Faculteit der Letteren Onderwijs- en ExamenRegeling 2012-2013 Masteropleiding
Communicatieen Informatiewetenschappen CROHO 66826
Programma’s
-
Information Science Communicatiekunde Communicatie en Educatie Computercommunicatie
Inhoud: 1. Algemene bepalingen 2. Opbouw van de opleiding 3. Tentamens en examen van de opleiding 4. Toelating 5. Inschrijving voor colleges en studiebegeleiding 6. Overgangs- en slotbepalingen
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 1
Paragraaf 1
Algemene Bepalingen.
Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en het examen van de masteropleiding Communicatie- en Informatiewetenschappen, hierna te noemen: de opleiding. De opleiding wordt verzorgd binnen de Faculteit der Letteren van de Rijksuniversiteit Groningen, hierna te noemen: de faculteit. Artikel 1.2 Begripsbepalingen. In deze regeling wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek; b. student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en het examen van de opleiding; c. onderdeel: een onderwijseenheid van de opleiding, in de zin van de wet; d. tentamen: formele afsluiting van een onderdeel; e. deeltentamen: indien het tentamen van een onderdeel bestaat uit verschillende delen wordt gesproken van deeltentamens. f. minor: een voorgeschreven combinatie van onderdelen met een totale omvang van 30 ECTS. De minor maakt deel uit van de bachelorfase. g. practicum: een praktische oefening, als bedoeld in art. 7.13 van de wet, in een van de volgende vormen: - het maken van een scriptie; - het maken van een werkstuk of een proefontwerp; - het uitvoeren van een onderzoekopdracht; - het deelnemen aan veldwerk of een excursie; - het doorlopen van een stage; - het actief deelnemen aan een werkcollege of computerpracticum; - of het deelnemen aan een andere onderwijsleeractiviteit, die gericht is op het bereiken van bepaalde vaardigheden; h. doorstroommaster-opleiding: de opleiding waarvoor van rechtswege toegang wordt verleend op grond van een daartoe aangewezen bacheloropleiding; i. examen: het masterexamen van de opleiding; j. semester: deel van het studiejaar, beginnend op 1 september en eindigend op een door het College van Bestuur te bepalen datum omstreeks 31 januari, dan wel beginnend op vorenbedoelde door het College van Bestuur te bepalen datum en eindigend op 31 augustus. k. duale opleiding: een opleiding als bedoeld in artikel 7.7 van de wet. De overige begrippen hebben de betekenis die de wet daaraan toekent. Artikel 1.3 Doel van de opleiding Met de opleiding wordt beoogd dat de student een zodanige academische vorming verwerft in termen van gespecialiseerde kennis, inzicht en vaardigheden op het gebied van de communicatie- en informatiewetenschappen, dat de student in staat is tot het met succes uitoefenen van functies waarvoor academische kennis en vaardigheden op mastersniveau op bovengenoemd gebied vereist dan wel wenselijk zijn. Artikel 1.4 Vorm van de opleiding De opleiding wordt voltijds verzorgd.
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 2
Paragraaf 2
Opbouw van de opleiding.
Artikel 2.1 Studielast 1. 2.
De opleiding heeft een studielast van 60 ECTS, waarbij één ECTS studiepunt gelijk staat aan 28 uren studie. De studielast wordt uitgedrukt in hele ECTS studiepunten.
Artikel 2.2 Wetenschappelijke vorming De opleiding van de student dient voldoende elementen te bevatten ten dienste van de wetenschappelijke vorming van de student. Hier volgt een overzicht van de eindkwalificaties van de opleiding. 1. Kennis en inzicht: Heeft aantoonbare kennis en inzicht, die zijn gebaseerd op de kennis en het inzicht op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen en/of toepassen van ideeën, vaak in onderzoeksverband. 1.1 kennis van (ten minste een deel van) het vakgebied van de CIW, rakend aan de grenzen van de kennis; hieronder worden verstaan de nieuwste theorieën, interpretaties, methoden en technieken; [CK] a. kennis van en inzicht in vormen, functies en effecten van het gebruik van taal, tekst en beeld in institutionele communicatie; [CK] b. kennis en begrip van theorieën en onderzoeksmethoden op het gebied van de communicatiekunde; [C&E] kennis van en inzicht in begrippen en theorieën op het terrein van talige communicatievaardigheden en de ontwikkeling van die vaardigheden; [CC] a. kennis van en inzicht in diverse aspecten en benaderingen van computer-gemedieerde communicatie en mens-computer interactie; [CC] b. kennis en begrip van theorieën en onderzoeksmethoden die gangbaar zijn binnen de vakgebieden van de ‘computer-mediated communication’ en de ‘human-computer interaction’, en van recente ontwikkelingen in onderzoek op deze gebieden; [IS] a. kennis van resp. inzicht in voor de Informatiekunde relevante computationele en statistische methoden en technieken; [IS] b. kennis en begrip van recente ontwikkelingen in het onderzoek op het gebied van de taal- en webtechnologie, en de computercommunicatie; 1.2 begrip van de structuur van het vakgebied en de samenhang tussen deelgebieden; 1.3 vermogen om op één of enkele deelgebieden van de CIW een originele bijdrage aan de kennis te leveren; 2. Toepassen kennis en inzicht: Is in staat om kennis en inzicht en probleemoplossende vermogens toe te passen in nieuwe of onbekende omstandigheden binnen een bredere (of multidisciplinaire) context die gerelateerd is aan het vakgebied; is in staat om kennis te integreren en met complexe materie om te gaan. 2.1 kennis en vaardigheden omtrent de bij het vakgebied behorende methoden en technieken; 2.2 vermogen om methoden en technieken toe te passen bij het zelfstandig opzetten en uitvoeren van een onderzoek [CK] vermogen om vanuit de verworven kennis en inzichten complexe wetenschappelijke of praktijkgerelateerde problemen en vraagstellingen te onderzoeken met kwalitatieve en kwantitatieve methoden; [C&E] vermogen om vanuit de verworven kennis en inzichten complexe wetenschappelijke of praktijkgerelateerde problemen en vraagstellingen te onderzoeken met kwalitatieve en kwantitatieve methoden; [CC] vermogen om problemen op de gebieden van de computer-mediated communication en de mens-computer interactie vanuit een theoretisch perspectief te analyseren en hiervoor gefundeerde en doelgroepgerichte oplossingen te treffen; [IS] vermogen om computationele en statistische methoden en technieken toe te passen bij de analyse en oplossing van praktijkgerelateerde en wetenschappelijke taal- en communicatievraagstukken;
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 3
2.3 vermogen om de uitkomsten van onderzoek te gebruiken voor verdere theorievorming of voor het ontwikkelen van praktijktoepassingen; 2.4 originaliteit en creativiteit in de behandeling van het vakgebied; 2.5 vermogen om zelf richting te geven aan het ter hand nemen en oplossen van problemen en om zelfstandig taken te plannen en uit te voeren op een professioneel of daaraan gelijkwaardig niveau; 3. Oordeelsvorming: Is in staat om oordelen te formuleren op grond van onvolledige of beperkte informatie en daarbij rekening te houden met sociaal- maatschappelijke en ethische verantwoordelijkheden, die zijn verbonden aan het toepassen van de eigen kennis en oordelen. 3.1 vermogen om de wijze waarop waarheidsvinding en theorievorming in beweging zijn, te volgen, te interpreteren en te evalueren; 3.2 vermogen om op systematische en creatieve wijze met complexe vraagstukken om te gaan en zich gefundeerde oordelen te vormen; 3.3 vermogen om initiatief en persoonlijke verantwoordelijkheid te tonen; 3.4 vermogen om gefundeerde beslissingen te nemen in complexe en onvoorspelbare situaties; 4. Communicatie: Is in staat om conclusies, alsmede de kennis, motieven en overwegingen die hieraan ten grondslag liggen, duidelijk en ondubbelzinnig over te brengen op een publiek van specialisten of niet- specialisten. 4.1 vermogen om conclusies op heldere wijze over te brengen aan specialisten en niet-specialisten; 4.2 communicatieve competentie die maatschappelijk ruim toepasbaar is: de afgestudeerde heeft een contextgevoelige houding en is in staat zowel zelfstandig als in teamverband producten en diensten af te stemmen op de beoogde doelgroep. 5. Leervaardigheden: Bezit de leervaardigheden die hem of haar in staat stellen een vervolgstudie aan te gaan met een grotendeels zelfgestuurd of autonoom karakter 5.1 vermogen om zelfstandig te studeren met het oog op een voortgezette professionele ontwikkeling op academisch niveau; 5.2 vermogen om de ontwikkeling van het vakgebied te volgen en dienovereenkomstig kennis en begrip voortdurend te actualiseren, en nieuwe vaardigheden te ontwikkelen.
Artikel 2.3 Programma’s De opleiding kent de volgende programma’s: nr. 1 2 3 4
programma Communicatiekunde Communicatie en Educatie Computercommunicatie Information Science
Artikel 2.4 Samenstelling programma’s Programma Communicatiekunde nr. onderdeel 1 Diagnose en advisering in organisationele communicatie 2 Document Design 3 Media en Discourse: framing 4 Professionele gesprekken: conversatie-analyse van publieke debatten 5 Professionele gesprekken: conversatie-analyse van medische interactie 6 Tekst in professionele communicatie: het piramideprincipe
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 4
omvang 10 10 10 10 10 10
7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17
Persuasieve gezondheidscommunicatie Computer-mediated communication Taalgebruik in maatschappij en onderwijs Document Design: het ontwerp van vragenlijsten Computer communicatie B: multi-channel Tekst in professionele communicatie: experimenteel persuasieonderzoek Media en discourse: audience design Professionele gesprekken: conversatie-analyse van vergaderingen Writing: context, process and text Ma-stage CIW Ma-scriptie CIW
10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 20
De student kiest uit bovenstaande lijst (nrs. 1 t/m 16) vier onderdelen met een totale omvang van 40 ECTS. Daarnaast wordt een scriptie geschreven (20 ECTS). De onderdelen 1, 7, 16 en 17 worden zowel in semester 1 als in semester 2 aangeboden. Programma Communicatie en Educatie nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
onderdeel Diagnose en advisering in organisationele communicatie Document Design Media en Discourse: framing Professionele gesprekken: conversatie-analyse van publieke debatten Professionele gesprekken: conversatie-analyse van medische interactie Tekst in professionele communicatie: het piramideprincipe Persuasieve gezondheidscommunicatie Computer-mediated communication Taalgebruik in maatschappij en onderwijs Document Design: het ontwerp van vragenlijsten Computer communicatie B: multi-channel Tekst in professionele communicatie: experimenteel persuasieonderzoek Media en discourse: audience design Professionele gesprekken: conversatie-analyse van vergaderingen Writing: context, process and text Ma-stage CIW Ma-scriptie CIW Schrijfadvisering Individueel project
omvang 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 20 5 5
Bij start in september zijn de volgende nummers verplicht: 9, 17, 18 en 19. Een verplichte keuze moet worden gemaakt tussen de nummers 15 en 16. De resterende 10 ECTS kiest de student uit de overige keuzemogelijkheden uit bovenstaande lijst. Bij start in februari zijn de volgende nummers verplicht: 15, 17, 18 en 19. Een verplichte keuze moet worden gemaakt tussen de nummers 9 en 16. De resterende 10 ECTS kiest de student uit de overige keuzemogelijkheden uit bovenstaande lijst. Programma Computercommunicatie nr. 1 2 3 4 5 6
onderdeel Diagnose en advisering in organisationele communicatie Document Design Media en Discourse: framing Professionele gesprekken: conversatie-analyse van publieke debatten Professionele gesprekken: conversatie-analyse van medische interactie Tekst in professionele communicatie: het piramideprincipe
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 5
omvang 10 10 10 10 10 10
7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17
Persuasieve gezondheidscommunicatie Computer-mediated communication Taalgebruik in maatschappij en onderwijs Document Design: het ontwerp van vragenlijsten Computer communicatie B: multi-channel Tekst in professionele communicatie: experimenteel persuasieonderzoek Media en discourse: audience design Professionele gesprekken: conversatie-analyse van vergaderingen Writing: context, process and text Ma-stage CIW Ma-scriptie CIW
10 10 10 10 10 10 10 10 10 10 20
De MA-scriptie is verplicht. Uit de nummers 8 (Computer-Mediated Communication), 11 (Computer communicatie B) en 16 (MA-stage CIW) kiest de student ten minste 2 onderdelen. De resterende 10-20 ECTS kiest de student uit de overige keuzemogelijkheden uit bovenstaande lijst. Programma Information Science nr. onderdeel 8 Computer-mediated communication 16 Ma-stage CIW 17 Ma-scriptie CIW 20 Natural Language Processing 21 Semantic Web Technology 22 Research Seminar 23 Methodology & Statistics for Linguistics Research 24 Computational simulations of language behavior
omvang 10 10 20 10 10 10 10 5
De nummers 16 (Ma-stage), 17 (Ma-scriptie) en 22 (Research Seminar) zijn verplichte onderdelen. De resterende 20 ECTS kiest de student uit de overige keuzemogelijkheden uit bovenstaande lijst. Het vak Computational simulations of language behavior (nr 24) kan in overleg met de examencommissie aangevuld worden tot 10 ECTS door het volgen van het vak Machine Learning of van een vak elders of het uitvoeren van een opdracht.
Artikel 2.5. 1.
Praktische oefeningen
De volgende onderdelen omvatten (een) praktische oefening(en) in de daarbij aangegeven vorm:
Programma Communicatiekunde/ Computercommunicatie/ Communicatie en Educatie nr. onderdeel vorm praktische type college oefening 1 Diagnose en advisering in organis.comm werkstuk zelfstudie (begeleid), werkcollege 2 Document Design werkstuk hoorcollege werkcollege 3 Media en Discourse: framing werkstuk werkcollege 4 Professionele gesprekken: conversatiewerkstuk werkcollege analyse van publieke debatten 5 Professionele gesprekken: conversatiewerkstuk werkcollege analyse van medische interactie 6 Tekst in professionele communicatie: het werkstuk werkcollege piramideprincipe 7 Persuasieve gezondheidscommunicatie opdrachten, schriftelijk tentamen werkcollege 8 Computer-mediated Communication Presentatie, paper, schriftelijk computertentamen practicum, hoorcollege
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 6
9
15 16
Taalgebruik in maatschappij en onderwijs Document Design: het ontwerp van vragenlijsten Computer communicatie B: multichannel Tekst in professionele communicatie: experimenteel persuasieonderzoek Media en Discourse: audience design Professionele gesprekken: conversatieanalyse van vergaderingen Writing: context, process and text Ma-stage CIW
17
Ma-scriptie CIW
werkstuk, presentatie, opdrachten stageverslag, werkstuk scriptie
18 19
Schrijfadvisering en tekstredactie Individueel project
Dossier werkstuk
10 11 12 13 14
Programma Information Science nr. onderdeel
Werkstuk
werkcollege
werkstuk
werkcollege
werkstuk
werkcollege
schriftelijk tentamen, werkstuk werkstuk werkstuk
hoorcollege, werkcollege werkcollege werkcollege werkcollege zelfstudie
vorm praktische oefening Presentatie, paper, tentamen
zelfstudie (begeleid) werkcollege zelfstudie (begeleid)
type college
8
Computer-Mediated Communication
16
Ma-stage CIW
17
Ma-scriptie CIW
stageverslag, werkstuk scriptie
20
Natural Language Processing
Schriftelijk tentamen
21
Semantic Web Technology
computeropdrachten, presentatie, essay, implementatie
23
Methodology & Statistics for Linguistics Research
Presentatie, paper
24
Computational Simulations of Language Behaviour Research Seminar
presentatie, paper
zelfstudie (begeleid) hoorcollege, werkcollege hoorcollege, computerpracticum Computerpracticum, hoorcollege werkcollege
Participatie, presentaties
werkcollege
22
schriftelijk
computerpracticum, hoorcollege zelfstudie
2. Het tentamen van een onderdeel genoemd in het eerste lid van dit artikel kan niet worden afgelegd dan nadat de desbetreffende praktische oefening(en) met voldoende resultaat is/zijn gevolgd. Hieronder wordt tenminste verstaan het actief deelnemen aan minimaal 80% van de werkcolleges. 3. Met betrekking tot de volgende onderdelen geldt het met voldoende resultaat deelnemen aan de praktische oefening(en) als het behalen van het desbetreffende tentamen: Programma Communicatiekunde/ Comptercommunicatie/ Communicatie en Educatie nr. onderdeel 1 Diagnose en advisering in organis.comm 2 Document Design 3 Media en Discourse: framing 4 Professionele gesprekken: conversatie-analyse van publieke debatten 5 Professionele gesprekken: conversatie-analyse van medische interactie 6 Tekst in professionele communicatie: het piramideprincipe 9 Taalgebruik in maatschappij en onderwijs 10 Document Design: het ontwerp van vragenlijsten 11 Computer communicatie B: multi-channel
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 7
12 13 14 15 16 17
Tekst in professionele communicatie: experimenteel persuasieonderzoek Media en Discourse: audience design Professionele gesprekken: conversatie-analyse van vergaderingen Writing: context, process and text Ma-stage CIW Ma-scriptie CIW
Programma Information Science nr. onderdeel 16 Ma-stage CIW 17 Ma-scriptie CIW 21 Semantic Web Technology 24 Computational Simulations of Language Behaviour 22 Research Seminar 4.
Indien ten aanzien van een onderdeel in deze regeling niet is aangegeven op welke wijze het tentamen kan worden afgelegd, omdat het onderdeel betrekking heeft op een vak dat niet in de opleiding wordt onderwezen, is het daaromtrent in de daarvoor geldende onderwijs- en examenregeling bepaalde van toepassing.
Paragraaf 3
Tentamens en examen van de opleiding
Artikel 3.1 Algemeen 1.
Het tentamen geeft de student zowel tussentijds als bij afsluiting van het onderdeel de nodige informatie of hij/zij de gestelde leerdoelen zal bereiken respectievelijk heeft bereikt. Hij/zij wordt daarbij geadviseerd over zijn/haar verdere deelname aan het betreffende programma. 2. Het oordeel over een tentamen is voldoende dan wel onvoldoende, in afgeronde cijfers op een schaal van 10 (tien) uitgedrukt: 6 (zes) of hoger, respectievelijk 5 (vijf) of lager. Artikel 3.2 Toegang tot en verplichte volgorde van tentamens 3.2.1
Toegang tot tentamens
Om deel te kunnen nemen aan een tentamen dient een student zich online via ProgRESS-WWW in te schrijven. De inschrijfperiode wordt jaarlijks vastgelegd in het collegerooster. Indien een student zich door overmacht niet tijdig heeft kunnen intekenen, kan gebruik worden gemaakt van een beperkte mogelijkheid van na-inschrijving. Details van deze regeling worden jaarlijks tijdig bekend gemaakt. 3.2.2. Verplichte volgorde van tentamens Aan het tentamen van de hierna te noemen onderdelen kan niet eerder worden deelgenomen dan nadat het tentamen van de daarbij vermelde onderdelen is behaald: n.v.t. Artikel 3.3 Tijdvakken en frequentie tentamens 1. 2.
Tot het afleggen van de tentamens van de in artikel 2.4 genoemde onderdelen wordt tweemaal per studiejaar de gelegenheid gegeven. Indien ten aanzien van een onderdeel in deze regeling niet is aangegeven hoeveel malen per studiejaar het tentamen kan worden afgelegd, omdat het onderdeel betrekking heeft op een vak dat niet in de opleiding wordt onderwezen, is het daaromtrent in de daarvoor geldende onderwijsen examenregeling bepaalde van toepassing.
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 8
Artikel 3.4 Vorm van de tentamens 1.
De onderdelen, genoemd in artikel 2.4, worden getoetst met alleen een schriftelijk tentamen, met uitzondering van de volgende onderdelen, die op de hieronder aangegeven wijze worden getoetst:
Programma Communicatiekunde/ Computercommunicatie/ Communicatie en Educatie nr. onderdeel vorm tentamen 1 Diagnose en advisering in organis.comm werkstuk 2 Document Design werkstuk 3 4
6 7
Media en Discourse: framing Professionele gesprekken: conversatie-analyse van publieke debatten Professionele gesprekken: conversatie-analyse van medische interactie Tekst in professionele communicatie: het piramideprincipe Persuasieve gezondheidscommunicatie
8
Computer-mediated Communication
9 10 11 12
15
Taalgebruik in maatschappij en onderwijs Document Design: het ontwerp van vragenlijsten Computer communicatie B: multi-channel Tekst in professionele communicatie: experimenteel persuasieonderzoek Media en Discourse: audience design Professionele gesprekken: conversatie-analyse van vergaderingen Writing: context, process and text
16
Ma-stage CIW
17 18 19
Ma-scriptie CIW Schrijfadvisering en tekstredactie Individueel project
5
13 14
Programma Information Science nr. onderdeel 8 Computer-Mediated Communication
werkstuk werkstuk werkstuk werkstuk opdrachten, schriftelijk tentamen Presentatie, paper, schriftelijk tentamen werkstuk werkstuk werkstuk schriftelijk tentamen, werkstuk werkstuk werkstuk werkstuk, opdrachten stageverslag, werkstuk scriptie Dossier werkstuk
presentatie,
24
Computational Simulations of Language Behaviour
vorm tentamen computeropdrachten, referaat/spreekbeurt, schriftelijk tentamen stageverslag, werkstuk scriptie computeropdrachten, presentatie, implementatie presentatie, paper
22
Research Seminar
Participatie, presentaties
16
Ma-stage CIW
17 21
Ma-scriptie CIW Semantic Web Technology
2.
essay,
Op schriftelijk verzoek van de student kan de examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere wijze dan vorenbedoeld wordt afgelegd. Van de verplichting tot het deelnemen aan praktische oefeningen kan door de examencommissie vrijstelling worden verleend. In dat geval bepaalt de examencommissie dat de praktische oefening op een andere, door haar te bepalen wijze, wordt verricht.
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 9
3. 4.
Studenten met een functiebeperking wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aan hun individuele beperking aangepaste wijze af te leggen. De examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen. Indien ten aanzien van een onderdeel in deze regeling niet is aangegeven op welke wijze het tentamen kan worden afgelegd, omdat het onderdeel betrekking heeft op een vak dat niet in de opleiding wordt onderwezen, is het daaromtrent in de daarvoor geldende onderwijs- en examenregeling bepaalde van toepassing.
Artikel 3.5 Mondelinge tentamens 1.
Mondeling wordt niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd, tenzij de examencommissie anders heeft bepaald. 2. Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de examencommissie of de desbetreffende examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald, dan wel de student daartegen bezwaar heeft gemaakt. 3. Een mondeling tentamen wordt schriftelijk, analoog of digitaal vastgelegd. Bij schriftelijke vastlegging is de aanwezigheid van een tweede examinator vereist. Artikel 3.6 Deeltentamens Als een onderdeel is opgesplitst in meerdere subonderdelen, waarvan de minimale omvang tenminste 5 ECTS per onderdeel is, dan wordt het eindcijfer bepaald door het gewogen gemiddelde van de deeltentamens. Deelcijfers dienen voldoende te zijn. Artikel 3.7 Beroepsoriënterende stage Voorafgaand aan de stage wordt een stageplan opgesteld, dat een omschrijving van de doelstellingen, de inhoud van de stage en een activiteitenplan omvat. Dit plan wordt goedgekeurd door de begeleiders. De stage wordt afgesloten met een stageverslag. De begeleider vanuit de opleiding beoordeelt de stage, waarbij gebruik wordt gemaakt van de evaluatie van de begeleider vanuit de stagegever. Artikel 3.8 Scriptie 1. 2. 3.
De scriptie wordt beoordeeld door twee door de examencommissie aan te wijzen examinatoren. Indien een student twee opleidingen volgt, dient de student een zelfstandige scriptie per opleiding in te leveren. De scriptie mag alleen dan in een andere taal dan het Nederlands worden gesteld, indien daartoe door de examencommissie toestemming is verleend.
Artikel 3.9 Fraude en plagiaat 1.
Onder fraude wordt verstaan het handelen of nalaten van een examinandus dat erop is gericht het vormen van een juist oordeel omtrent zijn/haar kennis, inzicht en vaardigheden geheel of gedeeltelijk onmogelijk te maken. 2. Onder plagiaat wordt verstaan: a. het gebruik maken van ideeën en formuleringen van anderen zonder bronvermelding; b. het als onderdeel van het eigen betoog opnemen van een vertaling of parafrase van tekstgedeelten gemaakt door anderen; c. het indienen van eenzelfde of vergelijkbare tekst voor opdrachten van meerdere opleidingsonderdelen. 3. In geval van fraude tijdens het afleggen van een tentamen kan de examinator de examinandus uitsluiten van verdere deelname aan het tentamen. 4. In geval van fraude met een tentamen kan de examencommissie besluiten de examinandus uit te sluiten van deelname aan het tentamen voor een door haar vast te stellen periode. Deze periode is maximaal een jaar.
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 10
5.
In geval van plagiaat in een praktische oefening kan de examencommissie besluiten de examinandus uit te sluiten van deelname aan de praktische oefening voor de duur van een door haar vast te stellen periode. Deze periode is maximaal een jaar. 6. In voorkomende gevallen van plagiaat kan de examencommissie behandeling daarvan in handen geven van de facultaire plagiaatcommissie. 7. De examencommissie neemt een beslissing inzake uitsluiting naar aanleiding van het schriftelijk verslag van de surveillant van de door hem/haar geconstateerde fraude, en na het horen van de examinandus. 8. De examencommissie/facultaire plagiaatcommissie neemt een beslissing inzake uitsluiting naar aanleiding van het schriftelijk verslag van de examinator van de door hem/haar geconstateerde fraude respectievelijk het door hem/haar geconstateerde plagiaat, en na het horen van de examinandus. 9. Een uitsluiting heeft tot gevolg dat geen uitslag wordt vastgesteld voor het desbetreffende tentamen of de praktische oefening. 10. De examencommissie/facultaire plagiaatcommissie stelt het faculteitsbestuur op de hoogte van gevallen van fraude en/of plagiaat. Artikel 3.10 Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag 1. 2. 3. 4. 5. 6.
De maximale nakijktermijn bedraagt in principe tien werkdagen na de dag waarop een tentamen is afgelegd of een werkstuk is ingeleverd. In geval van een tentamen met essayvragen dat door meer dan 50 studenten is gemaakt kan deze termijn worden verlengd tot vijftien werkdagen. Indien de resterende tijd tussen tentamen/werkstuk en bijstelling studieplanning korter is dan 10 resp. 15 werkdagen, geldt een termijn van uiterlijk één dag voor de sluiting van de planningsmodule in ProgRESS-WWW . In afwijking van het gestelde in het eerste lid stelt de examinator terstond na het afnemen van een mondeling tentamen de uitslag vast en reikt hij/zij de student een desbetreffende schriftelijke verklaring uit. Bij de schriftelijke verklaring omtrent de uitslag van een tentamen wordt de student gewezen op het inzagerecht, bedoeld in artikel 3.12, eerste lid, alsmede op de beroepsmogelijkheid bij het college van beroep voor de examens. Aan een onderdeel c.q. tentamen dat met voldoende resultaat is afgesloten kan niet opnieuw worden deelgenomen. Voor een op andere wijze dan mondeling of schriftelijk af te leggen tentamen bepaalt de examencommissie tevoren op welke wijze en binnen welke termijn de student een schriftelijke verklaring omtrent de uitslag zal ontvangen.
Artikel 3.11 Geldigheidsduur 1.
De geldigheidsduur van behaalde onderdelen is maximaal vier jaar vanaf het moment dat het onderdeel met succes is afgesloten. 2. In afwijking van het gestelde in het eerste lid kan de examencommissie m.b.t. een onderdeel waarvan het tentamen langer dan vier jaar geleden is behaald, dit onderdeel alsnog erkennen, indien de verworven leerstof nog steeds relevant is, dan wel een aanvullend of vervangend tentamen opleggen, alvorens de student wordt toegelaten tot het afleggen van een examen. Artikel 3.12 Inzagerecht 1.
Gedurende ten minste zes weken na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk tentamen krijgt de student op zijn verzoek inzage in zijn beoordeeld werk. Tevens wordt hem op zijn verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van dat werk. 2. Gedurende de in het eerste lid genoemde termijn kan elke belangstellende kennis nemen van vragen en opdrachten van het desbetreffende tentamen, alsmede zo mogelijk van de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden. 3. De examencommissie kan bepalen, dat de inzage of de kennisneming geschiedt op een vaste plaats en op tenminste twee vaste tijdstippen. Indien de betrokkene aantoont door overmacht verhinderd te zijn of te zijn geweest op een aldus vastgestelde plaats en tijdstip te verschijnen, wordt hem een andere mogelijkheid geboden, zo mogelijk binnen de in het eerste lid genoemde termijn.
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 11
Artikel 3.13 Vrijstelling 1.
De examencommissie kan de student op diens schriftelijk ingediende verzoek, gehoord de desbetreffende examinator, vrijstelling verlenen van een tentamen, indien de student: a. hetzij een qua inhoud en niveau overeenkomstig onderdeel van een universitaire of hogere beroepsopleiding heeft voltooid; b. hetzij aantoont door werk- c.q. beroepservaring over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken m.b.t. het desbetreffende onderdeel. Artikel 3.14 Examen 1.
Een student die alle examenonderdelen van de opleiding met goed gevolg heeft afgelegd, dan wel alle onderdelen van het door de examencommissie goedgekeurde programma met goed gevolg heeft afgelegd, dient uiterlijk binnen vier weken na afloop hiervan het getuigschrift aan te vragen. De examendatum die door de examencommissie op het getuigschrift wordt vermeld is de datum waarop naar het oordeel van de examencommissie het laatste examenonderdeel met goed gevolg is afgelegd. 2. Indien de student het getuigschrift na de in het vorige lid bedoelde termijn aanvraagt, wordt op het getuigschrift als examendatum vermeld de datum waarop de examencommissie besluit dat de student geslaagd is, ook al ligt de datum waarop de examencommissie een dergelijk besluit neemt in een volgend studiejaar en dient de student voor dat studiejaar dan te zijn ingeschreven. 3. Tot het afleggen van het examen wordt tenminste tien maal per jaar de gelegenheid geboden. 4. Indien een student twee opleidingen heeft gevolgd, dan dient hij/zij voor het verkrijgen van beide diploma’s van de opleidingen naast de scriptie nog tenminste 50% aan separate opleidingsonderdelen te hebben behaald (zie ook artikel 3.8). Artikel 3.15 Graad 1.
Aan degene die het examen met goed gevolg heeft afgelegd, wordt de graad “Master of Arts” verleend. 2. De verleende graad wordt op het getuigschrift van het examen aangetekend. Artikel 3.16 Judicium 1. 2.
3. 4. 5. 6. 7.
De examencommissie beoordeelt of aan het mastergetuigschrift een onderscheiding wordt toegekend. Hierbij dient aan de volgende voorwaarden te zijn voldaan: a) Het cijfer voor de scriptie moet voldoen aan de volgende minima: • ‘Cum laude’: het cijfer voor de scriptie of thesis is tenminste 8,0; • ‘Summa cum laude’: het cijfer voor de scriptie of thesis is tenminste 9,0. b) Het onafgeronde gewogen gemiddelde van alle onderwijseenheden, exclusief de scriptie, van het door de examencommissie goedgekeurde examenprogramma is • groter dan of gelijk aan 8,0 voor ‘Cum laude’; • groter dan of gelijk aan 9,0 voor ‘Summa cum laude’. Geen judicium wordt toegekend indien de omvang van de vrijstellingen in ECTS meer dan de helft van het totaal aantal ECTS van de opleiding bedraagt. Voor het behalen van enig judicium geldt dat het tentamen van een onderwijseenheid slechts eenmaal afgelegd mag zijn. Voor het behalen van een judicium geldt dat voor geen enkel vak een cijfer lager dan 7,0 is behaald. In bijzondere gevallen kan de examencommissie afwijken van het bepaalde in de leden twee tot en met vijf van dit artikel. Voor studenten die vóór 1 september 2010 de opleiding hebben aangevangen blijft de judiciumregeling van kracht die voor hen gold op 31 augustus 2010.
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 12
Paragraaf 4
Toelating
Artikel 4.1 Nederlandse taal 1.
Conform artikel 7.2 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) wordt het onderwijs gegeven en worden de examens afgenomen in het Nederlands. In afwijking van de eerste volzin kan een andere taal worden gebezigd: a. wanneer het een opleiding met betrekking tot die taal betreft; b. wanneer het onderwijs betreft dat in het kader van een gastcollege door een anderstalige docent gegeven wordt, of; c. indien de specifieke aard, de inrichting of de kwaliteit van het onderwijs dan wel de herkomst van de studenten daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door het instellingsbestuur vastgestelde gedragscode. 2. Aan de eis inzake voldoende beheersing van de Nederlandse taal wordt voldaan door het met goed gevolg afleggen van het staatsexamen Nederlands als tweede taal. Artikel 4.2 Vooropleiding 1.
Toelaatbaar tot de opleiding is de bezitter van een Nederlands of een buitenlands diploma van hoger onderwijs, die aantoont te beschikken over kennis van, inzicht in en vakspecifieke vaardigheden betreffende de communicatie- en informatiewetenschappen op universitair bachelorniveau. 2. De bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Communicatie- en Informatiewetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen of van een andere Nederlandse universiteit, alsmede de bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Communicatiewetenschappen van een andere Nederlandse universiteit, alsmede de bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Informatiekunde van de Rijksuniversiteit Groningen of van een andere Nederlandse universiteit, alsmede de bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur van de Rijksuniversiteit Groningen wordt geacht te beschikken over de kennis, inzicht en vaardigheden, genoemd in het eerste lid, en wordt uit dien hoofde toegelaten tot de opleiding. 3. De bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Taalwetenschap of een moderne vreemde taal van de Rijksuniveriteit Groningen, aangevuld met een minor CIW (30 ECTS) of een schakelprogramma van 30 ECTS kan via consultatie van de Toelatingscommissie worden toegelaten tot de opleiding. 4. De bezitter van het diploma van de overige bacheloropleidingen van de Rijksuniversiteit Groningen kunnen na het voltooien van een schakeljaar (60 ECTS) waarvan de inhoud is vastgesteld door de Examencommissie worden toegelaten tot de opleiding. 5. De bezitter van het diploma van de bacheloropleiding Kunstmatige Intelligentie van de Rijksuniversiteit Groningen is rechtstreeks toelaatbaar tot het MA programma Information Science. Artikel 4.3
Schakelprogramma
1. Bezitters van een ander (bachelor) diploma dan in artikel 4.2, lid 2 genoemd dienen om toegelaten te worden tot de masteropleiding Communicatie- en Informatiewetenschappen daartoe een verzoek in te dienen bij de toelatingscommissie van de opleiding. De toelatingscommissie kan besluiten de verzoeker te verwijzen naar een voor toelating te behalen individueel op te stellen schakelprogramma. Dit schakelprogramma kan een maximale lengte hebben van 60 ECTS. 2. Voor het succesvol afronden van een schakelprogramma worden maximale termijnen gehanteerd: een schakelprogramma van 30 ECTS kent een maximale termijn van twee achtereenvolgende semesters; een schakelprogramma van 45 ECTS kent een maximale termijn van drie achtereenvolgende semesters en een schakelprogramma van 60 ECTS kent een maximale termijn van vier achtereenvolgende semesters. Studenten die de gestelde termijn overschrijden kunnen niet opnieuw ingeschreven worden voor het betrokken schakelprogramma. Artikel 4.4 Toelating programma’s
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 13
Voor de onderstaande onderdelen van het programma Information Sciences gelden de volgende aanvullende toelatingseisen:
20
Onderdeel Natural Language Processing
21
Semantic Web Technology
23
Methodology & Statistics for Linguistic Research Computational Simulation of Language Behaviour
24
toelatingseisen Programmeervaardigheden en kennis van taalkunde op het niveau van Inleiding Taalkunde Programmeervaardigheden en kennis van webtechnologie/XML op het niveau van Inleiding Webtechnologie/XML Kennis van statistiek op het niveau van Inleiding toetsende Statistiek en Inleiding beschrijvende Statistiek Programmeervaardigheden en kennis van taalkunde op het niveau van Inleiding Taalkunde
Artikel 4.5 Toelatingscommissie 1.
De toelating tot de opleiding is opgedragen aan de toelatingscommissie van de opleiding. Deze wordt gevormd door: - een lid, tevens voorzitter, aangewezen uit de hoogleraren die met onderwijs in de opleiding zijn belast; - twee leden aangewezen uit het wetenschappelijk personeel dat met onderwijs in de opleiding is belast. 2. De toelatingscommissie kiest uit haar midden een secretaris. 3. De aanwijzing geschiedt door de examencommissie, die tevens het toelatingsreglement vaststelt. Artikel 4.6.A - Toelatingsonderzoek (doorstroom-)masteropleidingen: criteria
1.
Met het oog op de toelating tot de opleiding, als bedoeld in art. 4.1, eerste lid, stelt de toelatingscommissie een onderzoek in naar de kennis en de vaardigheden van de kandidaat. In aanvulling op schriftelijke bewijzen van de gevolgde opleiding(en) kan de commissie bepaalde kennis en vaardigheden laten toetsen door deskundigen in of buiten de universiteit.
2. Met het oog op de toelating tot een programma van de opleiding onderzoekt de toelatingscommissie of de kandidaat voldoet dan wel tijdig zal voldoen aan de daarvoor in art. 4.2 gestelde voorwaarden. De commissie betrekt bij haar onderzoek de motivatie en ambitie van de kandidaat m.b.t. het desbetreffende programma, alsmede de kennis van de kandidaat van de taal waarin het onderwijs van het programma wordt verzorgd. Artikel 4.6.B - Toelatingsonderzoek master honour’s-opleiding: criteria Met het oog op de toelating tot de opleiding als bedoeld in artikel 4.1 onderzoekt de toelatingscommissie of de kandidaat voldoet aan de voor de opleiding gestelde voorwaarden van kennis, kunde en vaardigheden. De commissie betrekt bij haar onderzoek tevens de motivatie en ambitie van de kandidaat m.b.t. de desbetreffende opleiding, alsmede de kennis van de kandidaat van de taal waarin het onderwijs van het programma wordt verzorgd. Artikel 4.7 - Toelatingsonderzoek: hardheidsclausule In situaties dat het achterwege laten van de inschrijving jegens de betrokkene aantoonbaar leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard, kan de toelatingscommissie afwijken van het in artikel 4.4a bepaalde. Daarbij moet de omstandigheid individueel bepaald zijn. Artikel 4.8 Toelatingsonderzoek: tijdstippen 1.
Het toelatingsonderzoek vindt tweemaal per jaar plaats m.b.t. het begin van de opleiding in het eerste en het tweede semester.
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 14
2. Een verzoek te worden toegelaten tot de opleiding wordt voor 1 maart resp. 15 september ingediend bij de toelatingscommissie. 3. In bijzondere gevallen kan de toelatingscommissie een na de in het tweede lid genoemde sluitingsdatum ingediend verzoek in behandeling nemen. 4. De toelatingscommissie beslist voor 1 juni resp. 1 december over het verzoek. De toelating wordt verleend onder de voorwaarde dat de kandidaat uiterlijk op de betreffende begindatum van de opleiding zal voldoen aan de in art. 4.2 bedoelde eisen t.a.v. kennis en vaardigheden, zoals die blijken uit getuigschriften van door hem gevolgde opleidingen. In de schriftelijke verklaring omtrent toelating wordt de student gewezen op de beroepsmogelijkheid bij het college van beroep voor de examens.
Paragraaf 5
Inschrijving voor colleges en studiebegeleiding
Artikel 5.1 Inschrijving voor colleges 1.
Alle ingeschreven studenten dienen vóór 1 juli ten behoeve van instroom in het eerste semester zich in te schrijven in ProgRESS-WWW voor de colleges die zij gaan volgen in het nieuwe academische jaar. Alle ingeschreven studenten die instromen in het tweede semester dienen vóór 15 december in ProgRESS-WWW aan te geven welke colleges zij gaan volgen in het tweede semester. De studenten hebben de gelegenheid wijzigingen hierin aan te brengen gedurende de eerste drie weken van een semester. 2. De college-inschrijving omvat alle studieonderdelen en alle (her)toetsen. Onder (her)toets wordt verstaan een tentamen of werkstuk dat deel uitmaakt van de toetsing van een onderdeel en dat gebonden is aan de jaarlijkse vastgestelde toetsingsperioden. 3. De college-inschrijving van nieuwe studenten voor een schakelprogramma, van nietletterenstudenten of van studenten van andere vooropleidingen dient vóór 1 september ten behoeve van instroom in het eerste semester of vóór 1 februari ten behoeve van instroom in het tweede semester schriftelijk te worden ingeleverd bij Bureau Studentzaken, waarna Bureau Studentzaken zorgt voor invoering in ProgRESS-WWW. Artikel 5.2 Studievoortgangsadministratie 1.
Het faculteitsbestuur draagt zorg voor de registratie van de individuele studieresultaten van de studenten. 2. Het faculteitsbestuur verschaft elke student ten minste eenmaal per jaar een overzicht van de door hem behaalde studieresultaten.
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 15
Artikel 5.3 Studiebegeleiding 1.
In het kader van de toelatingsprocedure draagt het faculteitsbestuur zorg voor een afspraak met de student over de individuele inrichting van het door hem te volgen programma. 2. Het faculteitsbestuur draagt zorg voor een introductieprogramma voor de student bij de aanvang van zijn opleiding. 3. Het faculteitsbestuur draagt zorg voor voldoende begeleiding van de student tijdens zijn opleiding en schenkt daarbij in het bijzonder aandacht aan mogelijke aanpassingen van het programma in het belang van de aansluiting op de wetenschapsbeoefening of de beroepsuitoefening buiten de universiteit.
Paragraaf 6
Overgangs- en slotbepalingen
Artikel 6.1 Wijziging 1.
Wijzigingen van deze regeling worden door het faculteitsbestuur, gehoord de opleidingscommissie en na overleg met de faculteitsraad, bij afzonderlijk besluit vastgesteld. 2. Een wijziging van deze regeling heeft geen betrekking op het lopende studiejaar, tenzij de belangen van de studenten daardoor redelijkerwijs niet worden geschaad. 3. Een wijziging kan voorts niet ten nadele van studenten van invloed zijn op: - het onderwijsprogramma zoals vastgesteld in artikel 2.4; - enige andere beslissing, die krachtens deze regeling is genomen ten aanzien van een student. Artikel 6.2 Bekendmaking 1.
Het faculteitsbestuur draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling, van de regels en richtlijnen die door de examencommissie zijn vastgesteld, alsmede van elke wijziging van deze stukken. 2. Elke belangstellende kan op het faculteitsbureau een exemplaar van de in het eerste lid bedoelde stukken verkrijgen. Artikel 6.3 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op 1 september 2012. Aldus vastgesteld door het faculteitsbestuur op ….2012.
Onderwijs- en Examenregeling Master CIW, pagina 16