BOUWschriftje Onderwerp: Inhoud: Omvang: Publicatiedatum: Auteur:
Netwerkplanning Rekenmethode van Precedence 6 pag. 10 juni 2013 Goost
Info: Voor het aansturen van bouwwerken worden veelal staafschema’s (Gantt) gebruikt. Zekunnen heel gemakkelijk met de hand worden gegetekend. Tegenwoordig worden ze meestal met de computer gemaakt. Dat geeft de mogelijkheid om de processen sneller door te rekenen en allerlei afgeleide informatie te ontwikkelen. De computertechniek die hierbij wordt toegepast is gebaseerd op netwerkplanning. In dit BOUWschriftje wordt de rekenmethode uitgelegd.
BOUWschriftjes worden uitgegeven door BOUWschrift. Op alle uitgaven in dit verband gelden volledige auteursrechten. Teksten en afbeeldingen mogen voor persoonlijk gebruik worden gekopieerd, daarbij kan worden gedacht aan scripties, onderzoek en studie in het algemeen.
BOUWschrift
Netwerkplanning
Principe Netwerkplanning Op basis van de systeemkunde is een analysetechniek ontwikkeld die bekend staat onder de naam 'netwerkplanning' en die aan de voorgaande bezwaren tegemoet komt. Een belangrijk uitgangspunt van deze techniek is, dat de analyse plaats vindt onafhankelijk van een tijdbalk. Door de activiteiten een rekenkundige tijdswaarde mee te geven, bijvoorbeeld in eenheden van dagen of weken, kan de positie van de actviteiten berekend worden, waarbij rekening wordt gehouden met alle relaties.
De planningtechniek Er zijn verschillende methoden om een netwerk-analyse te noteren. De oermethode is de bolletjes-pijlen methode. Een keten van kritieke voor het proces bepalen activiteiten sordt het kritieke padgenoemd. Hieraan heeft deze methode haar naam te danken; CPM (Critical Path Method).
3
D
4
B 1
A
I 2 C 5
E
6
H
9
J
10
F 7
G
8
De methode die tegenwoordig echter het meest in gebruik is, is de precedence-methode (Precedence Diagramming Method). Bij deze methode worden activiteiten als rechthoeken getekend. Daarin staat dan alle informatie over de betreffende activiteit vermeld. Typerend voor deze methode is de mogelijkheid om overlappingen van activiteiten aan te geven door middel van de relaties. Daarvoor zijn de volgende relatie-soorten te onderscheiden:
2
BOUWschrift
Netwerkplanning
EIND
–
START (ES) RELATIES
START –
START (SS)RELATIES
EIND
EIND (EE) RELATIES
–
ES-relatie Voorbeeld:
activiteit A
activiteit B
Het land moet geploegd zijn voordat met zaaien kan worden begonnen
A B Activiteit B kan starten wanneer activiteit A gereed is.
SS-relatie Voorbeeld Het ploegen duurt meerdere
activiteit A
activiteit B
dagen. Met het zaaien hoeft niet gewacht te worden tot al het land is omgeploegd, maar de omgeploegde grond moet minstens één dag drogen om
A
met zaaien te kunnen beginnen
B Activiteit B kan starten wanneer activiteit A begonnen is.
EE-relatie Voorbeeld activiteit A
activiteit B
Na het ploegen vergt het zaaien nog een bepaalde tijd, bijvoorbeeld in verband met de eerder genoemde droogtijd en afwerking van van de oppervlakte.
A B
Activiteit B kan voltooid worden wanneer A geheel gereed is.
3
BOUWschrift
Netwerkplanning SS+EE-relatie Voorbeeld
In dit geval is met het startpunt van het zaaien
activiteit A
activiteit B
rekening gehouden t.o.v. de droogtijd en met het kunnen afronden van het zaaiwerk in verband met de droogtijd van de grond en de afwerking van de oppervlakte
A B
Activiteit B kan beginnen wanneer A gedeeltelijk is voltooid maar kan pas geheel worden afgemaakt nadat A geheel is voltooid.
In deze voorbeelden zijn de activiteiten even lang. In de meeste gevallen zullen ze echter verschillend van tijdsduur zijn. Bij een ES-relatie zal dat geen enkel probleem
A
opleveren. Immers de totale tijdsduur is gewoon de som van de activiteiten. Tenminste wanneer
B
we ervan uitgaan dat de relatie tijdloos is.Wanneer aan de relatie een wachttijd zou worden toegekend veranderd er weinig in de problematiek. De totaal tijd wordt gewoon de som van de activiteiten en wachttijden.
Start- en eindtijd Er heerst nogal eens verwarring over de juiste weergave van de start- en eindtijden. Gebruikelijk is om de tijd aan te geven vanaf de voorgaande tijdseenheid (weken, dagen, uren, enz.) tot en met de laatste tijdseenheid van de activiteit. Bijvoorbeeld een activiteit duurt 4 dagen, start na dag 5 en is derhalve op dag 9 gereed.
3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
5
9 4
NETWERKPLANNING
BALKENSCHEMA
4
BOUWschrift
Netwerkplanning
Kritieke pad Zoals eerder gezegd is het doorrekenen van een netwerkplanning in de grond een erg eenvoudige zaak. Door gewoon optellen ontstaan vanzelf de vroegst mogelijke start- en eindpunten van elke activiteit. De laatst mogelijke start- en eind punten ontstaan door het rekenen in omgekeerde richting, namelijk van eind naar start en in plaats van optellen wordt steeds het volgende getal van het resterende totaal afgetrokken.
A 0 0
B
0
2 2
2
2 2
0
0 3
5 5
Bij meerdere paden kunnen er verschillen ontstaan tussen de vroegste en laatste start en evenzo tussen het vroegste en laatste einde. Het verschil geeft de speling aan die de betreffende activiteit heeft in het proces ten opzichte van de totale procestijd. In de speling kan als het ware geschoven worden zonder dat de projectduur wordt beïnvloed. Het pad waarop alle spelingen nul zijn wordt het kritieke pad genoemd. Per planning kunnen overigens meerdere kritieke paden ontstaan.
A 0 0
0
0 2
B 2 2
2 3
1
1 3
D 5 6
6 6
0
0 1
7 7
C 2 2
0
0 4
6 6
De tijdstippen komen middels relaties binnen bij de activiteiten, zowel bij het heen-rekenen als bij het terug-rekenen. Wanneer een activiteit meer dan één binnenkomende activiteit heeft, ontstaat er een keuze probleem. Welke relatie voert het geldende tijdstip aan? Hiervoor dienen de volgende regels in acht te worden genomen:
HEEN>>>>>DE HOOGSTE
5
BOUWschrift
Netwerkplanning TERUG<<<<
Software Er is tegenwoordige goede software beschikbaar. In het kader van algemeen projectmanagement zijn verschillende planningpakketten beschikbaar. Een programma met een uitstekende kwaliteit / prijsverhouding is MicroSoft Project. Dit programma is in verhouding tot andere software erg gebruikersvriendelijk. Toch is het van belang om er eerst mee te oefenen om alle ins en outs onder de knie te krijgen.
6