Gemeente Amersfoort – Projectbureau Goed Bij
28 januari 2003
bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002
Gemeente Amersfoort – Projectbureau Goed Bij
28 januari 2003
INHOUDSOPGAVE TOELICHTING VOORAF
5
1
HET PLANGEBIED
7
1.1 1.2
Ligging en begrenzing van het plan Vigerende bestemmingsplannen
7 9
2
INVENTARISATIE
10
2.1 2.2 2.3 2.4
Bodem en landschap De historisch-ruimtelijke ontwikkeling van Kruiskamp-Koppel Historische elementen Milieu-onderzoek
10 10 13 17
3
HOOFDOPZET VAN HET PLAN
22
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Inleiding Wonen Maatschappelijke voorzieningen Detailhandel Horeca Bedrijven Verkeer en verblijf Openbare ruimte
22 22 26 30 31 33 34 38
4
JURIDISCHE OPZET
43
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11
Inleiding Bestemming woondoeleinden Bestemming gemengde doeleinden Bestemming maatschappelijke doeleinden Bestemming detailhandelsdoeleinden Bestemming horecadoeleinden Bestemming kantoordoeleinden Bestemming bedrijfsdoeleinden Bestemmingen verblijfsdoeleinden, verkeersdoeleinden en spoorwegdoeleinden Bestemmingen groenvoorzieningen en waterstaatsdoeleinden Algemene bepalingen
43 44 45 45 46 46 46 46 48 48 49
5
MAATSCHAPPELIJKE UITVOERBAARHEID
50
5.1 5.2 5.3 5.4
Resultaten inspraak Resultaten overleg De vaststellingsprocedure Economische uitvoerbaarheid
50 50 52 54
Bijlage 1: Overzicht bedrijven/detailhandel, horeca en Bijlage 2: Overzicht beleidsnota’s Bijlage 3: Akoestisch onderzoek
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 -3-
55 59 60
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 -4-
Toelichting 28 januari 2003
VOORAF In het stedelijk gebied van Amersfoort gelden ca. 50 bestemmingsplannen. Veel van deze plannen zijn sterk verouderd. De aanmerkelijk verschillende regelingen, veelal gebaseerd op achterhaald beleid, werken verwarrend en kunnen tot rechtsongelijkheid leiden. Regelmatig blijkt dat gewenste ontwikkelingen alleen met een speciale planologische procedure kunnen worden gerealiseerd (bijvoorbeeld een procedure ex artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening). Daarnaast blijken de vigerende regelingen vaak onvoldoende basis te bieden voor het voorkomen van ongewenste ontwikkelingen. Het ontbreken van een vertaling van het huidige beleid in bruikbare bestemmingsplannen wordt zowel door het gemeentebestuur en de ambtelijke dienst als door de burgers als een steeds grotere tekortkoming ervaren. Om hierin te voorzien is het project 1 “Amersfoort Goed Bij” gestart . Het bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel is het tweede in de reeks van herzieningen van verouderde bestemmingsplannen in de bebouwde kom van Amersfoort. Voor de wijk is, mede in het kader van het Grote Steden Beleid, een ambitieus investeringsprogramma opgesteld. Daarin wordt ondermeer in de herontwikkeling van een drietal locaties voorzien, te weten het gebied Spoorwegzone, de Willem Barendsstraat e.o. en de Columbusweg / Magelhaenstraat e.o. Laatstgenoemde ontwikkeling is al geheel afgerond. Voor de Spoorwegzone en de Willem Barendsstraat en omgeving worden afzonderlijke bestemmingsplannen opgesteld. Deze gebieden behoren dan ook niet tot het plangebied. Dit bestemmingsplan vervangt de dertien geldende plannen en bevat een gemoderniseerde planmethodiek. Deze methodiek is gelijk aan die van het bestemmingsplan “Hoogland 2002”, dat op 30 oktober 2002 is vastgesteld. Het bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel is op 28 januari 2003 door de gemeenteraad vastgesteld. Het bestaat uit de plankaart met de daarbij behorende bestemmingsvoorschriften.
In hoofdstuk 1 van de toelichting bij het plan wordt het plangebied nader omschreven. Hoofdstuk 2 bevat de resultaten van diverse analyses van de wijk. De wijk biedt ruimte aan verschillende functies zoals wonen, bedrijvigheid en voorzieningen. In hoofdstuk 3 worden per functie de huidige situatie en het vastgestelde beleid beschreven. Daarbij wordt ook aandacht besteed aan voorzienbare ontwikkelingen. Op basis hiervan wordt een aantal uitgangspunten voor de bestemmingsopzet geformuleerd. Deze uitgangspunten worden in hoofdstuk 4 vertaald in een planologisch –juridische regeling. In hoofdstuk 5 tenslotte, is een overzicht van inspraak en overleg en de vaststellingsprocedure opgenomen. Bovendien wordt inzicht gegeven in de economische uitvoerbaarheid van het plan.
1
Het programma, de werkwijze en de uitgangspunten van het actualiseringsproject “Amersfoort Goed Bij”, zijn opgenomen in het Plan van Aanpak, Amersfoort april 2001.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 -5-
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 -6-
Toelichting 28 januari 2003
1 HET PLANGEBIED 1.1
Ligging en begrenzing van het plan
Het plangebied omvat de noordelijke schil rond het stadscentrum. De wijken Kruiskamp en Koppel waren de eerste uitbreidingen van Amersfoort na de tweede wereldoorlog. Verder behoort het wat oudere gebied rond de Schimmelpenninckstraat tot het plangebied. Het plangebied wordt in het zuiden begrensd door de Koppelweg, de binnenstad en de Hogeweg. De westelijke begrenzing wordt gevormd door het Gildenkwartier terwijl de noord- en oostgrens van het plangebied worden gevormd door het Valleikanaal. De ligging en begrenzing van het plangebied zijn aangegeven op afbeelding 1.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 -7-
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 -8-
Toelichting 28 januari 2003
1.2
Vigerende bestemmingsplannen
Totdat het bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel van kracht wordt, geldt een 13-tal regelingen voor delen van het plangebied. Deze regelingen staan vermeld in onderstaande tabel. Tabel 1: Vigerende bestemmingsplannen. Nr.
Archief Naam plan
Raad
1 2 3 4 5 6
6 6a 12 25 25a
7 8
25b 2
9
24
10 11
6b 4
12
6c
Uitbreidingsplan Kruiskamp De Kruiskamp Randenbroek De Koppel Partiële herziening De Koppel Verordening regelende de aard der bebouwing en gebruik van grond Woonwagenlocatie Keerkring Stadsvernieuwingsplan Bloemendal Bestemmingsplan Binnenring noord I en II Bestemmingsplan Amersfortia Stadsvernieuwingsplan Centraal StadsGebied Columbusweg/Magelhaenstraat
27-03-1951 25-03-1952 25-10-1955 27-01-1959 25-09-1962 22-12-1964
Gedeputeerde Staten 22-04-1952 22-04-1952 19-06-1956 01-08-1960 20-11-1963 05-01-1966
Kroon/RvS -
20-11-1984 30-01-1990
13-08-1985 11-09-1990
-
26-09-1995
30-01-1996
-
22-10-1985 28-02-1990
29-07-1986 02-10-1990
05-02-1993
30-11-1999
13-06-2000
Op afbeelding 2 staat aangegeven welke delen van het plangebied door de diverse regelingen worden bestreken. Vermeld dient nog te worden, dat in de loop der jaren veel bouwvergunningen zijn verleend met vrijstellingen via een anticipatieprocedure ex artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO). Een groot deel daarvan wordt in het voorliggende plan voor het eerst omgezet in een bestemmingsregeling als bedoeld in artikel 10 WRO.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 -9-
Toelichting 28 januari 2003
2 INVENTARISATIE 2.1
Bodem en landschap
De wijk Kruiskamp-Koppel is gesitueerd ten noordwesten van de historische binnenstad van Amersfoort. Amersfoort ligt in de Gelderse Vallei, een gedeeltelijk opgevuld tongbekken, ingesloten tussen de stuwheuvels van het Gooi, de Utrechtse Heuvelrug en de Veluwe. Het gebied helt naar het noorden en watert grotendeels af op de Eem en met name het Valleikanaal aan de noord- en westzijde van de wijk. Het dekzandgebied van de Gelderse Vallei ontstond in de laatste ijstijd (Weichselien) en wordt gekenmerkt door een afwisseling van dekzandruggen, dekzandlaagten en daarin gelegen beeklopen. Het landschap van de dekzandgebieden heeft van oudsher een kleinschalig en besloten karakter, veroorzaakt door subtiele reliëfverschillen. De eerste ontginningen en bebouwingskernen onstonden veelal op de hogere, drogere delen in het gebied. Het maaiveldniveau ligt in de wijk Kruiskamp op ca. NAP +2.00 m. Nabij de Hogeweg ligt het maaiveld hoger, op ca. NAP +2.80 m. Ook de omgeving Trompstraat ligt op een kleine verhoging; het maaiveld ligt hier op ca. NAP +2.50. In de wijk Koppel ligt het maaiveld ten noorden van de Hooglandseweg op ca. NAP +2.00 m. Ten zuiden van de Hooglandseweg en Hooglandsedijk, in het buurtje Jericho-Jeruzalem, ligt het maaiveld ca. 40 cm lager, op NAP +1.60 m. De grondwaterstand varieert tussen de 1.00 m en 1.35 onder maaiveldniveau. De geohydrologische bodemopbouw is, in grote lijnen, als volgt: een toplaag met een gemiddelde dikte van ca. 5 m van leem/kleihoudend zand, plaatselijk onderbroken door veen, daaronder een gemiddeld 7 m dik pakket zand (fijn tot matig grof), afgewisseld met o.50 tot 2.0 m dikke veen, vervolgens een 5 m dikke laag Eemklei, tot slot, tot op grote diepte matig grof tot uiterst grof grindig zand, een 8 m dikke kleilaag op130.00 m NAP, en daaronder opnieuw zandige formatie.
2.2
De historisch-ruimtelijke ontwikkeling van Kruiskamp-Koppel
Ontwikkelingsgeschiedenis De wijken Kruiskamp en Koppel maken deel uit van de naoorlogse schil rondom de binnenstad. Het grootste deel van de ontwikkeling heeft plaats gevonden in de periode 1950–1975. De (huidige) ruimtelijke structuur wordt mede bepaald door de oorspronkelijke landschappelijke kenmerken en infrastructuur, met name wegen en waterlopen. De gebieden Kruiskamp en Koppel vormden van oorsprong de overgang van de binnenstad naar de lager gelegen weidegebieden richting Hoogland en Hoevelaken. De oost- en noordgrens werden tot medio jaren ‘30 bepaald door de Grebbelinie die als waterkering van de Gelderse Vallei functioneerde. Met de afsluiting van de Zuiderzee en de aanleg van het Valleikanaal in 1937 verbeterde de waterhuishouding/afwatering zodanig dat er mogelijkheden ontstonden voor bebouwing en intensiever gebruik van het gebied. Kruiskamp Van de oorspronkelijke landelijke structuur resteren nog de Boemendalsestraat / Hooglandseweg (westelijke richting), de Kruiskamp en Liendertseweg (noordelijke richting) en de Hogeweg (oostelijke richting). Omstreeks 1850 bestond de bebouwing uit enkele geïsoleerd gelegen panden en een kleine concentratie aan de Hogeweg, het zogenaamde “Lazarushuis”, nabij de Liniedijk. In 1887 werd aan de Hogeweg het nog steeds bestaande “Militair Hospitaal” gebouwd. Rond 1900 werd ook begonnen met de aanleg van straten met stadswoonhuizen (Schimmelpenninckstraat en –kade) ten zuiden van de Hooglandseweg. Op basis van uitbreidingsplannen uit 1906 en 1919/1920 komt de ontwikkeling van het gebied Kruiskamp serieus op gang. Als eerste wordt een betrekkelijk compact ontworpen buurtje tussen de Kruiskamp, van Assenraadstraat en de Beek aangelegd. Centraal in het buurtje ligt een pleintje en verbindingsstraat (Methorststraat) die aansluit op een nieuwe betonnen brug naar de Coninckstraat. Het uitbreidingsplan voorziet verder in gesloten bebouwing en enkele bijzondere
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 10 -
Toelichting 28 januari 2003
gebouwen zoals scholen. De “Linie” vormde als plantsoengordel (niet gerealiseerd), samen met het ten oosten hiervan geplande Valleikanaal, een noordoostelijke afronding van Kruiskamp. Tussen 1930 en 1937 werd de buurt rond de Trompstraat verwezenlijkt. Ook werd een groot deel van de bebouwing ten oosten van de Van Assenraadstraat aangelegd. Beide buurten hebben een sterk tuinstedelijk karakter met veelal brede, groene straatprofielen en woningen met lage goothoogten. Pas tussen 1952 en 1962 werden door stadsarchitect Zuiderhoek nieuwe wijken gepland zoals de omgeving Evertsenstraaat, Kortenaerstraat, de wijk tussen de Liendertseweg en Van Randwijcklaan en de Columbusweg. Het stratenpatroon is voor een groot deel loodrecht op de oude uitvalswegen georiënteerd. In deze uitbreidingen worden de (nog altijd overwegend) laagbouwwoningen op markante plekken, zoals randen van de wijk en langs de radialen, afgewisseld door complexen middelhoge bebouwing van 3 tot 5 lagen. De appartementenblokken geven de wijk een stedelijker aanzien. De rand langs het spoor werd ingericht voor sport- en recreatievoorzieningen. Vanaf het begin van de jaren ’80 wordt een voorzichtige aanzet gemaakt met kleinschalige herontwikkelings- en stadsvernieuwingsprojecten. Voorbeelden zijn de nieuwbouw op de hoek Van Randwijcklaan/Scheltussingel (voormalige zuivelfabriek), het verzorgingshuis St. Elizabeth en, meer recent, de vervangende nieuwbouw aan de Columbusweg/Magelhaenstraat. Inmiddels zijn ook voor het gebied langs het spoor en de Willem Barendsstraat e.o. herontwikkelingsplannen in voorbereiding. Koppel De ruimtelijke opzet van het zuidelijk deel van de wijk Koppel wordt bepaald door de Eem, de Hooglandseweg en het Moerasje, een deel van de Oude Eem. Langs de Eem (Grote Koppel) e werden vanaf het midden van de 17 eeuw pakhuizen en handelsgebouwen neergezet, waarvan ook thans nog elementen herkenbaar zijn. Later kwam daar ook industriebebouwing bij, o.a. graanbedrijven. Ook langs de Hooglandseweg ontstond geleidelijk aan een kleine concentratie villa-achtige bebouwing. De aanleg van de spoorlijn Amersfoort – Zwolle in 1863 markeert de oostelijke begrenzing van de wijk. In de uitbreidingsplannen van 1906 en 1919/1920 is een gebied ten westen van de spoorlijn bestemd voor gesloten bebouwing met op enkele plaatsen een bijzonder gebouw. De Linie functioneerde hier, net als bij Kruiskamp, als groengordel. Tot uitvoering komt dit plan echter niet. Pas op basis van het in 1952 opgestelde uitbreidingsplan van Zuiderhoek, vindt de eerste grotere planmatige uitbreiding in het gebied de Koppel plaats. In die periode werd het wijkje “Jericho – Jeruzalem”, tussen de Koppelweg en Hooglandsedijk, aangelegd. Het betreft een complex “montagewoningen”, met betonplaten beklede woningen. Niet alleen de bouwwijze is bijzonder, ook de strokenbouw-structuur met veel aandacht voor groenvoorzieningen en licht- en luchttoetreding is gebaseerd op principes van de moderne stedenbouw. Vanwege haar bijzondere karakter heeft het wijkje sinds 1986 de status van gemeentelijk stadsgezicht. Het gebied ten noorden van de Hooglandseweg komt in de periode 1962 – 1971 tot ontwikkeling. De structuur bestaat uit een, ten opzichte van het onderliggende landschap, autonoom stratenpatroon, parallel en loodrecht op de richting van het Valleikanaal. Het beeld wordt bepaald door grote, halfgesloten woonblokken van 4 tot 6 lagen hoog, waartussen ruime groenvoorzieningen zijn aangelegd. Eveneens kenmerkend zijn de verspreid aanwezige, grootschalige gebouwen als scholen voor (voortgezet) onderwijs, een sporthal en een kerk. Straatprofielen zijn veelal asymmetrisch en er is nauwelijks sprake van enige hiërarchie. De ruimtelijke samenhang komt in hoofdzaak tot stand door de consequent doorgevoerde richtingen van de gebouwen en hun overwegend grotere schaal. Centraal in dit noordelijk deel van de wijk Koppel ligt de Meridiaan, een hoofdontsluiting met een voor de jaren ‘60 /’70 kenmerkend ruim profiel van hoofdrijbanen, brede bermen en parallelwegen. Ook op deze hoofdweg is sprake van een asymmetrisch profiel waarbij aan één zijde een bebouwingswand met winkelstrips is gevormd, terwijl de overzijde bestaat uit afwisselend groenvoorzieningen, losstaande gebouwen (kerk) en de kop van een flat. De hoofdontsluiting van de wijk vindt plaats vanaf de Ringweg. In de Meridiaantunnel, gelegen in het verlengde van de hoofdontsluiting Meridiaan, ligt een reservering om mogelijk ooit een directe autoverbinding met de binnenstad te herstellen. Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 11 -
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 12 -
Toelichting 28 januari 2003
Evenals in Kruiskamp is in de wijk Koppel sinds medio jaren ’80 een herontwikkelings-proces op gang gekomen. Langs de Ringweg en aan de Hooglandseweg zijn nieuwe kantoren en woningen verrezen. Ten zuiden van de Koppelweg maken de industriële bebouwing en voormalige pakhuizen plaats voor het woningbouwproject Gildenkwartier. In samenhang met de ontwikkelingen aan de overzijde van het spoor (project Spoorwegzone) worden momenteel plannen ontwikkeld voor herontwikkeling van het terrein van de sporthal en nieuwbouw langs de Keerkring.
2.3
Historische elementen
Archeologie Het plangebied is ontwikkeld in een periode dat de gemeente Amersfoort nog geen actief archeologisch beleid voerde (in 1984 is een stadsarcheoloog aangesteld in de gemeente). Hierdoor is de bebouwing en daarmee gepaard gaande verstoring van het bodemarchief niet archeologisch begeleid. In 1988 zijn door de Gemeenteraad van Amersfoort de zogenaamde ‘Archeologisch Belangrijke Plaatsen (ABP’s)’ aangewezen. Dit zijn gebieden en terreinen waar, op grond van vondsten, historische vermeldingen en geomorfologische verschijnselen, archeologische waarden worden verwacht. In deze gebieden is het, op grond van de verordening verboden graafwerk te verrichten dieper dan 0,50 meter. Een ontheffing van dit verbod wordt verleend als voorafgaand aan de werkzaamheden archeologisch onderzoek wordt mogelijk gemaakt. In het plangebied bevindt zich één complete ABP (nr. 13) en een klein deel van een andere ABP (nr. 12), zie afbeelding 3. de ABP 13 betreft het zgn. Lazarushuis. Dit huis is gesticht in het begin van de 15 eeuw t.b.v. de verzorging van melaatsen. Later is op dezelfde locatie een boerderij gesticht, die is afgebrand in 1858. Het terrein is nu ingevuld met enkele woonhuizen op de percelen Hogeweg 104, 106 en 108. De ABP wordt begrensd door de Hogeweg, de Ringweg Kruiskamp, de Nansenstraat en de Randenbroekerweg. ABP 12 valt voor een zeer klein deel binnen het plangebied. Onderdeel van deze ABP is de oost’oever’ van de Eem tegen de binnenstad aan. In het plangebied zijn in het verleden, op beperkte schaal, archeologische vondsten gedaan. In 1965 heeft de Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek (R.O.B.) opgravingen gedaan bij de Kamperbuitenpoort ter plaatse van de overgang Langestraat-Columbusweg/Van Randwijcklaan. Zie arcering op afbeelding 3. Voorts is het vrijwel zeker dat diverse vondsten zijn gedaan elders binnen het plangebied maar hiervan zijn geen officiële meldingen/registraties. Verder is van belang dat de locatie van de oude stadspoort bij de Kamp (Kamperbuitenpoort) nog resten van middeleeuwse bouwsels bevat. Daarnaast is deze locatie een hogere plek binnen de stad. De route Langestraat-Hoge/Lageweg loopt over een rij van dergelijke hoogtes (zandopduikingen) en de oorsprong van deze route gaat waarschijnlijk terug tot de prehistorie. De hogere (=drogere) plekken langs deze route bevatten vaak de oudste gebruiks- en bewoningssporen. Als voorbeelden kunnen worden genoemd: Opduiking bij Varkensmarktde de Mooierplein (prehistorie en vanaf de 11 eeuw), opduiking Langstraat (Hof + Joriskerk, vanaf 11 eeuw). Monumenten In de wijken Kruiskamp en Koppel bevindt zich een aantal gemeentelijke monumenten en één rijksmonument. Voorts bevindt zich in het plangebied een gemeentelijk stadsgezicht. Het rijksmonument, het Militair Hospitaal gesitueerd aan de Hogeweg 70, is in 1877 gebouwd in opdracht van het Ministerie van Defensie voor het in Amersfoort gelegerde garnizoen. Het hoofdgebouw, in de vorm van een grote villa, bezit een combinatie van stijlen, waarvoor wel de term eclecticisme wordt gebruikt. De ingang met het rusticawerk is renaissancistisch van aard, de hoekpilasters tonen verwantschap met de Engelse Tudor-gotiek en het rondboogfries is weer Romaans van karakter. Zes paviljoens zijn via gebogen verbindingsgangen met het hoofdgebouw verbonden. Het gebouw is van grote betekenis door de relatie met de militaire en geografische
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 13 -
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 14 -
Toelichting 28 januari 2003
ontwikkelingsgeschiedenis van Amersfoort en heeft zeldzaamheidswaarde door de bouwstijl. Het complex is thans als kantorencomplex in gebruik bij het Ministerie van Defensie. Aan de Van Assenraadstraat 2 staat buurthuis “De Roef”. Dit pand is aangewezen als gemeentelijk monument. Het pand is in 1927-1928 oorspronkelijk gebouwd als Christelijke Lagere School en ontworpen door architect B.W. Plooy in de stijl van de Amsterdamse School. Het is een horizontaal geaarde bouwmassa. Het gebouw bestaat uit twee vleugels van één bouwlaag met daarin de leslokalen. Op het snijpunt van de twee vleugels bevindt zich een hoger volume met daarin de hoofdingang die wordt bekroond door een torentje in de vorm van een dakruiter. Het gebouw is vooral stedenbouwkundig van betekenis maar is bovendien een goed voorbeeld van de bouwstijl van de Amsterdamse School. Aan de Hooglandseweg-Zuid staat een aantal villa’s die als ensemble beeldbepalend zijn voor het karakter van de Hooglandseweg-Zuid. De villa’s zijn op grond van de Monumentenverordening Amersfoort 1999 aangewezen als gemeentelijk monument. Per villa zijn merendeels twee woningen ontworpen. Het herenhuis op de percelen Hooglandseweg-Zuid nr. 16 en 18 is ontworpen door de gebroeders Ruitenberg met als bouwstijl de Zakelijkheid. Hooglandseweg-Zuid 20 en 22A vormen samen een dubbel herenhuis in een bouwstijl die gekenmerkt wordt door de baksteenornamentiek. De architect van dit rond 1890 gebouwde pand was waarschijnlijk Chr. Lensing. Hooglandseweg-Zuid 26 is een villa die een mengvorm is van een herenhuis (rechthoekige plattegrond) en een stadse vakwerkvilla (dakvorm en balkons). Ook de geveldetaillering van deze in 1885 waarschijnlijk door Chr. Lensing ontworpen villa, is van belang. De woningen met huisnummers 28 en 30 bevinden zich in een in 1887 gebouwd herenhuis in neoclassicistische stijl door waarschijnlijk Chr. Lensing. Het gemeentelijk stadsgezicht bevindt zich aan de Koppelweg en omgeving (zie afbeelding 3). Daar werden na de Tweede Wereldoorlog montagewoningen gebouwd om een antwoord te bieden aan de ontstane woningnood. In Nederland waren in die tijd vier systemen beschikbaar. Amersfoort koos voor het Nederlandse Airey-montagebouwsysteem, dat in navolging van de Engelse Aireywoningen op de markt werd gebracht door de “NV Nederlandse Maatschappij voor Volkshuisvesting” te Amsterdam. De architect was prof. ir. J.F. Berghoef uit Aalsmeer. De groenstructuur en het verkavelingspatroon karakteriseren het gebied, waarin op een enkele plaats een waterelement is opgenomen. De woningen zijn in aantallen variërend van 3 tot 8 gegroepeerd in blokken die in verschillende richtingen zijn gesitueerd. Deze op principes van de moderne stedenbouw gebaseerde strokenbouwverkaveling zorgde voor voldoende licht- en luchttoetreding. De blokken zijn twee bouwlagen hoog en worden afgedekt door een zadeldak en grijze pannen. De gevel, voorzien van een spouw, is bekleed met de voor dit systeem kenmerkende betonnen casettenplaten. Enkele bouwblokken die niet binnen een bepaalde categorie van monumenten vallen maar die wel van waarde zijn bevinden zich aan de Van Assenraadstraat 1-33, Kruiskamp 1-95, Methorststraat 1-27 en 2-34, Scheltussingel 1-35, Schimmelpenninckstraat 2-20, 25-47 en 36-80. Dit complex volkswoningen bestaat uit bouwblokken van één bouwlaag met een zadeldak evenwijdig aan de weg, waarin maximaal zeven woningen zijn ontworpen. Het ritme van de gevelwand wordt bepaald door topgevels met zadeldaken loodrecht op de weg. Het complex is van belang door de relatie met de toenmalige stedenbouwkundige opvattingen in Nederland, de tuinstadgedachte, waarvan elementen in dit ontwerp zijn overgenomen. Tijdens renovatie zijn echter ingrijpende wijzigingen aangebracht, zowel architectonisch als stedenbouwkundig, waardoor de oorspronkelijke opzet met moeite herkenbaar is. Deze complexen volkswoningen genieten geen bescherming op basis van sectorale wet- of regelgeving. Gelet op het beeldbepalende karakter is het gewenst hiervoor een nadere bescherming in het voorliggende bestemmingsplan op te nemen.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 15 -
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 16 -
Toelichting 28 januari 2003
Het rijksmonument (Hogeweg 70, voormalig militair hospitaal) geniet bescherming op grond van de Monumentenwet 1988. Voor het gemeentelijke stadsgezicht en de gemeentelijke monumenten in het plangebied geldt bescherming op basis van de Monumentenverordening Amersfoort 1999. Een aanvullende bescherming op grond van het bestemmingsplan is dan ook niet noodzakelijk. Toch wordt het zinvol geacht deze objecten op de plankaart nader aan te duiden. Deze aanduidingen vervullen echter slechts een signaleringsfunctie. Tenslotte zijn nog waardevolle panden gesitueerd aan de Evertsenstraat 39 en Hooglandsewegzuid 1, 3 en 15. Van deze panden is de Evertsenstraat 39 zo bijzonder dat het in de toekomst een gemeentelijk monument kan worden. Dit in 1952 door de stadsarchitect D. Zuiderhoek ontworpen type schoolgebouw voor het openbaar lager onderwijs, bestaat uit drie vleugels waarin leslokalen waren ondergebracht. Door de garderobes tussen de lokalen te plaatsen, was een gang overbodig en kregen de lokalen van twee zijden licht- en luchttoetreding. Heel bijzonder is, dat de centraal gelegen vleugel op kolommen is gezet. In verband met de gehorigheid is in dit meer geïsoleerde gedeelte, in navolging van Scandinavische voorbeelden, het handenarbeidlokaal ondergebracht.
2.4
Milieu-onderzoek
In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van de milieu-hygiënische aspecten in de wijk Kruiskamp-Koppel. De milieuaspecten in een woonwijk kunnen betrekking hebben op geluid, trillingen, luchtverontreiniging, externe veiligheid, straling, natuur, landschap, ecologie, bodem, water en, als het gaat om duurzaam bouwen en inrichten, op energie, warmtehuishouding, grondstoffen, materialen en afval. Bij nieuwe grootschalige ontwikkelingen spelen deze milieuaspecten een min of meer gelijkwaardige rol. In de wijk Kruiskamp-Koppel komt dit onder meer tot uitdrukking in het gebied Willem Barendsstraat e.o. en het gebied Spoorwegzone. Hoewel het herontwikkelingsgebied Spoorwegzone niet tot het plangebied van het voorliggende plan behoort, heeft de herontwikkeling van dit gebied wel degelijk invloed op het plangebied. Met de herontwikkeling wordt beoogd in de wijk Kruiskamp-Koppel de risico’s rond het transport van gevaarlijke stoffen over de spoorbaan en de geluidsbelasting van de spoorbaan te verminderen door in het gebied een park te ontwikkelen dat attractief wordt gemaakt voor het gebruik door de bewoners van de wijk Kruiskamp-Koppel. Bij de uitwerking van het herontwikkelingsplan wordt getracht de natuur- en ecologische waarden daar waar mogelijk te versterken en oppervlaktewater toe te voegen aan het beoogde park. De uitwerking van deze plannen zal worden onderworpen aan de geldende duurzaamheidscriteria. De genoemde milieuaspecten bepalen mede de ruimtelijke mogelijkheden in de wijk. Bovendien geeft het overzicht een indicatie van de huidige milieu-hygiënische situatie van de bestaande woningen in de wijk. De volgende milieu-aspecten komen navolgend aan de orde: mogelijke hinder van bedrijven in de woonomgeving; bodemkwaliteit; duurzaam en milieubewust bouwen; externe veiligheid; geluidhinder van spoor- en wegverkeerlawaai. Invloed van bestaande bedrijven Op basis van een overzicht van bedrijfsactiviteiten in het plangebied is bepaald welke afstand in acht genomen moet worden tussen bestaande bedrijven en eventuele nieuwbouw van woningen. Dit geeft tevens een beeld van de milieu-hygiënische situatie van de bestaande woningen in het plangebied. De afstanden zijn bepaald aan de hand van de Staat van Bedrijfsactiviteiten opgenomen in “Bedrijven en milieuzonering” (VNG Uitgeverij, Den Haag, 1999). Opgemerkt dient te worden dat de afstanden in “Bedrijven en milieuzonering” indicatieve afstanden zijn, hetgeen betekent dat de werkelijke afstanden van geval tot geval zowel hoger als lager kunnen zijn dan de indicatieve afstand. Verspreid over het plangebied komt een groot aantal bedrijven voor, dat hoofdzakelijk behoort tot de “lichte” milieucategorieën 1 en 2, met de bijbehorende afstand van maximaal 30 meter. Daarnaast komen in het plangebied enkele categorie-3 bedrijven voor. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de in het plangebied gevestigde bedrijven en hun milieucategorie. Afbeelding 5 geeft een overzicht van de hindercirkels rond de bedrijven in Kruiskamp-Koppel. Alleen de
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 17 -
Toelichting 28 januari 2003
hindercirkels van 50 m of meer zijn afgebeeld. Opgemerkt dient te worden dat in de praktijk niet altijd sprake is van een cirkelvormige milieuruimte. In de praktijk zal moeten worden vastgesteld wat de werkelijk benodigde vorm van de milieuruimte moet zijn. Zoals uit afbeelding 5 blijkt, is op een aantal locaties sprake van een minder gewenste situatie: milieugevoelige functies (met name woningen) vallen binnen de hindercirkels van de milieubelastende functies (bedrijven). Bodemkwaliteit In de Koppel heeft een zeer uitgebreid bodemonderzoek plaatsgevonden. Dit onderzoek heeft tot gevolg gehad dat onder supervisie van de provincie Utrecht in relatie tot de WBB (Wet Bodem Bescherming) een bodemsanering heeft plaatsgevonden over een groot deel van dit gebied. De sanering vond plaats tot een diepte van 1 meter en over dat deel van de Koppel waar gevaren bestonden voor de volksgezondheid. Ook voor het gebied Spoorwegzone is uitgebreid bodemonderzoek verricht. Daar waar ontwikkelingen door de gemeente in gang zijn of worden gezet moet de bodem nog gesaneerd worden. Deze saneringen worden niet meer door de provincie uitgevoerd maar komen in het kader van de ISV/WBB voor rekening en bemoeienis van de gemeente Amersfoort, o.a. bij de voormalige Hogeschool Midden Nederland en om en nabij de sporthal zijn nog verontreinigingen aanwezig die bij de herinrichtingsplannen worden weggenomen. De Kruiskamp is grotendeels aangelegd in de periode 1945-1970. In de Kruiskamp is slechts een gering aantal bodemonderzoekingen verricht. Uit het beperkte aantal onderzoekingen is echter wel gebleken dat er vervuilingen aanwezig zijn. Bestaande flatgebouwen aan o.a. de Van Brakelstraat en de Evertsenstraat werden destijds via kolen- en oliestook verwarmd. Verstoringen van de bodem liggen ook hier voor de hand. Voor elk bouwplan zal altijd een bodemonderzoek moeten plaatsvinden. De mate waarin dit moet plaatsvinden wordt bepaald door de bodemkennis van de bouwlocatie, de resultaten van een eventueel bodemsaneringsplan, de ouderdom van de bodeminformatie, de mate van verdachtheid van het terrein en de eerste resultaten van het indicatief bodemonderzoek. Duurzaam en milieubewust bouwen Aandacht voor duurzaam en milieubewust bouwen in alle stadia van het ontwerp- en bouwproces is belangrijk. Al op stedenbouwkundig niveau moeten hierbij keuzes worden gemaakt. Bij de uitwerking van de plannen op bouwplanniveau moeten als randvoorwaarden worden meegenomen: het “Milieubeleidsplan gemeente Amersfoort” en het “Energieplan”; het “Werkboek Duurzaam Bouwen en Wonen”. De in deze nota’s verwoorde beleidsdoelstellingen zijn vastgelegd c.q. vertaald naar een ambitieniveau, uitgedrukt in een puntenscore van de in het kader van de gehanteerde DCBAmethode toegepaste checklist. Voor bepaalde materialen geldt een toepassingsverbod. Bij duurzaam bouwen dient vroegtijdig te worden overlegd met de afdeling Milieu van de gemeente Amersfoort over de sturing van ontwerp- en materiaalkeuzen. Doel van dit overleg is: het vroegtijdig bepalen van de milieu-ambities en het in beeld brengen van kansen; een programma van ‘dubo’-eisen op te stellen; de aanpak van duurzaam bouwen in te vullen; vast te stellen hoe het voorlopig ontwerp en het definitief ontwerp worden getoetst op de uitgangspunten van duurzaam bouwen, alsmede het toetsen van het bestek en de uitvoering door de afdeling Bouw- en Gebruikskwaliteit. Basis voor energiebewust bouwen is het energiebeleidsplan. Als resultaatsverplichting op gebouwniveau geldt het realiseren van een energieprestatie die 10% onder de wettelijk vigerende Energie Prestatienorm ligt. Uitgangspunt is het zoeken naar kansen om te komen tot energiereductie (vraagvermindering), het benutten van duurzame bronnen van energie en het zo efficiënt mogelijk benutten van traditionele energiebronnen. Om deze kansen in beeld te krijgen kan worden aangesloten bij het beschreven ‘dubo’-proces.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 18 -
Toelichting 28 januari 2003
Externe veiligheid Over het spoortraject Amersfoort-Zwolle/Apeldoorn vindt het meest intensieve transport van gevaarlijke stoffen binnen Amersfoort plaats. Bestaande situaties voldoen aan de eisen met betrekking tot het plaatsgebonden risico. Nieuwbouwlocaties mogen niet worden gerealiseerd binnen de veiligheidsafstand van ca. 30 meter uit de as van de spoorbaan omdat daar de grenswaarde voor het plaatsgebonden risico wordt overschreden. Binnen deze afstand zijn geen risico-gevoelige bestemmingen geprojecteerd. Uit berekeningen is gebleken dat de dichtheid van woon- en arbeidsplaatsen inclusief het herontwikkelingsplan Spoorwegzone in de wijk Kruiskamp-Koppel niet leidt tot overschrijding van de zgn. oriënterende grenswaarde voor het groepsrisico. Deze oriënterende grenswaarde is bepalend voor de mate van toelaatbaarheid van de sociale ontwrichting bij een calamiteit. Dichter naar het CSG-gebied neemt echter de kans toe dat sprake is van overschrijding van het groepsrisico zoals bijv. in de Schimmelpenninckbuurt. In de Schimmelpenninckbuurt worden echter geen bestemmingen geprojecteerd die sterk groepsrisico-verhogend werken. Bezien vanuit het veiligheidsbelang wordt hier gestreefd naar het verlagen van de transportsnelheid van gevaarlijke stoffen naar een snelheid van maximaal 40 km/uur. Daarnaast is het niet ondenkbaar dat op termijn zowel het plaatsgebonden als het groepsrisico in de Schimmelpenninckbuurt lager wordt wanneer het transport richting Zwolle over de (nog aan te leggen) Hanzelijn plaatsvindt. Met de nu bekende vervoersgegevens van gevaarlijke stoffen en kanscijfers wordt geschat dat voornoemde afstand van 30 m bij een transportsnelheid hoger dan 40 km/uur kan worden gereduceerd tot nul, als het ‘Zwolle’-transport volledig over de Hanzelijn zal gaan. Dit wordt veroorzaakt door een aanzienlijke reductie van het transport van zeer brandbare vloeistoffen. Het groepsrisico zal daardoor niet sterk afnemen omdat de omvang van het transport van brandbare gassen niet afneemt. Voor verlaging van het groepsrisico is het nodig het transport te laten plaatsvinden in zgn. bloktreinen in plaats van gemengde of bonte treinen of door de snelheid tot voornoemd niveau te verlagen. Dit laatste is behalve voor de risicoreductie ook belangrijk voor het verlagen van de geluidsbelasting en de trillingsoverlast. Geluidhinder spoor- en wegverkeer Bij het opstellen van een bestemmingsplan dienen de bepalingen van de Wet geluidhinder (Wgh) in acht te worden genomen. Dat betekent onder meer dat, wanneer in het bestemmingsplan gronden worden bestemd voor nieuwe woningbouw, moet worden nagegaan of deze gronden vallen binnen een zogenaamde geluidszone van een weg. Uitgangspunt is dat zich langs elke weg een geluidszone bevindt (artikel 74, lid 1 Wgh). In het tweede en derde lid van artikel 74 Wgh is een aantal uitzonderingen geformuleerd, waardoor voor de daar genoemde situaties geen geluidszone geldt. Dit zijn wegen: die zijn gelegen binnen een als woonerf aangeduid gebied; waarvoor een maximum snelheid van 30 km uur geldt; waarvan op grond van een door de gemeenteraad vastgestelde geluidsniveaukaart vaststaat dat de geluidbelasting op 10 m uit de as van de meest nabijgelegen rijstrook 50 dB(A) of minder bedraagt. Op basis van het vorenstaande kan geconcludeerd worden dat voor de volgende wegen en spoorbaan in en gelegen nabij het plangebied een geluidzone geldt van: 1. Ringweg Koppel/Ringweg Kruiskamp: 350 m; 2. Van Randwijcklaan: 200 m; 3. Hogeweg: 200 m; 4. Flierbeeksingel: 200 m; 5. Stadsring/Amsterdamseweg: 350 m; 6. Spoorbaan Amersfoort-Zwolle/Apeldoorn 300 m. Afbeelding 6 geeft een overzicht van de geluidszones die relevant zijn voor het plangebied. Voor de bestaande woningen is een akoestisch onderzoek in het kader van het bestemmingsplan geen vereiste. In de wijk Kruiskamp-Koppel bevindt zich een drietal herontwikkelingslocaties, te weten het gebied Spoorwegzone, de Willem Barendsstraat e.o. en de Columbusweg/Magelhaenstraat e.o. De ontwikkeling van laatstgenoemd gebied is al geheel voltooid.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 19 -
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 20 -
Toelichting 28 januari 2003
Voor de Spoorwegzone en de Willem Barendsstraat e.o. worden afzonderlijke bestemmingsplannen opgesteld. Daarnaast biedt het plan mogelijkheden een aantal schoolgebouwen binnen geluidszones van wegen en de spoorbaan Amersfoort-Zwolle/Apeldoorn uit te breiden binnen de planperiode (met name schoolgebouwen). Voor zover nodig, is onderzoek uitgevoerd naar de geluidsbelasting binnen de zones waar mogelijk nieuwbouw /uitbreiding kan plaatsvinden. Uit het onderzoeksrapport van DorsserBlesgraaf, kenmerk Ho.C1599.B02/MS, dd. 22 februari 2002 blijkt dat in een beperkt aantal situaties de voorkeursgrenswaarde voor de geluidsbelasting (50 dB(A) voor wegen) wordt overschreden. Er zijn redelijkerwijs geen maatregelen te treffen om de geluidsbelasting van wegverkeer te reduceren tot de voorkeurswaarde. Binnen de zone van de spoorbaan wordt de grenswaarde 57 dB(A) niet overschreden. Na aftrek van 5 dB(A) op de berekende geluidsbelastingen, vermeld in het akoestische rapport, moeten de volgende zg. hogere grenswaarden voor de mogelijke uitbreiding c.q. nieuwbouw van scholen worden vastgesteld. Voor de school Dierenriem 11: • vanwege de Ringweg Koppel
:62 dB(A)
Voor de school Columbusweg 40: • vanwege de Ringweg Koppel
:60 dB(A)
Voor de school Ringweg Kruiskamp 106: vanwege de Ringweg Kruiskamp :58 dB(A)
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 21 -
Toelichting 28 januari 2003
3 HOOFDOPZET VAN HET PLAN 3.1
Inleiding
De wijk Kruiskamp-Koppel is, met uitzondering van een tweetal herinrichtingsgebieden, volledig gerealiseerd. Er worden in principe geen structurele ontwikkelingen verwacht. Dit betekent dat in het bestemmingsplan volstaan kan worden met een beheersregeling voor het gebied. De bestaande bebouwing in de wijk zal overwegend conform het huidige gebruik worden bestemd. Het is van belang om voor de bestaande bebouwing en functies in de wijk Kruiskamp-Koppel een bestemmingsregeling te ontwerpen, die ruime mogelijkheden biedt voor het voorzetten van het gebruik. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de ontwikkelingen die zich binnen dat gebruik kunnen voordoen, zoals: de behoeften ten aanzien van het (ver-)bouwen en gebruik van woningen of andere functies in de komende planperiode; de wens zonodig veranderingen te kunnen aanbrengen in de inrichting van de openbare ruimte, afgestemd op de wijzigende behoeften. Daarnaast is het mogelijk dat in de komende planperiode duidelijk behoefte ontstaat aan nieuwe functies in de wijk. Ook hiervoor zal het bestemmingsplan, waar nodig, ruimte moeten bieden. De wijk Kruiskamp-Koppel biedt thans ruimte aan de volgende functies: wonen; maatschappelijke voorzieningen; detailhandel; horeca; bedrijven; kantoren; verkeer en parkeren; openbare ruimte. De woonfunctie neemt daarbij een belangrijke plaats in. Op een aantal punten zijn echter ook andere functies geconcentreerd zoals bijv. detailhandel op het Neptunusplein en bedrijven aan de Dirk Loogenstraat. Naast deze concentraties van bedrijvigheid komt verspreid over het plangebied nog een groot aantal bedrijven en winkels voor. Behoud van deze menging van functies is een van de doelstellingen van dit plan. In dit hoofdstuk worden per functie de verschillende ruimtelijke mogelijkheden en onmogelijkheden besproken. Per functie wordt een beschrijving gegeven van de huidige situatie, gevolgd door het vastgestelde (sectorale) beleid. Voor zover sprake is van voorzienbare ontwikkelingen, worden deze aansluitend daarop beschreven. Op basis van deze beschrijving worden vervolgens uitgangspunten voor de bestemmingsopzet geformuleerd.
3.2
Wonen
Huidige situatie In de wijk Kruiskamp-Koppel wonen in totaal ruim 7.600 mensen die zijn gehuisvest in ca. 3.300 woningen. Het overgrote deel van de woningvoorraad bestaat uit huurwoningen. Kruiskamp-Koppel omvat ca. 2.700 huurwoningen en ca. 600 koopwoningen. Ongeveer 50% van het totale aantal woningen bestaat uit gestapelde woningen. Slechts 6% van de woningen is specifiek bestemd voor senioren. In Kruiskamp hebben zich in 1999 345 mensen gevestigd uit andere gemeenten en zijn 204 mensen vertrokken naar andere gemeenten. Er hebben zich 558 mensen gevestigd uit andere wijken van Amersfoort en er zijn 639 mensen vertrokken naar andere wijken. In totaal 334 mensen zijn binnen de wijk verhuisd, hetgeen boven het Amersfoortse gemiddelde is. In de Koppel zijn in 1999 91 mensen komen wonen van buiten de gemeente en zijn 71 mensen vertrokken naar andere gemeenten. Verder hebben 153 personen zich gevestigd uit andere wijken terwijl 223 personen zijn vertrokken naar andere wijken. In de Koppel zijn 29 mensen binnen de wijk verhuisd. Dit is lager dan het gemiddelde voor Amersfoort.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 22 -
Toelichting 28 januari 2003
Hoewel weinig concrete conlusies zijn te trekken uit bovenstaande gegevens, is de lage verhuisgraad binnen de eigen wijk wellicht te verklaren uit het relatief eenzijdige woningaanbod (zeer grote aantallen huurwoningen met een huur lager dan ƒ 634,--). In tabel 2 is de samenstelling van bevolking van de Koppel en Kruiskamp weergegeven. Tabel 2: Samenstelling bevolking de Koppel en Kruiskamp.
Inwoners 0-14 jaar 15-64 jaar 65 jaar en ouder Allochtonen Geschat aantal huishoudens
De Koppel 1.931 1 18,3 % 1 70,3 % 1 11,4 % 1 31,9 % 1 1.025
Kruiskamp 5.754 2 18,7 % 2 67,4 % 2 13,9 % 2 40,0 % 2 2.749
Totaal 7.685 18,6 % 68,1 % 13,3 % 38,0 % 3.774
Bron: “Amersfoort in cijfers 2000” 1 2
Gegevens zijn inclusief de Grote Koppel e.o. Gegevens zijn exclusief de Schimmelpenninckstraat e.o.
Beleid In het “Volkshuisvestingsplan Kadernota 1998-2000” speelt het thema Ongedeelde stad een belangrijke rol. In de ongedeelde stad is plaats voor iedereen. Er wordt uitgegaan van menging van goedkope en duurdere woningen. Daarnaast wordt gehecht aan gedifferentieerde woonmilieus en woningtypologische verscheidenheid die recht doen aan de maatschappelijke en culturele verscheidenheid van bewoners. De gemeente heeft in 2001 een volkshuisvestingsnota opgesteld “Lang levende stad-Wonen in Amersfoort 2001-2005” . De centrale opgave is: het waarborgen van voldoende keuzemogelijkheid op de Amersfoortse woningmarkt. Dit moet gestalte krijgen in een gevarieerde stad die plaats biedt aan uiteenlopende woonwensen. Amersfoort moet voor haar bewoners bovendien een ongedeelde stad zijn. Wijken, buurten en woningen zullen een duurzame en herkenbare identiteit moeten behouden en, zonodig, verder ontwikkelen. Drie centrale aandachtsvelden zijn: wonen en werken; streven naar een optimaal en gevarieerd grond- en ruimtegebruik; wonen, zorg en service; toenemende vraag naar individuele, op maat gesneden combinaties van wonen en zorg; gebruikersvrijheid; keuzevrijheid en keuzeruimte op het gebied van wonen, zullen voor de meeste mensen fors groeien. Ook wordt Amersfoort in deze nota in drieën verdeeld aan de hand van de typering van gebieden: de Netwerkstad in het noorden; een typisch “geplande stad”, de Zandstad in het zuiden; het oude landschap is op veel plaatsen zichtbaar en voelbaar, de Hybride Stad; een verbrokkelde stedenbouwkundige opzet, zeer verschillende woonkwaliteiten en een optelsom van zowel problemen als kansen. Kruiskamp en De Koppel malen deel uit van de Hybride Stad. Doelstellingen voor deze wijken zijn het streven naar meer variatie in de woningvoorraad naar type en prijs en meer menging van wonen en werken. In het “Wijkontwikkelingsprogramma GSB Kruiskamp/Koppel 2000-2003” zijn voorstellen gedaan voor de uitvoering van een vijftal deelprogramma’s:
aanpak van de ‘problematiek achter de voordeur’; sociale activering; veiligheid en leefbaarheid in en rond wooncomplexen; vergroten van ouderparticipatie, opvoedingsondersteuning en opvang van kinderen buiten schooltijd; speelgelegenheden voor kinderen en jongeren.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 23 -
Toelichting 28 januari 2003
De voorstellen passen in de lijn van beleid die is uiteengezet in de stadsvisie “Amersfoort stad met een hart” uit 1997 en het “ISV-ontwikkelingsprogramma 2000-2004”. In het ISVontwikkelingsprogramma zijn de volgende doelstellingen geformuleerd ten aanzien van de vier wijken in de schil rondom het centrum: vergroten keuzemogelijkheden/differentiatie woningaanbod; vergroten bruikbaarheid structureel groen; vergroten leefbaarheid (verbeteren kwaliteit openbare ruimte, winkelvoorzieningen); stimuleren vrijwilligersverbanden en wijkinitiatieven; wegnemen belemmeringen voor stedelijke ontwikkelingen (sanering bodemvervuiling); energiebehoefte reduceren; vergroten (sociale) veiligheid; verbeteren waterbodems. Ontwikkelingen: nieuwe woningen In het wijkbeheerplan is een drietal gebieden aangewezen als ontwikkelingslocatie: 1. gebied Columbusweg/Magelhaenstraat e.o.; 2. gebied Spoorwegzone; 3. gebied Willem Barendsstraat. Ad 1. De herstructurering van het gebied Columbusweg/Magelhaenstraat e.o. (zie afbeelding 7) is inmiddels afgerond. In dit project zijn ca. 56 appartementen in de sociale sector gesloopt. Hiervoor in de plaats zijn teruggebouwd, 32 eengezinswoningen (vrije sector), 34 appartementen (vrije sector), 5 sociale koop-appartementen en 42 sociale huurwoningen. Ad 2. In gebied Spoorwegzone (zie afbeelding 7) is sprake van een eenzijdig samengestelde woningvoorraad, bestaande uit voornamelijk goedkope portiekflats waarvan de bouwtechnische staat te wensen overlaat. Het gebied wordt doorsneden door de spoorlijn AmersfoortZwolle/Apeldoorn. De spoorlijn vormt een visuele en fysieke barrière die behoorlijke geluidsoverlast bezorgt aan de omringende woonbebouwing. Een ander knelpunt is de geringe toegankelijkheid van het groen ten zuiden van de spoorlijn en het gebrek aan sociale veiligheid in de wel toegankelijke delen. Ten noorden van het spoor is de bodem ernstig vervuild als gevolg van een voormalige vuilstort. Met de herontwikkeling wordt getracht de ruimtelijke kwaliteit van het gebied te versterken door het leggen van een visuele relatie tussen het noordelijke en zuidelijke deel van het plangebied. In het verlengde hiervan wordt een deel van de woningvoorraad geherstructureerd. Goedkope portiekflats zullen worden gesloopt (in totaal ca. 100 woningen) en vervangen door ca. 350 woningen in verschillende prijsklassen en verschijningsvormen zodat sprake is van een gevarieerder woningaanbod. Daarbij wordt gestreefd naar autoluwe buurten ter verbetering van de omgevingskwaliteit. Het groen krijgt een belangrijkere functie voor de wijk door het vergroten van de toegankelijkheid, bruikbaarheid en sociale veiligheid. Voor dit plandeel zal een afzonderlijk bestemmingsplan worden opgesteld. Ad 3. Het gebied Willem Barendsstraat (zie afbeelding 7) wordt eveneens gekenmerkt door een sociaal zwakke structuur met veel verouderde portieketageflats en een (te) hoge geluidsbelasting van de woningen. De woonbebouwing sluit het achterliggende groengebied af. De in dit gebied gevestigde Petrus Planciusschool wordt in 2003 verplaatst naar Vathorst. Hierdoor komt ruimte vrij voor herontwikkeling. Met de herontwikkeling wordt gestreefd naar grotere woningdifferentiatie en versterking van de ruimtelijke kwaliteit. In het gebied zullen na de herontwikkeling de functies wonen, maatschappelijke voorzieningen, detailhandel, verkeer/parkeren en groen worden ondergebracht. Ook voor dit plandeel zal een afzonderlijk bestemmingsplan worden opgesteld. Ontwikkelingen: bestaande woningen Behalve nieuwbouw van woningen, zijn ook de veranderingen aan de bestaande woningen van belang. Bij bestaande woningen neemt in de regel de wens tot veranderingen in en aan de woning bij de zittende bewoner of de nieuwe bewoner toe naarmate de woning ouder wordt (bijv. uitbreiding bijgebouwen, uitbouwen van de woning). Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 24 -
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 25 -
Toelichting 28 januari 2003
Ook maatschappelijke ontwikkelingen, bijvoorbeeld de wens om zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen, kunnen een reden voor uitbreiding zijn. Het bestemmingsplan zal mogelijkheden moeten bieden voor genoemde woonwensen. Daarbij moet worden opgemerkt dat de uitbreiding van woningen niet ongelimiteerd kan zijn. De ruimte is vaak beperkt. Uitbreidingen van de woningen kunnen bijvoorbeeld hinderlijk zijn voor de buren, omdat de ruimte tussen de woningen in veel situaties te gering is. Beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten aan huis Teneinde de leefbaarheid van Kruiskamp-Koppel te vergroten, is het gewenst o.a. mogelijkheden te bieden voor bedrijfsmatige activiteiten aan huis. De gemeente Amersfoort heeft hiertoe in 1998 de aan- en bijgebouwenregeling opgesteld. In deze regeling worden, na vrijstelling, bepaalde beroeps- en bedrijfsactiviteiten in de eigen woning toegestaan. Binnen de ruimtelijk functionele opzet van woonwijken zijn de mogelijkheden daartoe echter vaak beperkt. Immers, voorkomen dient te worden dat overlast voor de woonomgeving ontstaat. Om deze reden zijn aan de vrijstelling voorwaarden verbonden die dienen ter voorkoming van milieuhinder (bijv. stank, geluid), visuele hinder (bijv. buitenopslag in de voortuin) en verkeershinder. Bij deze voorwaarden geldt als uitgangspunt dat de woonfunctie in overwegende mate gehandhaafd dient te blijven. Uitgangspunten bestemmingsopzet Op basis van het vorenstaande kunnen de volgende uitgangspunten voor de bestemmingsopzet voor het wonen worden geformuleerd: alle bestaande woningen in het plangebied als zodanig bestemmen; voor zover mogelijk uitbreidingsmogelijkheden toestaan; met vrijstelling toestaan van beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten aan huis;
3.3
Maatschappelijke voorzieningen
Huidige situatie In de wijk Kruiskamp-Koppel komt een groot aantal voorzieningen voor. De voorzieningen liggen verspreid over de wijk (zie afbeelding 8). Onderstaand overzicht geeft per categorie een opsomming van aanwezige voorzieningen per 1 juli 2001. Onderwijs 1. Openbare basisschool De Vlindervallei Van Galenstraat 30, hoofdgebouw Zuiderkruis 4, dislocatie Magelhaenstraat 45, dislocatie (tot 01-08-2001) 2. RK-basisschool De Tafelronde Schimmelpennickkade, dislocatie (hoofdgebouw in Schothorst) 3. Gereformeerde basisschool Petrus Plancius Willem Barendsstraat 5 (wordt per 01-08-2003 verplaatst naar Vathorst) 4. RK-Michaelschool, speciaal basisonderwijs Van Galenstraat 4 5. Gereformeerde basisschool De Werf, speciaal onderwijs James Cookstraat 10 6. Openbare Dr. M. v.d. Hoeveschool, basisonderwijs Ringweg Kruiskamp 106 7. Piet Mondriaanschool, school voor SVO en LOM Columbusweg 40 8. Valleicollege, Mavo/vbo Dierenriem 11 9. De Boogschutter, VMBO administratie-economie
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 26 -
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 27 -
Toelichting 28 januari 2003
Dierenriem 11 10. Hogeschool van Utrecht, Hoger beroepsonderwijs Hooglandseweg-Noord 140 11. Meridiaan College, RK-VO Hooglandseweg-Noord 55 12. Prof. Groenschool, algemeen bijzonder onderwijs (slechthorenden, kinderen met taal en spraakgebrek - Kortenaerstraat 10 Religieus Binnen het plangebied bevindt zich een zevental gebouwen voor religieuze doeleinden. Dit zijn achtereenvolgens de Hersteld Apostolische Zendingskerk op het perceel Banckertstraat 3, de Volle evangelie Bethelkerk ‘De Ark’ aan de Evertsenstraat 75, de R.K.-kerk ‘Parochie Heilig Kruis’ aan de Liendertseweg 48, gereformeerde kerk ‘De Schaapskooi’ aan de Magelhaenstraat 66, Het Apostolisch Genootschap aan de Meridiaan 39, de hervormde Adventkerk aan de Ringweg Kruiskamp 74 en tenslotte de moskee aan de Van Galenstraat 37. Gezondheidszorg In het plangebied zijn twee huisartsenpraktijken gevestigd aan respectievelijk de Evertsenstraat 83 en de Liendertseweg 57. Voorts is een tandartspraktijk gevestigd aan de Banckertstraat 37. Binnen het plangebied zijn drie praktijken voor fysiotherapie gevestigd aan respectievelijk de Liendertseweg 63, de Van Randwijcklaan 39 en de Van Randwijcklaan 99. Aan de Liendertseweg 32 is een apotheek gevestigd. Verder bevindt zich in Kruiskamp nog een dierenartsenpraktijk aan de Ringweg Kruiskamp 63. Binnen de grenzen van het plangebied bevindt zich tevens St. Elisabeth, een verpleeg- en gasthuis dat is gevestigd aan de Sinte Brandaenstraat 4. Tenslotte is Het Rode Kruis, afdeling Amersfoort, gevestigd aan de Columbusweg 30. Sport Binnen het plangebied zijn slechts twee sportvoorzieningen gevestigd. In de eerste plaats is de Handbalvereniging gevestigd op het perceel Keerkring 7. Daarnaast is op het perceel Hooglandseweg-Zuid 36 Fitnesscentrum Amersfoort gevestigd. Naast de genoemde voorzieningen bevinden zich nog enkele sportvoorzieningen binnen de Spoorwegzone. Vanwege de herinrichting van dit gebied zijn deze voorzieningen niet opgenomen in dit overzicht. Sociaal-cultureel Binnen het plangebied bevindt zich een tweetal buurtcentra, te weten De Koppeling op het perceel Dierenriem 9 en De Roef aan de Van Assenraadstraat 2. In de herontwikkelingslocatie Willem Barendsstraat bevinden zich diverse culturele voorzieningen, die bij de herontwikkeling van dit gebied zullen worden ingepast in de ruimtelijke structuur. Aan de Ringweg Kruiskamp 70 is theaterzaal De Kift gevestigd in een voormalig schoolgebouw. Daarnaast zijn op de percelen Neptunusplein 66, 68 en 70 respectievelijk Kruiswerk Noord Oost Utrecht, een bibliotheek en ouderencentrum De Drietand gevestigd. Aan de Pullstraat 3 is speeltuin Kruiskampkwartier gesitueerd. De speeltuin is zeer ruim van opzet en heeft een ‘groen’ karakter. In paragraaf 3.2 zijn de deelprogramma’s in het kader van het GSB genoemd. Ter uitvoering van het deelprogramma ‘vergroten van ouderparticipatie, opvoedingsondersteuning en opvang van kinderen buiten schooltijd’ zijn op een tweetal locaties binnen het plangebied zgn. ‘Buitenkasten’ gevestigd aan respectievelijk de Orion 30-1 en de Magelhaenstraat 22. Voorts zijn aan de Orion, de Van Galenstraat en de Magelhaenstraat buurtbeheerders gevestigd. Tenslotte kunnen nog genoemd worden De Opbouw (instelling van ambulante jeugdhulp) aan de Van Linschotenstraat 29, de Welzijnswinkel aan de Van Randwijcklaan 22 en Hestia (bewonersvereniging Kruiskamp) aan de Van Randwijcklaan 33. Nutsvoorzieningen Verspreid over het plangebied komt een groot aantal, veelal kleinere nutsvoorzieningen voor. Deze nutsvoorzieningen bestaan onder andere uit rioolgemalen, trafo’s e.d. De aanwezige nutsvoorzieningen zijn weergegeven op afbeelding 8.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 28 -
Toelichting 28 januari 2003
Beleid De wijze waarop de komende jaren het culturele klimaat in Amersfoort versterkt zal worden is vastgelegd in “Stijl van de Stad, kadernota cultuurbeleid 2000-2007”. Binnen dit cultuurbeleid wordt gewerkt aan: het op peil brengen van de culturele infrastructuur; het meer vraaggestuurd maken van het aanbod van culturele activiteiten in de stad, hetgeen concreet betekent meer publiek en meer inspelen op interesses van jongeren en allochtonen; een verdere profilering van het Amersfoorts cultuuraanbod, met als thema’s: Cultuurhistorie Binnenstad; Kunst & Architectuur; De Stad als Podium. Het sportbeleid, beschreven in de kadernota “Rollen of Stilstaan, sportbeleid Amersfoort 20002007”, heeft als doelstelling het aantal sportbeoefenaren in Amersfoort de komende jaren minimaal gelijke tred te laten houden met de groei van het inwonertal. Gezien de landelijke tendens dat sportdeelname niet meer stijgt anders dan door de groei van de bevolking, is dit een ambitieuze doelstelling. Met het sportbeleid wordt gekozen voor breedtesport, met een nadrukkelijk accent op sport voor jongeren en voor de groeiende groep ouderen. Tevens moet het sportaanbod flexibel zijn, onder andere qua openingstijden, teamindeling en type sport. Eén van de prioriteiten in het sportbeleid is de sportieve recreatie buiten. Opvallend is dat de participatiegraad van kinderen in Kruiskamp-Koppel aan sport bijzonder laag is. Het aantal kinderen dat niet sport is rond de 60% tegen 30% in de stad/regio. Het sportbeleid voor de komende periode zal worden vormgegeven aan de hand van de volgende drie beleidsprogramma’s. Ten eerste het gericht stimuleren van de sportdeelname. Ten tweede het ondersteunen van de sportverenigingen. Ten derde het herzien van het accommodatiebeleid. In het “Wijkontwikkelingsprogramma Kruiskamp/Koppel 2000-2003” wordt ten aanzien van voorzieningen met name genoemd de vergroting van ouderparticipatie, opvoedingsondersteuning en opvang van leerlingen alsmede speelgelegenheden voor kinderen en ouderen. De vergroting van ouderparticipatie, opvoedingsondersteuning en opvang van leerlingen krijgt gestalte in de ontwikkeling van een “Brede school”. Daarnaast zijn de eerdere genoemde Buitenkasten een uitvloeisel van het wijkontwikkelingsprogramma. Toekomstige ontwikkeling: onderwijsvoorzieningen Het is van belang voor het bestemmingsplan of er binnen de looptijd van het bestemmingsplan (10 jaar) veranderingen in het draagvlak van de maatschappelijke voorzieningen zullen optreden. Het plan dient rekening te houden met eventuele uitbreidingswensen van bestaande voorzieningen of zelfs afbraak of nieuwbouw van voorzieningen. Met name scholen voor basisonderwijs zijn gevoelig voor veranderingen in de bevolkingsopbouw van de wijk. Naast veranderingen in de bevolkingsopbouw zijn onder andere groepsgrootte, aandacht voor de individuele leerling en bijvoorbeeld de kwaliteit van de schooldirectie bepalend. Op basis van de leerlingprognoses bedraagt de uitbreidingsbehoefte per school gedurende de planperiode: 1. O.b.s. De Vlindervallei, Van Galenstraat 30 Ontwikkeling brede school: uitbreiding schoolgebouw in combinatie met voormalig schoolgebouw aan de Evertsenstraat 2. Dislocatie o.b.s. De Vlindervallei, Zuiderkruis 4 Uitbreidingsbehoefte: 3 lokalen 3. RK-basisschool De Tafelronde Uitbreidingsbehoefte: 2 lokalen, bouwvergunning is al verleend 4. RK-Michaelschool, Van Galenstraat 4 Uitbreidingsbehoefte: 2 lokalen 5. Piet Mondriaanschool, Columbusweg 40 Uitbreidingsbehoefte: 6 lokalen
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 29 -
Toelichting 28 januari 2003
Uitgangspunten bestemmingsopzet Op basis van het vorenstaande kunnen de volgende uitgangspunten voor de bestemmingsopzet worden geformuleerd: bestaande maatschappelijke voorzieningen in de wijk specifiek bestemmen, waarbij voor zover daartegen vanuit stedenbouwkundig oogpunt geen bezwaren bestaan, uitbreidingsmogelijkheden worden geboden; met vrijstelling functieverandering naar andere maatschappelijke functies toestaan; bestaande uitbreidingsplannen in het bestemmingsplan verwerken.
3.4
Detailhandel
Huidige situatie De detailhandelsvoorzieningen in Kruiskamp-De Koppel liggen zeer verspreid over de wijk (zie afbeelding 8). Op een aantal plaatsen is sprake van concentratie van detailhandelsvoorzieningen. In De Koppel zijn de detailhandelsvoorzieningen geconcentreerd in een winkelstrip langs de Meridiaan. In Kruiskamp is sprake van een concentratie in het winkelcentrum Neptunusplein en de naastgelegen Van Randwijcklaan. Het winkelcentrum heeft een ruim aanbod en vervult tevens een functie voor de wijken Liendert, Rustenburg en De Koppel. In het centrum zijn enige trekkers aanwezig zoals Super De Boer en Komart. Daarnaast is nog een aantal subtrekkers gevestigd zoals Etos, Kruidvat en Zeeman Textiel. Het winkelcentrum bestaat voor een deel uit twee verouderde winkelstrips (jaren 60). Enige jaren geleden is het centrum uitgebreid met een geheel nieuw bouwblok. Hierdoor is het aanbod vergroot met gevarieerde branches en heeft het centrum een meer eigentijdse uitstraling gekregen. Desondanks functioneert het centrum sinds de nieuwbouw matig en zijn er problemen met de invulling van winkelpanden. De winkels die aan de parkeerplaats grenzen, liggen verscholen onder een galerij en zijn daardoor vanaf de straat nauwelijks zichtbaar. Het winkelcentrum is opgenomen in het gebied dat op afzienbare termijn zal worden herontwikkeld en waarvoor een afzonderlijk bestemmingsplan wordt opgesteld. In bijlage 1 van deze toelichting is een overzicht opgenomen van alle in het plangebied voorkomende detailhandelsbedrijven en overige bedrijvigheid. De overige, verspreid over de wijk liggende detailhandelsvestigingen, staan veelal onder druk. In een aantal gevallen is sprake van ‘door de markt gesaneerde’ winkelvoorzieningen. Een zinvolle nieuwe invulling van deze locaties is gewenst, waarbij deze op sommige locaties niet noodzakelijkerwijs uit detailhandel hoeft te bestaan. Beleid In de Nota Detailhandel 2002 “winkelen in Amersfoort”, staan drie punten centraal: Handhaven van de fijnmazige winkelstructuur; handhaven en versterken van de regio-positie; inspelen op nieuwe marktontwikkelingen. Wat de trends betreft is er in toenemende mate sprake van een streven naar clustering van winkels en andere voorzieningen, schaalvergroting op alle niveaus en schaalverkleining als gevolg van centralisatie- en specialisatietendensen, een toenemende vraag naar perifere locaties en meer complementariteit in de fijnmazige winkelstructuur. In het licht van bovengenoemde doeleinden wordt in Amersfoort het verruimde beleid voor perifere e en grootschalige detailhandelsvestigingen (een voorstel van het kabinet in het kader van de 5 Nota Ruimtelijke Ordening) terughoudend ingevuld. Daarmee wordt voorkomen dat reguliere winkelcentra ontwricht worden. In Amersfoort wordt vastgehouden aan de fijnmazige winkelstructuur met een hiërarchie in het winkelapparaat: kernwinkelgebied, stadsdeel-, wijk- en buurtcentra. De uitgangspunten voor het te voeren detailhandelsbeleid zijn: Behoud en versterking van de positie van het kernwinkelapparaat als lokaal en regionaal koopcentrum met uitgaansmogelijkheden (horeca, cultuur, markt etc.); een optimale verzorging van de consument op een voor de detailhandelsondernemer renderende wijze; Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 30 -
Toelichting 28 januari 2003
een hiërarchisch netwerk van winkelcentra (binnenstad – stadsdeel – wijk - buurt), waarbij een centrum van lagere orde de functie van een centrum van hogere orde niet mag aantasten; een distributie-planologisch verantwoorde afstemming van de aard en omvang van winkelcentra op hun verzorgingsgebied; grootschalige detailhandelsvestigingen als aanvulling op het bovengenoemde, mede gezien de marktontwikkelingen op nader te bepalen locaties en in nader te bepalen branches. Voorkomen moet echter worden dat deze ontwikkelingen de reguliere winkelcentra structureel kunnen gaan ontwrichten; met de komst van Vathorst komt er, naast ruimte voor de winkelvoorzieningen aldaar, extra marktruimte voor de Binnenstad en Emiclaer.
Het in Kruiskamp gelegen winkelgebied Neptunusplein moet voldoende distributieplanologische ruimte krijgen om als winkelcentrum goed te kunnen functioneren. Daarnaast kan verbetering van het winkelcentrum ontstaan wanneer de in het wijkperspectief gesignaleerde problematiek wordt opgelost. Het winkelcentrum valt echter binnen het gebied Willem-Barendsstraat-Neptunusplein en zal in die ontwikkeling worden meegenomen. Toekomstige ontwikkeling: herontwikkeling gebied Willem Barendsstraat-Neptunusplein Momenteel wordt gewerkt aan de herontwikkeling van het gebied Willem Barendsstraat-Neptunusplein. De hoofdlijnen van de gewenste ontwikkeling zijn vastgesteld, de concrete stedenbouwkundige invulling is nog onvoldoende uitgekristalliseerd om in het plan op te nemen. In een later stadium, wanneer het plan meer gestalte heeft gekregen, zal de gewenste inrichting in een afzonderlijke herziening van het vigerende plan kunnen worden vastgelegd. Het uitbreidingsplan Kruiskamp (goedgekeurd 22 april 1952) blijft daarmee voorlopig op deze plek nog gelden. Toekomstige ontwikkeling: etnisch ondernemerschap Met het uitvoeringsprogramma Ondernemend Kruiskamp-Koppel wil de gemeente Amersfoort etnisch ondernemerschap stimuleren. Daarbij gaat het vaak om een relatief kleinschalige bedrijfsvoering. Om ruimte te kunnen bieden aan eventuele ontwikkelingen alsmede om een acceptabel verzorgingsniveau te waarborgen, is het zinvol bestaande, al dan niet leegstaande bedrijven en detailhandelsvoorzieningen positief te bestemmen en op sommige locaties menging van functies toe te staan. Uitgangspunten bestemmingsopzet Op basis van het vorenstaande kunnen de volgende uitgangspunten voor de bestemmingsopzet worden geformuleerd: met uitzondering van de detailhandelsbedrijven die zijn gesitueerd binnen de herinrichtingsgebieden, worden alle detailhandelsbedrijven als zodanig bestemd (op sommige percelen zal een menging van functies toegestaan worden wat tot uitdrukking wordt gebracht in een bestemming “gemengde doeleinden”); leegstaande bedrijfspanden en detailhandelsbedrijven positief bestemmen teneinde mogelijkheden te behouden c.q. creëren voor o.a. het etnisch ondernemerschap; detailhandel als recht op de begane grondvloer toestaan; met vrijstelling is het mogelijk om deze functie ook op de eerste verdieping toe te laten ( onder voorwaarden); op een aantal locaties menging van de functies bedrijven, detailhandel en kantoren toestaan;
3.5
Horeca
Huidige situatie Verspreid over het plangebied komt een aantal horecabedrijven voor (zie afbeelding 8). Er is sprake van enige concentratie van horeca-inrichtingen in het winkelcentrum Neptunusplein en in de winkelstrip aan de Meridiaan. In het plangebied is een drietal coffeeshops gevestigd op de percelen Schimmelpenninckstraat 2 (“Alem”), Van Galenstraat 31 (“Free time”) en Van Almondestraat 3 (“Tearoom Relax”). Beleid In juni 2000 is de “Nota horecabeleid Amersfoort 2000-2005” vastgesteld. Deze nota is primair gericht op de gewenste horeca-ontwikkeling in relatie tot de groei van de stad Amersfoort tot 2005. Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 31 -
Toelichting 28 januari 2003
Het uitgangspunt bij deze ontwikkeling is, dat er een goed evenwicht moet zijn tussen het woon- en winkelklimaat en de uitbreiding van het aantal horecabedrijven. Het is met name gericht op de aspecten ruimtelijke ordening, openbare orde en milieu. In de Nota horecabeleid is een onderscheid gemaakt tussen horeca-A vestigingen, horeca-B vestigingen en horeca-C vestigingen. Het onderscheid berust grofweg op het verschil tussen inrichtingen waar de nadruk ligt op het eten (A) en inrichtingen waar de nadruk ligt op het consumeren van alcoholhoudende dranken (B). Horeca-C komt niet als zelfstandige functie voor maar is bedoeld voor inrichtingen waar het gebruik van alcoholische dranken een ondergeschikte functie vervult ten opzichte van de hoofdfunctie (bijvoorbeeld sportkantines, hotels e.d.). Eventuele uitbreiding van de horeca zal met name plaatsvinden in de stadsvernieuwingsplannen Kern, Bloemendal, Kamp-Zuidsingel, CSG-Zuid en CSG-Noord. Initiatieven om te komen tot een vestiging van een discotheek in het centrum zullen worden gestimuleerd. Er zijn nieuwe openingsen sluitingstijden gekomen voor de verschillende horecagelegenheden en de veiligheid rondom deze gelegenheden moet worden verhoogd. Een aantal bestaande horeca-B bedrijven zal, in goed overleg met de ondernemer, moeten worden verplaatst. En als laatste is een goed handhavingsbeleid van belang om het vastgestelde horecabeleid te kunnen effectueren. Voor Kruiskamp-Koppel bestaat er geen aanleiding om het aantal horecavestigingen uit te breiden. In 1996 heeft de gemeenteraad het “Plan van aanpak regulering coffeeshops” vastgesteld. In dit plan werd het gedoogbeleid voor coffeeshops in de gemeente aangescherpt. In aansluiting daarop heeft de gemeenteraad in 1999 de beleidsnotitie “Evaluatie gedoogbeleid coffeeshops” vastgesteld. In de notitie zijn criteria vastgesteld waaronder de gemeente een zgn. gedoogbeschikking afgeeft. Eén van de voorwaarden die voor het bestemmingsplan van belang is, is dat de inrichting een zgn. horeca(A) bestemming dient te hebben. In het plangebied bevinden zich momenteel 3 coffeeshops. Eén coffeeshop zorgt in aanmerkelijke mate voor overlast in de woonomgeving (“Tearoom Relax”). Om deze reden wordt aan dit pand geen horecabestemming toegekend. Uitgangspunten bestemmingsopzet Op basis van het vorenstaande kunnen de volgende uitgangspunten voor de bestemmingsopzet worden geformuleerd: alle bestaande horecavestigingen als zodanig bestemmen; door middel van bestemmingscategorieën onderscheid aanbrengen in type horecagelegenheid (horeca-A, horeca-B, horeca-C); de bestemming horeca(A) toekennen aan de bestaande, gedoogde coffeeshops, behalve aan “Tearoom Relax” aan de Van Almondestraat 3; er worden geen nieuwe horecavoorzieningen toegestaan.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 32 -
Toelichting 28 januari 2003
3.6
Bedrijven
Huidige situatie In tabel 3 staan de gegevens over de aantallen bedrijven en de aantallen daarin werkzame personen in Kruiskamp-Koppel weergegeven. Tabel 3: Werkgelegenheid Kruiskamp-Koppel.
Totaal Landbouw, industrie en bouw Handel, horeca en vervoer Commerciële diensten Niet-commerciële diensten
Bedrijven 221 15,5% 38,1% 18,6% 27,9%
Werkzame personen 1.757 10,6% 19,1% 32,0% 47,3%
*gegevens zijn exclusief Schimmelpenninckstraat e.o. en inclusief de Grote Koppel e.o. * bron: PAR medio 2000
Op afbeelding 8 is een overzicht gegeven van de in Kruiskamp-Koppel voorkomende bedrijvigheid en voorzieningen. Uit afbeelding 8 valt af te lezen dat de bedrijvigheid in Kruiskamp-Koppel een grote mate van spreiding kent. De bedrijven zijn als het ware als confetti over de wijk uitgestrooid. In de Koppel (exclusief de Grote Koppel e.o.) komt slechts op enkele plaatsen bedrijvigheid voor. In de eerste plaats betreft dit een schoonmaakbedrijf en een opnamestudio aan de Hooglandseweg en in de tweede plaats een strip aan de Meridiaan waar onder andere garage Honda Vreekamp b.v. is gevestigd. Tenslotte is nog een tweetal bedrijfspandjes gevestigd aan respectievelijk de Galjoenweg 3 en de Korvetweg 13. In Kruiskamp komt, naast een groot aantal verspreid liggende bedrijven, op een aantal plaatsen een clustering van bedrijven voor. In de eerste plaats is hier sprake van langs de Van Galenstraat, waar onder andere een tweetal autobedrijven, een bouwbedrijf en een smederij zijn gevestigd. Verder is een bedrijventerreintje aanwezig op het perceel dat wordt omsloten door de Dirk Loogenstraat, Van Goudoeverstraat en de Westreenenstraat. Voorts is nog sprake van een clustering van bedrijven langs de Van Randwijcklaan. Tenslotte is nog op een tweetal locaties sprake van een kantorengebouw en –complex. Dit betreft achtereenvolgens Amersfoortstaete aan de Hogeweg 25—39 en het terrein van Dienst Gebouwen Werken en Terreinen (DGWT) aan het Zeevaarderspad 7. Dit perceel is momenteel in gebruik bij het Ministerie van Defensie. Beleid Voor het gebied Kruiskamp-Koppel is, met uitzondering van de herontwikkellocaties Spoorzone en gebied Willem Barendsstraat e.o., geen specifiek beleid geformuleerd ten aanzien van bedrijven. Momenteel is beleid in voorbereiding voor het zgn. ‘etnisch ondernemerschap’. Op voorhand is al wel duidelijk dat voor de uitvoering van dit beleid vestigingsmogelijkheden aanwezig moeten zijn en waar nodig versterkt moeten worden. Daarnaast is, bij gebleken behoefte aan flexibiliteit, een onderlinge uitwisselbaarheid van een aantal functies gewenst. Daarbij valt te denken aan kantoren, detailhandel en bedrijven behorend tot milieucategorie 1. Om deze reden is het gewenst aan een aantal locaties een bestemming toe te kennen die gemengde functies toelaten. Gelet op het specifieke karakter van het kantorengebouw Amersfoortstaete en het terrein van DGWT is het gewenst aan deze percelen een kantorenbestemming toe te kennen. Een zekere mix van bedrijven en wonen draagt voorts bij aan een levendig en gevarieerd woon/werkmilieu. Een dergelijke functiemenging is al aanwezig in Kruiskamp-Koppel en dient behouden of versterkt te worden. Een belangrijke randvoorwaarde daarbij is dat de nu vergunde en in de toekomst nog te vergunnen milieuruimte zodanig in stand blijft resp. tot stand kan komen dat functiemenging het onderling functioneren van bestemmingen milieuhygiënisch niet onmogelijk maakt. Het is ongewenst dat eventuele milieuhygiënische problemen worden vergroot. Om dit te voorkomen is in het bestemmingsplan een nadere milieuzonering opgenomen, die is afgestemd op de directe nabijheid van woningen rond deze bedrijven. Teneinde milieu-hinderlijke Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 33 -
Toelichting 28 januari 2003
bedrijven uit te sluiten, is in het bestemmingsplan een zgn. Staat van Bedrijfsactiviteiten opgenomen. Deze lijst legt een koppeling tussen de aard van de bedrijven en de ter plaatse acceptabele milieubelasting. Bij recht zijn ook andere bedrijven dan de bestaande toegestaan, doch wel onder de voorwaarde dat de bewuste bedrijven behoren in bepaalde milieucategorieën. Met vrijstelling kunnen eventueel ook bedrijven uit een naasthogere milieucategorie worden toegestaan mits de gevolgen van deze bedrijven op de woonomgeving vergelijkbaar zijn met de bij recht toegestane bedrijven. In 2000 heeft de gemeenteraad de “Nota prostitutiebeleid gemeente Amersfoort” vastgesteld. In de nota is het beleid van de gemeente Amersfoort neergelegd ten aanzien van seksinrichtingen. Dit beleid werd noodzakelijk door de wijziging van het Wetboek van Strafrecht per 1 oktober 2000 (opheffing algemene bordeelverbod). In de nota is bepaald dat er in Amersfoort maximaal 7 seksinrichtingen kunnen worden gevestigd. Op het perceel Dirk Loogenstraat 1 is drukkerij Vonk Prepress gevestigd. Boven deze drukkerij is op de eerste verdieping (huisnummer 3) een besloten club/privéhuis gevestigd. De raad heeft geoordeeld dat de seksinrichting op genoemd perceel ruimtelijk gezien als passend moet worden ervaren. Om deze reden is het perceel voorzien van de aanduiding “Seksinrichting (besloten club) toegestaan”. Aan de inrichting worden geen verdere uitbreidingsmogelijkheden geboden. Uitgangspunten bestemmingsopzet Op basis van het vorenstaande kunnen de volgende uitgangspunten voor de bestemmingsopzet worden geformuleerd: bestaande bedrijven specifiek bestemmen tot “bedrijven” met een nader code inzake de toelaatbare milieucategorieën; reële uitbreidingsmogelijkheden per bedrijfslocatie opnemen; voor een aantal locaties mogelijkheden opnemen voor gemengde functies; voor Amersfoortstaete en het terrein van DGWT een specifieke kantorenbestemming opnemen.
3.7
Verkeer en verblijf
Huidige situatie Interne en externe ontsluitingsstructuur en categorisering wegen Deelgebied de Koppel is middels de Meridiaan aangesloten op de van het stedelijke hoofdnetwerk deel uitmakende Ringweg Koppel (zie afbeelding 9). Naar de binnenstad is alleen een rechtstreekse verbinding voor het langzaam verkeer (en hulpdiensten) aanwezig via de Meridiaantunnel. In het wegcategoriseringsplan uit het Verkeers- en vervoerplan 1999 (VVP 1999) zijn alle wegen in de Koppel aangewezen als erftoegangsweg. Alleen de Ringweg Koppel heeft een gebiedsontsluitende functie. De Kruiskamp heeft een drietal aansluitingen op het stedelijke hoofdnetwerk via de Liendertseweg, de Van Randwijcklaan en de Columbusweg. Daarnaast is aan de zijde van het centrum nog een aansluiting op de Hogeweg via de Scheltussingel en de Flierbeeksingel. Daarnaast bestaat een rechtstreekse verbinding met het centrum via de Scheltussingel. In het wegcategoriseringsplan uit het VVP 1999 zijn de Ringweg Kruiskamp, de Van Randwijcklaan en de Flierbeeksingel aangewezen als gebiedsontsluitingsweg. De Liendertseweg en de Scheltussingel kennen momenteel een maximumsnelheid van 50km/u. Weliswaar zijn deze wegen in het VVP aangewezen als erftoegangsweg (30km-zone), maar vanwege gebruik en functie van deze wegen is het denkbaar dat zij in de toekomst toch een maximumsnelheid van 50km/u zullen houden. Voor de Scheltussingel betreft dit alleen het gedeelte tussen Van Randwijcklaan en Van Assenraadstraat. Daarom houden deze wegen in het bestemmingsplan de bestemming verkeersdoeleinden. In 1997 is deelgebied Kruiskamp ingericht als 30km-zone, met uitzondering dus van Liendertseweg, Scheltussingel en Van Randwijcklaan. Ook het gebiedje rond de Schimmelpenninckstraat is nog niet aangewezen als 30km-zone. Dit zal op termijn wel gebeuren. De Koppel is nog niet aangewezen en ingericht als 30km-zone. Dit zal op z’n vroegst na 2004 gebeuren.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 34 -
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 35 -
Toelichting 28 januari 2003
In de Koppel is slechts één openbaar vervoerroute aanwezig die over de Kwekersweg en de Ringweg Koppel loopt. In Kruiskamp lopen openbaar vervoerroutes over de Ringweg Kruiskamp, de Liendertseweg, de Van Randwijcklaan en een deel van de Scheltussingel (zie afbeelding 9). Het plangebied wordt doorsneden door de spoorlijn Amersfoort –Zwolle/Apeldoorn. Zoals al eerder werd opgemerkt, zal voor het gebied Spoorwegzone een afzonderlijk bestemmingsplan worden opgesteld. Deze zone behoort dan ook niet tot het plangebied van het voorliggende plan. Beleid Het gemeentelijk verkeersbeleid is verwoord in het “Verkeers- en Vervoerplan 1999”. De kernpunten hierin zijn: het beperken van de groei van de automobiliteit door het stimuleren van het gebruik van de fiets en het openbaar vervoer; het terugdringen van het niet noodzakelijke autoverkeer; het verbeteren van de leefbaarheid; het verbeteren van de verkeersveiligheid; het verbeteren van de bereikbaarheid voor het economisch noodzakelijke verkeer. Onder het kopje “huidige situatie” is de categorisering van de wegen in Kruiskamp-Koppel beschreven zoals opgenomen in het wegcategoriseringsplan uit het VVP 1999. De gebiedsontsluitingswegen hebben een verzamel- en stroomfunctie voor het gemotoriseerde verkeer. De intensiteiten en snelheden zijn hoger (50 km/uur) dan op de erftoegangswegen (30 km/uur). Voor deze laatste wegen staat de verblijfskwaliteit van het langzame verkeer centraal. De desbetreffende wegen worden ingericht volgens de beoogde functie. In het derde kwartaal van 2001 is het Fietsstimuleringsplan vastgesteld. Daarin is een aantal snelfietsroutes opgenomen. Door deelgebied de Koppel lopen de snelfietsroutes naar Hoogland en Nieuwland/Vathorst via respectievelijk de Meridiaan en de Keerkring. Door Kruiskamp lopen de snelfietsroutes naar Hooglanderveen en Hoevelaken via respectievelijk de route langs de spoorlijn en de Van Randwijcklaan. Op dit moment staat nog niet vast wanneer de realisatie van deze snelfietsroutes plaatsvindt. In het voorjaar 2001 is de bestuurlijke rapportage Hoogwaardig Openbaar Vervoer-Noord (HOVNoord) afgerond. Deze rapportage geeft de beoordeling van een aantal mogelijke varianten voor een (H)OV-ontsluiting voor Vathorst/Amersfoort-Noord. In een aantal varianten loopt het HOV-tracé over de Kwekersweg en de Ringweg Koppel. De definitieve besluitvorming en verdere uitwerking is op dit moment nog niet afgerond. Naast het Verkeers- en Vervoersplan is in 2002 een aparte nota opgesteld voor het parkeerbeleid. Doel van de nota is het komen tot gemeentelijke parkeernormen voor de verschillende functies in Amersfoort met een duidelijk en gedragen parkeer- en locatiebeleid voor de komende jaren. Een gebiedsgewijze en interdisciplinaire aanpak staan hierbij voorop. Bij alle nieuwe ontwikkelingen in Kruiskamp-Koppel moet worden voldaan aan de parkeernormen. Winkels, bedrijven, kantoren, woningen en andere voorzieningen moeten voorzien in parkeergelegenheid op eigen terrein. Op sommige locaties in de wijk is sprake van enige parkeerproblemen, met name in de gebieden die heringericht zullen gaan worden. Bij de opstelling van het plan is nagegaan op welke plekken parkeergelegenheid kan worden gerealiseerd. Voorzover daartoe mogelijkheden bestaan zullen deze bij recht in het plan worden opgenomen in de bestemming “verblijfsdoeleinden”. Uitgangspunten bestemmingsopzet Op basis van het vorenstaande kunnen de volgende uitgangspunten voor de bestemmingsopzet worden geformuleerd: de hiërarchie van wegen in de bestemming tot uitdrukking laten komen: onderscheid maken tussen wegen met primair een verkeersfunctie en wegen met primair een verblijfsfunctie; behalve de rijbanen zelf, ook de bijbehorende bermen, voetpaden, fietspaden en parkeerplaatsen in de bestemming opnemen; binnen de bestemming behoort herinrichting tot de mogelijkheden.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 36 -
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 37 -
Toelichting 28 januari 2003
3.8
Openbare ruimte
In deze paragraaf wordt de openbare ruimte behandeld, met uitzondering van de functies verkeer en verblijf, die al in de voorgaande paragraaf zijn behandeld. Huidige situatie Groenvoorzieningen De wijk Kruiskamp-Koppel biedt een relatief afwisselend aanzicht door de zeer verschillende stedenbouwkundige en architectonische opzet van de verschillende buurten en complexen. Er is relatief veel hoogbouw in de wijk met daartussen grote, aaneengesloten percelen groen. Een goed voorbeeld hiervan wordt gevormd door de hoogbouw in het gebied dat wordt begrensd door de Ringweg-Kruiskamp, Bartholomeus Diasstraat, Magelhaenstraat en de Van Randwijcklaan. Eveneens kenmerkend is de typische strokenbouw verkaveling en blokverkaveling aan de Koppelweg e.o. met brede groenstroken en aaneengesloten groenpercelen. Grenzend aan dit gebied, langs de Hooglandsedijk, bevindt zich een moerasachtig gebied. In dit gebied loopt een oude meander van de Eem. Naast deze, de structuur ondersteunende groenpartijen komen verspreid over de wijk nog diverse groenpartijen voor, al dan niet voorzien van een waterpartij of –gang. Als voorbeeld kan worden genoemd de speeltuin aan de Pullstraat/Van Assenraadstraat. Op afbeelding 10 staat al het structurele groen van Kruiskamp-Koppel nader aangegeven. Op deze afbeelding staan eveneens de monumentale bomen binnen het plangebied nader aangegeven. Water In het plangebied komen enige grotere watergangen en –partijen voor. In de eerste plaats betreft dit het Valleikanaal, dat de natuurlijke begrenzing van het plangebied vormt aan de noordzijde. Daarnaast betreft dit een oude loop van de Eem, gelegen langs de Hooglandsedijk. Voorts loopt een vijverpartij langs de Keerkring, ter hoogte van de sportvelden. Verder komen nog enkele kleinere vijvers en watergangen in het gebied voor. Op afbeelding 11 staan de watergangen nader aangegeven. Van de genoemde watergangen is slechts het Valleikanaal door het waterschap aangewezen als zgn. primaire watergang. Speelvoorzieningen In het plangebied komt een redelijk aantal speelvoorzieningen voor. Deze speelvoorzieningen variëren van een groot speelterrein (bijv. aan de Pullstraat/Van Assenraadstraat) tot kleine speelterreintjes met slechts enkele speeltuigen. De stoepen in het plangebied zijn echter over het algemeen vrij smal waardoor deze minder geschikt zijn als speelruimte. Wel zijn er voldoende groenvoorzieningen, al dan niet met een speelvoorziening, die als speelruimte worden gebruikt. Daarnaast komt in het plangebied een tweetal zgn. Buitenkasten voor. Dit zijn uitleenplaatsen voor speelgoed. Bij deze uitleenplaatsen, gevestigd aan de Magelhaenstraat 22 en de Orion 30-1, is tevens een speelterrein aangelegd, dat mede een functie vervult als ontmoetingsplaats voor ouders van de spelende jeugd.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 38 -
Toelichting 28 januari 2003
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 39 -
Toelichting 28 januari 2003
Beleid Groenvoorzieningen Het gemeentelijk groenbeleid is verwoord in een aantal nota’s en plannen. Voor monumentale bomen is beleid vastgelegd in de “Bomennota 1992. Monumentale bomen en andere waardevolle houtopstanden”. Doel van deze nota is de bescherming en instandhouding van de bijzondere bomen in de gemeente Amersfoort. Dit kan worden bereikt door de waarde van deze bomen onder de aandacht te brengen, door publiciteit, door het jaarlijks organiseren van de boomplantdag en door het toekennen van een bijdrage in de kosten aan particulieren voor het instandhouden van hun boombezit. Het gemeentebestuur heeft in 1995 besloten om op het groen te gaan bezuinigen door uitgifte van groenstroken. Hiervoor is het “Plan van aanpak voor de uitgifte van groenstroken” opgesteld. Dit plan bevat criteria waar groen aan moet voldoen om voor uitgifte in aanmerking te komen. In 1996 is het “Landschapsbeleidsplan” opgesteld waarin de visie op de meest gewenste ontwikkeling van de ecologische, visueel ruimtelijke en cultuurhistorisch waarden van het buitengebied wordt verwoord. Het beleid is gericht op versterking van natuur en landschap in Amersfoort. In “Amersfoort Groenwaardig. Groenbeheervisie Amersfoort 2000-2010. Plan van aanpak”, wordt het op te stellen beheerbeleid voor alle (openbare) groenvoorzieningen voor de komende 10 jaar beschreven. Het beleid geeft inzicht in zowel de inrichtingskwaliteit van het groen als het benodigde beheer. Het doel van de beheervisie is: het bieden van een beleidskader voor het beheer en onderhoud aan bestuurders, beheerders en gebruikers van het openbaar groen; het anticiperen op nieuwe ontwikkelingen, waaronder: de veranderende bevolking en wensen en waarderingen van het groen, nieuwe inzichten in het beheer van het groen (techniek, ecologie), de verstedelijking van de stad et cetera; het ontwikkelen van een toetsingskader voor andere werkgebieden in de openbare ruimte, zoals: schoonhouden en netheid, speelvoorzieningen, verhardingen, et cetera. In Kruiskamp-Koppel bevindt zich een aantal structuurbepalende groenelementen die behouden moeten worden. Deze elementen hebben ook een recreatieve functie. De groenelementen die geen structurele functie hebben worden afgestoten en in de overige bestemmingen ondergebracht (veelal: woondoeleinden en verblijfsgebied). Verspreid over het plangebied komen waardevolle bomen voor. Deze bomen dienen bij voorkeur gehandhaafd te blijven. Daarom zijn deze bomen op de plankaart voorzien van de aanduiding “monumentale bomen”. Water Provinciale Staten van Utrecht hebben in 1999 het Waterhuishoudingsplan “Water op orde” vastgesteld dat de gewenste ontwikkelingen in het waterbeheer in de provincie Utrecht aangeeft voor de periode tot juni 2003. Naast het thema “water als ordenend principe” dat als een rode draad door het gehele plan loopt zijn de speerpunten in dit plan: verdroging; een belangrijke oorzaak van achteruitgang in de natuur; waterbodems; in onze provincie vaak sterk verontreinigd waardoor de gebruiksfuncties van het watersysteem worden bedreigd; diffuse bronnen; zorgen inmiddels voor het leeuwendeel van de verontreiniging van het oppervlaktewater. Het gaat vaak om stoffen die via het riool in het water terecht komen en om bestrijdingsmiddelen die wegspoelen naar sloten; stedelijk waterbeheer en riolering; duurzaam stedelijk waterbeheer kan mogelijkheden bieden om problemen, zoals de bovengenoemde punten, te voorkomen of op te lossen; veiligheid; er dient nu al rekening te worden gehouden met toekomstige bodemdaling, stijging van de zeespiegel en klimaatverandering om wateroverlast door overmatige neerslag en uitzonderlijk hoge waterstanden te voorkomen; gebiedsgerichte projecten; samenwerking tussen overheden met de streek om allerlei problemen op het gebied van bijvoorbeeld milieu, landbouw, natuur, recreatie en verkeer, op te lossen. Het thema “water als ordenend principe” houdt in dat voordat er beslissingen worden genomen op ruimtelijk gebied er meteen wordt bekeken welke gevolgen die hebben voor watersystemen. Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 40 -
Toelichting 28 januari 2003
Het gebied Kruiskamp-Koppel is op de functiekaart behorende bij dit plan aangemerkt als stedelijk gebied. Dit betekent dat de inrichting en het beheer van het waterhuishoudkundig systeem primair is gericht op de bebouwing en infrastructuur. De doelstellingen voor deze functie zijn: het afstemmen van de waterhuishouding op de grondwaterstand die gewenst is voor bebouwing en infrastructuur om zakkingen te voorkomen en om de voeten droog te houden; het voorkomen of tot een voor bebouwing en infrastructuur aanvaardbaar risico beperken van wateroverlast; het verbeteren van de belevings- en recreatieve waarde van het watersysteem; het ontwikkelen en behouden van natuur in de stad; het voorkomen van verontreiniging van schoon water; het voldoen aan de MTR waarde (Maximaal Toelaatbaar Risico) uit de Vierde Nota Waterhuishouding. Voor de duurzame instandhouding, de ontwikkeling en het herstel van natuurwaarden is op landelijk niveau de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) in het leven geroepen. De EHS verbindt kerngebieden, natuurontwikkelingsgebieden en verbindingszones tot een landsdekkend, samenhangend ecologisch netwerk. Op provinciaal niveau heeft het beleid voor Utrecht doorgang gekregen in het Beleidsplan Natuur en Landschap (Provincie Utrecht, 1992). Dit beleid is nader uitgewerkt in het Werkdocument Ecologische Verbindingszones (Provincie Utrecht, 1994). Het Werkdocument doet concrete voorstellen voor de invulling van de binnen de PEHS gelegen verbindingszones. Als hoofdlijnen van het voorgestelde toekomstbeeld van het Valleikanaal zijn genoemd waardevolle oevers, plasdrasstroken en enkele aanliggende moeraszones met ondiepe plasjes die een open waterverbinding met het Valleikanaal hebben en de Grebbeliniedijk met een grote variatie in aanwezige biotopen. Het Valleikanaal wordt gezien als ecologische verbindingszone tussen het bovenstroomse en benedenstroomse land, waarbij het Valleikanaal dienst doet als corridor voor migrerende fauna. Aandachtspunt voor het Valleikanaal is het tegengaan van hoge en korte afvoerpieken, zodat extreme verschillen in waterstand worden voorkomen. De op termijn te realiseren natuurvriendelijke oevers kunnen immers slechts een periodiek waterstandsverschil van ca. 30 cm. overleven. In 1998 zijn door de gemeente Amersfoort en het waterschap Vallei en Eem “Uitgangspunten integraal inrichtingsplan Valleikanaal Amersfoort” opgesteld. Daarin worden de (on-)mogelijkheden voor inrichting van het kanaalgebied als ecologische verbindingszone nader verkend. In het Waterbeheersplan Vallei & Eem 2000-2004 is aangegeven dat het Valleikanaal prioriteit heeft bij de realisatie van de inrichting als ecologische verbindingszone. In het rapport “Stedelijke Ecologie in Kaart: de ecologische structuur van Amersfoort op stadsniveau” is de gemeentelijke visie op de ecologische structuur van Amersfoort vastgelegd. Zowel het Valleikanaal als het aangrenzende moerasje langs de Hooglandsedijk zijn daarin aangemerkt als hoofdgebied. Dit zijn gebieden met een belangrijke ecologische waarde. Ook hierin wordt gesproken over natuurvriendelijke herinrichting van de oevers van het Valleikanaal. Het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer heeft in november 2000 de brochure “De Waterparagraaf. Handreiking water in bestemmingsplannen” uitgebracht. In deze brochure worden aanbevelingen gedaan over hoe om te gaan met water in bestemmingsplannen. Bij het opstellen van dit plan is rekening gehouden met het gestelde in deze brochure en zijn gedane suggesties overgenomen.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 41 -
Toelichting 28 januari 2003
Uitgangspunten bestemmingsopzet Op basis van het vorenstaande kunnen de volgende uitgangspunten voor de bestemmingsopzet worden geformuleerd: het structureel groen in de wijk bestemmen tot “groenvoorzieningen”, de overige groengebieden bij de andere bestemmingen betrekken; karakteristieke bomen en bomenrijen aanduiden met “monumentale bomen”. Middels een aanlegvergunningstelsel wordt hier een beperking gesteld aan de toegelaten werken en werkzaamheden; de hoofdwatergangen (‘primaire’ watergangen), inclusief (onderhouds)strook bestemmen tot “waterstaatsdoeleinden”, het overige water (‘tertiaire watergangen) in de wijk onderbrengen in de bestemming “groenvoorzieningen”; in de voorschriften de minimaal te handhaven oppervlakte aan tertiaire watergangen en waterpartijen vastleggen; binnen de bestemmingen behoort herinrichting tot de mogelijkheden.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 42 -
Toelichting 28 januari 2003
4 4.1
JURIDISCHE OPZET Inleiding
Opzet juridische regeling In het vorige hoofdstuk is naar voren gekomen hoe de functies in het plangebied verder ontwikkeld zouden kunnen worden. Daarbij is het beleid zoveel mogelijk vertaald naar uitgangspunten voor de bestemmingsopzet. Voor zover de vertaling van deze uitgangspunten in de juridische regeling nog uitleg behoeft, wordt dit vermeld in dit hoofdstuk. Het is zaak om voor de toekomstige en bestaande bebouwing en functies een bestemmingsregeling te ontwerpen die zo veel mogelijk ruimte biedt voor verandering en aanpassing aan veranderende wensen. Het plan dient, met andere woorden, flexibel en doelmatig te zijn, en dient rechtszekerheid te bieden omtrent de ruimte voor verandering. Daar staat tegenover, dat het plan de nodige bescherming moet bieden tegen ontwikkelingen die schadelijk zijn voor anderen. Bescherming tegen een zodanige ontwikkeling wordt samengevat in de term rechtsbescherming. In het onderhavige plan heeft een en ander geleid tot de volgende principe-opzet: 1. Aan de gebruiker van gronden en opstallen worden zo veel mogelijk vrijheden gegeven om zijn eigen beleid te voeren, zonder dat de overheid daarin regels stelt. Deze vrijheden worden zonder beperking als recht in het plan geformuleerd. 2. Als in bepaalde gevallen een mogelijke beschadiging van de belangen van andere burgers wordt verwacht, geeft het plan als recht iets beperktere mogelijkheden. Voor uitzonderingssituaties biedt het plan in dat geval wel verruimde mogelijkheden, maar deze zijn voorwaardelijk in het plan opgenomen, in de vorm van een “vrijstellingsbevoegdheid” of, voor zwaardere gevallen, een “wijzigingsbevoegdheid”. In dit soort situaties, als genoemd onder 2, is het niet goed mogelijk om vooraf te bepalen onder welke voorwaarden en in welke situaties deze extra mogelijkheid zal kunnen worden toegekend dan wel de extra beperking noodzakelijk zal zijn. Wijzigen zonder goedkeuring van GS Tot 1991 was aan een wijzigingsbevoegdheid altijd automatisch een goedkeuring van Gedeputeerde Staten gekoppeld. Met de wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) in 1991, is daar een einde aan gekomen. Het zevende lid van artikel 11 WRO maakt het wijzigen van het plan zonder goedkeuring van GS mogelijk, indien: GS bij goedkeuring van het bestemmingsplan ten aanzien van de betreffende wijzigingsbevoegdheid hebben aangegeven dat de resultaten daarvan –de wijzigingen- hun goedkeuring niet behoeven én tegen de ontwerp-wijziging geen zienswijzen kenbaar zijn gemaakt. Wanneer aan deze voorwaarden is voldaan, blijft het wijzigen een gemeentelijke aangelegenheid. Procedurebepalingen bij vrijstelling en wijziging De Algemene wet bestuursrecht (Awb) bevat in afdeling 3.4 bepalingen over de openbare voorbereidingsprocedure van een groot aantal uiteenlopende besluiten van bestuursorganen. De procedure is van toepassing als dat bij wettelijk voorschrift is bepaald, of als het bestuursorgaan (in casu het gemeentebestuur) dit zelf heeft bepaald. Uit praktische overwegingen is het zinvol zoveel mogelijk die uniforme openbare voorbereidingsprocedure te volgen in de gevallen dat een procedure, met o.a. publicatie van het ontwerp-besluit en bezwaarmogelijkheden, nodig wordt geacht. Het onderhavige bestemmingsplan bevat enige vrijstellingsbevoegdheden die qua “zwaarte” en reikwijdte directe gevolgen kunnen hebben voor andere belanghebbenden dan de aanvrager van de vrijstelling. Daarbij wordt het volgen van de openbare voorbereidingsprocedure nodig geacht. Gezien het voorgaande, bepalen de voorschriften ten aanzien van die vrijstellingsbevoegdheden dat de procedure dient te worden gevolgd die is vervat in Afdeling 3.4 van de Awb. Ook op besluiten tot wijziging wordt Afdeling 3.4 van toepassing verklaard. Daarmee wordt eveneens voldaan aan de bepaling in artikel 11 WRO, dat bij het plan wordt geregeld op welke
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 43 -
Toelichting 28 januari 2003
wijze belanghebbenden in de gelegenheid worden gesteld hun zienswijzen omtrent de wijziging naar voren te brengen. De procedure van Afdeling 3.4 Awb komt samengevat op het volgende neer: terinzagelegging aanvraag/ontwerp van het besluit gedurende vier weken voor hen aan wie gelegenheid wordt geboden hun zienswijze naar voren te brengen; tenzij een wettelijk voorschrift anders bepaalt, kan het bestuursorgaan, i.c. het gemeentebestuur, bepalen dat ook anderen, met name: een ieder, hun zienswijze naar voren mogen brengen; belanghebbenden mogen hun zienswijze naar keuze, mondeling of schriftelijk, naar voren brengen; in geval van een besluit op aanvraag, wordt de aanvrager zo nodig in de gelegenheid gesteld op de ingebrachte zienswijzen te reageren; van hetgeen mondeling naar voren wordt gebracht, wordt een verslag gemaakt; het bestuursorgaan neemt het besluit.
4.2
Bestemming woondoeleinden
Alle woningen in het plangebied zijn bestemd tot “woondoeleinden”. Elk perceel is voorzien van een bebouwingsvlak, opgebouwd uit een bouwblok en een te bebouwen erf. De bebouwing dient binnen het bebouwingsvlak gerealiseerd te worden. De voortuinen en in de meeste gevallen ook de zijtuinen zijn buiten het bebouwingsvlak gesitueerd. Bouwblok Het bouwblok geeft het vlak aan, waarbinnen de woning gebouwd mag worden. In elk bouwblok zijn op de plankaart twee codes aangegeven: de code (v), (hv), (a) of (g), waarin wordt bepaald of woningen vrijstaand (v), halfvrijstaand (hv), aaneengesloten (a) of gestapeld (g) mogen worden gebouwd; een maximale goothoogte en hoogte (bijv. 3/6). Als in een bepaald bouwblok geen goothoogte staat vermeld op de plankaart (bijv. -/6), dienen de woningen voorzien te worden van een plat dak. Het bouwblok wordt niet beperkt tot de bestaande woning. Wanneer daarvoor voldoende ruimte bestaat, worden in de regel de volgende dieptes voor het bouwblok gehanteerd: 9 m voor aaneengesloten woningen; 10 m voor halfvrijstaande woningen, en 12 m voor vrijstaande woningen. Voor bestaande woningen die een grotere diepte kennen dan de genoemde dieptes, is de bestaande diepte opgenomen. Uit praktische overwegingen is ervoor gekozen bij gestapelde woningen de bestaande diepte te handhaven. De afstand tussen de niet-aangebouwde zijde van een woning en de zijdelingse perceelsgrens dient ten minste 3 m te bedragen, of zoveel minder als de bestaande toestand is. Bij het tekenen van de bouwblokken is hier rekening mee gehouden. Bouwen buiten het bouwblok Uitgangspunt is, dat geen bebouwing buiten het bebouwingsvlak mag worden gebouwd (zoals in de voortuin). Hierop zijn echter enkele uitzonderingen gemaakt. In de eerste plaats kent het plan de gebruikelijke vrijstelling voor de bouw van erkers en ingangspartijen aan de voorgevel (tot maximaal 12 m²). De vrijstellingsbevoegdheid geldt nadrukkelijk niet voor de woningen die binnen het gemeentelijk stadsgezicht liggen en de overige, als zodanige aangeduide waardevolle panden binnen het plangebied. Op diverse plaatsen in de wijk zijn nu al uitbouwen aan de voorgevel aanwezig. Het zonder meer opnemen van deze uitbouwen in het bouwblok is niet gewenst, omdat de uitbouw in dat geval verhoogd kan worden tot de goot-/hoogte van de woning zelf hetgeen op vele lokaties tot een ongewenste visuele versmalling van het wegprofiel kan leiden. Daarom is gekozen voor de volgende regeling m.b.t. uitbouwen aan de voorzijde: Uitbouwen die nu al uit twee verdiepingen bestaan, worden in het bouwblok opgenomen. Voor lage uitbouwen (max. goothoogte van 3 m) geldt het volgende:
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 44 -
Toelichting 28 januari 2003
bestaande uitbouwen met een beperkte omvang (max. 12 m²) worden buiten het bouwblok gelaten. Voor deze uitbouwen wordt de in het voorliggende plan opgenomen vrijstelling voor uitbouwen aan de voorgevel geacht te zijn verleend.
Bijgebouwen De bijgebouwen dienen binnen het bebouwingsvlak te worden gebouwd. Voor zover de bijgebouwen binnen het bouwblok worden opgericht geldt dat de bijgebouwen op een afstand van tenminste 1 m achter de voorgevel van het hoofdgebouw, dan wel achter het verlengde daarvan, dienen te worden gebouwd. Deze regel is opgenomen om een duidelijk onderscheid te maken tussen hoofdbebouwing en de bijgebouwen in het straatbeeld. Voorkomen dient te worden dat één lange straatwand ontstaat. De goothoogte van de bijgebouwen is beperkt tot 3 m. Ook aan de oppervlakte te bouwen bijgebouwen is een maximum gesteld. De gezamenlijke oppervlakte aan aanbouwen en bijgebouwen bedraagt niet meer dan 15% van het kadastrale perceel met een maximum van 75 m². Bijgebouwen (of gedeelten daarvan) die binnen het bouwblok zijn gesitueerd worden niet meegerekend bij de oppervlaktebepaling voor zover zij voldoen aan de voor de woning voorgeschreven afstand ten opzichte van de zijdelingse perceelsgrens. Beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten aan huis Het plan voorziet in de mogelijkheid tot het verlenen van vrijstelling voor het in de eigen woning uitoefenen van beroeps- of bedrijfsmatige activiteiten. Voorwaarde is dat de woonfunctie van het pand en de daarbij behorende bijgebouwen, in overwegende mate gehandhaafd blijft. Daarnaast zijn voorschriften opgenomen ter voorkoming van milieuhinder, visuele hinder en verkeershinder. Waardevolle panden Binnen het plangebied komt een aantal woningen voor die aangemerkt kunnen worden als waardevol pand. In paragraaf 2.3 zijn de karakteristieke waarden van deze gebouwen beschreven. Omdat voor deze gebouwen nog geen bescherming geldt op grond van bijvoorbeeld de Monumentenwet 1988 of de Monumentenverordening Amersfoort 1999, is voor een aantal activiteiten een aanlegvergunningstelsel opgenomen in de voorschriften. Belangrijkste voorwaarde voor het verlenen van de aanlegvergunning is dat de gemeentelijke monumentencommissie over de voorgenomen activiteiten wordt gehoord.
4.3
Bestemming gemengde doeleinden
Op een aantal locaties is een menging van bepaalde functies toelaatbaar. Deze percelen zijn voorzien van de bestemming gemengde doeleinden. De menging van functies beperkt zich tot de begane grondlaag. De bovengelegen bouwlagen zijn bestemd voor bovenwoningen, voor zover daar nu al bovenwoningen aanwezig zijn. Met vrijstelling is het mogelijk eveneens de eerste verdieping voor andersoortige functies aan te wenden. De toegelaten functies bestaan uit kantoordoeleinden, enkele categorieën maatschappelijke doeleinden en op sommige plaatsen detailhandelsdoeleinden. Daarnaast is de functie bedrijfsdoeleinden toelaatbaar geacht, voorzover zij wordt beperkt tot bedrijven behorend tot milieucategorie 1, zulks vanwege de nabijheid van de bovengelegen woningen. De maximale goothoogte en hoogte zijn op de plankaart weergegeven (vastlegging bestaande situatie). Als in een bepaald bouwblok geen goothoogte staat vermeld op de plankaart (bijv. -/6), dan dienen de gebouwen voorzien te worden van een plat dak.
4.4
Bestemming maatschappelijke doeleinden
Alle bestaande maatschappelijke voorzieningen hebben de bestemming “Maatschappelijke doeleinden” gekregen. Om te voorkomen dat totaal verschillende functies onderling uitwisselbaar worden (bijv. een kerk in gebruik nemen als school), worden de huidige functies middels een nadere aanduiding op de kaart per maatschappelijke voorziening vastgelegd. Wel is in de voorschriften een vrijstellingsbevoegdheid opgenomen waardoor diverse typen maatschappelijke voorzieningen onderling tegen elkaar uitgewisseld mogen worden als de functiewisseling geen storend effect heeft op de woonomgeving. Een aantal maatschappelijke voorzieningen is mede bestemd voor horeca-C. Hieronder wordt verstaan een horeca-voorziening ten dienste van de hoofdfunctie. Gedacht kan worden aan sportkantines en buurthuizen. Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 45 -
Toelichting 28 januari 2003
De maximale (goot)hoogte en het bebouwingspercentage zijn per maatschappelijke voorziening op de plankaart aangegeven. Als in een bepaald bouwblok geen goothoogte staat vermeld op de plankaart (bijv. -/6), dan dienen de gebouwen voorzien te worden van een plat dak. Voor voorzieningen die een uitbreidingsbehoefte hebben is dit rechtstreeks verwerkt in het bebouwingspercentage. Op de plaatsen waar momenteel een bedrijfs- of dienstwoning aanwezig is, is deze op plankaart specifiek aangeduid.
4.5
Bestemming detailhandelsdoeleinden
Een aantal detailhandelsvoorzieningen heeft de bestemming “Detailhandelsdoeleinden” gekregen. De overige detailhandelsbedrijven bevinden zich in strips die de bestemming “Gemengde Doeleinden” hebben gekregen, waarmee de flexibiliteit wordt vergroot en de mogelijkheid wordt geboden om gewenste bedrijven, detailhandel, maatschappelijke doeleinden en kantoren toe te staan. Binnen de bestemming detailhandelsdoeleinden is een nader onderscheid gemaakt in categorieën detailhandel. De bestemmingen zijn daartoe voorzien van een nadere code. De reden voor dit nadere onderscheid bestaat uit het feit dat een aantal vormen van detailhandel in het plangebied om ruimtelijke redenen als minder passend wordt beschouwd. Door het specifiek aanduiden van vormen van detailhandel wordt vestiging van andersoortige vormen van detailhandel voorkomen. Binnen de bestemming detailhandelsdoeleinden zijn eveneens aan detailhandel verwante bedrijfsactiviteiten en dienstverlening met overwegend een baliefunctie toegestaan. De detailhandelsfunctie is beperkt tot de begane grond. Middels een vrijstelling is het mogelijk de eerste verdieping eveneens voor detailhandelsdoeleinden in gebruik te nemen. Wel zijn voorwaarden opgenomen tot behoud van de al aanwezige bovenwoningen en ter voorkoming van een te grote groei van de verkoopvloeroppervlakte. De maximale goothoogte en hoogte zijn op de plankaart weergegeven. Als in een bepaald bouwblok geen goothoogte staat vermeld op de plankaart (bijv. -/6), dan dienen de gebouwen voorzien te worden van een plat dak.
4.6
Bestemming horecadoeleinden
In aansluiting op de door gemeenteraad vastgestelde “Nota horecabeleid Amersfoort 2000-2005” is in het plan een driedeling gemaakt in het type horeca-gelegenheid. Er is onderscheid gemaakt tussen horeca(A), horeca(B) en horeca(C). Het onderscheid berust op de mate waarin de horecagelegenheid door zijn aard of omvang zowel gelet op functionele als milieu-overwegingen storend kan zijn voor de woonomgeving. Horeca(C) komt slechts als medebestemming terug bij maatschappelijke voorzieningen en de bedrijfsbestemming, waar de horecagelegenheid een aan de hoofdfunctie ondergeschikte functie vervult. De maximale goothoogte en hoogte zijn op de plankaart weergegeven. Als in een bepaald bouwblok geen goothoogte staat vermeld op de plankaart (bijv. -/6), dan dienen de gebouwen voorzien te worden van een plat dak. Op plaatsen waar momenteel een bedrijfs- of dienstwoning aanwezig is, is deze middels een aanduiding op de plankaart specifiek aangegeven.
4.7
Bestemming kantoordoeleinden
Op een aantal locaties bevindt zich een kantoorgebouw of –complex. Gelet op de ligging van de percelen is gekozen voor een specifieke bestemming. De kantoorfunctie hoeft zich niet te beperken tot de begane grond. Ingebruikname van bestaande, bovenliggende bouwlagen behoort eveneens tot de mogelijkheden. Daarnaast zijn bovenwoningen toegestaan. De bestaande situatie is maatgevend voor de maximaal toelaatbare goothoogte en hoogte. Deze zijn op de plankaart in het bouwblok opgenomen. Als in een bepaald bouwblok geen goothoogte staat vermeld op de plankaart (bijv. -/9), dan dienen de gebouwen voorzien te worden van een plat dak.
4.8
Bestemming bedrijfsdoeleinden
Zonering van bedrijfsactiviteiten: Staat van Bedrijfsactiviteiten De bestaande bedrijven in het plangebied zijn specifiek bestemd tot “Bedrijfsdoeleinden”. De bestemming bedrijven dient zodanig te worden ingericht, dat er voor nabijgelegen milieugevoelige functies een in milieuhygiënisch opzicht aanvaardbare situatie wordt gegarandeerd. Om milieuoverlast voor de nabijgelegen woningen te voorkomen, heeft een nadere zonering van Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 46 -
Toelichting 28 januari 2003
2
bedrijfsactiviteiten plaatsgevonden, door middel van het gebruik van een bedrijvenlijst . De aan de situatie aangepaste “Staat van Bedrijfsactiviteiten” is als bijlage bij de voorschriften opgenomen. Ten opzichte van de basislijst van de VNG heeft een nadere inperking plaatsgevonden, vanwege milieuhygiënische en planologische redenen. Deze redenen worden onderstaand nader toegelicht. De “Staat van Bedrijfsactiviteiten” legt een koppeling tussen de aard van de bedrijven en de ter plaatse acceptabele milieubelasting. Per milieu-factor (geur, stof, geluid en/of gevaar) wordt voor de verschillende bedrijven een afstand genoemd, die tot de dichtstbijzijnde woonbebouwing in acht moet worden genomen. De basislijst van de VNG kent een indeling in milieucategorieën, in zes mogelijke klassen. De indeling is afgeleid van de voor dat bedrijf geldende “grootste afstand” tot woonbebouwing: categorie 1: grootste afstand 0 of 10 m; categorie 2: grootste afstand 30 m; categorie 3: grootste afstand 50 of 100 m; categorie 4: grootste afstand 200 of 300 m; categorie 5: grootste afstand 500, 700 of 1.000 m; categorie 6: grootste afstand 1.500 m. De milieuzonering in dit bestemmingsplan is gebaseerd op de ligging van de bedrijven te midden van woonbebouwing. De toegestane categorieën bedrijven zijn met behulp van het aangeven van een code op de plankaart nader aangeduid. Met vrijstelling zijn bedrijven uit één hogere milieucategorie toelaatbaar, mits ze voldoen aan de afstandsmaten die behoren bij de als recht toegestane milieucategorieën. De hoogste milieucategorie die daarmee in het plan (met vrijstelling) wordt toegestaan, is de milieucategorie 4. Om die reden zijn in de bijlage de bedrijven, die vallen in de milieucategorieën 5 en 6 weggelaten. In de daartoe opgenomen procedure van vrijstelling kan worden bezien of de benodigde hinderbeperkende maatregelen mogelijk zijn (bijvoorbeeld in de vorm van nieuwe technieken). Criterium voor het verlenen van vrijstelling is in dit geval dat de hinder die resulteert na het nemen van maatregelen, niet groter is dan van de ter plekke wel acceptabele bedrijven zou kunnen worden verwacht. Naast genoemde vrijstelling is nog een vrijstelling opgenomen ten behoeve van bedrijven die behoren tot dezelfde milieucategorie als het bedrijf dat bij recht is toegestaan, maar dat niet voorkomt op de in de bijlage opgenomen lijst. Door middel van een wijzigingsbevoegdheid is het mogelijk om de als bijlage bij de voorschriften opgenomen “Staat van Bedrijfsactiviteiten” te actualiseren. Daarmee kan de Staat worden aangevuld met nieuwe bedrijfsactiviteiten, die nu (nog) niet op de lijst voorkomen, en die qua milieuhinder redelijkerwijs zijn te vergelijken met de wel op de lijst voorkomende bedrijfsactiviteiten. Tevens kan van deze wijzigingsbevoegdheid gebruik worden gemaakt om bepaalde bedrijfsactiviteiten lager in te schalen, als is gebleken dat door toepassing van nieuwe technieken de milieubelasting van die activiteiten structureel lager is geworden. Voor het toepassen van deze wijzigingsbevoegdheid moet het advies van de Inspecteur Milieuhygiëne worden ingewonnen. Uitgangspunt bij deze wijzigingsbevoegdheid is dat het in beginsel om een binnengemeentelijke wijzigingsprocedure gaat. Aan Gedeputeerde Staten zal n.l. worden gevraagd om bij de goedkeuring van dit plan te verklaren, dat deze wijzigingsbesluiten hun goedkeuring niet behoeve (tenzij bezwaren tegen het ontwerp-besluit zijn ingebracht; zie art. 11, lid 7 WRO). Planologische beperking van de bedrijvenlijst Uit planologisch oogpunt is het ongewenst dat in Kruiskamp-Koppel bepaalde bedrijfsactiviteiten worden toegelaten, die ‘standaard’ wel in de basislijst van de VNG zijn opgenomen. Om deze reden is het gewenst de “Staat van Bedrijfsactiviteiten” nader in te perken. Het is in ieder geval niet gewenst om detailhandel bij recht overal ter plaatse van de bedrijfsbestemmingen in de wijk toe te staan. Detailhandel dient plaats te vinden op gronden die specifiek zijn bestemd voor “Detailhandelsdoeleinden” of “Gemengde doeleinden”. De categorie detailhandelsbedrijven (SBI-code 52) is dan ook weggelaten in de bijlage “Staat van
2
Ontleend aan “Bedrijven en milieuzonering”, VNG uitgeverij, Den Haag, 1999.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 47 -
Toelichting 28 januari 2003
Bedrijfsactiviteiten”. De bestemmingsregeling voor “Bedrijfsdoeleinden” laat wel productiegebonden detailhandel toe. De in de VNG-lijst opgenomen milieucategorisering voor bedrijven is niet integraal overgenomen in de Staat van Bedrijfsactiviteiten. Omdat de Staat zich toespitst op Kruiskamp-Koppel, kan het zijn dat voor die situatie de VNG-categorisering is verhoogd of verlaagd. Overige beperkingen van de bedrijvenlijst De basislijst van het VNG bevat ook enkele activiteiten, die naar hun aard niet thuis horen in een bedrijfsbestemming. Gedoeld wordt op horeca, maatschappelijke dienstverlening en sport en recreatie (SBI-codes 52, 80, 85, 91,92, 93). Deze categorieën zijn daarom geschrapt uit de “Staat van Bedrijfsactiviteiten”. Overigens krijgt dit soort activiteiten over het algemeen geen bedrijfsbestemming. Om deze reden is ook de categorie Spoorwegen weggelaten. Het is planologisch ondenkbaar dat zich binnen een bedrijfsbestemming in de wijk land- en tuinbouwers zouden vestigen. De categorie Land- en tuinbouw is dan ook grotendeels geschrapt. Van deze categorie zijn de meer industriële activiteiten wel gehandhaafd (agrarische hulpbedrijven, hoveniersbedrijven). Verder is een aantal bedrijfsactiviteiten weggelaten, die in dit gebied niet relevant of niet van toepassing zijn. Het gaat daarbij om zeevaart, binnenvaart, visserij, luchtvaart en delfstoffenwinning. Bebouwingsvoorschriften Behalve bedrijfsbebouwing, met bijbehorende voorzieningen, is in een aantal gevallen tevens een bedrijfs- of dienstwoning toegestaan, ter plaatse van de als zodanig op de plankaart aangeduide locatie. Er is voor gekozen slechts de bestaande bedrijfs- en dienstwoningen te voorzien van een aanduiding. Bij deze bedrijfs- of dienstwoningen mogen bijgebouwen worden opgericht die dienen te voldoen aan de bijgebouwenregeling die is opgenomen bij de bestemming “woondoeleinden”. De goothoogte en hoogte van de bedrijfsbebouwing zijn op de plankaart weergegeven. Als in een bepaald bouwblok geen goothoogte staat vermeld op de plankaart (bijv. -/6), dan dienen de gebouwen voorzien te worden van een plat dak.
4.9
Bestemmingen verblijfsdoeleinden, verkeersdoeleinden en spoorwegdoeleinden
In het kader van het VVP 1999 en het project Duurzaam Veilig zijn de wegen in het stedelijk gebied ingedeeld in twee categorieën: gebiedsontsluitingswegen en erftoegangswegen. De gebiedsontsluitingswegen hebben primair een verkeersfunctie, terwijl de erftoegangswegen primair een verblijfsfunctie vervullen. In Kruiskamp-Koppel zijn de Ringweg Koppel, de Ringweg Kruiskamp, de Van Randwijcklaan en de Flierbeeksingel aangewezen als gebiedsontsluitingsweg. De Liendertseweg en de Scheltussingel zijn aangemerkt als erftoegangsweg. De overige wegen in Kruiskamp-Koppel zijn ingericht of zullen worden ingericht als 30 km-gebied. In dit plan is aansluiting gezocht bij genoemde categorisering. De Ringweg Koppel, de Ringweg Kruiskamp, de Van Randwijcklaan, de Flierbeeksingel, De Liendertseweg en de Scheltussingel (inclusief de daarvan deel uitmakende bermen, trottoirs, fiets- en voetpaden, parkeerplaatsen en groenvoorzieningen) zijn bestemd tot “Verkeersdoeleinden”. Alle overige wegen en paden met bijbehorende bermen, trottoirs etc. zijn bestemd voor “Verblijfsdoeleinden”. De spoorlijn Amersfoort-Zwolle/Apeldoorn is bestemd tot “Spoorwegdoeleinden”. Behalve voor het personen- en goederenvervoer, zijn de tot “Spoorwegdoeleinden” bestemde gronden mede bestemd voor groenvoorzieningen, watergangen en –partijen, geluidwerende voorzieningen en nutsvoorzieningen alsmede voor over- en onderbouwingen ten behoeve van het weg- en langzaamverkeer.
4.10
Bestemmingen groenvoorzieningen en waterstaatsdoeleinden
De groenelementen die structuurbepalend zijn voor Kruiskamp-Koppel zijn bestemd voor “Groenvoorzieningen”. De bestemming is ruim van opzet, zodat hierin ook watergangen en – partijen, speelvoorzieningen, voet- en fietspaden, in- en uitritten kunnen worden opgenomen. De aanleg van omvangrijke verhardingen is gebonden aan een aanlegvergunning. Daarnaast is in de doeleinden omschrijving de minimaal te handhaven oppervlakte aan oppervlaktewater opgenomen. Deze oppervlakte stemt overeen met de huidige hoeveelheid aanwezig oppervlaktewater. Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 48 -
Toelichting 28 januari 2003
De primaire watergangen en –partijen inclusief (onderhouds-)strook met een bepaalde breedte zijn bestemd voor “Waterstaatsdoeleinden”. Ter plaatse van kruisingen van de verkeers- en verblijfsbestemming met de bestemming waterstaatsdoeleinden is de bestemming water niet onderbroken. In de bestemming is een vergunningenstelsel opgenomen voor de uitvoering van bepaalde werken of werkzaamheden (aanlegvergunning). De tertiaire watergangen zijn ondergebracht in de bestemming “groenvoorzieningen” en worden met een aanduiding aangegeven, dit uitsluitend ter verduidelijking van het kaartbeeld.
4.11
Algemene bepalingen
In de Algemene bepalingen zijn de bepalingen opgenomen die betrekking hebben op het plan als geheel. Dit betreft onder meer de algemene vrijstellingsregeling, een aanlegvergunningstelsel, gebruiksbepalingen, de afstemming op de bouwverordening, overgangsbepalingen en de strafbepaling.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 49 -
Toelichting 28 januari 2003
5 MAATSCHAPPELIJKE UITVOERBAARHEID 5.1
Resultaten inspraak
Het plan van aanpak voor het project Amersfoort Goed Bij voorziet in een aantal “inloopspreekuren” tijdens de inventarisatiefase. Daarvan zijn er in de maanden juni en juli 2001 voor Kruiskamp-Koppel vijf gehouden. Wensen en problemen m.b.t. het plangebied konden daar worden ingebracht. In een aantal gevallen heeft zo’n eerste contact een aantal misverstanden over de aard en strekking van het plan kunnen oplossen. In andere gevallen heeft het tot nader onderzoek en overleg geleid. De resultaten daarvan hebben mede ten grondslag gelegen aan het concept-bestemmingsplan. Dit heeft van 6 september tot en met 4 oktober 2001 in het kader van de inspraak ter inzage gelegen. Naar aanleiding daarvan zijn geen reacties meer binnengekomen.
5.2
Resultaten overleg
Het concept van het bestemmingsplan is in september 2001 aan de provincie Utrecht, de rijksdiensten, de nutsbedrijven en de overige instanties gezonden voor het overleg ex artikel 10 Bro 1985. Op 16 oktober 2001 heeft vervolgens een overleg plaatsgevonden. Onderstaand volgt een verkorte weergave van de overlegreacties met daarbij opgenomen een reactie van het gemeentebestuur. 1. De provincie Utrecht De provincie geeft aan dat het streekplan voor het plangebied de aanduiding “stedelijk gebied” geeft. Het bestemmingsplan is hiermee in overeenstemming. In het overzicht van de bestaande bedrijven is nog geen milieuzonering opgenomen. Het is wenselijk dit alsnog te doen. Voor zover nodig moet de paragraaf “geluidhinder spoor- en wegverkeer” nog worden aangepast m.b.t. eventueel nieuwe geluidgevoelige objecten. Het daarvoor verrichte akoestisch onderzoek dient aan het ontwerp-bestemmingsplan te worden toegevoegd. Het verdient aanbeveling het verschil tussen gemeentelijk- en rijksmonument op de plankaart tot uitdrukking te brengen. De voorschriften en de plankaart geven verder geen aanleiding tot opmerkingen. Reactie gemeente Waar nodig is de toelichting aangevuld en het akoestisch onderzoek is toegevoegd. Hoewel het onderscheid tussen rijks- en gemeentelijke monumenten geen planologische betekenis heeft, zijn de kaartsymbolen aangepast. 2. Inspectie Ruimtelijke Ordening West, - Volkshuisvesting en - Milieuhygiëne Telefonisch is geïnformeerd waarom de spoorwegzone buiten het bestemmingsplan is gehouden en wanneer er voor dit gebied een bestemmingsplan wordt gemaakt. Verder hebben genoemde Inspecties laten weten dat het concept-bestemmingsplan hen uit een oogpunt van volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieuhygiëne geen aanleiding gaf tot het maken van opmerkingen. Reactie gemeente Over het bouwprogramma voor de spoorwegzone kon niet tijdig overeenstemming worden verkregen over een sluitende exploitatie. Besloten is daarom voor dit gebied een afzonderlijke planprocedure te volgen.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 50 -
Toelichting 28 januari 2003
3. Ministerie van Economische Zaken, Regio Noord-West Het plan geeft geen aanleiding tot opmerkingen. Waardering wordt uitgesproken voor de aandacht die in het plan gegeven wordt aan in het kader van het GSB belangrijke onderwerpen als functiemenging en etnisch ondernemerschap. 4. Waterschap Vallei & Eem In de toelichting moet als de doelstelling voor de minimaal na te streven waterkwaliteit worden vermeld “het voldoen aan de MTR waarde (Maximaal Toelaatbaar Risico) uit de Vierde Nota Waterhuishouding worden opgenomen. Een verwijzing naar de in 1998 tussen gemeentebestuur en waterschap overeengekomen “Uitgangspunten integraal inrichtingsplan Valleikanaal Amersfoort” is wenselijk. Verzocht wordt in de toelichting aan te geven wat de rioleringssituatie in het plangebied is. Verzocht wordt de rioolpersleiding Leusden Amersfoort op de plankaart aan te geven. Reactie gemeente De toelichting is op enkele punten overeenkomstig aangepast. Dieper ingaan op de rioleringssituatie in het plangebied is in het kader van dit bestemmingsplan niet opportuun. De rioolwaterpersleiding is op de plankaart opgenomen met een beschermingszone van 4,50 m uit de as van de leiding. 5. Rijksdienst voor de Monumentenzorg Het initiatief om de wijk Jericho-Jeruzalem aan te wijzen als beschermd stadsgezicht wordt gewaardeerd. De Rijksdienst beschermt op dit moment nog geen objecten en structuren uit de naoorlogse periode. De Rijksdienst is daarom verbaasd, dat aanvullende bescherming op grond van het bestemmingsplan niet noodzakelijk wordt gevonden. Vrijstellingen op grond van de artikelen 17 en 18 van de concept-voorschriften waren binnen de gebieden van het gemeentelijk stadsgezicht eveneens door de monumentencommissie te toetsen. Ook in de bestemmingen Verblijfsdoeleinden en Groenvoorzieningen (artikel 12 en 15) zouden de bij recht toegestane bouwwerken in beschermde gebieden moeten worden getoetst door de monumentencommissie. De begrippen monument, waardevol pand en gemeentelijk stadsgezicht dienen in de begripsomschrijving te worden opgenomen. Reactie gemeente De bescherming die een gemeentelijk stadsgezicht geniet, wordt omschreven in de gemeentelijke monumentenverordening. Daar wordt voornamelijk het wijzigen van het openbaar gebied geregeld. Het bestemmingsplan voegt daar een aanlegvergunningstelsel aan toe, waarbij expliciet wordt aangegeven welke werkzaamheden aan een vergunning gebonden zijn. Bovendien is inmiddels de ruimtelijke omvang van de gebouwen binnen het gemeentelijk stadsgezicht op de plankaart beperkt tot zijn huidige grenzen. De voorschriften en begripsomschrijving zijn overeenkomstig de opmerkingen aangevuld. Dienst Gebouwen Werken & Terreinen, Directie West-Nederland Akkoord met de bestemming kantoren. N.V. Nederlandse Gasunie Bij het concept-bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 zijn geen belangen van de maatschappij betrokken.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 51 -
Toelichting 28 januari 2003
N.V. Hydron Midden-Nederland Gevraagd wordt langs iedere openbare weg, waarlangs kabels en leidingen van nutsbedrijven worden gelegd, een strook openbare grond te reserveren. Deze strook moet vrij van gesloten verharding en beplanting blijven. De afstand tussen bomen en de kabels en leidingen moet minimaal 2 meter bedragen. Reactie gemeente Voor zover in de bestaande situatie sprake is van verhardingsvrije /beplantingsvrije zone, is deze in het voorliggende plan gehandhaafd. KPN Het concept-bestemmingsplan geeft met betrekking tot de infrastructurele telecommunicatievoorzieningen geen aanleiding tot het maken van opmerkingen. REMU Het concept-bestemmingsplan geeft geen aanleiding tot het maken van opmerkingen Kamer van Koophandel Gooi- en Eemland De kamer is zeer positief over de flexibele wijze van bestemmen van de bebouwingsstrips aan de Meridiaan, Van Galenstraat en Van Randwijcklaan, waardoor optimaal kan worden ingespeeld op de wisselende vraag naar ruimte voor kantoren, bedrijven en detailhandel. Ook de voorgestelde functiemenging van Kruiskamp-Koppel wordt toegejuichd. In dit kader wordt nog op de mogelijkheid van woon/werk combinaties gewezen. Men acht de onmogelijkheid voor een toekomstige openstelling van de Meridiaantunnel voor autogebruik wederom een stap in de verkeerde richting. Reactie gemeente Ofschoon openstelling van de Meridiaantunnel voor autoverkeer niet wenselijk is, verzet het bestemmingsplan zich hier niet tegen. De aansluitende bestemming is immers “verblijfsdoeleinden” waar ook autoverkeer is toegestaan.
5.3
De vaststellingsprocedure
Het voorontwerp van het plan werd op 12 juni 2002 in de Provinciale Planologische Commissie (PPC) behandeld. De commissie verzoekt waar mogelijk aandacht te besteden aan de uitstralingseffecten van een mogelijk te realiseren station voor het Randstadspoor bij De Koppel. Voorts is er een verschil van inzicht m.b.t. de planologische regeling van seksinrichtingen. Overigens acht de commissie het bestemmingsplan uit een oogpunt van ruimtelijke ordening aanvaardbaar. Reactie gemeente Realisering van het station De Koppel zal niet zonder effecten blijven. De ruimtelijke omgeving daarvan zal, door zijn bestaande beperkingen, naar verwachting weinig extra autoverkeer aantrekken. Door de verbeterde bereikbaarheid van het gebied, zal op de langere termijn de potentie van het plangebied kunnen toenemen. Voor de komende planperiode van tien jaar, zullen de effecten daarvan echter nog beperkt zijn. De gevolgen op langere termijn, zijn op dit moment nog niet te overzien. De begripsbepalingen m.b.t. seksinrichtingen zijn aangepast. Het ontwerp van het plan heeft van 5 september t/m 2 oktober 2002 voor een ieder ter inzage gelegen. Er zijn in die periode twee zienswijzen binnengekomen. Als gevolg daarvan hebben b&w de volgende wijzigingen aan het plan voorgesteld: Toelichting: In paragraaf 2.4 (externe veiligheid) is conform de wijziging in de terminologie het begrip “individueel risico” gewijzigd in “plaatsgebonden risico”.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 52 -
Toelichting 28 januari 2003
Voorschriften: artikel 15 (groenvoorzieningen): als lid 4 wordt een aanlegvergunning voor omvangrijke verhardingen opgenomen als volgt: a. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) nieuwe speelvoorzieningen, voet- of fietspaden, waarvan de gezamenlijke verharde oppervlakte meer bedraagt dan 1000 m², aan te leggen of te doen aanleggen. b. Een vergunning als bedoeld onder a is slechts toelaatbaar, indien door de werken en/of werkzaamheden de natuurlijke, cultuurhistorische of landschappelijke waarden van de betreffende groenvoorziening niet in onevenredige mate worden aangetast. c. Het onder a. vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende andere werken en werkzaamheden: werken en/of werkzaamheden in het kader van het normale beheer en onderhoud; andere werken en/of werkzaamheden, waarmee is of mag worden begonnen ten tijde van het onherroepelijk van de goedkeuring van het plan.
Daarnaast wordt ambtshalve een aantal niet-principiële aanpassingen van het ontwerp voorgesteld. Het gaat daarbij vooral om het herstellen van enkele inconsequenties en onvolledigheden. Voorzover de ambtshalve wijzigingen betrekking hebben op de kaart of de voorschriften, worden ze hier volledig weergegeven. kaart: arcering bijgebouwen aangepast (i.h.a. een verruiming van de bouwmogelijkheden); enkele bestaande groenstroken binnen verblijfsgebied alsnog bestemd als groenvoorziening; enkele bestaande groenstroken binnen verblijfsgebied alsnog bestemd als tuin; enkele bestaande groenstroken binnen woondoeleinden alsnog bestemd als verblijfsgebied; bouwblok supermarkt van Randwijcklaan in overeenstemming gebracht met vigerend plan; de maximaal toegelaten hoogte van “de Schaapskooi” (Magelhaenstraat 66) aangepast. voorschriften: artikel 1: begripsomschrijvingen van “woonwagen” en “garagebox” zijn toegevoegd; artikel 4.3.b toegevoegd is een sub-lid 3 dat luidt: de oppervlakte van een woonwagen per woonwagenstandplaats mag inclusief de bijgebouwen, niet meer bedragen dan 75% van de standplaats; de goothoogte bedraagt ten hoogste 3,5 m en de dakhelling ten hoogste 45°; artikel 4.3.c.2: De tekst “Het bepaalde in lid 3, sub c onder 2 is niet van toepassing op de vrijstaande bijgebouwen bij woonwagens” vervalt; artikel 4.3.c.3: met nadere voorwaarden voor aan- en bijgebouwen, vervalt. In verband met het vergunningvrij worden van een deel van de aan- en bijgebouwen, kan de regeling in het bestemmingsplan eenvoudiger; bij de bestemmingen Gemengde doeleinden (artikel 6 lid 4), Maatschappelijke doeleinden (artikel 7 lid 5), Detailhandelsdoeleinden (artikel 8 lid 4), Horecadoeleinden (artikel 9 lid 4), Kantoordoeleinden (artikel 10 lid 4) en Bedrijfsdoeleinden (artikel 11 lid 4) is een vrijstellingsbevoegdheid opgenomen “...ten behoeve van het bouwen buiten het bebouwingsvlak van bijgebouwen en andere bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals bijvoorbeeld bergingen of fietsenstallingen, tot een gezamenlijk oppervlak van ten hoogste 15% van het kadastrale perceel”; artikel 18 (Vrijstellingsbevoegdheid voor installaties t.b.v. telecommunicatie) vervalt. Met ingang van 15 augustus 2002 zijn deze bouwwerken vergunningvrij; artikel 20.1 nieuw (gebruiksbepaling): na ... gebruiken wordt ingevoegd:”of te doen laten gebruiken” artikel 22 nieuw (overgangsbepalingen): Het gehele artikel is redeactioneel ingrijpend gewijzigd. Gewijzigde vaststelling Na het horen van de appellanten op 6 januari en een behandeling in de commissie Economische Zaken op 13 januari, heeft de raad het plan, onder aanname van een amendement op 28 januari 2003 vastgesteld.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 53 -
Toelichting 28 januari 2003
Het amendement heeft geleid tot de volgende aanpassing in het aanlegvergunningvereiste in artikel 15 (groenvoorzieningen): Voor nieuwe speelvoorzieningen, voet of fietspaden, waarvan de gezamenlijke verharde oppervlakte meer bedraagt dan 15% van het perceeloppervlak met een maximum van 1000m² per perceeloppervlak, is een aanlegvergunning vereist. Het vastgestelde plan is van 20 februari t/m 19 maart voor een ieder ter inzage gelegd.
5.4
Economische uitvoerbaarheid
Het bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 heeft een overwegend conserverend karakter. Aangezien de wijk nagenoeg geheel afgerond is, wordt in dit bestemmingsplan voornamelijk volstaan met het vastleggen van de bestaande situatie. Het plan biedt hier en daar mogelijkheden voor herinvulling van vrijkomende locaties. Deze ontwikkelingen spelen zich geheel af op particuliere terreinen. Met het overige gedeelte van het plan zijn geen investeringen van de gemeente gemoeid. De planherziening verloopt voor de gemeente dan ook budgettair neutraal.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 54 -
Toelichting 28 januari 2003
Bijlage 1: Overzicht bedrijven/detailhandel, horeca en maatschappelijke voorzieningen Adres
Bedrijfsnaam
Banckertstraat 3 Banckertstraat 37 Beringstraat 5 Bloemendalse Buitenkade 1-31 Columbusweg 30 Columbusweg 40 Dierenriem 11 Dierenriem 11 Dierenriem 9 Dirk Loogenstraat 1+3 Dirk Loogenstraat 12 Dirk Loogenstraat 14 Dirk Loogenstraat 5 Dirk Loogenstraat 6 Dirk Loogenstraat 8+10 Eemzijde 1 Evertsenstraat 40 Evertsenstraat 75 Evertsenstraat 83 Grote Spui 35 Hogeweg 108 Hogeweg 16 Hogeweg 25A Hogeweg 27 Hogeweg 29A Hogeweg 29B
Hersteld Apostolische Zendingskerk Tandartspraktijk R.T. Spriensma Dansschool Beauty dancers (cat. 1) De Bloemendalse Buitenpoort, woongroep ouderen Het Rode Kruis, centrum van afdeling Amersfoort Piet Mondriaanschool, bijzonder onderwijs Valleicollege, mavo/vbo De Boogschutter, VMBO administratie-economie Buurtcentrum De Koppeling Drukkerij Vonk Prepress (cat. 3) Electrotechnisch installatiebedrijf Smeeing (cat. 2) Autoreparatiebedrijf W. de Ruiter (cat. 2) PTT telefooncentrale (cat. 2) Koninklijke Amateur Muziek Vereniging F.M. Vak vof, fotografie (cat. 3) Polderbemalingsinrichting gemeente Amersfoort Brommers e.d. (vml. rijwielhandel) J.J.R. Kerkhof (cat. 2) Volle evangelie Bethelkerk De Ark Huisartsenpraktijk J.B. van Dijk Gemeentelijke Kredietbank, Stadsbank (cat. 2) Timmerwerkplaats D.A.G. decorbedrijf (cat. 2) Trafo De Vier Vijzels (cat. 1) KPN Telecom BV (cat. 1) Arcadis (cat. 1) Arbo Unie Midden Nederland, arbodienstverlening BGD Gooi en Eemland (cat. 1) Auto Electra Amersfoort, reparatie van auto-onderdelen (cat. 2) Hillsdown International bv, financiële instelling (cat. 1) Inspectrum BV (cat. 1) Meubelmakerij v.d. Marel (cat. 2) Babai, reparatie perzische en oosterse tapijten (cat. 1) Rohm and Haas BV (cat. 1) Leegstand, voorheen: De Sleutelspecialist Goud- en zilversmid A.G. van Westerlaak (cat. 1) Koninklijke landmacht (cat. 1) Eggenkamp Assurantiekantoor (cat. 1) Nederlands Pensioenbureau (cat.1) Hogeschool van Utrecht, hoger beroepsonderwijs Woningbouwcorporatie Achtgoed Wonen (cat. 1) Aanzet Amersfoort, reiniging van gebouwen (cat. 3) Meridiaan College Balance Recording (cat. 2) Leegstand Plaat- en bankwerk Van Wageningen (cat. 3) Café De Rooie Cent (cat. 3) Fitnesscentrum Amersfoort (cat. 2)
Hogeweg 30 + 32 Hogeweg 35 Hogeweg 37 Hogeweg 38 Hogeweg 38A Hogeweg 39 Hogeweg 46 Hogeweg 52 Hogeweg 70 Hogeweg 96 Hogeweg 98 Hooglandseweg 140 Hooglandseweg 151 Hooglandseweg-Noord 130 Hooglandseweg-Noord 55 Hooglandseweg-Noord 62 Hooglandseweg-Zuid 14 Hooglandseweg-Zuid 32B Hooglandseweg-Zuid 34 Hooglandseweg-Zuid 36
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 55 -
Toelichting 28 januari 2003
Hooglandseweg-Zuid 4 James Cookstraat 10 Keerkring 5 Keerkring 7 Kortenaerstraat 10 Korvetweg 13 Kruiskamp 132 Kwekersweg 7 Liendertseweg 12 Liendertseweg 32 Liendertseweg 48 Liendertseweg 49 Liendertseweg 57 Liendertseweg 60 Liendertseweg 62 Liendertseweg 63 Liendertseweg 64+70 Liendertseweg 66 Liendertseweg 68 Magelhaenstraat 22 Magelhaenstraat 45 Magelhaenstraat 45 Magelhaenstraat 66 Meridiaan 14 Meridiaan 16 Meridiaan 18 Meridiaan 20 Meridiaan 22+24 Meridiaan 26 Meridiaan 28 Meridiaan 30 en 32 Meridiaan 34 Meridiaan 39 Meridiaan 40 Meridiaan 42 Neptunusplein 1 + 85 Neptunusplein 12 + 14 Neptunusplein 16 + 18 Neptunusplein 17 Neptunusplein 19 Neptunusplein 2 Neptunusplein 20 Neptunusplein 21 Neptunusplein 22 Neptunusplein 23 Neptunusplein 24 Neptunusplein 25 Neptunusplein 26 Neptunusplein 27 Neptunusplein 28 Neptunusplein 29
De Bloemendalse Buitenpoort, woongroep ouderen De Werf, basisschool Leegstand Handbalvereniging (cat. 2) Prof. Groenschool, school voor slechthorenden en kinderen met spraak- en taalmoeilijkheden Atelier (kleiproducten) (cat. 1) Videotheek Filmclub Amersfoort (cat. 1) Leegstand Stratenmakersbedrijf A. Houtveen en Zn. (cat. 3) Apotheek Jansen BV (cat. 1) Parochie Heilig Kruis, R.K. kerk (nr.46) en pastorie (nr.48) Woningstoffeerderij en woninginrichting A.P.B. v.Hamersveld (cat. 2) Huisartsenpraktijk C.R. Louwerse Videoplaza Amersfoort (cat. 1) Dierenspeciaalzaak J.A.M. Cremers (cat. 1) Praktijk voor fysiotherapie Euron Houten Vloeren, detailhandel in parket, laminaaten kurkvloeren (cat. 1) Po-po-la, partijverkoop huishoudelijke artikelen+audio/video (cat.1) Kapsalon Own Look (cat. 1) De Buitenkast, speelgoed uitleen & ontmoetingsplaats Gascompressorstation Remu o.b.s. De Vlindervallei Gereformeerde kerk De Schaapskooi Honda garage Vreekamp b.v. (cat. 3) De Telegraaf, distributiecentrum ? (cat. 2) Snackbar De Smulwereld (cat. 2) Café City bar II (cat. 2) Installatiebedrijf Norm Service (cat. 2) Kapsalon Euro Styling (cat. 1) De Ridder Polyether, meubelstoffen (cat. 1) Leegstand Nu nog leeg, komt De Koppeling Het Apostolisch Genootschap, kerkgebouw Leegstand? Ketelhuis Supermarkt Argun market (cat. 1) Drogisterij Etos (cat. 1) Vitago woningstoffeerderij (cat. 1) Bloemenzaak Ilona bloemen (cat. 1) Zeeman textiel (cat. 1) Snackbar Neptunus (cat. 2) Uitzend- en detacheringsbureau Clean Windows (cat. 1) De Goudreinet, groente en fruit (cat. 1) Personeelsdiensten Groene hart Service (cat. 1) Lunchroom-snackcounter Tippel Inn (cat. 2) Lale, groente en fruit (cat. 1) Chinees Indisch restaurant De Gouden Draak (cat. 2) ? warenhuis ( a la Blokker) (cat. 1) Dierenspeciaalzaak Pet's Place (cat. 2) Stomerij Palthe (cat. 2) Pizzeria Pulcinella 2000 (cat. 2)
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 56 -
Toelichting 28 januari 2003
Neptunusplein 3 + 5 Neptunusplein 30 + 32 Neptunusplein 34 + 36 Neptunusplein 38 Neptunusplein 4 + 6 Neptunusplein 40 Neptunusplein 42 Neptunusplein 44 Neptunusplein 46 Neptunusplein 48 Neptunusplein 52 t/m 62 Neptunusplein 66 Neptunusplein 68 Neptunusplein 70 Neptunusplein 70 Neptunusplein 79 Neptunusplein 8 + 10 Neptunusplein 81 Neptunusplein 83 Neptunusplein 9 Orion Orion 30-1 Pullstraat 3 Ringweg Kruiskamp 106 Ringweg Kruiskamp 68 Ringweg Kruiskamp 70-72 Ringweg Kruiskamp 70-72 Ringweg Kruiskamp 74 Ringweg Kruiskamp 95 Scheltussingel 29 Schimmelpenninckkade 11 Schimmelpenninckkade 30 Schimmelpenninckkade 38 Schimmelpenninckkade 40 Schimmelpenninckstr 49 Schimmelpenninckstr 55c Schimmelpenninckstraat 1 Schimmelpenninckstraat 2 Sinte Brandaenstraat 4 Van Almondestraat 1 Van Almondestraat 25 Van Almondestraat 3 Van Almondestraat 4 Van Almondestraat 7 Van Assenraadstraat 2 Van Brakelstraat 4 Van Galenstraat 23 Van Galenstraat 25 Van Galenstraat 27 Van Galenstraat 29 Van Galenstraat 30 Van Galenstraat 31
Boekhandel + sigarettenverkoop De Paperclip (cat. 1) Banketbakkerij De Bakkende Bakkers (cat. 2) Drogisterij Kruidvat (cat. 1) Kledingzaak Step (cat. 1) ?, meubelzaak (cat. 1) Kapsalon Haarmode Nanny (cat. 1) Kaashandel 't Kaaspakhuis (cat. 1) Keurslagerij De Bruijn (cat. 1) Banketbakkerij Van Wijk (cat. 1) Supermarkt Komart (cat. 1) Supermarkt Komart (cat. 1) Kruiswerk Noord Oost Utrecht (cat. 1) Bibliotheek (cat. 1) Ouderencentrum De Drietand Ouderencentrum De Drietand Kapsalon Cinderella (cat. 1) ?, kledingzaak (cat. 1) Vision Tel, detailhandel in telecommunicatie (cat. 1) Optiek Service, oogadviseurs (cat. 1) Supermarkt Super De Boer (cat. 1) Buurtbeheer (achter De Buitenkast) De Buitenkast, speelgoed uitleen & ontmoetingsplaats Speeltuin Kruiskampkwartier Dr. M. v.d. Hoeveschool, bijzonder onderwijs Dierenkliniek Ringweg Kruiskamp Jeugdtheaterschool De Boemerang Theaterzaal De Kift Adventkerk Trafo Snackbar Flintstone (cat. 2) De Bloemendalse Buitenpoort, woongroep ouderen De Expeditie, ? (cat. ..) G. Tap b.v., kantoor van taxibedrijf Tap (zie nr. 40) (cat. 1) G. Tap b.v., taxibedrijf, bergings- en sleepbedrijf,verhuur trouwauto's (cat. 2) Bakkerij Gurbet (+bovenwoning op nr. 49A) (cat. 2) De Milieuboer Kringloop (St. Haal op) (cat. 1) Katholieke basisschool De Tafelronde Coffeeshop Alem (cat. 3) Verpleeg- en gasthuis St. Elisabeth Tips & Tips (tweedehands goederen) (cat. 1) Ketelhuis Coffeeshop/café Tearoom Relax (cat. 3) Trafo Coffee-room Ibiza (cat. 2) Buurthuis De Roef Ries Meubelen (cat. 2) Maatschappelijke voorziening Leegstand L. Ebbers, detailhandel in muziekinstrumenten (cat. 1) Detailhandel (tweedehands kleding) (cat. 1) o.b.s. De Vlindervallei Coffeeshop Free Time (cat. 2)
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 57 -
Toelichting 28 januari 2003
Van Galenstraat 33 Van Galenstraat 35-1 Van Galenstraat 35A+B Van Galenstraat 37 Van Galenstraat 39 Van Galenstraat 4 Van Galenstraat 41 Van Galenstraat 81 Van Galenstraat 93A Van Galenstraat 95 Van Goudoeverstraat 4 Van Goudoeverstraat 6 Van Linschotenstraat 29 Van Randwijcklaan 10 Van Randwijcklaan 101 Van Randwijcklaan 22 Van Randwijcklaan 22 Van Randwijcklaan 33 Van Randwijcklaan 39 Van Randwijcklaan 4 + 4a Van Randwijcklaan 4 CDE Van Randwijcklaan 4B Van Randwijcklaan 4FG Van Randwijcklaan 6AB Van Randwijcklaan 6C Van Randwijcklaan 6D Van Randwijcklaan 6E Van Randwijcklaan 6F Van Randwijcklaan 8 Van Randwijcklaan 81 Van Randwijcklaan 8A Van Randwijcklaan 8B Van Randwijcklaan 8D Van Randwijcklaan 91+93 Van Randwijcklaan 95 Van Randwijcklaan 97 Van Randwijcklaan 99 Van Westreenenstraat 2 Willem Barendsstraat 5 Zeevaarderspad 7 Zuiderkruis 4
Autobedr. Kruiskamp vof, handel en reparatie van personenauto's (cat.3) Trafo A&D auto's, handel en reparatie van personenauto's (cat. 2) nr. 37A is woning + winkel, nr. 37B is moskee (cat. 2) Leegstand, buitenterrein in gebruik als parkeerterrein Michaelschool, bijzonder onderwijs Smederij, metaalbewerking C.J.J. van den Bedem (cat. 3) Bouwbedrijf L.A. Huurdeman (cat. 2) Buurtbeheerder Kruiskamp-Noord Drukkerij Stampij (cat. 2) Riwemo, timmerwerken, plafond- en wandsystemen (cat. 2) Auto-Doe, handel en reparatie van personenauto's (cat. 2) De Opbouw, instelling van ambulante jeugdhulp Turkse supermarkt (cat. 1) Leegstand Hoogdrukkerij en kopieerwinkel Multicopy (cat. 2) Welzijnswinkel Zorgoverleg Amersfoort (cat. 1) Hestia, bewonersvereniging Kruiskamp (cat. 1) "Van Randwijcklaan", maatschap voor fysiotherapie en manuele therapie Pizzeria New York Pizza (cat. 2) Videotheek Videoland Van Randwijcklaan (cat. 1) Kapsalon Türkan (cat. 1) Titania Electronics, detailhandel in electr. apparatuur (cat. 1) Mediplus Eemland, detailhandel in medische en orthopedische artikelen (cat. 1) Pusula Finance, beleggingsadviseur (cat. 1) Afslank- en bewegingsstudio Slender you (cat. 1) Drogisterij Zonnehoed (cat. 1) Kapsalon New Wave (cat. 1) Automobielbedrijf en benzinestation Blom (cat. 3) Leegstand Makandra, scholingsadviseurs (1e verdieping) (cat. 1) Stichting Welzijn Amersfoort (1e verdieping) (cat. 1) Jongerius, gerechtsdeurwaarder (1e verdieping) (cat. 1) Makelaardij, Huis en Zekerheid (cat. 1) Café Het Elfde Gebod (cat. 2) Zonnecentrum Neptunus (cat. 2) Heukels b.v., praktijk voor fysiotherapie Dansschool Jan en Nettie de Vries (cat. 3) Basisonderwijs Petrus Plancius DGWT, directie West-Nederland (cat. 2) o.b.s. De Vlindervallei
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 58 -
Toelichting 28 januari 2003
Bijlage 2: Overzicht beleidsnota’s 1. Vastgesteld gemeentelijk beleid a. Verordening bescherming stadsschoon Amersfoort b. Nota Handhavingsbeleid inzake het afwijkende gebruik van garages en complexen van garageboxen c. Nota Detailhandel d. Bomennota 1992 e. Streekplan Provincie Utrecht f. Parkeerbeleid op Hoofdlijnen g. Nota Woningbouw in bestaand stedelijk gebied h. Amersfoortse Verkeers- en Vervoerplan i. Plan van aanpak voor de uitgifte van groenstroken j. Landschapsbeleidsplan Amersfoort k. Plan van aanpak regulering koffieshops l. Slopen:optie voor woningvoorraadbeleid? Volkshuisvestelijke criteria voor sloop m. Nota Buitenruimte Binnenstad n. Uitgangspunten integraal inrichtingsplan Valleikanaal Amersfoort o. Woonverkenning, wonen in 2030. Verslag maatschappelijk debat p. Basiseisen wonen en woonomgeving q. ISV Ontwikkelingsprogramma Amersfoort r. Verkeers- en Vervoersplan s. Grote Stedenbeleid Ontwikkelingsprogramma Amersfoort 2000-2004 t. Wijkontwikkelingsprogramma GSB Kruiskamp-Koppel 2000-2003 u. Notitie evaluatie gedoogbeleid koffieshops v. Nota jongerenhuisvesting w. Nota prostitutiebeleid gemeente Amersfoort x. Beleidsregels voor het plaatsen van GSM-installaties in de gemeente Amersfoort y. Kadernota toeristisch-recreatief beleid 2000-2005 z. Kadernota sportbeleid Amersfoort 2000-2007 aa. Kadernota cultuurbeleid “Stijl van de Stad” bb. Nota Horecabeleid Amersfoort 2000-2005 cc. Huisvestingsverordening dd. Amersfoort, stad met een hart. Op weg naar 2015 ee. Meer werk in de wijk. Verkennend onderzoek functiemenging Amersfoort ff. Plan van aanpak recreatief fietsen Amersfoort en omgeving gg. “Lang levende stad” Wonen in Amersfoort, 2000-2005 hh. Wonen boven winkels, ondernemersplan ii. Beleidsnotitie particulier opdrachtgeverschap jj. Nota toepassing parkeernormen kk. Nota Detailhandel ll. Wonen, zorg en service mm. Waterhuishoudingsplan provincie Utrecht nn. Wijkperspectieven oo. Milieubeleidsplan provincie Utrecht pp. Sectorale milieunota’s
Jaar 1987 1990 1991 1992 1994 1994 1995 1996 1996 1996 1996 1996 1997 1998 1998 1999 1999 1999 1999 1999 1999 2000 2000 2000 2000 2000 2000 2000 2001 2001 2001 2001 2001 2001 2001 2002 2002 2002
2. Gemeentelijk beleid in wording. a. Woonschepenverordening b. Ontheffingsreglement kernwinkelgebied Amersfoort c. Parkeer- en Parkeerbelastingsverordening d. Waterplan Amersfoort e. Plan van aanpak Groenbeheervisie Amersfoort 2000-2010 f. Studentenhuisvesting in wording g. Speelruimteplan
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 59 -
Toelichting 28 januari 2003
Bijlage 3: Akoestisch onderzoek Het akoestisch onderzoek m.b.t. enkele uitbreidingen van scholen in het plangebied is een afzonderlijke bijlage bij dit plan. Dorsserblesgraaf den Haag, Ho.C1599.BO2/MS dd 22 februari 2002. Een samenvatting is te vinden in paragraaf 2.4, bladzijde 21.
Bestemmingsplan Kruiskamp-Koppel 2002 - 60 -
Toelichting 28 januari 2003