Auditieve oefeningen - koninklijk
Hakken en plakken (hak de woorden in stukken, laat de kinderen het hele woord zeggen)
kroon-tje prin-ses pa-leis troon-zaal post-ze-gel
man-tel ko-ning-in vlag-gen prins-je kik-ker
ko-ning paar-den ju-we-len mun-ten pa-leis-tuin
Nazeggen van eenvoudige zinnen. (lees rustig de zin voor, laat de kinderen de hele zin herhalen)
De koning draagt een mantel. De koningin en 3 prinsesjes. De koning zit in de gouden koets. Voor de koets lopen 2 paarden. Het paleis is heel groot. De prins loopt door de paleistuin. De koning en koningin wuiven. Het prinsesje draagt een gouden kroon. In de schatkist zitten alle juwelen. In het paleis hangt een kroonluchter. Nazeggen van woorden.
prins koning postzegels prinsessen paleistuin wuiven vlaggen koetsier prins troon
mantel kroon koningin jurk vijver koningin kroon paard troon mantel
koets hof juwelen paleis vlag kroonprins goud wuiven kroon goud
paard munten koetsier mantel hofhouding kroonprinses paleistuin koets koningin juwelen
Deze oefeningen zijn bedacht door voordejuf.nl
(lees de vier woorden voor, laat de kinderen alle vier de woorden herhalen)
1
Welk woord hoor je 2 keer? (lees de vier woorden voor, wie weet welk woord je twee keer zei?)
juwelen paard koning wuiven kroon wuiven prinses postzegel kroon mantel
prins vlag koningin paleis troon zwaaien koning vlag juwelen jurk
prins paard koning koetsier paleis mantel paleis vlag troon troon
paard koets koninklijk koetsier kroon wuiven paleis geld juwelen troon
Welk woord is het langste / kortste? (Lees steeds 2 woorden voor, wie weet welk woord het langste is? Kun je later nog eens doen, maar dan welk woord het kortste is?)
mantel prins koningin hof troon wuiven paleis paard koets paleistuin
vlag prinses koning hofhouding juwelen prins koningin koetsier prinses vijver
Wat is het eerste woord, middelste woord of laatste woord?
troon prins koningin wuiven juwelen munten hofhouding prins mantel koninklijk
kroon prinses koetsier koets mantel koningin troon prinses vlag paleis
koets koning hofvijver paard vlag prinsje koets kroon koningin tuin
Deze oefeningen zijn bedacht door voordejuf.nl
(Lees steeds 3 woorden voor, wie weet welk woord je het eerste zei? Kun je later nog eens doen, maar dan welk woord het middelste of laatste woord was.)
2
Welk woord hoort er niet bij? (Lees de woorden voor, welk woord hoort niet bij dit thema?)
paleis wuiven koningin olifant prins paleis supermarkt kroon koninklijk hofhouding
koets kabouter mantel paard vlag wuiven paleis feestmuts koetsier onweer
schaap koetsier regenboog mantel troon boze wolf paleistuin juwelen munten postzegels
paard koning hofvijver prinses biggetjes zwaaien koningin mantel mussen kroon
Reactiewoord herkennen (Bij het vetgedrukte woord, gaan de kinderen staan, klappen in hun handen of …)
paleis – koets – paard – paleis – tuin – prins – paleis – paleis – prinses – paleis prins – prins – prinses – prinsje – prins – tuin – koets – paars – prins – koning koets – koets – koetsier – paard – wuiven – koets – koning – loper – koets – paard koningin – prinses – koningin – trouwen – paleis – koningin – koning – koningin vlag – mantel – vlag – juwelen – koets – vlag – hof – vlag – kroon – troon – vlag prinses – prins – prinses – paard – paard – prinses – koning – prinses – prinsje koning – koning – troon – kroon – koning – koninklijk – koning – troon – koning mantel – jas – mantel – kroon – mantel – koning – troon – mantel – mantel – ring kroon – koets – kroon – troon – kroon – troon – koets – koning – kroon – koets troon – kroon – troon – koning – troon – paard – troon – kroon – koningin – troon Een zin langer maken.
De koning en de koningin … De koetsier … De kroon … Op de troon … De gouden juwelen … Het prinsesje … In de hoftuin … De vlag hangt … De Koninklijke familie … De gouden koets …
Deze oefeningen zijn bedacht door voordejuf.nl
(Lees het begin van iedere zin voor. Wie kan die zin afmaken? Moet natuurlijk wel bij het thema passen.)
3
Tegenstellingen (Lees voor, wie weet wat het tegenovergestelde is?)
Het paleis is niet klein, maar De vlaggenlijn is niet kort, maar Het prinsesje is niet oud, maar De koning kijkt niet sip, maar De koningin is niet lelijk, maar Het paard loopt niet snel, maar De kroon is niet goedkoop, maar De troon is niet laag, maar De hofvijver is niet klein, maar De mantel is niet hard, maar
groot lang jong blij knap langzaam duur hoog groot zacht
Rijmen (Wat rijmt er op …?)
KROON; boon, zoon, toon, woon, loon PAARD; waard, haard, kaart, zwaard, vaart, baard, maart KOETS; poets, roets, zoets HOF; tof, pof, dof, lof, bof GOUD; fout, hout, koud, zout, bout, maud
Rara, …
Het is van goud en kan rijden. Dit zit op het hoofd van de koningin. Hierop zit de koning. De dochter van de koning. Dit trekt de koets. Water in de tuin van het paleis. Soort jas van de koning. Ketting, ring, armband van de koningin. Zoon van de koningin. Huis van de koning en koningin.
Rara, wat is het? Rara, wat is het? Rara, wat is het? Rara, wie is het? Rara, wat is het? Rara, wat is het? Rara, wat is het? Rara, wat zijn dit? Rara, wie is het? Rara, wat is het?
gouden koets kroon troon prinses paard (hof)vijver mantel juwelen prins paleis
Deze oefeningen zijn bedacht door voordejuf.nl
(Leuke raadsels!)
4
Goed of fout? (Lees voor, is het goed of fout? Is het fout, wat moet het dan eigenlijk zijn?)
goed fout (paleis) fout (kroon) goed goed fout (zit erop) goed fout (met de koning) fout fout
Deze oefeningen zijn bedacht door voordejuf.nl
De koetsier zorgt voor de paarden en de koets. De koning woont in een flat. De koning heeft een mantel op zijn hoofd. De koning staat op de postzegel. De kroonprinses volgt de koning op. De koning slaapt op zijn troon. De koningin wuift naar de mensen. De koningin is getrouwd met de koetsier. Een prins is niet koninklijk. Een koets kan ook vliegen.
5