DRIEMAANDELIJKS
Inhoud
JAARGANG 5
NUMMER 1
APRIL 1996
Alle eerstelijnshulpverleners
-Uitnodiging algemene vergadering p.1
worden uitgenodigd op de algemene vergadering SIT-Neerpelt
-Omgaan met dementie p.2-3
De beleving van de dementie
-LISTEL-navorming p.4
Hoe kunnen wij de dementie beter begrijpen
Redaktie en layout: Leon HOUBEN CGG-Noord-Limburg
spreker: F. DE VLEESHOUWER
woensdag 17 april 1996 om 20.30 uur vergaderzaal Dommelgallerij Kerkstraat 10, Neerpelt
Verantw. uitg. : dr. Hilde GOOSSENS, Dorpsstraat 12, 3940 Hechtel.
SIT-Bulletin *Jrg.5 nr.1 p.2
>Zolang het kan, willen we moeder bij ons houden’
>Soms moet je bij alle ellende nog lachen ook. Het lukt moeder niet meer zo best. Duizenden keren heeft ze voor ons koffie gezet. Nu kan ze het niet meer. De ene keer vergeet ze >t water op te zetten, de andere keer vergeet ze >t gas aan te steken. Het verschilt trouwens nogal de één voor de andere dag. Af en toe is ze heel helder en dan gaat het best. >s Nachts kan moeder erg onrustig zijn. Ze spookt dan door het huis. Je begrijpt het niet. Overdag dut ze vaak urenlang weg en >s nachts heb je geen rust, zegt ze dat ze naar huis moet, omdat vader dadelijk thuis komt en warm eten moet hebben. Gisteren was ze de sleutel kwijt. Moeder is vaak wat kwijt. Vooral sleutels en geld. Soms maakt ze zich daarover boos en dan heb ik het gedaan. Na een paar dagen komt het meestal wel weer te voorschijn. Dan ligt het tussen het linnengoed of in een of ander oud theepotje. Soms weet ze niet meer dat ik haar dochter ben. Als ik haar vraag hoeveel dochters ze heeft, zegt ze >geen’. Ze heeft er twee. Ze noemt ons allemaal vriendinnen. Gisteren had ze nog een verhaal over haar broer Jan. Het liep weer helemaal door elkaar. Toen ik haar wilde vertellen hoe het wel in elkaar zat, liep ze boos weg. Twee minuten later was ze het alweer vergeten. Af en toe brengt iemand uit de buurt haar thuis; ze is dan de weg kwijt geraakt. Het is niet gemakkelijk om samen te leven met iemand die zo dicht bij je hoort en soms toch zo ver weg lijkt. Het doet me echt wel pijn als ze zegt: >ik wil naar huis’ en >wie ben jij’?’ Dan kan ik verdrietig zijn. Dan is het heel stil en voel ik mij eenzaam. Dat is een verdriet dat niemand begrijpt. Mijn broer en zus begrijpen er ook niet erg veel van. Het is gek, maar als die er zijn dan heeft moeder vaak haar beste momenten. Wij wonen nu bijna drie jaar in bij moeder. Zolang het kan willen we haar bij
kunt je zo onmachtig voelen. Je wilt het beste, maar je weet soms niet wat het beste is. >Je wilt het beste? Maar je weet niet altijd wat het beste is’ >Je voelt je soms zo onmachtig. Je wilt het beste maar je weet niet wat het beste is’. Het >beste’ kun je niet lezen in een boekje. Op goede momenten kun je het even aanvoelen vanuit de warmte, de vreugde en het verdriet in je hart. Wat we hier doen, is U op een paar punten attent maken, waarvan wij denken, dat ze belangrijk zijn, in het omgaan met dementerende mensen. Enkele omgangs-/gedragsadviezen in kort bestek: 1. De dementerende mens is een volwassen mens die, helaas in toenemende mate, onze aanvullende hulp nodig heeft. Benader hem/haar met respect. Wanneer we hem als een kind benaderen lokt dat terecht al gauw boosheid uit. 2. Het is goed dat hij actief en bezig blijft. Neem hem niet uit handen wat hij zelf nog kan. Doe activiteiten samen (boodschappen, afwassen). 3. Overvraag hem niet. -lijf niet doorvragen als hij het niet meer weet. -Blijf niet iets stimuleren wat hij niet meer kan. -Stel niet meer dan één vraag tegelijk. Twee vragen onthouden lukt niet meer. -Geef niet meer dan één advies of taak tegelijk. B.v. >Ik vind het fijn als U me even helpt met afwassen’. Voeg dan de daad bij het woord. Als er tijd zit tussen woord en daad is hij het weer vergeten.
ons houden, maar het is weleens moeilijk. Je Verantw. uitg. : dr. Hilde GOOSSENS, Dorpsstraat 12, 3940 Hechtel.
SIT-Bulletin *Jrg.5 nr.1 p.3
4. De dementerende mens is sneller vermoeid en sneller overbelast. Het is allemaal >sneller teveel’. Vermijd daarom teveel drukte in huis; teveel vreemde gezichten, teveel TV. 5. Vaste structuren zijn belangrijk. Het helpt hem bij zijn oriëntatie als zijn dagelijkse leefwereld zoveel mogelijk onveranderd blijft. Alles op zijn vaste plaats (meubels) en herkenbaar (kleuren, behang). -Hanteer zoveel mogelijk een vaste dagindeling. Doe de dingen in dezelfde volgorde. -Breng hem niet te vaak in nieuwe, andere situaties. Om de beurt een weekend bij één van de acht kinderen is een te grote opgave. -Wissel niet onnodig veel met helpsters in huis. 6. Help de dementerende met zijn tijdsoriëntatie door regelmatig op te merken: -het is nu half elf, koffietijd. -het is vandaag woensdag .Mevr. Janssen komt U helpen. 7. Vermijd >test-situaties’ We maken de dementerende nog meer onzeker door hem telkens vragen te stellen als: -hoe oud bent U? -hoeveel kinderen hebt U? -weet U nog hoe ik heet? 8. Ga met de dementerende niet in een welles-nietes-diskussie. Het leidt meestal alleen tot spanningen, onrust en irritatie. 9. Een dementerende kan heel dwangmatig zijn. Soms is hij eindeloos met iets bezig, dat hij niet los kan laten. Probeer hem dan te helpen, door hem af te leiden naar iets anders.
11. Neem de gevoelens van de dementerende mens serieus. Als hij verdrietig is over zijn (overleden) moeder, die alsmaar niet thuiskomt is hij nu echt verdrietig. Poets dat verdriet niet weg. Ga erop in. Probeer er samen achter te komen, dat moeder overleden is (fotoboek). Of leid na enige tijd de aandacht naar iets anders. 12. Wanneer het besef van wat hoort en niet wat niet hoort, van wat netjes en niet netjes is, een beetje verloren gaat, bereikt U meer met de dementerende en met Uzelf, door maar een oogje dicht te knijpen, of een onopgemerkte helpende hand te bieden, dan door de dementerende mens een >standje > te geven. 13. Het zijn vaak onze eigen gevoelens van schaamte, schuld, angst, of het niet kunnen accepteren, die ons gedrag ten opzichte van de dementerende mens bepalen. Het zijn heel begrijpelijke en menselijke gevoelens. 14. Ook wanneer de dementerende ons niet meer herkent en onze spreektaal niet meer verstaat, blijft het mogelijk en belangrijk kontakt met hem te onderhouden. De taal van het lichaam een hand, een zoen, een arm om de schouder - zal hij nog lang verstaan.
Bron: Dhr. J. Mastenhove Regionale Instelling Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg, Oostelijk Zuid-Limburg Omgaan met dementerende mensen. Informatie voor familieleden van dementerende mensen.
10. Voorkom dat hij in een isolement komt. Soms heeft hij zelf de neiging terug te trekken, omdat hij zich onzeker voelt. Soms dreigen wij hem te isoleren, omdat we ons schamen voor bv. de buren, of omdat we risico’s zoveel mogelijk willen voorkomen, zoals bv. weglopen.
Verantw. uitg. : dr. Hilde GOOSSENS, Dorpsstraat 12, 3940 Hechtel.
SIT-Bulletin *Jrg.5 nr.1 p.3
Multidisciplinaire navorming rond het thema Palliatieve Zorg deel III
Als hulpverlener in de palliatieve zorg wordt u geconfronteerd met de patiënt, zijn familie, de omgeving en met andere collega-hulpverleners. Op welke wijze gaat u om met een palliatieve patiënt, met zijn geloofsovertuiging, hoe bereidt u de patiënt en zijn familie voor op slecht nieuws, .... We nodigen u uit om samen een antwoord te zoeken en te formuleren. Het programma gaat door op zaterdag 20 april en zaterdag 11 mei >96. Telkens van 9 uur tot 16 uur in het Borrelhuis te Hasselt. Indien u de gedetailleerde gegevens van het programma wenst kunt u vrijblijvend kontakt opnemen met Listel vzw. 011/23.08.65 (Laermans Mia, vormingsverantwoordelijke Listel vzw.) We vestigen er uw aandacht op dat inschrijven zinvol is als u aan het totale programma, de 2 zaterdagen, kunt deelnemen.
Eigen bijdragen, suggesties, e.d. worden ingewacht op onderstaande adressen : -OCMW-Neerpelt t.a.v. Hilde VANDERVELDEN Secretaris S.I.T. Kerkstraat 10 3910 Neerpelt (011) 64 56 80. -CGG-Noord-Limburg t.a.v. Leon HOUBEN Dorpsstraat 117 3900 Overpelt (011) 64 53 10.
Verantw. uitg. : dr. Hilde GOOSSENS, Dorpsstraat 12, 3940 Hechtel.
SIT-Bulletin *Jrg.5 nr.1 p.4