Auditieve oefeningen bij Pluk van de Petteflet. Àelk woord hoort er niet bij? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Aagje Meneer Pen Autobus Meeuw Krullevaar Vieze handen Rat Torteltuin Jam Kluizelaar Vloerbedekking Magazijn
Pluk Opa Bakkebaard Langhors Mus Liezebetje Spuitbus Eekhoorn Rotterdam Hasselbramen Heen en weer wolf Stampertjes Groentewinkel
Aardbeien Mevrouw Helderder Kraanwagen Duif Marieke Schoonmaken Muis Egwijk aan zee Appels Olifant Friet Meneer Pen
Àelk woord hoor je het eerst? 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Aagje Mevrouw Helderder Dikke Dollie Lispeltuut Portier Lispeltuut
Pluk Meneer Pen Karel met de houten poot Zaza Parkmeester Krullevaar Flettekat Leentje Majoor Adjudant Karel Liezebetje
Àelk woord hoor je het laatst? 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Aagje Mevrouw Helderder Dikke Dollie Lispeltuut Portier Lispeltuut
Pluk Meneer Pen Karel met de houten poot Zaza Parkmeester Krullevaar Flettekat Leentje Majoor Adjudant Karel Liezebetje
Àelk woord hoor je in het midden? 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Aagje Mevrouw Helderder Dikke Dollie Lispeltuut Portier Lispeltuut
Pluk Meneer Pen Karel met de houten poot Zaza Parkmeester Krullevaar Flettekat Leentje Majoor Adjudant Karel Liezebetje
AuditieveoefeningenPlukvandePetteflat©sbosV’04
1
Àoorden nazeggen: Aagje – Pluk – Majoor Portier – Torteltuin – Langhors Liezebetje – Karel – Dollie Parkmeester – Magazijn – Muizen Lispeltuut – Krullevaar – Egwijk aan Zee Kraanwagen – Stapelbed – Verstopplek
Mevrouw Helderder – Petteflet - Karel Flettekat – Kakkerlak - Appelschilletjes Hasselbraam – Kluizelaar - Portier Kelder – Torenkamertje – Verdieping Liezebetje – Stampertjes – Torteltuin Leentje – Karel - Zaza
Enkelvoud – Meervoud: Eén Eén Eén Eén Eén Eén Eén Eén Een Een
kakkerlak kind muis kraanwagen tuin torenkamertje boot paard mens auto
Twee ….. Twee ….
Eén Eén Eén Eén Eén Eén Eén Eén Een Een
meeuw ei Stampertje kat winkel braam wolf schelp huis vogel
Àelke letter hoor je vooraan? Pluk Meneer Pen Zaza Portier Magazijn Kakkerlak Meeuw
Leentje Lispeltuut Majoor Kraanwagen Duizeltje Torentje Duif
Krullevaar Parkmeester Karel Petteflet Hasselbramen Naaiatelier Kluizelaar
Mevrouw Helderder Torteltuin Stampertjes Flettekat Spuitbus Langhors Liezebetje
Àelke letter hoor je achteraan? Pluk Petteflet Meneer Pen Hasselbraam Parkmeester
Karel Kakkerlak Kraanwagen Lispeltuut Torteltuin
Krullevaar Flettekat Langhors Majoor Spuitbus Hasselbramenjam Heen en weer wolf Kluizelaar Egwijk Portier
Àelke letter hoor je in het midden? Bus Kat Pet Bed Dun
dag boek tuut tas kop
met pen duif tuin bak
gaan ziek kom dik poes
AuditieveoefeningenPlukvandePetteflat©sbosV’04
2
Zinnen nazeggen (De zin eerst voorzeggen en dán pas de naam van het kind noemen die de zin moet nazeggen!): 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29.
Aagje woont bij mevrouw Helderder. Meneer Pen heeft een winkel. Duizeltje zit in een boom en durft er niet meer uit! Mevrouw Helderder maakt graag schoon. Aagje houdt erg van roze. Duizeltje durft niet te klimmen. Zaza is het huisdier van Pluk. De parkmeester maakt plannen voor de Torteltuin. In de Torteltuin wonen veel dieren. Duizeltje oefent in het magazijn van meneer Pen. Pluk woont in de torenkamer. Pluk rijdt in een kraanwagen. Langhors is het langste paard in de wereld. De Petteflet is heel erg hoog. De Stampertjes wonen op de 20e verdieping. Pluk ziet Dikke Dollie op tv. Aagje mag mee naar Egwijk aan Zee. De Flettekat houdt erg van vogeltjes. Het ijsje valt precies op de kop van de Flettekat Dikke Dollie verstopt zich onder het bed. Pluk krijgt van de kluizelaar een dood plantje. De Kluizelaar woont in een huis helemaal alleen. De Heen en weerwolf vaart met zijn pontje heen en weer. Van hasselbramen word je heel erg vrolijk. Bij de ingang van de Torteltuin staat een keet. De muizenfamilie woont in een holletje onder een boom. Leentje is de zus van Karel met de houten poot. Het ei van de zeekoekoek is oranje. De Krullevaar maakt heel veel lawaai.
Verdeel de woorden in lettergrepen door het woord te klappen. Hoeveel lettergrepen zijn er?: Zaza Langhors Petteflet Mevrouw Helderder Magazijn Pluk Dikke Dollie Karel met de houten poot Kluizelaar Duizeltje Parkmeester Torteltuin Krullevaar Prr ta lie loe Torenkamer
Majoor Aagje Flettekat Liezebetje Egwijk aan Zee
AuditieveoefeningenPlukvandePetteflat©sbosV’04
3
Àelk woord is hier in lettergrepen verdeeld? Za – za Ma – ga – zijn Dik – ke Dol – lie Kak – ker – lak Has – sel – braam Kraan – wa –gen
Lang – hors Lie – ze – bet - je Park – mees – ter Krul – le – vaar Bra – men – jam Ma – ga – zijn
Pet – te – flet Klui – ze – laar To – ren – ka – mer Lis – pel – tuut Spuit – bus Ei – er – koek
Ma – joor Aag – je Dui – zel – tje Flat – te – kat Leen – tje Meeuw – en - ei
Àat rijmt er op …. Pluk Kakkerlak Kluizelaar Petteflet Flettekat Paard Magazijn Meneer Pen Spuitbus Majoor Eierkoek Ei Kraanwagen Aagje Friet
Stuk, kruk, Puck, tuc, geluk Zak, vak, wak, hak, dak, mak, Raar, daar, maar, gevaar, Krullevaar. Met, zet, bed, vet, kroket Patat, dat, rat, mat, bad Taart, staart, bedaard, maart Trein, mijn, klein, fijn. Hen, den, ten, ken, ben. Dus, kus, zus, mus, rus. Koor, voor, door, goor, tussendoor. zakdoek, zoek, boek, doek, vloek Mij, zij, kei, dij, rij, vrij, hij, Zagen, lagen, dagen, vragen, knagen Zaagje, laagje, vraagje, Niet, giet, verdriet, lied.
Àaar of niet waar? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Pluk woont in de kelder. Niet waar Langhors heeft poten en wielen Àaar In de torteltuin wonen ook muizen. Àaar Mevrouw Helderder wil in de torenkamer wonen. Niet waar Aagje vindt het fijn om zo schoon te zijn. Niet waar Van Hasselbramen wordt je vrolijk. Àaar De heen-en-weer wolf heeft het heel druk. Niet waar De kluizelaar woont in een grote stad. Niet waar De kluizelaar woont graag alleen. Àaar
AuditieveoefeningenPlukvandePetteflat©sbosV’04
4
10.
De oude visser weet waar de pont naar de kluizelaar is. Àaar 11. Pluk woont op de 4e verdieping. Niet waar 12. De Krullevaar is een kleine vogel. Niet waar 13. Het ei van de zeekoekoek was oranje Àaar 14. Mevrouw Helderder kan goed jam maken Àaar 15. Pluk heeft een rode kraanwagen. Àaar 16. Er zijn 8 Stampertjes. Niet waar 17. Meneer Pen heeft een winkel Àaar 18. De Lispeltuut is een soort schelp Àaar 19. De Lispeltuut is heel klein Niet waar 20. De Stampertjes slapen allemaal bij elkaar. Àaar 21. Aagje woont onder de familie Stamper Àaar 22. Het paard van de majoor is ontzettend lang Àaar 23. De Stampertjes hebben een houten vloer Niet waar
Àat is het langste woord? Torteltuin Aagje Meneer Pen Kraanwagen Meneer Pen Dikke Dollie Majoor Flettekat Aagje Lispeltuut Friet Leentje
Pluk Mevrouw Helderder Leentje Karel Dollie Langhors Heen-en-weerwolf Pluk Liezebetje Karel met de houten poot Eieren Stampertjes
AuditieveoefeningenPlukvandePetteflat©sbosV’04
5
Àat is het kortste woord? Torteltuin Aagje Meneer Pen Kraanwagen Meneer Pen Dikke Dollie Majoor Flettekat Aagje Lispeltuut Friet Leentje
Pluk Mevrouw Helderder Leentje Karel Dollie Langhors Heen-en-weerwolf Pluk Liezebetje Karel met de houten poot Eieren Stampertjes
Maak de zin af….. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Pluk woont …….. Meneer Pen kijkt …… De Lispeltuut zegt …. Aagje speelt …. Duizeltje woont …. Mevrouw Helderder eet ….. De Parkmeester heeft ….. De Krullevaar mag …… De Kluizelaar is ….. Liezebetje kan ….
Àie is wie? Hij heeft twee verschillende benen. Karel met de houten poot. Zij houdt erg van de muizenjacht. Flettekat Hij heeft een winkel. Meneer Pen Zij is gek op schoonmaken. Mevrouw Helderder Hij woont helemaal alleen. De Kluizelaar Hij houdt erg van vissen. De oude visser. Ze zijn met z’n zevenen. De Stampertjes Hier staat het vakantiehuisje Egwijk aan Zee Zij is de dochter van mevrouw Helderder Aagje Dit is het huisdier van Pluk Zaza Dit is het lievelingseten van Zaza Appelschilletjes Als je dit eet word je vrolijk. Hasselbramen(jam) Hij heeft het struikje hasselbramen aan Pluk gegeven. Kluizelaar Hij vaart met een bootje naar de overkant. De heen en weer wolf Deze ziekte hebben de Stampertjes Mazelen Hier had Dikke Dollie zich verstopt Tas van de dokter AuditieveoefeningenPlukvandePetteflat©sbosV’04
6
Maak het woord af: Hassel …. Pet …. Mevrouw Por… Stam… Appel …
(bramen) (teflet) (Helderder) (tier) (pertjes) (schilletjes)
Heen-en…. Lang … Flat … Karel … Dikke … Tor …
(weer-wolf) (hors) (tekat) (met de houten poot) (Dollie) (teltuin)
Àelk woord is in letters verdeeld? p-l-u-k f-l-a-t w-o-l-f b-u-s b-oe-k
p-e-n k-a-t k-r-aa-n t-uu-t h-ui-s
d-ui-f b-r-aa-m f-r-ie-t d-i-k d-r-u-k
t-ui-n p-oo-t sch-oo-n z-ie-k p-e-t
Verdeel het woord in letters: Pluk flat wolf bus boek
pen kat kraan tuut huis
duif braam friet dik druk
tuin poot schoon ziek pet
AuditieveoefeningenPlukvandePetteflat©sbosV’04
7