Behouden Vaart!
Speurtocht door het Noordelijk Scheepvaartmuseum leeftijd: 10-12 jaar
Welkom in het Noordelijk Scheepvaartmuseum! Op de 1e verdieping begint deze speurtocht die je langs alle zalen van het museum leidt. In elke zaal hangt een grijs bord met het nummer van de zaal en informatie over wat er te zien is. Zaal 1 Scheepvaart en handel van de Friezen (600 - 1100) Een kiel zit onder aan het schip en is van belang voor het evenwicht en de stabiliteit. Vraag 1 Noem een soort schip mét een kiel, dat veel werd gebruikt. ......................................... Links in de vitrine zie je een fuik of viskubbe. Dit is een vangnet waarmee vissen worden gevangen. Kijk maar op het plaatje naast de fuik. Vraag 1a Kun je nog meer manieren bedenken waarop vis werd gevangen? ............................................................ In één van de vitrines staat een Vikingschip met een vierkant zeil, een Knarr. Het zeil is een razeil. Vraag 1b Hoe werden Vikingen ook wel genoemd en waar kwamen ze vandaan? ............................................................ ............................................................ Zaal 2 Hanzeperiode: koggeschepen en handel (1200 - 1600) In de vitrine zie je een model van een kogge. De kogge werd gebruikt voor handelsvaart in Noordwest-Europa tussen ca. 1300 – 1550. Ga naar het stuk van een scheepswrak in het midden van de zaal. Je ziet hier een mooi voorbeeld van „karveelbouw‟, een manier waarop schepen in de late middeleeuwen werden gebouwd. Bij karveelbouw worden de planken naast elkaar op de spanten geplaatst, de kieren opgevuld met mos (later met leer, touw en lappen). Het opvullen heet breeuwen of opkalefateren. Doordat hout uitzet als het in aanraking komt met water, waren de schepen redelijk goed waterdicht. Een andere manier van scheepsbouw is „overnaads‟, hierbij worden planken over elkaar geplaatst. Ze overlappen elkaar.
Speurtocht Behouden Vaart!
- pagina -
1
Vraag 2
Waarmee zijn de planken aan de spanten (balken) vastgemaakt? ............................................................. Let op! De schroeven zijn er later ingedraaid, kijk naar het oude materiaal.
Vraag 2a Van wat voor een soort schip is het wrak? Hier zijn meerdere goede antwoorden mogelijk. Kruis aan welke goed zijn. □ een vlot □ een tjalk □ een roeiboot □ een zeeschip
□ een motorboot
Vraag 2b Noem een type schip dat in de Middeleeuwen werd gebruikt voor het vervoer van goederen. .............................................
Ga rechtsaf naar zaal 4! Zaal 4 “Friese admiraliteit” (1596-1695) Kijk eens naar het schilderij van viceadmiraal Enno Doedes Star. Hij heeft samengewerkt met Michiel de Ruyter. Vraag 4 Wat is een admiraal? ............................................................................. Vraag 4a Waar heeft Enno Doedes Star gewoond? ................................................................. Vraag 4b Weet je waar in het museum je nu bent? Kijk naar de tekening van de gebouwen en kruis aan waar je bent.
Ga rechtsaf de volgende zaal in. Zaal 5 “Turf en de binnenvaart na 1650” (>1650) Vraag 5 Waar op het schip vind je de mastwortel? (zie de tekening) .........................................
Speurtocht Behouden Vaart!
- pagina -
2
Vraag 5a Hiernaast zie je een roerkop. Dat is een scheepsversiering. Welk dier herken je? ............................................. Vraag 5b Kijk eens naar de stuurplank die op de grond ligt. Waarvoor was zo‟n plank nodig? De stuurplank werd gebruikt om ................................................. Vraag 5c Wat ligt er op de kruiwagen? ................................
Ga de trap op. Zaal 6 “Kleine zeevaart met kof en galjoot” (1750- 1900) Vraag 6 Kijk naar de lepels in de vitrine links van de trap. Het zijn „Oostzeelepels‟. Aan wie werden deze lepels aangeboden, en waarom? ........................................................... Vraag 6a In de zaal zie je souvenirs die zeelui mee naar huis namen. Zet een pijl van het souvenir naar het land waar het vandaan kwam.
□ stenen hondje □ houten kom □ glazen scheepje
□ Italië (Murano) □ Engeland □ Rusland (Riga)
Ga weer een trap op. Zaal 7 “Kleine zeevaart met brik en schoener” (1850-1925) Vraag 7 Zoek in deze zaal het winkeltje. Welke spullen lees je op de laden die tegenwoordig niet meer veel gekocht worden? ……………………………………………………… …………………………………………………… ……………………………………………………… …………………………………………………… Vraag 7a Ongeveer in het midden van de zaal zie je een groot zwart apparaat, dat is een pomp-anker-spil. Waar werd het pomp-anker-spil voor gebruikt? ..........................................................................................................
Ga nóg een trap op! Je bent nu op de zolder. Zaal 8 “Scheepsbouw en scheepsuitrusting” Vraag 8 In de eerste vitrine is een scheepswerf in het klein nagebouwd. Waarom ligt het schip op zijn kant? .........................................................................................................
Speurtocht Behouden Vaart!
- pagina -
3
Vraag 8a Dit is een plattegrond van de zolder. ? trekzeel
weefgetouw
3
trap
smederij timmerwerkplaats
1
2
Wat wordt er in werkplaats nr. 3 gemaakt? Vul op de stippellijn de naam van de werkplaats in. 1. timmerwerkplaats 2. smederij 3. ………………………………….
Loop via de wenteltrap naar beneden en ga door naar zaal 12. Zaal 12 “Kustvaart in de 20e eeuw” In deze zaal zie je zeeschepen uit de vorige eeuw. Om te varen werden nu motoren gebruikt in plaats van zeilen. Ook werden schepen gemaakt van ijzer in plaats van hout. Vraag 12 Hiernaast zie je het apparaat waarmee de vaarsnelheid kan worden doorgegeven van het stuurhuis naar de machinekamer. Hoe heet dit apparaat? ..................................................
Speurtocht Behouden Vaart!
- pagina -
4
Vraag 12a Het apparaat van de vorige vraag staat óók in de stuurhut. Wat zie je nog meer in de stuurhut? Probeer van zoveel mogelijk dingen de naam op te schrijven! ............................................ ............................................ ............................................ ............................................
Neem de trap naar boven. Zaal 13 “Binnenvaart” In het trapgat hangt een model van een tjalk. De tjalk heet “Vink” (naar de modelbouwer). Het schip is gemaakt van drijfhout. Vraag 13 Zet de nummers op de goede plaats bij de tekening. 1. Zeilen 2. Mast 3. Zwaard 4. Roer 5. Wimpel 6. Roerklik 7. Dek Vraag 13a Kijk goed naar het model van de snik met scheepsjager in de vitrine bij het raam. Waarvoor was de rolpaal in de bocht nodig?........................................................
Ga door het draaihekje rechtsaf en zoek de trap naar boven. Zaal 14 “Walvisvangst” De walvisvaart was belangrijk voor Nederland voor de handel in amber en (lever-)traan.
Nog een trap op! Zaal 15 “Visserij en het Wad” Vraag 15 Zie je de slikslee in de vitrine? Waarvoor werd/wordt de slikslee gebruikt? De slikslee werd gebruikt om ……………………………………………………………………….. …………………………………………………………………………………………………………………………
Ga nu langs de kamer van de modelbouwer. Zaal 16 “Modelbouw” Hier worden scheepsmodellen gemaakt en gerestaureerd.
Ga de trap af naar beneden. Loop langs de kassa naar de motorenhal. Zaal 17 “Motorenhal”. Vraag 17 Waar werd de boot “Saartje”, in het midden van de motorenhal, voor gebruikt? De “Saartje” werd gebruikt ………………………………………………………………………………….. Je hebt alle vragen gemaakt! Speurtocht Behouden Vaart!
- pagina -
5