Hoofdstuk 4: de wereldgodsdiensten 1. De islam
a) Ontstaan
Wanneer en hoe is de islam ontstaan? De islam is ontstaan in 622 n. C. De profeet Mohammed trok de woestijn in om tot bezinning te komen. Daar ontmoette hij de engel Gabriël, de boodschapper van God. De openbaringen volgden elkaar op en zo werd het duidelijk dat hij het geloof van Abraham en Adam moest verkondigen.
b) Symbolen
Wat is de symboliek van hoofddoeken? De meeste moslima’s zien het als een onderdeel van de vrouw en schoonheid. Het symboliseert voor hen vrijheid en godsdienstige trouw. Sommige vrouwen worden verplicht door hun vader om een hoofddoek te dragen. Dan is het niet vrouwvriendelijk. Onze mening zegt dat als de vrouw zelf kiest voor er één te dragen, dan hebben wij daar geen problemen mee. Als de vrouw verplicht wordt om de hoofddoek te dragen, dan vinden we dit niet eerlijk en onrechtvaardig.
c) Goden
De moslims zijn monotheïstisch: wat is de naam van hun enige God? De naam van hun God is Allah. Is dit zijn enige naam? Nee, naast 'Allah' noemen ze hun God ook 'God' (naar de christenen), 'Jaweh' (naar de joden), … Uit welke taal komt Gods naam? Zijn naam komt uit het Arabisch.
1
Wereldgodsdiensten
d) Heilige schriften
Welk heilig schrift hanteren de moslims? Ze hanteren de Koran (Qur'an). Hoe is dit boek opgebouwd? Het boek bevat de openbaringen aan Mohammed.
e) De 5 zuilen
De religie van de islam bestaat uit geloof en praktijk. De 5 zuilen is de verzamelterm die gebruikt wordt voor de 5 meest fundamentele religieuze verplichtingen van elke moslim onder de heilige wetten van de islam. Elke vrome moslim onderhoudt voor zover mogelijk trouw deze verplichtingen, omdat ze essentieel worden geacht om God te behagen.
De eerste zuil – de geloofsbelijdenis (shahadah)
Wat houdt dit concreet in? Dit is de geloofsbelijdenis of shahadah, het is een kort credo waarin het bestaan van de enige God wordt erkend en Mohammed wordt erkend als Zijn profeet. Hoe vaak zeggen zij deze credo op? Zij zeggen deze credo dagelijks meerdere malen op.
De tweede zuil – de rituele gebeden (salat of salah)
Hoe vaak worden ze geacht de rituele gebeden uit te voeren? Leg uit op welke tijdstippen dit gebeurt. Hoewel er in de Koran maar drie vaste gebedstijden worden genoemd, worden moslims geacht ten minste vijf maal per dag de rituele gebeden (Salah) uit te voeren.
's Ochtends vroeg, ruim voor de zonsopgang (Fajr)
Tussen de middag (net na de hoogste stand van de zon) (Dhuhr)
Midden tussen het tweede gebed en zonsondergang in, wat neerkomt op ergens tussen drie uur en vijf uur 's middags (Asr)
2
Wereldgodsdiensten
In de vroege avond, tussen schemer en donker in, net na zonsondergang (Maghrib)
Na de volledige zonsondergang, circa anderhalf uur tot 2 uur na Maghrib (Isha)
Op welke plaats gaan zij bidden? Een moslim kan dit ritueel overal uitvoeren, bv. op straat, thuis of op het werk. Er zijn echter plaatsen waar een moslim dit niet mag, bv. op een graf of op een met bloed verontreinigde plaats. Leg uit waarom Mekka zo belangrijk is voor de tweede zuil. Moslims bidden in de richting van Mekka, voor hen de belangrijkste plaats op aarde.
De derde zuil – het geven van aalmoezen (zakat of zakah)
Hoe staan de moslims tegenover bezit? Moslims geloven dat alle dingen aan God toebehoren en dat rijkdom de mens alleen in bruikleen gegeven wordt. Hoe berekenen zij hun aalmoezen? Elke moslim berekent dit persoonlijk. In de meeste gevallen betekent dit een jaarlijkse donatie van 2,5% van het gespaarde privékapitaal.
De vierde zuil – het vasten tijdens de ramadan (saum of siyam)
Wat houdt deze vierde zuil concreet in? Tijdens de maand ramadan moet iedere moslim, behalve zwangere vrouwen, jonge kinderen, soldaten in oorlogstijd en mensen die te ziek zijn om aan de ramadan mee te doen, deelnemen aan de ramadan. De ramadan is een vastenperiode waarin men van zonsopgang tot zonsondergang niet eten, drinken, roken en zich onthoudt van seksuele gemeenschap. Daarnaast mag men ook niet vloeken of kwaadspreken. Tijdens de vastenperiode bidden moslims meer dan gewoonlijk, de vastenperiode of Siyam is bedoeld om moslims geduld en zelfdiscipline te leren, ook wordt het gezien als schuldderving van de gelovige ten opzichte van God.
3
Wereldgodsdiensten
De vijfde zuil – de pelgrimstocht naar Mekka (hadj, hajj of haj)
De pelgrimstocht naar de heiligste stad Mekka is voor de moslims zeer belangrijk. Hoe vaak moet een moslim deze tocht ondernemen? Iedere moslim (zowel mannen als vrouwen) die het zich financieel en qua gezondheid kan permitteren is verplicht dit ten minste 1 maal in het leven te ondernemen. Deze pelgrimage bestaat uit een hele serie rituelen. Leg uit om welke rituelen het gaat. Men moet meermalen om het heilige huis van de islam, de Ka'aba, heenlopen. Een ander ritueel is het gooien van stenen naar pilaren die de duivel symboliseren, dat herinnert aan de verzoeking van Abraham door de duivel toen die zijn zoon moest offeren. Het hoogtepunt van de hadj is het verblijf op de vlakte van Arafat, waar de pelgrims God lofprijzen en vergeving vragen voor hun zonden.
De zesde zuil
Wat betekent het begrip 'jihad'? Leg kort uit. De moslims van de sekte khawarij stellen dat de zesde zuil van de islam de heilige oorlog is. Hiervoor wordt verwezen naar het begrip 'jihad' dat 'strijd' betekent. Het betreft zowel de innerlijke strijd om goed te doen ( innerlijke jihad/ grote jihad) als de uiterlijke strijd tegen ongelovigen ter uitbreiding van de islam of tegen hen die de islam bedreigen ( uiterlijke jihad/ kleine jihad).
4
Wereldgodsdiensten
2. Jodendom
a) Het ontstaan
Waar?
Het midden – Oosten
Wanneer?
± 4000 jaar geleden
Hoe is het ontstaan?
God sloot een speciaal verband met aartsvader Abraham
Wie is de stichter?
Abraham
Wat deed hij?
Hij bepleitte de essentie van 1 geloof.
b) De verspreiding
Het grootste deel van de Joden leeft in de VS en Israël. Het Jodendom heeft ± 14 miljoen volgelingen.
c) Symbolen
Het symbool van de Joden is een Davidsster. Het is een combinatie van 2 gelijkzijdige driehoeken en werd aangebracht op een tempel als versiering.
d) God
Volgens de joden kunnen we de echte naam van God nooit uitspreken. Daarom hebben zij enkele andere namen voor Hem bedacht.
1.
de Barmhartige
7.
de Schepper
2.
onze Vader
8.
de Verlosser
3.
onze Koning
9.
Adonai : mijn heer
4.
de Vergever
10.
Jahwe : In de Hebreeuwse
5.
de Rechter
bijbel wordt de naam met 4
6.
de Heilige Hij zij gezegend
letters weergegeven (JHWH)
5
Wereldgodsdiensten
e) Heilige geschriften
TeNaCH : Thora, Nebiim en CHetubim, de 3 delen van de heilige geschriften van de Joden.
Thora
: verhalen met leefregels over het ontstaan van het volk van Israël, volgens de traditie door Mozes opgesteld
Nebiim
: prediking van de profeten
Chetubim
: wijsheidsgeschriften
Deze geschriften zijn allemaal in voormalig Hebreeuws geschreven.
Jad:
zilveren bladwijzer, wordt in de synagoge gebruikt bij het voorlezen uit de Thora. Het is een stokje met bovenaan een handje. Men gebruikt het om te voorkomen dat teksten vies worden.
Het verband tussen de heilige geschriften van de Joden en de Christenen. De Tenach is een verzameling boeken die christenen het Oude Testament noemen. Er bestaat dus wel degelijk een link tussen de geschriften van de joden en de christenen.
f)
Religieuze feesten
Pesach = Pasen Op de 15e van de maand Nissan = maart / april Men viert de uittocht van Mozes en zijn volk uit Egypte. Dit symboliseert voor de joden vrijheid, de verlossing uit de slavernij.
RITUELEN 7 dagen lang (duur van het paasfeest) wordt er geen brood of voedsel dat kan gisten gegeten. Hoogtepunt = SEDERAVOND
6
Eerste avond van deze week.
Een groot familiaal feest met verschillende spijzen.
Wereldgodsdiensten
Rosj Hasjana = Joods Nieuwjaar Op de 1e dag van Tisjrie = september Men viert de schepping van de wereld.
RITUELEN De eerste dag van een 10 dagen durende periode die eindigt met Jom Kippoer, de grote verzoendag Een periode van bezinning, iedereen toont dat hij spijt heeft van zijn fouten Er wordt heel veel tijd doorgebracht in de synagoge
Jom Kippoer = De grote verzoendag 10e dag van Tisjrie = september Men viert de dag van de grote verzoening, de dag van vasten. Dit is een van de belangrijkste dagen van het jaar.
RITUELEN Alle gezonde volwassenen vasten voor 24u ze mogen noch eten, noch drinken Tijdens deze 24u wordt er non – stop gebeden en om vergeving gevraagd voor hun fouten.
Soekot = Loofhuttenfeest 15e tot 22e Tisjrie = september / oktober Feest ter herinnering aan de tocht door de woestijn. Voornamelijk viert men dat je kan vertrouwen op God, die hen heeft geholpen door de woestijn.
RITUELEN Zoals je bij christenen kerstbomen ziet, kun je bij de joden hutjes zien die tijd In deze hutten eten ze gedurende 1 week Op de laatste dag van deze periode leest men de eerste en de laatste stukken van de Thora, om de levenscyclus te benadrukken.
7
Wereldgodsdiensten
g) Erediensten
Erediensten worden geleid door de rabbijn, de voorzanger of een gewoon iemand. Ze moeten er voor zorgen dat alle gebeden bij de juiste gelegenheid en op het juiste tijdstip door alle aanwezigen worden opgezegd. Het heiligdom waarin de erediensten gehouden worden is de synagoge.
Joden bidden eigenlijk overal, waar dan ook. Ze zien elke handeling als een kans om te bidden. Wanneer ze eten, drinken, nieuwe kleren aantrekken ,… is er een passend gebed. Ze worden ook aangemoedigd om hun gebeden zelf te verzinnen.
In de synagoge bidden ze vaste gebeden. Sommige zijn ingekort en worden gebruikt op vrijdagavond, sabbatochtend en bij speciale gelegenheden. Ze bidden in een mengeling van Hebreeuws en hun eigen taal.
De berachot of de lofuiting mag men zo vaak bidden als men wil, dit kort gebed kan gebruikt worden voor elke gelegenheid. Men heeft ook vaste gebeden die orthodoxe joodse mannen elke dag 3 keer in het Hebreeuws in gedachten of hardop voorgedragen of zingen.
h) Wat geloven joden?
1. Liberale joden
het Jodendom geeft hen een gemeenschappelijke cultuur
2. Orthodoxe joden
aan de voorschriften proberen te onthouden, die door de eeuwen heen doorgegeven zijn.
3. De joden geloven dat zij het uitverkorene volk zijn. 4. De 10 geboden vormen de basis voor het leven van de joden 5. Joden geloven dat alle mensen geboren zijn met de mogelijkheid om zowel het goede als het kwade te doen.
8
Wereldgodsdiensten
i)
Voorschriften en regels
Kledingsvoorschriften
Orthodoxe joden binden tijdens het bidden gebedsriemen rond hun hoofd en linkerarm. Op hun hoofd dragen ze een keppel.
Onder hun gewone kledij dragen joden dagelijks een kleed met franjes, dit noemen we een talliet.
Voor vrouwen gelden er andere voorschriften. Zo scheert een vrouw net na het huwelijk haar haren af en gaat ze een pruik dragen. Dit is omdat enkel de partner van de vrouw het haar mag zien.
Voedselvoorschriften Joden worden verwacht koosjer te eten. Dit houdt in dat: Ze mogen enkel vlees van herkauwde zoogdieren met een gespleten hoef eten. Het dier moet geslacht worden volgens de traditionele regels. Het meeste gevogelte mogen ze eten. Vissen mogen ze wel eten, als ze zichtbare schubben en vinnen hebben. Reptielen, amfibieën en insecten mogen niet gegeten worden. Melk en vlees mogen NOOIT samen gegeten worden. Men moet speciale wijnen drinken.
9
Wereldgodsdiensten
j)
Rituelen
Als jongens 8 dagen oud zijn wordt een stukje van de voorhuid van de penis weggesneden als teken van het verbond met God. Briet mila
Als jongens 13 jaar oud zijn, zijn ze religieus volwassen. Ze krijgen dan de naam ‘zoon van het verbond / wet’. Ze lezen dan een tekst voor in de synagoge en ze dragen voor het eerst een gebedsmantel. Bar mitswa
Als meisjes 12 zijn, ondergaan ze hetzelfde ritueel, maar zijn lezen niet voor uit de Thora. Bat mitswa
Het geloof gaat over van moeder op zoon of dochter.
k) Synagoge
Op vijftienjarige leeftijd heeft een joodse jongen zijn Bar mitswa reeds gedaan. Hij heeft op godsdienstig gebied dan vele verplichtingen. Zo moet hij bijvoorbeeld op zondagvoormiddag, wanneer de sjabbat plaatsvindt naar de synagoge. Daar kan hij opgeroepen worden om een stukje uit de Thora voor te lezen. De Thora is een van de 3 delen van de Tenach. Bij het binnenkomen van de synagoge komt men zeker een Mezoeza tegen. Dit is een tekstkokertje dat volgens traditioneel joods gebruik bij deurposten word aangebracht. Wanneer een jood naar de synagoge gaat draagt hij steeds een keppeltje. Dit is zo’n klein bolvormig hoofddekseltje dat joden verplicht zijn te vragen wanneer ze bidden.
10
Wereldgodsdiensten
3. Hindoeïsme
a) Ontstaan De juiste datum is niet bekend, maar het ontstaan van het Hindoeïsme is ongeveer 3500 jaar geleden. Op dat moment vielen de Ariërs, een vijandig volk, het gebied van de Indus rivier binnen. Zij introduceerden zo hun vedische geloof. Dit geloof mengde zich met het geloof van de lokale bevolking. Deze mix van de verschillende golven vormt de basis voor het Hindoeïsme dat we nu kennen. b) Symbolen Er komen tal van symbolen voor in de hindoekunst. Elk symbool heet een speciale betekenis. Het Shri-symbool bijvoorbeeld is een teken van welvaart en welzijn.
Het belangrijkste symbool is de swastika: dit is een eeuwenoud universeel symbool met een diepe spirituele betekenis van voorspoed en geluk. In India is het een vanzelfsprekend element van het straatbeeld, vooral op tempels en vrachtwagens. c) Goden De Hindoes geloven in 1 god, Brahma, maar deze bestaat wel uit 3 aspecten. De drie-eenheid bestaande uit: Brahma
de schepper
Vishnu
de beschermer
Shiva
de verwoester
(Ganesh)
neemt hindernissen weg en is beschermheilige van reizigers
Hindoegoden en -godinnen worden vaak afgebeeld of gebeeldhouwd met verscheidene hoofden of armen om hun speciale kwaliteiten te laten zien. Zo wordt Brahma soms afgebeeld met 4 gezichten om zo te tonen dat hij over de 4 windrichtingen regeert.
11
Wereldgodsdiensten
d) Heilige geschriften Er zijn veel verschillende geschriften die voor hindoes belangrijk zijn. Het heilige geschrift met het meeste aanzien, maar het minst gelezen is de Veda’s. Er staan geen wetten of regels in, maar hoofdzakelijk zaken m.b.t. God. Er zijn meer dan 100 Upanishads die verschillende onderwerpen behandelen. Bijvoorbeeld zaken als filosofie, astrologie… Belangrijke onderwerpen zijn de ziel en de relatie daarvan met God. Alle geschriften zijn geschreven in het Sanskriet. Een ander heilig geschrift waarin de goden de hoofdrol spelen heet de Purana's . e) Het kastensysteem De hindoemaatschappij is verdeelt in vier groepen. De Hindi/ Jati geheten. Een hindoe wordt geboren in een bepaalde maatschappelijke laag (te vergelijken met een bepaalde stand). De stand waarin je geboren bent, kan je tijdens je leven niet verlaten, tenzij je een
zegening
krijgt van de geestelijke leraar. De vier kasten zijn: brahmanen
priesters
kshatriya’s
edelen en soldaten
vaisya’s
kooplieden
sudra’s
dienaren
(paria’s)
(kastenlozen)
Er zijn ook nog kastenlozen of paria’s, onaanraakbaren, dalits. Men beschouwt hen als onrein en deze personen mogen en/of kunnen de Veda’s niet bestuderen. f)
Wat geloven hindoes?
Hindoes geloven in de Samsara: dit is een kringloop van de geboorte, de dood en de wedergeboorte. Ze denken dat de mens meer dan 1 leven heeft en dat hij dus steeds opnieuw geboren wordt, maar dan in een ander lichaam. Het uiteindelijke doel van de hindoes is de Samsara te doorbreken en verlossing te bereiken: Moksha. Wanneer dit doel bereikt is, worden ze dus niet meer gereïncarneerd. Er zijn vier yoga's of paden voor het bereiken van
12
Wereldgodsdiensten
Moksha. Zij zijn de manieren van onbaatzuchtige dienstverlening, van zelfoplossende liefde, van absoluut onderscheidingsvermogen, en van "Koninklijke" onderdompeling. g) Vijf tips voor een gezonder en gelukkiger bestaan volgens de hindoes
Neem elke dag een bad. Ga regelmatig naar het toilet. Eet langzaam. Masseer je tandvlees elke dag met je vingers. Drink veel water.
h) Het leven van de Hindoes
Een dag uit het leven van Vanalika en Venya. We gaan jullie nu vertellen hoe de dag van Vananlika en Venya, 2 Hindoeïstische meisjes, eruit ziet. Vanalika en Venya staan op voor zonsopgang en eten voor 8 uur. Voor en na het eten wassen zij hun handen. Ze moeten immers “rein” zijn voor het eten. Overdag bidden ze minstens 1 keer tot de goden die ze aanbidden. Dit kan thuis of in een tempel. De tempels zijn altijd open maar de meisjes zijn niet verplicht om er naartoe te gaan, ze worden immers zelden bezocht. Alleen op religieuze hoogdagen is er een massale bijeenkomst. Wanneer ze toch naar een tempel gaan, moeten ze een aantal rituelen toepassen. Zo beginnen ze met hun schoenen uit te doen voor ze binnengaan. Als ze de mandir, de gebedsplaats, betreden, moeten ze aan de tempelbel trekken om hun aanwezigheid te melden aan de god of godin waarvoor ze komen. Ze lopen, met de wijzers van de klok mee, naar het altaar.
Daar
kunnen Vanalika en Venya dan bidden en eventuele offers aanbrengen. Soms leggen ze zelfs een prasada neer bij het altaar. Dit zijn vruchten, bloemen of lekkernijen als offer aan de god of godin. Voor een speciale gelegenheid moet er een brahma of priester aanwezig zijn. Als ze dan op hun beurt de tempel weer verlaten, geven ze een teken van verlaten, door terug aan de tempelbel te trekken. Als ze de goden thuis aanbidden, doen ze dat in een gebedshoekje. Er is ook nog een speciale toepassing waarbij ze puja’s, vereringen, aanbrengen i.p.v. offers. Naast de religieuze rituelen, ziet het leven van de 2 Hindoe-meisjes er gewoon uit. Ze gaan ook gewoon naar school zoals ieder van ons. Wat het avondmaal betreft, eten ze geen vlees. Vanalika en Venya zijn vegetariërs omdat ze geen dieren willen doden, maar ook omdat ze hun geest "zuiver" willen houden. ’s Avonds moet een Hindoe voor 10 uur gaan slapen.
13
Wereldgodsdiensten
4. Boeddhisme
a) Ontstaan
Er is altijd gezegd dat het boeddhisme ontstond toen de eerder vernoemde prins Siddartha Gautama een staat van totale innerlijke vrede bereikte, in het boeddhisme aangeduid met de term “Nirwana”. Echter, ik denk dat ik dit al beter even uitlicht: In 563 v.C. werd Siddartha Gautama geboren als zoon van een Hindoe-vorst, in het woud van Lumbini. Als jongeman groeide hij op met het luxeleven van een prins. Later trouwde hij met zijn nicht, die hem een zoon baarde. Op een dag besloot Siddartha een wandeling te gaan maken in het woud, waar hij een opmerkelijke ervaring beleefde. Hij was als prins nooit geconfronteerd met zoveel aspecten uit de buitenwereld. Hij zag, diep in het woud, 4 personen: een oude man, een zieke, een dode en een asceet(iemand die ascese beoefent). Vervuld van het ascese, verliet hij het paleis en trok 6 jaar rond met andere asceten, in een leven van armoede. Na die zes jaar, halfdood van de honger, trok hij alleen verder en kwam uiteindelijk te zitten onder de Bodhi-boom, en bereikte daar verlichting, <-door meditatie.De 5 asceten met wie hij al die jaren rondtrok, waren zijn eerste volgelingen. Later volgde ook zijn familie in zijn leer, en zijn tante werd de eerste boeddhistische non. Op 80-jarige leeftijd stierf hij, zoals zelf voorspeld, en bereikte “Nirwana”, die innerlijke vrede, weet je nog?
b) Leer
De vier nobele waarheden hebben tot doel het verkrijgen van inzicht in de aanwezigheid, oorzaak, oplossing en het overkomen van lijden en ontevredenheid.
De vier nobele waarheden: 1. Alle leven is lijden. 2. Lijden komt door te veel te willen in het leven. 3. Als we minder willen hebben, dan kunnen we verlost worden van het lijden. 4. We moeten een evenwicht vinden tussen een leven zonder zorgen en een leven waarin je alles opgeeft.
14
Wereldgodsdiensten
Het Achtvoudige Pad is de weg naar verlossing en bestaat uit acht delen. 1. Inzicht
de mens moet duidelijk inzien wat hij doet met het leven.
2. Doel
kies een juist doel dat je wilt bereiken.
3. Woord
zeg de goede dingen.
4. Daad
probeer niet ten koste van anderen je doel te bereiken.
5. Werk
doe werk dat nuttig is en waarbij je mensen en milieu niet beschadigt.
6. Wil
pak met een sterke wil al je problemen aan.
7. Denken
denk goed na bij alles wat je doet.
8. Meditatie
word rustig en stil vanbinnen, waardoor je je gedachten beter kan volgen en de juiste keuzes kan maken.
c) De vijf voorschriften (Praktische richtlijnen) Om te leven als een goede boeddhist, moet je de vijf voorschriften volgen. Je kan deze ook volgen als niet-boeddhist. Deze voorschriften zijn: 1.
Ik neem me voor af te zien van het nemen van leven
2.
Ik neem me voor af te zien van het nemen wat niet gegeven is
3.
Ik neem me voor af te zien van seksueel wangedrag
4.
Ik neem me voor af te zien van onware spraak
5.
Ik neem me voor af te zien van het nemen van bedwelmende middelen
Als boeddhist kan je ook vrijwillig kiezen om in plaats van 5 voorschriften, 8 of 10 voorschriften na te leven. De boeddhistische monniken houden zich aan meer regels. d) De kernbegrippen van het boeddhisme Nirwana verwijst naar de hoogste staat die door de mens bereikt kan worden, en waardoor heiligheid behaald wordt. Het betekent letterlijk: uitgeblust, uitgedoofd, uitgegaan, niet meer branden= toestand van volmaakte vrede en rust. In het boeddhisme geloven ze in wedergeboorte. Dat betekent dat je ziel opnieuw wordt geboren in een ander lichaam van een mens of een dier nadat je overleden bent, dit noemen ze reïncarnatie. De reïncarnatie wordt beschreven als Samsara, een eeuwigdurende cirkel waar je alleen uitraakt door de verlichting te bereiken, nirwana genoemd. Ze geloven ook dat
15
Wereldgodsdiensten
als je een goede daad verricht in je leven, kom je dichter bij de verlossing, dit noemen ze karma. e) Dalai Lama: (oceaan van wijsheid)
De Dalai Lama is de leider van de Tibetaanse boeddhisten. Zijn titel betekent ‘ een leraar wiens wijsheid zo diep is als de oceaan’. Men gelooft dat hij een menselijke verschijning is van de bodhisattva. Een bodhisattva is een verlicht persoon die opnieuw geboren wil worden om andere mensen te helpen ook verlichting te bereiken. Wanneer de Dalai Lama sterft, gaan ze op zoek naar zijn wedergeboorte. Als ze denken dat ze de juiste gevonden hebben, moet deze nog eerst een paar proeven afleggen om het zeker te weten. f)
De geschriften van het boeddhisme
De oudste geschriften van het boeddhisme is de Pali Canon.Deze is bewaard gebleven in de Thervada-traditie. De Pali Canon is opgesteld in de taal Pali, een soort dialect van het Sanskriet. De Pali Canon bestaat uit drie delen, Pitaka’s genoemd. de Suttapitaka
Hierin vinden we de toespraken en uitspraken van de Boeddha die kort na zijn dood zijn opgeschreven door mensen die hem goed kenden.
de Vinaya
Dit deel gaat over de discipline en regels van de monniken.
de Abhidhamma
In latere eeuwen ontstonden er in de verschillende vroege boeddhistische scholen in India verschillende filosofisch getinte commentaren op de oudere en meer originele gedeeltes van de Pali Canon. In deze Abhidhammageschriften probeerde men de 'ultieme werkelijkheid' gedetailleerd te beschrijven en te systematiseren. Dit is het meest controversiële deel van de Pali Canon.
In 250 v.Chr. is de Pali Canon 'gesloten'. Sindsdien zijn er geen toespraken toegevoegd, veranderd of weggehaald. Al met al bevat de Pali Canon 44 boeken in de Thaise editie: een hele boekenkast vol.
16
Wereldgodsdiensten
g) Heiligdommen Tempel Het Pali woord Vihara kan vertaald worden als tempel of klooster. Een boeddhistische tempel heeft in sommige opzichten dan ook meer het karakter van een klooster dan een tempel. In sommige boeddhistische tradities (bijvoorbeeld de Thaise Bos Traditie) is het begrip klooster meer van toepassing. In Zuidoost-Azië wordt een boeddhistische tempel een Wat genoemd. Veel tempels hebben een pagode of een stoepa. In Zuidoost-Azië wordt een boeddhistische tempel een Wat genoemd. Stoepa Een stoepa is ook een plaats om Boeddha te gedenken. Hier kunnen boeddhisten ook mediteren. Binnenin de stoepa staat een groot boeddhabeeld. Bezoekers brengen er bloemen of wierook mee om hun respect te tonen aan Boeddha Oorspronkelijk waren stoepa’s hopen van steen of aarde waarin relieken van Boeddha begraven lagen. Bijvoorbeeld een haar of een sleutelbeen, welke wonderbaarlijke krachten zouden hebben. De betekenis van een stoepa is nu dus allereerst boeddhistisch heiligdom. Later ontwikkelde zich uit de stoepa de pagode, toen het boeddhisme zich verspreidde in Azië. Voorbeelden boeddhistische tempels Tempel van de tand in Sri Lanka Ankor Wat in Cambodja
h) De dag van Siddartha, een 15-jarige leek.
Dag allemaal. Mijn naam is Siddartha, en ik ben een leek. Dat is een ander woord voor een jonge boeddhist, een monnik in de leer. Ik woon in een klein huisje, vlakbij de Kuje Lhakhang-tempel in Bhutan. Wij zijn allen leerlingen van Boeddha, en wij streven naar verlichting, het vrij zijn van aardse verlokkingen. Dat heet dan Nirwana. Iemand stelde mij ooit de vraag hoe mijn dag eruit ziet. Wel, ik wil het je graag vertellen.
17
Wereldgodsdiensten
Ik sta iedere morgen op om 06:00, en wandel rustig richting de tempel. Ondertussen pluk ik bloemen en luister ik naar de vogels, ik geniet van de rust. Wanneer ik dan bij de tempel aankom, offer ik mijn geplukte boeket aan Boeddha, en zet mij rustig neer om te bidden. Na mijn gebed ga ik terug naar mijn huis, waar ik mijn ontbijt neem en 2 uur mediteer. Rond 09:00 komt een monnik ons halen, om ons te onderwijzen in de leer van Boeddha. Dit gebeurt in de grote tempel van Taktshang, door jullie ook wel het “Tijgersnest” genoemd. In de bibliotheek zoeken wij onszelf een plaats, en begint de les. De monnik neemt dan een boek, en leert ons meer over het leven van Boeddha, de Verlichte. Na een goede 2 uur les gaan we naar buiten, waar wij een wandeling maken en onze lunch verzamelen en natuurlijk bidden. We bedanken Boeddha, die ons dit alles geeft, en ons toelaat te genieten van de schoonheid van de natuur. Dan zoeken wij een rustige plaats op, en mediteren we. Dat is iets heel belangrijks in ons leven. Meditatie brengt ons dichter bij verlichting, verlichting brengt ons dichter bij Nirwana, het vrij zijn van het onjuiste. Dan valt de avond. We keren terug naar onze huizen, nemen ons avondeten tot ons, en ik lees nadien nog graag wat. Dan is het bijna tijd om te gaan slapen, en dus doe ik dat.
18
Wereldgodsdiensten