Special| Dia:Beacon
Rob Pe r ré e | De Dia Art Foundation koopt en financiert sinds de jaren zeventig kunstprojecten. In museum Dia:Beacon hebben omvangrijke kunstwerken alle ruimte gekregen.
Een ongekende verzameling 38
kunstbeeld.nl nr 10 2010
Er zijn veel Nederlandse kunstliefhebbers die New York bezoeken. Naar het MoMA, het Metropolitan Museum of Art en de galeries in Chelsea gaan ze allemaal. Het Whitney en het New Museum moeten het al met wat minder aandacht doen en het Brooklyn Museum wordt vaak vergeten. Wat de meeste mensen niet weten is, dat er vlakbij New York een verzameling te zien is van een ongekend niveau. Dia:Beacon ligt ruim een uur met de trein vanaf Grand Central. Zoiets als van Amsterdam Centraal naar het Van Abbemuseum in Eindhoven. Deze trein volgt echter geen saaie A2-achtige snelweg, maar de oevers van de Hudson, die vooral in het voor- en najaar alleen al de rit waard zijn. Het is dan ook vreemd dat zo weinig bezoekers aan New York Beacon in hun programma opnemen. Onbekend maakt onbemind. De Dia Art Foundation is in 1974 opgericht door de Duitse kunsthandelaar Heiner Friedrich en zijn vriendin Philippa de Menil. Haar ouders waren zeer gefortuneerd en hadden al een stevige reputatie als mecenassen opgebouwd. Het doel van het jonge paar was niet alleen om kunst uit de jaren zestig en zeventig aan te kopen, ze wilden vooral ook kunstenaars de middelen geven – zoals geld, studioruimte en assistentie – om kunstwerken te maken. Dan Flavin en Donald Judd bijvoorbeeld hadden zonder hun ondersteuning nooit de werken kunnen maken waar ze nu al tientallen jaren beroemd om zijn. Grote site specific werken van Walter De Maria, The Lightning Field (1977) in New Mexico, en James Turrell, Roden Crater (1979 – heden) in Arizona, waren er nooit gekomen als Friedrich en De Menil niet de portemonnee hadden getrokken en de autoriteiten hadden overtuigd van het belang van deze land art-projecten.
M Buitenaanzicht
r John Chamberlain,
Dia:Beacon, Riggio Galleries,
installation view, 2010,
Beacon, NY, foto: Richard
Dia:Beacon, Beacon, NY,
Barnes, Courtesy Dia Art
foto: Bill Jacobson, Courtesy
Foundation
Dia Art Foundation
Verlaten fabriekshallen Om haar kunstwerken en opdrachten voor een groot publiek toegankelijk te maken betrok Dia in de jaren negentig een groot pand in de galeriewijk Chelsea, bestaande uit drie verdiepingen en een enorm dakterras. De tentoonstellingen duurden meestal drie maanden en werden altijd ondersteund door publicaties, soms vouwbladen, maar ook catalogi en readers. Ondertussen werd de collectie aangevuld met nieuwe aankopen, vooral van de generatie kunstenaars waar Dia zich vanaf het begin verbonden mee voelde, onder wie Michael Heizer, Sol LeWitt, Agnes Martin en Louise Bourgeois. De verzameling werd al snel groter dan het tentoonstellingsgebouw aankon. Er was behoefte aan een grotere ruimte waar de werken op permanente of semi-permanente basis konden worden gepresenteerd. In het volle New York was die ruimte niet te vinden. In 2002 wist Dia voor een habbekrats de verlaten fabriekshallen te verwerven waarin de verpakkingen van de National Biscuit Company werden gedrukt, bij het wat suffe conservatieve dorp Beacon in Upstate New York. Het gebouwencomplex moest worden aangepast voor kunstbeeld.nl nr 10 2010
39
40
kunstbeeld.nl nr 10 2010
Andy Warhol, Shadows, 1978-79, installation at Dia:Beacon, Beacon, NY, foto: Bill Jacobson, Collectie Dia Art Foundation, Courtesy Dia Art Foundation
kunstbeeld.nl nr 10 2010
41
< Richard Serra, Torqued Ellipse II, 1996; Double Torqued Ellipse, 1997, installation at Dia:Beacon, Beacon, NY, gift van Louise en Leonard Riggio, 2000, foto: Richard Barnes, Courtesy Dia Art Foundation
> Michael Heizer, North, East, South, West, 1967/2002, Dia Art Foundation, gift van Lannan Foundation, foto: Tom Vinetz, Courtesy Dia Art Foundation
kostbare kunst, maar veel wilde Dia er niet aan veranderen, daarvoor waren de oorspronkelijke ruimtes te uniek. In mei 2003 opende Dia:Beacon. Ongepolijst In de loop der jaren heb ik Dia:Beaon een aantal keer bezocht en iedere keer raak ik weer onder de indruk. Het gebouw zelf speelt daar een niet onbelangrijke rol in. Zelden krijgt goede kunst zo de ruimte die het verdient. En, al klinkt dat wellicht paradoxaal, zelden worden kunstwerken zo weinig afgeleid door de architectuur van een ruimte. In Dia:Beacon mag kunst volledig zichzelf zijn. Joseph Beuys, Donald Judd, Walter de Maria, Blinky Palermo, Lawrence Weiner, Robert Smithson, Hanne Darboven, al deze kunstenaars hebben een hal in Dia:Beacon, waarin een selectie van hun beste werken bewijst hoe uitzonderlijk deze kunstenaars zijn of waren. De kleinste, minst aangepaste ‘zaal’ is de bovenste verdieping. Daar zijn tientallen installaties en (kleine) sculpturen van Louise Bourgeois geconcentreerd. De ongepolijstheid van de omgeving versterkt het wat ongemakkelijke gevoel dat veel kunstwerken van haar oproepen. De Spider (1997) wordt van een beschermende moeder tot een geheimzinnige kenau die verwarring en onrust om haar heen zaait. In de kelder huizen de werken van Bruce Nauman. Hier vind je zijn beroemde Walk with Contrapposto uit 1968, de nauwe gang die aan het einde je bewegingen heeft gevangen op een zwart-wit scherm, en Mapping the Studio I
42
kunstbeeld.nl nr 10 2010
(Fat Chance John Cage) uit 2001. Als je midden in deze installatie gaat zitten word je omringd door grote beeldschermen die het atelier van Nauman registreren. Aanvankelijk weet je niet of de beelden bewegen. Hoe langer je er zit, des te meer hoor je en zie je. Of, nog beter, des te meer denk je te horen en te zien. Op de begane grond is onder andere Shadows (1978) van Andy Warhol te zien. Meer dan honderd grote schilderijen hangen tegen elkaar in een vierkante zaal. De schilderijen tonen meer dan honderd schaduwen op een gekleurde ondergrond en daarmee meer dan honderd vormen die naar je toe lijken te komen. Zelf heeft Warhol het werk ooit spottend een decor genoemd dat in een discotheek niet zou misstaan. In een aanpalende hal staan lichtwerken van Dan Flavin in een lange rij. De tl-lichten houden zich met gemak staande in een ruimte waar de zon ook vrij spel heeft. Licht, maar op een andere manier, zijn ook de minimale schilderijen en tekeningen van Agnes Martin waarin lijnen zich bewegen op vaalwitte ondergronden. Het zijn bescheiden werken, die desondanks op een dwingende manier je aandacht trekken. Ze contrasteren met de kleurige, gedeukte, gecrashte sculpturen van John Chamberlain die de ruimte ernaast vullen. Vooral de wand van tot repen geknipt staal drukt je in verbazing achteruit. Terwijl je Richard Serra’s werken overal tegen komt, ook op plaatsen waar ze misstaan, heeft Dia:Beacon de beste werken van Serra. Twee ellipsen uit 1996 en 1997 die tegelijkertijd dreigen en beschermen. Als de zon schijnt tekenen de ramen zich af op hun metalen huid, waardoor ze op slag transparant lijken te worden, en dat in de wetenschap dat ze duizenden kilo’s wegen.
Hoe langer je er zit, des te meer hoor je en zie je. Of, nog beter, des te meer denk je te horen en te zien.
De laatste jaren heeft Dia ook werk van eigentijdse kunstenaars aangekocht, onder meer van Glenn Ligon, Marijke van Warmerdam en Pierre Huyghe. Van die kunstenaars worden dan ook kleine tentoonstellingen samengesteld. De verborgen lagen en aspecten van de permanente werken worden om de zoveel tijd eveneens in tentoonstellingsvorm blootgelegd. Het is zeker niet zo, dat ieder bezoek dezelfde aanblik oplevert. Optimale presentatie Sinds de opening van Dia:Beacon heeft de Dia Art Foundation een turbulent bestaan geleid. Omdat het een familiecollectie is, waren er altijd al strubbelingen die in een roddelblad niet zouden misstaan. Zo vlogen de familieleden elkaar in de haren of probeerden elkaar uit het bestuur van de stichting te gooien, bestuursleden trokken zich boos terug omdat de emoties een zakelijk en verantwoord beleid onmogelijk maakten en banken hebben zelfs gedreigd de stichting per omgaande failliet te verklaren. De vestiging in Chelsea, Manhattan is inmiddels definitief gesloten. De plannen om in het Meatpacking District, de zuidelijke punt van Chelsea, een nieuw pand neer te zetten of aan te kopen zijn nooit verder gekomen dan de planfase. Directeuren en medewerkers komen en gaan. Voorlopig weet Dia:Beacon al deze dreigingen en bedreigingen te weerstaan. Gemakkelijk is dat niet, omdat haar inkomsten achterblijven bij de verwachtingen.
tion, maar vaak worden deze begeleid en bewaakt door betrokken particulieren. Een van de mooiste van deze projecten vind ik The Broken Kilometer van Walter De Maria op West Broadway. Drie lange rijen van keurig achter elkaar geplaatste twee meter lange massief koperen balken vormen samen een kilometer. In Utah werd de spiraalvormige pier, The Spiral Jetty (1970) van Robert Smithson, in 1999 aangeschaft door Dia Art Foundation. Het water dreigt de spiraal regelmatig te verslinden, maar telkens zijn er voldoende gulle gevers te vinden die dit iconische werk van de ondergang weten te redden. De Dia Art Foundation is organisatorisch een wankele stichting geworden. Dat maakt haar verzameling er gelukkig niet minder om. Zolang Dia:Beacon het hoofd boven water kan houden verdient het duizenden bezoekers meer dan er nu komen. Een bezoek aan het ‘museum’ is meer dan een kans om geweldige kunst te zien. Het is een kijkervaring die je doet inzien dat vele musea onvoldoende aandacht besteden aan de optimale presentatie van hun kunstwerken. :
Dia:Beacon, 3 Beekman Street, Beacon (VS), www.diaart.org
In diverse galerieachtige ruimtes in SoHo en op een aantal buitenlocaties zijn nog individuele kunstwerken te zien, onder de vlag van de Dia Art Founda-
Walter De Maria, ‘The Broken Kilometer’, 393 West Broadway, New York.
kunstbeeld.nl nr 10 2010
43