S c h Samenwerkingsschool Estafette
Schoolgids 2012 - 2014
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
1
Inhoudsopgave 1:
Algemeen.
blz.
4
2:
Inleiding.
blz.
5
3:
De school.
blz.
6
4:
Onze visie.
blz.
7
5:
Onze missie.
blz.
8
6: 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8 6.9 6.10 6.11 6.12 6.13 6.14 6.15 6.16 6.17 6.18 6.19 6.20 6.21 6.22 6.23 6.24 6.25 6.26 6.27 6.28 6.29 6.30
Organisatie Schoolregels School- en vakantietijden Leerplicht Het toelatingsbeleid Verlofregeling Schoolverzuim Schorsen en verwijderen Beleid tot toelating lgf-leerlingen Vervanging Klachtenprocedure De interne contactpersoon Jeugdgezondheidszorg Hoofdluis Besmettelijke ziekten Langdurig zieke kinderen Ongevallen Pesten Overblijven Langer op school Verlengde schooldag Voor- en naschoolse opvang Huiswerk Stagiaires Verzekeringen Veiligheid op school Calamiteiten Gevonden voorwerpen Schoonmaken Sponsoring Kleding op school
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
10 10 10 10 11 12 13 13 14 15 16 16 17 17 18 19 19 19 19 20 20 20 20 20 21 21 21 22 22 22 23
7 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5
Leer- en vormingsgebieden De organisatie van onze lessen Zelfstandig werken Coöperatief leren Gedrag Computers
blz. blz. blz. blz. blz. blz.
24 26 27 27 27 28
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
2
7.6
Overige activiteiten
blz.
28
8 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 8.8
De leerlingenzorg De intern begeleider De ambulant begeleider Het leerlingvolgsysteem Verwijzing naar school voor speciaal basisonderwijs Dyslexie Meerbegaafdheid Weer samen naar school School Maatschappelijk werk
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
30 30 30 30 31 31 32 34 34
9 9.1 9.2 9.3 9.4
Personeel Werkgroepen Onderwijs ondersteunend personeel Integraal personeelsbeleid Kwaliteitszorg
blz. blz. blz. blz. blz.
36 36 37 37 38
10: 10.1 10.2 10.3 10.4 10.5
De ouder(s) / verzorger(s) Wat streven we als school na? Wat verwachten we van ouder(s) / verzorger(s)? Communicatie en informatie Inspraak en samenwerking Informatieverstrekking aan gescheiden ouders
blz. blz. blz. blz. blz. blz.
40 40 40 41 42 43
11 11.1 11.2 11.3 11.4 11.5 11.6 11.7 11.8 11.9 11.10 11.11 11.12 11.13
Contacten met andere instellingen De onderwijsbegeleidingsdienst Centrum voor Jeugd en Gezin Het zorgadviesteam School Maatschappelijk werk Bureau Jeugdzorg Bureau Halt De geestelijke gezondheidsdienst (GG&GD) De peuterspeelzaal Het kinderdagverblijf Buitenschoolse opvang Het voortgezet onderwijs De bibliotheek De parochie
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
44 44 44 44 45 45 45 45 45 46 46 47 47 47
12
Resultaten
blz.
48
13
De ontwikkelingen
blz.
49
14
Instemmingsformulier
blz.
50
15
Het schoollied
blz.
51
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
3
1.
Algemeen. Samenwerkingsschool “Estafette”, Kiosk 3, 5802 NP Venray. Telefoon: 0478 – 550224 Email:
[email protected] Website: www.sws-estafette.nl
Samenwerkingsschool “Estafette” is een reguliere basisschool, waar les gegeven wordt met respect voor ieders geloofsovertuiging. De school is gelegen aan de Kiosk 3 en bestaat sinds 1 augustus 2008, na een samengaan van basisschool “de Flierefluit” en basisschool “de Foekepot”. Op school staat respect, acceptatie en tolerantie tegenover iedere medemens hoog in het vaandel. Samen met 18 andere basisscholen, waaronder een school voor speciaal onderwijs, in de gemeente Venray en omgeving, vallen wij onder het bestuur van SPO Venray, de samenwerkingsstichting voor katholiek, openbaar en protestants-christelijk primair onderwijs. Het College van Bestuur, de Raad van Toezicht, samen met alle personeelsleden binnen de stichting zetten zich optimaal in om direct of indirect het onderwijs aan de kinderen in de gemeente Venray en omgeving te verrijken en kwalitatief te verhogen, opdat kinderen zich maximaal kunnen ontwikkelen binnen een positief pedagogische en veilige leeromgeving, zodat zij later kunnen participeren als kritische leden van onze maatschappij. De leiding van samenwerkingsschool “Estafette” is samen met het managementteam in handen van Ans Arendzen. Zij is eindverantwoordelijk voor het gevoerde beleid op school. Voor een gesprek kunt u altijd een afspraak met haar maken. Het onderwijs dat op onze school gegeven wordt is conform de in Nederland vastgestelde eisen, omschreven in de “Wet Primair Onderwijs” (WPO). Onze school valt onder de inspectieregio Eindhoven. Rijksinspectiekantoor Eindhoven, Postbus 530, 5600 AM Eindhoven. Voor de adressen van de directie, de teamleden, het college van bestuur, de leden van de medezeggenschapsraad en ouderraad, verwijzen wij u naar het jaarlijkse gedeelte van de schoolgids.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
4
2
Inleiding. De basisschool is een belangrijk deel in het kinderleven. Niet alleen voor de kinderen, maar ook voor hun ouder(s) / verzorger(s). Daarom is de keuze van een basisschool een belangrijke keuze, een keus die je maakt met zorg. Een keus die ook niet gemakkelijk is, omdat scholen steeds meer verschillen in visie, werkwijze, zorg, sfeer en kwaliteit. Een kind moet zich er veilig en gerespecteerd voelen, ouder(s) / verzorger(s) moeten vertrouwen hebben in de school van hun kind(eren). Gemiddeld brengt een kind zo’n 8000 schooluren door op de basisschool, een niet onbelangrijk deel van het leven. “Samenwerkingsschool Estafette” staat in de wijk ‘Het Brukske’ en wij streven er naar dat zoveel mogelijk kinderen uit de wijk onze school bezoeken, daar in onze ogen de school een belangrijke ontmoetingsplaats is voor kinderen en hun ouder(s) / verzorger(s), kortom, een belangrijke plaats in de wijk. Met deze gids willen we u informatie geven over onze school en leggen wij in het kort verantwoording af over onze manier van werken en de behaalde resultaten. De schoolgids van onze school bestaat uit twee gedeelten: • een algemeen gedeelte, welk eenmaal per twee schooljaren uitgereikt wordt; • een jaarlijks gedeelte, welk gegevens over het betreffende schooljaar bevat, de zogenaamde actuele informatie, met een jaarkalender, met daarop aangegeven alle geplande data van activiteiten. Daarnaast wordt van tijd tot tijd informatie verstrekt via het informatiebulletin “Even Bijpraten”. De schoolgidsen zijn door het team in samenspraak gemaakt en ter instemming voorgelegd aan de medezeggenschapsraad. Verder beschikt de school over een schoolplan, een plan waarin beschreven wordt hoe wij werken aan onze schoolontwikkeling, waarin wordt verwoord waar onze school voor staat en u kunt lezen waar u ons op aan mag spreken. Het schoolplan wordt steeds in overleg met de diverse geledingen gemaakt voor vier jaar en ter instemming voorgelegd aan de medezeggenschapsraad van de school. Mocht u hiervoor belangstelling hebben, dan kunt u dit altijd op school inzien. Wij hopen dat deze schoolgids u in het kort duidelijkheid verschaft over onze school en dat u hem met plezier zult lezen. Hebt u behoefte aan meer informatie, dan kan dat altijd in een persoonlijk gesprek. Hiervoor dient u wel even een afspraak te maken. Wij hopen dat u en de kinderen een fijne, leerzame tijd op onze school hebben. Het team.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
5
3.
De school. Zoals u eerder heeft kunnen lezen is samenwerkingsschool “Estafette” ontstaan door een samenvoeging van de katholieke basisschool “de Foekepot” en de openbare school “de Flierefluit”. Wegens teruglopende leerlingaantallen heeft het College van Bestuur besloten om op 1 augustus 2008 beide scholen te fuseren tot een samenwerkingsschool. Samenwerkingsschool Estafette wordt in de toekomst een brede school: voorschoolse opvang, voorschoolse educatie, basisonderwijs en tussen- en naschoolse opvang met een breed sportief en cultureel aanbod. De nog te realiseren nieuwbouw van de brede school past in een ingrijpend wijkrenovatieplan van de gemeente Venray, waarin naast SPO Venray en Wonen Venray veel maatschappelijke organisaties en uiteraard de bewoners zelf participeren. Na een aantal bouwkundige aanpassingen is de school voorlopig gehuisvest in het voormalige schoolgebouw van basisschool “de Foekepot” . Belangrijk voor ons is de functionaliteit van het gebouw in de wijk. In ons schoolgebouw zijn er naast 16 groepslokalen, ook een opvanggroep voor niet Nederlandstalige kinderen voor de leeftijdsgroep van 6 tot 12 jarige en groepen van peuterspeelzaal “SamSam” ondergebracht. Daarnaast bevinden zich er nog ruimtes voor de intern begeleiders, de leden van het managementteam, de directie, spreekkamers enz.. Ook de buitenkant mag er zijn: een tuin en een ruime speelplaats met speeltoestellen, welke ook na schooltijd door de leerlingen wordt gebruikt. De sfeer is gezellig, er heerst een gevoel van saamhorigheid, van het bij elkaar horen. Naast deze gevoelens, die we proberen te realiseren door kinderen een gevoel van veiligheid en geborgenheid te geven, neemt het leren een belangrijke plaats in. In onze visie is leren niet alleen gekoppeld aan cognitieve ontwikkeling, maar zeer zeker ook aan de sociaal-emotionele ontwikkeling. Leren is niet iets wat je alleen doet, maar waarbij je de ander nodig hebt. We leren de kinderen daarom anderen te accepteren zoals ze zijn, naar elkaar te luisteren, samen te werken, zelfstandigheid en verantwoordelijkheid te dragen onder begeleiding en met de steun van de leerkrachten. Kortom, leren is niet alleen gekoppeld aan het weten, het kennen en het kunnen, maar ook aan aspecten die verwijzen naar gevoelens en ervaringen. We streven ernaar ons onderwijs vorm te geven vanuit een “adaptieve gedachte”. Dit houdt in dat we zoveel mogelijk rekening proberen te houden met verschillen tussen leerlingen, want kinderen verschillen en hebben hier dus recht op. In ons onderwijs proberen we dan ook rekening te houden met de verschillende leerstrategieën van kinderen en hen passende strategieën aan te leren. Dit betekent dat je kinderen leert om vragen te stellen, zichzelf te informeren en jou te informeren, problemen niet laat liggen, tijdig hulp vraagt en biedt, evalueert en daar weer van leert. Kortom, jezelf ontwikkelen in een daarvoor gecreëerde omgeving en daarvoor verantwoordelijkheid dragen. Elk kind, elke mens is daartoe in beginsel in staat. Dat dit langs individueel verschillende wegen gaat, dat de één meer tijd nodig heeft om iets onder de knie te krijgen dan de ander, dat hoort bij mensen, dat is normaal. Bij adaptief onderwijs gaat het niet om het werken met groepjes of individuele leerlingen, maar om wat er concreet met die kinderen in die groepjes of bij individuele
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
6
ondersteuning gebeurt. Binnen de groep doen we zoveel mogelijk een beroep op de zelfstandigheid en de samenwerking. We praten op onze school niet alleen over groepen, maar ook over ‘bouwen’. Zo kennen we de onderbouw (groep 1 en 2), de middenbouw (groep 3, 4 en 5) en de bovenbouw (groep 6, 7 en 8). De leerlingen doorlopen in het totaal acht groepen. Als alles goed gaat, gaan ze ieder jaar door naar een hogere groep, om tenslotte aan het einde uit te vliegen naar een passende opleiding in het voortgezet onderwijs.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
7
4
Onze visie. Voor onze leerlingen moet de school voelen als een “thuis”. We willen dit visualiseren met een huis. • Het fundament, de fundering vormt de basis, die moet zorgen voor veiligheid, geborgenheid, zorg en structuur. Wanneer we dit voor onze kinderen bereiken, kunnen ze naar de eerste verdieping. • Op de eerste verdieping willen we kinderen leren ervaren waarom ze doen wat ze doen. Dit doen we aan de hand van algemene waarden en normen van de Nederlandse cultuur. Het uitgangspunt daarbij is: behandel de ander, zoals je zelf behandeld wilt worden. Als ook deze verdieping goed is, kunnen we naar de tweede verdieping. • Op de tweede verdieping kunnen kinderen hun talenten ontwikkelen en resultaten behalen. Heel belangrijk daarbij is naast de andere vakken, de Nederlandse taal. Op iedere verdieping vinden we humor en plezier in het werk. In ons huis is plaats voor iedereen, maar willen we er met zijn allen in wonen, dan zullen we er ook samen aan moeten werken en zal ieder zijn / haar steentje moeten bijdragen.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
8
5
Onze missie. Opvoeding is vooral ontplooiing en stimulering van kinderen. Een uitdagende, maar veilige omgeving is belangrijk voor de groei. Wij vinden het belangrijk dat de schoolsituatie en de thuissituatie op elkaar aansluiten. We spreken ook wel van de identiteit van de school; de identiteit wordt gemaakt door iedereen die bij de school betrokken is. Je kunt hierbij onderscheid maken tussen levensbeschouwelijke, onderwijskundige en opvoedkundige identiteit. Dit leidt tot de volgende uitwerking: Estafette is een samenwerkingsschool waar: • levensbeschouwing een belangrijke rol speelt; • vanuit de gedachtegang dat iedereen recht heeft op zijn / haar eigen manier van ‘geloven’, vanuit welke geloofsovertuiging dan ook, van harte welkom is op onze school. • wordt geleerd respect te hebben voor andermans opvattingen; • vieringen worden gehouden; • invulling wordt gegeven aan de katholieke en de openbare identiteit; • kinderen kennis maken met diverse levensbeschouwingen; • een goede samenwerking is tussen school en groeperingen in de wijk; • door middel van projecten catechese- en levensbeschouwelijke lessen plaatsvinden vanuit de belevingswereld van kinderen. Estafette is een leerschool waar: • kinderen proberen zich verantwoordelijk te maken voor hun eigen leerproces; • kinderen leren samen te werken en samen te leren; • kinderen leren zelfstandig te werken; • veel aandacht is voor leerproblemen; • leerprestaties regelmatig worden getoetst; • veel aandacht wordt besteed aan de taalontwikkeling; • veel aandacht wordt besteed aan een brede vorming; • leerkrachten goed samenwerken; • buitenschoolse activiteiten worden georganiseerd; • goede contacten met de omgeving worden gehouden; • ouder(s) / verzorger(s) bij de school betrokken worden; • kinderen gestimuleerd worden niet alleen op school te leren, maar ook buiten het schoolgebouw. Estafette is een ontmoetingsplaats waar: • de kinderen zich veilig voelen; • de kinderen en ouder(s) / verzorger(s) serieus genomen worden; • kinderen samenwerken; • kinderen leren verantwoordelijkheid te nemen; • waar aandacht is voor elk kind persoonlijk; • de leerkracht een voorbeeld is voor de leerlingen; • leerlingen regels en afspraken nakomen; • leerlingen weten dat eerlijkheid dient te worden nagestreefd; • leerlingen elkaars eigendommen respecteren.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
9
6
De organisatie
6.1
Schoolregels. Zoals in iedere leefgemeenschap zijn er op school ook regels voor een goede organisatie en om de veiligheid te bevorderen. Zo hebben we op onze school drie basisregels. Samen met de kinderen worden hieraan afspraken in de groep gekoppeld. Onze basisregels zijn: • Aardig zijn voor groot en klein, vinden we allemaal fijn. • Alle spullen in orde en schoon, vinden we heel gewoon. • Binnen moet je rustig zijn, rennen doe je op het plein. Deze regels worden regelmatig met de kinderen besproken en de leerkrachten zien er samen met de kinderen op toe dat de regels worden nageleefd.
6.2
School- en vakantietijden. De begintijden en eindtijden van de school zijn voor alle groepen gelijk. Omdat het aantal uren dat kinderen in de onderbouw (groep 1 en 2) minder is dan in de groepen 3 tot en met 8, hebben de leerlingen van deze groepen iedere vrijdagmiddag vrij. De schooltijden, het vakantierooster en de vrije dagen zijn in het andere gedeelte van de schoolgids en in de jaarkalender opgenomen.
6.3
Leerplicht. Elke jongere heeft recht op een goede schoolopleiding. Daar staat ook een verplichting tegenover: leerplicht. Vanaf de leeftijd van vier jaar mag een kind naar school. Schoolbezoek wordt pas vanaf vijf jaar verplicht. Om precies te zijn: op de eerste schooldag van de maand die volgt op de maand dat het kind vijf is geworden. Voorbeeld: het kind wordt op 17 september vijf jaar. Het is dan volledig leerplichtig vanaf 1 oktober. De plicht tot het volgen van volledig dagonderwijs duurt tot en met het schooljaar waarin een jongere zestien jaar wordt. Daarna volgt een gedeeltelijke leerplicht. Elke leerplichtige leerling moet ingeschreven staan bij een door de wet erkende school. De ouder(s) / verzorger(s) hebben de verplichting ervoor te zorgen dat een leerling op een school wordt ingeschreven en die school geregeld bezoekt. De ouder(s) / verzorger(s) melden het kind aan bij de directeur van de school. Hiervoor zijn speciale inschrijfformulieren. Om de inschrijving geldig te laten zijn, moet een kopie van het burgerservicenummer (voorheen sofi-nummer) worden ingeleverd. Het melden van in- en uitschrijving van leerlingen aan burgemeester en wethouders is vastgelegd in de leerplichtwet en behoort tot de verantwoordelijkheid van de directeur.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
10
Bij een tussentijdse instroom heeft de directeur daarnaast de verplichting dit te melden aan de vorige school. Tenslotte heeft de directeur de plicht het kind bij het verlaten van de school uit te schrijven en dit te melden bij de burgemeester en wethouders en de toekomstige school. Voor alle duidelijkheid: uitschrijving kan pas geschieden, wanneer door de ouder(s) / verzorger(s) de inschrijving op een andere school heeft plaatsgevonden. Wanneer leerlingen permanent naar het buitenland vertrekken, moeten de ouder(s) / verzorger(s) hun kind(eren) laten uitschrijven bij de afdeling Burgerzaken van de woongemeente. De directeur mag de leerling pas uitschrijven als er van deze afdeling een bericht is ontvangen. Leerlingen die tijdelijk naar het buitenland of een andere woonplaats binnen Nederland vertrekken, mogen ook niet worden uitgeschreven, zolang er geen geldig bewijs van inschrijving aan een school of passende onderwijsvoorziening op school is ontvangen. In alle gevallen waarin een kind wordt uitgeschreven, wordt door de school het zogenaamde ‘onderwijskundig rapport’ opgemaakt, welk informatie geeft over de vorderingen en het welbevinden van de leerling. De ouder(s) / verzorger(s) worden van dit feit op de hoogte gesteld. Leerlingen die zonder toestemming van de directeur de school verzuimen, worden gemeld aan de leerplichtambtenaar. Kinderen die de leeftijd van 3 jaar en 11 maanden hebben bereikt mogen, om alvast te wennen, maximaal 5 dagdelen de school bezoeken. Dit gebeurt in overleg met de leerkracht waarbij het kind geplaatst wordt. Ze zijn dan nog niet ingeschreven als leerling, de inschrijving is pas geldig op de dag dat het kind vier jaar wordt. Binnen de scholen van SPO Venray is de afspraak gemaakt, dat kinderen tot vier weken voor de zomervakantie op school worden toegelaten. Kinderen die in de vier weken voor de zomervakantie vier jaar worden, komen in principe op de eerste dag na de zomervakantie. De kennismaking in deze weken kan wel in overleg met de leerkracht doorgang vinden. 6.4
Het toelatingsbeleid. Voor de toelating van leerlingen aan één van de scholen van SPO Venray geldt het volgende uitgangspunt: De scholen staan in principe open voor alle kinderen, zonder dat er voorwaarden worden gesteld aan hun godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging. Van ouder(s) / verzorger(s) en leerlingen wordt verwacht, dat zij de pedagogische, didactische en godsdienstige uitgangspunten van de school respecteren. De leerlingen die worden toegelaten worden tot de school volgen alle activiteiten, zoals die zijn vastgelegd in het schoolplan en het activiteitenplan. Ouder(s) / verzorger(s) kunnen echter op basis van artikel 13 en 14 van de leerplichtwet het bestuur verzoeken om vrijstelling voor het volgen van bepaalde onderwijsactiviteiten. Het College van Bestuur kan de kinderen hier vrijstelling voor
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
11
verlenen, waarbij dan tevens wordt vastgesteld welke vervangende activiteiten dan gevolgd zullen worden. Van een dergelijke vrijstelling wordt de inspectie op de hoogte gebracht. Ongeacht wanneer en voor welke groep een leerling wordt aangemeld, wordt gebruik gemaakt van een standaard aanmeldingsformulier. De gegevens die gevraagd worden zijn van belang voor de plaatsing van het kind in de juiste groep en voor een optimale opvang en begeleiding. Daarnaast worden er gegevens opgevraagd die noodzakelijk zijn voor het vaststellen van het zogenaamde ‘gewogen leerlingenaantal’. Alle opgevraagde gegevens worden alleen gebruikt voor de aangegeven doelen en ze worden strikt vertrouwelijk behandeld. Leerlingen kunnen op driejarige leeftijd worden aangemeld. Hiertoe wordt jaarlijks een ”inschrijfdag” georganiseerd, waarop ouder(s) / verzorger(s) van toekomstige leerlingen zich een beeld kunnen vormen van de school en informatie ontvangen. Ook kunt u een telefonische afspraak maken. Leerlingen die in de loop van de basisschool worden aangemeld, kunnen afkomstig zijn van een andere basisschool of van een school voor speciaal basisonderwijs. In alle gevallen zal door ons contact worden opgenomen met de school waar de leerling van afkomstig is. Hierbij zal navraag worden gedaan naar het prestatieniveau van de leerling en eventuele bijzonderheden van onderwijskundige of sociale aard, enz.. Leerlingen die rechtstreeks uit het buitenland komen zullen bijna altijd worden geplaatst in de opvanggroep. We starten met enkele toetsen, om op die manier het niveau van de kinderen te bepalen, zodat we het kind optimaal kunnen begeleiden. Kinderen voor de groepen 1 tot en met 3 gaan rechtstreeks naar de reguliere groep en worden niet in de opvanggroep geplaatst. In het belang van de leerling en in het algemeen belang van het basisonderwijs in Venray is in onderling overleg afgesproken dat toelating tot onze basisschool voor een leerling, afkomstig van een andere basisschool uit Venray, gedurende het schooljaar in principe niet mogelijk is. Dit geldt natuurlijk niet als er sprake is van een verhuizing. Wanneer een leerling vanuit het speciaal basisonderwijs wordt aangemeld, moet een positief advies worden overhandigd. Voor leerlingen uit het speciaal onderwijs geldt dat zij een positief advies moeten kunnen overleggen van de Commissie van Indicatiestelling. In beide gevallen is een protocol op stichtingsniveau opgesteld, welke u op school kunt inzien. 6.5
Verlofregeling. Een kind kan bij bepaalde gelegenheden verlof krijgen. Onder één voorwaarde: de directeur moet toestemming geven. De ouder(s) / verzorger(s) dienen dit verlof minimaal twee maanden van tevoren aan te vragen. Een speciaal formulier is hiervoor op school beschikbaar. Aan het extra verlof zijn wettelijke beperkingen gesteld. De directeur kan slechts één keer per schooljaar verlof verlenen, voor een periode van hoogstens twee weken. Het is niet mogelijk om vrij te krijgen in de eerste twee weken van een nieuw schooljaar. Is meer verlof noodzakelijk, dan zal dit altijd, door de ouders, aangevraagd moeten worden bij de leerplichtambtenaar.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
12
De directeur mag die toestemming verlenen bij twee soorten gelegenheden: • wanneer de ouder(s) / verzorger(s) kan aantonen vanwege het werk onmogelijk in de normale schoolvakantie weg te kunnen, door een werkgeversverklaring te overleggen. Dit verlof mag niet worden verleend voor een extra wintersportvakantie of voor een langer verblijf bij familie in het buitenland. • belangrijke omstandigheden die zijn erkend zoals o.a. huwelijk of huwelijksjubilea, ernstige ziekte of overlijden van familieleden, verhuizing, wettelijke verplichtingen die niet buiten de lesuren kunnen plaatsvinden. De directeur deelt de beslissing altijd schriftelijk en met een duidelijke motivatie mee aan de ouder(s) / verzorger(s). Wanneer de directeur negatief beslist, kan er binnen zes weken schriftelijk bezwaar gemaakt worden. 6.6
Schoolverzuim. Wanneer uw kind(eren) om welke reden dan ook de school moet verzuimen, verzoeken wij u vriendelijk hiervan tijdig melding te maken, liefst enkele dagen van te voren (bijv. bij doktersbezoek) en bij ziekte voor aanvang van de lessen. Dit kan schriftelijk en telefonisch. De afwezigheid van leerlingen wordt dagelijks geregistreerd. Indien een kind niet is afgemeld en ook bij aanvang van de lessen niet in de groep is, wordt telefonisch contact met de ouder(s) / verzorger(s) opgenomen. Wanneer een leerling regelmatig afwezig is, neemt de directeur contact met de ouder(s) / verzorger(s) op voor overleg. Bij ongeoorloofd verzuim, is de directeur verplicht dit te melden bij de leerplichtambtenaar.
6.7
Schorsen en verwijderen. De bevoegdheid tot toelating, schorsing en verwijdering van leerlingen berust bij het College van Bestuur, na advisering van de directie. De meeste leerlingen krijgen nooit met schorsing of verwijdering te maken. Maar soms is er geen andere uitweg dan schorsing of verwijdering. Hiervoor zijn dan regels en procedures in de wet beschreven. Schorsing is aan de orde wanneer het College van Bestuur, bij ernstig wangedrag van een leerling of van ouder(s) / verzorger(s), direct moet optreden en er tijd nodig is voor het zoeken naar een oplossing. Schorsen kan inhouden dat de leerling of de ouder(s) / verzorger(s) de school een aantal dagen, maar ten hoogste vijf, niet mag bezoeken, maar kan ook inhouden dat de leerling de lessen niet mag volgen. De leerling moet dan wel de gehele dag naar school en krijgt hier schriftelijk werk. In geval een schorsing overwogen wordt, worden de ouder(s) / verzorger(s) in een vroegtijdig stadium ingelicht. Onder verwijdering van de school wordt verstaan het uitschrijven van de leerling op initiatief van de school. Hiervoor kunnen verschillende redenen zijn, namelijk dat de school een doorverwijzing naar het speciaal onderwijs noodzakelijk acht of omdat de school de leerling om disciplinaire redenen niet langer op school kan handhaven. • Bij verwijzing van een leerling naar het speciaal onderwijs is minstens het advies en de beschikking van de Commissie van Indicatie nodig of voor het speciaal
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
13
•
basisonderwijs een beschikking van de Commissie voor Permanente Leerlingenzorg (PCL). Bij verwijdering om disciplinaire redenen kunnen we onder meer aan de volgende situaties denken: de leerling is door zijn gedrag een gevaar voor zichzelf en/of voor andere leerlingen; het gedrag van de leerling wordt als zodanig storend ervaren, dat het de normale gang van zaken verstoort en dat andere leerlingen daardoor niet aan hun werk toekomen; de ouder(s) / verzorger(s) en/of de leerling geven in woord of gedrag te kennen geen vertrouwen te hebben in de goede bedoelingen van de school; de ouder(s) / verzorger(s) en/of leerling wensen de pedagogische en didactische uitgangspunten van de school niet te respecteren en bestrijden deze openlijk; de ouder(s) / verzorger(s) en/of leerling respecteren de levensbeschouwelijke uitgangspunten van de school niet, wat blijkt uit woord en/of handelen; de ouder(s) / verzorger(s) en/of leerling handelen niet in overeenstemming met de leefregels van de school en wettelijke regels.
Het besluit om disciplinaire redenen te verwijderen wordt genomen door het College van Bestuur, daartoe geadviseerd door de directie en na de leerkracht te hebben gehoord. De leerkracht en de directie zullen aannemelijk moeten maken, dat alle mogelijke maatregelen inmiddels genomen zijn, maar niet tot het gewenste effect hebben geleid. Bovendien dienen de ouder(s) / verzorger(s) vroegtijdig op de hoogte te worden gesteld van de voorgenomen plannen en gehoord te worden. Indien een procedure wordt gestart om een leerling van school te verwijderen wordt onmiddellijk de inspectie ingelicht. Aangezien het bij verwijdering om disciplinaire redenen om een zeer ingrijpende aangelegenheid gaat, dient de procedure zeer zorgvuldig gevolgd te worden. De school moet alle mogelijke maatregelen nemen om te voorkomen dat de leerling ‘beschadigd’ wordt en zijn kansen op toelating aan een andere school worden beperkt. Het uitgewerkte protocol ligt voor een ieder op school ter inzage. 6.8
Beleid tot toelating van leerlingen in het kader van de leerlinggebonden financiering. Vanaf 1 augustus 2003 is de Wet Expertise Centra (WEC) van kracht en kunnen leerlingen met een handicap met ingang van het schooljaar 2003 – 2004 geïntegreerd in het basisonderwijs geplaatst worden, voorzien van een zogeheten ‘rugzak’. Leerlinggebonden financiering is bedoeld voor kinderen met een handicap of stoornis die m.b.v extra voorzieningen basis- of voortgezet onderwijs kunnen volgen. Het gaat om kinderen met een verstandelijke, zintuiglijke of lichamelijke handicap, om kinderen met een meervoudige handicap of om langdurig zieke kinderen, voorheen opgevangen door het REC. Het gaat dus om kinderen die aantoonbaar zonder extra ondersteuning geen reguliere school kunnen bezoeken. Een van de doelen is de ouder(s) / verzorger(s) een grotere keuzevrijheid te geven voor plaatsing van hun kind. Voorwaarde voor de leerlinggebonden financiering is een
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
14
“toelaatbaarheidsverklaring”. Deze verklaring is gebaseerd op onafhankelijke criteria en wordt afgegeven door de Commissie van Indicatiestelling, behorende tot een REC. Voor alle duidelijkheid: er bestaat geen plaatsingsplicht; iedere school zal voor ieder verzoek opnieuw een afweging moeten maken. De kern van de vraag is of de combinatie van de handicap en de extra onderwijsondersteuning die noodzakelijk is, spoort met de mogelijkheden van de school. Hier betreft het niet alleen de specifieke hulp en ondersteuningsbehoefte van de leerling, maar ook de conditionele, situationele en fysieke factoren. Een uitgewerkt protocol op stichtingsniveau ligt voor u op school ter inzage. 6.9
Vervanging. De afgelopen jaren wordt het vinden van vervanging bij ziekte van leerkrachten in het basisonderwijs een steeds groter probleem. Daarom is er een procedure opgezet, in geval er geen vervanger voorhanden is. Voor u als ouder(s) / verzorger(s) moet deze regeling duidelijkheid scheppen in de wijze waarop de school tot een keuze komt. Bovendien willen we laten zien dat, indien een groep kinderen niet meer op school kan worden opgevangen, er een zorgvuldige afweging van belangen heeft plaatsgevonden. Het stappenplan: 1. Bij ziektemelding proberen we in de eerste plaats in te schatten hoe lang de vervanging noodzakelijk is. 2. De directeur stelt zich in verbinding met de vervangerspool, het arbeidsbureau en andere onafhankelijke instanties. Indien geen externe vervanger beschikbaar is, volgt stap 3. 3. Wanneer er door twee personen in de groep wordt gewerkt, wordt de duo-partner benaderd. Kan deze niet dan volgt stap 4. 4. Indien er een parttime leerkracht wil vervangen, wordt deze benaderd. Op school is bekend, welke personeelsleden wel/niet voor vervanging in aanmerking willen komen. Levert dit geen resultaat op, volgt stap 5. 5. Indien er geen vervanger gevonden kan worden, komen de volgende mogelijkheden voor een oplossing in aanmerking. Verschuiven: - indien er wel een onderbouw- of bovenbouw vervanger beschikbaar is, kan er intern gewisseld worden; - indien een Leerkracht-In-Opleiding (LIO) aanwezig is, de vrijgeroosterde leerkracht inzetten; - ambulante leerkrachten inzetten. De betrokken leerkrachten beslissen in overleg met de directeur of het kan. Om willekeur te voorkomen worden hier intern afspraken over gemaakt. Ruilen: - Het compensatieverlof van leerkrachten, taakrealisatie of coördinatoren ruilen. Deze komen niet te vervallen. Verdelen: - De groep verdelen over andere groepen, maximaal voor één dag en alleen als dit redelijkerwijs mogelijk is. 6. Bieden de voorgaande mogelijkheden geen aanvaardbare oplossing, dan kan aan de ouder(s) / verzorger(s) van de betreffende groep gevraagd worden de kinderen thuis te laten, met daarbij de volgende afspraak: - de eerste dag van het ziekteverlof worden de kinderen opgevangen; - de ouders worden een dag vooraf schriftelijk op de hoogte gesteld;
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
15
-
in voorkomende gevallen wordt altijd contact opgenomen met het College van Bestuur, welke de inspectie op de hoogte brengt; - voor kinderen die toch naar school komen wordt opvang geregeld; - indien voor meerdere dagen geen vervanging beschikbaar is, zullen groepen afwisselend geen onderwijs aangeboden krijgen. 7. De schoolleider dient in principe niet voor vervanging beschikbaar te zijn, tenzij verschuiving van haar geplande werkzaamheden mogelijk is. Het protocol op stichtingsniveau ligt voor u op school ter inzage. 6.10
Klachtenprocedure. Onze school is aangesloten bij de Stichting KOMM (een onafhankelijke Klachtencommissie Machtsmisbruik), welke de behandeling van klachten coördineert in de regio Noord Limburg. Dit protocol ligt voor iedereen op school ter inzage. Wanneer ouder(s) / verzorger(s), leerlingen en personeel hun klachten snel kenbaar maken, kunnen we ook snel handelen en proberen de klacht op te lossen. De klachtenregeling is alleen van toepassing als men met zijn klacht niet meer bij de leerkracht(en), de directie of het College van Bestuur terecht kan. Ons streven is echter om in goed overleg het probleem op te lossen. Pas wanneer na intensief overleg het probleem niet tot tevredenheid is opgelost, kan men een beroep doen op de klachtenregeling, welke op school ter inzage is. Als ouder(s) / verzorger(s) heeft u recht op goede en juiste informatie. Bij vragen en/of klachten kunt u zich te allen tijde in verbinding stellen met de leerkracht of de directie. Zij hebben de plicht u aan te horen. Een rustig gesprek, waarin alle partijen bereid zijn naar elkaars verhaal te luisteren en samen naar een oplossing te zoeken. Helaas komt het voor dat een ouder / verzorger zich op een grove, onfatsoenlijke manier tot de leerkracht / directie wendt, waarbij onterechte beschuldigingen worden geuit. Hierdoor kan een medewerker ernstig beschadigd raken en zelfs psychisch in de problemen komen. Dergelijke situaties moeten we met z’n allen niet willen. U als ouder(s) / verzorger(s) heeft recht op een respectvolle benadering, maar dat hebben werknemers van de school ook. Alleen met wederzijds respect kunnen problemen opgelost worden.
6.11
De interne contactpersoon. Voor klachten over machtsmisbruik, die betrekking hebben op de onderwijssituatie of daarmee samenhangen, kunt u zich wenden tot de interne contactpersonen op onze school. Hun namen vindt u in het andere gedeelte van de schoolgids. Zij kunnen u verder helpen als het gaat over seksuele intimidatie, agressie, discriminatie en geweld. Zij zullen niet zelf gaan onderzoeken of uw klacht gegrond is maar met u gaan kijken welke stappen er verder gezet kunnen worden. Wanneer de klacht intern niet opgelost kan worden, kunnen zij u verwijzen naar de externe vertrouwenspersoon. Zij is niet direct bij de school betrokken en kan uw klacht zonder vooroordeel behandelen. Eventueel zal zij in overleg met u, een officiële klacht indienen bij de regionale klachtencommissie van stichting KOMM.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
16
6.12
Jeugdgezondheidszorg. De jeugdgezondheidszorg van de G.G.D. Noord-Limburg heeft als doel het bevorderen, bewaken en beschermen van de gezondheid van jongeren. Elke basisschool heeft een vast jeugdgezondheidsteam, bestaande uit de jeugdarts, een verpleegkundige, een assistente en een logopediste. Het jeugdgezondheidsteam biedt een individueel onderzoeksprogramma aan. Het is een vervolg op de onderzoeken bij het consultatiebureau. Het onderzoeksprogramma voor jongeren op de basisschool ziet er als volgt uit: 5-jarigen: een gezondheidsonderzoek uitgevoerd door arts en assistente. U wordt hiervoor samen met uw kind uitgenodigd. Het onderzoek van uw kind richt zich zowel op de lichamelijke gezondheid als ook op de psychische gezondheid. Aan u wordt gevraagd om voor uw kind een vragenlijst in te vullen. De uitkomsten van het onderzoek krijgt u aan het eind van het onderzoek. 5-jarigen: de logopediste onderzoekt spraak-, taal-, adem-, stemgebruik en het mondgedrag. Over dit onderzoek krijgen de ouder(s) / verzorger(s) vooraf bericht. Over de uitslag wordt u schriftelijk geïnformeerd. 9-jarigen: de laatste herhalingsinentingen als het kind de leeftijd van negen jaar bereikt tegen Difterie, Tetanus en Polio (DTP) en tegen Bof, Mazelen en Rodehond (BMR). Deze twee prikken worden tegelijkertijd gegeven, in elke arm één. Het inenten is meestal in het voorjaar. Ouder(s) / verzorger(s) krijgen ongeveer een week van tevoren bericht en geven schriftelijk toestemming voor de inentingen. Groep 8: een uitgebreid onderzoek op school, door de jeugdverpleegkundige. Het onderzoek richt zich niet alleen op de lichamelijke gezondheid, maar ook op de psychische gezondheid. Net als bij alle onderzoeken krijgt u bericht over de resultaten. Daarnaast biedt de GGD elk jaar trainingen aan voor kinderen die op het punt staan de overstap te maken naar het voortgezet onderwijs en deze overstap ervaren als een grote hindernis. Vaak zijn dit kinderen die minder gemakkelijk contact leggen. Voor meer informatie hieromtrent kunt u terecht bij het jeugdgezondheidsteam. Daarnaast kunt u als ouder(s) / verzorger(s) een extra onderzoek aanvragen. Neem hiervoor contact op met het secretariaat 077 – 850 48 55 of via email
[email protected] Ook kunnen ouder(s) / verzorger(s) en leerkrachten altijd bij het jeugdgezondsheidteam terecht met vragen over diverse gezondheidsonderwerpen. Voor vragen over gezondheidsonderwerpen zoals bijvoorbeeld hoofdluis, krentenbaard, hepatitis, opvoeden, slaapproblemen, bedplassen, druk gedrag, pesten, kindermishandeling en seksueel misbruik kunt u de website www.ggdnml.nl raadplegen.
6.13
Hoofdluis. Hoofdluis hebben voelt vaak als een schande. Dat is het beslist niet. Iedereen kan hoofdluis krijgen. Luizen maken geen onderscheid tussen schoon en vies haar of
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
17
tussen kort of lang haar. Luizen leven namelijk van het mensenbloed dat ze uit de hoofdhuid halen. Dat vinden ze evengoed op een schoon als een “vies” hoofd. Dat iedereen hoofdluis kan krijgen, komt omdat luizen echte overlopers zijn. Ze lopen direct van het ene hoofd naar het andere of via mutsen, sjaals en kammen. Vandaar dat zo snel en zo goed mogelijk behandelen van hoofdluis belangrijk is. Hoe minder luizen er zijn, hoe minder er over kunnen lopen. De ouder(s)/verzorger(s) zijn primair verantwoordelijk voor het adequaat behandelen van hoofdluis binnen het gezin. De school kan een belangrijke bijdrage leveren bij het voorkomen en de verspreiding van hoofdluis. De Wet Primair Onderwijs geeft aan dat de school tot taak heeft alle zaken die van invloed zijn op de gezondheid en de veiligheid van de kinderen onderdeel te maken van het schoolbeleid. Hiertoe hebben wij het volgende protocol opgezet: • Een ouder / verzorger meldt hoofdluis bij de leerkracht of coördinator op school; • Binnen een week na melding screenen de betreffende ouders van de werkgroep ‘hoofdluisscreeners’ de betreffende groep(en); • De resultaten worden door de contactpersoon van de werkgroep gemeld aan de coördinator; • De school deelt een brief uit aan de kinderen van de betreffende groep(en) en een brief met checklist voor het kind met hoofdluis/neten. • Na 2 weken komt er een nacontrole voor alle kinderen van de betreffende groepen. • Mocht het probleem nog steeds bestaan, dan neemt de coördinator contact op met de betreffende ouder(s) / verzorger(s); • De ouder(s) / verzorger(s) worden weer met een brief op de hoogte gesteld; • De procedure herhaalt zich totdat alle kinderen ‘schoon’ zijn; • Wordt er in meerdere groepen hoofdluis geconstateerd, dan krijgen desbetreffende groepen van de school een brief mee en volgt en procedure zoals hierboven beschreven; • Uit voorzorg zijn onderzoeksdagen gepland, zie voor data de kalender; • Elke groep krijgt dan bezoek van de ‘hoofdluisscreeners’; • Bij een positieve uitslag volgt een procedure zoals hierboven beschreven; • De ‘hoofdluisscreeners’ worden in overleg met de GGD opgeleid; • De ‘hoofdluisscreeners’ hebben geheimhoudingsplicht naar de ouders / verzorgers en kunnen en mogen niet op een uitslag van een onderzoek worden aangesproken; • Alleen de coördinator onderhoudt het contact met ouder(s) / verzorger(s). • Alle leerlingen hebben een luizenzak waar hun jas in moet. Gaat deze zak kapot dan moeten ouders zorgen dat hij gemaakt wordt. Als dat niet meer kan moeten de wordt er in overleg met de hoofdluiscordinator naar een passende oplossing 6.14
Besmettelijke ziekten. Wanneer een kind een besmettelijke aandoening heeft, willen wij als school zo snel mogelijk op de hoogte worden gesteld. Soms kan het nodig zijn de andere ouder(s) / verzorger(s) hierover in te lichten. Ook heeft de school de verplichting een aantal besmettelijke ziekten (denk hierbij bijvoorbeeld aan hersenvliesontsteking) te melden bij de GGD en de inspecteur van Volksgezondheid.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
18
6.15
Langdurig zieke kinderen. Als uw kind langdurig niet naar school kan komen in verband met ziekte, dan zal de leerkracht samen met u bekijken hoe we het onderwijs voor uw kind vorm kunnen geven. Hierbij kunnen we gebruik maken van een consulent van de onderwijsbegeleidingsdienst te Venlo. Wij vinden het erg belangrijk dat het kind een goed contact blijft onderhouden met zijn / haar klasgenoten en de leerkracht(en).
6.16
Ongevallen. Helaas komt het nog steeds voor dat er op school ongelukjes gebeuren ondanks alle voorzorgsmaatregelen die worden genomen. Bij een wat groter ongeluk wordt de huisarts geraadpleegd. We proberen altijd de ouder(s) / verzorger(s) te waarschuwen, zodat die eventueel mee kunnen gaan. Zijn deze niet te bereiken en ook geen door u opgegeven ‘noodpersoon’, dan gaat een leerkracht, conciërge of andere volwassene mee. Belangrijk is het dan ook dat u zorgt dat de school beschikt over namen en telefoonnummers van personen die we in noodgevallen kunnen waarschuwen. Vanuit de Arbowetgeving zijn wij verplicht ongevallen te registreren. Ongevallen, gevolgd door opname in het ziekenhuis of met dodelijke afloop moeten door de directie worden gemeld bij de veiligheidsinspectie in Roermond.
6.17
Pesten. Wij zijn als team alert op discriminatie en pesten en werken in de preventieve sfeer om dit te voorkomen. Pesten en discriminatie stopt vaak niet bij het schoolhek. Soms gebeurt het dat ruzies buiten school ontstaan. Ook deze ruzies of pesterijen kunnen hun uitwerking hebben in de klas. Omdat we allemaal weten dat dit een negatieve invloed op het gepeste kind heeft, willen we daar op school tijd en energie in steken om de problemen zo snel mogelijk de wereld uit te helpen. We vinden het van groot belang dat we als school vroegtijdig op de hoogte worden gesteld van een probleem. Meldt het ons, bij voorkeur eerst bij de leerkracht en anders bij de directie of het managementteam.
6.18
Overblijven. Zoals iedere basisschool in Nederland, kent ook onze school een overblijfregeling. Het overblijven geschiedt onder leiding van vaste overblijfkrachten. De verantwoordelijkheid van het overblijven ligt bij de ouders. Na het eten kunnen de leerlingen onder begeleiding van de volwassenen naar hartelust spelen op het schoolplein. Bij regenweer kunnen zij zich binnen met spelletjes vermaken. Kinderen die zich ondanks herhaalde waarschuwing niet gedragen tijdens het overblijven, kunnen nadat de ouder(s) / verzorger(s) hiervan in kennis zijn gesteld, tijdelijk of definitief uitgesloten worden. Voor de kosten en de contactpersonen van het overblijven verwijzen we u naar het andere gedeelte van de schoolgids.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
19
6.19
Langer op school. In bepaalde gevallen, bijvoorbeeld bij het helpen van de leerkracht, kan het kind even wat langer op school moeten blijven. Dit mag hooguit een kwartiertje duren. Is er een reden om het kind wat langer na te laten blijven, dan wordt u hiervan vooraf of telefonisch op de hoogte gebracht.
6.20
Verlengde schooldag. De sportconsulent Primair Onderwijs is een bewegingscoach binnen het basisonderwijs in Venray voor de deskundigheidsbevordering bewegingsonderwijs van leerkrachten. Verder houdt de sportconsulent PO zich bezig met het opzetten van beweegactiviteiten na school, gekoppeld aan het basisonderwijs. Doel is meer kinderen meer laten bewegen. Kijk voor meer informatie op www.sportinvenray.nl of neem contact op met de sportconsulent zelf We hebben ook vrijwilligers bereid gevonden om op een andere manier dan sport invulling te geven aan de verlengde schooldag. Zo kunnen kinderen ook werken op de computer, schilderen, knutselen, toneel, dans, techniek enz... We proberen als school dit aanbod uit te breiden.
6.21
Voor- en naschoolse opvang. Voor de voor- en naschoolse opvang heeft SPO Venray een samenwerkingsovereenkomst gesloten met “Spring”. Het staat ouder(s) / verzorger(s) uiteraard vrij om gebruik te maken van andere organisaties in de kinderopvang. Informatie over de opvangmogelijkheden en tarieven kunnen op school worden opgevraagd. Hier zijn ook aanmeldingsformulieren verkrijgbaar. De opvang is niet gratis, wel kunnen ouder(s) / verzorger(s) via de belastingsdienst een toeslag krijgen.
6.22
Huiswerk. Om kinderen voor te bereiden op het voortgezet onderwijs, willen we hen leren om huiswerk te maken. Het gaat hierbij om opdrachten uit de oefenstof te verwerken, woordenschatoefeningen, wat studeerwerk voor de vakken in wereldoriëntatie, of het voorbereiden van een spreekbeurt of boekbespreking. Ook bij kinderen met leerproblemen kan soms wat huiswerk noodzakelijk zijn. Een gouden regel bij het maken van huiswerk is wat ons betreft: beter elke dag een beetje, dan in één dag alles. Kinderen leren hierdoor ook voor zichzelf activiteiten in een week te plannen. Het is goed om als ouder(s) / verzorger(s) te informeren naar het huiswerk en eventueel hulp te bieden. Hiermee geeft u het kind de indruk dat ook dit bij het schoolse leven hoort en dat u het belangrijk vindt. De kinderen van de groepen 1 en 2 krijgen iedere week enkele woorden van het woordpakket mee dat hen die week wordt aangeboden. Het is de bedoeling dat ouder(s) / verzorger(s) deze woorden thuis met de kinderen oefenen.
6.23
Stagiaires. Onze school wordt regelmatig benaderd voor stageplaatsen in het kader van beroepsopleidingen. Hiertoe is op onze school een stagebeleid opgezet. Stagiaires die
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
20
wij kunnen begeleiden zijn in opleiding voor leerkracht, onderwijsassistente, administratief medewerker of psycholoog / orthopedagoog. Met de opleiding wordt een overeenkomst afgesloten. De stagiaires van de opleiding tot leerkracht en de onderwijsassistenten worden in de groepen ingezet en begeleid door de leerkracht. De stagiaires die niet in de groepen worden ingezet, komen onder begeleiding van de desbetreffende coördinator of de directie. 6.24
Verzekeringen. Voor alle leerlingen heeft SPO Venray een collectieve scholieren ongevallen verzekering afgesloten. Deze verzekering geeft een uitkering bij overlijden, blijvende invaliditeit en bij tandbeschadigingen. De verzekering geldt voor het naar en van school reizen, tijdens schooltijd en bij andere door de school onder toezicht georganiseerde activiteiten. Deze verzekering kent geen uitkering bij materiële schade. Het is dus geen WA verzekering en in voorkomende gevallen zult u een aanspraak moeten doen op de WA verzekering van de betreffende leerling. Er is door SPO Venray een collectieve verzekering afgesloten die een dekking biedt voor leerkrachten, meehelpende ouders / verzorgers, ondersteunend personeel en stagiaires. Ook hier geldt dat pas uitgekeerd wordt als niets op andere verzekeringen verhaald kan worden. Wanneer u als ‘chauffeur’ met excursies meegaat, is een inzittendenverzekering en gebruik van een zogenaamde stoelverhoger en autogordels verplicht. Wij houden ons hierbij aan de wettelijk verplichte richtlijnen.
6.25
Veiligheid op school. Wij hechten er groot belang aan dat iedereen zich veilig voelt in de tijd die hij / zij op school doorbrengt. Hiertoe beschikt onze school over een preventiemedewerker, bedrijfhulpverleners en interne contactpersonen. Daarnaast is er een overeenkomst gesloten met enkele partners waarin staat beschreven hoe we elkaar kunnen helpen om de veiligheid in en rond de school te bevorderen. Dit document heeft de naam “Convenant De Veilige School”. We hebben met de partners vastgelegd wanneer er bijvoorbeeld een melding of aangifte van misdragingen bij de politie zal worden gedaan. Bij de politie zijn twee ambtenaren speciaal belast met de contacten met de school. Onze partners binnen het convenant zijn: de gemeente, Bureau Halt, Raaylandcollege, Gildeopleidingen en de politie Venray. Het protocol ligt op school ter inzage.
6.26
Calamiteiten. In ieder openbaar gebouw is het verplicht maatregelen te nemen om moeilijke omstandigheden het hoofd te bieden. Als school zijn wij verplicht bedrijfshulpverleners in het pand te hebben. Hiertoe zijn leerkrachten opgeleid. Soms is het noodzakelijk dat een pand wordt ontruimd en dat dit op een verantwoorde en ordelijke manier gebeurt. Hiertoe is binnen het calamiteitenplan, een ontruimingsplan opgenomen, wat ook met de leerlingen geoefend wordt. Ook kan het gebeuren dat zich calamiteiten in de onmiddellijke omgeving van de school voordoen, waarbij alle personen in het gebouw moeten blijven, tot de autoriteiten aangeven dat alles weer veilig is.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
21
Zowel bij problemen binnen de school als daarbuiten is de medewerking van u als ouder(s) /verzorger(s) nodig. Belangrijk zijn daarbij de volgende punten: • bel niet naar school, om de communicatie tussen school en hulpverlenende instanties open te houden; • kom niet naar school (ook niet lopend), om de toegangswegen van de hulpverlenende instanties vrij te houden; • luister naar de streekradio. • ouder(s) / verzorger(s) die hun kind(eren), ondanks de waarschuwing toch op school ophalen, moeten een verklaring tekenen dat zij hun kind(eren) op eigen risico meenemen. 6.27
Gevonden voorwerpen. Regelmatig blijven er op school spullen van kinderen achter. Wij willen die graag terugbezorgen, maar hiervoor hebben we uw hulp nodig. Neemt u a.u.b. de moeite om spulletjes van uw kind(eren) van naam te voorzien. Bent u iets kwijt, dan kunt u even informeren bij de conciërge.
6.28
Schoonmaken. Het schoonhouden van de school is erg belangrijk. Dit is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van team, leerlingen en het huishoudelijk personeel. Elke dag zijn onze huishoudelijke medewerksters voor en na schooltijd druk in de weer om alles er netjes te laten uitzien. Help ons door ook uw kind te leren zorgvuldig met eigen eigendommen en die van anderen om te gaan.
6.29
Sponsoring. De Stichting Primair Onderwijs Venray en ook individuele scholen kunnen te maken krijgen met sponsoring. Dat kan een ideale manier zijn om extraatjes van te betalen. Maar er zijn ook risico’s aan verbonden. Leerlingen zijn een kwetsbare groep. Het is dus belangrijk dat sponsoring zorgvuldig gebeurt. Voorbeelden van sponsoring Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een bevoegd gezag, directie, leraren, niet-onderwijzend personeel of leerlingen, waarvoor een sponsor een tegenprestatie verlangt in schoolverband. Tegenprestaties zijn bijv. het noemen van de sponsor in de schoolkrant of een opdruk op t-shirts. Voorbeelden van sponsoring zijn: • gesponsorde materialen zoals boekjes, video’s, posters en spellen; • gratis producten die winkels of bedrijven uitdelen aan leerlingen of ouders; • gesponsorde activiteiten zoals schoolfeesten, sportdagen, schoolzwemmen en schoolreisjes; • sponsoring van het schoolgebouw, bijv. een leslokaal, computerapparatuur of cateringactiviteiten. Schenkingen, waar geen tegenprestatie tegenover staat, vallen dus niet onder het begrip sponsoring.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
22
Het ministerie van onderwijs heeft samen met zestien organisaties een convenant afgesloten, waarin afspraken voor sponsoring in het primair en voortgezet onderwijs zijn vastgelegd. Het convenant bevat gedragsregels waar scholen op moeten letten, waar sponsors aan gebonden zijn, waar valkuilen zijn en hoe scholen inspraak van ouders over sponsoring organiseren. Het convenant Sponsoring bevat geen wettelijke regels, maar gezamenlijke afspraken van de convenantpartners over hoe er omgegaan zou moeten worden in het primair onderwijs. In het Reglement Medezeggenschapsraad staat duidelijk omschreven wat de advies en instemmingsbevoegdheden zijn t.a.v. schoolgids en schoolplan Op school ligt een exemplaar van de SPOVenray nota “sponsoring”ter inzage. Ook staat de nota vermeld op de website van SPOVenray, www.spovenray.nl 6.30
Kleding op school. Er is veel publiciteit geweest rond kledingsvoorschriften op school. Maar zoals bekend, kan iedere beperking ook discriminerend zijn, de vrijheid van meningsuiting aantasten of de vrijheid van godsdienst aantasten. Met andere woorden: voor iedere regel ‘tegen’, is wel weer een argument ‘voor’. Graag hanteren wij daarom op school de volgende beleidsregel: wij spreken de verwachting uit dat ouder(s) / verzorger(s) hun kind(eren) op een verzorgde, hygiënische manier kleden, zonder dat anderen zich hier aan hoeven te storen. Daarnaast accepteren wij geen gezichtsbedekkende kleding, zodat tijdens de communicatie de gezichtsuitdrukking en de articulatie van betrokkenen kunnen worden waargenomen en gecontroleerd kan worden wie zich binnen het schoolgebouw bevindt.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
23
7.
De leer- en vormingsgebieden. De Wet Primair Onderwijs geeft aan welke ‘leer- en vormingsgebieden’ aan de orde moeten komen. De invulling ervan is een taak voor elke school afzonderlijk. Hieronder volgt een beknopt overzicht van al die activiteiten. De kleutergroepen, de groepen 1 en 2, zijn heterogene groepen. Er wordt veel gewerkt vanuit de belangstelling en de omgeving van de kinderen rond een bepaald thema. De fantasie en het initiatief van de kinderen wordt geprikkeld door de inrichting van het lokaal, aangepast aan het thema. Spelenderwijs wordt er gewerkt aan de cognitieve ontwikkeling, de taalontwikkeling, de sociaal-emotionele ontwikkeling, de ontwikkeling van de motoriek en die van de expressie. Ook wordt spelenderwijs aandacht besteed aan de auditieve training en de voorwaarden voor het lezen en rekenen. Kortom hier is het motto: ‘spelen is leren en leren is spelen’. In de groepen proberen we zoveel mogelijk rekening te houden met de individuele mogelijkheden van het kind. We observeren wat het kind kan en hoe gemakkelijk of hoe moeilijk het kind bepaalde opdrachten uitvoert. De observatie gebeurt zowel binnen als buiten de klas. Hierdoor krijgen we meer inzicht in de sterke en zwakke punten van de leerling. We proberen te achterhalen wat de aard en de omvang van het probleem is om zo de juiste handelingsadviezen op te stellen. Meer informatie betreffende regels en activiteiten vindt u in het andere gedeelte van de schoolgids. De kleutergroepen werken nauw samen met de peuterspeelzaal. Zij werken aan gezamenlijke thema’s en hebben gezamenlijke activiteiten. In groep 3 wordt de basis gelegd voor het lezen, rekenen en schrijven. De nadruk ligt hier vooral op het leren lezen, want hiermee gaat er een wereld voor de kinderen open. Als kind ben je dan in staat om zelf informatie te verzamelen en je eigen ‘leren’ te bepalen, een basis voor je verdere schoolloopbaan. Vanaf groep 4 komt de inhoud van de tekst steeds meer centraal te staan. Teksten worden gebruikt om informatie te krijgen, om iets te bestuderen, om een mening te vormen of gewoon om er plezier aan te beleven omdat een tekst mooi, spannend of leuk is. Met taal zijn we eigenlijk de hele dag bezig; het is vooral gericht op het leren verwoorden van gedachten, het formuleren van goed lopende zinnen en het begrijpen van teksten. Daarnaast is er aandacht voor spelling, woordenschat en creatief taalgebruik. Dit laatste gebeurt in de vorm van spreekbeurten, boekbesprekingen, kringgesprekken en projecten. Bij het rekenen wordt er steeds meer uitgegaan van de werkelijkheid, wij noemen dit het realistisch rekenen. Belangrijk is dat de kinderen hierbij leren dat er verschillende strategieën zijn om tot een bepaald resultaat te komen. Niet alleen het resultaat is belangrijk, maar de weg die naar het resultaat leidt is zeker zo belangrijk, zoniet belangrijker. Juist door het oefenen met verschillende strategieën, kunnen kinderen komen tot een strategie die het beste bij hen past.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
24
Vanaf groep 4 kunnen de kinderen het lopend schrift gebruiken in hun dagelijkse schrijfwerk. Rechtshandig schrijven geniet de voorkeur, maar daar waar een kind linkshandig is, zullen we dat optimaal begeleiden. Onze schrijfmethode richt zich erop dat de kinderen begeleid worden bij het ontwikkelen van hun eigen handschrift, zowel rechts- als linkshandig. Via aardrijkskunde, geschiedenis, natuurkunde/biologie, techniek en verkeer wordt de wereld verkend. Liefst zoveel mogelijk in samenhang en in relatie met de omgeving. Hierbij wordt niet alleen gebruik gemaakt van de bestaande methodes, maar ook van schooltelevisieprogramma’s, de computer en de krant. Er wordt aandacht besteed aan de expressievakken. Hieronder verstaan we: tekenen, muziek, handvaardigheid en dramatische vorming. Iedere week houden we een zogenaamd createchniekuur. Alle leerlingen zijn dan op een bepaald dagdeel bezig met een techniek. Verder zijn er gezamenlijke maandsluitingen en worden de kinderen in contact gebracht met kunst- en uitingsvormen door voorstellingen van dans, muziek en toneel bij te wonen. Ook worden tentoonstellingen en theaters bezocht. Tenslotte worden er soms musicals door de leerlingen opgevoerd. Vanaf 1 februari 2006 zijn wij verplicht het ‘actief burgerschap en de sociale integratie’ van leerlingen te bevorderen. De betrokkenheid tussen burgers en overheid is afgenomen. De plichten en rechten die bij burgerschap horen, lijken soms wat op de achtergrond te zijn geraakt. De wet gaat ervan uit dat: • leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving; • het onderwijs gericht is op actief burgerschap en sociale integratie; • leerlingen kennis hebben van en kennis maken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdsgenoten. Op onze school schenken we systematisch aandacht aan de sociale competenties van de leerlingen. Hiervoor gebruiken we de methodes ‘Kinderen en hun sociale talenten’ en ‘Kinderen en hun morele talenten’, waarbij leerlingen hun sociale vaardigheden oefenen en met elkaar in discussie kunnen gaan over normen en waarden. Daarnaast wordt veel aandacht besteed aan begrippen als vrijheid van meningsuiting, gelijkwaardigheid, samenwerken, pesten en discriminatie. Binnen onze zaakvakken, catechese en levensbeschouwelijke lessen, nemen kinderen kennis van andere geloofsovertuigingen en tradities uit andere culturen. Wij dragen het predikaat “Wereldschool”. Dat wil zeggen dat respect voor anderen en voor andere culturen centraal staat, niet alleen in woord, maar ook in daad. Met de lichamelijke ontwikkeling komen we tegemoet aan de bewegingsdrang van onze kinderen en leren we de kinderen zich zo veelzijdig mogelijk te bewegen. In de kleutergroepen komen we hieraan dagelijks tegemoet door middel van het buiten- of binnenspel. Vanaf groep 3 hebben de kinderen tweemaal per week gym- en/of
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
25
spellessen in de gymzaal. Tijdens de ochtendpauze kunnen de kinderen naar hartelust de aangeleerde spelen oefenen. Daarnaast is het gemeentelijk beleid erop gericht dat alle kinderen leren zwemmen en minimaal hun A-diploma behalen. Dit valt niet onder de schooluren, maar op de vrije middag. Ouder(s) / verzorger(s) worden per brief door de gemeente benaderd. De catecheselessen en levensbeschouwelijke lessen worden zoveel mogelijk in projectvorm gegeven, aansluitend bij de belevingswereld van de kinderen. Ouder(s) / verzorger(s) kunnen bij de inschrijving van hun kind aangeven of zij willen dat hun kind deelneemt aan de catecheselessen (katholiek) of aan de levenbeschouwelijke (openbaar) lessen. Verder hebben wij contact met de verschillende kerkelijke instanties en wordt daar waar mogelijk samengewerkt. In groep 7 en 8 krijgen de kinderen Engels. In de lessen komen verschillende thema’s aan de orde waarbij er veel aandacht is voor het spreken en verstaan van de taal. 7.1
De organisatie van onze lessen. Instructie. Alle kinderen krijgen in eerste instantie instructie in dezelfde leerstof, waarbij we gebruik maken van coöperatieve werkvormen, welke daarna individueel wordt verwerkt. Dit is de basisstof, welke gericht is op de te bereiken tussendoelen per leerjaar. Essentieel tijdens de instructie is de interactie met de kinderen waarbij we de volgende uitgangspunten in acht nemen: • leren steunt op goede interpersoonlijke relaties; • we zijn gericht op het geven van feedback aan leerlingen; • het begrijpen waar het om gaat dient centraal te staan; • de eigen bijdrage van het kind wordt positief gewaardeerd; • we sluiten aan bij de sterke kanten van het kind; • we richten ons op het proces, hetgeen even belangrijk is als het doel dat moet worden bereikt; • we proberen het falen van kinderen te voorkomen. Maar zoals gezegd, kinderen verschillen. Vandaar dat kinderen die dat nodig hebben een zogenaamde ‘verlengde instructie’ van de leerkracht krijgen. Deze is erop gericht het kind te helpen met een bepaald probleem van de lesstof. Hierdoor krijgen de kinderen als het ware ‘instructie op maat’ en kan er optimaal rekening gehouden worden met de eigen inbreng van het kind. Voor sommige kinderen is de groepsinstructie en de verlengde instructie nog niet voldoende. Deze kinderen hebben een individuele, op hun probleem toegesneden hulp nodig. De leerkrachten proberen dit zoveel mogelijk zelf te realiseren, maar soms is het wenselijk dat zij gedurende een aantal keren begeleiding krijgen van onze interne leerlingbegeleiders. Ook maken wij gebruik van de zogenaamde pre-teaching bij kinderen waar we bepaalde problemen verwachten met nieuwe leerstof. Hierbij wordt het kind of een klein groepje al instructie gegeven, vooraf aan de klassikale instructie. Voor deze
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
26
kinderen is de stof dan niet geheel nieuw meer en zij kunnen dan de klassikale instructie ook volgen. Naast de basisstof, wordt binnen onze methodes ook gebruik gemaakt van herhalingsstof en verrijkingsstof. Op deze manier kunnen kinderen nog eens extra oefenen met onderdelen die zij moeilijk vinden of zich verder verdiepen in de leerstof. Voor meer begaafde kinderen op onze school hebben wij extra uitdagende stof. 7.2
Zelfstandig werken. Door het terugtreden van de leerkracht wordt gestreefd naar een meer betrokken en actieve leerhouding van de kinderen. Daarbij maken we gebruik van de eigen inbreng van de kinderen en leren zij plannen. Zelfstandig werken is niet alleen voor de betere en de gemiddelde leerlingen. Ook voor de zwakke kinderen is het gewenst dat zij regelmatig zelfstandig werken, onder andere, omdat een deel van de zwakke kinderen zich dikwijls afhankelijk opstelt. Zelfstandig werken moet als een onderdeel van de zelfstandigheidsvorming worden gezien. Door zelfstandig te werken moeten leerlingen vooral leren hun verworven strategieën zelfstandig toe te passen Tijdens het zelfstandig werken van de leerlingen wordt de leerkracht dan weer in staat gesteld om enkele leerlingen extra aandacht te geven in het kader van pre-teaching of individuele hulp.
7.3
Coöperatief leren. Werkvormen die op onze school veel gebruikt worden, komen voort uit het coöperatief leren. Deze werkvormen berusten op het principe dat kinderen veel beter leren als ze er zelf actief bij betrokken worden en ook hun eigen verantwoordelijkheid hiervoor krijgen. Vooruitkijkend op hun verdere loopbaan, wordt samenwerken en samen leren ook als zeer waardevol ervaren, vandaar dat we hier dus niet vroeg genoeg mee kunnen beginnen. Het coöperatief leren kent vijf belangrijke kenmerken: • individuele verantwoordelijkheid, iedere leerling heeft zijn / haar aandeel; • wederzijdse afhankelijkheid, er moet een gezamenlijk resultaat komen; • directe interactie, overleg met elkaar; • samenwerkingsvaardigheden; • evaluatie van het groepsproces.
7.4
Gedrag. Wij vinden het erg belangrijk dat kinderen op een goede manier met elkaar omgaan. Kinderen leren dit niet vanzelf, maar hiervoor moet hen een aantal vaardigheden worden aangeleerd. In iedere groep wordt hier op een eigen niveau methodisch invulling aangegeven door een aantal projecten per schooljaar, die over gedrag gaan. En zoals al eerder vermeld: onze school heeft het predikaat “wereldschool” waar respect voor anderen en andere culturen centraal staat, niet alleen in woorden, maar ook in daden. Het idee achter deze projecten is dat kinderen zo veel als mogelijk zelf verantwoordelijk leren te zijn voor hun eigen gedrag en rekening te leren houden met het gedrag van anderen.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
27
7.5
Computers. De laatste jaren heeft de technologie in versnelde vaart zijn intrede gedaan in de basisschool. Werd er eerst nog mondjesmaat gewerkt met een beperkt aantal programma’s, nu zien we de leerlingen veelvuldig bezig aan de computer. Met de inzet van de computer kunnen op communicatie en samenwerking gerichte processen beter ondersteund worden. Leren is immers niet “kennis overgedragen krijgen” maar, “kennis verwerven op basis van ervaring en belangstelling”. Uit de op leren gerichte inzet van computers in het onderwijs kunnen een aantal belangrijke conclusies worden getrokken: • computergebruik in de school is vooral productief en niet receptief van aard; • leerprocessen kunnen bevorderd worden door de communicatie- en interactiemogelijkheden in een netwerk optimaal te benutten; • leerprocessen kunnen bevorderd worden door computers in te zetten als onderdeel van een rijke gedifferentieerde leeromgeving; • computers zijn zodanig geplaatst dat ze ook inzetbaar zijn voor gezamenlijke activiteiten in groepsverband. Op onze school werken we in alle groepen met computers, aangepast aan het niveau van het kind. De ene keer werkt een kind aan een methode gebonden programma, de andere keer aan een remediërend programma, een werkstuk, een spreekbeurt of een presentatie. Voor het gebruik van email en internet hebben wij als school de toestemming van de ouder(s) / verzorger(s) nodig. Dit formulier wordt u tegelijkertijd aangeboden bij het inschrijfformulier. Verder beschikt de school over een internetprotocol. Hierbij verplichten leerlingen zich om volgens opgestelde regels gebruik te maken van internet en email. Leerlingen die zich niet aan het gebruik van het protocol houden, kunnen voor enige tijd uitgesloten worden van het computergebruik.
7.6
Overige activiteiten. • Projecten. Er zijn vele extra activiteiten op en rond de school. Soms zijn die verweven in projecten voor de hele school, aan andere keer voor een bepaalde groep. • Feestdagen. Rondom de feestdagen organiseren we diverse activiteiten. Te denken valt hierbij o.a. aan Divali, Sinterklaas, Winterviering, Carnaval, Chinees nieuwjaar, Lenteviering, een afsluitingsavond voor groep 8, enz.. • Eerste Communie en Vormsel. Deze activiteiten zijn in ons catecheseplan opgenomen. De leerkrachten van groep 4 en 8 zullen aan de parochiewerkgroep hun medewerking verlenen. • Maandsluitingen. Hierbij presenteren groepen en/of kleine groepen of individuele leerlingen iets aan elkaar. Dit kan zijn een gedicht, een liedje, een dans, een toneelstukje, enz..
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
28
• • •
Schoolreisje. Ieder schooljaar organiseren we een schoolreisje voor de leerlingen van de groepen 1 t/m 8. De kosten zijn voor rekening van de ouder(s) / verzorger(s). Groep 8 gaat op schoolkamp. Dagen vol met spelen, lol en pret. Dagen waarin we de ander moeten respecteren, accepteren, adviseren, behulpzaam zijn en samenwerken. Tenslotte proberen we voor elke groep, in het kader van onze visie als ondernemende school, een passende excursie te organiseren.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
29
8.
De leerlingenzorg. Kinderen verschillen in talent, maar dat betekent niet dat kinderen die minder getalenteerd zijn om te lezen en te rekenen, andere kinderen zijn, dan kinderen die in dat opzicht wel getalenteerd zijn. Het zijn geen andere mensen. Ze hebben hetzelfde nodig, de mogelijkheid zich veilig te hechten en daardoor vertrouwen en zelfvertrouwen te ontwikkelen, zekere structuren en uitdaging, goede uitleg en goede voorbeelden. Ze hebben de zekerheid nodig dat het gaat lukken. Dat dit niet voor alle kinderen op hetzelfde moment komt, is voor kinderen vanzelfsprekend. Dat is hun punt niet. Het punt is dat ze perspectief houden op een voortgaande ontwikkeling, op de ervaring, dat ze doen wat ze kunnen en dat inspanning loont, waardoor ze zich competent voelen.
8.1
De intern begeleider. De intern begeleider is een leerkracht, verbonden aan onze school, welke tot taak heeft samen met de leerkracht(en) van uw kind(eren) de ontwikkeling te volgen. Door middel van extra studie heeft hij / zij zich bekwaamd in specifieke leer- en gedragsproblemen bij kinderen. Zij / hij stelt samen met de leerkracht(en) handelingsplannen op voor leerlingen die dat nodig hebben, overlegt met externe instanties over de leerling als dit nodig mocht blijken en bezoekt bijeenkomsten van de intern begeleiders van het samenwerkingsverband.
8.2
De ambulante begeleider. In het kader van extra ondersteuning voor leerkrachten en leerlingen kan de school gebruik maken van ambulante begeleiders van het speciaal basisonderwijs en uit het speciaal onderwijs. Deze laatste zijn veelal gekoppeld aan individuele leerlingen i.v.m. de leerlinggebonden financiering. Zij observeren de leerling, geven leerkrachten adviezen op pedagogisch en didactisch vlak en onderhouden contact met de ouder(s) / verzorger(s) over het welbevinden en de leervorderingen van het kind.
8.3
Het leerlingvolgsysteem. Door het dagelijkse werk dat de leerlingen maken, krijgen we een goede kijk op de leervorderingen. Daarnaast geven observaties extra informatie. We maken op onze school gebruik van methode-gebonden toetsen, welke de aangeboden leerstof toetsen en methode onafhankelijke toetsen van het Cito. Dit zijn genormeerde toetsen. Wij hanteren deze toetsen als een signaleringsinstrument en op basis van de trendanalyse kunnen we zien hoe onze school scoort in vergelijking met andere scholen voor basisonderwijs. Wanneer de vorderingen bij een bepaald vakgebied tegenvallen, gaan we na wat hiervan de oorzaak is en hoe we hier actie op kunnen ondernemen. De resultaten van de toetsen worden genoteerd in ons leerlingvolgsysteem. Zo kunnen we ook de vorderingen van de al doorlopen groepen van een leerling bekijken. Ook gebruiken we een leerlingvolgsysteem om de sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen in kaart te brengen. Deze lijsten bespreken we op de rapportageavonden. Regelmatig vindt er een informatie-uitwisseling plaats tussen de leerkracht(en) en de interne begeleider over de ontwikkeling van de kinderen. Wanneer een leerling extra hulp nodig heeft, wordt een zogenaamd handelingsplan opgesteld in samenspraak tussen de leerkracht en de intern begeleider. Het handelingsplan wordt zoveel mogelijk in de klas tijdens het zelfstandig werken
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
30
uitgevoerd. Soms heeft een kind echter even een beetje extra begeleiding nodig, wat net teveel aandacht vraagt van de groepsleerkracht. Het kind wordt dan geholpen door de intern begeleider of een andere leerkracht in een aparte ruimte. Ook kan de interne begeleider een verdiept onderzoek doen bij de leerlingen. Hiermee worden de exacte problemen van het kind vastgesteld. Wanneer de leerkracht en de intern begeleider meer advies nodig hebben, wordt dit besproken met de medewerk(st)er van de Onderwijs Begeleidingsdienst, de B.C.O.. Vaak is dit een orthopedagoge, welke eens per maand op onze school komt voor overleg. Wanneer ook dan de problematiek nog niet geheel duidelijk is, kan nader onderzoek wenselijk zijn. Uiteraard wordt hier eerst toestemming voor gevraagd bij de ouder(s) / verzorger(s), waarna er een intakegesprek zal volgen. De uitslag, het advies, van het externe onderzoek, wordt zowel met de ouder(s) / verzorger(s), als met de directie, de intern begeleider en de betreffende leerkracht(en) besproken. Hieruit kunnen de volgende opties voortvloeien: • de leerling blijft op de basisschool en heeft extra begeleiding nodig; • er kan overwogen worden de leerling te laten doubleren; • inschakeling van een extern deskundige, waarbij te denken valt aan logopedie, fysiotherapie, JGZ of een andere welzijnsinstelling; • wanneer onze school het kind onvoldoende hulp kan bieden, volgt verwijzing naar de school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. 8.4
Verwijzing naar de school voor speciaal (basis)onderwijs. Hierbij melden de ouder(s) / verzorger(s) of met toestemming de interne begeleider de leerling aan bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). Wij als basisschool zijn dan verplicht een onderwijskundig rapport op te stellen, waarin wij aangeven wat wij al met de leerling hebben gedaan en waarom wij van mening zijn dat het niet wenselijk is dat de leerling langer op onze school blijft. De PCL beoordeelt de rapportage en brengt advies uit aan de ouder(s) /verzorger(s) en onze school. Dit kan zijn dat het kind de basisschool blijft bezoeken met extra begeleiding of dat het kind beter overgeplaatst kan worden naar een school voor speciaal basisonderwijs, een school voor speciaal onderwijs of andere onderwijsinstelling. Wij willen u er nogmaals op wijzen dat alle stappen worden gezet na informatie en met toestemming van de ouder(s) / verzorger(s).
8.5
Dyslexie. Dyslexie is een bekend en erkend probleem. De basisscholen en de scholen voor voortgezet onderwijs stemmen het onderwijs af op de specifieke behoefte van leerlingen met lees- en spellingsproblemen. Regelmatig komt daarbij de ‘dyslexieverklaring’ ter sprake. Een dergelijke verklaring heeft betekenis voor het kind, de ouders en eventueel het voortgezet onderwijs. SPOVenray draagt zorg voor een goede begeleiding van alle kinderen. In de afgelopen jaren heeft SPOVenray aan kinderen, waarvan het vermoeden bestond dat er sprake zou kunnen zijn van een enkelvoudige dyslexie, een aanbod tot
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
31
onderzoek gedaan als deze kinderen in groep 7 zaten, het zogenaamde groep 7groepsonderzoek. De kinderen, waar we het over hebben, kunnen door de basisschool zelf goed begeleid worden bij hun lees- en/of spellingsproblemen. Een mogelijke dyslexieverklaring geeft geen meerwaarde voor de begeleiding op de basisschool, want alle basisscholen werken volgens het protocol dyslexie. Dit waarborgt een goede begeleiding voor leerlingen die problemen hebben met lezen en/of spellen. Een dyslexieverklaring is daar niet voor nodig. SPOV betaalde de onderzoeken in groep 7 tot nu toe om een doorgaande lijn in begeleiding te bevorderen in het Voortgezet Onderwijs. SPOV gaat dit beleid omtrent deze dyslexieonderzoeken veranderen. De reden is dat de scholen van VO hebben aangegeven deze kinderen zelf op dit moment goede begeleiding te kunnen geven. Zij hebben inmiddels allemaal een dyslexiebeleid ontwikkeld en een dyslexiespecialist in dienst. Ook zij volgen het dyslexieprotocol nl. dat voor VO-leerlingen. Daarmee is een doorgaande lijn met het BaO gegarandeerd. Natuurlijk is het komende schooljaar (2012-2013) een overgangsperiode. Alle gedane beloftes voor onderzoeken in groep 7 worden gewoon uitgevoerd. Vanaf het schooljaar 2013-2014 gaat dit nieuwe beleid in. Voor alle helderheid: De leerlingen op de basisschool merken niets van deze verandering en ze krijgen dezelfde begeleiding als voorheen. Ook kunnen er nog steeds dyslexieonderzoeken plaatsvinden, mits vergoed door de zorgverzekeraar. De IB-er van de school zal u, als dat nodig is, attenderen op de mogelijkheden. . 8.6 `
Beleid (hoog)begaafde leerlingen. Uitgangspunt van samenwerkingsschool Estafette is dat ieder kind recht heeft op passend onderwijs, waarbij tegemoet gekomen wordt aan de leerstijlen en ontwikkelingsmogelijkheden van kinderen. Fundamentele kenmerken van het onderwijs zijn dat het kind mede-eigenaar is van zijn eigen ontwikkeling en de gerichtheid op de brede ontwikkeling van kinderen.
• • • •
SPOVenray richt zich in haar strategisch beleidsplan voor de periode 2011-2015 op vier thema’s: Ander onderwijs waarbij het perspectief voor het kind blijvend wordt verbeterd; Binnen en buiten verbinden; Professionele groei voor ander onderwijs; Verantwoordelijkheid en verantwoording. Dit beleid sluit aan bij bovenstaande thema’s en de scholen proberen, waar mogelijk, deze thema’s uit te werken voor de groep (hoog)begaafde leerlingen. Doelstelling is dat alle scholen, behalve sbo Focus, binnen SPOV met ingang van 1 augustus 2015 leerarrangementen bieden voor leerlingen die tot de doelgroep van deze beleidsnotitie vallen. De doelgroep bestaat uit 10-15% van de leerling-populatie. De volgende onderdelen worden hierbij onderscheiden:
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
32
1.
2. 3.
4. 5. 6.
7. 8. 9.
Het streven naar een eenduidige en uniforme aanpak binnen de scholen van het samenwerkingsverband. Uitgangspunt vormt hierbij de aanpak volgens het Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid (DHH). Het streven naar een schoolbrede aanpak waarbij de nadruk ligt op de structurele begeleiding binnen de groep. Deskundigheidbevordering van intern begeleiders en schoolteams. Concreet betekent dit dat SPOVenray binnen het scholingsaanbod cursussen gaat opnemen over het onderwerp hoogbegaafdheid voor de intern begeleiders. De scholing van het schoolteam is de verantwoordelijkheid van samenwerkingsschool Estafette zelf. Het streven is de leerling medeverantwoordelijk te maken voor zijn eigen leerarrangement, waarbij de leerkracht eindverantwoordelijk blijft. Inschakelen van externe deskundigen met een specifieke deskundigheid op het gebied van hoogbegaafdheid bij zorgleerlingen. De ontwikkeling van kinderen is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van ouders / verzorgers en school. Ouders / verzorgers worden op de hoogte gebracht van het beleid. Uitwisselen van deskundigheid en ervaring tussen de scholen van SPOVenray op het gebied van hoogbegaafdheid via maatjeswerk en IB-platform. Vastleggen van het beleid ten aanzien van (hoog)begaafde leerlingen in de schoolgids. In de werkgroep PO-VO wordt aandacht besteed aan de speciale aandachtspunten die deze doelgroep met zich meebrengt in de contacten met het voortgezet onderwijs.
In dit plan zijn de algemene lijnen uitgezet waar alle scholen van SPOVenray in de toekomst aan moeten voldoen. Samenwerkingsschool Estafette heeft daarnaast een eigen beleidsplan geschreven, waarin schoolspecifieke keuzes zijn gemaakt ten aanzien van de uitwerking van dit overkoepelende beleid. De directeur is eindverantwoordelijk voor alle keuzes die gemaakt worden ten aanzien van de begeleiding van (hoog)begaafde leerlingen. • • • • •
We zijn succesvol als in het schooljaar 2012-2013 Scholen in hun schoolgids van schooljaar 2012-2013 een stukje hebben opgenomen over het bovenschools beleid voor (hoog)begaafde leerlingen. Scholen in het bezit zijn van het Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid en zich georiënteerd hebben op de inhoud en gebruiksmogelijkheden van dit protocol hebben ervaren. Scholen schoolspecifiek beleid hebben opgesteld aan de hand van het bovenschools beleidsplan. Het opstellen van schoolspecifiek beleid heeft plaatsgevonden in het schooljaar 2011-2012. Scholen een stappenplan hebben opgesteld voor het invoeringstraject van het schoolspecifieke beleid en dit stappenplan wordt weergeven in het schoolplan 20112015 via het systeem van de P(lan)D(oe)C(heck)A(ct)-cyclus. Er voldoende deskundigheid aanwezig is bij intern begeleiders en schoolteams ten aanzien van de begeleiding van (hoog)begaafde leerlingen. Invoeringstraject schoolspecifiek beleid periode 2011-2015. Per 1 augustus 2015 is binnen alle scholen van SPOV een actief werkend beleid voor (hoog)begaafde leerlingen. Dit beleid is opgenomen in de schoolgids.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
33
8.7
Weer Samen Naar School. In het samenwerkingsverband werken basisscholen en scholen voor speciaal basisonderwijs samen. De samenwerking moet er voor zorgen dat zoveel mogelijk leerlingen in de basisscholen worden opgevangen en begeleid. Regelmatig is er overleg tussen de intern begeleiders, de leerkrachten van dezelfde jaargroepen en de directies, soms met hulp van een externe instantie. Naast uitwisseling van ervaringen, worden hier ook de landelijke tendensen besproken en wordt de koers voor het samenwerkingsverband uitgezet. De onderwerpen die centraal worden gezet binnen het samenwerkingsverband, worden beschreven in het zogenaamde ondersteuningsplan. Dit plan wordt jaarlijks opgesteld en voorgelegd ter instemming aan de verschillende Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraden van de stichtingen, die gezamenlijk het samenwerkingsverband vormen.
8.8
School Maatschappelijk Werk. Op alle basisscholen in Venray en de kerkdorpen wordt School Maatschappelijk Werk aangeboden. Er wordt samen gewerkt met de intern begeleider van de school. De werkwijze van het School Maatschappelijk Werk is primair gericht op ondersteuning van de kinderen die dat extra nodig hebben. De samenwerking tussen maatschappelijk werker, leerkracht en gezin staat centraal om zodoende de leefomgeving van kinderen te verbeteren. Daarin heeft de maatschappelijke werker de rol van gesprekspartner, verwijzer, hulpverlener, adviseur en bemiddelaar voor kind, school en gezin. Door te werken binnen de driehoek kind-ouders-school worden onderlinge banden duurzaam sterker, wat ten goede komt aan het welzijn van het kind. Alles draait om kinderen die problemen hebben waardoor zij minder goed kunnen functioneren op school. De maatschappelijke werker begeleidt en ondersteunt leerlingen, hun ouders en de leerkrachten. Wat doet het School Maatschappelijk Werk op school: • met school verhelderen wat de oorzaak van het probleem van het kind op school is • kortdurende hulp • ouder(s) / verzorger(s) begeleiden naar verdere of gespecialiseerde hulpverlening • leerkrachten ondersteunen en/of begeleiden • bemiddelen tussen school, de leerkracht en het gezin, waarbij het kind centraal staat. Met welke vragen / problemen kunt u terecht bij het School Maatschappelijk Werk? Als het kind niet goed functioneert op school, bijvoorbeeld: • het wordt gepest • zit niet lekker in z’n vel • komt niet goed voor zichzelf op • ouders zijn gescheiden en het kind heeft er last van • rouwverwerking • opvoedkundige vragen.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
34
Wanneer is de maatschappelijke werker aanwezig op school: Om de twee weken houdt zij op school een spreekuur. Indien u gebruik wilt maken van deze dienst, kunt u contact opnemen met de interne begeleiders van de school.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
35
9.
Het personeel . Het team bestaat uit een directeur en 22 leerkrachten, twee intern begeleiders, een onderwijsassistente, een persoon voor de oudercontacten, een conciërge voor de ondersteunende werkzaamheden, een administratieve hulp en huishoudelijke medewerksters voor het schoonmaken. Een goede mix van oudere en jongere personen. Binnen het team zijn een aantal leerkrachten die zich op een bepaald vakgebied hebben gespecialiseerd. Zo hebben wij in ons midden drie bouwcoördinatoren, twee intern begeleiders, een coördinator voor gedrag, een coördinator voor de informatietechnologie, coördinator identiteit, een taalcoördinator een preventiemedewerker en bedrijfshulpverleners. Hierdoor ontstaat een gevarieerd takenpakket en streven wij er binnen onze organisatie naar, om deze specialisaties binnen ons onderwijs tot uiting te laten komen. We zeggen met opzet streven, omdat dit een organisatieverandering is, die weloverwogen ingevoerd moet worden en de kwaliteit van het onderwijs moet verhogen. Kortom: niet een beslissing die van de één op de andere dag uitgevoerd kan worden, maar waarbij iedere verandering verantwoord en weloverwogen moet worden gezet. In de persoon van de leerkracht zijn als het ware drie functies gebundeld: de pedagoog, de onderwijskundige en het teamlid. Wij voelen ons op de eerste plaats pedagoog; we onderhouden met de kinderen die aan onze zorgen zijn toevertrouwd een pedagogische relatie. We leren hen hoe zij zelfstandig kunnen worden en greep kunnen krijgen op hun eigen leerproces. Wij zijn ook onderwijskundigen; wij plannen het onderwijs aan de kinderen, voeren het uit, evalueren het, stimuleren hen tot zelfwerkzaamheid, alles met gebruikmaking van didactische principes. We geven instructie en zorgen voor een goed klassenmanagement. We vormen als leerkrachten een team; we overleggen met elkaar, onderhouden contacten met ouder(s) / verzorger(s) en consulteren collega’s van andere scholen of externe deskundigen. Wij zijn doorgevers van zowel het culturele erfgoed als van nieuwe kennis en informatie aan een nieuwe generatie. Leggen we het uit of laten we het ontdekken? Deze keuze wordt iedere keer weer weloverwogen gemaakt.
9.1
Werkgroepen. Naast de groepsgebonden taken, zijn er ook nog een aantal activiteiten die groepsoverstijgend zijn. Denk daarbij bijvoorbeeld eens aan vieringen of projecten of specialistische taken. Ook denken we hierbij aan het onderhouden van externe contacten zoals bijvoorbeeld met de bibliotheek, de peuterspeelzaal, de parochie, met het voortgezet onderwijs, met andere onderwijsinstellingen en/of opleidingen enz.. Hiervoor is op onze school een zogenaamd taakbeleid opgesteld. Ieder moet naar rato van zijn / haar weektaak, een aantal groepsoverstijgende taken coördineren of uitvoeren. Jaarlijks worden de taken bekeken en op basis van consensus verdeeld.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
36
9.2
Onderwijs Ondersteunend personeel. Onze conciërge, administratieve kracht en huishoudelijke hulpen, verrichten veel ondersteunende werkzaamheden. Denkt u maar eens aan het kopieerwerk, het klaarzetten en ordenen van nevenruimtes, het aannemen van de telefoon onder lestijd, het inschrijven van leerlingen in onze administratie, het noteren van absenten, het opvangen van zieke leerlingen, het ophangen van schappen enz, het reinigen van gangen, klaslokalen en sanitair enz.. Kortom, taken die ons uit handen worden genomen om ons in de gelegenheid te stellen ons te richten op het onderwijs.
9.3
Integraal personeelsbeleid. Onderwijs is ontwikkeling, maar niet alleen voor de leerlingen. Ook van ons, teamleden, wordt verwacht dat wij op de hoogte blijven van nieuwe opvattingen over onderwijs, nieuwe onderwijsdidactieken en inzichten, kortom, ook wij als leerkrachten moeten ons blijven ontwikkelen. Dit moet natuurlijk wel gericht gebeuren en daarom bepalen we jaarlijks welke veranderingen of verbeteringen er moeten worden aangebracht. Dit kan individueel gebeuren, maar ook als team. We maken hierbij gebruik van externe diensten, waarbij we onder begeleiding van ‘experts’ werken aan onze eigen vaardigheden om de kwaliteit van ons onderwijs te optimaliseren. Het voeren van integraal personeelsbeleid veronderstelt een samenhang in het gebruik van personeelsinstrumenten. Dit samenhangende beleid brengt een systematische afstemming van de professionele ontwikkeling van de leerkrachten op zowel de inhoudelijke en organisatorische doelen van de onderwijsinstelling als op de persoonlijke ontwikkelingsdoelen van de individuele werknemers. Het uitgangspunt van het bevoegd gezag is: door goed personeelsbeleid te voeren word je in staat gesteld, uitgezet strategisch beleid op een doelmatige en doeltreffende wijze te realiseren. Integraal personeelsbeleid dient perspectief te geven aan de (loop)baan van medewerkers in het onderwijs en dan bedoelen we ook perspectief in de zin van ‘plezier houden in je werk’. Zowel het bevoegd gezag, het management en de leerkrachten krijgen een eigen verantwoordelijkheid in het realiseren van dit beleid, het resultaatgericht werken, waardoor de kwaliteiten van mensen optimaal tot hun recht kunnen komen. Er wordt gestreefd naar een cultuur waarin leerkrachten zich verantwoordelijk voelen voor hun eigen resultaten en hier ook op kunnen worden aangesproken. In de vorm van een gesprekscyclus: doelstellingengesprek, voortgangsgesprek, functioneringsgesprek en beoordelingsgesprek kunnen persoonlijke ontwikkelingsplannen voor de medewerker worden opgesteld. In dit zogenaamde POP wordt vastgelegd welke ontwikkelingsresultaten de leerkracht wil realiseren en welke middelen de school daarvoor beschikbaar stelt. Uiteraard dient de persoonlijke ontwikkeling van de leerkracht te passen binnen de schoolontwikkeling van de school.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
37
9.4
Kwaliteitszorg. Met de invoering van de lumpsum (2006) in het primair onderwijs neemt de beleidsvrijheid van basisscholen toe. De toegenomen beleidsvrijheid brengt echter ook extra verplichtingen met zich mee. De school is verplicht verantwoording af te leggen over de kwaliteit van hun onderwijs en de beleidskeuzes die zij maakt. Het toezicht van de onderwijsinspectie is hier ook op afgestemd. De school moet aan de inspectie, de ouders en/of verzorgers en aan de leerlingen laten zien zij werkt aan kwaliteit. Een systeem van kwaliteitszorg is hierbij onmisbaar. Het stelt de school in staat om verantwoording af te leggen, omdat kritisch naar de school wordt gekeken en laat zien wat er verbeterd moet worden. Een systeem van kwaliteitszorg stelt de school in staat om gericht te sturen op verbetering van kwaliteit. Uitgangspunt hierbij is dat de kwaliteitszorg niet moet worden beschouwd als iets dat op zichzelf staat, maar als iets dat in verband staat met de andere beleidsterreinen van de school: de zorg voor kwaliteit als onderdeel van alle vormen van beleid. Het kenmerk hiervan is dat het bewust en planmatig gebeurt en waarbij het gewenste resultaat vooraf duidelijk omschreven wordt. Dit is nodig om een gewenste verbetering tot stand te brengen en om te evalueren. Het leveren van kwaliteit is niet hetzelfde als het werken met een systeem van kwaliteitszorg. Scholen zonder dit systeem kunnen ook uitstekende kwaliteit leveren en omgekeerd. Wel ligt tussen beide een relatie. Door te werken met een systeem van kwaliteitszorg, kan op een systematische en transparante wijze gewerkt en geëvalueerd worden rondom de kwaliteit van het onderwijs. Een systeem van kwaliteitszorg brengt de kwaliteit van de school op tal van gebieden in kaart en meet of de school erin is geslaagd de gewenste activiteiten daadwerkelijk te verbeteren. Het zorgt ervoor dat vorderingen worden bewaakt en daar waar nodig plannen worden aangepast. Het is verbonden met de dagelijkse gang van zaken op de school. Het is dus niet zozeer hetgeen wat er wordt gedaan, maar meer de wijze waarop het wordt gedaan. De manier waarop aan kwaliteit wordt gewerkt. De belangrijkste voorwaarde voor het leveren van kwaliteit is niet zozeer het instrument dat gebruikt wordt, maar het gedrag van de schoolleiding, de leerkrachten, de ondersteuners maar ook de ouders / verzorgers en leerlingen. In het waarderingskader voor kwaliteit worden door de inspectie een zestal indicatoren aangegeven: • de scholen hebben inzicht in de eigen uitgangssituatie; • de scholen hebben hun doelen geformuleerd; • de scholen evalueren systematisch de kwaliteit van hun opbrengsten en van het onderwijs en leren; • de scholen werken gericht aan verbetering van de kwaliteit van hun onderwijs; • de scholen leggen verantwoording af aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit; • de zorg voor kwaliteit is systematisch. Om de best mogelijke resultaten te halen is meer nodig dan hard werken en er het beste van te hopen. Er is sturing nodig. Het richt zich op een goede verdeling van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Vastgesteld wordt wat de verantwoordelijkheden zijn van de individuele leerkracht en voor welke resultaten zij verantwoordelijk zijn. Wanneer dit is vastgelegd, gaat het eigenlijk pas beginnen. Dit
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
38
is een ontwikkelingsproces van meerdere jaren, waarin de school zich ontwikkelt en een bijdrage levert aan een resultaatgerichte organisatie. Resultaat gericht werken laat ruimte voor creativiteit en initiatieven, waardoor de kwaliteit van mensen optimaal tot hun recht komen. Er wordt gestreefd naar een cultuur waarin medewerkers zich verantwoordelijk voelen voor hun eigen resultaten, doen wat ze leuk vinden en waar ze goed in zijn. Dit stelt niet alleen eisen aan de manier van leiding geven aan de organisatie, maar ook aan het gedrag van de medewerkers.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
39
10.
De ouder(s) / verzorger(s). De school streeft naar een goed contact tussen ouders en school. Wij vinden het belangrijk dat u als ouder(s) / verzorger(s) zich betrokken voelt bij het schoolgebeuren. Hierdoor kunnen wij samenwerken aan de opvoeding en ontwikkeling van uw kind(eren). De wereld van thuis en die van school moeten zoveel mogelijk in elkaars verlengde liggen. Tegenstrijdigheden en conflicten doen afbreuk aan de harmonische ontwikkeling van de kinderen. Vandaar dat communicatie en informatie zo belangrijk is. In de voorgaande hoofdstukken hebben wij u proberen te informeren wat u als ouder(s) / verzorger(s) van ons kunt verwachten. Het is echter niet alleen maar éénrichtingsverkeer. Ook wij als school hebben bepaalde verwachtingen van u. We zullen proberen het voorgaande nogmaals kort samen te vatten.
10.1
Wat streven we als school na? • • • • •
•
• •
10.2
Alle kinderen, ouder(s) en verzorger(s) worden gelijkwaardig behandeld. Een optimale begeleiding van het onderwijsleerproces van uw kind(eren). In sommige gevallen wordt extra begeleiding gegeven op basis van een interne of externe opgestelde diagnose. We helpen kinderen en spreken hen erop aan om op een vriendelijke manier met elkaar om te gaan. Racistische en seksistische uitlatingen worden niet getolereerd. In de groep en op de speelplaats worden kinderen door leerkrachten geobserveerd betreffende hun eigen verantwoordelijkheid, omgangsvormen, samenspel en samenwerking. Wanneer kinderen problemen hebben in hun omgangsvormen, worden zij hierin gecorrigeerd. Blijft verbetering uit, dan worden de ouder(s) / verzorger(s) op de hoogte gesteld om samen naar aanvaardbare oplossingen te zoeken. Wanneer een leerkracht gedrag waarneemt dat niet getolereerd kan worden (spugen, slaan, schoppen, schelden, verbaal geweld, pesten, bedreigen, enz.), wordt onmiddellijk ingegrepen. In eerste instantie zal aan de kinderen zelf gevraagd worden een oplossing te bedenken voor het conflict. In tweede instantie zal de leerkracht aangeven hoe het conflict mogelijkerwijs kan worden opgelost en hier ook op toezien. Regelmatig wordt er binnen het team overleg gevoerd over observaties aangaande kinderen met betrekking tot hun leerprestaties en hun gedrag. Hieruit kunnen gezamenlijke afspraken voortvloeien. Als de school niet in staat blijkt de leer- en/of gedragsproblemen op schoolniveau op te lossen, zal in overleg met de ouder(s) / verzorger(s) contact gezocht worden met een externe instantie om naar een verantwoorde oplossing te zoeken.
Wat verwachten wij van de ouder(s) / verzorger(s)? • •
Ouder(s) / verzorger(s) blijven te allen tijde verantwoordelijk voor het gedrag van hun eigen kind(eren). Het is van groot belang dat zowel ouder(s) / verzorger(s) de visie van de school respecteren.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
40
• • • •
• • •
• 10.3
De ouder(s) / verzorger(s) accepteren de verantwoordelijkheid van de school ten aanzien van de begeleiding van het leerproces en de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind. Er vindt regelmatig overleg plaats tussen ouder(s) / verzorger(s) en school betreffende de vorderingen van het onderwijsleerproces en de sociaalemotionele ontwikkeling van het kind. De ouder(s) / verzorger(s) respecteren de visie met betrekking tot de normen en waarden die op school worden gehanteerd betreffende omgangsvormen, gedrag, straffen en belonen. Wanneer ouder(s) / verzorger(s) behoefte hebben aan overleg met de leerkracht of de directie kan hiervoor een afspraak worden gemaakt. Waar nodig wordt een verslag gemaakt dat door ouder(s) / verzorger(s) ter bevestiging wordt ondertekend. De ouder(s) / verzorger(s) nemen deel aan de rapportagegesprekken als zij hiertoe door de leerkracht(en) of directie worden uitgenodigd. Ouder(s) / verzorger(s), wiens kind extra begeleiding krijgt, kunnen afhankelijk van de problematiek, voor een gesprek uitgenodigd worden door de leerkracht en de interne begeleider van de school. Ouder(s) / verzorger(s) bespreken hun problemen betreffende de school met de hiervoor aangewezen personen binnen de school: leerkrachten, directie, leden van de medezeggenschapsraad of de interne contactpersoon. Mocht dit niet tot een oplossing leiden, dan kan men zich in verbinding stellen met het College van Bestuur van de stichting. Wanneer ook hier geen oplossing uit voortkomt, dan kan men zich wenden tot de externe vertrouwenspersoon of klachtencommissie. In het hoofdstuk organisatie staat de procedure uitvoerig beschreven. Ouder(s) / verzorger(s) hebben altijd het recht hun kind(eren) op een andere school aan te melden.
Communicatie en informatie. Hiertoe staan ons een aantal middelen ter beschikking: • De schoolgids, welke bestaat uit twee delen. Het gedeelte dat u nu leest, wordt om de twee jaar geëvalueerd, geactualiseerd en vastgesteld. Het andere gedeelte ontvangt u jaarlijks en hierin vindt u belangrijke adressen, roosters, data en huisregels die gelden voor dat jaar. • “Even bijpraten” een informatieblaadje, dat wekelijks aan de kinderen wordt meegegeven en waarin we u informeren over allerlei onderwerpen en waarin we oproepen plaatsen voor hulp. Informatie vindt u ook op de website van de school • De algemene informatieavond per groep aan het begin van het schooljaar. De leerkracht(en) geeft dan informatie over de inhoud van de leerstof, de manier waarop zij hun lessen geven, de specifieke aandachtspunten van een bepaald leerjaar, de groepsregels enz.. • Rapportagegesprekken waarvoor u wordt uitgenodigd om u te informeren over het welbevinden en de ontwikkeling van uw kind(eren).
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
41
•
• • •
10.4
Huisbezoeken die worden afgelegd, bij nieuwe leerlingen, door de leerkrachten van de groep. Wij zijn hierbij van mening dat we de kinderen beter begrijpen en kunnen helpen als we de thuissituatie van de kinderen en hun ouder(s) / verzorger(s) een beetje kennen. Stelt u een bezoek niet op prijs, dan kunt u dit altijd aan de leerkracht doorgeven als zij een afspraak met u wil maken. Korte contacten voor een mededeling kunnen in principe na schooltijd plaatsvinden. Wilt u een probleem bespreken, dan kunt u beter een afspraak maken. Uiteraard kunt u ook altijd voor een gesprek terecht bij de directie van de school. Ook hier is het maken van een afspraak wenselijk. Schriftelijke rapportage over de ontwikkeling van uw kind(eren) ontvangt u drie maal per jaar. Aansluitend wordt u uitgenodigd voor een mondeling gesprek.
Inspraak en samenwerking. Zoals hierboven al is beschreven, blijven ouder(s) / verzorger(s) verantwoordelijk voor het gedrag van hun eigen kind(eren) en willen we samen met u gestalte geven aan de opvoeding en de ontwikkeling. Om dit goed te organiseren zijn er verschillende commissies / geledingen op onze school en binnen de stichting: • Het bevoegd gezag van de stichting is het bestuur van 17 basisscholen en een school voor speciaal basisonderwijs uit de gemeente Venray en omgeving. Het bestuur heeft gekozen voor de vorm “besturen op afstand” en heeft een College van Bestuur benoemd die gemandateerd is. Samen met enkele stafleden vormt het College van Bestuur het bovenschoolsmanagement (BMT). Zij bereiden schooloverstijgende beleidsstukken voor aangaande de organisatie, het personeel en de financiën. Zij zijn belast met de leiding van de stichting. • De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad is een orgaan dat instemmings- en/of adviesbevoegdheid heeft bij schooloverstijgende beleidsplannen. Er is hier dus sprake van inspraak en advies op bestuursniveau. • De medezeggenschapsraad is een wettelijk erkend orgaan, welke volgens het medezeggenschapsreglement advies en/of instemming heeft over talrijke zaken de school aangaande. We denken hierbij bijvoorbeeld aan de begroting van de school, de formatieplanning, het vakantierooster, de schooltijden, beleidsstukken aangaande de organisatie, enz.. In de medezeggenschapsraad worden ouders / verzorgers en teamleden gekozen. In het reglement wordt een onderscheid gemaakt over welke onderwerpen instemmings- en/of adviesbevoegdheid van de oudergeleding of de personeelsgeleding nodig is. Ook zijn er onderwerpen waarbij de totale raad instemmings- en/of adviesbevoegdheid heeft. • De ouderraad is het bestuur van de oudervereniging en beheert het geld van de vereniging. Alle ouder(s) / verzorger(s) van ingeschreven leerlingen zijn automatisch lid van de oudervereniging. Aan alle ouder(s) / verzorger(s) vragen we een vrijwillige bijdrage om activiteiten voor de leerlingen te organiseren. Denkt u hierbij bijvoorbeeld aan excursies en de feesten van het jaar. De ouderraad maakt in overleg met de school de begroting en helpt de school bij het organiseren van festiviteiten. Daarnaast vindt ook regelmatig overleg plaats met de directie over het wel en wee van de school. De ouderraad legt middels een jaarverslag verantwoording af aan de leden van de vereniging over het gevoerde beleid.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
42
•
•
•
•
10.5
Het ouderpanel bestaat uit een groep ouder(s) / verzorger(s), die gevraagd en ongevraagd de directie van advies kunnen dienen in allerlei zaken die op school spelen. Het is een communicatievorm waarbij vertrouwelijk met elkaar wordt gesproken over zaken als de schoolontwikkeling, ontwikkelingen in de wijk, activiteiten in het kader van de tussenschoolse opvang en verlengde schooldag enz.. De taak van het ouderpanel bestaat uit meedenken en adviseren aangaande zaken in het belang van de school. Het leerlingenpanel bestaat uit leerlingen vanaf groep 5. Samen met de directeur praten zij over onderwerpen die leerlingen belangrijk vinden en die het team belangrijk vindt. Dat kunnen allerlei punten zijn die met de school te maken hebben. Van iedere bespreking wordt een verslag gemaakt en de leerlingen koppelen het besprokene zelf terug naar hun medeleerlingen. In het leerlingenpanel wordt nooit gesproken over individuele leerlingen en/of leerkrachten. Activiteitencommissies houden zich veelal samen met enkele leerkrachten bezig met de organisatie van projecten en/of vieringen. Zij kunnen meedenken en/of adviseren, maar ook daadwerkelijke ondersteuning bieden in de schoolpraktijk. Ook zijn er vanuit de parochie werkgroepen actief die de voorbereidingen voor de eerste communie en het vormsel verzorgen. Het koffie-uurtje op woensdagmorgen van 8.30 – 9.30 uur, waarop alle ouder(s) / verzorger(s) welkom zijn in een locatie van de school. Dit is geheel vrijblijvend, u hoeft zich niet aan of af te melden. Lia Juliana (van de ouderraad) is steeds aanwezig als begeleidster. Door het jaar heen organiseert zij ook themaochtenden en excursies voor belangstellende ouders / verzorgers.
Informatieverstrekking aan gescheiden ouders. Binnen de SPO Venray zijn hier de volgende afspraken over gemaakt: wij vinden het belangrijk, dat ook in dit geval alle informatie die de school verstrekt bij beide ouders / verzorgers terecht komt. Het kind kan en mag niet verantwoordelijk zijn voor de informatieverstrekking aan beide ouders / verzorgers. Daarom de volgende mogelijkheden met betrekking tot schriftelijke informatie: • met beide ouders /verzorgers worden afspraken gemaakt dat de met het gezag beklede ouder / verzorger ervoor zorgt dat alle schriftelijke informatie ook bij de andere ouder / verzorger komt; • de tweede ouder / verzorger kan bij de leerkracht na een afspraak te hebben gemaakt informatie komen ophalen. De ouder / verzorger is zelf verantwoordelijk voor het ophalen van de informatie. Extra kopieerkosten worden in rekening gebracht.
Ouderparticipatie, een duur woord voor iets heel eenvoudigs ……… maar wel belangrijk. Wij zijn blij met hulp van ouders / verzorgers bij heel veel schoolse zaken zoals feesten, handenarbeid, excursies, sportdag, spelletjesmiddag enz.. Helpt u ons ook een keer?
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
43
11 Contacten met andere instellingen. Samenwerkingsschool Estafette wil deel uitmaken van de gemeenschap waarin zij staat en de maatschappij waarin zij leeft. Daarom onderhoudt zij nauwe contacten met andere onderwijsinstellingen en hulpverlenende instanties. 11.1
De onderwijsbegeleidingsdienst (B.C.O.). Deze geeft begeleiding aan het team betreffende de schoolontwikkeling, de organisatieverandering en de leerlingbegeleiding. Te denken valt hierbij bijvoorbeeld aan het uitzoeken en invoeren van methodes, ondersteuning bij klassenmanagement, het ontwikkelen van bepaalde organisatievormen en het geven van cursussen voor individuele leerkrachten en het schoolteam.
11.2
Centrum voor Jeugd en Gezin Horst aan de Maas-Venray (Voor vragen over opvoeden en opgroeien) Opvoeden en opgroeien is leuk, maar niet altijd even makkelijk. Daar kun je als ouder of als jongere soms best tips en adviezen bij gebruiken. Of het nu gaat om een peuter die niet wil eten, een schoolgaand kind dat niet achter de computer vandaan te krijgen is of een puber waar geen woord meer uit komt. Er is één centraal punt voor alle vragen over opvoeden en opgroeien: het Centrum voor Jeugd en Gezin Horst aan de Maas-Venray. Het is makkelijk bereikbaar, deskundig, betrouwbaar en anoniem. Eén centraal punt Het Centrum voor Jeugd en Gezin verbindt instellingen op het gebied van jeugd(gezondheids)zorg, om vragen of problemen snel en in samenhang aan te kunnen pakken. Samen vormen zij één centraal punt waar je terecht kunt voor informatie en advies bij opgroeien en opvoeden. Hun consulenten zijn medewerkers van: GGD Limburg-Noord, Groene Kruis Jeugdgezondheidszorg, Synthese en MEE Noord en Midden Limburg. De gemeente Horst aan de Maas en de gemeente Venray zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het Centrum voor Jeugd en Gezin Horst aan de Maas-Venray. Via de website en de telefoon helpen zij u graag. Het Centrum voor Jeugd en Gezin Horst aan de Maas-Venray is bereikbaar via www.mijncjg.nl en telefonisch op maandag tot en met vrijdag van 09.00 – 11.00 uur (kijk op www.mijncjg.nl voor het gratis telefoonnummer). Aarzel niet om contact op te nemen of de website te bekijken. Daarmee voorkom je dat kleine vragen, grote problemen worden.
11.3
Het Zorgadviesteam (ZAT). Scholen kunnen advies vragen bij het ZAT wanneer er een probleem is met een leerling. Dit kunnen problemen zijn van allerlei aard, zowel op school als in de thuissituatie, die een negatief effect heeft op het functioneren van de leerling binnen de school. De aanvraag kan zowel in overleg met de ouder(s) / verzorger(s) worden gedaan, als anoniem. Leden van het ZAT-team zijn: een gedragswetenschapper van de B.C.O., een jeugdarts van de GG&GD, jeugdmaatschappelijk werkster van Synthese en de leerplichtambtenaar van de gemeente Venray.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
44
11.4
Schoolmaatschappelijk werk (SMW). Iedere twee weken is er een spreekuur op school van het schoolmaatschappelijk werk. Tijdens dit spreekuur hebt u als ouder / verzorger de mogelijkheid om advies in te winnen over problemen die met de opvoeding van uw kind te maken hebben. Ook leerkrachten kunnen van dit spreekuur gebruik maken, zodat in een vroegtijdig stadium hulp geboden kan worden aan ouder(s) / verzorger(s), kinderen en teamleden.
11.5
Bureau Jeugdzorg. De school onderhoudt contact met bureau Jeugdzorg. Ouders met opvoedingsproblemen kunnen ook door hen worden ondersteund. Samen kan dan bekeken worden wat de beste aanpak is voor dit kind.
11.6
Bureau Halt In het kader van het hanteren van normen en waarden en het zich houden aan regels heeft de school samenwerking met politie en medewerkers van bureau Halt. Het bevoegd gezag heeft ook samen met hen het convenant “veilige school” afgesloten, wat voor een ieder op school ter inzage ligt. Daarnaast verzorgen medewerkers van bureau Halt voorlichtingsbijeenkomsten voor de leerlingen over bijvoorbeeld ‘hoe om te gaan met vuurwerk’
11.7
De Geestelijke Gezondheidsdienst (GGD) De afdeling Jeugdgezondheidszorg bewaakt en draagt mede zorg voor de algemene gezondheidstoestand van de leerlingen. Naast de onderzoeken die in het hoofdstuk organisatie zijn beschreven en de ondersteuning van de logopediste, biedt zij scholen ook de mogelijkheid tot het lenen van leskisten over bepaalde thema’s, het geven van informatie over bepaalde thema’s en adviseert zij over te nemen maatregelen bij infectieziekten.
11.8
De peuterspeelzaal. Wanneer kinderen onze school binnen komen, hebben zij al een hele ontwikkeling meegemaakt. Veel kinderen hebben ook al de peuterspeelzaal bezocht. Op onze school streven we naar een doorgaande lijn binnen het leerproces voor kinderen. Dit houdt ook in dat we aan moeten sluiten bij het niveau als uw kind(eren) onze school binnenstapt. Een landelijk speerpunt binnen het onderwijs is de Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE). Onze school is hier al druk mee bezig. Men is tot een gedeelde visie gekomen betreffende de ontwikkeling van het kind en hier is de aanpak op afgestemd. Vooral de taalontwikkeling speelt hierin een grote rol. De peuterspeelzaalleidsters (van SamSam) en de leerkrachten uit de onderbouw wisselen van gedachten over de visie op het kind, bezoeken elkaars locaties en geven gezamenlijk vorm aan projecten. Zie voor meer informatie ook www.kinderwereldvenray.nl
11.9
Het kinderdagverblijf KinderWereld Venray biedt in Brukske kinderopvang aan voor kinderen van 0 tot 4 jaar in kinderdagverblijf Piccolo. Dit is gelegen in de Bachflat. Kinderen kunnen hier terecht als hun ouders (beide) werken of naar school gaan. Voor de kinderen is er een heel gezellige ruimte waar juffrouw Gertie en haar team de kinderen én de ouders met open armen ontvangen. Er worden allerlei leuke activiteiten georganiseerd, we gaan
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
45
veel naar buiten met de kinderen en wij zorgen dat kinderen spelenderwijs al van alles leren. De geboden opvang is erg professioneel. Alle leidsters zijn buitengewoon goed opgeleid en er zijn altijd vertrouwde gezichten in de groep. Zowel de ouders die hun kind bij ons brengen als de GGD en de onderwijsinspectie, die onze locaties inspecteren, zijn bijzonder tevreden over de begeleiding die de kinderen bij ons krijgen. De inspectierapporten vindt u op onze website. Wij werken samen met de peuterspeelzaal. U kunt dus ook gecombineerd gebruik maken van zowel de peuterspeelzaal als Piccolo. Ook werken we samen met school. Net als in de peuterspeelzaal worden kinderen geobserveerd. Als zij overgaan naar de basisschool dan praten de leidster en de leerkracht met elkaar zodat uw kind zo gemakkelijk mogelijk instroomt in groep 1. Uiteraard vragen we altijd uw goedkeuring voor deze overdracht. Piccolo opent om 7.30 uur de deur en om 18.00 uur worden de laatste kinderen weer opgehaald. De kosten van onze kinderopvang zijn vaak minder hoog dan gedacht wordt. U kunt een eigen berekening laten maken van de kosten die kinderopvang voor u betekenen. Jaarlijks kunnen er wijzigingen plaatsvinden. U kunt ons aanbod vinden op www.kinderwereldvenray.nl of bellen met kantoor: 0478 586498 11.10 Buitenschoolse opvang. Ook kinderen van onze school worden voor en na schooltijd opgevangen bij het kinderdagverblijf. Een goede relatie is daarom ook gewenst. We moeten elkaar informeren wanneer er bijzonderheden zijn voorgevallen voor, op of na school. Verder geven wij elkaar ook informatie over activiteiten die op wederzijdse locaties plaatsvinden. Samen willen we werken aan de brede ontwikkeling van uw kind(eren). Ons bestuur heeft een overeenkomst afgesloten met een professionele organisaties voor de kinderopvang Spring. Als ouder / verzorger bent u natuurlijk vrij om een andere instelling met uw kind te bezoeken. U, als ouder(s) / verzorger(s) dient echter zelf uw kind aan te melden en een contract af te sluiten met de door u gekozen organisatie Spring Kinderopvang verzorgt de BSO (Buitenschoolse Opvang) voor kinderen van Samenwerkingsschool Estafette bij 2 verschillende locaties. Kinderen tot 10 jaar van de Estafette kunnen terecht bij BSO Luchtkasteel. Deze is gevestigd in het rechtergedeelte van Basisschool de Toverbal. Hier hebben we drie stamgroepen, die zijn ingedeeld naar leeftijd. Elke groep heeft een eigen stamgroepsruimte. Daarnaast maken wij voor het buitenspel gebruik van de speelplaats van de Toverbal en op maandag, dinsdag en donderdag kunnen we terecht in de gymzaal om lekker te sporten. Op deze locatie komen ook kinderen van de Keg,
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
46
Coninxhof, Toverbal, Focus en de kerkdorpen. Het Luchtkasteel is in schoolweken geopend van einde schooltijd tot 18.30 uur; daarnaast op studiedagen en in schoolvakanties van 07.30-18.30 uur. Kinderen vanaf circa 10 jaar, gaan naar BSO Splash. Deze locatie bestaat uit één stamgroep en heeft een heel eigen sfeer omdat de pedagogische benadering en het aanbod aan activiteiten helemaal toegespitst zijn op de leeftijd van onze 10-plussers. Hierdoor blijft de BSO ook voor deze leeftijdscategorie een leuke vrijetijdsbesteding. BSO Splash heeft dezelfde openingstijden als BSO Luchtkasteel. Ook voor voorschoolse opvang en voor verlengde voorschoolse opvang, kunt u terecht bij Spring Kinderopvang. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met onze klantenservice via tel. nr. 0882088208 of met Gonnie Op het Veld, Manager Kindcentrum via tel. nr. 06-20634165 organisatie. 11.11 Het voortgezet onderwijs Met het voortgezet onderwijs is overleg over leerlingen die daar naar toe gaan. Soms wordt er ook vanuit het voortgezet onderwijs informatie opgevraagd over een geplaatste leerling. Het voortgezet onderwijs verzorgt voor ouder(s) / verzorger(s) een voorlichtingsavond met betrekking tot de verschillende niveaus binnen het voortgezet onderwijs en de procedure rondom de plaatsing. 11.12 De bibliotheek. Het is belangrijk dat kinderen plezier hebben in het lezen van boeken om hun wereldbeeld te vergroten, informatie te verzamelen of gewoon ter ontspanning. Vanuit school kunnen wij kinderen geen leesboeken meegeven. Wij vinden het daarom tot onze taak behoren om kinderen in aanraking te laten komen met de bibliotheek. Enkele groepen brengen een bezoek aan de bibliotheek. Ook halen wij boeken in school om onze projecten te ondersteunen. Wij raden u aan om gebruik te maken van het gratis lidmaatschap van de bibliotheek. 11.13 De parochie. Wij zijn een samenwerkingsschool, waar ook catecheselessen gegeven worden aan leerlingen die hiervoor hebben gekozen. Daarnaast verlenen wij onze medewerking bij de voorbereiding van de eerste communie en het vormsel in overleg de betreffende werkgroep en met de pastoor.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
47
12
Resultaten. Wat mogen we verwachten van kinderen die onze school in acht jaar hebben doorlopen? Waar moeten we naar kijken? Onze mening is dat het kind zich zo alzijdig mogelijk moet ontwikkelen en dus niet alleen op cognitief gebied. Een leerling moet ook sociaal vaardig zijn, vrij van emotionele belemmeringen, een goede motoriek hebben ontwikkeld, zich kunnen uiten in expressievakken, zelfstandigheid, zelfredzaamheid, werkhouding enz. Toch zijn dit ontwikkelingsgebieden en aspecten van de ontwikkeling die moeilijk meetbaar zijn. We voeren veel observaties uit en bespreken deze met ouder(s) / verzorger(s) op de rapportagegesprekken. Een emotionele belemmering kan namelijk van grote invloed zijn op de leerprestaties van het kind. Om tot het vervolgonderwijs te worden toegelaten dient een onafhankelijk rapport te worden overlegd en een advies van de school. De onderwijsinstelling voor het vervolgonderwijs in onze regio heeft te kennen gegeven, veel waarde te hechten aan het advies van de school, omdat wij de kinderen immers acht jaar lang hebben gevolgd. Zoals al eerder beschreven volgen we de kinderen met methodegebonden toetsen en methode-onafhankelijke toetsen van het Cito. In groep 8 nemen de kinderen deel aan een onafhankelijke eindtoets. Deze toets wordt landelijk afgenomen op de basisscholen die zich hiervoor hebben ingeschreven. Ouder(s) / verzorger(s) en de school krijgen een individueel profiel van de kinderen. Daarnaast ontvangt de school ook nog een zogenaamd schoolprofiel, waarin men kan aflezen hoe de leerlingen van onze school scoren ten opzichte van andere basisscholen. Ieder schooljaar volgt de inspectie de resultaten van de school. Dit kan schriftelijk zijn of bij een bezoek aan school. Hierin wordt vooral gekeken naar de kwaliteit van het onderwijs. In ons infoblaadje zullen we u op de hoogte stellen van het bezoek en een samenvatting geven van het verslag.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
48
13.
De ontwikkelingen. Ontwikkelen staat in het teken van verbeteren van ons onderwijs. We willen ons hierbij niet laten leiden door de waan van alledag, maar weloverwogen keuzes maken. Wat is goed voor onze kinderen op onze school, wat hebben we hiervoor nodig (denk aan vaardigheden van leerkrachten en kinderen en materialen) en hoe gaan wij dit op onze school invoeren. We laten ons hierbij leiden door nieuwe inzichten in onderwijsleerprocessen van kinderen en het beleid van het landelijk beleid van ‘Passend Onderwijs’. De keuzes worden door ons als team gemaakt en de begeleiding hierbij kan worden verzorgd door externe deskundigen. De komende jaren gaan we verder met het gedifferentieerde instructiemodel, het samenwerkend leren en proberen we onze computers nog effectiever in te zetten. Daarnaast proberen we de leerlingen te begeleiden in hun eigen verantwoordelijkheid voor hun leerproces, waardoor we veel aandacht zullen moeten gaan besteden aan kindgesprekken en coachingsgesprekken. Binnen de leerlingenzorg werken we met het model Handelingsgerichte Procesdiagnostiek (HGPD) om problemen van kinderen nog beter in kaart te brengen We willen hier de komende jaren mee verder gaan en ons oplossingsgericht denken verder implementeren in alledaagse zaken. In de afgelopen jaren is onder externe begeleiding gewerkt aan het zelfstandig werken van kinderen en het werken met dag- en weektaken. De komende jaren zullen we dit uitbreiden en de dag- en weektaken meer individueel gericht maken. In de afgelopen jaren hebben we vooral ingezet op het taal- en rekenonderwijs op onze school. Hiertoe zijn nieuwe methodes aangeschaft. Ook de komende jaren zal het speerpunt vooral liggen op het vergroten van de woordenschat, de mondelinge taalvaardigheid en interactie van en met leerlingen en het begrijpend lezen. Tenslotte zullen we ons de komende jaren bezig houden met de verdieping van onze visie aangaande de ontwikkeling tot “een brede school” en de bouw hiervan, welke hopelijk binnen 2 jaar wordt gerealiseerd met een nieuw schoolgebouw in onze wijk.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
49
Instemmingsformulier schoolgids 2012 – 2014.
Naam:
Samenwerkingsschool Estafette
Adres:
Kiosk 3
Postcode en Woonplaats:
5802 NP Venray
Hierbij verklaart de medezeggenschapsraad van samenwerkingsschool Estafette instemming te verlenen aan de schoolgids 2012 – 2014.
Naam:
………………………………………………………..
Functie:
………………………………………………………..
Plaats:
………………………………………………………..
Datum:
………………………………………………………..
Handtekening:
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
50
Het Estafette-lied. Refrein:
Onze school, ja onze school, Estafette is een samenwerkingsschool. Een leuke plek, voor groot en klein, samen werken en ook spelen da’s pas fijn.
Elke schooldag is een dag, die er telkens wezen mag. want dan ga ik weer naar school, naar Estafette. Vooral het maatjeswerk is fijn, en ook het spelen op het plein Estafette is oké, doe je mee? Refrein:
Onze school, ja onze school, Estafette is een samenwerkingsschool. Een leuke plek, voor groot en klein, samen werken en ook spelen da’s pas fijn.
Estafette is best cool, Als je snapt wat ik bedoel, De fijnste school staat hier in het Brukske. Iedereen is welkom hier, en we hebben veel plezier, Estafette is okay, doe je mee? Refrein:
Onze school, ja onze school, Estafette is een samenwerkingsschool. Een leuke plek, voor groot en klein, samen werken en ook spelen da’s pas fijn.
Schoolgids 2012 – 2014, samenwerkingsschool Estafette.
51