RIS159030_19-DEC-2008
Gemeente Den Haag
BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN van het raadslid Ingrid Gyömörei sv 2008.207 RIS 159030 Regnr. BSW/2008.836
Den Haag, 16 december 2008
Inzake: buitensteedse ID-werknemers De gemeenteraad Het raadslid mevrouw Ingrid Gyömörei heeft op 5 november 2008 een brief met daarin 17 vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht. Deze vragen zijn gesteld naar aanleiding van het artikel “Ruim honderd ID-banen op de tocht” in de AD-HC van 3 november 2008. Ingevolge het bepaalde in artikel 38, van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, antwoorden wij als volgt. 1.
Schept het gedwongen ontslag van buitensteedse ID-werknemers ruimte voor die ID-werknemers die door de subsidiestop per 1 januari 2009 ontslagen dreigen te worden? Kunt u uw antwoord toelichten?
Ja. Bij vervanging dient wel rekening te worden gehouden met het ontslagrecht. Aan de ontslagvergunning van de ontslagen ID-werknemer wordt de zogenoemde wederindiensttredingsvoorwaarde verbonden. Dit houdt kortweg gezegd in dat gedurende 26 weken vanaf de datum van de ontslagvergunning de werkgever geen werknemer in dienst zal nemen voor werkzaamheden van dezelfde aard dan nadat deze als eerste aan de ontslagen ID-werknemer zijn aangeboden. Daarbij wordt in de rechtspraak geen onderscheid gemaakt naar indienstneming, aanstelling of detachering. Niet naleving van de voorwaarde betekent dat de betrokken werkgever het risico loopt hierover door de ontslagen ID-werknemer op te worden aangesproken. Hierdoor is het mogelijk dat voor enkele maanden in 2009 de plek van de ontslagen ID-werknemer niet kan worden ingevuld. 2.
Wat is het correcte aantal buitensteedse ID-werknemers dat met ontslag bedreigd wordt? Waar komen die verschillende aantallen vandaan?
Met de buitensteedse gemeenten binnen de regio hebben wij recentelijk afspraken gemaakt over het opvangen van alle buitensteedse werknemers die bedreigd worden met ontslag. Met deze afspraken hebben alle buitensteedse werknemers een baan op 1 januari 2009. In eerste instantie zullen de buitensteedse gemeenten nog trachten afspraken te maken met werkgevers voor continuering van het dienstverband met een loonkostensubsidie of premie.
BSW/2008.836
2
In het uiterste geval kunnen de Haagse buitensteedse werknemers voor een jaar instromen in de restgroeppool, die ook wordt ingezet voor de afbouw ID-banen niet-G8. De werknemers worden gedetacheerd op een andere werkplek dan bij de huidige werkgever. In het jaar wordt sterk ingezet op uitstroom naar regulier werk. De buitensteedse gemeenten betalen mee aan de kosten van de restgroeppool en de gemeente Den Haag vult het noodzakelijke deel aan. Naar schatting zullen 50 tot 73 buitensteedse ID-ers worden ontslagen en dus in aanmerking komen voor de restgroeppool. De genoemde aantallen buitensteedse ID- en WIW-werknemers waarvoor ontslag dreigt zijn momenteel nog schattingen. Daarvoor zijn twee redenen. Enerzijds zijn nog steeds buitensteedse ID-ers die uitstromen naar werk, daardoor neemt het aantal buitensteedse ID- en WIW-werknemers af. Anderzijds vinden nog steeds gesprekken plaats tussen buitensteedse gemeenten en ID- WIWwerkgevers om te spreken over continuering van de loonkostensubsidie of het inzetten van een premie. In de eindrapportage afbouw ID-banen niet-G8 worden de definitieve aantallen vermeld. Deze rapportage zal in de eerste kwartaal van 2009 worden verzonden. Overigens neemt de gemeente Den Haag voor circa 21 buitensteedse werknemers die in Den Haag wonen de financiering over van de buitensteedse gemeenten. De werkgevers van deze werknemers kunnen rekenen op een continuering van de subsidie met drie jaar. 3.
In de brief van 9 september (ris 157589) wordt er gesproken over het toepassen van een zogenaamde EVC (Eerder Verworven Competenties) procedure. Is er ook voor deze (buitensteedse) werknemers ingezet op EVC procedures? Zo ja, wat waren hiervan de resultaten? Zo nee, waarom niet?
Alle buitensteedse werknemers hebben kunnen deelnemen aan een reïntegratietraject van Randstad HR Solutions of de keten. Een EVC-procedure en eventueel aanvullende scholing heeft onderdeel kunnen uitmaken van het traject. In totaal hebben zes buitensteedse ID-werknemers een succesvol EVC-traject gevolgd. Allen hebben hiermee een startkwalificatie verworven op niveau 2 of hoger. 4.
In de brief van 9 september 2008 (ris 157589) geeft het college aan dat er ook voor iedere buitensteedse werknemer een outplacementtraject beschikbaar is. Welk resultaat is hiermee behaald?
In totaal zijn circa 48 buitensteedse ID-werknemers tijdens het outplacementtraject bij de huidige of een externe werkgever geplaatst. Dit aantal kan in de komende weken nog wijzigen. 5.
In dezelfde brief wordt er gesproken over een voorrangsregeling voor ex-ID-werknemers ten aanzien van de vrijgekomen banen bij G8 werkgevers. Is er ook sprake van een voorrangsregeling voor buitensteedse ID-werknemers wanneer het gaat om het witten van banen?
Er bestaat geen voorrangsregeling voor buitensteedse ID-werknemers. Buitensteedse ID-werknemers komen niet in aanmerking voor banen die zijn gewit met SZW financiering, zoals de banen bij de G8werkgevers. Immers, de verantwoordelijkheid voor de periode na 1 januari 2009 ligt bij de buitensteedse gemeente. Werkgevers kunnen met eigen middelen uiteraard wel een buitensteedse werknemer witten. Ook de eenmalige stimuleringspremie van € 17.000,00 is beschikbaar voor buitensteedse werknemers.
BSW/2008.836
6.
3
Zijn er ook buitensteedse ID-werknemers die een WSW indicatie hebben gekregen? Zo ja, hoeveel? Worden zij ook geplaatst binnen de Haeghe groep?
Naar bekend hebben twee buitensteedse ID-werknemers een Wsw-indicatie en lopen voor drie werknemers een aanvraag Wsw-indicatie. Buitensteedse ID-werknemers vallen per 1-1-2009 onder de verantwoordelijkheid van de buitensteedse gemeenten. Dat betekent dat buitensteedse ID-ers met een WSW-indicatie geplaatst moeten worden bij het SW-bedrijf van de betreffende gemeenten. De Haeghe Groep werkt alleen voor Haagse Wsw-ers. 7.
Arbeid subsidiëren buiten de gemeentegrenzen mag niet meer per 1 januari 2009, in dienst nemen wel! Kan het college aangeven hoeveel buitensteedse ID-werknemers in dienst genomen zijn door de gemeente of door de gemeente gesubsidieerde instellingen? De buitensteeds werknemers waar het hier om gaat hebben al in 2004 toestemming van stichting de Werkbij gekregen om te verhuizen naar een randgemeente. Eén van de redenen was destijds dat het moeilijk was een betaalbare woning te vinden in Den Haag.
Van de oorspronkelijk 13 gemeentelijke buitensteedse ID-ers zijn er 5 in dienst genomen bij door de gemeente gesubsidieerde instellingen. Twee buitensteedse ID-ers komen bij de gemeente in dienst. De overige personen worden elders geplaatst of komen in de restgroep. Deze ID-ers worden gefinancierd met concernmiddelen en/of loonkostensubsidies van buitensteedse gemeenten. 8.
Op welk moment was het college op de hoogte van het feit dat er voor buitensteedse ID-werknemers per 1 januari 2009 geen subsidie meer mag worden verleend?
In de staatscourant van 23 maart 2005/nr.57/pag.13 staat dat de subsidie van buitensteedse ID-ers in principe blijft toegestaan zolang de zolang de verdeelsystematiek op historische gronden is gebaseerd, maar in eerste instantie in ieder geval tot 1 januari 2009. Een en ander leverde onduidelijkheid op over de vraag of de subsidie tot 2009 of tot 2011 zou blijven toegestaan, aangezien de verdeelsystematiek tot 1 januari 2011 gedeeltelijk op historische gronden gebaseerd blijft. In oktober 2007 heeft het Ministerie van SZW aangegeven dat buitensteedse financiering naar alle waarschijnlijkheid per 1-1-2009 niet meer mogelijk is. Het college is op 26 februari 2008 hierover ingelicht. Op 18 juli 2008 heeft het college formeel besloten om buitensteedse ID-ers en WIW-ers niet meer (structureel) te blijven subsidieerden. 9.
Op wel moment en hoe zijn de buitensteedse ID-werknemers hiervan op de hoogte gebracht?
De gemeente communiceert rechtstreeks met de ID-werkgever als subsidie-ontvanger. De ID-werkgever heeft de verantwoordelijkheid om zijn ID-werknemers te informeren. Op 1 februari 2008 zijn alle G8-werkgevers per brief geïnformeerd over de situatie van de buitensteedse ID-werknemers. Tevens is toen een informatiebijeenkomst georganiseerd. De G8-ID-werkgevers hebben op 31 juli een formele beschikking ontvangen voor de ID-subsidie vanaf 2009. In deze beschikking is de buitensteedse kwestie opgenomen. Voor de niet-G8 IDwerkgevers geldt dat de subsidie al zou worden beëindigd per 1 januari 2009, ongeacht buitensteeds of niet. Per brief zijn deze werkgevers op 21 augustus 2008 geïnformeerd over de buitensteedse kwestie, zodat ze in staat zijn gesteld om afspraken te maken met de buitensteedse gemeenten over eventuele loonkostensubsidie of premie.
BSW/2008.836
4
10. Is het college het eens met de SP dat toestemming geven om te verhuizen ook een verantwoordelijkheid schept? Zo ja, op welke wijze heeft het college daar invulling aan gegeven tussen 2004 en nu? Kunt u uw antwoord toelichten? Op basis van de toenmalige kennis is het toestemming geven aan verhuizen gerechtvaardigheid. Gezien de onduidelijkheid over de definitieve einddatum is hieraan meegewerkt. Daarnaast werd verondersteld dat met de buitensteedse gemeenten goede afspraken konden worden gemaakt over continuering van de loonkostensubsidie. 11. Welke inzet heeft het college gepleegd in de periode tussen de brief van 2004 en nu om ID-werknemers behulpzaam te zijn ander werk te vinden of terug te verhuizen naar de gemeente Den Haag? De buitensteedse niet-G8 ID-werknemers zijn vanaf juli 2007 door Randstad HR Solutions of de keten begeleid bij de zoektocht naar nieuw werk of plaatsing bij de huidige werkgever. Voor de buitensteedse G8 ID-werknemers is de mogelijkheid van outplacement vanaf februari 2008 geboden. Daarnaast voeren buitensteedse gemeenten gesprekken met de werkgevers over eventuele voortzetting van het dienstverband. Tussen 2004 en juli 2007 is drie keer eerder de mogelijkheid geboden deel te nemen aan een outplacementtraject. Een beperkt deel van de niet-G8 ID-werknemers, waaronder buitensteedse werknemers, heeft daadwerkelijk hier gebruik van gemaakt. Ook de jaarlijkse afbouw van de lumpsum-financiering aan de ID-werkgevers sinds 2004 heeft als stimulans gewerkt voor de uitstroom van (buitensteedse) ID-werknemers. De gemeente heeft geen actief beleid gevoerd om buitensteedse werknemers te laten terugverhuizen. 12. Via een ontvangen mail van een buitensteedse ID-werknemer vernamen wij dat ze na het ontvangen van haar ontslagbrief van haar werkgever het advies gekregen heeft om voor 1 januari 2009 terug te verhuizen naar de gemeente Den Haag (geanonimiseerde mail ter inzage op de fractie). Kan het college haar behulpzaam zijn bij het vinden van een woning in Den Haag voor 1 januari 2009? Deze omstandigheid zal vermoedelijk geen grondslag zijn voor een voorrangsverklaring bij het toewijzen van een woning. 13. Op 12 november 2007 heeft de wethouder op een voorlichtingsbijeenkomst voor ID-werknemers met grote stelligheid verklaard "voor jullie veranderd er helemaal niets, behalve één ding, dat ik misschien een beetje strenger ben dan mijn voorganger". Waarom is deze gelegenheid niet gebruikt om de aanwezige ID-werknemers op de hoogte te brengen? Deze kwestie is niet genoemd, omdat op dat moment de ID-werkgevers hierover niet waren geïnformeerd. In november 2007 werden de consequenties van de uitsluitsel van de einddatum van het ministerie van SZW nog grondig uitgezocht. De gemeente heeft als subsidieverstrekker aan de ID-werkgever de verantwoordelijkheid om dit soort ingrijpende kwesties eerst aan hen te communiceren. De ID-werkgevers bepalen vervolgens welke consequenties dit heeft voor hun buitensteedse ID-werknemers en dienen dat met hen te bespreken.
BSW/2008.836
5
14. Zowel op Tv-West als tijdens de begrotingsvergadering stelt wethouder Kool "niemand komt op straat te staan, dat is mijn garantie". Hoe verhoudt zich deze uitspraak tot de positie van buitensteedse ID-werknemers? Hoe gaat de wethouder voorkomen dat zij op straat komen te staan? Bij het SP onderzoek "recht op werk" kwam naar voren dat diverse werkgevers er bewust voor hebben gekozen mensen in dienst te nemen als ID-werknemer met het "label" onbemiddelbaar. Zij wilden deze mensen een kans geven op de arbeidsmarkt. Ook bij deze groep zitten buitensteedse ID-werknemers. Er is ingezet op scholing en het opdoen van werkervaring. Veel ID-werknemers hebben op deze manier een reguliere baan gevonden. Voor diegenen wie dat niet gelukt is geldt dat ze op de plek waar ze nu zitten met begeleiding goed functioneren, maar dat het onwaarschijnlijk is dat zij een reguliere baan kunnen vinden. De inzet van de gemeente is altijd geweest om ook voor de buitensteedse werknemers een oplossing te vinden. Naast de inzet van outplacementtrajecten tot eind 2008 zullen de meeste buitensteedse ID-werknemers aan het werk kunnen blijven met de inzet van de buitensteedse gemeenten. In de beantwoording van vraag 2 hebben wij aangegeven dat met het opvangen van de buitensteedse werknemers, die bedreigd worden met ontslag, in de restgroeppool, wordt voorkomen dat deze werknemers werkloos raken. 15. Er is 24,4 miljoen beschikbaar voor ID-werknemers die niet bij hun huidige werkgever in dienst kunnen treden. Is een gedeelte van dat budget ook bestemd voor buitensteedse werknemers? De beschikbare ondersteuning hiervoor vanuit de gemeente door middel van outplacementtrajecten scholingstrajecten en stimuleringspremies wordt tot het einde toe ingezet (rm 243). Het budget van € 24,4 miljoen kan worden gebruikt om de financiering van de buitensteedse gemeenten aan te vullen om zo de buitensteedse werknemers te plaatsen in de restgroeppool. 16. Wat wordt er bedoeld met tot het einde toe? Is dat tot 1 januari 2009 of tot iedere buitensteedse werknemer een andere baan heeft? Waarop is deze keuze gebaseerd? Dat betreft inderdaad tot 1 januari 2009. Zoals eerder is aangegeven, is deze keuze ingegeven met het beëindigen van de overgangsregeling WWB per 1 januari 2009. 17. Is het college in staat en bereid deze vragen te beantwoorden voor de behandeling van raadsmededeling 243 in de commissie SWEI? Nee. Het college van burgemeester en wethouders, de secretaris, de burgemeester, mw. A.W.H. Bertram
J.J. van Aartsen