HOOFDSTUK 3 DE SCHOOLORGANISATIE
1
3. 3.1
SCHOOLORGANISATIE Continurooster
’t Montferland heeft vanaf 24 augustus 2015 een continurooster. Dit wil zeggen dat alle kinderen op school eten en pauzeren. Het eten gebeurt in de klas onder begeleiding van de eigen leerkracht. Schooltijden met het continurooster zijn als volgt: Maandag: Dinsdag: Woensdag: Donderdag: Vrijdag:
8.30-14.15 uur 8.30-14.15 uur 8.30-12.30 uur 8.30-14.15 uur 8.30-14.15 uur
Er wordt gezamenlijk met de leerkracht in de klas gegeten en gedronken. Er wordt voor de lunch ongeveer een kwartier uitgetrokken. Omdat het ene kind meer tijd nodig heeft om te lunchen dan het andere wordt soepel met de lunchtijd omgegaan. De kinderen kunnen iets langer dooreten als dit nodig is. De lunchtrommel De lunchtrommel is voorzien van een naam en groep van het kind. De lunchtrommel bevat een gezonde lunch. Een voorbeeld van een gezonde lunch is: twee of drie boterhammen met gezond beleg, een zuiveldrank en fruit. U moet er rekening mee houden dat de kinderen ook een kleine-pauze hap meenemen. Snoep tijdens de lunch is niet toegestaan. Schoolmelk Ouders kunnen een abonnement nemen bij Campina via www.campinaopschool.nl. De ouder hoeft alleen het aanmeldingsformulier in te vullen op de website en de melk wordt op school bezorgd. Campina schoolmelk zorgt voor een gezonde onderbreking van een intensieve dag op school. De zuiveldrank wordt gekoeld. Bij het nuttigen van de lunch hoort een aantal regels of manieren die de leerkrachten en kinderen toepassen. U kunt deze regels en afspraken lezen in het protocol Continurooster. Het protocol over het continurooster staat op de website en geeft een beschrijving van hoe de lunch en de opvang tussen de middag op school is vorm gegeven. Het is bedoeld voor alle betrokkenen. Wij gaan er vanuit dat het protocol handvatten biedt voor de uitvoering van het gewijzigde rooster.
2
3.2
Verdeling groepen
De kinderen zitten in jaargroepen en combinatiegroepen. De kleutergroepen zijn altijd gecombineerd. Twee groepen 8 hebben in het schooljaar 2015-2016 twee externe klaslokalen in Het Barghse Huus. Gemiddeld zitten in een groep 22 tot 30 leerlingen. Naast het klaslokaal hebben de groepen de beschikking over een nevenruimte, de hal, het centrum van de school. Kinderen uit alle groepen ontmoeten hier elkaar om opdrachten aan de computer te maken en om samen te werken. De gezamenlijk hal is het hart van de school, waar allerlei activiteiten plaatsvinden. De klassenregels en afspraken gelden ook voor de hal en de andere nevenruimten. 3.3
Personeel en hun taken
Directie De directeur is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken op school en voor u als ouder het aanspreekpunt. Indien u de directeur wilt spreken, kunt u voor of na schooltijd een afspraak maken. U kunt ook telefonisch een afspraak maken. Groepsleerkrachten De groepsleerkracht is de hele dag druk met de klas en geeft bijna alle lessen. Hij/zij is ook degene die u het eerst moet aanspreken als er vragen en/of problemen zijn. De groepsleerkracht is de spil bij de uitvoering van het onderwijsprogramma. De groepsleerkracht houdt ook de vorderingen van uw kind bij en controleert of het zich evenwichtig ontwikkelt. Bij problemen wordt u op de hoogte gesteld. De verdeling van de groepsleerkrachten over de groepen is niet ieder jaar identiek. Ieder jaar wordt op basis van het leerlingenaantal de personeelsformatie vastgesteld. Afhankelijk van de beschikbare formatie worden de leerkrachten verdeeld over de groepen. Verbeterteams Iedere leerkracht heeft zitting in een verbeterteam. Een verbeterteam is een (tijdelijke) groep met een specifieke opdracht om kwaliteitsverbetering binnen een school te verbeteren. Waarom een verbeterteam? Verbeterteams geven een stem aan leerlingen, leerkrachten en ouders bij het inventariseren, analyseren en het bedenken van creatieve oplossingen. Verbeterteams bevorderen de professionele cultuur. De spirit en kwaliteit van de verbeterteams kan vastgehouden en verbeterd worden door netwerken, samen studies te volgen en door middel van collegiale consultatie (kijken bij elkaar ook op andere scholen) en regionale kwaliteitskringen. We hebben de volgende verbeterteams: • Mediawijsheid en ICT verbeterteam • Taalverbeterteam • Rekenverbeterteam 3
• •
Wetenschap en techniek verbeterteam Gedragsverbeterteam
Sinds het voorjaar 2015 is er ook een Verbeterteam ouders in ontwikkeling.
Coördinator Wetenschap en Techniek Onze leerkrachten leren hoe zij de onderzoekende houding bij kinderen kunnen stimuleren. Zij worden daarbij begeleid door de coördinator Wetenschap en Techniek voor onze school. Zij wordt weer begeleid door een regionale werkgroep Wetenschap en Techniek(KWTG). Regelmatig gaat de coördinator naar de Radbouduniversiteit te Nijmegen om bijscholing te volgen.
Coördinator leerlingenzorg De coördinator leerlingenzorg ofwel de interne leerlingbegeleider heeft alle kinderen onder haar hoede die op de één of andere manier extra aandacht behoeven. Naast de contacten met de kinderen houdt zij ook contact met de ouders van zorgleerlingen. Zij zit o.a. de leerlingbespreking voor, begeleidt leerkrachten met het opstellen en uitvoeren van handelingsplannen, houdt toezicht op het afnemen en verwerken van de toetsen van het leerlingvolgsysteem en onderhoudt de contacten met de leerlingbegeleider van de schoolbegeleidingsdienst “Iselinge” uit Doetinchem en met andere interne leerlingbegeleiders uit het bestuur en uit de regio. Remedial teacher Op onze school zetten we een leerkracht in als remedial teacher. Na verzoek van de leerkracht of interne begeleider kan de remedial teacher buiten de groepen helpen om kinderen met bepaalde leerproblemen te ondersteunen. Meestal is de hulp van korte duur, maar soms heeft een leerling een heel jaar lang ondersteuning nodig. De remedial teacher ondersteunt ook kinderen met gehoor- en gezichtsproblemen. Coördinator computers De computercoördinator coördineert het computeronderwijs op school en beheert de computerapparatuur en software. Hij is verantwoordelijk voor het invoeren van het ICT-plan. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor het aanschaffen en plaatsen van apparatuur en software en geeft hij de leerkrachten ondersteuning bij het gebruik van de computer in de groep en bij de nascholing. Bouwcoördinatoren De school heeft drie bouwcoördinatoren, de onderbouw coördinator (groepen 1 en 2), de middenbouwcoördinator (groep 3 4 en 5) en de bovenbouwcoördinator (groep 6 7 en 8). Zij organiseren bouwvergaderingen en bewaken de kwaliteit van onderwijs binnen de bouwen. Zij zijn onderdeel van het schoolmanagementteam en nemen samen met de directie besluiten over het onderwijsprogramma, de schoolorganisatie en de formatie.
4
Interne Opleider Sinds het schooljaar 2009 is OBS ’t Montferland op weg om een academisme opleidingsschool in de regio te worden. De Interne opleider • coacht, begeleidt studenten; • begeleidt collega’s in hun mentorrol bij het begeleiden van studenten; • verzorgt onderdelen van de opleiding van studenten op de eigen opleidingsschool (uiteraard in nauw overleg en afgestemd met de PABO); • neemt deel aan intervisie van en met studenten; • overlegt (wanneer nodig) met de SLB-er en projectleider over het functioneren van studenten; Vanuit de Universiteit en de Hogeschool Iselinge worden allerlei projecten en onderzoeken aangeboden. De interne opleider coördineert deze projecten binnen de school. E.H.B.O ers/ B.H.V.-ers Ook bij ons op school gebeurt er wel eens een ongelukje. We hebben vijf afgestudeerde Bedrijfshulpverleners op school. De B.H.V-ers zijn ook verantwoordelijk voor de uitvoering van het veiligheidsplan (ontruimingsplan). Jaarlijks wordt er oefeningen met de hele school gehouden, zodat gezien kan worden of het veiligheidsplan nog voldoet Vakdocenten Voor muziek en gymnastiek zijn er vakdocenten op onze school. De leerlingen van groep 4 krijgen AMV-lessen van een muziekdocent van de Muziekschool. Er is een vakleerkracht voor gymnastiek aanwezig. Hij geeft gymles aan de bovenbouwgroepen en met name speciaal voor leerkrachten, die geen gymles mogen geven en geen gymakte hebben. Cultuurcoördinator De school heeft een cultuur coördinator, die samen met de regionale scholen een jaarlijks cultuurprogramma organiseert. Conciërge Sinds 1 augustus 2015 heeft onze school een conciërge. Hij ondersteunt het team, de directie en beheert het gebouw. Studenten Studenten worden bij ons op school behandeld als aanstaande collega’s. Zij solliciteren naar een stageplaats en nemen vervolgens deel aan alle activiteiten van de school. Zij werken onder toezicht van de mentor, een groepsleerkracht waaraan de student gekoppeld wordt. De lio-stagiaires zijn leerkrachten in opleiding, die hun laatste jaar zelfstandig les moeten geven. Alle studenten worden begeleid en beoordeeld door de interne opleider. Zij coördineert de stageplekken, de onderzoeken en de projecten. Zij onderhoudt contacten met de hogescholen en universiteiten en begeleidt de studenten met het behalen van hun/haar leerdoelen. 5
Scholing van leerkrachten Ieder jaar wordt er een nascholingsplan gemaakt. Hierin geven we aan welke cursussen het team of individuele leerkrachten gaan volgen. Het team werkt op studiedagen aan het evalueren en verder opzetten van onderwijsvernieuwingen, zoals het rekenverbetertraject, handelingsgericht werken, ict cursussen enz. De data van deze dagen kunt u in de kalender vinden. Zij worden herhaald in de nieuwsbrief. Daarnaast zijn er leerkrachten die dit schooljaar verschillende studies volgen. Door teamscholing zal de kwaliteit van ons onderwijs steeds verbeteren. Teamontwikkelingen voor de komende jaren zijn: •
•
•
•
•
• • •
•
Het team blijft zich bezighouden met het verder ontwikkelen van het zelfstandig werken, bevorderen van differentiatie en zelfverantwoordelijkheid, afstemmen van het klassenmanagement en het coöperatief leren (samenwerkend leren). Onderzoekend leren: Naast het benutten van bestaande kennis gaat het team zich ook scholen in het formuleren van onderzoeksvragen. Daarbij kunnen de academische studenten ons helpen en ondersteunen. Steeds meer leraren ontwikkelen zich naar een onderzoekende houding die de schakel kunnen vormen tussen onderwijsontwikkeling en onderwijsonderzoek. De computer en de tablets worden verder geïntegreerd in het onderwijsaanbod. De school beschikt over een netwerk en een zestigtal computers. De computer wordt ingezet op het gebied van onderwijskundige ondersteuning en als onderdeel van het kiesbord. De kinderen worden daarnaast vertrouwd gemaakt met de mogelijkheden van de tablets. We leren de kinderen steeds mediawijzer te worden. De mogelijkheden van digitale communicatie worden in de lessen besproken en toegepast, maar ook de gevaren komen aan bod. Mediawijsheid staat de komende jaren centraal. Opbrengstgericht werken betekent dat leraren zich in het bijzonder op leeropbrengsten moeten focussen. Toetsresultaten spelen daarin een rol, maar ook de dagelijkse praktijk van observeren van leerlingen en het analyseren van de gegevens. Taalonderdelen, zoals het technisch lezen , begrijpend lezend lezen en stellen blijven een aandachtspunt voor onze leerlingen. De taalwerkgroep analyseert en onderzoekt en maakt verbeterplannen samen met academische studenten om de taalonderdelen te verbeteren. Invoeren van de methode Station Zuid, methode voor voortgezet technisch lezen in groep 4 en 5. De werkgroep Taal onderzoekt een nieuwe taalmethode voor onze school. Schrijven kun je leren. Mooie verhalen kunnen schrijven is een belangrijk onderdeel van ons taalonderwijs. De komende jarenstaat “stellen” op het programma. We leren kinderen in taalateliers mooie verhalen te schrijven volgens een driejarige plan opgesteld samen met de academische studenten. De ontwikkeling naar een academische basisschool is in volle gang. De academische basisschool is een school die schoolontwikkeling en innovatie verbindt met praktijkonderzoek, de scholing en het opleiden op de werkplek van (nieuw) personeel. In academische basisscholen krijgt de samenwerking tussen werkveld, beroepsopleidingen, universiteiten en andere kenniscentra structureel vorm. Alle (academische)studenten worden goed begeleid door de mentoren (leerkrachten) en de Interne Opleider. 6
•
•
De leerkrachten vervolgen de cursus “Breinleren”. Als we beter weten hoe het brein werkt, kunnen we meer betekenen voor de kinderen! Bewustwording van de werking van het brein zal ertoe leiden dat de leraren meer gefocust zijn op de manier waarop ze hun deskundigheid kunnen inzetten. In deze cursus onderzoeken we wat hersenonderzoek en daaruit voortvloeiende ideeën kunnen betekenen voor het werk in de klas/school. Met name het breinprincipe zintuiglijk rijk zal in deze cursus aan de orde komen; hoe creëer ik als leerkracht een rijke leeromgeving? Het vergroten van de ouderbetrokkenheid. Samen met ouders en een werkgroep Ouders onderzoeken we hoe we de ouderbetrokkenheid kunnen vergroten. De stappen naar ouderbetrokkenheid zijn drie jaar geleden al gezet door middel van een klankbordwerkgroep ouders en een ouderparticipatie werkgroep.
Ouderbetrokkenheid; samen het schoolplein opknappen
3.4 Het onderwijsprogramma Organisatie en werkwijze Voor een belangrijk deel werken we met speciaal voor het basisonderwijs ontwikkelde methoden. Deze methoden hebben een vaststaande opbouw van lesstof. Om u een indruk te geven van de inhoud en opbouw van de lesstof en de wijze waarop de lessen in de groepen gegeven worden, organiseren we aan het begin van ieder schooljaar speciale informatieavonden. U krijgt dan ook een overzicht van alle activiteiten van de betreffende groep in dat schooljaar. Bij de groepen 1 en 2 gaan we uit van Ontwikkelingsgericht Onderwijs, d.w.z. dat we ons richten naar de ontwikkeling van ieder kind en daarbij proberen aan te sluiten. Het werkplan, dus de uitvoering van Ontwikkelingsgericht Onderwijs, is de Basisontwikkeling. De aandacht van Basisontwikkeling richt zich op een aantal basiskenmerken, die een voorwaarde zijn voor een goede ontwikkeling: zelfvertrouwen en een positief zelfbeeld hebben, vrij zijn van emotionele belemmeringen en nieuwsgierig zijn. Als deze voorwaarden aanwezig zijn dan kan een kind zich onbelemmerd op een breed gebied ontwikkelen, zoals actief zijn en zelf initiatieven nemen, communicatie, redeneren en 7
problemen oplossen. Van hieruit komen we in het gebied van de specifieke kennis en vaardigheden, waarbij je dan moet denken aan zaken zoals waarnemen, ordenen, woorden en begrippen, geschreven en gedrukte taal. Verder hebben we gekozen om te werken met thema’s en projecten, welke steeds een periode van 3 tot 4 weken beslaan. Bij de keuze van de projecten wordt rekening gehouden met de interesses van de leerlingen. Kinderen maken niet meer allemaal dezelfde werkjes. Naast één à twee verplichte werkjes kunnen de kinderen uit een aantal activiteiten kiezen, die van week tot week verschillen. Leerkrachten ondersteunen de kinderen bij het maken van werkjes, maar het is de bedoeling dat het zoveel mogelijk een eigen product van het kind wordt. De kinderen wennen aan het begrip “uitgestelde aandacht” en er worden differentiatiemogelijkheden aangebracht bij de keuzeopdrachten. Daarnaast leren de kinderen te werken met het “kiesbord” waarop zij kunnen aangeven welke opdrachten zij gekozen hebben en welke opdrachten zij al klaar hebben. Ook zal er regelmatig gevraagd worden aan de kinderen om spullen van thuis mee te nemen die we bij het inrichten van de hoeken kunnen gebruiken. Deze hoeken zijn een belangrijk onderdeel in het Ontwikkelingsgericht onderwijs. In groep 3 t/m groep 8 wordt er bij lezen, taal en rekenen gestart met een groepsinstructie gevolgd door een verlengde instructie voor de kinderen die dat nodig hebben of willen. Daarnaast kan de leerkracht nog een extra instructie geven voor kinderen met een eigen leerlijn. Differentiatie wordt vooral aangebracht in de verwerking. Vanaf groep 5 werken de kinderen met dag- en weektaken. Naast het zelfstandig werken wordt ook het samenwerkend leren geoefend. Activiteiten in de laagste groepen van de onderbouw De activiteiten in de onderbouw verschillen met die in de bovenbouw. In de laagste groepen van de onderbouw ligt het accent op: • taal- en rekenactiviteiten • werken met ontwikkelingsmateriaal • bewegingsactiviteiten • expressieactiviteiten
8
De basisvaardigheden lezen, rekenen, schrijven en taal Lezen is een belangrijke basisvaardigheid. Voor de kleuters maken wij gebruik van de methodes Schatkist Taal, Woordenstart en Spreekbeeld. Voor het aanvankelijk taal/lezen in groep 3 werken we met de methode “LIJN 3”. Later gaat het aanvankelijk lezen over in het technisch lezen. In groep 4 en 5 gebruiken we de methode Station Zuid voor het voortgezet technisch lezen. Het technisch lezen gaat vervolgens weer over in het begrijpend lezen, dat op zijn beurt weer de basis vormt voor het studerend lezen. In de groepen 4 t/m 8 wordt gewerkt met de methode Taal Actief. Deze methode helpt via een vaste en heldere structuur de kinderen teksten te begrijpen en te bestuderen. Verder past de methode uitstekend bij ons streven om de kinderen meer zelfstandig met de stof bezig te laten zijn. De methode biedt goede mogelijkheden voor differentiatie. Het rekenen lijkt in geen enkel opzicht op het rekenonderwijs dat u vroeger genoten heeft. Het rekenen bestond uit tafels leren en sommen maken: optel- en aftreksommen, vermenigvuldigen, staartdelingen en breuken. Daar moest je maniertjes voor leren. Wij proberen de kinderen meer inzicht in getalstructuur te geven en de bewerkingen die zij moeten uitvoeren. De methoden die wij hierbij gebruiken zijn: “Schatkist rekenen”(kleuters) en “Wereld in getallen”. Spelling en grammatica vormen nog steeds een belangrijk onderdeel van het taalonderwijs, maar daarnaast is het ook gericht op leren praten, luisteren naar wat anderen zeggen en daarop goed antwoorden. Ook creatief met taal bezig zijn is belangrijk, dat kan in de vorm van een opstel, gedicht of toneel. In groep 7 en 8 krijgen de kinderen het vak Engels door middel van de methode: Take it Easy. Wereldoriënterende vakken Onder de wereldoriënterende vakken verstaan we: • aardrijkskunde • geschiedenis • levensbeschouwing • natuurkennis • verkeer In de onderbouw worden deze vakken niet afzonderlijk gegeven. Er worden in die groepen onderwerpen behandeld die voor jonge kinderen interessant zijn. Onderwerpen die in hun belevingswereld voorkomen en aan de hand waarvan kennis en inzicht verworven kunnen worden.
9
De Nederlandse Onderwijstelevisie zendt ook speciale onderbouw programma’s uit op het gebied van wereldoriëntatie, bijvoorbeeld “Huisje, boompje, beestje” en “Nieuws uit de natuur”. Jaarlijks wordt bekeken welke programma’s wij in ons lesprogramma opnemen. In de bovenbouw wordt voor het vak aardrijkskunde de methode “Meander”en voor geschiedenis de methode “Brandaan” gebruikt. “Naut” is een methode voor natuurkennis en techniek. De methode wordt als leiddraad gebruikt. Voor de technieklessen hebben we prachtige Techniektorens voor de hele school. De groepen 7 en 8 gaan 5 keer per jaar naar een technieklokaal in Ulft( zie ook 3.7). De lessen Wetenschap en techniek hebben een bijzonder plaats in onze school. We noemen het onderzoekend en ontdekkend leren. Onze school is een vindplaats school voor andere scholen op het gebied van onderzoekend en ontdekkend leren. Bij het vak levensbeschouwing maken de kinderen kennis met de wereldgodsdiensten. Aan de hand van diverse materialen wordt getracht de verschillen, de overeenkomsten en de gebruiken duidelijk te maken. Het aanleren van respect voor de diverse geloofsovertuigingen is een belangrijk onderdeel van deze lessen. Voor het verkeersonderwijs krijgen we begeleiding van de ANWB met het programma Streetwise. Evenals in de onderbouw bekijken we per schooljaar welke programma’s van de Nederlandse Onderwijs Televisie / TELEAC een aanvulling kunnen zijn op ons lesprogramma. Expressie activiteiten De school richt zich naast de cognitieve vakken (zoals bv. rekenen en lezen) en de sociale vaardigheden, ook op het ontwikkelen van de creatieve vaardigheden van de kinderen. Schilderen, muziek, toneel en handenarbeid stimuleren de creativiteit en dragen bij tot een brede persoonlijke ontwikkeling. Inspiratie en persoonlijke inbreng zijn daarbij erg waardevol. Creativiteitsontwikkeling is een belangrijk aspect van het groeien naar zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. In de groepen 1 en 2 komt de muzikale vorming minstens twee keer per week aan bod. Bij de groepen 3 t/m 8 staat het regelmatig op het muziek- of cultuurprogramma. • In groep 4 krijgen alle kinderen AMV-lessen verzorgd door de muziekschool. • Kinderboekenweek, sinterklaas, kerst, carnaval, projecten sportdag, schoolreisjes (groep 1 t/m 4 ) en kampen (groep 5 en 8) zijn jaarlijks terugkerende schoolbrede activiteiten. • Naast de reguliere lessen neemt de school deel aan kunstzinnige projecten; we bezoeken voorstellingen, op school worden voorstellingen gegeven, we maken tentoonstellingen. • In de hal wordt meestal werk van projecten en/of teken- en handvaardigheidlessen tentoongesteld. • De creatieve vakken worden aangeboden in Workshops • Mediawijsheid: In een aantal workshops gaan kinderen uit alle groepen aan de slag met het thema •
10
Mediawijsheid. Zo maken de kleuters een eenvoudige animatiefilm, gaan er groepen met de digitale camera aan de slag, werken leerlingen in een online-studio aan het monteren van geluid en film, worden er complete producties gemaakt, soms in groepen of tweetallen. De computer vervult hierin vaak een belangrijke, onmisbare rol. Kinderen brengen steeds meer tijd achter de computer en voor de televisie door. Ze worden overspoeld door media. Hoe leren kinderen zich een mening te vormen over de programma's die ze zien en hoe herkennen ze kwaliteit? Het is voor ouders niet altijd makkelijk om goed zicht te hebben op het mediagebruik van hun kinderen. Laat staan ze daar goed in te begeleiden. Er zijn in Nederland niet veel scholen die het onderdeel Mediawijsheid opstarten vanuit een kunstzinnige invalshoek. Meestal wordt meteen gekozen voor bv veilig internetten, het gebruik van de sociale media. Op het Montferland gaan we ervan uit dat juist door het ontwikkelen van een kritische houding ten aanzien van allerlei soorten media de leerlingen ook op Twitter, Facebook en consorten zich op een veilige en verantwoorde manier kunnen en zullen manifesteren.
Wetenschap en Techniek OBS ’t Montferland is een vindplaats school voor wetenschap en techniek. Jaarlijks worden in Gelderland ruim 20.000 kinderen geboren. Dat betekent dat er in onze regio zo’n 250.000 kinderen wonen van nul t/m de basisschoolleeftijd. Samen een onvoorstelbare schat aan talent, aan dromen, aan ontwikkelkracht. Samen zijn ze ook het werkterrein voor duizenden professionals. Deze kinderen doen dagelijks een appel op ons: • Kijk mij eens? • Zie je hoe handig, goedgebekt, rekenslim, nieuwsgierig, sportief of sociaal ik ben? • Zie je wat ik nodig heb? • Luister je naar mij? Kortom, ze willen gekend worden, van meet af aan, vanaf hun prilste start, gewoon bij naam en toenaam. En er is er geen één gelijk. Dat vraagt om maatwerk, passend onderwijs en afgewogen ontwikkelarrangementen. Kortom, het vraagt om ruimte voor talent. Kinderen laten ons zien hoe nieuwsgierig en creatief gericht ze zijn op ontdekkingen en relaties, genieten van wat er valt te beleven en zich ontwikkelen.
Om ervoor te zorgen dat wij recht doen aan de verschillende talenten van leerlingen, is het nodig 11
om de nieuwsgierige en onderzoekende grondhouding, die kinderen van nature als geen ander hebben, te stimuleren en verder te ontwikkelen. Hierdoor worden de verschillende talenten zichtbaar. Om dit in het onderwijs te bereiken zijn enthousiaste leraren nodig die weten hoe ze dit bij kinderen kunnen stimuleren en kunnen uitbouwen. Onze leerkrachten leren hoe zij deze onderzoekende houding bij kinderen kunnen stimuleren. Zij worden daarbij begeleidt door Margot Hendriksen, coördinator Wetenschap en Techniek voor onze school. Margot wordt weer begeleidt door een regionale werkgroep Wetenschap en techniek(KWTG). In regionaal verband wordt ook gewerkt aan een lessencyclus waarbij allerlei technieken voor de leerlingen van de groepen 7 en 8 aan bod komen. Ontdekken, ontwikkelen, ontwerpen en het maken van werkstukken zijn de basis van het programma. We willen kinderen uitdagen om creatief met techniek bezig te zijn. Gedurende 5 ochtenden of middagen volgt iedere groep 7 en 8 techniekles in “Technobasis”, het technieklokaal in de Wesenthorst in Ulft. Daarnaast wordt techniek in alle groepen uitgevoerd. Hiervoor gebruiken we de materialen van de Techniektoren, die we dankzij een subsidie hebben kunnen aanschaffen. De computer Computers, laptops en Ipads zijn niet meer weg te denken uit de maatschappij en dus ook niet uit het onderwijs. De invloed van de computer zal de komende jaren nog groter worden. Om met deze ontwikkeling mee te kunnen, zal het computeronderwijs één van de aandachtspunten zijn in ons beleid in de komende jaren. De school beschikt over een netwerk met ruim zestig computers, een fraai computercentrum en diverse onderwijsprogramma’s, die op onderwijsondersteunend gebied worden ingezet. De kinderen kunnen beschikken over Ipads om bij hun opdrachten gebruik van te maken. Dit houdt in dat de kinderen met het computerprogramma behorende bij de rekenmethode, topografieprogramma’s, remediërende programma’s op het gebied van rekenen en spelling en diverse ondersteunende reken- en taalprogramma’s kunnen werken. Al deze mogelijkheden worden uitgebreid beschreven in ons ICT-plan 2015-2019. Digitaal schoolbord Een digitaal schoolbord is een groot wit screen, gevoelig voor aanrakingen, dat in verbinding staat met een computer en een beamer. De beamer projecteert het beeld van de computer op een (hard)scherm. De computer wordt bediend door te schrijven op het bord met een elektromagnetische pen. Het gebruik van het bord betekent dat de leerkracht in de lessen op een eenvoudige manier gebruik kan maken van websites, software, filmpjes, schooltv, muziekfragmenten, interactieve teksten, presentaties enz. Instructies op het bord kunnen worden opgeslagen en weer opgeroepen worden. De software van het bord biedt een zeer uitgebreide bibliotheek die gericht is op het onderwijs.
12
Gymnastiek Gymnastiek geven we aan alle groepen. Dit gebeurt in het sportcomplex Montferland. Groep 1/2 hebben in het speellokaal zintuiglijke en motorische ontwikkeling, zoals gymnastiek voor kleuters in vaktermen heet. De kleutergroepen zijn, als het weer het toelaat, ook buiten te vinden. De kinderen kunnen daar klimmen, schommelen, hollen, fietsen en nog veel meer. Het leren samenspelen is een belangrijk onderdeel bij hun gymnastiek. De groepen 3 t/m 8 hebben gymles onder leiding van de groepsleerkracht of de vakleerkracht gym. Voor de groepen 1/2, 3 en 4 is eenvoudige sportkleding gewenst. Met kleine kinderen kost dat te veel tijd. Gym/sportschoenen mogen niet buiten gedragen zijn en geen zwartafgevende zool hebben.
Zwemmen Ook de schoolzwemlessen krijgen onze kinderen in het sportcomplex. De groepen 3 en 4 krijgen één zwemles per week. Indien er kinderen voor hun diploma moeten “afzwemmen” krijgen de kinderen en ouders ruim van te voren bericht. De ouders/verzorgers krijgen de gelegenheid om te kijken bij het afzwemmen. De zwemtijden zstaan vermeld in de jaarkalender. Huiswerk Op de informatieavonden in het begin van ieder schooljaar hoort u van de groepsleerkracht welk huiswerk er opgegeven kan worden. Globaal dient u met het volgende rekening te houden: vanaf groep 5 wekelijks een woordpakket ter voorbereiding op een dictee, een boekbespreking, een spreekbeurt en werkstukjes. Eventueel het afmaken van dag- of weektaken. Vanaf groep 6 dient er regelmatig topografie geoefend te worden. Schoolkampen Alle groepen gaan in september op kamp. De groepen 1 t/m 4 gaan een hele dag op kamp. De groepen 5 t/m 7 gaan op schoolkamp met overnachting. Het samen op kamp gaan bevordert de saamhorigheid.
13
In het schoolkampprogramma is de opbouw zodanig dat de aspecten van samenwerking, samen spelen, ontdekken en onderzoeken in de thema’s zijn verwerkt. De kosten van de kampen worden zo laag mogelijk gehouden. Groep 8 gaan aan het eind van het schooljaar op schoolkamp van drie nachten op een mooi locatie, waarbij de afsluiting van de acht jaren basisschool een centrale rol speelt. Pleinwacht Volgens een bepaald schema hebben alle leerkrachten pleinwacht tijdens de lunch en tijdens de kleine pauze. Zie protocol het continurooster. Buitenschoolse opvang We hebben een goede en nauwe samenwerking met Humanitas voor buitenschoolse opvang. Op onze website kunt u alles vinden over de buitenschoolse opvang, maar u kunt ook meteen de website van Humanitas raadplegen: www. kinderopvanghumanitas.nl Verjaardagen Als een leerling jarig is, dan mag hij/zij op school trakteren. Het wordt zeer op prijs gesteld dat ouders bij het verzorgen van de traktaties denken aan een gezonde traktatie. Omdat we een notenvrijeschool mogen de traktaties geen noten bevatten. Ziekmelding Bij ziekte van een leerling wordt van de ouders verwacht dat zij hun kind vóór 8.30 uur ziekmelden. Dit kan telefonisch of via de website van onze school. Voor niet gemelde absenties wordt u vóór 9.00 uur gebeld. Ongeoorloofd verlof wordt altijd genoteerd en in ons systeem opgenomen. Als een leerling op school ziek wordt, belt de groepsleerkracht de ouder of contactpersoon op. Als een leerling ongelukkig terecht komt bij een les of bij het buitenspelen, wordt altijd direct behandeld evt. door een BHV-er. Luizenprotocol • Na iedere vakantie vindt er een standaard luizencontrole plaats. Via het nieuwsbrief en de schoolkalender worden ouders/ verzorger op de hoogte gesteld van de datum. • Van de ouders/verzorger wordt verwacht erop toe te zien dat hun kind(eren) geen gel of ingewikkelde kapsels dragen. • Wanneer tijdens de controle luizen en/of verse neten worden gezien wordt de ouder/verzorger op de hoogte gesteld via de leerkracht van het kind. Het kind zelf zal hierover geen informatie krijgen. De kinderen gaan weer terug naar hun groep. De ouders worden op de hoogte gesteld door de leerkracht. • De groep waarin het kind zit zal een brief mee krijgen voor de ouders/verzorger. In de brief staat vermeldt dat er in de klas van hun dochter/zoon luizen gesignaleerd zijn. Daarnaast krijgen ze nog een brief met de informatie over hoe om te gaan met een luizenprobleem en hoe te behandelen • Er vindt een hercontrole plaats, alleen in deze groep ( 2 weken na de controle). 14
•
• •
Wanneer er veel oude neten worden gevonden zal de ouder/ verzorger hiervan op de hoogte worden gesteld maar er zal geen brief worden verspreid. Wel willen we de ouder/verzorger erop wijzen ook bij oude neten goed te blijven kammen, bij voorkeur met een luizen stofkam (te verkrijgen bij apotheek/drogist) zodat een eventuele nieuwe besmetting duidelijk herkenbaar zal zijn. Zijn er luizen gevonden in groep 1-2 dan zal de luizenbrigade en leerkracht, gedurende een week, de verkleedkleding en kussens in plastic zakken stoppen. Alle jassen gaan gedurende het hele schooljaar in de luizentassen. Ieder kind heeft een eigen luizentas, gemerkt met zijn/haar naam.
3.5 Bijzondere activiteiten Sinterklaas In alle groepen wordt het Sinterklaasfeest gevierd. De Sint zal een bezoek brengen in de groepen 1 t/m 4. De groepen 5 t/m 8 maken thuis zelf surprises voor elkaar. Kerstmis De Kerstviering vindt plaats op de donderdag voor de Kerstvakantie. Carnaval Ieder jaar wordt er door de bouwgroep Carnaval een thema uitgewerkt. Aan de hand van dit thema wordt de school aangekleed. Op de vrijdag voor carnaval vindt er een carnavalsviering plaats waarbij ook de Stadsprins met zijn gevolg niet ontbreekt. Deze viering vindt in school plaats. Culturele Jeugdvorming Het hele jaar door zijn er diverse activiteiten voor alle groepen in het kader van culturele jeugdvorming. Dit vormt een belangrijke aanvulling op het totale leerpakket. Deze activiteiten zijn op verschillende plaatsen. Zo komen we soms met de bus bij het Amphion in Doetinchem; of lopen we naar de muziekschool of naar het nieuwe Willem van den Bergh-theater. Via het infobulletin wordt u op de hoogte gehouden. Het kan voorkomen, dat de schooltijden enigszins afwijken. Kinderboekenweek Tijdens de Kinderboekenweek worden er activiteiten rond het kinderboekenweekthema georganiseerd voor alle groepen. Naast bovenstaande activiteiten zijn er tijdens het schooljaar vaak nog andere gebeurtenissen die we hier niet noemen omdat ze niet jaarlijks terugkeren. Deze activiteiten worden in de infobulletins genoemd.
15