Boottest
Tekst: Paul Van den Keybus Foto’s: Paul Van den Keybus en Varen
Greenline 40 Hybrid
Comfortabel ecologisch varen
46 • februari 2012 • VAREN
Greenline 40 Hybrid LOA: 11,99 m BOA: 4,25 m Diepgang: 0,85 m Waterverplaatsing: 8.000 kg Diesel: 720 l Water: 300 l Motoren: vanaf 1 x 150pk tot 2 x 225 pk Elektromotoren: 2 x 7 kW Aantal slaapplaatsen: 4 + 2 Prijs: 184.500 euro ex. BTW Importeur: Nova Yachting - Bruinisse Info: www.nova-yachting.nl; www.greenlinehybrid.com
Bij onze proefvaart van de Saffier 23 - de elektrische zoemende zeilboot - konden we foto’s maken vanop de Greenline 33, de eerste hybride motorboot van de Seaway-werf. Onze interesse was onmiddellijk gewekt en toen we de uitnodiging kregen om met de allereerste gloednieuwe 40-voeter te varen gingen we daar uiteraard met genoegen op in.
VAREN • februari 2012 • 47
Boottest
“De opvatting van de ontwerpers is dat het nog te vroeg is voor een volledig elektrisch aangedreven vaartuig.”
Vlot naar 18 knoop.
xxxxxx
48 • februari 2012 • VAREN
H
et basisconcept was reeds vastgelegd met de Greenline 33, waarmee inmiddels meer dan 200 eigenaars - daaronder meerdere landgenoten - gelukkig zijn gemaakt. Het gaat om een hybride aandrijving, d.w.z. dat ofwel elektrisch ofwel met een klassieke dieselmotor gevaren wordt. De opvatting van de bouwer is dat het voor een volledig elektrisch aangedreven vaartuig nog te vroeg is: de accu’s vormen daarbij, net zoals trouwens bij de auto’s, de achillespees omwille van hun beperkte capaciteit. Ook de levensduur van de accu’s is een handicap: bij de Greenline verwacht men acht à tien jaar, waarna er toch een kleine 10.000 euro moet geïnvesteerd worden in nieuwe batterijen. Allicht komt hier, opnieuw onder de invloed van die automobielnijverheid, spoedig verandering in. Greenline meent dat men bij het toepassen van deze aandrijvingsvorm moet zorgen voor een licht schip en een goed lopende romp, met de hulp van een dieselmotor en met het opvangen van zonnige momenten met zonnepanelen. Op termijn is dit de meest rendabele en milieuvriendelijke oplossing. Voor de realisatie van dit ambitieus doel is het tekenbureau J&J Design verantwoordelijk. J&J komt van Jernej en Japec Jakopin. Dit broederstel, met een totaal andere achtergrond dan het ontwerpen van boten, heeft momenteel bijna 300 ontwerpen op zijn actief, met meer dan 60.000 concreet gebouwde boten op de meest belangrijke werven zoals Bénéteau, Jeanneau, Bavaria, Windy enz. Bouwer Seaway heeft ook al een behoorlijke reputatie met o.a. Greenline, Shipman en
Skagen, allemaal werven die bouwen met de meest innovatieve productiemethoden. Het goed lopende onderwaterschip van de 40, met aan weerskanten een opvallende stabilisatievin en een tunnel voor beide schroeven, vertoont veel gemeenschappelijke kenmerken met de 33. Het is opvallend rond, maar met een duidelijke knik net onder de waterlijn wat vormstabiliteit betekent. Normaal gaat een rond schip immers makkelijk rollen, maar dit wordt hier verder efficiënt voorkomen door de reeds vermelde vinnen. Naast dwarsstabiliteit hebben die ook een belangrijke invloed op de richtingsstabiliteit. Ze lijken eerder kwetsbaar, maar geen nood: komen ze toch met de grond in aanraking, dan kunnen ze op een voorgeprogrammeerde manier afbreken en makkelijk vervangen worden. Het hele concept wordt ook op een technisch hoogstaande manier gerealiseerd bij de bouw waarbij een laag gewicht van de romp nagestreefd werd. Op epoxy gebaseerde vinylesterharsen met een 50%-gehalte aan bi- en quadraxiale vezels werden verwerkt met de vacuüm-infusiemethode en leveren naast goede kwaliteit ook een voor de arbeiders weinig belastend werkmilieu op. Wrangen en spanten zijn van lichtgewicht composietmaterialen en chemisch verbonden - lees bijna echt versmolten - met de romp. Het schip ziet er met de rechtopstaande steven en de brede achterspiegel enerzijds modern uit, en anderzijds met de hoge gangboorden, de duidelijke zeeg met halverwege een neerwaartse knik, toch
Boottest
“Paul Hameeteman van NovaYachting is betrokken bij het permanent verbeteren van de ontwerpen.”
Groot open dak.
ook klassiek. Het uitwaaieren van de boeg beperkt zich tot het gedeelte onderwater, wat spatwater laag houdt en het voorschip daarboven breed en dus ruim. De brede achterspiegel levert ook weer veel ruimte in de grote kuip op, een ruimte die door de grote overhang van het dak bijna altijd bruikbaar is. In koudere periodes kan ze immers rondom afgesloten worden met een zijtent. De spiegel kan openklappen naar het platform. Naar het voordek kunnen we via de twee gangboorden, die een verschillende breedte hebben. Beide zijn met hun hoog potdeksel en hun hoge reling even veilig, en aan stuurboord wordt de uitstap vergemakkelijkt door een openklapbaar deurtje achteraan. De plaatsing van de achterste klamp - er zijn er in totaal 5 - is niet optimaal, want wanneer ze gebruikt wordt voor een spring, dan wordt dat deurtje afgesloten. De middelste kikker staat dan weer te ver naar voren. Volgens Nova Yachting wordt eraan gewerkt: tenslotte zijn we hier met het prototype onderweg en wordt er stelselmatig gecontroleerd en verbeterd (zie inzet). Het voordek biedt een goede werkruimte en het kajuitdek is voorbehouden aan een drietal zonnekloppers. Wanneer men op het kajuitdak naar achter kijkt, dan ziet men op het dak een groot glazen luik (supplement), dat elektrisch naar achter toe kan openen en dat zo de stuurman naast zon en licht ook een mooi totaaloverzicht geeft bij het manoeuvreren. De gedeeltelijk opklapbare stuurstoel laat immers ook een staande houding toe. Achter het luik ligt een reeks zonnepanelen. Die leveren op hun best 3,5 kW stroom en laten zo toe om tegen de snelheid van 3,5 knoop, een gangbare snelheid op onze
kleinere kanalen en rivieren, in quasi stilte en helemaal gratis te blijven varen... tot het donker wordt natuurlijk. Voeg daarbij dan de wetenschap dat je stil en milieusparend onderweg bent en je gemoedsrust is volmaakt. Terug naar de kuip, waar eventueel ook de tafel kan worden opgesteld bij mooi weer. Een grote glazen schuifdeur geeft ons langsheen het grote keukenblok met handgreep aan bakboord, met elektrische kookplaat en dubbele spoelbak, toegang tot de kajuit. Door deze glazen deur, de grote ramen en het grote schuifluik boven de stuurstand is het overal opvallend licht, iets waar ook de lichte kleur van het hout toe bijdraagt. In het interieur vinden we veel rechte lijnen, enigszins getemperd door de afrondingen van het houtwerk . Het zitgedeelte strekt zich uit aan weerskanten, met een behoorlijk grote klaptafel. Opvallend is dat die niet interfereert met de klapluiken die toegang geven tot de grote motorruimte daaronder, maar daarover straks meer. Het instrumentenbord is groot en laat alle nuttige informatie zien. De zitbank achter het stuur is verstelbaar, maar was voor mij aan de lage kant. Gedeeltelijk kwam dit ook door de hoge console die speciaal bestemd was voor de plotter. Ook hier wil de importeur verbetering in brengen. Voor het overige is het uitzicht rondom erg goed, met de vele ramen. Enkel achteraan aan weerskanten is er een kleine dode hoek door de volwaardige koelkast aan stuurboord en het keukenblok daartegenover. Mooi is de deur naast de schipper: daardoor is het contact met de buitenwereld erg goed en kan er eventueel snel ingegrepen worden bij de
Prachtig afgewerkt dek met asymmetrische gangboorden.
xxxxxx
xxxxxx
50 • februari 2012 • VAREN
xxxxxx
Modulair bed in de voorpiek.
manoeuvres. Aan bakboord treffen we ter hoogte van de stuurzetel een bijzonder groot schuin liggend plexi luik aan: dit vormt het plafond van de gastkajuit, waar een verplaatsbaar dubbel bed de eventuele gasten opwacht. Jammer is het wel dat er dus naast de stuurstoel voor 2 personen geen plaats meer is voor anderen om tijdens het varen mee vooraan van het uitzicht te genieten. Verder naar voren is er een smaakvolle eigenaarshut, met een moduleerbaar dubbel bed: ofwel de stijl Frans 2-persoonsbed, met makkelijke toegang rondom, ofwel in V-vorm twee eenpersoonsbedden aan weerskanten. Er is een ruime en mooie toiletruimte aan stuurboord, onder de instrumentenconsole. Dit bevestigt dat het hier gaat om een uiterst comfortabele boot voor twee tot vier personen. Ben je met meer, dan vergen het ochtend- en avondritueel iets meer planning.
Techniek We hadden reeds een oppervlakkig kijkje genomen onder de tafel, daar waar de motoren zitten. Hier hebben we te maken met de hybride 2-motorenversie. Daarbij zit de elektrische aandrijving tussen de dieselmotor en de hydraulische ZF-koppeling. Er zijn drie mogelijkheden: ofwel vaar je daarmee volledig elektrisch, ofwel drijven de dieselmotoren de boot aan, ofwel voeden zij de generator waarmee ook de batterijen terug op hun krachten komen bij bijvoorbeeld het voor anker liggen. Eigenlijk is er nog een vierde modus: in de haven plugt men gewoon in op de walstroom. De diverse modi zijn mooi beschreven in de uitstekende handleiding, met nog een aparte katern speciaal gewijd aan de verschillende instellingen en mogelijkheden. Elektrisch varen is uiteraard het meest comfortabel: enkel een gezoem verraadt de twee 7 kWelektromotoren. Ideaal dus om geluid- en reukloos de haven in en uit te varen of rustig al varend van een stukje natuur te genieten. Een kruissnelheid van zowat 6 km/h, een mooi getal voor een rustige dagtrip op een kanaal, levert een actieradius op van 20 mijl. De actieradius verandert met de diesels drastisch: tegen zowat 10 km/h slurpen ze 5 l/h, wat met de dieseltanks van 720 l hier ongeveer 1500 km oplevert. Tel het diesel-, het elektrisch en het varen op zonnepanelen bij mekaar en je komt wel heel erg ver. De diesels, twee maal 165 pk Cummins (hier nog met het VW-logo, andere vermogens vanaf 60 pk zijn leverbaar), zitten direct toegankelijk voor alle essentiële onderdelen, netjes ingebouwd. Hun lawaai blijft op een beschaafd niveau. Maar ook hier wil de importeur - zelf een niet onverdienstelijk rallyrijder
Zwemplatform neergeklapt.
- enige fine-tuning: de klop bij het schakelen moet eruit en er moeten andere schroeven onder de boot.
Het varen zelf 18 knoop topsnelheid staat in de folder, 18 knoop is ook onze maximale snelheid op een vlakke Grevelingen. Het gedrag op ruwer water is dus niet direct in te schatten, maar harde klappen of moeilijke situaties bij het kruisen van de eigen golven op hoge snelheid bleven uit. Toch verkiezen we het rustiger varen met de Greenline: de boot is heel koersstabiel en manoeuvreerbaar. Ga je naar de hogere regionen, dan blijft uiteraard de koersstabiliteit, het sturen wordt echter zwaarder en de lenigheid verdwijnt. Maar de Greenline is daar ook niet voor gemaakt. Toch is het leuk te weten dat je reserve hebt: de grotere wateren liggen daarmee open, de binnenwateren worden een waar genot. Bovendien wordt de actieradius op binnewater vergroot door de bescheiden doorvaarthoogte, iets waarvan de modieuze flybridges enkel kunnen dromen. Het manoeuvreren gaat uitstekend, zeker met het ‘anker- en havenpakket’ waarin o.a. een boegschroef zit.
Conclusie De Greenline is een mooi product om naar te kijken en aangenaam en praktisch om mee te varen. Hij is verkrijgbaar met kleinere motoren, zonder elektrische aandrijving en zonnepanelen voor een wel behoorlijk lage prijs van 184.500 euro (ex. btw). Maar daarmee gaat ook een deel van de charme van de Greenline verloren: het hybride varen biedt immers veel meer mogelijkheden. Natuurlijk heeft het ook zo zijn prijs: met elektromotoren, zonnepanelen en een aantal pakketten gaat men dan al gauw richting 360.000 euro. Een goed gevoel en enige bezittertrots mogen hier echter ook iets kosten.
Samen sterk Nova Yachting, de importeur van de Greenline, gelooft reeds van bij de aanvang in het Greenlineconcept. Vanaf het begin was er een zakelijk-vriendschappelijke relatie met de werf. De eerste Greenline 33 werd reeds in gemeenschappelijk overleg verfijnd, en dat gebeurt nu ook met deze Greenline 40, getuige daarvan de in de tekst vermelde aanpassingen. z VAREN • februari 2012 • 51