. Van het totaal aantal kindplaatsen van 458.718 in Nederland per 2014 volgens opgave van de Brancheorganisatie Kinderopvang, is ons aandeel van 0,07% in 2013 voor 2014 gelijk gebleven. Resultaat Over het resultaat 2014 zijn we, gezien de afname van de vraag en dat dit voor de 3e jaar op rij is, niet ontevreden. We zijn in staat geweest om t.o.v. de lagere gerealiseerde omzet dan begroot (-8,5%) ook de kosten met 7% t.o.v. de begrote kosten daarop aan te passen. Voor Stichting Kinderopvang Schoonhoven is het jaar, na aftrek van belastingen en het treffen van voorzieningen voor huisvesting, afgesloten met een negatief resultaat van €21.010,-. Er was voor 2014 een resultaat voor KOS begroot van - €11.366,-. voor aftrek van belastingen. Omzet De totale omzet van de kinderopvang is over 2014 €2.018.187,-. Dit is een omzetdaling van €271.157,- t.o.v. 2013, en dat is 11,8%. In vergelijk met andere kinderopvangorganisaties is onze financiële basis solide en kunnen we dit opvangen. Het betekent wel dat we scherp aan de wind moeten blijven zeilen. Kengetallen De financiële positie wordt aan de hand van 3 kengetallen voor Stichting Kinderopvang Schoonhoven verder gespecificeerd. De gezonde financiële situatie wordt onderschreven door goede solvabiliteit en liquide positie van de organisatie, terwijl in de rentabiliteit de zorgelijke situatie tot uitdrukking komt. 1) Solvabiliteitsratio bedraagt 70%, dit is boven de ratio in 2013 (65%).Beide jaren ligt het percentage ver boven de voor de branche gehanteerde ondergrens van 20% en boven de gemiddelde solvabiliteit binnen de sector van 11,7% in 20141. 2) Liquiditeitsratio 2014 is 2,4. Deze was 1,8 in 2013. De algemeen aanvaarde veilige norm voor liquiditeit is de liquiditeitsratio van 1 of hoger. Voor de branche is de gemiddelde liquiditeitsratio over 2014, 1,6. 3) Rentabiliteitsratio 2014 is – 2,7%. De gemiddelde rentabiliteit voor de sector is in 2014 -0,02%. Voor organisaties met een omzet tussen de 1 en 3 miljoen euro is over 2014 de rentabiliteitsratio -0,3%. 1

Brancherapport Kinderopvang 2014, feiten, cijfers en ontwikkelingen, uitgave van Brancheorganisatie Kinderopvang en Stichting Waarborgfonds Kinderopvang, november 2014


30

Jaarverslag 2014 Jaarrekening 2014 Kinderopvang

Recommend Documents