Bedieningshandleiding
az GPS-Switch Boordcomputer
MG3444 BAG0059.8 11.12 Printed in Germany
nl
Lees deze bedieningshandleiding voor gebruik door en volg de aanwijzingen zorgvuldig op! Bewaar de bedieningshandleiding voor toekomstig gebruik!
Het mag niet onbelangrijk of overbodig voorkomen, deze gebruiksaanwijzing te lezen en zich aan de aanwijzingen te houden; het volstaat niet van anderen te horen, dat de machine goed is, ze daarom te kopen en te denken dat alles vanzelf gaat. De persoon in kwestie berokkent niet alleen zichzelf schade maar zal ook fouten maken waarbij het mislukken niet aan zichzelf doch aan de machine zal worden toegeschreven. Om zeker te zijn van een goede werking moet men zich bewust zijn van de handelingen en over het doel van de functies van de machine geïnformeerd zijn en er mee leren omgaan. Pas dan zal men over de machine en zichzelf tevreden zijn. Om dit doel te bereiken dient deze bedieningshandleiding.
Leipzig-Plagwitz 1872.
2
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Identificatiegegevens
Identificatiegegevens Vul hier de identificatiegegevens van de machine in. U vindt de identificatiegegevens op het typeplaatje. Identificatienummer machine: (tien cijfers) GPS-Switch
Type: Bouwjaar: Basisgewicht kg: Toelaatbaar totaalgewicht kg: Maximale belading kg: Adres fabrikant AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG Postfach 51 D-49202 Hasbergen Tel.:
+ 49 (0) 5405 50 1-0
Fax.:
+ 49 (0) 5405 501-234
E-mail:
[email protected]
Bestellen van onderdelen De lijsten met vervangingsonderdelen zijn vrij toegankelijk via het Portaal Vervangingsonderdelen op www.amazone.de. Wij verzoeken u uw orders bij uw AMAZONE-dealers te plaatsen. Over deze bedieningshandleiding Documentnummer:
MG3444
Productiedatum:
11.12
Copyright AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG, 2012 Alle rechten voorbehouden. Nadruk, ook gedeeltelijk, uitsluitend toegestaan na toestemming van AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
3
Voorwoord
Voorwoord Geachte klant, U heeft gekozen voor een van onze kwaliteitsproducten uit het uitgebreide programma van AMAZONEN-WERKE, H. DREYER GmbH & Co. KG. Wij bedanken u voor het in ons gestelde vertrouwen. Controleer bij ontvangst van de machine of er sprake is van transportschade en of er onderdelen ontbreken! Controleer aan de hand van het afleveringsbewijs of de machine compleet is geleverd, inclusief de bestelde toebehoren. Alleen bij directe reclamaties heeft u recht op schadevergoeding! Lees deze bedieningshandleiding, en vooral de veiligheidsinstructies, voor het in bedrijf stellen door en volg alle aanwijzingen zorgvuldig op. Door de bedieningshandleiding nauwlettend te lezen, kunt u de voordelen van uw nieuwe machine optimaal benutten. Zorg ervoor dat alle gebruikers van deze machine deze bedieningshandleiding lezen voordat zij met de machine aan het werk gaan. Raadpleeg bij eventuele vragen of problemen s.v.p. deze bedieningshandleiding of bel ons gewoon even. Door onderhoud regelmatig uit te voeren en versleten of beschadigde onderdelen tijdig te vervangen, verhoogt u de levensduur van uw machine. Uw suggesties Geachte lezers, Wij passen onze bedieningshandleidingen regelmatig aan. Uw suggesties helpen ons onze bedieningshandleidingen nog gebruikersvriendelijker te maken. U kunt uw suggesties per fax aan ons doorgeven. AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG Postfach 51 D-49202 Hasbergen
4
Tel.:
+ 49 (0) 5405 50 1-0
Fax.:
+ 49 (0) 5405 501-234
E-mail:
[email protected]
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Inhoud
1
Tips voor de gebruiker ................................................................................7
1.1 1.2 1.3
Doel van het document ............................................................................................................7 Plaatsaanduidingen in de bedieningshandleiding ...................................................................7 Gebruikte beschrijvingen .........................................................................................................7
2
Algemene veiligheidsinstructies ................................................................8
2.1 2.2
Beschrijving van veiligheidssymbolen .....................................................................................8 Veiligheidsinstructies voor de GPS-Switch .....................................................................9
3
Montage-instructies...................................................................................10
3.1 3.2
Aansluitschema......................................................................................................................10 Aansluitingen van de GPS-Switch ................................................................................10
4
Beschrijving van het product ...................................................................11
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12 4.13 4.13.1 4.14 4.15 4.15.1 4.15.2 4.16 4.17
GPS- switch voor veldspuiten en kunstmeststrooier .............................................................11 GPS-track (optie) ...................................................................................................................11 VRA applicatiekaarten importeren (optie)..............................................................................11 GPS-switch voor willekeurige landbouwmachines ................................................................11 Overzicht ................................................................................................................................12 Inhoud van het GPS-pakket...................................................................................................12 Softwareversie .......................................................................................................................13 USB-aansluiting .....................................................................................................................13 Hoofdmenu.............................................................................................................................13 Werkmenu..............................................................................................................................14 Menu GPS-diagnose..............................................................................................................16 Hiërarchie van het GPS-Switch-menu ..........................................................................17 Beschrijving van toetsen en functievelden.............................................................................18 Shift – toets ............................................................................................................................19 Invoer met de GPS-Switch............................................................................................20 Invoer van letters en cijfers ....................................................................................................20 Kiezen van opties...................................................................................................................21 Toggle-functie ........................................................................................................................21 Definitie van de GPS-parameters ..........................................................................................21 Eisen aan de GPS-kwaliteit ...................................................................................................22
5
In bedrijf stellen .........................................................................................23
5.1 5.1.1 5.1.2 5.2 5.3 5.3.1 5.4 5.4.1 5.4.2 5.4.3 5.4.4 5.4.5 5.4.6 5.5 5.6 5.6.1 5.6.2
Eerste gebruik ........................................................................................................................23 Taal instellen ..........................................................................................................................23 Aansluiting op een vreemd GPS-systeem .............................................................................23 Basistoestand ........................................................................................................................24 Menu "Instelling/machinegeometrie" .....................................................................................24 Aanleggen van een nieuwe machine.....................................................................................25 Menu "Setup GPS-Switch" ............................................................................................27 Overlappingsgraad.................................................................................................................29 Overlappingstolerantie ...........................................................................................................30 Overlappingstolerantie veldgrens ..........................................................................................31 Wendakkerafstand .................................................................................................................31 Preview aan /uit voor veldspuiten ..........................................................................................32 Apparaatgeometrie instellen ..................................................................................................33 Terminal-setup .......................................................................................................................34 Menu "Akkergegevens"..........................................................................................................35 Laden/wissen van akkergegevens.........................................................................................36 Import van Shape-bestanden.................................................................................................38
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
5
Inhoud
6
Gebruik op het veld................................................................................... 40
6.1 6.2 6.3 6.4 6.4.1 6.4.2 6.4.3 6.5 6.6 6.7 6.8 6.9 6.10 6.11
Weergave werkmenu ............................................................................................................ 40 Functievelden in het werkmenu ............................................................................................ 42 Automatische stand en handmatige stand............................................................................ 44 Het referentiepunt.................................................................................................................. 47 Verkeerd/foutief kalibreren .................................................................................................... 47 Nieuw referentiepunt toewijzen ............................................................................................. 48 Gebruik van RTK-GPS.......................................................................................................... 48 Markeren van hindernissen................................................................................................... 49 Werkwijze bij nieuwe opname van het veld .......................................................................... 50 Werkwijze bij het laden van een veldgrens / veld ................................................................. 52 Onderbreken van het werk.................................................................................................... 53 Tijdens het werk .................................................................................................................... 53 Veiligheidszone ..................................................................................................................... 54 REC bij handmatige apparaatgeometrie............................................................................... 55
7
Toepassing GPS Track ............................................................................. 56
7.1 7.2 7.3 7.4 7.4.1 7.4.2 7.5 7.5.1 7.5.2
Functie................................................................................................................................... 56 GPS Track in het werkmenu ................................................................................................. 56 Toepassing van de GPS track .............................................................................................. 57 Geleidesporen aanmaken ..................................................................................................... 58 Geleidesporen via besturingspatroon AB, gecompenseerd of identiek ................................ 58 Geleidesporen voor besturingspatroon A+ ........................................................................... 58 Setup (GPS-Track)................................................................................................................ 59 Besturingspatroon ................................................................................................................. 59 Bedden rijden ........................................................................................................................ 60
8
Storing........................................................................................................ 61
9
Onderhoud ................................................................................................. 65
9.1 9.2 9.3 9.4
Gegevensbeheer USB-stick.................................................................................................. 65 Kiezen van EGNOS-satellieten ............................................................................................. 66 Uitvoeren van een software-update ...................................................................................... 67 Opslag ................................................................................................................................... 69
6
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Tips voor de gebruiker
1
Tips voor de gebruiker Het hoofdstuk Tips voor de gebruiker bevat informatie over het omgaan met de bedieningshandleiding.
1.1
Doel van het document Deze bedieningshandleiding
1.2
beschrijft de bediening en het onderhoud van de machine.
voorziet u van belangrijke informatie om veilig en efficiënt met de machine te werken.
hoort bij de machine en dient altijd in de machine of de tractor te liggen.
voor toekomstig gebruik bewaren.
Plaatsaanduidingen in de bedieningshandleiding Alle in deze bedieningshandleiding genoemde richtingen zijn altijd gezien in rijrichting.
1.3
Gebruikte beschrijvingen
Bedieningsinstructies en reacties De handelingen die de chauffeur dient uit te voeren, worden altijd genummerd weergegeven. Houd u aan de volgorde van de aangegeven bedieningsinstructies. Een pijl geeft in voorkomende gevallen de reactie op de betreffende bedieningsinstructie aan. Voorbeeld: 1. Bedieningsinstructie 1 → Reactie van de machine op bedieningsinstructie 1 2. Bedieningsinstructie 2 Opsommingen Opsommingen zonder dwingende volgorde worden weergegeven met opsommingstekens. Voorbeeld:
Punt 1
Punt 2
Positienummers in afbeeldingen Cijfers tussen ronde haakjes verwijzen naar positienummers in afbeeldingen. Het eerste cijfer verwijst naar de afbeelding, het tweede cijfer naar het positienummer in de afbeelding. Voorbeeld (afb. 3/6)
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Afbeelding 3
Positie 6 7
Algemene veiligheidsinstructies
2
Algemene veiligheidsinstructies Kennis van de basisveiligheidsinstructies en veiligheidsvoorschriften is de eerste voorwaarde om veilig en zonder storingen met de machine te kunnen werken. De bedieningshandleiding
2.1
altijd daar bewaren waar de machine wordt gebruikt!
dient te allen tijde voor chauffeurs en onderhoudsmedewerkers beschikbaar te zijn!
Beschrijving van veiligheidssymbolen Veiligheidsinstructies worden aangegeven met een driehoekig veiligheidssymbool en een signaalwoord. Het signaalwoord (GEVAAR, WAARSCHUWING, VOORZICHTIG) beschrijft de ernst van het dreigende gevaar en heeft de volgende betekenis: GEVAAR verwijst naar een direct gevaar met een hoog risico dat de dood of zwaar lichamelijk letsel (verlies van lichaamsdelen of langdurig letsel) ten gevolge kan hebben als het gevaar niet wordt vermeden. Het negeren van deze instructies kan de dood of zwaar lichamelijk letsel ten gevolge hebben.
WAARSCHUWING verwijst naar een mogelijk gevaar met gemiddeld risico dat de dood of (zwaar) lichamelijk letsel ten gevolge kan hebben als het gevaar niet wordt vermeden. Het negeren van deze instructies kan onder omstandigheden de dood of zwaar lichamelijk letsel ten gevolge hebben.
VOORZICHTIG verwijst naar een gevaar met gering risico dat licht of gemiddeld lichamelijk letsel of materiële schade ten gevolge kan hebben als het gevaar niet wordt vermeden.
BELANGRIJK verwijst naar een verplichting tot een bijzondere handelwijze of activiteit om vakkundig met de machine om te gaan. Het negeren van deze instructies kan storingen in de machine of in de omgeving veroorzaken.
TIP verwijst naar praktische tips en bijzonder nuttige informatie. Deze tips helpen u om alle functies van uw machine optimaal te benutten.
8
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Algemene veiligheidsinstructies
2.2
Veiligheidsinstructies voor de GPS-Switch WAARSCHUWING De strooiwaaier van de kunstmeststrooier vormt in de automatische stand een gevaar voor personen in het werkgebied. Het gevaar kan optreden door het automatisch opengaan van de sluitschuiven.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
9
Montage-instructies
3
Montage-instructies
3.1
Aansluitschema De basisuitvoering van de tractor (console met verdeler) moet in het zicht en binnen handbereik rechts naast de bestuurder trillingsvrij en elektrisch geleidend aan de cabine worden gemonteerd. De afstand tot de radio resp. de radioantenne moet ten minste 1 m bedragen.
De software GPS-Switch gaat ervan uit, dat de GPS-antenne op de tractor is gemonteerd. Was de GPS-antenne eerder op de machine gemonteerd, dan moet bij de kalibratie van beschikbare referentiepunten rekening worden gehouden met de gewijzigde antennepositie, zie pagina 47.
3.2
Aansluitingen van de GPS-Switch
Afb. 1/… (1) Aansluiting Y-kabel. (2) Aansluiting GPS-ontvanger.
Afb. 1
10
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Beschrijving van het product
4
Beschrijving van het product
4.1
GPS- switch voor veldspuiten en kunstmeststrooier Bij het gebruik van landbouwmachines en kunstmeststrooiers kunnen doseringsfouten bij het in- en uitschakelen van de machines op de wendakker en bij het rijden over veldranden niet helemaal worden voorkomen. De doseringsfouten kunnen leiden tot schade aan de planten, verhoogde concentraties strooimiddel in oppervlaktewateren en gelegerd graan. Deze nadelen kunnen door de met een GPSontvanger verbonden GPS-Switch worden voorkomen. Met de GPS-Switch kan op de positie nauwkeurig op de wendakker, aan de veldrand of bij het passeren van obstakels worden geschakeld. Er wordt rekening gehouden met de arm-, sectie- en strooikarakteristiek van de betreffende machine. Bij de eerste keer om het veld heen rijden worden de veldgrenzen bepaald. Aan de hand van deze grenzen bepaalt de GPS-Switch afhankelijk van de machineparameters op welk punt van het veld het apparaat moet worden in- of uitgeschakeld, of dat de werkbreedte moet worden veranderd. Er is een testversie vrijgeschakeld die 50 uur werkt.
4.2
GPS-track (optie) GPS-track is bedoeld voor de spoorgeleiding in het veld. De toepassing is in GPS-switch geïntegreerd, zie pagina 56. Er is een testversie vrijgeschakeld die 50 uur werkt.
4.3
VRA applicatiekaarten importeren (optie) Velden, waarvoor de applicatiekaarten werden geïmporteerd, worden overeenkomstig de instelwaarde bewerkt. De instelwaarden kunnen na het importeren worden aangepast. De toepassing is in GPS-switch geïntegreerd, zie pagina 56. Er is een testversie vrijgeschakeld die 50 uur werkt.
4.4
GPS-switch voor willekeurige landbouwmachines Ook zonder het automatisch schakelen van secties kan door handmatig schakelen op de GPS-switch het bewerkte gebied op het veld worden getoond en opgeslagen. Met het gebruik van de GPS-Track wordt het parallel rijden door het weergeven van geleidesporen op de bedieningsterminal vereenvoudigd.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
11
Beschrijving van het product
4.5
Overzicht
(1) GPS-Switch (2) GPS-receiver (3) RS232-interface (4) AMATRON+ (5) CAN-bus (6) Basisuitrusting (7) Jobcomputer van de veldspuit of kunstmeststrooier
Afb. 2
4.6
Inhoud van het GPS-pakket
(1) Terminal GPS-Switch (2) Houder voor terminal (3) USB-geheugenstick (4) Kabelpakket
12
seriële aansluitkabel nul-modem-kabel Y-kabel
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Beschrijving van het product
4.7
Softwareversie
Deze bedieningshandleiding is geldig vanaf softwareversie: Terminal GPS-Switch
SW-versie: 3.19 BS-versie: 4.2.422 MHX 02.03.20
GPS-Switch
Softwarestand laten weergeven: AMATRON+
1. Kies 2.
.
Bevestig
GPS-Switch
1.
4.8
USB-aansluiting De GPS-Switch heeft een USB-aansluiting voor de gegevensuitwisseling met een USB-geheugenstick (wordt bijgeleverd).
4.9
Hoofdmenu
Het hoofdmenu is onderverdeeld in 3 submenu's, waarin vóór het werk de benodigde gegevens moeten worden ingevoerd (Afb. 3).
Menu "Akkergegevens"
Informatie over software en licenties
Menu "Instelling/machinegeometrie"
Menu "Setup GPS-Switch"
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Afb. 3
13
Beschrijving van het product
4.10
Werkmenu Voordat het werkmenu zichtbaar is, moet in het menu "Instelling/machinegeometrie" de machine worden aangelegd.
Hoofdmenu
Werkmenu
Tijdens het werk geeft de GPS-Switch het werkmenu aan. Afb. 4, weergave veldgrens in het werkmenu.
Afb. 4 Afb. 5, weergave gedeeltelijk behandeld veld in het werkmenu.
Afb. 5
14
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Beschrijving van het product
Afb. 6, weergave behandelde wendakker in het werkmenu.
Afb. 6 Afb. 7, weergave compleet bewerkt veld in het werkmenu.
Afb. 7 Afb. 8, Weergave 3D, Applicatiekaarten in werkmenu.
Afb. 8
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
15
Beschrijving van het product
4.11
Menu GPS-diagnose
Hoofdmenu
Menu GPS-diagnose
De GPS-diagnose geeft actuele gegevens voor het GPS-signaal en de basisgegevens voor de storingsdiagnose.
Afb. 9
16
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Beschrijving van het product
4.12
Hiërarchie van het GPS-Switch-menu
Werkmenu
Handm. / autom. Bediening (Rec)
Akkergegevens
Veldweergave groter, kleiner, alles
Grens wissen Kompas Referentiepunt zetten/kalibreren Setup GPS-track
GPSdiagnos e
Veldgrens vastleggen
Actuele positie centreren
Hoofdmenu
Nieuw Laden Opslaan Import Export Veldaanzicht: +/Centreren Opslag
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Instelling Machinegeome trie
Verwijderen Bewerken Actief
Setup GPS-Switch
Overlappingsgraad Overlappingstolerantie Wendakkerafstand Overlappingstolerantie veldgrens Machinemodellering Akkers herkennen Akoestische veldgrenswaarschuwing Preview-tijd Apparaatgeometrie Automatisch boom neerlaten
17
Beschrijving van het product
4.13
Beschrijving van toetsen en functievelden
De functies die aan de rechter displayrand door een functieveld (vierkant veld of diagonaal gescheiden vierkant veld) worden aangegeven, worden aangestuurd met de toetsenrijen rechts naast het display.
Verschijnen op het display alleen maar vierkante velden, dan is alleen de rechter toets (Afb. 10/1) aan het functieveld gekoppeld (Afb. 10/A).
Zijn de velden diagonaal gescheiden:
dan hoort de linker toets (Afb. 10/2) bij het functieveld linksboven (Afb. 10/B); dan hoort de rechter toets (Afb. 10/3) bij het functieveld rechtsonder (Afb. 10/C).
Afb. 10
Aan/uit (de AMATRON+ moet bij rijden op de openbare weg altijd zijn uitgeschakeld).
18
Terug naar laatste scherm. Omschakelen werkmenu - hoofdmenu. Invoer afbreken. Naar het werkmenu (toets min. 1 seconde indrukken).
Bladeren door menu's (alleen mogelijk als het bladeren-symbool [Afb. 10/4] in het display verschijnt).
Cursor op het display naar links.
Cursor op het display naar rechts.
Geselecteerde cijfers en letters worden overgenomen. Bevestigen van kritisch alarm. 100%-hoeveelheid in werkmenu.
Cursor op het display naar boven. De hoeveelheid uit te zaaien zaad tijdens het werk in stappen vergroten (bv. +10%).
Cursor op het display naar beneden. De hoeveelheid uit te zaaien zaad tijdens het werk in stappen verkleinen (bv. -10%).
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Beschrijving van het product
4.13.1
Shift – toets
In het werkmenu en het menu "Akkergegevens" actief!
Aan de achterzijde van het apparaat zit de Shift-toets
(Afb. 11/1).
Is de Shift-toets actief, dan wordt dit op het display aangegeven (Afb. 12).
Bij het indrukken van de Shift-toets verschijnen meer functievelden (Afb. 13) en verandert de indeling van de functietoetsen mee. Afb. 11
Afb. 12
Afb. 13
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
19
Beschrijving van het product
4.14
Invoer met de GPS-Switch Voor de bediening van de GPSSwitch verschijnen in deze bedieningshandleiding de functievelden, om aan te geven welke bijbehorende toets moet worden ingedrukt.
Voorbeeld:
Functieveld
:
Beschrijving in de bedieningshandleiding: Opslaan van het veld.
Afb. 14
Actie: De gebruiker drukt op de toets (Afb. 14/2) die bij het functieveld A (Afb. 14/1) hoort, om het veld op te slaan.
4.15
Invoer van letters en cijfers
Als er letters of cijfers in de GPS-Switch moeten worden ingevoerd, verschijnt het invoermenu (Afb. 15). In de onderste helft van het display verschijnt een keuzeveld (Afb. 15/1) met letters, cijfers en pijlen, waarmee de invoerregel (Afb. 15/2) kan worden samengesteld (tekst of cijfers).
, , , Selecteren van letters of cijfers in het keuzeveld.
Bevestigen van de keuze (Afb. 15/3).
Afb. 15
Wissen van de invoerregel.
Omschakelen grote letters / kleine letters.
Na voltooiing van de invoerregel deze bevestigen.
Met de pijlen <, > in het keuzeveld (Afb. 15/4) is verplaatsing binnen de tekstregel mogelijk. Met de pijl in het keuzeveld (Afb. 15/4) wordt de laatste invoer gewist. 20
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Beschrijving van het product
4.15.1
Kiezen van opties
1. Keuze (Afb. 16/1) met
en
positioneren.
Selecteren van de keuze
2.
(Afb. 16/2).
Afb. 16
4.15.2
Toggle-functie
In-/uitschakelen van functies:
Functietoets (Afb. 17/2) eenmaal indrukken.
Functie aan (Afb. 17/1).
Functietoets nogmaals indrukken.
Functie uit.
Afb. 17
4.16
Definitie van de GPS-parameters GPS Global Positioning System (wereldwijd plaatsbepalingssysteem) DGPS Differential GPS (differentieel GPS) Correctiesysteem verhoogt de nauwkeurigheid tot +/- 0,5 m tot 0,02 m DOP Dilution of Precision (kwaliteit van de GPS-waarden)
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
21
Beschrijving van het product
4.17
Eisen aan de GPS-kwaliteit GPS-kwaliteit voor de GPS-Switch afhankelijk van de parameters GPS, DGPS en DOP. GPS-kwaliteit DGPS
DOP 0 tot 6
goed
(gewenste toestand)
GPS
Veldspuit:
DOP 6 tot 8
middelmatig
DOP groter dan 6
slecht
DOP 0 tot 6
middelmatig
DOP 6 tot 8
slecht
DOP groter dan 8
slecht
Goede kwaliteit:
Spuiten in de automatische stand mogelijk. Veldgrens zonder veiligheidszone.
Middelmatige kwaliteit:
Spuiten in de automatische stand mogelijk. Veldgrens met halve werkbreedte veiligheidszone. De bewerkte oppervlakte wordt geel weergegeven.
Slechte kwaliteit: GPS te onnauwkeurig. Het veld wordt niet meer op de GPS-Switch weergegeven. Het bewerkte oppervlakte wordt dus ook niet gemarkeerd, waardoor de automatische stand en het instellen van een veldgrens niet mogelijk zijn. Kunstmeststrooier:
Goede kwaliteit:
Strooien in de automatische stand mogelijk. Veldgrens met halve werkbreedte veiligheidszone.
Middelmatige kwaliteit:
Strooien in de automatische stand mogelijk. Veldgrens met halve werkbreedte veiligheidszone. De bewerkte oppervlakte wordt geel weergegeven.
Slechte kwaliteit: GPS te onnauwkeurig. Het veld wordt niet meer op de GPS-Switch weergegeven. Het bewerkte oppervlakte wordt dus ook niet gemarkeerd, waardoor de automatische stand en het instellen van een veldgrens niet mogelijk zijn.
Bij een slecht GPS-signaal of storingen schakelt de GPSSwitch altijd automatisch om naar de handmatige stand! Omschakelen naar de handmatige stand leidt altijd tot het uitschakelen van de machine.
22
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
In bedrijf stellen
5
In bedrijf stellen
5.1
Eerste gebruik
5.1.1
Bij het eerste gebruik van de nieuwe GPS-receiver heeft deze enkele minuten nodig voor de initialisering. Pas daarna ontvangt de GPS-Switch signalen.
Bij volgende keren duurt het ca. 30 seconden totdat de GPSSwitch DGPS-signalen ontvangt.
Taal instellen De GPS-Switch neemt de taal van de AMATRON+ over. Voer de taalinstellingen op de AMATRON+ uit. AMATRON+, menu "Terminal-setup": 1. Sluit de GPS-Switch op de AMATRON+ aan. 2.
, Druk altijd op een toets voor de taalkeuze, ook als de keuzepijl op de gewenste taal staat.
3. Selecteer de gewenste taal. 4. Bevestig de selectie.
5.1.2
Aansluiting op een vreemd GPS-systeem Als in plaats van de AMAZONE GPS-receiver een vreemd GPSsysteem wordt gebruikt, geldt het volgende:
De seriële interface moet aanwezig zijn, Aansluiting via 9-polige sub-D RS232-stekker
snelheid: 19.200 baud
gegevens: 8 databits
pariteit: geen pariteit
stopbit :1 stopbit (8N1)
Passende records (NMEA-protocol)
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
GPGGA, GPVTG (in 5 Hz) en GPGSA (in 5 Hz of 1 Hz) records
Correctiesignaal (DGPS) moet aanwezig zijn.
23
In bedrijf stellen
5.2
Basistoestand De basistoestand is de toestand van de machine waarin deze zich na het inschakelen en vóór het bedienen van de functies moet bevinden.
Na het inschakelen van het totale systeem staat het systeem in de handmatige stand! De machine staat in de basistoestand. Spuit:
Sectiekleppen dicht
Alle secties ingesteld
Strooier:
5.3
Strooischijven uit
Alle secties ingesteld
Schuiven dicht
Menu "Instelling/machinegeometrie"
In het hoofdmenu
selecteren:
Verwijderen van de geselecteerde machine uit de keuzelijst (machine mag niet zijn ingeschakeld).
Nieuwe machine aanleggen en toevoegen in de keuzelijst.
Afb. 18
Aanwezige machine selecteren.
(zie pagina 25). Selecteren van eerder ingevoerde machine of nieuwe machine via ,
Inschakelen van een geselecteerde machine voor gebruik met de GPS-Switch.
De ingeschakelde machine wordt op het display weergegeven.
24
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
In bedrijf stellen
5.3.1
Aanleggen van een nieuwe machine
1. Bij nieuwe machine: voer de naam. 2. Keuze machinesoort Veldspuit / kunstmeststrooier. 3 Voer de machinegegevens in.
Aantal secties
Standaardwaarde voor afzonderlijke secties
Maten voor GPS x en GPS y in mm (zie hieronder)
Waarden voor de afzonderlijke secties. Afb. 19
GPS y (Afb. 20) De maat GPS y beschrijft de afstand van de GPS-ontvanger tot de middenas van de tractor haaks op de rijrichting. Monteer de GPS-ontvanger bij voorkeur in het midden van de tractorcabine. GPS-ontvanger verder naar
rechts op de tractor aangebracht: GPS y als min-waarde aangeven;
Afb. 20
links op de tractor aangebracht: GPS y als plus-waarde aangeven.
GPS x (Afb. 20) De maat GPS x beschrijft de afstand van de GPS-zender in rijrichting tot het uitschakelpunt bij het bereiken van de wendakker.
Veldspuit: afstand tot de spuitdoppen.
Kunstmeststrooier: afstand tot het middelpunt van de strooischijven.
(1) Uitschakelpunt
GPS x moet als min-waarde worden aangegeven.
Kunstmeststrooier: om het uitschakelpunt van de kunstmeststrooier aan te passen kan de waarde GPS x worden aangepast. Aanpassen van het inschakelpunt via de wendakkerafstand, zie pagina 31.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
25
In bedrijf stellen
1.1
, Keuze van de afzonderlijke machinegegevens.
1.2
Bevestig de keuze
1.3
.
, Voer de waarde in.
1.4 O.K. Bevestig de waarde.
2.
De uit de invoer van de machinegegevens resulterende werkbreedte wordt automatisch bepaald en weergegeven.
Opslaan van de invoer. De opslag wordt aangegeven.
3.
Terug naar het menu "Instelling/machinegeometrie".
4.
Inschakelen van de nieuwe machine.
26
Wijzigingen worden overgenomen!
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
In bedrijf stellen
Menu "Setup GPS-Switch"
5.4
Selecteer in het hoofdmenu
Pagina één
:
(Afb. 21-Afb. 23))
Overlappingsgraad invoeren, zie pagina 29.
, Overlappingstolerantie invoeren, zie pagina 30. Afb. 21
, Overlappingstolerantie veldgrens invoeren, alleen voor veldspuit, zie pagina 31.
, Afstand van wendakker tot inschakelpunt, alleen voor kunstmeststrooier, zie pagina 31. Afb. 22
Door de machinemodellering worden de verschillende naloopeigenschappen van een aantal machinesoorten gesimuleerd.
Uitgeschakeld (machine met driepuntsaanbouw)
Getrokken machine
Zelfrijder
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Afb. 23
27
In bedrijf stellen
Pagina twee
(Afb. 24)
In- of uitschakelen van de akoestische veldgrenscontrole bij het overschrijden van de veldgrens. Afb. 24
, Straal in km aangeven waarbinnen velden bij het laden worden weergegeven.
, Preview-tijd deelbreedten voortijdig inschakelen, alleen voor veldspuiten, zie pagina 32.
, Preview-tijd deelbreedten verlaat uitschakelen, alleen voor veldspuiten, zie pagina 32. Blz. drie
Afb. 25
(Afb. 26)
Automatische apparaatgeometrie Aan: voor machines met automatische sectieschakeling.
Machine via menu Instelling machinegeometrie aanmaken. Uit: voor machine zonder automatische sectieschakeling handmatige apparaatgeometrie instellen. Afb. 26
Handmatige apparaatgeometrie instellen, zie bladzijde 33.
,
veldspuit:
Automatisch boom neerlaten binnen een veldgrens. Tijd in milliseconden invoeren. Tijd voor het inschakelen van de spuit waarbinnen de boom wordt neergelaten. Standaard: 0 ms Maximaal: 5000 ms
28
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
In bedrijf stellen
5.4.1
Overlappingsgraad
Bij het werk kunnen delen van een sectie worden bestreken die al zijn bewerkt of niet moeten worden bewerkt. De overlappingsgraad geeft aan of de betreffende sectie hierbij wordt geschakeld.
Overlappingsgraad 0 % (Afb. 27):
zodra er sprake is van overlapping wordt de betreffende sectie uitgeschakeld.
Afb. 27 Overlappingsgraad 50 % (Afb. 28):
zodra 50% van een sectie overlapt, wordt de sectie geschakeld.
Afb. 28 Overlappingsgraad 100 % (Afb. 29):
pas bij volledige overlapping door een sectie wordt de sectie uitgeschakeld.
Alleen voor veldspuit: Bij de grens wordt altijd met een overlappingsgraad van 0% gewerkt.
Afb. 29
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
29
In bedrijf stellen
5.4.2
Overlappingstolerantie
Geeft de ongevoeligheid van de buitenste sectie aan en voorkomt een permanent schakelen van de secties bij minimale overlapping. Instelbereik: 30 bis 50 cm Voorbeeld 1 (Afb. 30): Overlappingsgraad: 0 % Overlappingstolerantie: 50 cm
Afb. 30 Voorbeeld 2 (Afb. 31): Overlappingsgraad: 100 % Overlappingstolerantie: 50 cm
Afb. 31
30
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
In bedrijf stellen
5.4.3
Overlappingstolerantie veldgrens
Om permanent schakelen van de buitenste secties bij de grens te voorkomen, kan de overlappingstolerantie bij de grens afzonderlijk worden ingesteld. Stel de overlappingstolerantie grens in.
Maximaal 25 cm
Standaard / aanbevolen 0 cm De gebruiker kan op eigen verantwoordelijkheid (waarschuwing bij het omschakelen) deze waarde op maximaal 25 cm (halve spuitdopafstand) instellen.
5.4.4
Wendakkerafstand
Afb. 32/… (V) De wendakkerafstand bepaalt het inschakelpunt van de kunstmeststrooier bij het bereiken van het veld na het verlaten van het rijpad (afstand van de wendakker tot de strooischijf). (1) Wendakker (2) Veld (3) Uitschakelpunt bij het bereiken van de wendakker (afhankelijk van GPS x) (4) Inschakelpunt bij het bereiken van het veld (afhankelijk van GPS x en V) Zie pagina 61.
Afb. 32
De wendakkerafstand V is standaard op de halve werkbreedte ingesteld. Bij een werkbreedte groter dan 30 m of speciale mestsoorten kan een aanpassing noodzakelijk zijn.
Om de in- en uitschakelpunten van de kunstmeststrooier aan te passen, kunnen de waarde GPS x en wendakkerafstand worden aangepast. Alleen bij correct uitschakelpunt (GPS x) het inschakelpunt via de invoer van de wendakkerafstand instellen.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
31
In bedrijf stellen
5.4.5
Preview aan /uit voor veldspuiten Om bij de overgang van het onbewerkte naar het bewerkte oppervlak (Afb. 33/1) een naadloze bewerking van het veld te waarborgen, kan een previewtijd worden ingevoerd. De preview is een tijdsopgave in milliseconden en heeft een overlapping van het bewerkte oppervlak tot gevolg Previewtijd voor inschakelen (Afb. 33/2) Bij het inrijden uit een bewerkt oppervlak in een onbewerkt oppervlak schakelen de deelbreedten met de ingevoerde previewtijd vooraf in.
Previewtijd voor uitschakelen (Afb. 33/3) Bij het inrijden in een bewerkt oppervlak schakelen de deelbreedten met de ingevoerde previewtijd later uit.
Afb. 33
32
De previewtijd dient alleen voor de instelling van een naadloze bewerking van het veld.
De grootte van de overlapping is afhankelijk van de rijsnelheid.
Voor normale werksnelheden (10 km/h ~ 2,8 m/s) een maximale previewtijd van 1000 ms instellen.
Bij zeer lage werksnelheid kan een grotere previewtijd worden ingesteld.
De maximaal instelbare previewtijd is 5000 ms
Grotere previewtijden en hoge snelheden kunnen ongewenst schakelgedrag tot gevolg hebben.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
In bedrijf stellen
5.4.6
Apparaatgeometrie instellen Machines zonder automatische sectieschakeling kunnen na het aanmaken van een handmatige apparaatgeometrie
het parallel rijden met GPS-TRACK uitvoeren.
via de functie in het werkmenu het bewerkte oppervlak opnemen en op het beeldscherm weergeven.
overeenkomstig de aanbevelingen van de GPS-switch de secties handmatig schakelen.
De volgende instellingen voor de handmatige apparaatgeometrie uitvoeren:
GPS X, zie pagina 25
GPS Y, zie pagina 25
Werkbreedte
Aantal secties
Instelling uitvoeren: 1. 2.
Afb. 34
3. Waarde via invoermenu instellen.
4.
Instellingen bevestigen.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
33
In bedrijf stellen
5.5
Terminal-setup
,
Druk Bladeren en Shift tegelijkertijd in!
De terminal-setup dient voor het veranderen van de display-instellingen.
Display-instellingen veranderen.
Afb. 35
Helderheid van het display verlagen.
Helderheid van het display verhogen.
Afb. 36
34
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
In bedrijf stellen
5.6
Menu "Akkergegevens"
Selecteer in het hoofdmenu
Blz 1
:
(Afb. 37-)
Nieuwe opname van een veld. Als het display wit is kan een nieuw veld worden opgenomen. Naam van het veld: -niet-genoemd-. Bij het opslaan van het veld wordt de naam van het veld gegeven. Afb. 37
Laden van veldattributen voor de werkzaamheden van de USB-stick, zie pagina 36.
Opslaan op een USB-stick van een akker na het werk. Voer de naam in.
Shape-bestanden van USB-stick importeren, zie bladzijde 38.
Export van het akkerbestand in het formaat Shape (shp) voor het gebruik van andere toepassingen op de PC.
Blz. 2
(Afb. 38)
Veldweergave vergroten.
Veldweergave verkleinen.
Actuele positie centreren
Weergave van de beschikbare geheugenruimte op de USB-stick. Afb. 38
Geheugenruimte van de USB-stick optimaliseren als er niet voldoende ruimte is.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
35
In bedrijf stellen
Na 50 keer opslaan wordt het geheugen automatisch geoptimaliseerd.
5.6.1
Bevestig de melding op het display.
Laden/wissen van akkergegevens
De volgende akkergegevens kunnen worden opgeroepen:
De veldgrens aan het begin van de bewerking van het veld.
Bewerkte oppervlak (veldgrens met bewerkt deel van het veld), als het werk werd onderbroken en nu wordt voortgezet.
Geleidesporen voor GPS-Track
Hindernissen
Opbrengzones
Applicatiekaarten
Wendakker
Gegevens, die niet kunnen worden opgeroepen, zijn grijs weergegeven.
1. Plaats de USB-stick.
2.
3.
Open het submenu "Laden".
/ opslaan.
Actuele oppervlakken
Afb. 39
4.
Alleen velden binnen de ingestelde straal worden weergegeven, zie pagina 28.
Alle velden weergeven. ,
Selecteer het gewenste
veld of Afb. 40
5. 36
zoek na invoer van een tekstpassage het veld.
Bevestig de selectie. GPS-Switch BAG0059.8 11.12
In bedrijf stellen
6.
, Gewenste veldattributen afzonderlijk markeren.
7.
Veldattributen selecteren
Grijze veldattributen kunnen niet worden gekozen. Veldattributen laden.
8.
Het geselecteerde veld verschijnt op het display.
Afb. 41
Terug naar het hoofdmenu.
9.
Wissen van een veld op de USBstick. ,
1.
Selecteer het gewenste
veld.
2.
/
bedienen.
Afb. 42
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
37
In bedrijf stellen
5.6.2
Import van Shape-bestanden
1. USB-stick plaatsen.
2.
Submenu data importeren oproepen. ,
3.
Gewenste inhoud
kiezen.
4.
Keuze bevestigen
Afb. 43 5.
, Map waarin het shapebestand ligt selecteren. Van map wisselen \ Bovenliggend mapniveau \.. Een mapniveau hoger \xxx naar deze map overgaan
6.
Shape-bestand wordt voor het actuele veld opgeslagen. Afb. 44
38
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
In bedrijf stellen
Applicatiekaarten importeren Applicatiekaarten moeten bij voorkeur in een map applicationmaps worden opgeslagen, omdat bij de import direct deze map wordt benaderd. Bij het importeren van applicatiekaarten moet worden gekozen:
Dosering
Aandeel werkzame stof: kg of liter werkzame stof/ha (werkzame stof in % opgeven)
In de applicatiekaart wordt de dosering overeenkomstig het gehalte werkzame stof opnieuw berekend.
Alle doseringen van de applicatiekaart naar de ingevoerde waarde in % wijzigen.
Afzonderlijke dosering kiezen ,
en veranderen. Applicatiekaart wissen.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
39
Gebruik op het veld
6
Gebruik op het veld Vóór het begin van het werk moeten de volgende handelingen zijn uitgevoerd:
Invoeren van de akkergegevens (pagina 24).
Instelling/machinegeometrie (pagina 24).
Uitvoeren van instelling setup (pagina 27).
Afhankelijk van de werkwijze is het zinvol
6.1
om altijd een nieuwe opname van een veld uit te voeren (zie pagina 50);
velden of veldgrenzen na de nieuwe opname op de USB-stick op te slaan en vóór het bewerken van het veld te laden (zie pagina 52).
Weergave werkmenu
Afb. 45 (1) Veldgrens (rood) (2) Bewerkte oppervlakte (groen) (3) Onbewerkte oppervlakte (wit) (4) Symbool voor arbeidsmachine (5) Werkbreedte (6) Sterkte GPS-signaal (7) Overlappingsgraad (8) Automatische stand of handmatige stand
40
(9) Totale oppervlakte van de akker (binnen de veldgrens) (10) Referentiepunt, punt voor het kalibreren (11) Kompas (12) Aanwijzing machine bij de veldgrens (13) Verzoek tot kalibratie (14) max. drie overlappingen (alleen bij veldspuit) (15) Ingevoegde hindernis
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Gebruik op het veld
Symbool voor arbeidsmachine met secties in het werkmenu, Afb. 46. (1) Secties (grijs - machine niet in werkstand) (2) Ingeschakelde secties (blauw)
blauw
(3) Uitgeschakelde secties
(rood)
geel (handmatige machinegeometrie)
Afb. 46
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
41
Gebruik op het veld
6.2
Functievelden in het werkmenu
Omschakeling handmatige stand / automatische stand. Automatische stand moet binnen vijf seconden worden bevestigd.
Op het display wordt de handmatige stand / automatische stand aangegeven.
Speciaal geval handmatige apparaatgeometrie (geen automatische sectieschakeling), zie pagina 55.
Afb. 47
Veldgrens vastleggen (direct na de eerste veldrondgang bij nieuwe opname).
Alternatief: veldgrens wissen.
GPS-track: geleidesporen aanmaken, geleidesporen wissen, zie bladzijde 58.
Veldweergave vergroten.
Veldweergave verkleinen.
Totale veld weergeven.
Actuele positie centreren
42
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Gebruik op het veld
Pagina twee
Hindernis op het veld op de terminal markeren, zie pagina Fehler! Textmarke nicht definiert..
Hindernis wissen.
Display richten.
Het noorden moet boven zitten
De rijrichting moet naar boven zijn
Referentiepunt op het veld voor GPS-signaal instellen of aanwezig referentiepunt uit de lijst kiezen, zie pagina 47.
voor de nieuwe opname van een veld.
Afb. 48
Veld kalibreren.
bij het bewerken van een reeds opgenomen veld.
Omschakeling naar het setup-menu, de machine blijft in de automatische stand, zie pagina 27.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
43
Gebruik op het veld
6.3
Automatische stand en handmatige stand De GPS-Switch kan zowel in de handmatige stand als in de automatische stand worden gebruikt. In de automatische stand wordt het schakelen van de secties zowel op het veld als op de wendakker automatisch uitgevoerd. Automatische stand:
In-, uit- en sectieschakeling automatisch via GPS-Switch.
Handmatige stand:
Geen automatische sectieschakeling via GPS-Switch.
Bediening van de machine via AMATRON+, Joystick, AMACLICK.
Alleen weergave en markering op het display GPS-Switch.
Kunstmeststrooier: 1. Schakel de strooischijven op de AMATRON+ in. 2. Automatische / handmatige stand
Automatische stand
Zet de GPS-Switch op auto.
Bevestig de automatische stand
De schuiven openen en sluiten automatisch.
De secties worden via het strooischijventoerental automatisch geschakeld.
Handmatige stand:
Schuiven openen en sluiten via de AMATRON+.
De secties worden via het strooischijventoerental op de AMATRON+ geschakeld.
3. Schakel de strooischijven op de AMATRON+ uit. Veldspuit: 1. Klap de veldspuit uit en ontgrendel de dansonderdrukking. 2. Automatische / handmatige stand
44
Automatische stand
Zet de GPS-Switch op auto.
Bevestig de automatische stand
Schakel het spuiten op de AMATRON+ in.
De secties worden automatisch geschakeld.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Gebruik op het veld
Handmatige stand: Schakel het spuiten op de AMATRON+ in. Schakel de secties op de AMATRON+. 3. Schakel het spuiten op de AMATRON+ uit.
Voorwaarden voor het werken in de automatische stand:
Strooier: De veldgrens moet worden geladen of opnieuw zijn opgenomen.
De machine moet zijn voorbereid:
Spuit: spuitbomen uitgeklapt en dansonderdrukking ontgrendeld.
Eenzijdig spuiten met vergrendelde dansonderdrukking is alleen mogelijk in de handmatige stand.
Strooier: de strooischijven moeten zijn ingeschakeld.
Het GPS-signaal moet van voldoende kwaliteit zijn:
GPS met DOP
DGPS met DOP
Schakelen van afzonderlijke deelbreedten via de machinebesturing en de multifunctionele hendel in de modus automatisch
Niet mogelijk (andere machine).
Mogelijk (AMABUS veldspuit vanaf softwareversie 7.15),.
Veldspuit:
Het uitschakelen van secties op de AMACLICK overstuurt de GPS-Switch. De oppervlakte achter de zo uitgeschakelde secties wordt echter nog groen weergegeven.
Hierdoor wordt bereikt, dat een gebied dat handmatig werd overstuurd bij een volgende rit automatisch wordt uitgeschakeld.
Het selecteren van afzonderlijke secties op de AMATRON+ is mogelijk in de automatische stand. Hierbij worden aan de buitenzijde uitgeschakelde secties ook in de GPS-Switch permanent uitgeschakeld en dit gebied wordt niet groen gemarkeerd. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld bij een spuit van 27 m permanent de 2 buitenste secties worden uitgeschakeld en een akker met rijpaden van 21 m worden bewerkt.
Het uitschakelen van de spuit / uitschakelen van de strooischijfaandrijving van de kunstmeststrooier op de AMATRON+ is ook in de automatische stand mogelijk.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
45
Gebruik op het veld
Bij het verlaten van het werkmenu, bij storingen of bij een zwak GPSsignaal schakelt de GPS-Switch om naar de handmatige stand.
Spuit: secties sluiten. Strooier: schuiven sluiten.
VOORZICHTIG Onbedoeld verspreiden van spuitvloeistof / strooien van kunstmest bij achteruitrijden in de automatische stand door automatisch schakelen van de secties. Een optimale werking van de GPS-Switch is alleen in rijrichting gegarandeerd. Bij manoeuvreren, met name in combinatie met achteruitrijden, moet daarom om veiligheidsredenen de GPSSwitch in de handmatige stand worden gezet. Eventueel ook op de AMATRON+:
46
Veldspuit - spuiten uitzetten;
Kunstmeststrooier – sluitschuiven sluiten
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Gebruik op het veld
6.4
Het referentiepunt Het referentiepunt is het houvast van het GPS-signaal voor de positie van het veld. Het referentiepunt moet
moet voor het opslaan van een veld worden opgeslagen/of een aanwezig punt gebruiken.
moet na een vraag of bij een herkenbare afwijking van de aanwijzing op de terminal t.o.v. het veld worden gekalibreerd.
Het referentiepunt
is het punt op het veld waarboven de GPS-ontvanger in de tractor zich bevindt;
moet met de tractor worden bereikt en bij stilstaand voertuig worden opgenomen;
dient voor het kalibreren van de actuele positie voor het GPSsignaal;
is een willekeurig weer te vinden punt. Deze moet zich op of in de directe nabijheid van het te bewerken veld bevinden. (bv. met het voorwiel van de tractor naar een grenssteen rijden);
moet bij het opslaan van de veldgrens voor latere bewerkingen worden gemarkeerd.
Het vastleggen van het referentiepunt moet zeer zorgvuldig worden uitgevoerd. Er moet bij elke kalibratie op dezelfde manier en vanuit dezelfde richting naar het referentiepunt toe worden gereden. Voor het instellen en kalibreren van het referentiepunt wordt dringend de aanwezigheid van een correctiesignaal geadviseerd. Wanneer voor een onnauwkeurig referentiepunt wordt gewaarschuwd, dan moet deze niet worden ingesteld.
Is de positie van de GPS-antenne na een ombouw op een andere tractor veranderd, dan moet het referentiepunt opnieuw worden gezet.
6.4.1
In dit geval is kalibreren ontoereikend.
Verkeerd/foutief kalibreren Verkeerd gekalibreerde gegevens zijn onbruikbaar. Is de kalibratie abusievelijk op de verkeerde plaats uitgevoerd, dan kan de kalibratie op de juiste plaats worden herhaald.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
47
Gebruik op het veld
6.4.2
Nieuw referentiepunt toewijzen Ga als volgt te werk om een nieuw referentiepunt in te stellen: 1. Laden van het veld 2. Kalibreren van het veld
6.4.3
Nu kan een nieuw referentiepunt worden ingesteld of uit de lijst worden gekozen.
Gebruik van RTK-GPS Voor deze werkwijze is het gebruik van een RTK-station vereist.
Ook bij het gebruik van een RTK-station moet een referentiepunt worden ingesteld, omdat zo bij de uitval van het RTK-signaal kalibratie van het veld nog mogelijk is.
Het verwerken van de GPS-gegevens bij het zetten of kalibreren van het referentiepunt duurt ongeveer 15 seconden (30 seconden zonder signaalcorrectie) en wordt op het display aangegeven. Referentiepunt bevestigen.
Afb. 49
48
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Gebruik op het veld
6.5
Markeren van hindernissen
Hindernissen in het veld kunnen op de terminal worden gemarkeerd.
Hindernis invoegen.
1.
2.
,
,
,
Hindernis
verschuiven.
3.
4.
Afb. 50
Positie van de hindernis t.o.v. de GPSantenne wordt getoond.
Positie bevestigen
Wissen van de hindernissen in een omtrek van 30 meter. Voordat een hindernis wordt bereikt, wordt een akoestische en visuele waarschuwing gegeven.
Afb. 51
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
49
Gebruik op het veld
6.6
Werkwijze bij nieuwe opname van het veld Wordt doorgaans aan het begin van het veldwerk tijdens een rondgang om het veld de wendakker behandeld:
Voer altijd een nieuwe opname van het veld uit.
Voer de eerste veldrondgang in de handmatige stand uit.
Veldspuit: de eerste veldrondgang kan ook in de automatische stand worden uitgevoerd. Schakel hiervoor ook in de automatische stand bij het manoeuvreren en achteruitrijden het spuiten handmatig in en uit.
Afb. 52, voor de nieuwe opname: display zonder veld/veldgrens.
Afb. 52 1.
Schakel de AMATRON+ in; de GPS-Switch wordt automatisch ingeschakeld. Na ca. 30 seconden ontvangt de GPS-Switch DGPSsignalen.
2.
Selecteer het menu "Akkergegevens".
3.
Nieuwe opname van een veld.
Veld -niet-genoemd- aangelegd.
4.
Terug naar het hoofdmenu.
5.
Kies het werkmenu.
6. Referentiepunt instellen/laden, wanneer veld/veldgrens moet worden opgeslagen.
50
Referentiepunt benaderen en instellen, of
Referentiepunt uit lijst kiezen.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Gebruik op het veld
Het referentiepunt moet worden gezet als het nieuw opgenomen veld moet worden opgeslagen.
Het referentiepunt moet worden gezet, als het gaat om grote velden met overeenkomstig lange bewerkingstijd, omdat kalibreren van het veld alleen op die manier mogelijk is.
Zo kunnen onnauwkeurigheden door satellietdrift worden voorkomen.
7. Maak de eerste veldrondgang met de machine voor het bewerken in de handmatige stand (veldspuit: ook automatische stand mogelijk), zie pagina 44. 8. Schakel op de AMATRON+: Machine inschakelen..
Bewerk de veldgrens.
9. Schakel op de AMATRON+: Machine uitschakelen.
10.
Leg de veldgrens vast. De veldgrens wordt aangegeven.
11.
Zet de GPS-Switch op auto.
12.
Bevestig de automatische stand.
13. Schakel op de AMATRON+: Machine inschakelen.. 14. Bewerk het binnenste gedeelte van het veld.
De secties worden automatisch geschakeld!
Na het afrijden van het hele veld worden alle secties automatisch uitgeschakeld.
Na het gebruik: 1. Schakel op de AMATRON+: Machine uitschakelen. 2. Zo nodig: sla de akkergegevens op de USB-stick op (zie pagina 36). 3.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Schakel de AMATRON+ uit, de GPS-Switch wordt automatisch uitgeschakeld.
51
Gebruik op het veld
6.7
Werkwijze bij het laden van een veldgrens / veld
Veldrondgang in de automatische stand mogelijk. Schakel hiervoor ook in de automatische stand bij het manoeuvreren en achteruitrijden het spuiten handmatig in en uit.
Afb. 53, opgeslagen/geladen veldgrens..
Afb. 53 1.
Schakel de AMATRON+ in; de GPS-Switch wordt automatisch ingeschakeld. Na ca. 30 seconden ontvangt de GPS-Switch DGPSsignalen.
2. Laad het veldgrens / veld via het menu "Akkergegevens" (zie pagina 36). 3.
Terug naar het hoofdmenu.
4.
Kies het werkmenu.
5. Rijd naar het referentiepunt. 6.
Kalibreer het veld en blijf dan nog 15 seconden staan.
7.
Zet de GPS-Switch op auto, zie pagina 44.
8.
Bevestig de automatische stand.
9. Schakel op de AMATRON+: Machine inschakelen.
52
Bewerk het veld in de automatische stand.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Gebruik op het veld
Na het gebruik: 1. Bij onderbreking van het werk: sla de akkergegevens op de USB-stick op (zie pagina 36). 2. Schakel op de AMATRON+: Machine uitschakelen. 3.
6.8
Schakel de AMATRON+ uit, de GPS-Switch wordt automatisch uitgeschakeld.
Onderbreken van het werk Wordt het veldwerk onderbroken en de boordcomputer uitgeschakeld:
Moet het referentiepunt opnieuw worden gezet.
Na het opnieuw inschakelen van de boordcomputer verschijnt de bewerkingstoestand van het veld op het werkdisplay en het werk kan worden hervat.
Opslaan van het veld op een USB-stick is nodig als na het onderbreken en vóór het hervatten van het werk een ander veld wordt bewerkt.
Afb. 54, veld geladen na onderbreking van het werk.
Afb. 54
6.9
Tijdens het werk
Werd een referentiepunt geplaatst. Voer zo snel mogelijk een nieuwe kalibratie uit, als de laatste kalibratie 4 uur geleden is en de GPS-Switch hier om verzoekt.
Afb. 55
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
53
Gebruik op het veld
6.10
Veiligheidszone Bij het aanleggen van een veldgrens wordt een veiligheidszone aangemaakt. Deze zone ligt binnen de veldgrens en wordt aangegeven door een dunne lijn (Afb. 56). Werken in de automatische stand is binnen de veiligheidszone niet mogelijk. Breedte van de veiligheidszone voor kunstmeststrooiers: Halve werkbreedte (AB). Breedte van de veiligheidszone voor veldspuiten:
Standaard: 0 m (geen veiligheidszone). Bij zwak GPS-signaal: halve werkbreedte (AB).
Afb. 56 Automatische stand: afzonderlijke secties die zich binnen de veiligheidszone bevinden worden uitgeschakeld.
Afb. 57
54
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Gebruik op het veld
6.11
REC bij handmatige apparaatgeometrie
Voor machines zonder automatische sectieschakeling: 1. Secties handmatig op de machine inschakelen. Tegelijkertijd 2.
met het registreren van het bewerkte veld beginnen.
3. Bij iedere keer uitschakelen van de secties met de registratie ook gelijktijdig onderbreken. Afb. 58
Na het registreren bij het verlaten van de veldgrens, kan de veldgrens op de terminal worden aangemaakt,opgeslagen en voor machines met automatische sectieschakeling worden gebruikt.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
55
Toepassing GPS Track
7
Toepassing GPS Track
7.1
Functie GPS Track is een toepassing voor spoorgeleiding op het veld. Overeenkomstig het eerste geleidespoor worden parallelle geleidesporen aangemaakt.. Op de terminal worden de geleidesporen getoond. De lightbar toont de afwijking van de tractor t.o.v. het geleidespoor en maakt zo exact berijden mogelijk.
7.2
GPS Track in het werkmenu
Afb. 59 (1) Genummerde geleidesporen (2) Actieve geleidespoor (blauw) (3) Volgende geleidespoor (4) Lightbar voor het vinden van het geleidespoor (5) Afstand van het geleidespoor in cm (A) Uitgangspunt voor het aanmaken van geleidesporen (B) Eindpunt voor het aanmaken van geleidesporen
56
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Toepassing GPS Track
7.3
Toepassing van de GPS track 1. Setup GPS-Switch:
Besturingspatroon kiezen, zie pagina 58.
Bedden bewerken, zie pagina 60.
Afstand geleidesporen invoeren, zie pagina 59.
2. Geleidesporen tijdens de eerste rit op de geleidelijn aanmaken, zie pagina 58.
Aangemaakte geleidesporen worden in het gekozen besturingspatroon getoond.
3. Telkens het volgende genummerde geleidespoor opzoeken.
Bij het bereiken van het geleidespoor wordt deze blauw gemarkeerd.
4. Geleidespoor afrijden.
Hierbij de lightbar bewaken.
5. Bij de eerste keer rijden de aanwezige hindernissen opnemen.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
57
Toepassing GPS Track
7.4
Geleidesporen aanmaken
7.4.1
Geleidesporen via besturingspatroon AB, gecompenseerd of identiek Voor het aanmaken van geleidsporen moeten de volgende instellingen in het setup-menu worden uitgevoerd, zie pagina 59:
Besturingspatroon kiezen
Bedden bewerken
Afstand geleidespoor
1.
Beginpunt A voor het maken van de geleidesporen bepalen.
2. Rit voor het aanmaken van de geleidesporen uitvoeren.
3.
4.
Eindpunt B voor aanmaken van de geleidesporen vastleggen. Geleidesporen worden berekend en op de terminal weergegeven.
Geleidesporen wissen.
Afb. 60
7.4.2
Geleidesporen voor besturingspatroon A+
1.
2.
58
Beginpunt A voor het maken van de geleidesporen bepalen.
Hoek voor het verloop van de geleidesporen invoeren. Geleidesporen worden berekend en op de terminal weergegeven. GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Toepassing GPS Track
7.5
Setup (GPS-Track)
In het werkmenu:
+
(Afb. 61)
Besturingspatroon rechte verbindingslijn of willekeurige vorm tussen punten A en B.
,
Bedden Afb. 61
Afstand geleidesporen Standaard de werkbreedte van de machine. Om een overlapping te waarborgen, kan de waarde iets worden verminderd.
, Gevoeligheid van de lightbar in cm instellen.
7.5.1
,
, zie pagina 27.
Besturingspatroon Met de GPS-track kunnen verschillende besturingspatronen worden aangemaakt. Parallel rijden De geleidesporen zijn parallelle lijnen:
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
AB De geleidesporen zijn parallelle rechte lijnen die de ingestelde punten A en B verbinden.
A+ De geleidesporen zijn parallelle rechte lijnen, vastgelegd door een punt A en een hoek waaronder de geleidesporen moeten verlopen.
59
Toepassing GPS Track
Contouren rijden De geleidesporen hebben een willekeurige vorm.
7.5.2
Afgevlakte contour De geleidesporen bevatten curven, waarbij de radius aan het eerste geleidespoor wordt aangepast. Naast binnenbochten wordt de radius kleiner, naast buitenbochten wordt de radius groter.
Identieke contour De geleidesporen bevatten curven, waarbij alle geleidesporen overeenkomen met het eerste geleidespoor.
Bedden rijden Bij het rijden van bedden wordt niet een geleidespoor naast het naastliggende geleidespoor bereden, maar één of meerdere geleidesporen worden weggelaten en later bewerkt. Zo kan het rangeren bij het berijden van het naastgelegen geleidespoor worden voorkomen. Het interval van de geleidesporen moet worden ingesteld.
60
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Storing
8
Storing
Strooien: De GPS-Switch schakelt
in rijrichting te vroeg uit
verhoog de GPS x-waarde
in rijrichting te laat uit
verlaag de GPS x-waarde
in rijrichting te vroeg in
verhoog de wendakkerafstand V
in rijrichting te laat in
verklein de wendakkerafstand V
Voorbeeld: Probleem:
Oplossing:
De kunstmeststrooier schakelt 5 m te vroeg uit, actuele GPS x-waarde -3000.
Verhoog de GPS x-waarde tot -8000.
De kunstmeststrooier schakelt correct uit, echter nu te laat in.
Oplossing: Reduceer de wendakkerafstand V met 5000.
haaks op de rijrichting niet correct
Vorming van voren tussen de sporen
GPS y-waarde verkeerd
verkeerd voorteken
rijpaden verkeerd
GPS-drift, referentiepunt kalibreren
Controleer de aansluitingen van de antenne / externe GPS.
Brandt de lamp van de antenne?
Geen ontvangst: Open het menu "GPS-diagnose". Gegevens aanwezig? Nee
(rood: Power, oranje: GPS, groen: DGPS)
Gegevens aanwezig? Ja ->
Controleer het externe GPS-apparaat. Instellingen: 19.200 baud, 8 databits, pariteit geen, 1 stopbit
Controleer van het externe apparaat de NMEA-records. GGA, VTG, GSA, 5 Hz
Controleer de GPS-kwaliteit. Is het GPSsignaal te slecht? Zie lijst met signaaleisen.
Wacht enkele seconden en schakel deze nogmaals in.
Trek de 9-polige stekker van de basisuitrusting los en sluit deze weer aan.
GPS-Switch en/of Amatron+ kan niet worden ingeschakeld GPS-Switch te snel uit- en ingeschakeld.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
61
Storing
De GPS-Switch schakelt niet correct
Controleer het externe GPS. Wordt GGA, VTG en GSA met 5 Hz verstuurd?
Controleer het externe GPS. Wordt GGA, VTG en GSA met 5 Hz verstuurd?
Maak een nieuwe akker aan, maak nogmaals een rondgang (eventueel zonder strooien) en leg dan de veldgrens vast.
Is de juiste machine in de GPS-Switch ingesteld?
(doorgaans te laat). Strooien/spuiten-symbool beweegt niet tijdens het rijden, maar wordt wel weergegeven en het reageert op in-/uitschakelen (blauw/rood/grijs). Storingsmelding: er kan geen veldgrens worden ingesteld.
Veldgrens bestaat al.
Er werd vergeten een nieuwe akker aan te maken. Via het vogelperspectief kan de akker worden weergegeven. De GPS-Switch reageert niet op de machine.
/
Heeft de machine de juiste software?
Strooier: vanaf versie 2.31
Spuit: vanaf versie 7.06.01/02m
Is de Y-kabel goed aangesloten en is deze niet defect?
Eén of meer secties in de Amatron+ reageren niet op de GPS-Switch, of omgekeerd.
Controleer of het aantal secties in de GPS-Switch overeenkomt met het aantal in de Amatron+.
Afzonderlijke secties schakelen te vroeg of te laat
Controleer of de breedte van de afzonderlijke secties in de GPS-Switch overeenkomt met die in de jobcomputer.
De veldgrens is na het laden verschoven.
Kalibreer het referentiepunt.
Is de veldgrens nog steeds verschoven?
GPS-Switch reageert niet of verkeerd.
62
Referentiepunt niet exact gevonden / gezocht.
Trek de 9-polige stekker van de basisuitrusting los en sluit deze weer aan.
Schakel de GPS-Switch in.
Maak een nieuw veld aan!
Sla het oude veld niet op!
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Storing
Ontvangt de GPS-Switch geen GPSsignaal, dan wordt dit op het display aangegeven (Afb. 62).
De GPS-Switch schakelt om van de automatische naar de handmatige stand!
Afb. 62 Herkent de GPS-Switch een signaal met een sterk afwijkende waarde, dan wordt dit op het display aangegeven (Afb. 63).
De GPS-Switch schakelt om van de automatische naar de handmatige stand!
Afb. 63 Omschakelen naar de automatische stand is alleen mogelijk als de veldgrens is gedefinieerd.
Definieer de veldgrens in de handmatige stand
of
laad de veldgrens.
Afb. 64
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
63
Storing
Zwak GPS-signaal tijdens de 1e rondgang:
Het gebied waarin werd gewerkt met een zwak GPS-signaal is geel gemarkeerd.
De veiligheidszone is vergroot.
Afb. 65 Geen GPS-signaal aanwezig.
Het veld kan niet worden weergegeven.
Afb. 66 Machine is niet voorbereid:
Strooischijfaandrijving niet ingeschakeld?
Spuitbomen niet ontgrendeld?
Afb. 67
64
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Onderhoud
9
Onderhoud
9.1
Gegevensbeheer USB-stick
Afb. 68 De USB-stick heeft twee mappen voor de opslag van gegevens:
Data Drie bestanden met alle opgeslagen velden en veldgrenzen.
Map Data voor opslag op de PC als de USB-stick vol is.
GPS-SwitchExport Shape-gegevens voor GIS-programma.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
65
Onderhoud
9.2
Kiezen van EGNOS-satellieten Dit configuratiemenu is alleen geschikt voor de door AMAZONE aangeboden receiver Hemisphere Crescent A100.
Er zijn drie EGNOS-satellieten voor de signaalcorrectie beschikbaar. Hiervan kunnen twee satellieten worden geselecteerd (standaard SAT1 120, SAT2 124 / optioneel SAT 126). Bij uitval van een satelliet (120,124) kan deze eventueel door de satelliet 126 worden vervangen.
Menu voor het kiezen van EGNOSsatellieten.
Controle van de configuratie van de geselecteerde satellieten.
Weergave OK
Afb. 69 1.
Kies eerste satelliet.
2.
Kies tweede satelliet.
3.
Configureer de gekozen satellieten.
Weergave OK
Afb. 70
66
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Onderhoud
9.3
Uitvoeren van een software-update Schakel de GPS-Switch in.
1.
2.
Selecteer het menu "Instelling/machinegeometrie".
Afb. 71 3. Noteer de ingevoerde machines van de lijst.
4.
Roep de instellingen voor de afzonderlijke machines op.
Afb. 72 5. Noteer de instellingen van elke afzonderlijke machine. Belangrijk hierbij zijn:
Aantal secties Voorinstelling afzonderlijke sectie GPS x GPS y Tb
Let erop dat alleen de eerste 4 secties op het display worden weergegeven.
,
Zoek meer secties. Afb. 73
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
67
Onderhoud
Terug naar het hoofdmenu.
6.
7.
Roep het setup-menu op.
8. Noteer de instellingen.
Afb. 74 Op de PC: 9. Pak het ZIP-bestand uit. 10. Kopieer de gegevens op de USB-stick.
BTTOPInstaller.exe
Autorun.inf
Terminal
lib
Install_GPSSwitch
Afb. 75
Reeds aanwezige bestanden kunnen op de stick blijven staan.
11. Plaats de stick in de uitgeschakelde GPSSwitch. houd de toets, 12. Druk op schakel de GPS-Switch in. 13. Druk de toetsen 1, 2, 3 (Afb. 76) na elkaar in.
Afb. 76
68
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
Onderhoud
Op het display verschijnt het volgende (Afb. 77). Bevestigen.
14.
De nieuwe software wordt automatisch geïnstalleerd. De installatie is beëindigd als het AMAZONE-logo verschijnt.
15. Verwijder de stick en wis de vijf bestanden van de PC. Schakel de GPS-Switch uit.
16.
Afb. 77
Schakel de GPS-Switch weer
17. in.
18.
19.
Selecteer het menu "Instelling/machinegeometrie".
Stel de machines weer in.
20.
Selecteer de setup voor de GPSSwitch en voer de vereiste instellingen uit.
21.
Inschakelen van een geselecteerde machine voor gebruik met de GPSSwitch.
9.4
Opslag Bewaar de boordcomputer in een droge omgeving als u deze uit de tractorcabine verwijdert.
GPS-Switch BAG0059.8 11.12
69
H. DREYER GmbH & Co. KG Postfach 51 Tel.: D-49202 Hasbergen-Gaste Telefax: Germany e-mail: http://
+ 49 (0) 5405 501-0 + 49 (0) 5405 501-234
[email protected] www.amazone.de
Overige vestigingen: D-27794 Hude D-04249 Leipzig F-57602 Forbach Fabrieksvestigingen in Engeland en Frankrijk Fabrieken voor strooiers van minerale kunstmest, landbouwsproeiers, zaaimachines, grondbewerkingsmachines, universele opslaghallen en tuin- en parkmachines