Brainport Library Eindhoven De openbare bibliotheek als gemeenschapsvoorziening, onderwijspartner en partij in de kennisinfrastructuur
Bibliotheek Eindhoven Versie 6
Brainport Library
Inhoud 1. Inleiding
3
2. Gemeente Eindhoven
4
3. Trends en prioriteiten
5
4. Fundamenten Openbare Bibliotheek
6
5. Toekomstperspectief, functies en uitgangspunten
7
6. Hoe gaan we dat uitvoeren?
9
7. Maatschappelijk effect
11
8. Welke stappen doet de bibliotheek in 2012?
12
9. Onderwijs
12
9. Brainport Library
13
11. Klanten en marketing
16
12. Wat gaat er veranderen in de organisatie?
16
13. Modulaire aanpak
18
14. Risico’s
18
Bijlage 1. Opdracht gemeente Eindhoven Bijlage 2. Overheden, wetgeving en regelingen Bijlage 3. Resultaten tot nu toe Bijlage 4. Branche Bijlage 5. Netwerk bibliotheken Bijlage 6. Trends, context en kansen Bijlage 7. Leesgedrag Bijlage 8. Uit: wet op het specifiek cultuurbeleid Bijlage 9. Uit: Bibliotheekcharter VNG, Rijk, IPO, 2009 Bijlage 10. Trends gebruik bibliotheek 2006 - 2010 Bijlage 11. Gebruik cultuurinstellingen Eindhoven Bijlage 12. Fasering sluiting filialen Bijlage 13. Hoofdlijnen krimp personeelsformatie en sociaal plan Bijlage 14. Kosten en opbrengsten per module Bijlage 15. Maatschappelijk effect Literatuur
19 23 27 28 29 30 35 36 38 39 40 41 42 43 44 48
Brainport Library
2
1. Inleiding
In deze notitie schetst de Bibliotheek Eindhoven de contouren van een nieuwe visie op de openbare bibliotheekvoorziening in de stad Eindhoven. De oriëntatie op een nieuwe visie is noodzakelijk om drie redenen: maatschappelijke en technologische trends, gewijzigd beleid en andere prioriteiten van de gemeente Eindhoven en de aangekondigde halvering van de gemeentelijke subsidie over periode van vijf jaar. De Bibliotheek Eindhoven maakt deel uit van de infrastructuur in de stad Eindhoven, op het gebied van cultuur, educatie en informatie. In de afgelopen twintig jaar heeft de bibliotheekvoorziening in Eindhoven een enorme groei en kwaliteitsslag doorgemaakt. In opdracht van de gemeente werden in wijken filialen opgericht. De verhuizing naar DeWitteDame, in samenwerking met de gemeente, stelde de bibliotheek in staat een geheel nieuwe multimediale bibliotheek neer te zetten. De bibliotheek was hiermee trendsetter op digitaal gebied en daarmee internationaal in beeld, werd partner van bijna alle scholen voor basis- en voortgezet onderwijs, één van de dertien topbibliotheken in het landelijk netwerk en trekt sindsdien een indrukwekkend aantal gebruikers en bezoekers. De Bibliotheek Eindhoven behoorde tot de eerste lichting gecertificeerde bibliotheken, werd meermalen genomineerd voor de branche Innovatieprijs en werd in 2005 door het blad Vrij Nederland bekroond met de derde plaats in het landelijk onderzoek naar de beste bibliotheek van Nederland. De bibliotheek introduceerde als één van de eerste het winkelconcept en is proeftuin voor de ontwikkeling voor de landelijke Stadsformule. In bijlagen 3 en 10 worden de resultaten van de bibliotheek en de trends in de afgelopen jaren weergegeven. In de komende jaren zal de bibliotheek zich instellen op een toekomst met minder financiële armslag en een meer bescheiden plaats op de prioriteitenlijst van de gemeente Eindhoven. De bibliotheek wil deze nieuwe situatie zelfbewust tegemoet treden en door aanzienlijke veranderingen in de eigen organisatie, het relatienetwerk en de dienstverlening een nieuwe toekomst verwerven op een meer bescheiden én nog ambitieuzer niveau.
De bibliotheek is daarbij niet alleen afhankelijk van de gemeente Eindhoven, maar ook van de steun van de eigen leden, bezoekers, partners in de stad en de regio en bedrijven. Die steun kan de bibliotheek alléén verwerven door goede dienstverlening te bieden die massaal wordt gebruikt, maatschappelijke meerwaarde te leveren aan de stad en waarde te creëren voor het onderwijs.
In de volgende paragrafen schetsen wij de hoofdlijnen van onze visie en beschrijven wij de trends en de context waarin deze beweegt.
Brainport Library
3
2. Gemeente Eindhoven Beleid Juli 2011 stelde de Raad van de gemeente Eindhoven een richtinggevende notitie vast voor de toekomst van de bibliotheek in combinatie met een bezuiniging op de subsidie van 50%. Deze notitie bevat een korte analyse van de context waarin openbare bibliotheken opereren. De conclusie is dat de traditionele bibliotheek als ‘boekenmuseum’ geen bestaansrecht meer heeft en dat verdere digitalisering de openbare bibliotheek binnenkort overbodig maakt. Er wordt prioriteit gegeven aan de ontwikkeling naar ontsluiting van digitale en net-informatie, forse impuls in mediawijsheid. De gemeente wil zich beperken tot het bekostigen van een bibliotheeksysteem dat bestaat uit een sobere centrale bibliotheek en een dekkende reeks steunpunten in wijken en scholen in de stad uit een subsidiebudget van 3 mio.1 Uit recente berekeningen blijkt dat dit een illusie is.
Andere logistiek De gemeente gaat ervan uit dat een sobere centrale bibliotheek voldoende is om alle inwoners van de stad te bedienen. Parallel aan deze bezuinigingen worden filialen gesloten en steunpunten ingericht, na een experimentele periode in 2011/2012. Deze steunpunten zijn gericht op de doelgroepenleerlingen basisonderwijs en inwoners van de wijk en bieden een gericht en zeer beperkt assortiment.
Fasering bezuinigingen De bezuiniging van 3 mio wordt doorgevoerd in de volgende fasen:
2011 2012 2013 2014 2015
-/-/-/-/-/-
400.000 350.000 750.000 750.000 750.000
Vanaf 1 januari 2015 resteert een subsidiebudget van 3 mio. Het komt er op neer dat de bibliotheek thans ca. € 19 per inwoner ontvangt volgens de normberekening van de overheden. Na volledig doorvoeren van € mio bezuiniging op subsidie zakt het bedrag tot ca. € 11 per inwoner. Dit is onder de norm voor de kleinste gemeenten. Op dit 1
Zie bijlage 1
Brainport Library
4
moment ligt het subsidieniveau per inwoner van de bibliotheken in de grote steden op ca. € 30 per inwoner. Uit recent onderzoek van de DSP-Groep blijkt dat de omvang van de bezuiniging die de gemeente Eindhoven op de bibliotheek wil doorvoeren in landelijke vergelijking met andere gemeenten zeer uitzonderlijk is.
3. Trends en prioriteiten Uit de gesignaleerde trends2 leiden wij de volgende prioriteiten af:
o Digitale toegang tot informatie, informatie- en media-vaardigheden voor groepen inwoners met een lage opleiding en een laag inkomen o Bevorderen lees- en taalvaardigheden o Intensieve samenwerking met instellingen voor VVE, basisonderwijs, voortgezet onderwijs o Informatietechnologie en digitale content op de innovatie-agenda van de bibliotheek
2
Zie bijlage 6
Brainport Library
5
4. Fundamenten openbare bibliotheek Openbare bibliotheken beschikken over een stevig ideologisch fundament. Vrijwel over de hele wereld is sprake van een gedeelde opvatting over de rol en betekenis van een openbare bibliotheek. Wat sterk aan verandering en ‘couleur locale’ onderhevig is, is de wijze van invulling en uitvoering. In essentie gaat de bibliotheek nog steeds over ‘verheffing’ en emancipatie. De bibliotheek gaat in essentie niet over het goedkoop boeken uitlenen aan iedereen. De bibliotheek is geen correctie op de onvolkomen markt van informatie, maar een instelling met een publieke missie. In moderne termen: bestrijden van achterstanden en het nastreven van gelijke en vrijwel drempelloze toegang tot literatuur en informatie. Het Unesco Manifest over de Openbare Bibliotheek is nog steeds een referentie. Ook in de huidige samenleving heeft dit fundament nog niet aan waarde ingeboet. De actuele situatie3 en de ambities van de gemeente Eindhoven duidt op een grote noodzaak van een moderne actieve bibliotheek met een focus op kernfuncties en maatschappelijk effect. De basis van actuele visie op ons werk wordt gevormd door de volgende aspecten: a. Waarden
• • • • • •
Social en Digital Inclusion Emancipatie Zelfontplooiing Gelijkheid en gelijkwaardigheid Cultureel en literair bewustzijn Maatschappelijk belang van taal en lezen
b.Bestaansgrond • • • • • •
Lage drempel én voor iedereen Raadplegen gratis Onafhankelijk en neutraal Kennisontwikkeling centraal Rustpunt en plaats voor reflectie voor bezoekers Vrije ontmoetingsplaats voor burgers
c. Kernkwaliteiten
• • • 3
Bibliothecaris als adviseur, wegwijzer, internet-curator Informatie voor breed publiek toegankelijk, vindbaar maken en valideren Digitale content op basis van landelijke licenties
Zie: De sociale staat van Nederland, SCP en de Stadsmonitor 2011, gemeente Eindhoven
Brainport Library
6
• • • • • •
Omvangrijke literatuur, media en informatiecollectie, grafisch en digitaal Leesbevordering en taalontwikkeling in professionele programma’s Betekenis geven aan praktische en bruikbare informatie Gratis advies aan iedereen: persoonlijk en digitaal Literair erfgoed beschikbaar Mensen wegwijs maken in literatuur, lezen, digitale informatie
5. Toekomstperspectief, functies en uitgangspunten
Op basis van waarden, bestaansgrond en kernkwaliteiten ontwikkelen wij in de komende periode een nieuwe visie. De visie van de Bibliotheek Eindhoven op de bibliotheekvoorziening bevat in ieder geval de volgende elementen:
a. De openbare bibliotheek vervult drie rollen: gemeenschapsvoorziening, onderwijspartner en partij in de kennisinfrastructuur; b. De Bibliotheek Eindhoven is een lokale voorziening die in overgrote mate uit lokale middelen wordt gefinancierd. Hieruit volgt dat de bibliotheek zich minder vormt naar landelijke modellen, maar meer naar de lokale situatie in de stad en de regio. De Bibliotheek Eindhoven wil nadrukkelijk het imago van de stad versterken als ‘de slimste regio die voorop loopt op het gebied van design en technologie’. De bibliotheek blijft met bibliotheken in Brabant participeren in het project Culturele Hoofdstad 2018; c. De Bibliotheek Eindhoven richt zich met resultaat op leesbevordering, media-educatie en bestrijden van taalachterstanden en laaggeletterdheid en levert zo een bijdrage aan de maatschappelijke randvoorwaarden voor het behoud van het predikaat ‘slimste regio’ en het tegengaan van het groeien van sociale ongelijkheid; d. De bibliotheek kan deze taken alléén goed uitvoeren in nauwe samenhang met partners in de stad: scholen, VVE, bedrijfsleven, vrienden, sponsors, fondsen, overheden, kennispartners en andere instellingen op het gebied van educatie, informatie en cultuur. Ook kenners, professionals, schrijvers, dichters, studenten, uitvinders, designers en onze eigen leden worden uitgenodigd om bij te dragen aan de ontwikkeling van de bibliotheek. Wij creëren daarvoor nieuwe functies: librarian-in-residence en internet-curator; e. De bibliotheek maakt deel uit van een infrastructuur die de stad aantrekkelijk maakt om te werken, studeren, te bezoeken en te wonen. Uit overwegingen van arbeidsmarkt en vestigingsklimaat is dit belangrijk Brainport Library
7
voor het succes van de stad. Dit betekent dat de bibliotheek een meer markante en vooruitstrevende onderscheidende positie wil verwerven. Focus, kwaliteit en niet verbreding is hier het credo; f. De bibliotheek is van de inwoners, als belastingbetaler, gebruiker, bezoeker. Het spreekt voor zich dat de bibliotheek voortdurend op zoek gaat naar behoeften van (groepen) inwoners, scholen en partners in de stad. Dit vereist een systematische aanpak en actief netwerken, ook richting de wijken in de stad. Ons voornemen is alle inwoners van Eindhoven een gratis klantenpas te geven met een beperkt servicepakket, dat opgeplust kan worden met uitleendiensten; g. Maximaal digitaal. De bibliotheek wil weer een voorhoedepositie innemen op het gebied van digitale informatie, ict-toepassingen en verbinding met inwoners via sociale media. Wij hebben op dit punt support nodig vanuit het hoger onderwijs en het bedrijfsleven in de regio; h. Media-educatie en leesbevordering behoren tot de kerntaken van de openbare bibliotheek. Hierbij is een sterke relatie met VVE, basisonderwijs, VMBO en MBO gewenst. De Bibliotheek Eindhoven kan hier vanuit al bestaande programma’s een robuuste bijdrage leveren. Verdere digitalisering zal versneld aangepakt worden; i. Om kwaliteit te waarborgen voor de gemeente en de klanten blijft de bibliotheek gecerticeerd volgens de normen van de Stichting Certificering Openbare Bibliotheken. Hierin participeert de VNG, SIOB en de VOB; j. De bibliotheek kan alléén efficiënt functioneren in een hecht landelijke, provinciaal en regionaal netwerk. Hier worden digitale content ingekocht, nieuwe diensten ontwikkeld, innovatieprojecten uitgevoerd, digitale infrastructuur uitgevoerd en materialen centraal ingekocht.
Om dit duurzaam te kunnen realiseren hanteren wij een aantal uitgangspunten die garant staan voor kwaliteit en continuïteit: • • • • • • • •
KISS: eenvoudig stelsel van tarieven en voorwaarden Basisorganisatie/basispakket uit vaste inkomsten en adequate subsidie Plusdiensten tegen integrale kostprijs Helder profiel naar externe relaties, klanten Nieuwe competenties medewerkers: mediawijs, internet-curator, adviseren, ict-minded, algemene ontwikkeling, ondernemerschap en meer doen met minder Professionele uitstraling en bedrijfskleding Deskundige partner voor onderwijs Bedrijfseconomisch gezond en gecertificeerd
Brainport Library
8
• • • •
Goede Topbibliotheek volgens oordeel bibliotheken en de Provincie Klanten en medewerkers tevreden: 8 Uitlenen media: goedkoop, efficiënt Verbinding met bibliotheeknetwerk Brabant
6. Hoe gaan we dat uitvoeren?
De Stadsformule
De bibliotheek werkt binnen de centrale bibliotheek intensief samen met de Stichting De Krabbedans en de Stichting Uit In Eindhoven. De samenwerking betreft het delen van bedrijfsvoering, ict-infrastructuur, promotie en marketing en huisvesting maar ook inhoudelijke diensten richting het publiek. De bibliotheek wil deze samenwerking verdiepen en meenemen in de uitwerking van de Stadsfomule. Voor publiek zal deze samenwerking leiden tot een integraal aanbod. De bibliotheek streeft naar uitbreiding van het aantal partners in de centrale bibliotheek in DeWitteDame. Dit kunnen partijen zijn op het gebied van media, cultuureducatie, erfgoed, informatie- en communicatie-technologie, publieksinformatie. In alle gevallen moet de samenwerking binnen één profiel of ‘merk’ passen. In het kader van Brainport kan de centrale bibliotheek de koppeling voor bedrijven worden met het brede publiek. De grote aantallen bezoekers zijn voor hen interessant. De Stadsformule is een concept dat uitgaat van retailformule, een compacte opslag van een bulk media, een thematische winkelpresentatie, een logische route en verschillende zones voor verschillende typen gebruik en gebruikersgroepen. De Stadsformule moet ook ruimte en content bieden voor de toenemende aanloop van publiek ná sluiting van de filialen. De gemeente en de bibliotheek gaan er van uit dat ook inwoners die buiten het centrum wonen de bibliotheek in DeWitteDame gaan bezoeken. Uit een vlekkenplan van bureau SVT blijkt dat de huidige oppervlakte van de centrale nodig is om de dienstverlening in te richten. De bibliotheek wil echter meer ruimte voor digitale toepassingen en ruimte voor activiteiten met partners. Hiervoor zullen enkele modules uit het ontwerp van SVT worden geschrapt.
Logistiek Onderzocht zal worden of er een haal- en brengpunt kan worden opgezet voor bezoekers en een uitvalbasis voor bezorg- en vervoersdiensten naar klanten thuis, instellingen, scholen. Brainport Library
9
Gemaksdiensten zullen doorberekend worden aan klanten. Een koppeling met dezelfde service voor andere commerciële aanbieders kan deze service kostendekkend of winstgevend maken.
a. De centrale bibliotheek in De WitteDame en de Digitale Bibliotheek zullen inhoud geven aan het concept Brainport Library. De centrale bibliotheek wordt verdeeld in verschillende zones. Hierin is plaats voor een Digitaal Medialab en partners die kwaliteit en herkenbaar profiel toevoegen aan onze Stadsformule. De Bibliotheek Eindhoven heeft subsidie ontvangen om als voorbeeld voor andere stedelijke bibliotheken deze formule uit te werken. Voor het Digitaal Mediaplein wordt gezocht naar steun uit het bedrijfsleven in de vorm van ontwikkeling, hardware en financiering. b. Inhoud en logistiek worden anders gekoppeld. De bibliotheek gebruikt in de nieuwe aanpak verschillende kanalen om inwoners te bereiken: de fysieke bibliotheek in het centrum, steunpunten in wijken, mediatheken en diensten in scholen, VVE, instellingen voor ouderen, bibliobus, winkels en restaurants en de digitale bibliotheek via internet thuis
Dienstenconcept Het dienstenconcept van de bibliotheek bestaat straks uit de volgende onderdelen: Winkel De bibliotheek zal op basis van een retailformule de centrale bibliotheek zo aantrekkelijk en verleidelijk inrichten. Dit wordt gerealisserd door invoering van de Stadsformule.
Thuisbibliotheek De bibliotheek zal onderzoeken wat de mogelijkheden zijn van een kostendekkende bezorgservice aan huis, met afhaalpunten in de stad.
Digitale Bibliotheek De digitale bibliotheek zal aansluiten bij de landelijke infrastructuur en kan thuis via internet door leden worden geraadpleegd. De hoeveelheid content zal sterk groeien.
Schoolbibliotheek De bibliotheek levert aan basisscholen ondersteunende diensten ten behoeve van lees- en taalontwikkeling. Producten als Biebsearch zijn beschikbaar. Brainport Library
10
Bibliotheekpunt Decentrale diensten worden geleverd via locacties van andere instellingen, zoals een ouderencentrum, een buurthuis e.d. Topbibliotheek De bibliotheek wordt gesubsidieerd (2,5 ton) door de Provincie Noord Brabant. Voor dit geld onderhoudt de bibliotheek een specialistische collectie op HBO+ niveau (kunst, design, innovatie, techniek) en stelt deze ter beschikking aan het netwerk van bibliotheken en hun abonnementhouders. Microdienstverlening in wijken De bibliotheek zal in wijken aan wijkorganisaties en actieve burgers ondersteuning bieden bij wijkactiviteiten op het gebied van lezen en literatuur.
7. Maatschappelijk effect Tot nu toe werden de prestaties van de Bibliotheek Eindhoven gemeten in termen van output: leden, uitleningen, bezoekers. Relevant is naast deze cijfers inzichtelijk te maken welk maatschappelijk effect de programma’s van de bibliotheek hebben op de stad, wijken, doelgroepen en inwoners. De gemeente Eindhoven beschikt over onderzoeks- en meetinstrumenten om ontwikkelingen in de stad zichtbaar te maken en over een reeks van jaren in trends uit te zetten, als basis voor eigen beleid. Scholen zijn gewend de prestaties van de leerlingen en de school als geheel te meten. Dit is al een bruikbare basis om in de toekomst in kaart te brengen welk effect de bibliotheekprogramma’s hebben. Een aantal invalshoeken voor effecten: o o o o o
Leefbaarheid Zelfredzaamheid Digital skills Woordenschat en taalvaardigheid Literaire competenties
Een dergelijke aanpak vereist onderzoek, 0-meting, interviews en herhaald onderzoek. De informatie die wordt verkregen dient een gemeentelijke evaluatie van de prestaties van de bibliotheek, het ‘social return on investment’ van de inzet van subsidies en bijsturing door de bibliotheek zelf in de aard en kwaliteit van programma’s. Zie bijlage 15
Brainport Library
11
8. Welke stappen doet de bibliotheek in 2012?
De directie en de Raad van Toezicht van de bibliotheek zullen samen met de gemeente en een kring van externe deskundigen de visie en het beleid voor de komende jaren verder uitwerken en voorzien van een deugdelijk financieel perspectief. In 2012 zal blijken of de experimenten in het steunpunt Berckelhof en de vier basisscholen voldoende bereik en rendement hebben. Op basis van de evaluatie worden andere filialen gesloten en tegelijkertijd steunpunten opgericht. De financiering hiervan is nog onduidelijk. De bibliotheek wordt aangewezen als project Brainport Library en verbindt zich aan een nieuw netwerk in de stad, met bedrijven en andere kennisinstellingen. In 2012 wordt het ontwerp van de Stadsformule doorgevoerd in de centrale bibliotheek en wordt de landelijke Digitale Bibliotheek geïmplementeerd. Intern zal de bibliotheek een reorganisatie doorvoeren die de personeelsformatie laat afnemen parallel met de sluiting van filialen4. Het tempo van sluiting zal hoger zijn dan aanvankelijk gepland. Om twee redenen: in de wetenschap dat filialen verdwijnen neemt de gebruik sterk af en het is uit oogpunt van werkgeverschap ongewenst medewerkers die boventallig zijn lang door te laten werken in een filiaal dat gedoemd is te verdwijnen. Het project regionale samenwerking met de omliggende bibliotheken zal in 2012 leiden tot concrete samenwerking op een aantal thema’s.
9. Onderwijs Op dit moment verleent de bibliotheek diensten aan bijna alle basisscholen5. In een nieuwe opzet wil de bibliotheek dit behouden en blijven aanbieden aan scholen, desnoods in een meer beperkte vorm. Voor scholen die gebruik maken van de mogelijkheid om een steunpunt in school te vestigen zal gezocht worden naar dekking van de extra kosten. Dit kan gemeentelijke subsidie zijn, maar ook een mix van subsidie en eigen bijdragen van scholen. De omvang van de subsidie bepaalt mede het aantal scholen dat wij dit extra pakket kunnen bieden. De programma’s die de bibliotheek aanbiedt aan basisscholen, hun leerkrachten, remedial teachers en de ouders zullen meetbaar effect hebben op de prestaties van de school en de leerlingen6. Uit onderzoek blijkt dat deze effecten aanwezig zijn en bovendien meetbaar zijn. 4
Zie bijlage 12 Zie bijlage 3 6 Meer lezen, beter in taal, Kunst van Lezen/Sardes, 2011 5
Brainport Library
12
Een goede aansluiting van de programma’s en de middelen van de bibliotheek op het programma van de school is essentieel. Daar waar schaarste is aan middelen, wil de bibliotheek voorrang geven aan SPIL-centra en scholen met leerlingen met taalachterstanden. De focus op maatschappelijke prioriteiten brengt vooral de leerlingen in het VMBO en het MBO in beeld. Bestrijden van schooluitval en belemmeringen door laaggeletterdheid en gebrek aan mediavaardigheden heeft hier voorrang. Het hangt van de scholen de gemeente af in welke mate en in welke omvang de bibliotheek hier activiteiten kan gaan ontplooien. De diensten aan HAVO/VWO en ROC kunnen op basis van maatwerk en kostprijs worden geleverd.
10. Brainport Library
Brainport Uniek is de intensieve Triple Helix samenwerking tussen bedrijven, kennis- en onderwijsinstellingen en overheden. Gezamenlijk ontwikkelden zij het strategisch programma ‘Brainport Navigator 2013, Lissabon voorbij!’. Dit is dé agenda voor Brainport.
Het programma beslaat de domeinen People, Technology, Business en Basics. Vanuit deze brede visie werkt Brainport aan economische structuurversterking. Met als doel: het uitbouwen van de internationale concurrentiepositie van Brainport als hotspot op het gebied van innovatieve toptechnologie. Uiteindelijk komt dat ten goede aan een vitale samenleving in Brainport en in Nederland. Voorop staat het versnellen van marktgedreven innovatie. Om te beginnen door de juiste partijen bij elkaar te brengen in netwerken en projecten ‘voor en door’ ondernemers en kennisinstellingen. Innovatieve initiatieven die daaruit voortkomen, krijgen vervolgens ondersteuning. Voorwaarde is wel dat het projecten zijn die niet op zichzelf staan, maar die bijdragen aan een innovatiever en sterker Brainport.7 Basics Brainport • • • • • • 7
ict-breedband een goede bereikbaarheid een gunstig vestigingsklimaat internationale samenwerking aantrekkelijke stadscentra en woonomgevingen een onderscheidend cultuuraanbod
Uit Brainport brochure, Brainport Development , 2010 BnnhhhhEindhoven, 2010rainport Development, Eindhoven, 2010Brainport
Development, Eindhoven, 2010rainport Development, Eindhoven, 2010
Brainport Library
13
•
een internationale school
De regio Eindhoven is economisch gezien de meeste vitale en toekomstgerichte regio van Nederland. Wereldwijd aangeduid als één van de zeven meest slimste regio’s ter wereld. Bij een bedrijf als ASML wordt evenveel verdiend als een volgebouwde tweede Maasvlakte in Rotterdam. Het overgrote deel van de patenten wordt in deze regio verworven. Deze positie is mede verdiend door een unieke samenwerking tussen bedrijven, kennisinstellingen en overheden: de ‘triple helix’. Technologie, innovatie, kennis, hoogopgeleid talent en sales leveren een unieke combinatie en econmisch succes op van formaat. Uit het beoordelingsrapport 20118 blijkt dat Digital Inclusion in de samenleving als geheel een belangrijke voorwaarde is voor dit predikaat.
Digital Inclusion “When we talk about digital inclusion, we're really talking about preventing digital exclusion. As broadband deploys widely through a community, there is serious risk that it will worsen the exclusion of people who already play a peripheral role in the economy and society, whether due to poverty, lack of skills, prejudice or geography. Deeper exclusion increases income inequality and all of the ills that go with it, while raising yet another obstacle to social mobility”
Het gaat dan om de volgende aspecten van digital inclusion:
o o o o o o o
Acces to broadband Affordability Skills Literacy and numeracy Relevancy Capacity building Voorbeeld: Riverside California Public Library als deel van de infrastructure
Op een aanzienlijk deel van deze aspecten Digitale Inclusion en de Basics kan de Bibliotheek Eindhoven een bijdrage leveren. Breedband en glasvezel is in de stad overal aanwezig. De bibliotheek kan een bijdrage leveren op de volgende wijze: o Degenen die zelf niet over breedband en internet beschikken is de bibliotheek een vrijplaats (acces) o De bibliotheek biedt trainingen in mediawijsheid (skills) o De bibliotheek beidt laaggeletterden samen met volwasseneducatie en ROC’s een taalprogramma (literacy) 8
The Top Seven Intelligent Communities of 2011; Health in the Intelligent Community, 1 June 2011
Brainport Library
14
o De bibliotheek draagt bij aan toegankelijk en praktisch bruikbaar maken van informatie uit internet (relevancy) o De bibliotheek beschikt over faciliteiten om activiteiten in volume aan te bieden (capacity) o De bibliotheek draagt als cultuur en kennisinstelling bij aan een goed vestigingsklimaat Dit zijn vereist van de bibliotheek geen geheel nieuwe aanpak en facilteiten, maar uitbreiding en een fors programma. Elders in de bibliotheekbranche zijn op alle onderdelen good practices aanwezig. Naast bevorderen van Digital Inclusion gaat de bibliotheek de digitale inrichting, de fysieke presentatie, de website en de content uitbouwen in samenwerking met parijen uit Brainport. In het landelijk netwerk en uit de Provinciale subsidie wordt een digitale etalage opgezet over het thema ‘innovatie en techniek’. Het opzetten van een Digitaal Medialab, het presenteren van informatie over innovatie, uitvindingen en experimenten uit de creatieve, ontwikkel- en maak- industrie gericht op breed publiek, het wereldwijde bibliotheeknetwerk en de samenwerking met partijen uit Brainport biedt riante kansen om van de Bibliotheek Eindhoven een Eindhovense Bibliotheek te maken: de Brainport Library. Dit concept betekent dat de bibliotheek zich gaat verbinden aan een nieuw netwerk van bedrijven, relaties en projecten, zoals VOLT, Beeld en Geluid Experience op StrijpS. Uit: The Top Seven Intelligent Communities of 2011; Health in the Intelligent Community, 1 June 2011
Brainport Library
15
11. Klanten en marketing De bibliotheek is een dienstverlener. Klanten zijn zowel particulieren als instellingen en bedrijven. Sinds een aantal jaren maakt de bibliotheek gebruik van marketinginstrumenten om het aanbod af te stemmen op de vraag, de communicatie te verbeteren en het bereik te vergroten. Lidmaatschap is als fenomeen veel minder vanzelfsprekend dan vroeger. Dat geldt voor de voetbalvereniging, maar ook voor de bibliotheek. Het scala aan mogelijkheden voor vrijetijdsbesteding is enorm, de concurrentie dus groot. Zonder marketing en communicatiebeleid kan geen dienstverlener of culturele instelling overleven. De bibliotheek maakt gebruik van een klant-segmenteringsmethode die gangbaar is in de branche (Mosaic). Deze methode wordt mede gebruikt om het aanbod aan media en informatie te bepalen, aansluitend bij het profiel van (groepen) gebruikers. Periodiek wordt klanttevredenheidsonderzoek uitgevoerd en in de afgelopen jaren zijn mistery-guests ingezet om de ervaring van de kwaliteit te onderzoeken. De klanttevredenheid mag niet dalen onder de score 7.5. De primaire doelstelling is ledenbehoud en gebruik van een loyaliteits- en communiteits – programma. Richting scholen en bedrijven wordt actief geacquireerd. Nieuw is acquisitie richting bedrijven met veel laaggeschoold personeel met taal- en leesprogramma’s die thuis kunnen worden gebruikt. De bibliotheek zal ook in de komende jaren interne en externe expertise op dit terrein gebruiken voor onderzoek en hier middelen en instrumenten blijven inzetten.
12. Wat gaat er veranderen in de organisatie? Organisatie a. Krimp van de personeelsformatie als gevolg van de sluiting van filialen op basis van een sociaal plan 9 b. Organiseren van een mobiliteitsprogramma c. Afvloeien van personeel dat was verbonden aan de evenemten-programma’s cultuur en ontmoeting en debat, m.u.v. literaire evenementen d. Versterken van de capaciteit op project die samenhangen met de pilots in wijken, de sluitingoperatie bij filialen, de ombouw van ict-faciliteiten en de ontwikkeling van de Stadsformule e. Verminderen van de overhead en middenmanagement f. Verhogen van de kwaliteit van front- en backofficepersoneel 9
Zie bijlage 13
Brainport Library
16
g. Nieuwe plattere structuur
Het combineren van de aanzienlijke verkleining van de personeelsformatie en tegelijkertijd verhogen van de kwaliteit is een major effort die veel zal vragen van de motivatie en inzet van medewerkers. Competenties medewerkers en scholingsprogramma Om de plannen te realiseren is een sterke verbetering van het niveau van de medewerkers een must. Dit heeft vooral betrekking op”: • • • • •
Digitale vaardigheden, social media en ict-gadgets Communicatievaardigheden en netwerken in de stad Kennis van het onderwijs Kennis van onderzoeksmethoden en evalueren van maatschappelijk effect Aquisitievaardigheden richting andere instellingen en bedrijven
Netwerk en samenwerking De bibliotheek zal zich meer verbinden met partijen en actieve burgers in de stad. Ook zal de samenwerking met de regio verder worden ontwikkeld. Dit betekent dat de bibliotheek zich minder als dienstenleverancier zal opstellen, en meer als partner in samenwerking. De bibliotheek zal zich actiever en constructiever opstellen in de samenwerking met bibliotheken in de Provincie en met Cubiss. Ook een stadbibliotheek kan niet zonder netwerk en samenwerking. Dit betekent dat medewerkers sterker gericht worden op strategische en profijtelijke samenwerking.
Innovatie
De komende jaren zal de innovatieagenda vooral gericht worden op de Stadsformule, versterking van de ict-infrastructuur, deelnemen aan de landelijke digitale bibliotheek en het verwerven van digitale content, ook uit de stad.
Brainport Library
17
13. Modulaire aanpak De bibliotheek gaat uit van een modulaire aanpak in de financiering van de gesubsidieerde diensten. De basis van de dienstverlening wordt gebundeld in de centrale bibliotheek, inclusief de digitale bibliotheek. Daar wordt aan toegevoegd een dienstenpakket voor basisscholen in de stad. Daaraan kan bij voldoende financiering (gemeente en/of eigen bijdragen) modulair aan worden toegevoegd:10 • • • •
Bibliotheekpunten Schoolbibliotheek, ict en leesconsulent Bibliobus Microdienstverlening in wijken
De Topbibliotheek wordt geheel door de Provincie gefinancierd. Diensten aan voortgezet onderwijs en mbo zal geheel uit middelen van scholen zelf gefinancierd worden en dus afhankelijk zijn van koopkrachtige vraag. Hetzelfde geldt voor de Thuisbibliotheek als gemaksservice aan inwoners van de stad.
14. Risico’s Naast veel kansen ziet de Bibliotheek Eindhoven ook zakelijke risico’s in de aanzienlijke veranderingen die gaan plaatsvinden. Enkele: • • • • • •
Inkomsten uit abonnementen lopen sterker terug dan geraamd door sluiting van filialen Uitrol van steunpunten kost veel projectinzet Kosten van huidige pilots zijn incidenteel, maat structureel niet gedekt Ontvangende instellingen en scholen wensen een vergoeding voor de huisvesting Begeleiding van een grote groep vrijwilligers van instellingen en scholen is formatief niet begroot Uitrol van de landelijke infrastructuur vertraagt
Resultaat uit deelneming in De Witte Dame BV wordt op nihil gesteld. Eventuele terugloop in verhuur heeft dus geen invloed op de resultaten van de bibliotheek. Door de accountant van de gemeente is aangeraden een strikte scheiding aan te houden in de resultaten van De Witte Dame en de Bibliotheek Eindhoven. Dat wordt doorgevoerd vanaf de begroting 2012.
10
Zie bijlage spreadsheet net doorgerekende modules
Brainport Library
18
Bijlage 1 Opdracht gemeente Eindhoven a. Richtinggevende notitie Kern van het beleid van de gemeente Eindhoven is de ‘Richtinggevende notitie bezuinigingen Bibliotheek’ van juli 2011. Dit is een al te ongenuanceerde conclusie die niet afgeleid kan worden uit de aangehaalde rapporten en die ook niet gedeeld wordt door de rijksoverheid, de VNG, het IPO, de Raad voor Cultuur, het Sociaal Cultureel Planbureau en het Sectorinstituut Openbare Bibliotheken. De algemene landelijke opvatting is dat openbare bibliotheken sneller en robuuster moeten omschakelen naar digitale content. Ook dat de infrastructuur op landelijk niveau in hoog tempo moet worden uitgerold. De rol van bibliotheken op het gebied van mediawijsheid en bestrijden van laaggeletterdheid wordt algemeen beoordeeld als effectief en innovatief. In de notitie van de gemeente wordt een wat archaïsch beeld geschetst dat allang niet meer strookt met de realiteit. En van subsidiegeld steken in ‘kernfuncties met een vorm en inhoud die tot sterven gedoemd zijn’ , zoals in de richtingegevende notitie staat, is geen sprake. Het gaat immers om de wijze waarop deze worden uitgevoerd. Leesbevordering en bestrijding van laaggeletterdheid gaat zelfs beter als maximaal gebruik wordt gemaakt van digitale media. Er staan nog steeds veel boeken in de bibliotheek, maar aanzienlijk minder dan tien jaar geleden, de hoeveelheid digitale content groeit en de communicatie met gebruikers verloopt steeds meer via internet en social media. De huidige belemmeringen in de route naar de digitale bibliotheek betreffen minder de strategie in de bibliotheek zelf, maar de traagheid in de uitvoering van landelijke projecten onder regie van het rijk, de versnippering in de landelijke topstructuur die is opgelegd door het Ministerie van OCW, het onvoldoende nakomen door de overheden van de afspraken in het Bibliotheekcharter en het ontbreken van een gezamenlijke visie van de gemeenten, Provincies en het Rijk. Ook het conservatisme van uitgevers en de strenge uitvoering van auteursrecht in Nederland verhindert een voortvarende aanpak. Parallel met de lokale bezuinigingen bij gemeenten neemt de diversiteit in lokale beleidsopvattingen sterk toe. Sommige gemeente vindende ontmoetingsfunctie belangrijk, andere juist niet. De conclusie dat het de branche ontbreekt aan een ‘eenduidige toekomststrategie’ is achterhaald. Medio 2008 publiceerde de branchevereniging ‘De Agenda voor de Toekomst’ en deze agenda is door de overheden geaccepteerd als leidraad voor een ambitieuze toekomstgerichte aanpak.
b. Kernpunten visie gemeente
Brainport Library
19
De beleidsnotitie van de gemeente biedt een aantal aanknopingspunten voor een nieuwe strategie. Een aantal ondersteunende en kritische opmerkingen hierover: o Doorzetten van de in aansluiting op de digitale informatie en de databanken die nu worden aangeboden. In 2012 zal het geautomatiseerde bezit van de bibliotheek toegankelijk worden via de White Label Website van Bibliotheek.nl en gebruik maken van nieuwe widgets en tools. Gegevens worden bovendien geladen in het nieuwe Datawarehouse. o Terecht wijst de gemeente er op dat de rol van de bibliothecaris sterk moet veranderen. Meer dan tot nu toe zal deze een adviserende- en ondersteunende rol gaan spelen in de wereld van digitale informatie, nieuwe gadgets en hardware. Om een nieuwe generatie bibliothecarissen op te leiden is in Nederland de Library School opgericht in samenwerking met de OU. De eerste lichting is gestart en heeft de Bibliotheek Eindhoven, Strijp-S e Strijp-R bezocht. De Bibliotheek Eindhoven neemt initiatieven om deze ontwikkeling te versnellen en te faciliteren, samen met andere bibliotheken die op dit terrein voorlopen en bibliotheken in de regio. De bibliotheek wil uitmuntende diensten leveren in het digitale domein. Dat betekent dat een fors bijscholings- en omscholingsprogramma ingezet gaat worden vanaf 2012.
o Het op grote schaal vervangen van analoge boeken door e-books of via internet beschikbare bestanden is afhankelijk van andere partijen, zoals de overheid en de uitgevers, de rechthebbenden. Dat straks ‘alles’ fulltext beschikbaar is via de Koninklijke Bibliotheek is een illusie. De houdbaarheid van e-books in het huidige format is onduidelijk en voor bibliotheken dus risicovol. De Bibliotheek Eindhoven volgt de mogelijkheden op de voet. o De conclusie dat het analoge boek bijvoorkeur onderwerp moet zijn van regionale samenwerking, delen wij. Op landelijk niveau bestaat reeds lang een netwerk van Topbibliotheken die onderlinge afspraken hebben over domeinen. De Bibliotheek Eindhoven onderhoudt voor het netwerk een informatiecollectie (analoog en digitaal) over ‘kunst en design’. Voor andere domeinen kunnen collecties van andere bibliotheken via internet worden benaderd. Om te voorkomen dat door bezuinigingen de analoge collecties ernstig verschralen, zullen in de regio afspraken worden gemaakt over afstemming van het bezit. o De opvatting dat het aanbrengen van een fors niveau van mediawijsheid bij kinderen prioriteit heeft, delen wij. De bibliotheek biedt op dit moment programma’s aan en zal dit verder ontwikkelen. Het ‘inbouwen’ van bibliotheekprogramma’s in het programma van de school is hierbij uitgangspunt. o Het beëindigen van culturele- en thema-activiteiten is per augustus 2011 doorgevoerd. De bibliotheek blijft deelnemen aan grote landelijke campagnes zoals Boekenweek, Kinderboekenweek, Nederland Leest e.d.
Brainport Library
20
o De digitale catalogus van de bibliotheek en de Aquabrowser, de verbinding met andere digitale catalogi en databanken, ook wereldwijd (Worldcat), digitale diensten zoals reserveren, bestaan al sinds meer dan tien jaar. o De digitalisering en het bieden van service via internet zal leiden tot andere ruimtegebruik en gebruikspatronen. Dat is nu al te zien. De conclusie dat dit zal leiden tot per saldo daling van bezoekersaantallen is voorbarig, gezien de ontwikkeling in de laatste jaren. Wel zal de mogelijkheid tot thuis via internet raadplegen van informatie en regelen van service de noodzaak van een dicht netwerk van vestigingen als ‘mini-bibliotheken’ verminderen. Om het bereik richting inwoners in de wijk in stand te houden kunnen kleine servicepunten gericht op doelgroepen een goede rol spelen. o De bibliotheek als ontmoetingsplaats en plek om te werken en studeren houden wij in stand. Wij willen de service op dit gebied zelfs uitbreiden, gezien de behoefte bij bezoekers aan rustige en goed gefaciliteerde werkplekken met draadloos internet, veel content en catering onder handbereik. Hier is wel degelijk behoefte aan in het publieke domein omdat cafés en restaurants helemaal niet zitten te wachten op mensen die met een geopende laptop uren samen werken en twee koppen koffie verteren. We zijn het met de gemeente eens dat catering niet uit subsidie bekostigd moet worden en daarom zal het leescafé De Verlichting minimaal kostendekkend draaien. Wij zien dit als ondernemersvrijheid van de bibliotheek. o Wij delen de opvatting van de gemeente niet dat de bibliotheek niet toonaangevend en vooral trendvolgend moet zijn. Dit past niet bij de status van ‘slimste regio’ en het concept Brainport. Met partners in de stad willen wij hier forse stappen voorwaarts maken. De Bibliotheek Eindhoven maakt deel uit van de kennisinfrastructuur in de stad en kan aanzienlijk bijdragen aan het bevorderen van ‘digital inclusion’ en het tegengaan van het groter worden van de kloof tussen laag- en hoog-opgeleiden. o De afgelopen 15 jaar is de gemeente een solide partner geweest voor de bibliotheek. In nauwe samenwerking is DeWitteDame gerealiseerd en de omslag naar een multimediale bibliotheek. De gemeentelijke rekensom waaruit moet blijken dat de bibliotheek al te riant is bedeeld, klopt echter niet. De norm ‘instapniveau’ uit de convenanten tussen de drie overheden heeft betrekking op de subsidie per inwoner minus de volledig gesubsidieerde huisvestingslasten. Het is overigens geen norm voor adequaat bibliotheekwerk, maar een ondergrens die in de afgelopen jaren bij onderschreiden leidt tot uitsluiting van rijksmiddelen. Het verwerven van eigen inkomsten is voor de methodiek van deze norm door de overheden niet relevant. Het komt er op neer dat de bibliotheek thans ca. € 19 per inwoner ontvangt volgens de normberekening van de overheden. Na volledig doorvoeren van € mio bezuiniging op subsidie zakt het bedrag tot ca. € 11 per inwoner. Dit is onder de norm voor de kleinste gemeenten. Op dit moment ligt het subsidieniveau per inwoner van de bibliotheken in de grote steden op ca. € 30 per inwoner. Uit recent onderzoek van de DSP-Groep blijkt dat de omvang van de bezuiniging die de gemeente Eindhoven op de bibliotheek wil doorvoeren in landelijke vergelijking met andere gemeenten zeer uitzonderlijk is.
Brainport Library
21
o De keuze om bij sluiting van de filialen in wijken een netwerk van steunpunten in te richten, delen wij. De keuze voor basisscholen, VMBO, wijkcentra als voorkeurlocaties delen wij. Of deze locaties altijd kunnen voldoen aan de eisen die aan een dergelijk steunpunt gesteld moeten worden, zal blijken uit experimenten. o Uit recente berekeningen vanwege de gemeente blijkt dat het bekostigen van een bibliotheeksysteem dat bestaat uit een sobere centrale bibliotheek en een dekkende reeks steunpunten in de stad uit een subsidiebudget van 3 mio, niet realistisch is. Er is een aanzienlijke kloof tussen beschikbare subsidie en de inhoudelijke opdracht van de gemeente. Ook uit nadien door de bibliotheek zelf gemaakte berekening blijkt dat deze kloof onoverbrugbaar is. Dit staat nog los van de middelen die beschikbaar moeten komen voor frictiekosten en transitiekosten. Indien de bibliotheekvoorziening bekostigd wordt uit 3 mio subsidie van de gemeente en hiervoor slechts een sobere centrale bibliotheek kan worden geëxploiteerd, ontstaat een situatie die in strijd is met de bepalingen in de Wet Specifiek Cultuurbeleid.
Groot gemis in de notitie van de gemeente is de eigen oriëntatie op de beleidsrelevantie van de functies van de bibliotheek. De Bibliotheek Eindhoven is een lokale voorziening die wil aansluiten bij gemeentelijk beleid. Minder interessant is dan op welke wijze de bibliotheek boeken en informatie distribueert, maar juist wel welk maatschappelijk effect de programma’s van de bibliotheek hebben op de stad, wijken, scholen en de inwoners. In het herontwerp van de subsidierelatie zal dit aspect meer profiel moeten krijgen, zodat de bibliotheek zich meer en meetbaar kan richten op gewenste outcome en effect. Dit betekent tevens dat de subsidie deels verstrekt gaat worden uit andere bronnen dan cultuurbeleid, maar uit middelen voor burgerparticipatie, onderwijs, educatie, informatie en technologiebeleid.
Brainport Library
22
Bijlage 2 Overheden, wetgeving en regelingen Overheden De Commissie Meijer11 adviseerde in 1999 in opdracht van de rijksoverheid de bibliotheeksector te reorganiseren en daarmee beter in staat te stellen te beantwoorden aan nieuwe eisen in de samenleving. Het proces van vernieuwing en schaalvergroting dat vervolgens door de gezamenlijke overheden werd ingezet heeft geleid tot12: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j.
Daling aantal bibliotheekorganisaties van 400 tot circa 160 80% van de bibliotheken voldoet aan certificeringnormen13 Richtlijn Basisbibliotheken (kernfuncties) en Kostentoerekening14 Bestuursconvenanten tussen VNG, IPO en Rijk (Koepelconvenant, Bibliotheekcharter)15 Oprichting Sectorinstituut (subsidie Rijk)16 Professionalisering toezicht, bestuur en management Aanzet tot vernieuwing van bestaande bibliotheekwetgeving17 Oprichting Stichting Bibliotheek.nl (landelijke ict-infrastructuur en content) Landelijke benchmarkinformatie Hechtere samenwerking op provinciaal niveau
Op dit moment wordt het landelijk kader voor openbaar bibliotheekwerk gevormd door de bepalingen uit de Wet Specifiek Cultuurbeleid(WSC), de landelijke Richtlijn Basisbibliotheken, de certificeringsnormen en het Bibliotheekcharter. Er wordt op dit moment gewerkt aan een voorstel tot wijziging van de wetgeving. De Minister van OCW heeft de voorbereiding van nieuwe wetgeving vertraagd18. Ook de nota Kunst van Lezen heeft sterke raakvlakken met de functies van openbare bibliotheken. Leesbevordering, bestrijden van laaggeletterdheid en samenwerking tussen culturele instellingen en het onderwijs zijn hierbij speerpunten.
Wet Specifiek Cultuurbeleid
11
Rapport Stuurgroep herstructurering openbaar bibliotheekwerk, Open Poort tot Kennis, 1999 Zie: Encyclopedie Openbaar Bibliotheekbeleid (2008) 13 Certificeringsnormen worden op voorstel van de onafhankelijke Stichting Certificering goedgekeurd door de VNG én de branchevereniging van openbare bibliotheken, de VOB 14 Richtlijn Basisbibliotheek, VNG/VOB 15 Zie Ledenbrief VNG d.d. 28 januari 2010 16 SIOB, zie www.siob.nl 17 Wet Specifiek Cultuurbeleid 18 Brief Minister Zijlstra aan de Tweede Kamer, 11 juli 2011 12
Brainport Library
23
De WSC bepaalt - indien de gemeente een openbare bibliotheek bekostigt of in stand houdt dat: a. b.
Invoeren van jeugdcontributie tot maximaal 50% van de contributie voor volwassenen, afhankelijk is van een besluit van het College De gemeente deelname aan leenverkeer en netwerken bevordert door het maken van afspraken over: • deelname aan het lokaal, provinciaal en landelijk netwerk • het verzamelen, ontsluiten en ter beschikking stellen van (overheids)informatie • de centrale catalogus en de automatisering • bibliotheekwerk voor doelgroepen • schoolmediatheekwerk, samenwerking met educatieve en culturele instellingen • provinciaal afstemmen aanbod op gebruikers van hoger beroepsonderwijs of de volwasseneneducatie • aspecten van het regionale cultuur- en welzijnsbeleid
Bibliotheekcharter Het Bibliotheekcharter is een overeenkomst die in december 2009 is gesloten tussen Rijk (Min. OCW), IPO en de VNG. Het charter volgt op een eerder convenant, het Koepelconvenant dat vooral betrekking had op schaalvergroting, versterking en vernieuwing van de openbare bibliotheken. In het charter ligt de nadruk op de bijdragen die de drie overheden zullen leveren aan de verdere ontwikkeling van de sector. In het charter wordt terug verwezen naar de eerdere afspraken over het zgn. instapniveau; dit is het berekende minimumbedrag subsidie per inwoner, excl. huisvestingskosten, dat nodig is om een bibliotheek te exploiteren die deel kan nemen aan het netwerk van bibliotheken. Speerpunten zijn de ontwikkeling van de digitale bibliotheek, landelijk collectiebeleid en certificering.
Richtlijn voor Basisbibliotheken De Richtlijn voor Basisbibliotheken definieert de kernfuncties van openbare bibliotheken. In de afgelopen jaren is er overeenstemming ontstaan tussen de overheden over het toekennen van prioriteit aan drie kernfuncties: lezen, leren en informeren. De structuur en terminologie uit de Richtlijn wordt door overheden en bibliotheken gebruikt als gezamenlijk begrippenkader.
Certificering De overheden hebben destijds de branche opgedragen een certificeringsystemen ontwikkelen. De normen worden ter goedkeuring voorgelegd aan de VNG en de VOB en worden onderhouden door het Sectorinstituut. De Stichting die de audits uitvoert en het certificaat toekent, is onafhankelijk en het bestuur is samengesteld uit kringen van gemeenten en bibliotheken. De Brainport Library
24
certificeringsnorm is opgebouwd volgens de indeling van het INK-model en bestaat uit eisen met betrekking tot organisatiegebieden (leiderschap, strategie en beleid, management van medewerkers, middelen en processen) en eisen met betrekking tot resultaatgebieden (tevredenheid van klanten, partners, medewerkers en subsidiegevers/financiers). In de statuten van de VOB staat dat het beschikken over het certificaat voorwaarde is voor lidmaatschap. De VOB koopt namens de leden o.a. digitale content in voor de landelijke digitale bibliotheek, is eigenaar van licenties, treedt op als vertegenwoordiging bij Cao-onderhandelingen en onderhandelingen over auteursrechtelijke vergoedingen. Bezuinigingen op subsidies
Een grote meerderheid van de gemeenten geeft aan dat zij gaat bezuinigen op het bibliotheekwerk. In 2011 onderzocht de DSP-groep de bezuinigingen op cultuur en bibliotheken19. Hieruit blijkt het volgende:
o Eind 2009 en begin 2010 hebben veel bibliotheken te maken gekregen met aangekondigde bezuinigingen. Omdat er zowel op gemeentelijk als op provinciaal niveau bezuinigingen worden aangekondigd, kan het cumulatieve effect hiervan de sterkte van het bibliotheekstelsel op provinciaal en landelijk niveau aantasten. o Ruim 93% van de bibliotheken krijgt de komende jaren te maken met bezuinigingen. Bij de rest (7%) zijn geen aankondigingen of vaststellingen van bezuinigingen. o Het aantal vastgestelde bezuinigingen blijft in de periode 2010-2013 stabiel rond 20% van de bibliotheken: 19% in 2010, 21% in 2011, 18% in 2012 en 18% in 2013. o Aangekondigde bezuinigingen nemen flink toe vanaf 2011: respectievelijk 24% in 2010, 51% in 2011, 56% in 2012 en 48% in 2013. o Van de gemeenten legt 10% in 2010 vastgestelde bezuinigingen op aan bibliotheken. Dat percentage wijzigt in opvolgende niet veel (respectievelijk 13/12/11%). Aangekondigde bezuinigingen lopen wel op: In 2010 11%, 2011 34%, 2012 43% en 2013 39%. o De meeste bibliotheken krijgen te maken met bezuinigingen tussen 1% en 8%, met een gemiddelde van 3,2%. Een klein deel van de bibliotheken met 45% en ieder jaar twee, drie of vier bibliotheken die tussen 10% en 20% gaan bezuinigen (vastgesteld). o Vanaf 2012 heeft een behoorlijk aandeel van de bibliotheken te maken met hoge aangekondigde bezuinigingspercentages, met een gemiddelde van 12,2% in 2012 en 17,2% van de totale exploitatie in 2013. 19
Bezuinigingen van gemeenten en provincies op kunst en cultuur, DSP-groep, februari 2011
Brainport Library
25
o Zowel het aantal bibliotheken dat te maken heeft met bezuinigingen als de hoogte van bezuinigingen nemen fors toe vanaf 2012. Van de bibliotheken (N=8) heeft 7%te maken met bezuinigingen van 30- 45%: 4 in Gelderland, 2 in Noord-Brabant, 1 in Drenthe en 1 in Noord- Holland. De extreem hoge bezuinigingen treffen bibliotheken van elke grootteklasse.
Uit rapport DSP-groep:
Nieuwe regels? Gemeenten dringen via de VNG aan op vernieuwing van de richtlijnen die in de afgelopen jaren zijn opgesteld door de gezamenlijke overheden. De bestaande richtlijnen worden door verschillende gemeenten beschouwd als een keurslijf om subsidies drastisch te verlagen. Gemeenten geven in tegenstelling tot enkele jaren geleden geen prioriteit meer aan een goede spreiding van voorzieningen, maar streven uit kostenoverwegingen naar concentratie en centralisatie van voorzieningen. Besparingen worden dan vooral gerealiseerd door daling van de huisvestingskosten. Het ‘instapniveau’ dat door de overheden is overeengekomen betreft een minimum aan subsidie per inwoner, exclusief huisvestingslasten. ‘Instappen’ had betrekking op de erkenning als ‘basisbibliotheek’ van voldoende schaalgrootte en voldoende middelen. Beneden dit niveau konden bibliotheken niet deelnemen aan vernieuwingsprogramma’s van rijk en provincies en profiteren van extra rijkssubsidies. Gemeenten moesten destijds schriftelijk verklaren dat dit niveau werd gehaald. Enkele gemeenten in Nederland komen na bezuinigingen onder dit niveau terecht, zeker als rekening wordt gehouden met inflatie-effecten. Als argument tegen handhaven van deze norm wordt aangevoerd dat modern digitaal bibliotheekwerk en minder ‘bakstenen’ goedkoper zou zijn dan de traditionele bibliotheek. Dat is de vraag. Minder nevenvestigingen is qua huisvesting goedkoper. Maar als de ambities rond optimaal bereik gehaald moeten worden door vervangende vormen van dienstverlening, nemen de kosten weer fors toe. Ook de veronderstelling dat er sprake is van een forse krimp van het mediabezit direct zal leiden tot lagere kosten is onvoldoende onderzocht. In de praktijk verschuiven de kosten van bibliotheekwerk van grafische media naar kostbare ict- en digitale voorzieningen en een groeiende behoefte aan werk- en studie-plaatsen en de noodzaak van een goede presentatie van media en informatie. Deze verschuiving is onderdeel van het Bibliotheekcharter. Brainport Library
26
Bijlage 3 Resultaten tot nu toe
Bibliotheek Eindhoven Het doorontwikkelen in de afgelopen jaren van de functies van de bibliotheek is gebaseerd op de Richtlijn voor Basisbibliotheken20 . De vijf kernfuncties die hierin zijn geformuleerd, zijn leidraad geweest voor de activiteiten. De functies cultuur en ontmoeting en debat maken hier deel van uit. Medio 2011 heeft de bibliotheek de activiteiten binnen deze twee kernfuncties sterk ingekrompen in opdracht van de gemeente Eindhoven en parallel aan de bezuiniging. Het bereik van de dienstverlening van de bibliotheek is groot. In tegenstelling tot veel andere openbare bibliotheken is de Bibliotheek Eindhoven de afgelopen jaren in staat geweest forse resultaten te boeken.
Resultaten
Leners Uitleningen/verlengingen Bezoekers
2006
2010
36.551
52.962
1.651.626
1.737.500
911.030
957.171
Het bereik van de dienstverlening in het onderwijs is groot. Van de 76 basisscholen maken 68 scholen structureel gebruik van de ondersteunende diensten. Van de scholen voor voortgezet onderwijs maken 23 scholen gebruik van onze diensten. Daarnaast maken 11 instellingen voor ouderen, 28 instellingen voor kinderopvang, 48 peuterspeelzalen en het Centrum voor Jeugd en Gezin gebruik van de diensten van de bibliotheek. Het realiseren van deze resultaten gaat niet vanzelf. Zoals bij alle dienstverleners moet nu meer dan vroeger moeite gedaan worden om bezoekers aan te trekken, leden vast te houden en nieuwe leden te werven. In de afgelopen jaren is extra inspanning geleverd door doelgerichte ‘marketing’, betere communicatie, training van personeel, aantrekkelijker presentatie en een actueel aanbod op thema’s. Dit heeft positief resultaat gehad. De financiële resultaten waren in de afgelopen jaren goed. Tegenvallers konden door eigen weerstandsvermogen worden opgevangen en door een goed systeem van maandrapportages kon tijdig worden bijgestuurd. De bibliotheek heeft de met de gemeente overeengekomen prestaties 20
Richtlijn voor Basisbibliotheken, VNG/VOB, 2005
Brainport Library
27
helder kunnen rapporteren en naar tevredenheid kunnen leveren. De bibliotheek is heeft daarmee bewezen een betrouwbare partner te zijn en bewezen de subsidie efficiënt en effectief in kunnen zetten. Uit klantenonderzoek blijkt dat bibliotheekgebruikers de dienstverlening waarderen. Hier werd in 2011 een gemiddelde score van een 8 gehaald. Door tijdelijke gebruik te maken van misteryguests heeft de bibliotheek informatie verzameld voor verdere verbetering van de dienstverlening. Scholen die diensten afnemen van de bibliotheek zijn eveneens tevreden over de kwaliteit, wat ook blijkt uit de forse omzet en het bereik. De positie van de bibliotheek in het netwerk van bibliotheken is goed. De bibliotheek ontvangt uit Provinciale middelen structureel een bedrag van € 2,5 ton jaarlijks voor topdiensten die aan het netwerk worden geleverd. Regelmatig fungeert de bibliotheek als pilot-locatie voor innovaties die extern worden gefinancierd. De zoekmachine Aquabrowser is ontwikkeld in samenwerking tussen Medialab BV en de Bibliotheek Eindhoven en nu in de hele branche en daarbuiten in gebruik.
Samenvattend: de Bibliotheek Eindhoven is een vitale, betrouwbare en gewaardeerde organisatie met een ongeëvenaard publieksbereik.
Bijlage 4
Branche De branchevereniging van bibliotheken onderhandelt permanent met uitgevers, auteurs en de boekhandelbranche over het vrij beschikbaar maken van digitale informatie tegen een redelijke vergoeding, maar ontmoet daar massieve weerstand. Succesvol is het via de branchevereniging inkopen van licenties op databanken die niet openbaar via internet zijn te raadplegen. Op dit moment zijn 60 databanken beschikbaar. In deze reeks is ook Worldcat opgenomen, een databank die toegang geeft tot meer dan 10.000 bibliotheken over de hele wereld. Op wereldniveau wordt door de internationale bibliotheeksector samengewerkt met Google. Steeds meer is via openbare bibliotheken informatie beschikbaar die is gekoppeld in de digitale catalogus, zoals publicaties uit kranten en tijdschriften, muziek, afbeeldingen, nieuws, evenementen en informatie uit archieven. Stadsbibliotheken bouwen rond gespecialiseerde thema’s ‘digitale etalages’. De Bibliotheek Eindhoven bouwt een digitale etalage over ‘kunst en design’. Digitale programma’s en portals die in de branche zijn ontwikkeld, zijn op grote schaal in gebruik, zoals Biebsearch, Schoolbieb, Literatuurplein.nl, Jongerenliteratuurplein.nl, Muziekweb.nl, Leesplein.nl.
Brainport Library
28
De ontwikkeling van een universele landelijke portal voor openbare bibliotheken zal in 2012 leiden tot grootschalig implementatie, ook in de Bibliotheek Eindhoven. Ook de aan de bouw van een landelijk Datawarehouse wordt gewerkt en deze zal werkzaam zijn in 2012.
Bijlage 5 Netwerk bibliotheken Eén bibliotheek is géén bibliotheek. De openbare bibliotheken in Nederland vormen een samenhangend netwerk. Op veel terreinen wordt samengewerkt, een paar voorbeelden: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Centrale inkoop en selectie van media Centrale inkoop digitale content en licenties Ontwikkelen programma’s zoals Boekstart, Voorleesexpress, Bibliotheek.nl Ontwikkelen retailformules Cursussen en bijscholing Ontwikkelen marketinginstrumenten Werkgeverschap, hrm en CAO Vervoersdiensten Provinciale programma’s met Cubiss (provinciale serviceorganisatie) Netwerk Topbibliotheken Library School CPNB en landelijke campagnes Bibliotheekvoorziening voor blinden en slechtzienden Certificering en audits Inkoop van diensten (ict, energie, bibliotheekapplicaties) Interbibliothecair leenverkeer en ‘gastlenen’ Afstemming tarieven abonnementen Onderzoek (SIOB) Onderhandelingen leenrecht (StOL) Internationale contacten via IFLA, lobby in EU
Dit betekent dat elke afzonderlijke bibliotheek gebruik maakt van een uitgebreid pakket aan gezamenlijk ontwikkelde en centrale of provinciale diensten. Dat betekent dat op veel terreinen kostenefficiënt gewerkt kan worden. De Bibliotheek Eindhoven maakt hier maximaal gebruik van en levert ook een actieve bijdrage. Op dit moment is mede op initiatief van de Bibliotheek Eindhoven de samenwerking in de regio weer op de agenda gezet. Een project is recent van start gegaan en wordt gefaciliteerd door Cubiss.
Brainport Library
29
Bijlage 6 Trends, context en kansen
De Bibliotheek Eindhoven beweegt mee met trends in de samenleving. Om trends te detecteren maakt de bibliotheek gebruik van publicaties van de gemeente Eindhoven, de branchevereniging VOB, het sectorinstituut SIOB en het Sociaal Cultureel Planbureau. De relevante trends zijn als volgt samen te vatten: a. Gemeente Eindhoven21 o o o o o o o o o o
Kwetsbare arbeidsmarktpositie van laag-geschoolden Toename mensen op bijstandsniveau en huishoudens die moeilijk rond kunnen komen Veel mensen afhankelijk van een uitkering Toenemende kloof in de samenleving tussen arm en rijk Beperkte stage- en leer-plaatsmogelijkheden voor jongeren, vooral in MBO Groeiend succes voor de Dutch Design Week Uitstraling en woonklimaat zijn verbeterd, sociale cohesie op zelfde niveau Cultuurparticipatie is gelijk gebleven, evenals bezoek aan Eindhovense instellingen Burgerparticipatie nog onvoldoende De mensen met een laag inkomen blijven achter als het gaat om meedoen op de terreinen werk, zorg sport, cultuur en onderwijs Een lage opleiding, een hoge leeftijd of een nietwesterse herkomst verlagen de kans op sociale en maarschappelijke participatie.
b. Branche bibliotheken De branche van openbare bibliotheken heeft de afgelopen jaren een proces van vernieuwing ingezet, gestimuleerd en gestuurd door afspraken22 tussen de gemeenten, Provincies en de rijksoverheid. In 2008 publiceerde de Vereniging van Openbare Bibliotheken de strategische agenda voor de openbare bibliotheken in Nederland onder de titel ‘De agenda voor de toekomst’ . Hierin worden drie beleidsprogramma’s geschetst rond het thema ‘De Nieuwsgierige Nederlander’: o Inspelen op de veranderende behoefte o Verbetering van aanbod en service o Verbetering infrastructuur en beschikbaarheid
21 22
De Eindhovense Stadsmonitor 2011, signalen voor beleid, gemeente Eindhoven Koepelconvenant, Bibliotheekcharter, zie bijlage
Brainport Library
30
Daarnaast werken bibliotheken met de branchevereniging aan innovatie. Deze projecten betreffen ondermeer: a. Vernieuwen van de landelijke digitale diensten infrastructuur, wat zal leiden tot een voor iedereen en/of leden eenvoudig toegankelijk en groot aanbod aan content en diensten b. Landelijke diensten en landelijke portal Bibliotheek.nl c. Verbetering opleidingen personeel en management (Library School i.s.m. OU) d. Samenwerking met Koninklijke Bibliotheek, Universiteitsbibliotheken, uitgevers en media-instellingen e. Ontwikkelen marketinginstrumenten en franchiseformules f. Sterk uitbreiden landelijke inkoop digitale content g. Standaardisering ict h. Ontwikkelen media-educatie en deelname aan Mediawijsheid Expertisecentrum i. Participatie in Rijksprogramma ‘Kunst van Lezen’ j. Ontwikkelen nieuwe concepten voor servicepunten, deelname aan brede scholen en ontwikkelen nieuwe samenwerkingsvormen met andere werksoorten
c. Algemeen Een uitgebreide analyse van de veranderende omgeving van bibliotheken is te vinden in het rapport ‘De openbare bibliotheek tien jaar van nu’ van het SCP23 . Relevante ontwikkelingen die worden gesignaleerd zijn:
o o o o o o o o
Veranderende leeftijdsopbouw en regionale krimp aantal inwoners Huishoudens worden kleiner; meer alleenstaanden Attitudes ten opzichte van lidmaatschap veranderen; Vrijwilligerswerk wordt meer tijdelijk en adhoc Werkende ouders hebben minder vrije tijd Groeiende groep ouderen heeft meer vrije tijd (en geld) Vrije tijd: minder lezen, minder televisie kijken, meer achter de computer Computers zijn in de meeste huishoudens aanwezig; ouderen en lager opgeleiden halen hun achterstand in (informatie en communiceren)
Overige relevante trends zijn (SCP): o o o o 23
Digitalisering: meer content en diensten, sneller, personaliseerbaarheid Democratisering productie- en distributie-middelen Technologische convergentie: media- en informatie-kanalen groeien naar elkaar toe E-books, publishing-on-demand
SCP, Huysmans, april 2008
Brainport Library
31
o Democratisch recht op informatie neemt nieuwe vormen aan in digitale tijdperk o Prioriteit boek- en leesbevorderingsbeleid van de overheid Het recente SCP-rapport ‘De sociale staat van Nederland’ 24bevat een reeks actuele analyses. Een aantal opmerkingen, conclusies en analyses uit dit rapport: o Sociale ongelijkheden zullen verscherpen o Opleidingsniveau blijft een sterke voorspeller van verschillen in leefsituatie o In het bereik van gecanoniseerde cultuur werden verschillen naar opleiding de afgelopen jaren iets groter o Het gebruik van televisie, radio en krant blijft door de tijd stabiel, terwijl het internetgebruik explosief is gestegen. Vooral de laagopgeleiden hebben op dit vlak een inhaalslag gemaakt, maar liggen nog ver onder het niveau van internet deelname door hoogopgeleiden. o Het percentage van de volwassen Nederlandse bevolking dat dagelijks het internet voor privédoeleinden benut is tussen 2002 en 2008 meer dan verdubbeld. o Driekwart van de hoger opgeleide Nederlanders gebruikt het internet voor persoonlijke redenen, terwijl dit bij de laagopgeleiden ver onder de helft lag. o Bij internetgebruik speelt niet alleen opleiding, maar ook leeftijd een belangrijke rol. Jongeren besteden twee keer zo veel tijd aan online computergebruik als de bevolking als geheel (Huysmans en De Haan 2010). o Televisiekijken, radio luisteren en krant lezen gebeurt vaker via internet. En dit niet meer alleen via de computer, maar ook steeds vaker via mobiele toestellen zoals smartphones en tablets. o De aandelen kunstbezoekers en kunstbeoefenaars waren in 2007 wat hoger dan in 1999 o Onder de laagopgeleiden daalde het bezoek aan gecanoniseerde kunst (museum of klassiek concert), maar groeide het bezoek aan populaire kunst (popconcert, musical of film). o Als de prijs van boeken en kranten met 1% zou stijgen, de vraag ernaar op korte termijn zou dalen met respectievelijk 0,84% en 0,26%. Boeken zijn dus prijsgevoeliger dan kranten. o Ook het kopen van boeken hangt samen met het inkomen. Als het inkomen met 1% zou toenemen, zou de vraag naar boeken stijgen met 1,57%. o Het lidmaatschap van een bibliotheek, ten slotte, zou bij een prijsstijging van 1% dalen met 0,37%. o Particuliere steun kan nooit op korte termijn de jarenlange positie van overheidssteun innemen (een verdrievoudiging van de giften vult slechts een tiende van het totale ontstane gat, zeker niet in een klimaat waarin rond dergelijke steun een sfeer hangt van ‘gaten vullen’ o Op dit moment zullen veel leerlingen met onderwijsachterstanden het fundamentele referentieniveau niet halen o Slechts 64% tot 71% van de nietwesterse leerlingen met middelbaar of hoogopgeleide ouders haalt de basisstandaard voor bijvoorbeeld begrijpend lezen, en van niet westerse leerlingen met lageropgeleide ouders is dat slechts 48%. 24
De Sociale Staat van Nederland, SCP, november 2011
Brainport Library
32
o Scholen moeten meer ambitie moeten tonen en meer dan nu opbrengstgericht gaan werken o Het beleidsstreven om in 2011 alle doelgroepkinderen in een vroegschools educatieprogramma te hebben zitten, lijkt nog ver weg. Sinds 2006 is het geld voor de vve niet langer geoormerkt en zit het in de algemene middelen voor achterstandsbestrijding van scholen. Als gevolg daarvan zijn op 69% van de scholen vroegschoolse educatieprogramma’s afgebouwd, afgeslankt en/of is de uitvoering achteruitgegaan (bv. Grotere klassen). o Recenter onderzoek naar leesvaardigheid van volwassenen laat zien dat het percentage laaggeletterden nauwelijks is afgenomen; dat lag en ligt nog steeds rond 10% o De verwachting is dat, bij ongewijzigd beleid, in 2020 nog steeds 10% van de bevolking laaggeletterd zal zijn. Met het nieuwe Actieplan Laaggeletterdheid 2012-2015 richt het kabinet zich nu op zowel kinderen als volwassenen en naast taal en leesvaardigheid ook op rekenvaardigheid. De activiteiten vinden, behalve in de volwasseneneducatie, ook plaats in buurten en in bedrijven. o De landelijke doelstelling om het voortijdig schoolverlaten voor 2011 terug te brengen tot 8% is niet gehaald. In het Regeerakkoord wordt nu gesproken over het streven de uitval terug te brengen naar 25.000 jongeren (nu nog 39.000). Jongeren haken veel vaker af in het middelbaar beroepsonderwijs dan in het voortgezet onderwijs. o Op dit moment is de basis niet op orde. Veel leerlingen en studenten missen essentiële basiskennis op het gebied van taal en rekenen/wiskunde; de (internationale) prestaties gaan eerder achteruit dan vooruit. Ruim 14% van de 15jarige leerlingen is laaggeletterd, wat goede onderwijsprestaties en participatie in de samenleving in de weg staat. o Naar het zich laat aanzien is voor veel leerlingen met onderwijsachterstanden het basale of fundamentele referentieniveau niet haalbaar en een deel slaagt er niet in het basale niveau voor de arbeidsmarkt, de startkwalificatie, te behalen. Voor degenen zonder diploma in het voortgezet onderwijs wordt het door het afschaffen van de drempelloze instroom bovendien moeilijker om een startkwalificatie te halen. Dat maakt het tegengaan van voortijdig schoolverlaten nog urgenter. Die uitval is de afgelopen jaren al flink afgenomen (van 15% in 2001 naar 10% in 2010), maar is nog wel hoger dan het streefcijfer van 8%.
d. Digitalisering De ontwikkelingen op het gebied van informatietechnologie en digitale informatie zijn stormachtig en de opeenvolging van nieuwe toepassingen, gadgets en communicatiemogelijkheden lijkt te versnellen. Dit heeft de afgelopen 15 jaar grote gevolgen gehad voor openbare bibliotheken. Bibliotheken waren al in de jaren tachtig van de vorige eeuw actief met het automatiseren van bezit en het administratief verwerken van massale transacties. Daarna ging de ontwikkeling snel. Opereerden openbare bibliotheek eerder in een wereld van schaarste, nu in een wereld van overvloed. Keerzijde is dat de massa informatie die via internet beschikbaar is, gegroeid is naar een amorf moeras van data, reclame, rijp en groen. Hierin als individu de weg vinden naar betekenisvolle en betrouwbare informatie is hogere kunst geworden, die de gemiddelde internetgebruiker niet beheerst. Docenten die scripties moeten beoordelen die gevuld zijn met lukraak bijeen ge-google-de informatie worden hier soms radeloos van. Brainport Library
33
De verdere digitalisering zal van grote invloed zijn op de content, service en logistiek van bibliotheken. Bibliotheken zullen nieuwe manieren ontwikkelen om de publieke opdracht uit te voeren, meer waardevolle content kunnen verbinden en betekenis kunnen geven voor hun gebruikers. De rol van de eigen collectie blijft, maar wordt beperkter, de rol van informatietechnologie wordt groter en de bibliotheek wordt een voorziening die steeds meer thuis integraal is te benaderen voor content, advies en service. De rol van de bibliothecaris verandert, maar wordt steeds belangrijker. Contact tussen bibliotheek en gebruikers, gebruikersgroepen wordt directer. Bibliotheekgebruikers gaan bijdragen aan de content en de bibliotheek gebruiken als platform voor uitwisseling. Het stellige optimisme dat alle informatie en literatuur gedigitaliseerd via internet of digitaal voor iedereen beschikbaar is via een handige gadget, altijd en overal, wordt door een aantal taaie factoren in de weg gezeten: strikt auteursrecht, conservatisme van uitgevers, het belang van commerciële handel in informatie en soms door directe overheidsbemoeienis. Recent oordeelde bijvoorbeeld de rechter dat de gemeente Capelle aan de IJssel de openbare bibliotheek niet verplicht kon opleggen om een internetfilter te installeren. Vanuit het perspectief van consumenten en bibliotheken verandert er voorlopig niet zoveel: boeken en e-books zijn handel en het vrije gebruik en de verspreiding zal uit commerciële en auteursrechtelijke overwegingen ingeperkt blijven worden. De mogelijkheid van digitaal copieren maakt uitgevers kopschuw, wat leidt tot een groeiend illegaal circuit. Werk wat auteursrechtelijk vrij is, is via internet en de bibliotheek op grote schaal beschikbaar. Of de e-books die nu worden uitgegeven langjarig gebruikt kunnen worden op steeds nieuwe gadgets, is de vraag. Voor consumenten minder belangrijk, voor bibliotheken wel, omdat het een taak van bibliotheken is de zgn. long-tail ter beschikking te stellen. De stelling van de gemeente Eindhoven dat de openbare bibliotheek overbodig wordt, zodra ‘alles’ via internet vrij beschikbaar is, is onjuist. Leesbevordering heeft weinig te maken met de economische beschikbaarheid, maar met het stimuleren van lezen en informatiegebruik op zich. Voor bibliotheken zou het uitlenen van digitale boeken juist een groot voordeel zijn uit logistiek oogpunt. De vergelijking van een hogeschool bibliotheek met een openbare bibliotheek gaat hier mank. Studenten hebben informatie nodig voor hun studie; er hoeft hier niets bevorderd te worden, slechts efficiënt ter beschikking te worden gesteld aan een gedefinieerd doelgroep eigen studenten. Uit een recent rapport van SEO Economisch Onderzoek blijkt dat de ontwikkeling van e-books als massaal product naast gedrukt werk, in Nederland traag verloopt. Het aandeel e-boeken in de totale boekenmarkt is vooralsnog klein maar groeit snel. In 2010werden bijna 352 duizend eboeken verkocht (0,7 procent van het totaal aantal A-boeken). In de eerste helft van 2011 werd dit aantal verkochte e-boeken met 327 duizend (ruim 1,2 procent) al bijna geëvenaard,103 en de groei ten opzichte van de eerste helft van 2010 was iets meer dan 150 procent. Figuur 3.12 laat de verkoop van e-boeken tussen september 2009 en april 2011 zien. Deze verkoop groeit sterk en vertoont een seizoenspatroon met pieken rond de kerst, de zomervakantie en de Boekenweek. Bij deze cijfers moet worden aangetekend dat eind 2010 slechts 1,2 procent van alle beschikbare gedrukte titels ook als e-boek beschikbaar was. Medio 2011 was dit met 8.181 titels zo‟n 2,7 procent. Brainport Library
34
Bijlage 7 Leesgedrag
Uit onderzoek blijkt dat de hoeveelheid vrije tijd die besteed wordt aan lezen, langzaam daalt. Daarnaast groeit het aantal beroepen, waarin het werken met tekst en computers volledig is opgenomen. De vraag is of ‘ontlezing’ in de vrije tijd beschouw moet worden als een vanzelfsprekend verschijnsel. Uit onderzoeken is bekend dat veel lezen een positief effect heeft op woordenschat, opleidingsniveau en verdere carrière25. “Een belangrijk element van de cultuurpolitieke doelstellingen is immers het bevorderen van de publieksparticipatie. Appelman & Van den Broek (2002) formuleren drie mogelijke dimensies bij de invulling van dit begrip: (1) Participatie door zo veel mogelijk mensen of uit zoveel mogelijk lagen van de bevolking; (2) Lezen of kopen; (3) Boeken in het algemeen of literair-culturele boeken in het bijzonder (Appelman & Van den Broek, 2002, p. 41). Daarnaast is leestijd dus een relevante indicator. Sinds 1975 is de tijd die mensen besteden aan het lezen van boeken gedaald. De gemiddelde leestijd per week ligt momenteel tussen de 1 en 1,5 uur per week” (Uit: Digitaal gebonden, SEO, 2011)
25
To read or not to read, S.Mol, Universiteit Leiden, 2010 en Meer lezen, beter in Taal, Kunst van Lezen/Sardes, 2011
Brainport Library
35
Bijlage 8
Uit: wet op het specifiek cultuurbeleid Hoofdstuk IVA. Bibliotheekwerk Artikel 11a Voor het uitlenen van gedrukte werken in openbare bibliotheken aan personen beneden de leeftijd van achttien jaren wordt slechts een contributie of andere geldelijke bijdrage geheven, indien het college van gedeputeerde staten of het college van burgemeester en wethouders dat de openbare bibliotheek bekostigt of in stand houdt daartoe heeft besloten. De contributie of andere geldelijke bijdrage bedraagt ten hoogste de helft van de contributie of andere geldelijke bijdrage die wordt geheven van personen die achttien jaren of ouder zijn. Artikel 11b 1. Onze Minister, de provinciale besturen en de gemeentebesturen bevorderen dat een door hen bekostigde of in stand gehouden voorziening van bibliotheekwerk deelneemt aan het leenverkeer met andere voorzieningen van bibliotheekwerk en dat netwerken worden gevormd overeenkomstig het bepaalde in dit artikel. 2. Het deelnemen aan het leenverkeer houdt in: a. het op verzoek aan een andere voorziening van bibliotheekwerk ter beschikking stellen van bibliotheekmaterialen ten behoeve van gebruikers van die voorziening; b. het op verzoek van een gebruiker doen van een verzoek als bedoeld onder a aan de daarvoor in aanmerking komende voorzieningen van bibliotheekwerk; c. het maken van afspraken met betrekking tot de uitvoering van het bepaalde onder a en b. 3. Een lokaal netwerk bestaat uit de door de gemeente bekostigde of in stand gehouden openbare bibliotheken; een provinciaal netwerk bestaat uit een provinciale bibliotheekcentrale en de lokale netwerken in het gebied waarin deze werkzaam is; het landelijke netwerk bestaat uit de landelijke voorzieningen van bibliotheekwerk en de provinciale netwerken. 4. Het vormen van een netwerk houdt in ieder geval in het maken, schriftelijk vastleggen en het, voor zover de bekostigende overheden daartoe middelen ter beschikking stellen, medewerken aan de uitvoering van afspraken over: a. het verzamelen, opslaan, ontsluiten, toegankelijk maken en beschikbaar stellen van informatie; b. het vervaardigen van een centrale catalogus van bibliotheekmaterialen die in de bij het netwerk aangesloten bibliotheken ter uitlening of inzage beschikbaar zijn; c. het aanschaffen van bibliotheekmaterialen ten behoeve van bij het netwerk aangesloten bibliotheken; d. het bibliotheekwerk voor specifieke categorieën;
Brainport Library
36
e. het automatiseren van de administratie van het uitlenen van bibliotheekmaterialen en van de centrale catalogus; f. het beschikbaar stellen van informatie op het gebied van het openbare bestuur. 5. Het vormen van een lokaal of provinciaal netwerk houdt bovendien in ieder geval in het maken, schriftelijk vastleggen en medewerken aan de uitvoering van afspraken over: a. het schoolmediatheekwerk; b. de samenwerking met culturele en educatieve instellingen; alsmede indien het een provinciaal netwerk betreft, over: c. het zo goed mogelijk laten aansluiten van het aanbod van de bij het netwerk aangesloten bibliotheken op de behoeften van gebruikers die deelnemen aan het hoger beroepsonderwijs of de volwasseneneducatie en op in aanmerking komende aspecten van het regionale cultuur- en welzijnsbeleid; d. de diensten die de provinciale bibliotheekcentrale zal verrichten voor openbare bibliotheken die door gemeenten worden bekostigd of in stand gehouden.
Brainport Library
37
Bijlage 9 Uit: Bibliotheekcharter VNG, Rijk , IPO, 2009
Brainport Library
38
Bijlage 10
Trends gebruik bibliotheek 2006 – 2010
LENERS XL large medium small student 65+ large 65+ medium brabantleden large brabantleden medium 16-17 jr leerlingen VO 14-15 jr jeugd tot 14 jr totaal UITLENINGEN/VERLENGINGEN Volw. Muziek Jeugd subtotaal verlengingen totaal BEZOEKERS
Brainport Library
31-122006
31-122007
2.836 1.571 242 467 1.027 384 1.189 12.082 36.151
31-122008 933 8.779 5.607 896 763 2.956 1.625 237 385 751 5.656 764 19.200 48.552
31-122009 1.361 8.362 5.739 1.046 1.333 3.033 1.738 340 389 874 6.666 876 21.764 53.521
31-122010 1.789 8.030 5.603 741 1.453 3.073 1.724 286 353 496 5.836 719 22.859 52.962
10.002 6.096
9.904 5.873 576
2.792 1.510 259 516 1.168 931 1.284 11.993 36.551 2006 852.876 81.146 607.876 1.541.898 109.728 1.651.626
2007 841.325 77.746 592.757 1.511.828 119.215 1.631.043
2008 819.927 65.975 553.786 1.439.688 166.754 1.606.442
2009 766.479 52.894 566.267 1.385.640 323.238 1.708.878
2010 731.538 43.485 523.107 1.298.130 439.370 1.737.500
911.030
869.375
889.402
941.156
957.171
39
Bijlage 11
Gebruik cultuurinstellingen Eindhoven
Brainport Library
40
Bijlage 12 Fasering sluiting filialen
• • • • • • • •
1 januari 2012 1 september 2012 1 oktober 2012 1 december 2012 1 mei 2013 1 juli 2013 1 september 2013 1 november 2013
Brainport Library
Herzenbroeken Achtse Barrier Gestel Vaartbroek Mensfort Woenselse Heide Strijp Stratum
41
Bijlage 13
Hoofdlijnen krimp personeelsformatie en sociaal plan
Vrijwillige vertrekregeling • Iedereen in de FO kan zich tot 14 januari 2012 aanmelden voor vrijwillig ontslag per 1 februari 2012; • Zij krijgen ontslagvergoeding van 5 maandsalarissen incl. vakantiegeld; • Tevens: sollicitatietraining in februari 2012 (indien gewenst); • Basis: een vaststellingsovereenkomst, met behoud op WW aanspraak.
Vrijwillig: medewerkers 61 jaar en 10 maanden • Krijgen bij vrijwillig vertrek op 1 februari 2012 een aanvulling op hun WW tot 90% van hun inkomen tot pensioengerechtigde leeftijd; • Krijgen tussen 13 en 30 dec. een expliciete uitnodiging van P&O; • Bedenktijd tot 14 januari 2012.
Bij gedwongen ontslag: • Boventalligen die ontslagen worden krijgen een ontslagvergoeding; • Hoogte van de ontslagvergoeding wordt nog nader vastgesteld in overleg met de Vakbond; • Tevens: sollicitatietraining (indien gewenst); • Behoud op WW aanspraak.
Brainport Library
42
Personeelsformatie • Huidige formatie FO (vaste dienst) per 1 december 2011: Functie
FTE
Personen
Shopmanager
3,89 fte
6 medewerkers
Sr. medewerker FO
8,15 fte
12,5 medewerkers
Medewerker FO
18,42 fte
37,5 medewerker
Opruimhulp
0,42 fte
1 medewerker
Sr. Inval medewerker FO
0,00 fte
1 medewerker
30,88 fte
58 medewerkers
•Totaal wegge
Personeelsformatie Datum
FTE benodigd
Boventallig
1 december 2011
30,88 fte
0,00 fte
1 maart 2012
25,70 fte
5,18 fte
1 september 2012
24,63 fte
1,07 fte
1 oktober 2012
23,75 fte
0,88 fte
1 december 2012
22,68 fte
1,07 fte
1 mei 2013
21,80 fte
0,88 fte
1 juli 2013
20,73 fte
1,07 fte
1 september 2013
19,85 fte
0,88 fte
1 november 2013
18,78 fte
1,07 fte
Totaal
18,78 fte
12,10 fte
• verschil tussen benodigd aantal medewerkers op 1 november 2013 en aantal medewerkers in vaste dienst op 1 december 2011 : 30,88-18,78= 12,10 fte
Bijlage 14 Kosten en opbrengsten per module (Zie bijgevoegd spreadsheet)
Brainport Library
43
Bijlage 15. Maatschappelijk effect
Output, effect en beleid Prestaties van gesubsidieerde instellingen worden veelal uitgedrukt in termen van ‘output’. Het gaat dan om meetbare eenheden die betrekking hebben op publieksbereik, de omzet aan diensten en wat de instelling aan activiteiten uitvoert of realiseert. In het geval van bibliotheken gaat het in de meeste gevallen om het aantal uitleningen van media aan abonneehouders, het aantal bezoekers van de bibliotheekvestigingen, het aantal raadplegingen van websites en databanken, het aantal abonneehouders. Het volume van deze kengetallen geeft een indicatie van de omvang van het bereik en het gebruik. Vaak worden deze kwantitatieve cijfers gecombineerd met kwalitatieve gegevens: score tevredenheid gebruikers over dienstverlening, tevredenheid leerkrachten over ondersteunende diensten van de bibliotheek op school en scores op de certificeringsaudit. Geredeneerd vanuit ‘maatschappelijk effect’ (wat leveren de activiteiten op aan maatschappelijke meerwaarde?) zeggen de genoemde kengetallen niet zoveel. Dat veel inwoners de instelling bezoeken of deelnemen aan een activiteit, wil nog niet zeggen dat de inhoudelijke doelstellingen hiermee meetbaar worden gerealiseerd. Er zijn twee redenen om meer nadruk te gaan leggen op maatschappelijk effect: a. De instelling zelf wil weten of het effect wordt bereikt dat men in de visie, missie en strategie zegt na te streven. Op basis van deze wetenschap kunnen activiteiten worden verbeterd, gewijzigd, uitgebreid of beëindigd. b. De subsidiegever wil weten of de inzet van middelen een bijdrage levert aan het realiseren van de eigen beleidsdoelstellingen. Dit sluit aan bij de wens om meer doelgericht te subsidiëren en ‘investeringen’ af te kunnen zetten tegen ‘beleidseffect’.
Terminologie Rond het fenomeen ‘maatschappelijk effect’ is terminologie ontstaan die soms door elkaar wordt gebruikt: • • • • • •
Output (activiteiten, producten van de instelling zelf) Outcome (verandering prestaties deelnemers, situatie in wijken enz.) Impact of effect (effect op prestaties deelnemers, hun toekomst, perceptie, leefsituatie e.d.) Evidence based (werken op basis van bewezen effect en wetenschappelijk onderzoek) Outcome measurement (methodisch meten van outcome) Maatschappelijke kosten en baten analyse (mkba) (econometrisch onderzoek effect, kosten en baten)
Brainport Library
44
• Social return on investment (sroi) (econometrisch onderzoek naar relatie tussen investeringen in middelen en de op geld gewaardeerde opbrengsten) • Monetarisation (op geld waarderen van outcome en effecten)
Effect en onderzoek Het kan bij ‘effect’ gaan om verschillende typen: • Verandering in de maatschappelijke situatie (de buurt is veiliger) • Verandering in prestaties/gedrag/competenties van het individu (minder spijbelen, grotere woordenschat) • Verandering in perceptie (leefbaarheid buurt wordt hoge gewaardeerd) Input, activiteiten en output spelen zich af binnen het systeem van de ‘onderneming’ zelf. Outcome en impact doen zich voor in het systeem van de ‘omgeving’. Het bepalen van de outcome van activiteiten is al lastig; het bepalen van effect of impact is ingewikkeld; het vervolgens monetariseren van effecten is complex en vergt deugdelijk onderzoek aan het begin en aan het eind. In Nederland is het werken met sroi-achtige methoden relatief nieuw en nog onvoldoende doorontwikkeld voor praktische toepassing door fondsen, overheden en instellingen. Het nu nog vooral een zaak van onderzoeksbureaus. Het bureau SEO Economisch onderzoek publiceerde in 2007 het rapport ‘De kunst van investeren in cultuur’. In dit rapport worden drie effecten onderscheiden: Individuele effecten (cultuur vergoot het individuele genot, geluk en welzijn) Sociale effecten (cultuur is een sociaal bindmiddel) Economische effecten (cultuur is goed voor de economie) Voordelen en kanttekeningen Meer focus op effect heeft ontegenzeggelijk voordelen. Voor de euforie losbreekt: er horen ook wat kanttekeningen bij: Voor: • Partijen worden gedwongen bij samenwerking van tevoren goed te formuleren wat de doelen, resultaten en gewenste effecten zijn. Ook wie welke investering doet en welk aandeel in het effect partijen hebben. • Noodzaak 0-metingen • Expliciet verbinden investeringen, subsidies, lasten aan opbrengsten en effecten • Evaluatie op effect • Van ‘wensdenken’ en impliciete veronderstellingen naar focus op zakelijke afwegingen
Brainport Library
45
Kanttekeningen: • • • • • •
Verbinding tussen outcome en geldelijke opbrengst is niet exact Kosten en opbrengsten ontstaan niet altijd bij dezelfde partij Oorzakelijk verband investering en effect per partner moeilijk te bepalen Deadweight: veranderingen die zich ook zonder output hadden voorgedaan Grote nadruk op kwantitatieve gegevens Geen lange-termijn evaluatie, meestal onderzoek over korte tijdspanne
Praktische toepassing De praktische toepassing van het werken met de focus op effect betekent in de eerste plaats dat duidelijk moet zijn welk effect wordt nagestreefd. Dat vaak lastig omdat veel beleidsdoelstellingen zijn beschreven in abstracte termen. In het geval bijvoorbeeld wordt gestreefd naar het ‘tegengaan van onderwijsachterstanden’ , moet er nog hele weg worden afgelegd waarbij helder moet worden: • • • •
Wat exact wordt bedoeld met onderwijsachterstanden Hoe de situatie nu is (onderzoek) en hoe groot de achterstand (ten opzichte van wat) Wat wordt bedoeld met tegengaan Wat het bedoelde effect is van het tegengaan van onderwijsachterstanden (minder uitval, carrriere, tegengaan werkloosheid, vestigingsklimaat bedrijven/arbeidsmarkt verbeteren) • Zijn output, outcome en effect te kwantificeren? • Zijn de effecten te monetariseren? • Welke onderzoeken zijn nodig?
Pas als dit in detail is bepaald, kan een instelling bekijken welke inspanning (investering) moet worden gepleegd om output te realiseren waarmee het effect te kan worden bereikt. In feite is dit het ‘omgekeerd’ ontwikkelen van diensten en producten.
Onderzoek Bij onderzoek is het verstandig eerst na te gaan of er al onderzoek beschikbaar is dat kan worden gebruikt. Er is vaak meer beschikbaar dan aanvankelijk gedacht. Gemeenten, de VNG, SGBO, SCP, SEO, Provincies, Onderwijsinspectie, scholen beschikken over heel veel onderzoeksmethoden en gegevens. Voor onderzoeksgegevens over de effecten van leesbevordering beschikt de Stichting Lezen en het SIOB over een schat aan gegevens. Met deze gegevens is vaak een goede brug te slaan tussen output en outcome van bibliotheekdiensten en de impact. Zo is bekend uit onderzoek dat additionele inzet van de openbare bibliotheek in het programma op de basisschool bij leerlingen leidt tot meer lezen, groter leesplezier, grotere groei van de woordenschat. Uit onderzoek blijkt vervolgens dat het effect is dat deze kinderen later beter Brainport Library
46
scoren in het vervolgonderwijs en meer bereiken in hun latere werk. Ook dat het groeiend vermogen om zich goed uit te drukken, een beter inlevingsvermogen, wat weer leidt tot afname van agressie.
Bibliotheek Eindhoven In de plannen van de Bibliotheek Eindhoven spelen een aantal ‘effectgebieden’ een rol: • Effecten van leesbevordering en lezen bij kinderen (woordenschat, taalvaardigheid, literaire competenties) • Effecten van programma’s gericht op bestrijden van laaggeletterdheid bij volwassenen (zelfredzaamheid) • Effecten van programma’s die gericht zijn op ‘digital inclusion’ (o.a. skills) • Effecten van programma’s gericht op wijken en wijkbewoners (leefbaarheid)
Brainport Library
47
Literatuur • • • • • • • • • • • • • •
Richtinggevende notitie bezuinigingen bibliotheek, gemeente Eindhoven, 2011 Stadsmonitor, Gemeente Eindhoven De bibliotheek 10 jaar naar nu, SCP De sociale staat van Nederland 2011, SCP De agenda voor de toekomst, VOB De Brabantse burger en de bieb, BNB Digitaal gebonden, onderzoek naar de functionaliteit v an een vaste prijs voor het e-boek, SEO Encyclopedie Openbaar Bibliotheekbeleid, VNG (2008) Bezuinigingen van gemeenten en provincies op kunst en cultuur, DSP-groep, februari 2011 To read or not to read, S.Mol, Universiteit Leiden, 2010 Meer lezen, beter in Taal, Kunst van Lezen/Sardes, 2011 De aanpak van laaggeletterdheid door openbare bibliotheken, SIOB/Research voor Beleid, 2011 (Uit: Manifest over de Openbare Bibliotheek (Unesco 1994)) The Top Seven Intelligent Communities of 2011; Health in the Intelligent Community, 1 June 2011
Brainport Library
48