BEHEERSOVEREENKOMST TUSSEN HET VLAAMS GEWEST HET INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP MET RECHTSPERSOONLIJKHEID VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ

Beheersovereenkomst Vlaamse Milieumaatschappij

BEHEERSOVEREENKOMST

TUSSEN HET VLAAMS GEWEST

en

HET INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP

MET RECHTSPERSOONLIJKHEID

VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ

2008 – 2010

Agendering VR 23112007

Pagina 1 van 30


INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk I Algemene bepalingen .................................................................................................... 4

Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3. Artikel 4.

Ondertekenende partijen ........................................................................................... 4

Voorwerp van de overeenkomst ............................................................................... 4

Duur van de overeenkomst en datum van inwerkingtreding................................. 4

Definities...................................................................................................................... 5

Hoofdstuk II – Algemeen Beleidskader ............................................................................................... 6


Juridisch kader ........................................................................................................... 6

Beleidsmatig en financieel kader (functionele bevoegdheid)................................ 6

Beleidsmatig en financieel kader (horizontale bevoegdheid)................................ 6

Missie en decretale opdrachten van VMM ............................................................... 9

Hoofdstuk III Engagementen van VMM ........................................................................................... 10


Structurering van de engagementen ...................................................................... 10

Strategische organisatiedoelstellingen ................................................................. 11

Planning van de engagementen.............................................................................. 18

Aanvullende opdrachten en engagementen.......................................................... 18

Hoofdstuk IV Engagementen van de Vlaamse Regering............................................................... 19

Artikel 13. Artikel 14.

Financiële engagementen........................................................................................ 19

Andere engagementen............................................................................................. 20

Hoofdstuk V Personeel ..................................................................................................................... 21

Artikel 15. Artikel 16. Artikel 17.

Personeelsstatuut .................................................................................................... 21

Algemene principes inzake personeelsmanagement, competentie en

ontwikkelingsbeleid ................................................................................................. 21

Vaststelling van het personeelsbehoeftenplan ..................................................... 21

Hoofdstuk VI Financiële betrekkingen tussen VMM en de toezichthoudende overheid ........... 22


Herkomst van de financiële middelen van VMM ................................................... 22

Financiële betrekkingen tussen VMM en de toezichthoudende overheid .......... 22

Bepalingen inzake het beheer van de financiële middelen.................................. 24

Hoofdstuk VII Controle en audit; opvolging, rapportering en overleg ........................................ 25


Controle en audit ..................................................................................................... 25

Opvolging, rapportering en overleg ...................................................................... 25

Hoofdstuk VIII – Evaluatie, bijsturing en geschillenregeling ......................................................... 27


Evaluatie .................................................................................................................... 27

Bijsturing ................................................................................................................... 27

Hoofdstuk IX Aanpassingen beheersovereenkomst opschortende voorwaarden .................. 28

Artikel 25.

Aanpassingen beheersovereenkomst opschortende voorwaarden ................. 28


Pagina 2 van 30


Hoofdstuk X Specifieke en aanvullende bepalingen ..................................................................... 29


Verplichtingen van VMM inzake tarieven ............................................................... 29

Samenwerkingsovereenkomsten ........................................................................... 29

Aanvullende bepalingen……… ....................................………………………………29

BIJLAGEN............................................................................................................................................. 30


Pagina 3 van 30


Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Artikel 1.

Ondertekenende partijen

Ondergetekende partijen

Tussen het Vlaams Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, mevrouw Hilde Crevits, hierna de minister genoemd, enerzijds

het Intern Verzelfstandigd Agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaamse Milieumaatschappij, met zetel in de Alfons Van de Maelestraat 96, 9320 Erembodegem, vertegenwoordigd door de administrateurgeneraal, de heer Frank Van Sevencoten, hierna VMM genoemd, anderzijds

en

wordt volgende beheersovereenkomst afgesloten:

Artikel 2.

Voorwerp van de overeenkomst

Deze beheersovereenkomst wordt tevens afgesloten overeenkomstig artikel 8 van het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003. Deze beheersovereenkomst is een wederzijdse overeenkomst die handelt over de bijzondere regels en voorwaarden waaronder VMM haar taken vervult. Het is een stuur en opvolgingsinstrument, in het bijzonder gericht op een doelmatige uitvoering of dienstverlening, opvolging en evaluatie. Deze beheersovereenkomst legt de wederzijdse rechten en verplichtingen vast van het Vlaams Gewest en VMM bij alle activiteiten die VMM uitvoert ter realisatie van haar opdracht van publiek belang. Deze overeenkomst heeft uitsluitend betrekking op de activiteiten van VMM die ze verkregen heeft op basis van haar decretale opdrachten zoals deze zijn omschreven in het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging.

Artikel 3.

Duur van de overeenkomst en datum van inwerkingtreding

Onderhavige beheersovereenkomst treedt in werking vanaf 1 januari 2008 en duurt tot 31 december 2010. Uiterlijk twee maanden na de bespreking van de beleidsnota 2009 2014 van de Vlaamse minister bevoegd voor het leefmilieu en het waterbeleid in de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement, legt VMM een ontwerp van nieuwe beheersovereenkomst voor aan de Vlaamse minister bevoegd voor het leefmilieu en het waterbeleid. Als bij het verstrijken van een beheersovereenkomst geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden, wordt de bestaande overeenkomst van rechtswege verlengd, tot op het ogenblik dat een nieuwe beheersovereenkomst in werking treedt. Als geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden binnen een termijn van één jaar na de in het voorgaande lid bedoelde verlenging, of wanneer een beheersovereenkomst werd ontbonden of geschorst, kan de Vlaamse Regering na overleg met het hoofd van VMM, de voorlopige regels vaststellen inzake de bijzondere regels en voorwaarden waaronder VMM haar taken vervult.


Pagina 4 van 30


Artikel 4.

Definities

Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:

departement: het departement Leefmilieu, Natuur en Energie ; minister: de Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur ; oprichtingsdecreet: het decreet van 7 mei 2004 tot wijziging van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, tot aanvulling met een titel Agentschappen en tot wijziging van diverse andere wetten en decreten gewijzigd bij het decreet van 23 december 2005, inzonderheid op de artikelen 10.2.1 tot en met 10.2.5 ; decreet algemene bepalingen inzake milieubeleid: het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid ; kaderdecreet: het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003 ; VMM: de Vlaamse Milieumaatschappij.


Pagina 5 van 30


Hoofdstuk II – Algemeen Beleidskader

Artikel 5.

Juridisch kader

Het juridisch kader voor deze beheersovereenkomst is onder meer vastgelegd in: 1. het oprichtingsdecreet ; 2. het kaderdecreet ; 3. het decreet algemene bepalingen inzake milieubeleid ; 4. specifieke en dwingende regelgeving inzake personeel, in het bijzonder maar niet uitsluitend, het algemeen princiepen koninklijk besluit, het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid, het agentschap specifiek besluit en het arbeidsreglement ; 5. de delegatiebesluiten ; 6. het ministerieel besluit van 12 april 2006 houdende toekenning van verantwoordelijkheden inzake budgettering, vastlegging en ordonnancering van dossiers die vallen onder de bevoegdheid van de agentschappen binnen het beleidsdomein Leefmilieu, Natuur en Energie ; 7. de beslissing van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 betreffende de generieke elementen van de beheersovereenkomsten in de vernieuwde Vlaamse overheid. In overeenstemming met artikel 37 van het oprichtingsdecreet worden de begroting en de rekeningen opgemaakt en goedgekeurd en wordt de controle uitgevoerd overeenkomstig de bepalingen van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op de instellingen van openbaar nut van categorie A, behoudens andersluidende bepalingen. Het voeren van de boekhouding en de budgettaire rapportering gebeurt in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 1997 betreffende een geïntegreerde economische boekhouding en budgettaire rapportering voor de Vlaamse openbare instellingen.

Artikel 6.

Beleidsmatig en financieel kader (functionele bevoegdheid)

Het beleid van de Vlaamse Regering dat betrekking heeft op de activiteiten van VMM is onder meer omschreven in : 1. het regeerakkoord van de Vlaamse Regering voor 2004 – 2009 ; 2. de regeringsverklaring van 23 juli 2004 ; 3. de beleidsnota 2004 – 2009 van de minister ; 4. de beleidsbrieven van de minister ; 5. het milieubeleidsplan en de milieujaarprogramma’s ; 6. de meerjarenbegroting en de jaarlijks goedgekeurde begrotingsdecreten. Aanvullingen en aanpassingen van het overheidsbeleid in dit kader kunnen aanleiding geven tot een aanpassing van de bepalingen van onderhavige beheersovereenkomst en dit volgens de modaliteiten die hierna zijn opgenomen in Hoofdstuk IX, Artikel 25 van deze overeenkomst.

Artikel 7.

Beleidsmatig en financieel kader (horizontale bevoegdheid)

De Vlaamse overheid heeft onmiskenbaar een voorbeeldfunctie tegenover alle andere actoren in onze samenleving: burgers, ondernemingen, middenveldorganisaties en andere overheden. Richtlijnen die aan deze actoren door de Vlaamse overheid worden opgelegd moeten door de agentschappen van diezelfde overheid uiteraard ook worden nageleefd. VMM engageert zich om aan dergelijke richtlijnen, bijvoorbeeld inzake energiezorg, milieuzorg, mobiliteit, etc. zelf consequent uitvoering te geven, vanuit de voorbeeldfunctie die VMM heeft als deel van de Vlaamse overheid. VMM schakelt zich binnen de beschikbare middelen in in het algemeen horizontaal beleid van de Vlaamse Regering inzake bestuurszaken en financiën en begroting. Agendering VR 23112007

Pagina 6 van 30


§1. Onderlinge samenwerking VMM is gericht op en werkt actief onderling samen met de andere entiteiten in de Vlaamse overheid en met de andere bestuursniveaus, en dit in functie van een klant en oplossingsgerichte en doelmatige dienstverlening. VMM zal het departement in zijn beleidsvoorbereidende en coördinerende rol ondersteunen door informatie en analyseresultaten te verstrekken en door de expertise van zijn netwerk beschikbaar te stellen. Het gaat hierbij o.m. om de beleidsonderbouwing en het wetenschappelijk onderzoek, de beleidsplanning en –rapportering, de beleidsevaluatie, het internationale milieubeleid, het communicatie en doelgroepenbeleid, de vergunningverlening en het wetgevingsbeleid. VMM schrijft zich in in de managementcode zoals finaal goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 1 juli 2005. VMM engageert zich om binnen de termijn van deze beheersovereenkomst de volgende projecten met het oog op dergelijke entiteitoverschrijdende samenwerking (binnen of buiten het beleidsdomein) concreet uit te voeren: een loyale en constructieve samenwerking met alle entiteiten die tot het beleidsdomein Leefmilieu, Natuur en Energie behoren met betrekking tot de bijzondere projecten van de Vlaamse Regering en de beleids en bestuurstaken aangestuurd door de beleidsraad en het managementcomité van het beleidsdomein Leefmilieu, Natuur en Energie en zijn onderliggende werkgroepen en technische comités (bv. Milieuinfostuurgroep en diverse fora in het kader van CIW) ; het beschikken over geactualiseerde of sluiten van nieuwe samenwerkingsovereenkomsten met andere agentschappen of instellingen (zie ook Hoofdstuk X, Artikel 27) ; een gestructureerde samenwerking met andere beleidsdomeinen. §2. Kwaliteitsbeleid VMM werkt mee aan het brede kwaliteitsbeleid van de Vlaamse overheid (incl. wetsmatiging en e government). Het tekent een eigen beleid op maat van VMM uit en zet verschillende kwaliteitsprojecten ter verbetering en vereenvoudiging van de externe dienstverlening op. VMM engageert zich om binnen de termijn van deze beheersovereenkomst aan de volgende kwaliteitsprojecten concreet uitvoering te geven: de uitwerking van een beheers en beleidkennisinformatiesysteem ; de optimalisering van klantgerichte werking middels de uitvoering van de aanbevelingen voortvloeiende uit de analyse van klantentevredenheid onderzoeken en van het klachtenbeheer ; de uitbouw van een performant infoloket waar door externen gestelde vragen centraal worden beantwoord ; beschikbaarheid van een aantrekkelijke en toegankelijke website met actuele informatie voor de doelgroepen. §3. Een correct en aantrekkelijk werkgeverschap voor betrokken werknemers Door zorg te dragen voor een aangename werksfeer en een rijke werkomgeving profileert de Vlaamse overheid zich als een aantrekkelijke werkgever. Dit bevordert het aantrekken van kwaliteitsvol en positief ingesteld personeel, maar heeft vooral een onmiddellijk effect op de motivatie, het rendement en de betrokkenheid van de medewerkers. De betrokkenheid van alle medewerkers moet een rode draad zijn doorheen het personeelsbeleid op elk niveau, dus ook op het niveau van VMM. In dit kader engageert VMM zich om de volgende concrete projecten uitvoering te geven: 1. Communiceren en informeren: Creëren van een open en transparante communicatie, overleg en informatiecultuur door : de organisatie van periodieke personeelstevredenheidsonderzoeken ; het organiseren van onthaaldagen voor nieuwe werknemers ; het tijdig en juist informeren over personeelsgebonden materies via intranet. 2. Sturen en coachen: via een plannings en evaluatiecyclus ; door een bottomup evaluatie van de leidinggevende ; via functioneringsbegeleiding en begeleiding van personeelsleden in de proeftijd ; via de verdere uitbouw van loopbaanontwikkeling voor het personeel: Agendering VR 23112007

Pagina 7 van 30


• • • •

interne mobiliteitsbeleid, bevorderingsmogelijkheden, regelmatige organisatie van loopbaanexamens en voorzien van opleiding als voorbereiding op loopbaanexamens, regelmatige organisatie van bevorderingsproeven.

3. Teambuilding en sociale activiteiten: de organisatie van sociale en educatieve evenementen voor het voltallige personeel (personeelsfeest, sportmanifestatie, …..). 4. Werving en selectie: aanwerving van nieuwe personeelsleden op basis van een functieprofiel opgebouwd uit generieke, functiespecifieke en waardengebonden competenties ; functieprofielen worden opgenomen in een functiecatalogus, rekening houdend met de richtlijnen inzake variabele verloning en competentiemanagement. 5. Vorming, training en opleiding: aanbieden van vorming, training en opleiding i.f.v. de organisatiedoelstellingen en kansen bieden aan personeelsleden om zichzelf verder te ontwikkelen ; aanbieden van vorming, training en opleiding aan nieuwe personeelsleden in het kader van de proeftijd ;

VMM verstrekt aan haar (voltallig) personeel een continue operationele opleiding;

6. Positief arbeidsklimaat, welzijn en evenwicht werk – privé:

verder uitwerken van projecten ‘anders werken’ – ‘telewerken’ ;

voeren van een preventiebeleid (alcoholpreventie, ….).

§4. Het diversiteitsbeleid Voor het gelijkekansen en diversiteitbeleid zal VMM de binnen het beleidsdomein gedefinieerde of te definiëren streefcijfers hanteren. §5. Een duurzaam en ethisch verantwoord aankoopbeheer en interne milieuzorg VMM zal bij de aankoop van haar producten de in de Vlaamse overheid geldende normen m.b.t. energie en milieuzuinigheid respecteren en waakt erover dat deze producten in menswaardige omstandigheden werden geproduceerd (eerlijke handel). VMM engageert zich om binnen de termijn van deze beheersovereenkomst de volgende projecten met het oog op dit duurzaam en ethisch verantwoord aankoopbeheer concreet uit te voeren: in de mate van het mogelijke, de aankoop van diensten en producten die voldoen aan de criteria van ethisch en duurzaam ondernemen ; duurzame investeringen in huisvesting en rollend materieel ; de opmaak van een intern milieuzorgplan waarin ethische en duurzame milieuzorgcriteria zijn opgenomen. §6. Beheersrapportering Met betrekking tot het P&Obeleid en de efficiënte werking van de diensten, moet op basis van vooraf afgesproken formaten kunnen worden aangetoond: hoe de personeelsbehoeften en de personeelsbezetting evolueren (VTE in personeelsplan en effectief tewerkgesteld, in, door en uitstroom van personeel, personeelskenmerken zoals bijvoorbeeld geslacht, diploma, niveau, statuut en leeftijd,…) ; in welke mate het personeel doelmatig wordt ingezet en er geïnvesteerd wordt in het menselijk kapitaal in de organisatie (motivatie, competentie, ruime inzetbaarheid, ontwikkelkansen en ontwikkelingsinspanningen, …) ; dat er een correct en aantrekkelijk werkgeverschap wordt gerealiseerd met oog voor betrokkenheid, evenwicht werkprivé, welzijn op het werk, een positief arbeidsklimaat en diversiteit op de werkvloer.


Pagina 8 van 30


VMM gaat het engagement aan om binnen de termijn van de beheersovereenkomst het volgende project verder concreet uit te voeren: in het kader van het project met betrekking tot een beheers en beleidskennisinformatiesysteem, onderdeel elektronisch human resource management (eHRM): de verdere ontwikkeling van een HR en personeelsapplicatie waardoor de hierboven vermelde gegevens snel en gebruiksvriendelijk kunnen worden aangeleverd. Met betrekking tot de financiële regelgeving, procedures en de financiële rapportering wordt, op basis van vooraf afgesproken formaten, uitvoering gegeven aan: de periodieke opvolging van de begrotingsuitvoering die onder meer de ESRrapportering met het oog op de periodieke en jaarlijkse consolidatie op het niveau van de Vlaamse overheid omvat; de rapportering m.b.t. de apparaatskredieten ; het kas en schuldbeheer. §7. Interne controle

VMM beschikt tegen 31 december 2008 over een uitgeschreven en gedocumenteerd systeem van interne

controle, opvraagbaar door de functioneel bevoegde minister en de ministers bevoegd voor Financiën en

Begroting en Bestuurszaken, dat in minstens de elementen zoals bepaald in artikel 33 van het

kaderdecreet Bestuurlijk Beleid behelst, met name:

het effectief en efficiënt beheer van risico’s ;

de betrouwbaarheid van de financiële en de beheersrapportering ;

de naleving van de regelgeving en de procedures ;

de effectieve en efficiënte werking van de diensten ;

de bescherming van de activa.

Vanaf 2009 wordt het proces van interne controle minstens één maal per jaar door het management

geëvalueerd op zijn actualiteit, eventueel bijgewerkt en opnieuw gevalideerd

§8. Meten van beleidseffecten

VMM engageert zich om de effecten van het door zichzelf uitgevoerde beleid uit te drukken in indicatoren,

te meten en te evalueren. VMM informeert de functioneel bevoegde minister, op regelmatige tijdstippen en

volgens de onderling afgesproken modaliteiten, over de resultaten van deze beleidseffectenmeting.

De VMM levert een bijdrage om tot een globale set van beleidseffectindicatoren voor het beleidsdomein

Leefmilieu, Natuur en Energie te komen. Deze set moet toelaten om de effecten van het leefmilieu,

natuur en energiebeleid en elke afzonderlijke beheersovereenkomst op te volgen. De ‘planningsgroep’

neemt het initiatief om voor de Beleidsraad, in samenwerking met alle betrokken agentschappen, ten

laatste tegen eind 2009 (volgende cyclus van beheersovereenkomsten) een gepaste set van

beleidseffectindicatoren te selecteren op basis van het reeds geleverde werk in de milieubeleidsplanning

en –rapportering en op basis van studies over onder meer beleidsevaluatie. De periodieke rapportering uit

de vorige paragraaf zal na goedkeuring van een definitieve set, op basis hiervan plaatsvinden.

Artikel 8.

Missie en decretale opdrachten van VMM

Artikel 10.2.2 van het oprichtingsdecreet bepaalt de missie van VMM: VMM heeft als missie bij te dragen tot de realisatie van de doelstellingen van het milieubeleid, bedoeld in artikel 1.2.1, § 1, door het voorkomen, beperken en ongedaan maken van schadelijke effecten voor watersystemen, verontreiniging van de atmosfeer en tot de realisatie van de doelstellingen van het integraal waterbeleid, bedoeld in artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid. Gelet op titel II van het decreet algemene bepalingen milieubeleid met betrekking tot het opstellen van het milieurapport wordt bovenstaande missie van VMM aangevuld met : “het rapporteren over de toestand van het leefmilieu.” Artikelen 10.2.3 en 10.2.4 van het oprichtingsdecreet en het decreet algemene bepalingen inzake het milieubeleid geven een lijst van decretale opdrachten toevertrouwd aan VMM in de realisatie van deze missie. De lijst is als bijlage 1 opgenomen bij deze beheersovereenkomst. Agendering VR 23112007

Pagina 9 van 30


Hoofdstuk III Engagementen van VMM Artikel 9.

Structurering van de engagementen

Het volgende schema geeft een gestructureerd overzicht van de fundamentele rollen en taken die VMM toegewezen kreeg volgens haar decretale opdrachten binnen drie thema’s, met name water, lucht en milieu, gaande van beleidsadvisering, onderzoek en ontwikkeling ten behoeve van de beleidsinstrumenten, de uitvoering van het beleid, het informeren, rapporteren, communiceren, sensibiliseren en responsabiliseren tot de beleidsevaluatie.

Deze fundamentele rollen en taken vereisen tevens ondersteunende diensten op het vlak van kennisbeheer, organisatie en proces ontwikkeling, juridische advisering en ondersteuning, financieel beheer en facility management, personeelsbeheer, ICT en interne communicatie. De engagementen van VMM in dit verband zijn opgenomen in hoofdstuk II, Artikel 7 van deze overeenkomst. Aan elk van de in het schema opgenomen fundamentele rollen en taken van VMM zijn engagementen te verbinden middels de formulering van een aantal strategische organisatiedoelstellingen voor elk van de drie thema’s (water, lucht, milieu) en de te realiseren output. Agendering VR 23112007

Pagina 10 van 30


Artikel 10.

Strategische organisatiedoelstellingen

De volgende tabellen geven de strategische organisatiedoelstellingen weer voor elk van de drie thema’s (water, lucht, milieu), waarbij eveneens wordt aangegeven welke output als maatstaf kan gelden in de beoordeling van de realisatie ervan. Het ondernemingsplan legt het verband tussen de beleidsdoelstellingen en de organisatiedoelstellingen en bepaalt de concrete acties die VMM zal uitvoeren om de operationele jaardoelstellingen te realiseren. De verbintenissen en kernopdrachten opgenomen in de voorliggende beheersovereenkomst doen geen afbreuk aan de verplichting van het agentschap om de opdrachten en taken waaraan geen specifieke doelstelling werd verbonden, op doeltreffende wijze uit te voeren.

THEMA WATER kerntaken

strategische doelstelling(en)

OUTPUT (producten of dienstverlening)

WBA1: VMM draagt bij tot de ontwikkeling van het integraal waterbeleid en het daarmee verbonden milieunormerings en milieudoelstellingenkader voor de relevante compartimenten van de watersystemen.

1. Informatie aanreiken voor de opmaak van de waterbeheerplannen, met inbegrip van de maatregelenprogramma’s en de waterbeleidsnota voorbereiden alsook een stappenplan opstellen om de te behalen toestand te bepalen en vervolgens ook te bereiken, gebaseerd op watersysteemkennis, economische draagkracht en maatschappelijk draagvlak.

Voorbereiding nieuwe Waterbeleidsnota tegen 2010. VMMbijdrage aan ontwerp Stroomgebiedbeheerplannen in 2008. Openbaar onderzoek van de waterbeheerplannen in 2009

WATERBELEIDSADVIES

Aanpassen VMMbijdrage aan Stroomgebiedbeheerplan na openbaar onderzoek in 2009. Ontwikkelen economische instrumenten (waterprijsbeleid, kostenterugwinning) conform de Kaderrichtlijn Water (KRW) tegen 2010.

WBA2: VMM draagt bij tot formulering van waterbeleidsdoelen en de uitwerking van een planning om de waterbeleidsdoelstellingen te bereiken.

1. De beleidsvoorstellen inzake de verfijning, ontwikkeling en het inzetten van instrumenten afstemmen op de waterbeheerplannen.

Bijdrage aan de beleidsnota drinkwater “Strategisch plan watervoorziening”.

WBA3 VMM draagt bij tot de ontwikkeling van internationale regelgeving en engagementen inzake water middels correcte technisch advies met betrekking tot Europese en internationale regelgeving en verdragen (monitoring, maatregelenprogramma's…).

1. De participatie aan het totstandkomen en implementeren van het internationaal en intergewestelijk waterbeleid verder versterken.

Deelname en expertbijdrage aan de Coördinatiecommissie Internationaal Milieubeleid, de Internationale Schelde Commissie, de Internationale Maas Commissie, Europese en internationale overlegfora en in het bijzonder bijdragen tot de gemeenschappelijk implementatiestrategie die door de Europese Unie en multilaterale fora worden opgezet.

Beleidsmatig uitgewerkt schadefonds.

Geadviseerde en geïmplementeerde Europese richtlijnen (zwemwater, overstroming,…).


Pagina 11 van 30


ONDERZOEK EN ONTWIKKINGELING M.B.T. DE WATERBELEIDSINSTRUMENTEN




WOO1: VMM definieert waterbeleidsinstrumenten en werkt ze verder doelmatig uit, met aandacht voor sociale en economische aspecten.

1. Coördinatie: de coördinatie CIW verder optimaliseren en participatief uitbouwen.

Geuniformiseerde werkingsprocedures bekkenbestuur.

2. Toezicht: het toezicht ontwikkelen m.b.t. de uitbouw en het beheer van de saneringsinfrastructuur op gemeentelijk niveau en op bovengemeentelijk niveau.

Beschikbaar operationeel systeem voor ecologisch toezicht afgestemd op waterbeheerplannen. Beschikbaar operationeel systeem voor economisch toezicht.

3. Vergunningen: de conceptuele aspecten van het vergunningenbeleid verder uitwerken en inzetten zodat emissies dalen tot het gewenst niveau. 4. Wateraudit: het instrument wateraudits uitwerken. 5. Heffingen: voorstellen uitwerken tot aanpassing van de heffing op de waterverontreiniging en de heffing op grondwaterwinning: verder differentiëren heffing en ontwikkelen van nieuwe instrumenten.

Beschikbare uitgewerkte voorstellen.

6. Monitoring: het meten, modelleren en inventariseren van de waterkwaliteit en kwantiteit verder optimaal uitbouwen en afstemmen in functie van diverse klanten of motivaties. WOO2: VMM bouwt verder haar watersysteemkennis en waterketenkennis uit op basis van de gegenereerde en beschikbare data, de ontwikkeling van modellen en scenario’s en via de uitvoering en aansturing van ondersteunend en/of vernieuwend onderzoek op diverse vlakken.

WOO3 VMM investeert in de kennisuitwisseling met ‘zuster’instellingen in Vlaanderen en erbuiten.


1. De kennis over het watersysteem verruimen. 2. Beschikken over verspreidings en voorspellingsmodellen ten behoeve van de beleidsmakers, van de burger en belanghebbenden met het oog op het verkrijgen van een representatief beeld.

Beschikbare wateraudit procedures. Beschikbaar uitgewerkt voorstel m.b.t. de differentiëring van de heffingsformule i.f.v. de milieuimpact. Beschikbaar uitgewerkt voorstel m.b.t. de gebieds en de laagfactoren m.b.t. de grondwaterheffing. Beschikbaar voorstel van nieuwe formule voor het berekenen van een regulerende heffing. Doelmatig aangewende en gerealiseerde onderzoek en studieopdrachten.

Onderzoek naar verfijning meetmethodieken, inventarisatiemethoden en modelleringtechnieken. Nieuwe of verder ontwikkelde modellen (verspreidingsmodel, waterkwaliteit, grondwater, …). Ontwikkeling van een dynamisch model voor de Schelde.

3. De kennis inzake fysische, biologische, (eco)toxicologische en chemische analyse en beoordelingsmethoden verder onderhouden en uitbreiden, inclusief de hieraan gekoppelde monstername technieken. 4. De kennis verder uitbreiden met betrekking tot socioeconomische aspecten en kosten van diverse maatregelen en instrumenten, in samenhang met de milieukundige kennis over het watersysteem en de waterketen.

Nieuwe chemische (volgens ISO 17025) en verder ontwikkelde biologische methodes ter analyse en evaluatie van kwaliteitselementen (o.a. ten behoeve van KRW). Doelmatig aangewende en gerealiseerde studie en onderzoeksopdrachten. Beschikbaar milieukostenmodel tegen 2010.

1. De participatie aan internationale kennisuitwisseling verder versterken.

Deelname en expertbijdrage aan workshops, studiedagen en grensoverschrijdende projecten. Uitvoeren van de verplichtingen en engagementen omtrent samenwerking met minder ontwikkelde landen door bijdrage aan de kennisoverdracht, capacity building en/of ontwikkelingssamenwerkingsprojecten.

Pagina 12 van 30


UITVOEREN VAN HET WATERBELEID IN TOEPASSING VAN DE WATERBELEIDSINSTRUMENTEN




WUB1: VMM coördineert en onderbouwt de uitvoering van het decreet integraal waterbeleid.

1. Verzorgen van de coördinatie Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid (CIW).

Opgemaakte waterbeheerplannen zijn afgestemd met de partners. Realisatie van gecoördineerde beleidsdomeinoverschrijdende adviezen waaronder de implementatie van Europese waterrichtlijnen. Tijdige rapporteringen t.b.v. de KRW.

WUB2: VMM voert kwalitatieve en kwantitatieve metingen uit binnen het gehele watersysteem en de waterketen, maakt inventarissen op diverse schaalniveaus op en past waterkwaliteit en kwantiteitsmodellen en scenario’s toe.

1. Het watersysteem en de lozingen monitoren om te weten, te controleren en kwaliteitsvolle meetgegevens ter beschikking te stellen.

Kwaliteitsvolle, tijdige en efficiënte uitvoering monitoring op basis van erkenningen en accreditaties (ISO 17025), interne en externe audits en respecteren gestelde termijnen (kwaliteitszorgprocedures, eisen interne en externe klanten en internationale rapportering). Correcte en volledige monitoring informatie t.b.v. de KRW en het decreet integraal waterbeleid (met uitzondering van het biologisch kwaliteitselement ‘vissen’). Gebieddekkende waterkwaliteitsbeeld d.m.v. modellering is beschikbaar.

2. Het genereren van een representatief beeld voor Vlaanderen op basis van de waterkwaliteitsmodellen 3. De inventaris verder uitbouwen op diverse rapporteringschalen en t.b.v. diverse klanten

Realisatie volledigheid uitgebouwde inventaris. Geactualiseerde inventaris van de zuiveringsinfrastructuur d.m.v. het afvalwaterinformatie inzameling systeem (AWIS).

WUB3: VMM vestigt en int heffingen op de waterverontreiniging en op de grondwaterwinning.

1. Het correct en tijdig vestigen en innen van de heffingen als sluitstuk van de gedifferentieerde kostentoerekening (gedifferentieerd: regulerende en financierende heffingen).

Correctheid en tijdigheid van de heffing. Ter beschikking stellen van de gegevens aan waterpartners. Beoordeling klantvriendelijkheid.

WUB4: VMM adviseert (milieu)vergunningen.

1. Het geïntegreerd adviseren van (milieu)vergunningen afgestemd op de milieudoelstellingen voor grondwater en oppervlaktewater.

Tijdig afgeleverde adviezen. Geactualiseerde inventaris van de geadviseerde vergunningsvoorwaarden d.m.v. het advies opvolging systeem (AVOS). Uniforme procedures (kwaliteitscontrole: motivatieplicht).

WUB5: VMM maakt investering, optimalisatie en subsidiëringprogramma's op en voert ze uit of laat ze uitvoeren.

1. Het opstellen en opvolgen van optimalisatieprogramma's voor bovengemeentelijke waterzuivering, coördinatie en finalisatie van de zoneringsplannen en uitvoeringsplannen, instaan voor het opstellen en opvolgen van subsidiëringsprogramma's voor de gemeentelijke riolering met inbegrip van goedkeuring, opvolging en uitbetaling subsidies gemeentelijke riolering. 2. Het plannen en opvolgen van de waterzuiveringsinfrastructuur afgestemd op de (deel) bekkenbeheerplannen waarbij rekening wordt gehouden met de milieudoelstellingen en een correcte kostentoewijzing. 3. De acties en investeringsprojecten voor onbevaarbare waterlopen 1e categorie en grondwater uitvoeren, in het bijzonder deze die in de bekkenbeheerplannen vermeld staan

Realisatie optimalisatieprogramma’s. Realisatie zoneringsplannen. Realisatie subsidiëringsprogramma’s met benutting van het beschikbare vastleggingskrediet ten belope van minimum 95%.

4. Het opvolgen, subsidiëren en adviseren van lokale overheden (polders, gemeenten, provincies, wateringen en exploitanten van een openbaar waterdistributienetwerk) voor het implementeren van het operationeel waterbeheer.

Uniforme procedures bij subsidiëring (gelijke behandeling klanten). Correcte toekenning subsidies IBA's, grijswater, hydronauts,… Opvolging en correcte uitbetaling subsidies aan polders en wateringen.


Realisatie van de gecoördineerde opmaak van de waterplannen, zoneringsplannen en gebiedsdekkende uitvoeringsplannen.

Realisatie eigen investeringprogramma’s met benutting van het beschikbare vastleggingskrediet ten belope van minimum 95%.

Pagina 13 van 30


BELEIDSEVALUATIE

RAPPORTEREN, INFORMEREN, COMMUNICEREN, SENSIBILISEREN EN RESPONSABILISEREN

UITVOEREN VAN HET WATERBELEID IN TOEPASSING VAN DE WATERBELEIDSINSTRUMENTEN




WUB6: VMM voert het administratief en technisch toezicht uit op de polders en wateringen en lokale besturen.

1. Administratief en technisch toezicht houden op polders, wateringen en provincies en de participatie in de waterschappen.

Bijdragen tot de versterking van polders en wateringen in hun werkingsgebied onder andere door fusies en/of uitbreidingen.

2. Het opvolgen van het pesticidendecreet en de samenwerkingsovereenkomst.

Opvolgen reductieprogramma's openbare besturen. Beoordeling dossiers samenwerkingsovereenkomst.

WUB7: 1. Toezien op de correcte uitvoering door de VMM neemt de functie van waterpartners van de economisch en toezichthouder op de waterketen waar ecologische aspecten van de waterzuivering inzake saneringsplicht, het rioolbeheer en voor de aspecten van water bestemd voor menselijke consumptie. 2. Beschikbaarheid van water voor menselijke consumptie van geschikte kwaliteit bewaken (openbare en private waterleveringen).

Tijdig afgeleverde adviezen en beslissingen en de ecologische beoordeling werking saneringsinfrastructuur Sluitende financiering. Correcte kostentoerekening. Beoordeelde contracten tussen bedrijven en Aquafin. Kwaliteitsopvolging. Toezicht openbare dienstverplichtingen. Probleemafhandeling.

WUB8: VMM voert het operationeel beheer uit van onbevaarbare waterlopen en grondwater.

Analyse van de evolutie van het herstel van de bedreigde watervoerende lagen. 2. Het kwantitatief en/of ecologisch beheer en Behalen geplande resultaten onderhoud van de onbevaarbare waterlopen van rattenbestrijding, met ifv het seizoen max. 4 1ste categorie garanderen. tot 8 volwassen overlevende ratten per km waterloop. Realisatie eigen programma’s. Tijdige en correcte wateradviezen en machtigingen. Aantal geoptimaliseerde waterlopen inzake 3. De waterschade door overstroming verminderen middels een actief peilbeheer zoals sturing en vulling wachtbekkens (nulmeting = situatie 2007). voorzien in de bekkenbeheerplannen van de watersystemen.

kerntaken



WRI1: VMM signaleert en duidt waterkwaliteit en waterkwantiteitproblemen.

1. Het verzekeren van dispatchingcentra met systemen voor het sturen van een waarschuwingssystemen voor de onbevaarbare waterlopen. 2. Op een welonderbouwde en gemotiveerde manier signaleren en duiding geven over de vaststellingen van een slechte milieukwaliteit en/of milieuvergunningsovertredingen naar de betrokken handhavers of waterbeheerders.

Tijdige waarschuwing voor mogelijke overstromingen.

1. Duurzaam grondwaterbeheer garanderen.

Signaleren aan de bevoegde instanties van calamiteiten of overtredingen zoals vastgesteld uit de meetgegevens voort vloeiende uit de diverse operationele meet netten waarvoor VMM bevoegd is en volgens de beheersprocedures (aantal en locatie meetplaatsen, meetfrequentie, kwaliteitscontrole, validatie en timing rapportering gegevens, …) eigen aan deze meetnetten.

WRI2: 1. De systematische evaluatie van de VMM maakt systematische waterkwaliteit in Vlaanderen. beoordelingen en rapporten op aangaande de waterkwaliteit en dit ten behoeve of in opdracht van diverse beleidsniveaus (lokaal, regionaal, federaal, nationaal, internationaal).

Tijdig opgemaakte rapporten. Opstellen en aanleveren aan internationale fora van de waterkwaliteitsgegevens volgens de vereiste formats. Online meetgegevens waterkwaliteit.

kerntaken



WBE1: 1. De systematische toetsing van het beleid en VMM draagt bij tot de evaluatie van de de beleidsinstrumenten op effectiviteit en effecten van het gevoerde waterbeleid efficiëntie. en zo nodig formuleert ze voorstellen m.b.t. het gevoerde waterbeleid of initieert nieuw waterbeleid.

Bijdrage aan de ontwikkeling van de beleidseffectindicatoren.

WBE2: VMM levert de nodige gegevens aan voor o.m. de verschillende waterrapporten en de waterbeleidsevaluatie via MIRA.

Bijdrage aan MIRABE rapportering m.b.t. waterbeleidsevaluatie. Rapportering van de beleidseffectindicatoren (via de Beleidsraad)


1. Input leveren om een degelijke communicatie en rapportering te verzorgen aan enerzijds de overheid , de bevolking en industrie en de sector partners.

Pagina 14 van 30


LUCHTBELEIDSADVIES

THEMA LUCHT kerntaken



LBA1: VMM draagt bij tot de ontwikkeling van het luchtbeleid en het daarmee verbonden milieunormerings en milieudoelstellingenkader.

1. Verzorgen van een tijdige, deskundige en overlegde bijdrage aan het luchtbeleid en de luchtbeleidsinstrumenten, in overleg met en in ondersteuning van het departement.

Beschikbare voorstellen milieukwaliteitsnormen voor omgevingslucht. Beschikbare bijdrage aan de ontwikkeling van de regelgeving. Beschikbare bijdrage aan de ontwikkeling van de opmaak Best Beschikbare Technologieën, Milieueffectenrapporten, …

ONDERZOEK EN ONTWIKKELING M.B.T. DE LUCHTBELEIDSINSTRUMENTEN

Beschikbare voorstellen luchtbeleids doelstellingen. Beschikbare voorstellen emissieheffingen lucht. LBA2: VMM draagt bij tot de ontwikkeling van internationale regelgeving en engagementen inzake lucht middels correct technisch advies met betrekking tot Europese en internationale regelgeving en verdragen (monitoring, maatregelenprogramma's…).

1. De participatie aan het totstandkomen en implementeren van het internationaal en intergewestelijk luchtbeleid verder versterken.

Deelname en expertbijdrage aan de Coördinatie Commissie Internationaal Milieubeleid, Europese en internationale overlegfora en in het bijzonder bijdragen tot de gemeenschappelijk implementatiestrategie die door de Europese Unie en multilaterale fora worden opgezet. Geadviseerde en geïmplementeerde Europese richtlijnen

kerntaken



LOO1: VMM definieert luchtbeleidsinstrumenten en werkt ze verder doelmatig uit, met aandacht voor sociale en economische aspecten.

1. Vergunningen: de conceptuele aspecten Beschikbare uitgewerkte voorstellen. van het vergunningenbeleid verder uitwerken en inzetten zodat emissies dalen tot het gewenst niveau. 2. Monitoring: het meten en modelleren van Doelmatig aangewende en gerealiseerde onderzoek en studieopdrachten. de luchtkwaliteit en inventariseren van de relevante emissies en bronnen verder optimaal uitbouwen en afstemmen in functie van diverse klanten of motivaties.

LOO2: VMM bouwt verder haar luchtexpertise uit op basis van de gegenereerde en beschikbare data, de ontwikkeling van modellen en scenario’s en via de uitvoering en aansturing van ondersteunend en/of vernieuwend onderzoek op het vlak van luchtverontreiniging, meettechnieken, luchtkwaliteitmodellen, vorming en omzettingsmechanismen, informatietechnologieën, …

Nieuwe of verder ontwikkelde modellen. 1. Beschikken over verspreiding, Doelmatig formuleren en implementeren van voorspelling en verstoringketenmodellen onderzoek en studieopdrachten. van luchtverontreiniging ten behoeve van de beleidsmakers, voor de informatie van de burger en belanghebbenden met het oog op het verkrijgen van een correct beeld van de luchtkwaliteit. Nieuwe of verder ontwikkelde methodes 2. De kennis inzake fysische, biologische, (eco)toxicologische en chemische analyse (volgens ISO 17025) ter analyse en evaluatie van kwaliteitselementen o.a. ten behoeve van en beoordelingsmethoden verder de Kaderrichtlijn Lucht (KRL). onderhouden en uitbreiden, inclusief de hieraan gekoppelde monstername Doelmatig aangewende en gerealiseerde technieken. onderzoek en studieopdrachten.

LOO3: VMM participeert in de (internationale) kennisuitwisseling met andere (‘zuster’) instellingen.

1. De participatie aan (internationale) kennisuitwisseling verder versterken.


Deelname en expertbijdrage aan workshops, studiedagen en grensoverschrijdende projecten. Uitvoeren van de verplichtingen en engagementen omtrent samenwerking met minder ontwikkelde landen door bijdrage aan de kennisoverdracht, capacity building en/of ontwikkelingssamenwerkingsprojecten.

Pagina 15 van 30


BELEIDSEVALUATIE


UITVOEREN VAN HET LUCHTBELEID IN TOEPASSING VAN DE LUCHTBELEIDSINSTRUMENTEN

THEMA LUCHT kerntaken



LUB1: VMM voert metingen uit op de omgevingslucht.

1. De omgevingslucht monitoren om te weten, te controleren en kwaliteitsvolle meetgegevens ter beschikking te stellen. Het verzamelen en deskundig verwerken in databanken van de meetinformatie om die om te vormen tot relevante informatie voor de bevolking, overheden en andere doelgroepen.

Kwaliteitsvolle, tijdige en efficiënte uitvoering monitoring op basis van erkenningen en accreditaties (ISO 17025), interne en externe audits en respecteren gestelde termijnen (kwaliteitszorgprocedures, eisen interne en externe klanten en internationale rapportering). Meetnet beschikbaar voor elk polluent uit de KRL of dochterrichtlijnen (DRL). Modellen beschikbaar voor polluenten uit de KRL of DRL conform de vereisten van de richtlijnen en/of Beste Behaalbare Nauwkeurigheid.

LUB2: VMM past verspreiding en voorspellingsmodellen voor luchtverontreiniging toe en berekent scenario's.

1. Verspreidings , voorspellings en verstoringsketenmodellen voor luchtverontreiniging toepassen voor het inlichten van de bevolking bij smog, voor scenarioontwikkeling ten behoeve van de beleidsmakers en voor beleidsevaluatie. LUB3: 1. Het verder optimaliseren van de emissie VMM maakt inventarissen op van inventaris lucht teneinde op een luchtverontreinigende stoffen, kwaliteitsvolle manier te voldoen aan de broeikasgassen en relevante bronnen. vereisten van de verschillende klanten. LUB4: 1. Eénduidig adviseren van VMM adviseert milieuvergunningsaanvragen afgestemd op de milieudoelstellingen voor de milieuvergunningsaanvragen. omgevingslucht.

Realisatie optimalisatie emissieinventaris lucht conform internationale richtlijnen en/of Beste Beschikbare Methodiek. Tijdig afgeleverde adviezen. Uniforme procedures (kwaliteitscontrole: motivatieplicht).

kerntaken



LRI1: VMM signaleert en duidt luchtkwaliteitproblemen (ozonalarm, smogalarm, overschrijdingen).

1. Verzekeren van de realtime opvolging van de luchtkwaliteit met inbegrip van voorspellingen en het aansturen van waarschuwings en alarmsystemen overeenkomstig intergewestelijke afspraken.

Tijdige waarschuwing en alarmering van bevolking, pers en specifieke belanghebbende instanties voor mogelijk smogepisodes (ozon, fijn stof,..) volgens de Europese vereisten. Informeren over mogelijke oplossingen. Uurlijkse realtime publicatie van de actuele luchtkwaliteit d.m.v. tabellen, kaarten en kwaliteitsindices.

LRI2: VMM maakt systematische beoordelingen en rapporten op aangaande de luchtkwaliteit en de emissies en dit ten behoeve of in opdracht van diverse beleidsniveaus (lokaal, regionaal, federaal, internationaal).

1. Systematische evaluatie van de omgevingsluchtkwaliteit en de emissies in Vlaanderen, met inbegrip van de eraan verbonden gezondheids en milieueffecten.

Beschikbare rapporten zoals onder andere het jaarrapport luchtkwaliteit, het jaarrapport emissieinventaris lucht, … Opstellen en aanleveren aan Europese en internationale fora van de emissiegegevens volgens de vereiste formats. Website emissie inventaris lucht. Online meetgegevens luchtkwaliteit. Aanleveren van beschikbare gegevens ten behoeve van het lucht en klimaatbeleid.

kerntaken



LBE1: VMM draagt bij tot de evaluatie van de effecten van het gevoerde luchtbeleid en formuleert zo nodig voorstellen mbt het gevoerde luchtbeleid of initieert nieuw luchtbeleid.

1. Systematische toetsing van het beleid en Bijdrage aan de ontwikkeling van de beleidseffectindicatoren. de beleidsinstrumenten op effectiviteit en Bijdrage aan het milieubeleidsplan. efficiëntie.

LBE2: VMM levert de nodige gegevens aan voor o.m. de verschillende luchtrapporten en de luchtbeleidsevaluatie via MIRA.

1. Input leveren om een degelijke communicatie en rapportering te verzorgen aan enerzijds de overheid , de bevolking en industrie en de sector partners.


Bijdrage aan MIRABE rapportering mbt luchtbeleidsevaluatie. Rapportering van de beleidseffectindicatoren (via de Beleidsraad).

Pagina 16 van 30



UITVOEREN VAN HET MILIEUBELEID IN TOEPASSING VAN DE MILIEUBELEIDSINSTRUMENTEN

ONDERZOEK EN ONTWIKKELING M.B.T. DE MILIEUBELEIDS INSTRUMENTEN

MILIEUBELEIDSADVIES

THEMA MILIEU Kerntaken



MBA1: VMM draagt bij tot de Vlaamse milieubeleidsadvisering ten behoeve van de beleidsraad, het milieubeleidsplan.

1. Verzorgen van een tijdige, deskundige en overlegde bijdrage aan het overkoepelend milieubeleid.

Beschikbare bijdrage aan de ontwikkeling van de opmaak MBP 2011 – 2015 voor de thema’s water, lucht en milieugevaarlijke stoffen. Beschikbare bijdrage aan de ontwikkeling van afgestemde milieuregelgeving milieubeleid. Beschikbare bijdrage aan beleidsstrategische documenten zoals beleidsnota en beleidsbrieven, afgestemd op de begroting.

MBA2: VMM analyseert en beschrijft de verwachte ontwikkeling van het milieu bij ongewijzigd beleid en bij gewijzigd beleid volgens een aantal relevant geachte scenario's.

1. Tijdige, deskundige en overlegde analyse en beschrijving van de toestand van het milieu bij ongewijzigd en gewijzigd beleid.

Beschikbaar MIRAS rapport in 2009.

kerntaken



MOO1: VMM bouwt de multithematische wetenschappelijke kennis op en volgt de technologische ontwikkelingen op met milieugerelateerde implicaties.

1. Opmaak voorstellen onderzoeksprogramma’s en uitvoering van projecten in afstemming met andere partners. 2. De nodige ICT instrumenten m.b.t. de beleidskennisinformatie voorzien en verder uitbouwen.

Specifiek besteed budget. Beschikbare onderzoeksrapporten.

kerntaken MUB1: VMM analyseert en beschrijft de toestand van het milieu in Vlaanderen.

Realisatie datawarehouse.



1. Tijdige, deskundige en overlegde analyse en beschrijving van de actuele toestand van het milieu.

Beschikbaar MIRAT rapport in 2010.

MUB2: VMM draagt bij tot de realisatie van de themaoverschrijdende doelstellingen uit het milieubeleidsplan.

1. Opvolging van de realisatie van de doelstellingen van het milieubeleidsplan (MBP) en de milieujaarprogramma’s (MJP) middels themacoördinatie.

Expertenbijdrage via themacoördinatie. Tijdig beschikbaar stellen van de MJP teksten.

MUB3: VMM verzekert een gecoördineerde planning en opvolging van haar bijdragen tot de internationale, Europese, bovengewestelijke en intergewestelijke samenwerking en besluitvorming op milieugebied en de volledige omzetting en toepassing van het internationaal en Europees milieurecht en van de samenwerkingsakkoorden met de andere gewesten.

1. Mandatering verzekeren van de experts in de internationale en Europese overlegfora en stimuleren van de samenwerking met buitenlandse milieu instanties.

Gecoördineerde en tijdige input in de Vlaamse en Belgische overlegfora m.b.t. het internationaal milieubeleid en in de internationale en Europese overlegfora. Buitenlandse zendingen, grensoverschrijdende projecten, internationale seminaries, ontvangsten buitenlandse delegaties en stagiairs.

kerntaken MRI1: VMM communiceert via de communicatiekanalen en middelen waarover het beschikt en sensibiliseert en responsabiliseert de verschillenden doelgroepen tot een milieusparend gedrag.



1. Efficiënte en effectieve communicatie naar de doelgroepen.

Verspreiding persberichten, organiseren persconferenties, één aanspreekpunt voor de pers. Publicaties, rapporten, folders, …


Campagnes m.b.t. water, lucht, MIRA. 2. Geïntegreerde milieuinformatie ontsluiten voor specifieke doelgroepen, instellingen en bestuursniveaus. 3. Verbetering van het imago van de Vlaamse overheid, i.c. van VMM.

Antwoorden op vragen van de doelgroepen op basis van een front en backoffice. Actuele website. Bijdrage aan de milieucommunicatiestrategie van het beleidsdomein.

Pagina 17 van 30


BELEIDSEVALUATIE

THEMA MILIEU

Artikel 11.

kerntaken MBE1: VMM analyseert en beschrijft het gevoerde milieubeleid en zo nodig formuleert ze voorstellen m.b.t. het gevoerde milieubeleid of initieert nieuw milieubeleid. MBE2: VMM levert de nodige gegevens aan voor verschillende milieurapporten.



1. Systematische toetsing van het beleid en de beleidsinstrumenten op effectiviteit en efficiëntie.

Bijdrage aan de ontwikkeling van de beleidseffectindicatoren. Beschikbaar MIRABE rapport in 2009.

1. Input verzorgen om een degelijke communicatie en rapportering te verzorgen aan enerzijds de overheid , de bevolking en industrie en de sector partners.

Bijdrage aan MIRABE rapportering mbt milieubeleidsevaluatie. Rapportering van beleidseffectindicatoren (via de Beleidsraad).

Planning van de engagementen

VMM zal jaarlijks een ondernemingsplan opmaken. Het ondernemingsplan legt het verband tussen de beleidsdoelstellingen en de organisatiedoelstellingen en bepaalt de concrete acties die VMM zal uitvoeren om de operationele jaardoelstellingen te realiseren. Het ondernemingsplan omvat gedetailleerde activiteitenplannen, de nodige middelen input en de hieraan verbonden output om de strategische organisatiedoelstellingen en de generieke doelstellingen uit de beheersovereenkomst te realiseren. Het ondernemingsplan 2008, 2009 en 2010 vormen een onlosmakelijk onderdeel van de beheersovereenkomst 2008 – 2010, die jaarlijks bij de begrotingsopmaak ter goedkeuring aan de minister zal worden voorgelegd. Het eerste ontwerp van ondernemingsplan wordt aan de minister voorgelegd samen met de eerste begrotingsvoorstellen voor het nieuwe begrotingsjaar. Het ondernemingsplan wordt uiterlijk 2 maanden na de goedkeuring van de begroting door de Vlaamse Regering gefinaliseerd.

Artikel 12.

Aanvullende opdrachten en engagementen

Zoals onder meer aangegeven in artikel 10.2.4 van het oprichtingsdecreet kan VMM alle activiteiten verrichten die rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot het vervullen van haar missie of taken. VMM kan onroerende goederen verwerven die nuttig zijn voor de uitvoering van haar missie en taken. Huisvestingsdossiers worden steeds gekaderd binnen het Huisvestingsmigratieplan van de Vlaamse Regering. Onroerende goederen die niet langer nuttig zijn voor VMM kunnen worden vervreemd volgens de geëigende procedures. De Vlaamse Regering kan VMM machtigen tot onteigening in de gevallen waarin ze oordeelt dat het verkrijgen van de goederen in kwestie noodzakelijk is voor het algemeen belang. VMM kan wetenschappelijk onderzoek laten uitvoeren voor zover dat nuttig is voor de uitvoering van haar taken. VMM kan, voor zover dat wenselijk is, laboratoria oprichten om analyses of metingen van lucht of water uit te voeren, maar kan deze ook laten uitvoeren in door de Vlaamse Regering erkende of volgens de geldende internationale normen geaccrediteerde laboratoria. VMM zal haar rol in de externe communicatie uitvoeren binnen de globale communicatiestrategie van het beleidsdomein en in samenspraak met de minister. VMM is verantwoordelijk voor een transparante werking en goede informatiedoorstroming ten aanzien van de minister en het departement. VMM informeert de minister door middel van voorafgaand periodiek overleg over de initiatieven die het zal nemen. VMM zorgt voor een correcte en tijdige verantwoording over de uitvoering van haar opdrachten. Aanvullende opdrachten, met eventueel de bijhorende financiële repercussies, kunnenin een addendum aan de beheersovereenkomst worden opgenomen. Agendering VR 23112007

Pagina 18 van 30


Hoofdstuk IV Engagementen van de Vlaamse Regering

Artikel 13.

Financiële engagementen

§ 1. Dotaties De beheersovereenkomst 20082010 wordt geënt op de meerjarenbegroting. In het kader van de begrotingscyclus (begrotingsopmaak en controle) worden periodiek door het Vlaams Parlement de financiële engagementen gestemd die moeten doorvertaald worden in het jaarlijkse ondernemingsplan (en desgevallend het halfjaarlijks rapport). VMM moet het ESR vorderingsaldo behalen zoals wordt bepaald in het kader van de begrotingscyclus (resp. bij begrotingsopmaak en –controle). De Vlaamse minister, bevoegd voor financiën en begroting, heeft daartoe een interventiemogelijkheid op basis van het besluit op de begrotingscontrole.Deze bepalingen opgenomen in dit eerste lid prevaleren op alle andere artikelen van de beheersovereenkomst. Van deze bepalingen kan niet worden afgeweken. Alle andere bepalingen in de beheersovereenkomst die hiermee strijdig zijn, die hiervan afwijken of zelfs voor een verschillende interpretatie vatbaar zouden zijn, verliezen hierdoor hun uitwerking en zijn in elk geval steeds ondergeschikt aan bovenvermelde budgettaire generieke bepalingen. Ten einde VMM in staat te stellen haar opdrachten te kunnen uitoefenen, kent het Vlaams Gewest, voor de gehele duur van de overeenkomst, aan VMM jaarlijkse dotaties en kredieten binnen het Minafonds toe.

VMM heeft het beheer over alle begrotingsartikels die volgens de parentbegroting aan het agentschap zijn toegewezen. Deze parentbegroting wordt desgevallend jaarlijks aangevuld met de nieuwe begrotingsartikels. VMM streeft ernaar om de verwijlintresten op haar financiële dossiers tot een minimum te beperken. Jaarlijks zal VMM aan de minister rapporteren over (de evolutie van) de betaalde verwijlintresten. De regering voorziet zowel de nodige beleidskredieten als de nodige kredieten voor interne werking, zodat VMM haar opdrachten, processen en projecten kan uitvoeren in overeenstemming met de vooropgestelde prestatienormen en zoals verder geconcretiseerd in het ondernemingsplan. § 2. Aanvullende middelen Aanvullende opdrachten kunnen aanleiding geven tot extra middelen. Bij de toewijzing van aanvullende opdrachten aan VMM zal vooraf een berekening van de benodigde middelen (personeel, budget) worden uitgevoerd. VMM kan onder meer ook gebruik maken van: de beleidskredieten van de Milieu Infostuurgroep ter financiering van de investeringen en de werking in verband met haar aandeel in de verdere uitbouw van overkoepelende referentiebestanden, de koppeling van milieugegevens en de geïntegreerde dienstverlening en ontsluiting van gegevens voor het beleidsdomein(LC1205B en LC7407B); de beleidskredieten toegewezen aan de VMM binnen het MINA fonds (artikelen LC4150BC, LC6323BC, LC6103BC en LC6322BC) en binnen de algemene uitgavenbegroting (LC6301B) voor de financiering van de uitbouw en het beheer van de gemeentelijke en bovengemeentelijke zuiveringsinfrastructuur ; de beleidskredieten binnen de algemene uitgavenbegroting (LC3540B) in het kader van de coördinatie en de organisatie van de planning van het integraal waterbeleid. eventuele aanvullende beleidskredieten uit het Financieringsfonds voor Schuldafbouw en Eenmalige Investeringsuitgaven voor het operationeel beheer van de watersystemen (mits voorzien in specifiek protocol);


Pagina 19 van 30


Artikel 14.

Andere engagementen

§1. Toekomstige regelgeving De voorbereiding van nieuwe decreten en uitvoeringsbesluiten, alsook van wijzigingen aan bestaande decreten en uitvoeringsbesluiten, die van invloed zijn op het decretale kader van VMM, gebeuren na onderling overleg tussen de partijen. §2. Vertrouwelijkheid De partijen verbinden er zich toe om gegevens die in het kader van de uitvoering van de beheersovereenkomst worden verstrekt, waaronder persoonsgebonden of concurrentieelstrategische belangrijke informatie, vertrouwelijk te behandelen.


Pagina 20 van 30


Hoofdstuk V Personeel

Artikel 15.

Personeelsstatuut

De rechtspositieregeling van het personeel wordt geregeld door het raamstatuut vastgesteld bij besluit van de Vlaamse Regering dd. 13 januari 2006 “Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid”. Dit raamstatuut houdt de regelgeving in van de voor de Vlaamse overheid noodzakelijke gemeenschappelijke arbeidsvoorwaarden die rechtszekerheid en rechtsbescherming moeten bieden en juridische afdwingbaarheid vereisen. Tenzij anders overeengekomen in specifieke bepalingen of overeenkomsten vallen alle aspecten inzake personeelsbeleid en personeelsbeheer, die niet expliciet geregeld zijn in het hiervoor vermelde raamstatuut onder de verantwoordelijkheid van het management van VMM. Artikel 16.

Algemene principes inzake personeelsmanagement, competentie en ontwikkelingsbeleid

VMM onderschrijft om in haar intern te ontwikkelen waardensysteem de vier basiswaarden op te nemen die in het licht van de gewenste organisatiecultuur voor de Vlaamse overheid vooropgesteld worden aangevuld met een agentschapspecifieke waarde. Het betreft hier volgende waardegebonden competenties: ‘klantgerichtheid’, ‘betrouwbaarheid’, ‘samenwerken’, ‘voortdurend verbeteren’ en ‘milieusparend gedrag’. VMM voert een personeelsbeleid opgebouwd rond onderstaande thema’s zoals vermeld in Hoofdstuk II,

Artikel 7 § 3 van deze overeenkomst:

communiceren en informeren ;

sturen en coachen ;

teambuilding en sociale activiteiten ;

werving en selectie ;

vorming, training en opleiding ;

positief arbeidsklimaat, welzijn en evenwicht werk – privé ;

aangevuld met de thema’s:

rapporteren m.b.t. het P&O beleid ;

beleidsonderzoek en expertiseontwikkeling ;

loon en personeelsadministratie.

Artikel 17.

Vaststelling van het personeelsbehoeftenplan

Om de 3 jaar worden binnen VMM de processen en de personeelsinzet beschreven.

Bij de bepaling van het personeelskader wordt rekening gehouden met het budgettaire kader (ESR 11

refertekrediet). De nadruk zal liggen op het uitvoeren van de proces en activiteitenevaluaties.

Rekening houdend met de functionele behoeften van VMM zal verder bijzondere aandacht besteed

worden aan:

de opwaardering van het personeel ;

het inbouwen van bevorderingsgraden ;

een gezond evenwicht in de verhouding tussen dienstverlenend personeel en ondersteunend

personeel ; de naleving van de principes van de evenredige participatie en de gelijke behandeling in het kader van het Vlaamse werkgelegenheidsbeleid, overeenkomstig het decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt ; de generieke principes van het gelijke kansen en diversiteitbeleid van de Vlaamse Regering zoals vermeld in Hoofdstuk II, Artikel 7 § 4 van deze overeenkomst. Op basis van deze evaluatieaspecten wordt de optimale toekomstige personeelsbehoefte, vereist voor de realisatie van de engagementen van VMM, vastgesteld in een personeelsplan voor VMM. Agendering VR 23112007

Pagina 21 van 30


Hoofdstuk VI Financiële betrekkingen tussen VMM en de toezichthoudende overheid

Artikel 18.

Herkomst van de financiële middelen van VMM

De dotaties van VMM zijn opgenomen in de programma’s (afk. PR) LC, CG en GD van de algemene

uitgavenbegroting van het Vlaams Gewest en in de Minafondsbegroting.

In artikel 10.2.5 van het oprichtingsdecreet staat omtrent het verwerven en beheren van bijkomende

middelen door VMM hetgeen volgt:

De VMM kan beschikken over de volgende ontvangsten:

leningen ; fiscale heffingen voor zover ze bij decreet toegewezen zijn aan VMM ; retributies voor zover ze bij decreet toegewezen zijn aan VMM ; ontvangsten uit daden van beheer of beschikking met betrekking tot eigen domeingoederen ; prijzen, schenkingen of legaten in contanten ; inkomsten uit eigen participaties en uit door VMM verstrekte leningen aan derden ; opbrengsten uit de verkoop van eigen participaties ; subsidies waarvoor VMM als begunstigde in aanmerking komt ; terugvorderingen van ten onrechte gedane uitgaven ; vergoedingen voor geleverde prestaties aan derden ; de opbrengsten uit intellectuele rechten ; inkomsten uit artikel 23, § 2, eerste lid, a) tot en met d), van het decreet van 21 december 1990 houdende begrotingstechnische bepalingen alsmede bepalingen tot begeleiding van de begroting 1991 ; inkomsten uit de bijdragen van de natuurlijke of rechtspersonen naar privaat of publiek recht, vermeld in artikel 24, § 1, van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer ; het gecumuleerd begrotingsresultaat, vastgesteld bij de boekhoudkundige afsluiting van de rekeningen. Tevens mag VMM de kennis die ze heeft opgedaan bij de uitvoering van haar missie en taken ten gelde maken in het binnen en buitenland.

Artikel 19.

Financiële betrekkingen tussen VMM en de toezichthoudende overheid

Inzake financieel beleid is VMM onderhevig aan de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut en het Besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 1997 betreffende een geïntegreerde economische boekhouding en budgettaire rapportering voor de Vlaamse openbare instellingen. Als een begroting niet voor de aanvang van het begrotingsjaar is goedgekeurd, worden bij decreet voorlopige uitgavenkredieten geopend om de werking van VMM te waarborgen. De betalingen aan VMM gebeuren op basis van wekelijkse kasprognoses zoals voorzien in de reglementering van het Centraal Financieringsorgaan. In uitvoering van deze overeenkomst zorgt VMM voor een optimale financiële transparantie van de begrotingsuitvoering. VMM zal hiertoe als bewijs de relevante verantwoordingstukken en betalings en uitvoeringsborderels volgens een geëigende en systematische wijze bijhouden, en indien nodig ter beschikking stellen van de toezichthoudende entiteiten zoals bepaald in de ministeriële besluiten houdende toekenning van de dotatie aan VMM en andere toepasselijke regelgeving. In uitvoering van de beheersovereenkomst zal de VMM de relevante kengetallen met betrekking tot personeel en financiën, die de minister toelaten de efficiëntie van de organisatie te beoordelen, voorleggen. Agendering VR 23112007

Pagina 22 van 30


Als uit de jaarlijkse evaluatie blijkt dat VMM haar verbintenissen niet is nagekomen, kan de Vlaamse Regering haar dotatie bijsturen, rekening houdend met de vaste en variabele kosten en met het effect van een eventuele aanpassing van de dotatie op de dienstverlening.


Pagina 23 van 30


Artikel 20.

Bepalingen inzake het beheer van de financiële middelen

Jaarlijks dient VMM bij de Vlaamse Regering een begrotingsontwerp in voor volgend werkjaar. VMM zal dit doen conform de voorziene begrotingsrichtlijnen en binnen de gestelde termijnen. Rekening houdend met de bepaling van artikel 13, §1, eerste lid kan VMM, met voorafgaandelijke goedkeuring van de ministers bevoegd voor leefmilieu en voor begroting, de begroting wijzigen. De financiële middelen uit het Fonds voor de Waterhuishouding en het Fonds voor het Grondwaterbeheer worden door VMM beheerd. De VMM engageert zich om de haar toegewezen middelen maximaal in te zetten voor de uitvoering van het beleid van de minister zoals bepaald in de beheersovereenkomst en zal hierover rapporteren conform de bepalingen in Hoofdstuk VII, Artikel 22 van deze overeenkomst.


Pagina 24 van 30


Hoofdstuk VII Controle en audit; opvolging, rapportering en overleg

Artikel 21.

Controle en audit

Conform artikel 33 van het kaderdecreet is VMM belast met de uitbouw en de goede werking van de

vereiste interne controlesystemen (zie Hoofdstuk II, Artikel 7 § 7).

Op verzoek van de Vlaamse Regering of van de minister kan op elk moment een aanvullende controle

worden uitgevoerd, waarbij de activiteiten en systemen van VMM worden geaudit.

Hierbij kunnen onder meer de volgende organen of personen optreden, elk binnen de grenzen van de

bevoegdheden die eraan zijn toegewezen:

het hoofd van VMM ; de directieraad van VMM ; het Departement Financiën en Begroting ; de Interne Audit van de Vlaamse Administratie ; de Inspectie van Financiën ; het Rekenhof ; de Vlaamse Regering ; het Vlaams Parlement. VMM gaat het engagement aan om loyaal mee te werken aan de externe controle en audit van haar activiteiten en systemen, uitgevoerd door de daartoe gemachtigde instanties. De VMM verleent toegang tot de nodige informatie en bezorgt op vraag de nodige gegevens en documenten opdat de onder dit artikel vallende instanties hun opdracht op een kwaliteitsvolle en efficiënte wijze kunnen uitvoeren. De voornaamste bevindingen van een controle of audit, evenals de voortgangscontrole, zullen worden vermeld in het jaarrapport voor de minister.

Artikel 22.

Opvolging, rapportering en overleg

§ 1. Opvolging VMM zal over de uitvoering van de beheersovereenkomst aan de minister rapporteren door middel van een jaarlijks rapport en een afsluitend eindrapport over de beheersovereenkomst. De rapporten zullen een gestructureerd overzicht geven van de realisatie van de engagementen uit de beheersovereenkomst, namelijk: een beschrijving van de mate waarin aan de strategische organisatiedoelstellingen zoals vermeld in Hoofdstuk III, Artikel 10 en de generieke doelstellingen zoals vermeld in Hoofdstuk II, Artikel 7 in de beheersovereenkomst werd tegemoetgekomen gedurende de afgelopen periode. Waar aangewezen, zal toelichting worden gegeven bij de resultaten ; een overzicht van de gerealiseerde output (producten of diensten) ; een beschrijving van de budgettaire afwijkingen die zich hebben voorgedaan ten opzichte van de bepaalde begroting en de nodige bijsturingen daarvan. Voor de jaarlijkse operationele doelstellingen worden waar mogelijk en relevant genormeerde en meetbare indicatoren gedefinieerd om de systematische opvolging mogelijk te maken. Er wordt gerapporteerd op basis van informatie die afkomstig is uit het interne beheers en beleidskennisinformatiesysteem dat VMM zal uitbouwen.


Pagina 25 van 30


§ 2. Rapportering en overleg VMM zal via het jaarrapport, binnen de terzake geldende termijnen, de jaarrekening en het jaarverslag voorleggen aan de Vlaamse Regering, na visum van de minister. Het jaarrapport over de uitvoering van de beheersovereenkomst zal worden voorgelegd aan de minister vóór 31 maart van het jaar dat volgt op het betrokken jaar in kwestie. De minister evalueert het jaarrapport, vraagt waar nodig aanvullende toelichtingen aan VMM en stelt een gemotiveerd verslag op van zijn evaluatie. De minister of zijn vertegenwoordiger bespreekt het evaluatierapport met het hoofd van VMM. VMM erkent het inlichtingenrecht van de bevoegde minister m.b.t. stukken en informatie aangaande de beheersovereenkomst, waarbij de minister het departement kan informeren. Het eindrapport over de uitvoering van de beheersovereenkomst wordt bezorgd aan de minister zes maanden voor de looptijd van de beheersovereenkomst is afgelopen. De minister vraagt waar nodig aanvullende toelichtingen aan VMM en analyseert waarom bepaalde doelstellingen slechts gedeeltelijk of niet werden gehaald en formuleert aanbevelingen en belangrijke aandachtpunten voor de toekomst en geeft mogelijke risico’s aan. De minister of zijn vertegenwoordiger bespreekt het eindevaluatierapport met het hoofd van VMM.


Pagina 26 van 30


Hoofdstuk VIII – Evaluatie, bijsturing en geschillenregeling

Artikel 23.

Evaluatie

De uitvoering van deze beheersovereenkomst over het voorbije jaar wordt jaarlijks vóór 15 juni geëvalueerd door de minister. Deze jaarlijkse evaluatie zal worden uitgevoerd op basis van de rapportering, zoals voorzien in Hoofdstuk VII, Artikel 22 van deze overeenkomst. VMM verleent toegang tot de nodige informatie en bezorgt op vraag de nodige gegevens en documenten opdat de minister zijn opdracht op een kwaliteitsvolle en efficiënte wijze kan uitvoeren. De minister legt een eindevaluatie voor aan de regering die een formele uitspraak doet inzake de evaluatie betreffende de uitvoering van deze beheersovereenkomst door VMM.

Artikel 24.

Bijsturing

Bij de jaarlijkse evaluatie van de uitvoering van de beheersovereenkomst zullen de partijen nagaan of er al dan niet aanpassingen aan de beheersovereenkomst moeten worden aangebracht. De beheersovereenkomst wordt aangepast overeenkomstig de bepalingen van Hoofdstuk IX, Artikel 25 van deze overeenkomst. Als de in de beheersovereenkomst vastgelegde verplichtingen door een partij niet worden nageleefd, plegen de partijen nader overleg over de te nemen maatregelen tot bijsturing.


Pagina 27 van 30


Hoofdstuk IX Aanpassingen beheersovereenkomst opschortende voorwaarden

Artikel 25.

Aanpassingen beheersovereenkomst opschortende voorwaarden

Indien zich tijdens de duur van de overeenkomst ingrijpende wijzigingen voordoen, hetzij in de maatschappelijke omgeving waarin VMM actief is, hetzij in de beleidsopties, hetzij door een interventie van de Vlaamse minister bevoegd voor financiën en begroting t.g.v een budgettaire noodwendigheid en deze wijzigingen de opdrachten van VMM dermate veranderen dat deze veranderingen niet kunnen ingepast worden in de vigerende afspraken tussen de partijen, dan kan de beheersovereenkomst op vraag van de functioneel bevoegde minister of van de minister bevoegd voor financiën en begroting opnieuw onderhandeld en aangepast worden. De beheersovereenkomst kan enkel opnieuw formeel onderhandeld worden op vraag van het hoofd van VMM na een belangrijke wijziging van het financiële engagement van de Vlaamse Regering tijdens de duur van de beheersovereenkomst Elke wijziging van de beheersovereenkomst moet in een addendum worden vastgesteld.


Pagina 28 van 30


Hoofdstuk X – Specifieke en aanvullende bepalingen

Artikel 26.

Verplichtingen van VMM inzake tarieven

In artikel 10.2.5 van het oprichtingsdecreet staat omtrent het verwerven en beheren van bijkomende

middelen door VMM hetgeen volgt:

VMM kan beschikken over de volgende ontvangsten:

vergoedingen voor geleverde prestaties aan derden ;

de opbrengsten uit intellectuele rechten.

Tevens mag VMM de kennis die ze heeft opgedaan bij de uitvoering van haar missie en taken te gelde

maken in het binnen en buitenland.

Tenzij anders bepaald in een specifieke contractuele overeenkomst, geldt met betrekking tot de tarieven,

de algemene regel dat:

ingeval van capaciteitsoverschot minimaal de marginale kostprijs dient te worden aangerekend ;

ingeval van capaciteitstekort de integrale kostprijs dient te worden aangerekend.

Artikel 27.

Samenwerkingsovereenkomsten

VMM kan voor de haar toevertrouwde opdrachten zelf akkoorden en overeenkomsten afsluiten met derden. De minister verbindt er zich toe om, indien noodzakelijk, de nodige initiatieven te nemen om samenwerkingsakkoorden waarvoor de minister gemachtigd is, te herzien of uit te breiden.

Artikel 28.

Aanvullende bepalingen

De minister gaat het engagement aan, conform artikel 8 van het kaderdecreet, deze beheersovereenkomst, alsook elke verlenging, wijziging, schorsing of ontbinding ervan, vóór de ondertekening ervan mee te delen aan het Vlaams Parlement. VMM gaat het engagement aan om deze beheersovereenkomst, alsook elke verlenging, wijziging, schorsing of ontbinding ervan, publiek kenbaar te maken door de tekst ervan integraal te publiceren op zijn website, uiterlijk één maand na elke beslissing of goedkeuring in dit verband. Gedaan te Brussel op 23 november 2007 Ondertekening. Namens het Vlaams Gewest

Namens VMM

Hilde Crevits De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur

Frank Van Sevencoten Administrateurgeneraal


Pagina 29 van 30


BIJLAGEN

Bijlage 1 van de beheersovereenkomst van 23/11/2007:

Lijst van decretale opdrachten voor VMM conform artikel 10 van het oprichtingsdecreet

Gezien om gevoegd te worden bij de beheersovereenkomst van 23/11/2007.

Gedaan te Brussel op 23 november 2007 Ondertekening. Namens het Vlaams Gewest

Namens VMM

Hilde Crevits De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur

Frank Van Sevencoten Administrateurgeneraal


Pagina 30 van 30

BEHEERSOVEREENKOMST TUSSEN HET VLAAMS GEWEST HET INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP MET RECHTSPERSOONLIJKHEID VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ

Recommend Documents