Financieel verslag 2013 Stichting Stedelijk Museum Amsterdam
Dit verkort financieel verslag 2013 is ontleent aan het financieel jaarverslag 2013 van het Stedelijk Museum Amsterdam. Bij het financieel jaarverslag 2013 is een goedkeurende controleverklaring van de accountant verstrekt.
Inhoud Jaarverslag van het bestuur
3
Balans per 31 december 2013
6
Staat van baten en lasten over 2013
8
Kasstroomoverzicht over 2013
9
Vervolg Kasstroomoverzicht over 2013:
10
Toelichting op de balans en staat van baten en lasten
11
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
16
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 2 van 16
Jaarverslag van het bestuur Resultaten Het jaar 2013 is in alle opzichten een zeer succesvol jaar gebleken. Historisch gezien is het financieel het beste jaar dat het Stedelijk Museum heeft gekend. Begroot werd een winst van € 995.500 op de gehele bedrijfsuitvoering. Uiteindelijk werd een positief saldo gerealiseerd van € 1.259.371. De bezoekersaantallen kwamen met 695.045 net onder budget. Een hogere gemiddeld betaalde toegangsprijs, meer doorbelaste kosten en succesvolle werving van fondsen leidden ertoe, dat de totale baten hoger uitkwamen dan begroot (+ € 1.614.194). De totale eigen inkomsten over 2013 bedroegen hierdoor 54% van de totale baten exclusief subsidie voor huur (42% inclusief). De kosten kwamen per saldo € 988.301 hoger uit dan begroot. Voornamelijk door hogere kosten voor onderhoud en personeel. Een groot aantal kosten kwam per saldo lager uit dan begroot zoals de kosten voor tentoonstellingen. Verder werd er binnen het Stedelijk Museum door de afdelingen erg bewust met kosten omgegaan. Mede door de hogere baten hoefde de post bestemmingsreserve voor tentoonstellingen niet te worden aangesproken.
Baten 2013
Subsidiebaten
0%
6%
Lasten 2013
Personeelskosten
Sponsoring en bijdragen
46%
Afschrijvingen
33% Publieksinkomsten
30%
Huisvestingskosten
Financiële baten
Kunstaankopen
Overige baten
34%
Overige lasten
5%
14%
0%
32%
Toelichting op de resultaten Inkomsten uit subsidie
Het Stedelijk Museum Amsterdam ontvangt conform beschikking subsidieverlening kunstenplan 2013-2016 een subsidie van € 17.850.540 per jaar van de gemeente Amsterdam. Hiervan wordt € 6.018.970 verrekend met de huur en is € 192.170 bestemd voor de Gemeentelijke kunstaankopen. Van het subsidiebedrag is € 3.402.840per jaar bestemd ten behoeve van de naleving van het Meerjaren Onderhoudsplan (MOP). Voor de kunstenplanperiode 20130-2016 geldt dat de toekenning plaats vindt voor 4 jaar onder voorbehoud van de raming in de jaarlijks vast te stellen gemeentebegroting.
Publieksinkomsten en samenstelling bezoek In 2013 werd het Stedelijk Museum 695.045 (2012: 309.617) keer bezocht tegenover een begroot bezoekersaantal van 700.000. Het bezoekersaantal kwam hiermee 1% lager uit dan begroot. De verhoudingen van het nationale en internationale bezoek was 68%/32% (begroot 2013 75%/25%). De gemiddelde opbrengst per bezoeker (€ 8,97) is 3,33% hoger dan begroot (€ 8,68). Naast een relatief hoger aandeel van betalende bezoekers wordt dit tevens verklaard door de afrekening van de Museumkaart 2013 (op basis van het definitief vastgesteld uitkeringspercentage van 60%). Binnen het budget was rekening gehouden met 50%.
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 3 van 16
De inkomsten van de museumwinkelpartner (Buchhandlung Walther König) kwamen hoger uit dan begroot (+110%). Dit is mede te danken aan de gezamenlijk geïnitieerde publicatie (Stedelijk Museum en König) van een Malevich catalogus bij de tentoonstelling ’Kazimir Malevich en de Russische avant-garde’. Tevens was de gemiddelde besteding per bezoeker c.q. conversie (aantal bezoekers dat overgaat tot een winkelaankoop) hoger dan begroot. De inkomsten van de horecapartner (Amsterdam Hospitality Company), verantwoordelijk voor restaurant, koffiecorner en 50% van het boekingskantoor, kwamen uit als begroot. De overige publieksinkomsten (2013: € 1.586.363), bestaande uit rondleidingen, audiotours en verkoop van Museumkaarten, kwamen 22% hoger uit dan begroot (2013: € 1.300.488).
Overige inkomsten De sponsorinkomsten kwamen € 58.053 lager uit dan begroot. Naast de doorlopende sponsorcontracten met onder meer Rabobank, IMC, Koninklijke Ahold, Audi en Medellin Secret BV, werd een nieuw contract afgesloten met Freshfields. Tevens werd het contract met Rabobank hernieuwd voor een periode van vier jaar. Ook was het museum bijzonder succesvol in het werven van extra fondsen en bijdragen voor diverse projecten en activiteiten. Totaal heeft dit alles ervoor gezorgd, dat de baten per saldo € 1.614.194 hoger uitkwamen dan begroot.
Kosten De lonen en salarissen kwamen hoger uit dan begroot. Op een aantal plekken binnen de organisatie was de druk na heropening erg groot. Een aantal extra mensen is ingehuurd om de druk op deze afdelingen te verminderen. Ook vervanging wegens ziekte geschiedde in enkele gevallen middels externe inhuur. Dit was binnen de beveiliging vaker het geval dan op andere afdelingen. Tevens is er in 2013 afscheid genomen van een aantal werknemers waarvoor een vertrekregeling is getroffen. Per saldo ontstond hierdoor een totale overschrijding van de personeelsbegroting van € 499.110. De post tentoonstellingen is € 232.859 lager uitgevallen dan begroot. Dit bestaat uit een aantal kleine overschrijdingen op diverse posten van het tentoonstellingsprogramma 2013 die worden gecompenseerd met een vrijval van gereserveerde kosten voor een tentoonstelling uit 2012. De kosten voor publicaties zijn per saldo € 212.891 hoger dan begroot. Deze overschrijding wordt veroorzaakt door de publicatie “Russische avant-garde De Khardzhiev-collectie in het Stedelijk Museum Amsterdam”, waarvoor de stichting Khardzhiev-Tschaga heeft toegezegd de totale kosten te dragen voor de totstandkoming van de catalogus en zodoende de publicatie mogelijk heeft gemaakt. Tevens heeft het Stedelijk Museum de publicatie “Kazimir Malevich en de Russische avant-garde” in samenwerking met Buchhandlung Walther König gemaakt. Beide publicaties waren niet begroot. De afschrijvingskosten zijn € 31.143 lager dan begroot. Dit is het gevolg van een terughoudende opstelling ten aanzien van voorgenomen investeringen. Er zijn wel investeringen gedaan middels de bestemmingsreserve voor inrichting van het Stedelijk Museum. Zo zijn alle servers vervangen en zijn er koppelingen tussen software pakketten gerealiseerd.
Stedelijk Museum Bureau Amsterdam Stedelijk Museum Bureau Amsterdam (SMBA) fungeert als proeftuin voor het Stedelijk Museum en als nationale en internationale springplank voor kunst en kunstenaars uit de Amsterdamse context. Concreet heeft Stedelijk Bureau Amsterdam in 2013 vijf tentoonstellingen tot stand gebracht in de eigen ruimte in de Jordaan. Eén tentoonstelling, uit 2012, was te zien in Dakar (Senegal). Daarnaast werd samengewerkt met kunstopleidingen als het Sandberg Instituut voor kortdurende presentaties. En werden er vier SMBA Nieuwsbrieven uitgegeven (in twee talen). Door personele bezuinigingen bleef SMBA voor het eerst in zijn bestaan in de zomer gesloten. Het veelomvattende project ‘Global Collaborations’ leidde tot één tentoonstelling (met publicatie) in SMBA en een groot aantal studiereizen, met name naar het Midden-Oosten. Het project kostte vooral ook veel voorbereidingstijd in aanloop naar vele activiteiten in 2014.
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 4 van 16
Samenstelling directie
Mevrouw K.Y. van Gilst, algemeen directeur, benoemd per 1 januari 2013. Mevrouw A.D. Goldstein, artistiek directeur, is teruggetreden per 1 november 2013.
Samenstelling Raad van Toezicht De heer C.J. de Bruin, lid, benoemd per 12 oktober 2012 Mevrouw M. de Cock Buning, lid, benoemd per 13 december 2013 De heer R.H. Defares, lid, benoemd per 01 januari 2010 Mevrouw M. de GaayFortmann, lid, afgetreden per 4 oktober 2013 Mevrouw G. ter Horst, lid, benoemd per 04 januari 2011 Jonkheer C.C.F.A. van Oranje-Nassau van Amsberg, lid, benoemd per 15 april 2009 De heer G.A. Ribbink, voorzitter, benoemd per 14 april 2009 De heer J.W.L. de Rooij, lid, benoemd per 04 januari 2011
Goed bestuur Stichting Stedelijk Museum wordt sinds de verzelfstandiging per 1 januari 2006 bestuurd volgens het Raad van Toezichtmodel. De directie en de Raad van Toezicht kennen de Governance Code Cultuur en passen deze toe. Dit houdt in, dat het museum de principes en de aanbevelingen van de Governance Code Cultuur toepast en beargumenteerd uitlegt als het museum daarvan afwijkt. De directie heeft in 2013 vijfmaal vergaderd met de Raad van Toezicht. De directie houdt de Raad van Toezicht tussentijds op de hoogte van belangrijke ontwikkelingen. Middels kwartaalrapportages laat de directie de ontwikkelingen van de financiële resultaten ten opzichte van de begroting zien.
WNT
De bruto bezoldiging van de twee topfunctionarissen van het Stedelijk Museum is conform de Wet Normering Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector. Het salaris van de algemeen directeur is € 159.242, en van de artistiek directeur € 136.927. De salarissen zijn inclusief pensioenbijdragen.
Directie K.Y. van Gilst
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 5 van 16
Balans per 31 december 2013 (na resultaatbestemming) Activa
31 december 2013
31 december 2012
Ref. € Materiële vaste activa Bedrijfsgebouwen en -terreinen Inventaris Andere vaste bedrijfsmiddelen Kunstcollectie
€
€
4 7.733 34.956 56.022 327.000
Vlottende activa Voorraden
5
Vorderingen Debiteuren Subsidies/sponsorbijdragen Opbrengsten entree Vooruitbetaalde bedragen Overige vorderingen
6
Liquide middelen Liquide middelen
€
11.720 51.734 103.280 340.000 425.711
506.734
204.608
167.801
1.903.031 1.321.179 563.318 63.597 657.309
900.431 2.508.477 672.498 94.006 634.819 4.508.434
4.810.231
4.930.257
4.103.747
10.069.010
9.588.513
7
Totale Activa
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 6 van 16
Passiva
31 december 2013
31 december 2012
Ref. € Eigen vermogen Vrij besteedbaar vermogen Algemene reserve Vastgelegd vermogen Continuïteitsreserve Bestemmingsreserve aankopen Bestemmingsreserve herinrichting/heropening Bestemmingsreserve tentoonstellingen Bestemmingsreserve publicaties Bestemmingsreserve projecten
€
€
8 0
575.241
1.300.000 117.847
0 226.091
0
412.150
1.000.000
511.632
0
0
0
20.752
2.593.088 Voorzieningen Personeel Groot onderhoud
1.745.866
9 1.515.435 420.008
1.969.720 0 1.935.443
Langlopende schulden Langlopende schuld
1.969.720
10 224.000
275.000 224.000
Kortlopende schulden Crediteuren Belastingen en sociale premies Vooruit ontvangen subsidies/bijdragen Overige schulden
€
275.000
11
Totale Passiva
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
1.769.780 400.273
2.127.077 391.442
358.370 2.788.056
101.445 2.977.963 5.316.479
5.597.927
10.069.010
9.588.513
Pagina 7 van 16
Staat van baten en lasten over 2013
Baten Subsidiebaten en bijdragen Sponsorbijdragen Publieksinkomsten Financiële baten Overige baten
Ref. 13 14 15 16 17
Som der baten Lasten Personeelskosten Afschrijvingen Huisvestingskosten Kunstaankopen Overige lasten
18 4 19 20 21
Exploitatie 2013
Begroting 2013
Exploitatie 2012
€
€
€
18.154.406 3.093.626 8.606.271 35.075 1.622.314
17.760.170 3.151.679 7.944.399 0 1.041.250
20.693.075 2.598.794 3.132.607 55.745 956.183
31.511.692
29.897.498
27.436.404
9.998.553 68.857 9.802.957 1.470.134 8.911.827
9.499.443 100.000 9.335.532 1.429.091 8.899.961
11.686.865 164.339 6.452.949 1.226.178 7.359.960
Som der lasten
30.252.328
Baten -/- lasten
1.259.364
633.471
546.113
412.150 412.143
412.150 412.150
4.184.873 4.868.043
7
0
-683.170
1.259.371
633.471
-137.057
8
108.245
226.091
-124.247
8
-900.000
0
0
8
0
0
439.083
8
-488.368
115.186
-506.061
8
0
0
394.915
8
20.752
20.752
-20.752
-1.259.371
362.029
182.938
0
995.500
45.881
Baten herinrichting / heropening Lasten herinrichting / heropening
22 22
Saldo herinrichting / heropening Saldo Verdeling saldo Mutatie bestemmingsreserve aankopen Mutatie bestemmingsreserve continuïteit Mutatie bestemmingsreserve herinrichting / heropening Mutatie bestemmingsreserve tentoonstellingen Mutatie bestemmingsreserve publicaties Mutatie bestemmingsreserve Turing museumbus
Resultaat
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
29.264.027
26.890.291
Pagina 8 van 16
Kasstroomoverzicht over 2013 2013 Ref. Kasstroom uit operationele activiteiten Ontvangen subsidiebaten Ontvangen sponsorbijdragen Ontvangen publieksinkomsten Ontvangen financiële baten Ontvangen overige baten
13 14 15 16 17
€
20.290.368 7.262.573 3.698.342 35.075 498.085
Totaal ontvangen kasstromen Betalingen uit hoofde van personeelskosten Betaalde overige lasten
€
17.820.540 3.387.777 2.549.083 55.745 547.693 24.360.838
18 19-21
-10.783.637 -19.651.844
Kasstroom uit operationele activiteiten
-10.399.986 -13.134.899 -30.435.481
-23.534.885
1.348.962
825.953
4
-90.834
-440.470
4
0
0
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangst uit langlopende schulden Aflossing langlopende schulden
€
31.784.443
Totaal uitgaande kasstromen
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa
€
2012
-90.834
10 10
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Netto kasstroom
0 -31.000
-440.470
0 215.000 -31.000
215.000
1.227.128
600.483
Saldo bijzondere baten en lasten
22
7
-683.170
Mutatie bestemmingsreserves
8
-400.625
-182.939
826.510
-265.626
Toename/(afname) geldmiddelen Het verloop van de geldmiddelen is als volgt:
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 9 van 16
Vervolg Kasstroomoverzicht over 2013: 2013
2012
€
€
Stand per 1 januari Mutatie boekjaar
4.103.747 826.510
4.369.373 -265.626
Stand per 31 december
4.930.257
4.103.747
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 10 van 16
Toelichting op de balans en staat van baten en lasten 1.
Algemene toelichting
Activiteiten Stichting Stedelijk Museum Amsterdam heeft ten doel het registreren, bewaren, conserveren, verrijken, documenteren, publiceren, onderzoeken, presenteren en vervreemden van museumcollecties die onder de naam of met de bestemming “Stichting Stedelijk Museum Amsterdam” in eigendom toebehoren aan de gemeente Amsterdam en van kunstwerken die in eigendom toebehoren (of in de toekomst zullen toebehoren) aan de Stichting of die anderszins ter beschikking zullen worden gesteld aan de Stichting.
Indeling Met ingang van 1 januari 2013 is de Algemene Subsidieverordening Amsterdam (ASA 2012) van kracht en van toepassing gedurende de Kunstenplanperiode 2013-2016. De verantwoording van de subsidie is gebaseerd op de verleningsbeschikking van het college van Burgemeester en wethouders en de hierin opgenomen prestatieafspraken, met inachtneming van het activiteitenplan, ondernemingsplan 2013-2016 en de meerjarenbegroting 2013-2016.
Toelichting op het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Kasstromen in vreemde valuta zijn omgerekend tegen een geschatte gemiddelde koers. Koersverschillen op geldmiddelen worden afzonderlijk in het kasstroomoverzicht getoond. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest, ontvangen dividenden en winstbelastingen zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.
Verbonden partijen Als verbonden partij worden aangemerkt: alle rechtspersonen waarover overheersende zeggenschap, gezamenlijke zeggenschap of invloed van betekenis kan worden uitgeoefend. Ook rechtspersonen die overwegende zeggenschap kunnen uitoefenen worden aangemerkt als verbonden partij. Ook de statutaire directieleden, andere sleutelfunctionarissen in het management van de stichting en nauwe verwanten zijn verbonden partijen. Transacties van betekenis met verbonden partijen worden toegelicht voor zover deze niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan. Hiervan wordt toegelicht; de aard en de omvang van de transactie en andere informatie die nodig is voor het verschaffen van het inzicht. Stichting Stedelijk Museum heeft geen verbonden partijen.
Schattingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de directie zich verschillende oordelen en schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningpost.
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 11 van 16
2.
Grondslagen voor waardering van activa en passiva
Algemeen De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met Richtlijn 640 Organisaties zonder winststreven, die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting.
Vergelijking met voorgaand jaar De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar.
Vreemde valuta De jaarrekening is opgesteld in euro’s; dit is zowel de functionele als de presentatievaluta van de Stichting Stedelijk Museum Amsterdam. 2.1.1. Transacties, vorderingen en schulden Transacties in vreemde valuta gedurende de verslagperiode zijn in de jaarrekening verwerkt tegen de koers op transactiedatum.
Kunstcollectie De kunstcollectie in beheer van de Stichting Stedelijk Museum Amsterdam is voor het grootste gedeelte eigendom van de gemeente Amsterdam. Bijna alle stukken die in het bezit zijn van de Stichting Stedelijk Museum Amsterdam zijn gewaardeerd op nihil. Twee stukken staan tegen verkrijgingsprijs op de balans. Hierop wordt jaarlijks een gelijkelijk deel afgeschreven. Tegenover deze stukken staat een langlopende schuld, welke in 5 gelijke delen wordt kwijtgescholden. Na afboeking van deze schuld, zullen ook deze kunstwerken tegen nihil op de balans blijven of, indien van toepassing, doorgeleverd worden aan de gemeente Amsterdam.
Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs inclusief direct toewijsbare kosten, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen. De afschrijvingen zijn gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs. De stichting beoordeelt op iedere balansdatum of er aanwijzingen zijn dat een vast actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief vastgesteld. Van een bijzondere waardevermindering is sprake als de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde; de realiseerbare waarde is de hoogste van de opbrengstwaarde en de bedrijfswaarde.
Voorraden en onderhanden werk De voorraden worden gewaardeerd op verkrijgingsprijzen onder toepassing van de FIFO-methode (first in, first out), eventueel verminderd met een voorziening voor incourant.
Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Handelsvorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering.
Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 12 van 16
Eigen vermogen Het eigen vermogen van de stichting wordt ingedeeld in reserves en fondsen. 2.1.2. Bestemmingsreserve Het bestuur van Stichting Stedelijk Museum Amsterdam heeft een deel van de reserves afgezonderd voor een speciaal doel. 2.1.3. Algemene reserve Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten.
Voorzieningen De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De overige voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. 2.1.4. Personeel De overige voorzieningen worden opgenomen tegen nominale waarde van de voor de afwikkeling van de voorziening naar verwachting noodzakelijke uitgaven.
Langlopende schulden De langlopende schulden betreffen donaties van particulieren in de vorm van een schuld welke in jaarlijkse gelijke termijnen wordt kwijtgescholden. Op de schulden wordt geen rente in rekening gebracht. Het kortlopende deel van deze langlopende schulden wordt verantwoord onder de kortlopende schulden. 2.1.5. Operationele leasing Leasecontracten waarbij een groot deel van de voor- en nadelen verbonden aan de eigendom niet bij de organisatie ligt, worden verantwoord als operationele leasing. Verplichtingen uit hoofde van operationele leasing worden, rekening houdend met ontvangen vergoedingen van de lessor, op lineaire basis verwerkt in de staat van baten en lasten over de looptijd van het contract.
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 13 van 16
3.
Grondslagen voor bepaling van het resultaat
Algemeen Het saldo (resultaat) wordt bepaald als het verschil tussen het totaal der baten en het totaal der lasten. De baten worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn gerealiseerd; lasten in het jaar waar ze betrekking op hebben. Baten die worden ontvangen in de vorm van zaken of diensten worden gewaardeerd tegen de reële waarde, voor zover deze bepaalbaar is. In dat geval worden zodanige baten in de staat van baten en lasten verantwoord. Baten waarvoor een bijzondere bestemming is aangewezen, worden in de staat van baten en lasten verwerkt; indien deze baten in het verslagjaar niet volledig zijn besteed, worden de nog niet bestede gelden opgenomen in de desbetreffende bestemmingsreserve. Een onttrekking aan bestemmingsreserve wordt als besteding (last) verwerkt in de staat van baten en lasten.
Subsidies Exploitatiesubsidies worden als baten verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarin de gesubsidieerde kosten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer een gesubsidieerd exploitatietekort zich heeft voorgedaan. De baten worden verantwoord als het waarschijnlijk is dat deze worden ontvangen en Stichting Stedelijk Museum Amsterdam de condities voor ontvangst kan aantonen. Subsidies met betrekking tot investeringen in materiële vaste activa worden direct in mindering gebracht op de investering en als onderdeel van de afschrijvingen verwerkt in de staat van baten en lasten.
Sponsorbijdragen Bijdragen van sponsoren worden verantwoord in het jaar waarop de bijdrage betrekking heeft.
Giften Giften van een zaak in natura worden gewaardeerd tegen de reële waarde in Nederland. Giften bestaande uit diensten worden in het algemeen niet financieel verantwoord, tenzij dit op geld waardeerbare diensten van bedrijven betreft. De niet financiële bijdrage die door vrijwilligers wordt geleverd, wordt niet in de staat van baten en lasten verantwoord.
Koersverschillen Koersverschillen die optreden bij de afwikkeling van monetaire posten worden in de staat van baten en lasten verwerkt in de periode dat zij zich voordoen.
Lasten De lasten worden bepaald op historische basis en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben.
Kunstaankopen De onderdelen van de subsidie en de overige bijdragen welke bestemd zijn voor kunstaankopen worden evenals de kunstaankopen zelf in de staat van baten en lasten verantwoord. De bedragen ten behoeve van kunstaankopen die ultimo boekjaar nog niet zijn besteed, worden toegevoegd aan de bestemmingsreserve kunstaankopen. Hier worden in een later stadium kunstvoorwerpen van verworven.
Personeelsbeloningen 3.1.1. Periodiek betaalbare beloningen Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de staat van baten en lasten voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers.
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 14 van 16
3.1.2. Pensioenen Stichting Stedelijk Museum Amsterdam heeft alle pensioenregelingen verwerkt volgens de verplichtingenbenadering. De over het verslagjaar verschuldigde premie wordt als last verantwoord. Mutaties in de pensioenvoorziening worden ook in de staat van baten en lasten verwerkt. Het bedrag dat als pensioenvoorziening is opgenomen, is de beste schatting van de nog niet afgefinancierde bedragen die noodzakelijk zijn om de desbetreffende verplichtingen per balansdatum af te wikkelen.
Tentoonstellingslasten Tentoonstellingslasten worden genomen op moment van opening van de tentoonstelling. Eventueel gemaakte kosten in eerdere jaren worden middels de “onderhanden werk” als vooruitbetaalde kosten op de balans verantwoord tot jaar van opening.
Afschrijvingen Materiële vaste activa worden vanaf het moment van ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de toekomstige gebruiksduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. Boekwinsten en -verliezen bij verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de afschrijvingen. 3.1.3. Rentebaten en rentelasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen die als onderdeel van de berekening van de effectieve rente worden meegenomen.
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 15 van 16
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan de directie en de Raad van Toezicht van Stichting Stedelijk Museum Amsterdam. Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de winst-enverliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de grondslagen voor de financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het bestuursverslag, beide in overeenstemming met het handboek Verantwoording Cultuursubsidies Instellingen en de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen (semi)publieke sector (WNT). Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Het bestuur is ten slotte verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van de relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming meet Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het Controleprotocol Cultuursubsidies Instellingen en het controleprotocol WNT zoals opgenomen in de Beleidsregels toepassing WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidcriteria en van de redelijkheid van de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Stedelijk Museum Amsterdam per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met richtlijn 640 ‘Organisaties zonder winststreven’ van de Nederlandse raad voor de verslaglegging en de beleidsregel toepassing WNT. Amsterdam, 20 maart 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door drs. J.L. Sebel RA
Stichting Stedelijk Museum Amsterdam te Amsterdam
Pagina 16 van 16