Een uitgave van Kollectief Maksimaal
Een stad, gedichten en dichters. Meer was er niet nodig om voor het eerst een thema te verzinnen. Inderdaad, de Internationale Gedichtendag in Herentals staat in 2004 in het teken van stadsgedichten. Van poorten tot rivieren, van mensen tot sport, van scholen tot kroegen, vele aspecten kwamen aan bod. U reageerde geweldig. U nam pen, papier en uw creativiteit en bezorgde ons kopzorgen. Zoveel inzendingen hadden wij niet verwacht. Vanuit alle hoeken van België (Flustin, Herentals, Westerlo, ...) stroomden gedichten binnen. Mensen die een band hebben met Herentals, ze bestaan. Op het podium hoort en ziet u een selectie van de ingestuurde stadsgedichten. In dit boekje vindt u alle inzendingen terug. Onze dank aan iedereen die reageerde. Veel plezier. Raf Michiels Voorzitter Kollectief Maksimaal
Daar aan de zonnige Netekant heb ik stil zitten dromen, mijn huid is lichtjes bruin gebrand 'k ben tot diepe rust gekomen. Die geel, groene tintenpracht het fluisteren van het water en de bomen, geuren van het gras en hooi heel zacht de oude Gasthuispoort, waarlangs kno's zullen komen. In de verte, bomen van de oude Begijnenvesten, heldere klokkenklanken uit de Beiaardtoren monumenten die uit de middeleeuwen resten, bewaard, gekoesterd, in een nieuw Herentals herboren. Hou stand gij fiere Kempenstede, bewaar uw Herentalse eigen, eigenaardigheid, een evenwicht tussen heden en verleden, een historisch stadje vol gezelligheid.
bertgal
mijn eerste wals, aan de kiosk onder de beiaardtoren. Herentals, de Keizer reed in zijn eigen stad verloren. Van de Nederrij recht naar de Bovenrij, met links en rechts opzij, monumenten, staminees en commercanten die vriend'lijk, gul zijn voor de klanten en passanten. Kom langs de Zand- of Bovenpoort naar dit stadje met een rijk verleden geniet in dit gezellig historisch oord aangepast voor mensen van heden. Neem plaats, onder de Beiaardtoren, dames- en heren in Thals laat u verwennen en bekoren en dans een onvergetelijke wals.
bertgal
Langsheen een stukje hei van purper stille pracht, een den in groene pij een berk vol tinten zacht. Die geel, bruin gouden kleuren verwondering in ons leeft, ze doen de wierook geuren die door de Bosbergen zweeft. Paddestoelen tussen 't vergeelde lover, mos en varens met parels bedauwd, vallende bladeren een kleurentover de herfst in 't bos en woud. Wandelend, in een droom verloren, op een tapijt van oker zand en bladeren zacht, kom ik langs de uitkijktoren waar een kleurrijk Kempisch panorama wacht.
bertgal
1. Heel wat gebeurde, in onze stede Eerder, werd dikwijls gestreden Reeds duizend jaar geleden Elke keer opnieuw gebeden Nu, in 't jare des Heren, 2004 Terecht is iedere Herentalsenaar fier Alle dagen van 't jaar evenveel plezier Laat het harte bonzen van geluk Samen sterk, Herentals, nooit stuk 2. Het kan niemand ontgaan Enkel te Herentals kan 't bestaan Reeds lang geleden dat 't begon Een stad verrees aan d' horizon Normaal, dat men er blijft wonen Tot en met er van dromen Allen die er verblijven Laten hun tevredenheid blijken Staan klaar om er voor te strijden. 3. Heerlijk om wonen Een stad om van te dromen Rijk van monumenten voorzien Elkeen is daarover gemeend fier Niemand wil er weg, en of Telkens men hoort, 't is hier tofaan ontspanning, sport, geen nood Leiders weten wel hoe het hoort Staan immer klaar, doen voort. 4. Haute, la tour touristique, bijou Entièrement construit en bois Remarquable, la vue, un atout En plein centre, le Lakenhal Notre plus bel bâtiment monumental Tout en haut, le carillon, unique At chaque heure, belle musique La bonne ambiance regne en maitre, partout Sûre, les dirigeants ont bon gout.
5. Geen enkele plaats is meer waard Dan waar zich bevind onze haard Waar we leven, werken, dromen Mooie plekjes ons immer bekoren. Geen enkel plaats gaat boven Datgene wat anderen enkel verkopen Waar eenieder iedereen waardeert Vriendschap vroegtijdig aangekweekt. Geen enkel plaats, waar dan ook Waar 't schouwken zo zalig rookt Vreugde en geluk alom heerst Zo is 't in Herentals steeds geweest. 6. Kasseien worden raar Mooie huizen bij de vleet Geen inspanning is te zwaar Voor Herentals, bespoeld door de Nethe. Meerdere besienswaardigheden Door meer dan een, amper gekend Schatten allerlei, 't mag geweten We zijn letterlijk verwend d' Openheid van harten ten allenkant Vriendschapsbanden, zo aangenaam om beleven Immer siert ons heerlijk Kempenland Herentals, 'n parel, 'n zegen. 7. Herentals, stad van kampioenen Omgeven door waters allerlei Menig gebouw om zich op te benoemen Kunstenaars maken er ons blij. Herentals, wie er is, er blijft De sfeer overtreft vele anderen Men is er gelukkig, eens ingelijfd Denken er niet aan te veranderen Herentals, waar men zich niet verveeld 't Nodige is er voorradig Vreugde en welzijn worden gedeeld Herentals, de besten waardig. Desire Mariën
Stadsgewijs: vermoeide blik niet op oneindig maar pannenkoek met ijs zomerse knapen met moeder aan zij schoenen kopen sokken passen ijs met krieken zomerjassen alleen zie ik het ze nog niet doen Om de hoek van het interimkantoor weet de blijf geen weet met mezelf de volgende stempelmaand loopt niet in majeur, eerder een e-g-a schema dat voor een meisjesvrouw aan de mississippi-delta van de Nete Zoeken wij dan maar volgende vent, pintje bier in de max, of marginale bar, weeral slechte fuif @ cynisch café, mee met mooi in hemd, klontjeklaar voor bij de koffie na pannenkoekenijs Weer geen moer te beleven in deze kleine provinciestad 'k sla dan maar de snaar met een licht Jeff Buckley-gebaar Alsof een roemloos verdrinken in de Nete… Evi Bloutman
Scène 1. Gedachten vliegen Verwachten geen uitvoering Nachten liegen niet Verdrinken ochtendkater Scène 2. Verlegen botst zijn hand mijn borsten tegen kleine koffie in lavazza-stijl kopjes op mijn rug buiten sipjes tiktak de zandneger in de zandstraat ook hij moedeloos ogen vol opkomende regen Scène 3. De vermoeidheid van een bijna leeg café Stellaboys zoeken heil in Waitsnoten Verbeter de wereld Start aan de toog Mijn Weltschmerz daarentegen Wordt enkel door Ver-vliegende gedachten Meer tegen dan aan Gesproken Finish aan de toog Scène 4. Beddebak (niet vreemd deze keer) draait mij zachtjes draagt mij krachtig richting Meuris' bedland heen met een laatste oog en blik onmiskenbaar richting scène 1. Evi Bloutman
Ge zij hie vandoag bij iejen gekome Oem bij wa muziek is weg te drome Wa zouder van denke asekik hiejel gewoen Is een lieke over Hertals zou doen? De miejeste van elle zen hie woarschijnlijk gebore En hemme hie helle jeugd en onschuld verlore Toch zed' hie gebleve, toch hed' hie een hoas Want ge vuld' aa hie toch nog altij thoas 't Is hie nog proper, 't is hie nog schoen En de miejeste meense dun nog gewoen En a ge goa waandele goade neffe de Neet En dan vuld' aa as meens toch wee compleet 't Uitzicht vanaf den toeristentore Kan zelfs joenk en aad bekore En as 't goe weer is kunde hiejel wijd zien Van Tiele tut Oelle misschin De Loakenhal stoa in 't hart van 't stad En vanaf doa begint de vrijdagse mart Mo past wel oep da ge veu da ge 't wet Ni tege iejen van die bloembakke redt Vruger kond' hie nog gemakkelijk parkere Mo naa mee de stadswacht mutte da nemieje riskere En wie da g' hie soems ok zie loepe, awel Da's Armandke in zijn tijgervel 't Ziekenhoas van Hertals is aloem bekend Veu a ge ziek zei of g' het een accident En a ge zoe iet veu het drinkt' een Elisken of twieje Verdoeve mut dan nemieje Een nief partij oan de macht Ne nieven burgemiejester mee een aander gedacht En ok mee de gruun is er van alles oan d' haand Aanders goan leiven is den traand Zwemme en schetse da kund' hie allicht Hopelijk is naa 't zwembad woaterdicht En veu de coureurs is er moa iejen idool Rik Van Loewe mee zijn wielerschool Ge zie, er is hie veu iederiejen wel wa te doen Wa sport, wa cultuur, wa muziek af en toe En a ge deust het dan goade iejene pakke In de Zalm, den Brigaand of bij de Jakke Greet Embrechts
Een stad Een dorp Een huis Een Mens Een beeld, opgenomen in een cel... Herinneringen die blijven. Zij ondergaan.
Vannacht nog doorlopen, mijn stad... Door ramen gekeken, de huiskamer. Mijn stad, een gevolg... Mijn stad, ze leeft... Beton dat groeit
Gunther Swerts
Zij trippelt café Druyts en mijn leven binnen Haar glimlach en ranke streling branden dieper dan mijn netvlies Haar gevoelens zijn bloem en traan afwisselend framboos en zure wijn Liefde die ik wou vergeten bloeit onder de toren van de Lakenhal in Herentals waar mijn liefje Hilde heet
Herman De Geyndt
De mij zo bekende straten Ze wachten op mij Hun gevels Die mij aankijken En herkennen Gevels Die dezelfde straten Tot dagen maken Soms Zou ik De huizen willen aanraken Als heel bekenden Maar dan Schrik ik Van de mensen Die achter Deze gevels Hun spelletjes Opvoeren Huizen zijn vriendelijker Dan mensen
Herman De Geyndt
Mijmerend meandert door de straten, in een achtergrond van netegeklater, een man, wel wat nostalgisch ingetogen en ook bovenkerkse spitsbogen. Geen verwachting noch verzoeking doch de fluwelen fonkeling van een rijk verleden, hier kan men zichzelf niet vergeten. Als enen gouden tampier hoe schoon dees stad van mij maar wanneer brouwt men terug bier in onze stadsbrouwerij...
Jacki Billet
De onvervaard overvliegende ooievaar zag tussen de bloemen geen gevaar bloemen in bakken met daartussen zowaar versnellingsloos verkeer dit overwogen hebbende, min of meer, de ooievaar keerde nooit meer weer.
Jacki Billet
Daar waar kiekens lopen vrank en vrij, waant men zich op het erf van een boerderij waar scharrelend naar meepikbaar graan en als het even kan, kakken op malkanders kop en al dat gekakel... Ik weet zulk een boerderij, niet ver hiervan waar neerhofzwerven nog rustig kan sinds kort zonder politiebewaking voor een middelgrote kudde kiekens en al dat gekakel... Maar wat ik mij soms afvraag na diepe verpeinzing zitten de echte kiekens daar niet op de eerste verdieping...
Jacki Billet
Alwaar de neet het dal bevloeid 'k en hoor daar menig koei die loeit dorsende boeren bij korenrijpheid, aldoende men t”kaf van t”koren schijt Waar t”noeste paard de karre trekt, en den lustigen leeuwerik zijn liedeken bekt waar nog kikkers ritmisch kwaken tijdens 't veelvuldig kindekens maken waart' wijf petatten schelt gewonnen van eigen veld waar Antwerpen het buitenland is en zaterdag de zesurenmis waar schrijverkes zich op beken bevinden guidogezellewijs onder gelijkgezinden Hier is een Burchtstraat, hoewel daar geen burcht staat als men er verkozen wenst men er toerneekes geeft en niet elke burgemeester een lange arm heeft hier heb ik leren drinken en spouwen tegen gevels van schoon gebouwen alwaar de nacht vol draaienis en de kater niet van de poes is maar nooit zal ik deze stad verlaten hier blijf ik immer bestaan zolang er bier blijft vloeien uit de tapkraan
Jacki Billet
(Luistertip: 'Hotel California', The Eagles)
Op een warme zomernacht, wat frisse wind in mijn haar, de lome geur van frieten met stoofvleessaus en tartaar wat verderop om de hoek knipoogde Stella verdacht ik was moe voor vandaag en zocht een bed voor vannacht Daar stond hij op de dorpel, weing haar met wat gel en ik dacht bij mezelf is dit de hemel of is dit de hel hij leidde me in de gelagzaal een barkruk aan de ronde toog, het vertrouwde verhaal Welkom in hotel De Zalm zulk een fijne plek, zulk een fijne stek steeds welkom in hotel De Zalm er is altijd plaats als er iemand vertrekt Het begon met een Stella, en geef de rest ook maar iets gelukkig kwam ik gewandeld, dus niet met auto of fiets want na een negental rondjes Stella Artois in majeur leek mij alles in tweevoud, zelfs het gat van de deur Dus bestelde ik een filter zwart als een maanloze nacht in plaats daarvan kreeg ik tripel niet geheel onverwacht want de mensen achter de toog ze kenden reeds mijn gebrek steeds een goede afsluiter voor ik vertrek Welkom in hotel De Zalm zulk een fijne plek, zulk een fijne stek steeds welkom in hotel De Zalm Aan goed bier is hier geen gebrek Het laatste wat ik mij herinner, ik begaf mij naar de deur nog nooit van mijn leven zulk hard labeur kom kom sprak de barman er is niets aan de hand laat ons nog iets gaan drinken in den brigand.
Jacki Billet
I. den tour is rond volgens nonkel mon die vanuit zijn zetel al menig etappe won nonkel mon gruwt bij iedere demarrage want wie is de leeuw die er achter aan gaat de vlaming die met een houten kop steeds meer aan de staart hopt de koers is bont en vol stampij een vat buskruit zonder lont, in allerijl aangestoken voor een winnende pronostiek die de sterveling als nonkel mon wat troost aanbiedt het peloton ruist even langs de waterkant er is een mus die op een fietshelm landt een italiaan vergeet keer op keer dat wat hij trots of stoer beweert elke keer weer verkeerd is want volgens nonkel mon is de tour rond waarop nonkel mon naar lucht begint te happen om te overlijden in de laatste etappe … net nu hij tourista heeft II. (relaas van een gevallen wielrenner) zware bloeduitstorting aan linkerschouder lichte breuk van het linkersleutelbeen been zelf niet verschoven last aan de halswervels bewustzijn niet verloren, geen hersenletsel wel een halsband dragen wonden aan beide knieën rechterknie ingetapet last van linkerknie last van linkervoorarm diepe snijwonde in het gelaat en veel bloed verloren bovenplaat linkeroogkas gebroken kaakbeentruama traanbuis gescheurd bloeduitstorting en gebroken linkerheup scheurtje in het bekken en een breuk in het zitvlak … net nu hij tourista heeft
III. een dichter fiets door de stad van beroemde wielrenners zeilt langs de baan op weg naar Peggy Sue (how do you do?) de dichter slalomt torens langs rechts met een aangewezen doelmansreflex hij werpt zich in de scrum van het steeds lawaai het eskimoteren onder de douche oogt minder fraai met een blik over het middenveld werpt hij u zijn woorden toe als een discuswerper, een speerwagen, een formule een, twee, drie vier pijlen in de roos, om plots met een boogscheut achterop te hinken - niet vergeten van uw pint te drinken met een eindspurt naar het volgende gedicht zijn ogen op de finish gericht krijgt de dichter het moeilijk zijn woordenketting hapert stokken spaken de versnelling in zijn betoog en de man met de hamer loert achter elke hoek op zoek naar de dichter die wacht op het - doek -
Jef Louisa Versmissen
Vergeten haagbeuk Langs volgebouwde lanen Eenzaam paard in een verloren weide Trotse torens die je Thuis doen komen Cafés als biechtstoelen Mensen vaak als keien Vloeibaar wordend door Een hartelijk woord Wit en zwart Ben jij Maar gelukkig zelden grijs Zoals de liefde: Kan niet zonder Kan niet altijd met Verknochtheid Als enig juiste woord.
Jos van de Pol
Een man, een boot, een sas grijs en klam gevangen tussen de oevers van de vaart als een nog natte akwarel De man staart wazig naar de boot ze glijdt geruisloos dichterbij het sas staat vol en stoot zijn deuren kreunend naar opzij De sluis verzwelgt de schuit er sijpelt water door een kier ze spuwt haar meters lager uit walmt naar petroleum, hout en wier Zoals het sas een vast volume transporteert van water met een boot zo heeft de man herinneringen, één na één geweerd uit zijn te volle, vermoeide hoofd Maar als het volgend schip naar boven komt duiken ze op uit het verleden als kolkend water, druppels, tranen in zijn mond hij kan ze niet verbieden het kunstwerk te betreden
Marc Vanstockem
varen(s) naast de beek grijsgroen en groen van tint trillend druipend in de wind geen esp, boot, geen vis, steek aangedampte brillenglazen getrokken door een hond de kraag strak recht, de mond gesloten, en de mazen van het net te wijd de spanning ligt aan stukken hij stapt en stopt, hij moet zich bukken herinnert zich de tijd met krijt op stoepen, pleinen en een muur het krult en veegt en krast een oneindige spiraal gelast van kleuren vol en smaken zoet en zuur gebonden aan de mast, schoon schip, met kracht om hard te werken het hier en nu te laat te merken een trilling op de lip dan wordt hij traag en stijf hij glimlacht om het beestig lijf een stok wordt weggeworpen, laag aangedampte brillenglazen, op een gescheurde kaart aan beide zijden door de gedempte vaart
Marc Vanstockem
Wind waait in de linde, snijdt er koud doorheen en blaast een vracht herinneringen aan de zomer weg Dus hult de boom zich in een wolk die grijs en klam tussen zijn zwarte takken is geland De kille deken dekt hem toe De reus is moe Zo ook de man die donker wandelt door de dreef als dwerg tussen de pijlers van de hemel Hij volgt de kraaien hoog Een man die liever elk jaar drie maanden in de herfst van zijn leven was geweest
Marc Vanstockem
geschreven tussen pot en pint
Die van Turnauwt smalen laagdunkend over “Herrentals” Maar 't is HERTALS! En toen het nog Herenthals was deelden wij de lakens uit Nu... vechtend voor zijn bestaan als kleine stad is het er toch goed toeven tussen de mensen en het gerstenat
Patrick Heylen
Ik woon in de Kempen, de streek van de hei Van de bossen, van de velden, de frisgroene wei Ik hou van de stad waar mijn vaderhuis staat Waar men werkt van vroege morgen tot het avonduur slaat De Nete kabbelt langs het gasthuis met spoed En brengt er aan Hertals heur hartelijke groet Op 't marktplein staat machtig, heel statig en fier ' Mooie belfort dat laat galmen heur klokje vol zwier Ons stadje 't is klein maar 't is wonderlijk fijn 'k Ben heel blij dat ik een burger van Hertals mag zijn Ik hou van ons stadje z'n poorten, z'n wal 'k Wil er altijd blijven wonen, ja 'k bemin het bovenal
Rosa Spiessens Tekst: Greta Hermans
Ik heb je vanavond gehad mijn stad ik heb je genomen langs je poorten eerst van boven rij maar door, zei je, ik heb je in je centrum geraakt, mijn stad. Je cafés druipten van de nattigheid we kwijlden van genot. Oh, wat heb jij een grote, mart, zei je, even vergat je mijn naam, ik vergaf het je, ik maakte het je trouwens hof in een kwartier. We liepen doelloos rond laafden ons aan liefde op straat kreeg ik de hik, ik was dronken van jou. We schuilden voor jaloerse ogen in het Begijnhof hier kwam ik pas echt tot rust in jou. Ja, ik vond je mooi diep in je binnenste alleszins en ik vond het leuk flirten met jou, je zeurde niet zoals m'n vrouw. Nu kom ik vaker bij jou, in jou ook ja, ik doe het te graag, je hebt ook zoveel te bieden, ik verveel me niet gauw met jou, m'n stad.
Mensen klagen al eens over jou je biedt te weinig cultuur, je politiek is rot, laat ze maar onwetend, ze kijken niet goed, begot. Mijn stad, jij wordt omringd door al wat mooi is, een zuiver riviertje heerlijk geurende bossen om lekker in te smotsen met de fiets weliswaar. Mijn stad, ik neem je nog vaak langs je poorten, langs twee zijden even snel, ik weet wel je hebt een lekkere snoet met soms een geur van aangebakken chocola, maar flirten zal ik blijven doen met jou, m'n stad.
Xavier De Busser
Alles begon met school te lopen in mijn stad Van Dooren en Vake heb ik er gehad neen, niet letterlijk veel wijzer werd ik niet in mijn stad slimmer een beetje. Ik reed met de fiets naar mijn stad over de brug van 't kanaal over een heel smal fietspad, mijne vlo hebben ze nooit gejat. Ik ging te weinig uit in mijn stad ik was een droogstoppel eerste klas ik voelde me niet zo goed in mijn sas waar ik bang was in te rijden… Ik vergeet nooit de jeugdclub in mijn stad waar ik te bang was om te durven dansen op Angie van de Rolling Stones en depressief naar huis reed omdat ik weer niet gekust had. Ik zag wel schoon meisjes in mijn stad maar durfde er niks aan vragen veel seks heb ik dus niet gehad in mijn stad. Als ik dan down naar huis reed denkend aan
de mooie meisjes die ik zag, kwam ik thuis in mijn dorp en trok eens lekker aan mijn ding.
Xavier De Busser
Moeder's slippertje vader zag het niet aan de regenput werd mijn verdriet. Uit jouw buik kwam ik te snel in stads moederhuis zes weken isoleercel. Het is nooit goed gekomen met mij mijn stad kon het ook niet helpen. In jouw dorp liep ik lagere school lopen voetballen nog niet op de dool. In jouw stad gepatroneerd liep ik college persoonlijkheid heb ik niet gekweekt. Naïef als ik was priester zou ik worden vanwege dat Latijn gelukkig mocht het niet zijn. Van Dooren kon me niet bekoren leraar Frans zou ik worden. Ik ben het nooit geweest maar ben nog immer in mijn stad trouw zonder slippertjes.
Xavier De Busser
Herentals Stad vol decadentie Stad vol artistieken (im)potentie Zelf rook ik al 23 jaar Dat ik een vroegtijdige dood zal sterven Is zelfs mij zonnesneeuw klaar Hoeveel eeuwen rook en ruikt Herentals Al naar Boerenkrijg en Burgerij Remy De Pillecyn, Jef Versmissen en verder ken ik niemand Sorry dat ik in bittere woorden verzand (Im)potente burgermannetjes en vrouwtjes Op de terrassen van de markt De Lakenhal houdt de schijn hoog En Kollectief Maksimaal is te vinden aan den toog Zelf hou ik meer van Olen Al ben ik geboren in HERENtals Hou meer van de geuren van boeren, hoeren en kolen Maar als ik hier mag optreden Voel ik me wel fijn Zoals ik het fijn vind Geen Herentalsenaar te zijn.
Danny Smolders
Waarom een gedicht over een stad Hoe belangrijk ook Als je het over een werelddeel kunt hebben Waarom een gedicht over een werelddeel Als je de stad niet bekijkt in z'n geheel Een gedicht over de Kempen Wat stellen jullie je voor? Heide en grasvelden Of de schoorstenen al dan niet rokend Van het fabrik van Olen Dachten jullie nu echt dat dit gedicht over Herentals zou gaan Niet eens over de Kempen Alsof er niets anders zou bestaan Dan cafe crossroads aan het station Doe Maar zong al over de bom Zoals toen blueslegende Roland niet kwam opdagen Laat ik het maar over m'n vrienden hebben De echte touwtrekkers in de Kempen Musici, schrijvers, kunstenaars Punkgroepen en bluesmuzikanten Samen in een onvergetelijke roes pikanten Naar het onbereikbare
Danny Smolders
Voorwoord - Raf Michiels Nete - bertgal Herentals - bertgal Herfst in de Kempen - bertgal Reeks van zeven stadsgedichten - Desiré Mariën Ongetiteld - Evi Bloutman Ongetiteld - Evi Bloutman Hertals - Greet Embrechts Beton dat groeit - Gunther Swerts Hilde 2002 - Herman De Geyndt Ongetiteld - Herman De Geyndt Hoe schoon dees stad - Jacki Billet Geboortebeperking - Jacki Billet Kiekes - Jacki Billet Met een berk erbij - Jacki Billet Hotel de Zalm - Jacki Billet Tourista - Jef Louisa Versmissen Hertals - Jos Van de Pol Het kunstwerk - Marc Vanstockem Gedempte vaart - Marc Vanstockem Dreef - Marc Vanstockem Hertals - Patrick Heylen Ons stadje - Rosa Spiessens Mijn stad - Xavier De Busser Mijn stad, mijn ding - Xavier De Busser Slippertje - Xavier De Busser Decadent Herentals Kempenland
1 2 3 4 5 7 8 9 1O 11 12 13 14 15 16 17 18 20 21 22 23 24 25 26 28 30 31 32
Onze oprechte dank gaat naar: Frank en Bjorn van het CinéCafé Didi de Paris OverZevenZeeën LaVoisin A.koll.ade Stad Herentals Stadsarchief Herentals Provincie Antwerpen Jacki Billet Bert Veris Jeugdraad Herentals Thals vzw Katrien, Mies en Hans Geert Verbist Auteurs van stadsgedichten: Greet Embrechts, Evi Bloutman, Gunther Swerts, Jos van de Pol, Rosa Spiessens, Marc Vanstockem, Jef Louisa Versmissen, Desire Mariën, Herman De Geyndt, Geert Bal, Patrick Heylen, Xavier De Busser, Jacki Billet Alle medewerkers aan deze dag Ons publiek Alle vrouwen, mannen en kinderen in onze levens {{{ Een uitgave van Kollectief Maksimaal. Redactie: Raf Michiels Eindredactie en lay-out: Jef Louisa Versmissen Alle rechten behoren de auteurs toe.
[email protected]
Ter gelegenheid van Gedichtendag 2004 bundelde Kollectief Maksimaal een twintigtal gedichten over de stad Herentals. Deze stadsgedichten werden geschreven door Herentalsenaren of mensen die een band met Herentals hebben. Deze gedichten zijn nu voor u gebundeld. Wij wensen u veel leesplezier toe.