Agentschap voor Natuur en Bos LIFE project DANAH l APRIL 2007
s pe c ial
Life project Danah
Natuur in topvorm op militaire domeinen
2
Gekoesterde gebieden
3
Grote en kleine heideterreinen op militair domein: vruchtbaar samenwerken
4
Dit blad is iets bijzonders. Het gaat uitsluitend over natuurherstel op militair domein in het kader van het LIFE-project Danah — een letterwoord voor Defensie + Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) = NAtuurHerstel.
Brede waardering voor biodiversiteit
6
Over protocollen en commissies
8
Defensie beschikt over uitgestrekte oefenterreinen, die van oudsher hoofdzakelijk te vinden zijn op zogenaamd ‘armere’ heidegronden. Arm aan voedingsstoffen in de bodem maar rijk aan natuurlijke verscheidenheid. In de afgelopen eeuw veranderde de omgeving rond militaire domeinen drastisch: woningbouw, industrie, wegen en intensieve landbouw kwamen in de plaats van de heidegronden. De militaire domeinen bleven intussen van die ontwikkelingsdruk gevrijwaard en behielden hun halfnatuurlijke karakter.
Beheerscommissies: 10 respect voor elkaars kerntaken “Het schiet goed op”
12
Veldwerk onder DANAH’s vleugels
14
GIS: geen nattevingerwerk
16
Defensie zet elementaire zorgplicht op de kaart
18
Colofon Deze LIFE project DANAH nieuwsbrief is een speciale uitgave van het Agentschap voor Natuur en Bos. Redactie: Jan Heyveart voor “Brede waardering voor biodiversiteit”; “Over Protocollen en commissies”; “Beheerscommissies: respect voor elkaars kerntaken”; “Veldwerk onder DANAH’s vleugels”; GIS: geen nattevingerwerk”; “Defensie zet elementaire zorgplicht op de kaart”; Johan Van Herck Defensie - DG IPR eindredactie voor “Gekoesterde gebieden” - Peter Thomas DG IPR; “Grote en kleine heidetereinen op militair domein: vruchtbaar samenwerken” - Kris Van Doorsselaere DG IPR; “Het schiet goed op” - Margot Van Waeyenberghe DG IPR; Algemene coördinatie: Johan Vanswijgenhoven, LIFE team DANAH Dit nummer werd uitgebracht binnen LIFE project DANAH (LIFE2003NAT/B/000024) met de steun van het Europese LIFE-fonds. Grafische vormgeving: Digitale Drukkerij BZ - Nadia De Braekeler Overname van artikels is alleen toegestaan met bronvermelding. Verantwoordelijke uitgever: Y. Decuypere, Graaf de Ferrarisgebouw, Koning Albert II-laan 20 bus 8, 1000 Brussel
LIFE project DANAH
Gekoesterde gebieden
Natuur in topvorm op militaire domeinen
Voor het logo lieten we ons inspireren door het heideblauwtje en gewone dopheide. In gezonde heidelandschappen komen beide vaak samen voor. Om te overleven hebben ze elkaar nodig. Ook LIFE project DANAH kan maar succesvol zijn als de projectpartners, Defensie en het Agentschap voor Natuur en Bos de krachten bundelen. Ontwerp: LIFE team DANAH
Vanaf 1979 mochten vrijwilligers beheerswerken zoals kappen en maaien uitvoeren. Gaandeweg evolueerde het natuurbeheer van vrijwilligerswerk naar gestructureerd overleg en samenwerking op een steeds hoger niveau. Foto: Willy Vanlook
Defensie leverden in het verleden al de nodige inspanningen voor de heidelandschappen op de militaire domeinen. Zo werd op Kamp Beverlo een zone geplagd met een pantservoertuig. Foto: Willy Vanlook
Natura 2000 is een netwerk van terreinen dat de biologische verscheidenheid binnen Europa moet vrijwaren en herstellen. Bedoeling van het integreren van militaire gebieden binnen dat netwerk is dat de militaire activiteiten (en de activiteiten van derden, zoals recreatie) er normaal voortgezet worden, maar onder de beperkende voorwaarde dat de biodiversiteit er niet op achteruitgaat. Een steeds grotere oppervlakte van het militaire domein is al van heide naar bos geëvolueerd doordat de noden van Defensie wijzigden doorheen de tijd en in plaats. De middelen om de heidelandschappen te herstellen en te bewaren op de militaire domeinen, werden gevonden in de vorm van LIFE-fondsen. Geen nood: al deze begrippen worden in dit nummer verklaard en toegelicht. Dankzij die financiële injectie van de EU kan nu intensiever aan natuurherstel worden gedaan in militaire domeinen. Niet alleen door concreet terreinbeheer, zoals plaggen of ontbossen, maar ook door het gebruik door Defensie en derden waar nodig bij te sturen. De knowhow van het ANB is daarbij vanzelfsprekend onmisbaar: zowel specialisten in de centrale diensten als de natuurwachters en boswachters ter plaatse sturen het LIFE-project inhoudelijk. Danah werd in 2003 boven de doopvont gehouden en loopt nog tot eind 2008. Daarna zal het dagelijkse beheer moeten volstaan om zonder bijkomende Europese middelen de natuur op de militaire domeinen in topvorm te houden. Martine Van Liefferinge luitenant-kolonel stafbrevethouder Hoofd divisie Leefmilieu
Marleen Evenepoel administrateur-generaal Agentschap voor Natuur en Bos
Prachtige heidegebieden met landduinen en vennen bleven mede dankzij de militaire bescherming bewaard. Op deze foto een impressie van een uitgestrekte heidelandschap in Kamp Beverlo. Foto: Marcel Van Waerebeke
S p e c i f i e ke d o m e i n en In Leopoldsburg beschikt Defensie sinds 1835 over een immens oefenterrein. Destijds kocht het departement hier arme gronden op om op te oefenen. Het Kempense landschap bestond toen nog voornamelijk uit heidevelden, met hier en daar een dorpje ertussen. Talrijke beekdalen doorsneden de woeste en moerassige gronden. Die heidegronden bleken achteraf een schat aan biodiversiteit te bevatten, van droge gebieden, over vennen naar moerassen.
Kennelijk hadden de schietoefeningen en manoeuvres die er plaatsvonden nauwelijks negatieve invloed op de biodiversiteit van het militaire heideareaal. Sinds enige tijd wordt integendeel zelfs algemeen aanvaard dat militaire activiteiten een herstellend effect kunnen hebben. Ze zorgen er bijvoorbeeld voor dat de heide niet spontaan kan verbossen.
Lange tijd was Defensie zich niet bewust van dergelijke uitzonderlijke natuurwaarden op haar gronden. Wetenschapslui en natuurliefhebbers beseften dat wel. Initiatieven rond natuurbehoud op militaire domeinen zijn dan ook niet nieuw. Aanvankelijk ging het om louter lokale initiatieven, maar Europa bracht een en ander in een stroomversnelling. Voor de verplichte afbakening van Natura 2000-gebieden kwam het in 1999 tot een officieel samenwerkingsverband tussen Defensie en het huidige Agentschap voor Natuur en Bos (ANB).
In het dichtbevolkte Vlaanderen liggen enkele waardevolle natuurgebieden op militair domein. Deze domeinen zijn niet toegankelijk voor het publiek. Zo bleef de waardevolle flora en fauna jarenlang bewaard. Bovendien lanceerden vrijwilligers doorheen de jaren samen met Defensie verschillende initiatieven om deze schatkamer van de natuur te behouden en te herstellen.
Heidegebieden zijn halfnatuurlijke landschappen: ze zijn het resultaat van menselijk ingrijpen in de natuur. Tot het einde van de negentiende eeuw lieten boeren hun schapen en runderen grazen op de arme zandgronden. Negentig procent van het land werd door het vee afgegraasd. Zo ontstond een heidelandschap. De mest van de dieren, werd in de stallen verzameld om ongeveer een tiende van het land vruchtbaar maken. Dit wordt het potstalsysteem genoemd. Vermits deze vorm van landbouw al lang verdwenen is, moeten we de natuur nu een handje helpen door actief natuurbeheer. Naarmate de jaren verstreken, maakte het heidelandschap plaats voor woon-, industrie- en recreatiegebied. Een rijke bron van biodiversiteit verdween, behalve op de militaire domeinen. Deze domeinen waren nooit vrij toegankelijk voor het publiek. Bovendien gebruikt Defensie de gronden juist omwille van hun woestenij als oefenterrein. Hierdoor konden deze uitgestrekte terreinen een ongeziene rijkdom aan waardevolle fauna en flora blijven herbergen.
Historische prentkaart met een impressie van hoe het landschap er einde 19de eeuw in Kamp Beverlo moet hebben uitgezien. Foto: Archief / Museum Kamp Beverlo
V a n v r i j w i l l i g e r s t ot Europa In de jaren zeventig werd Belgische Natuur- en Vogelreservaten zich bewust van de grote biodiversiteit en de waarde van het immense militaire domein van Leopoldsburg. Vanaf 1979 mochten haar vrijwilligers er beheerswerken zoals kappen en maaien uitvoeren. Gaandeweg evolueerde het natuurbeheer van vrijwilligerswerk naar gestructureerd overleg en samenwerking op een steeds hoger niveau. In 1999 sloten Defensie en het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) van de Vlaamse overheid een akkoord over het beheer van militaire domeinen. Zo werden de eerste stappen voor een expliciet natuurbeheer op militair domein gezet.
LIFE project DANAH
Grote en kleine heideterreinen op militair domein: vruchtbaar samenwerken Achter militaire prikkeldraad bevinden zich verschillende grote en kleine heideterreinen. De fauna en flora zijn er veelal uniek. Geert De Blust van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek en Wim Slabbaert van het Agentschap voor Natuur en Bos leiden ons rond.
Militaire domeinen kennen een grote verscheidenheid aan planten- en diersoorten en hebben uiteenlopende bestemmingen. Die biodiversiteit hebben ze te danken aan hun afgeschermde karakter en aan de uiteenlopende activiteiten die er plaatsvinden: oefenterreinen, munitieopslagplaatsen, vliegvelden, enzovoort. Ook al zijn die militaire activiteiten soms overrompelend en hebben ze lokaal heel wat impact, toch dragen ze ook bij tot het ontstaan en het behoud van unieke biotopen voor fauna en flora. Zo zorgen rupsvoertuigen of inslaande projectielen ervoor dat oude kiemen weer aan de oppervlakte komen en nieuwe levenskansen krijgen. “Vooral op militaire domeinen in Limburg en Antwerpen vind je grote heideterreinen terug”, steekt Geert De Blust van wal. “In Leopoldsburg en Brasschaat gaat het bijvoorbeeld om gebieden van verschillende honderden, zelfs duizenden hectare. Dankzij hun grootte krijgt de natuur er alle kansen om het heidelandschap in stand te houden. Eerst en vooral heeft de wind er vrij spel. Regelmatige verstuiving en stuwend zand veroorzaken voldoende verstoring, zodat deze oppervlakten niet dichtgroeien.” “Daarnaast kunnen woonwijken of landbouwgebieden de bodem enkel in de rand draineren. Het overgrote deel van de heide gedijt perfect dankzij de natuurlijke waterhuishouding. Die zorgt ervoor dat de heidegrond voldoende water krijgt. Ten derde bieden de grote terreinen veel leefruimte voor dieren en planten. Elke soort die je hier aantreft, telt voldoende exemplaren voor een redelijk stabiele populatie. Zo vind je op het Groot Schietveld van Brasschaat de grootste adderpopulatie in Vlaanderen. Ook het gentiaanblauwtje fladdert er zorgeloos rond de klokjesgentianen.”
LIFE project DANAH
Eco l o g i s c h e n h i s to r i s c h e r fg o e d Kleine heideterreinen vind je vooral op de militaire domeinen in Oost- en West-Vlaanderen. “Door de nabijheid van de zee vind je op het Vloethemveld in Zedelgem, in het munitiedepot in Houthulst en op het vliegveld van Ursel Atlantische heidelandschappen terug”, vertelt Wim Slabbaert. “Ze zijn ontstaan dankzij het ietwat mildere klimaat in die streken. Typische planten die je er aantreft zijn bijvoorbeeld de rode dophei en de gaspeldoorn. Qua fauna komen de aardbeivlinder en het groentje in Vlaanderen bijna uitsluitend hier nog voor.” “Militaire domeinen hebben enkele erg belangrijke troeven. Ze worden eerst en vooral nooit bemest. De kleine heideterreinen vormen ecologische eilandjes in de ‘mestzee’ die hen omringt. Bemesting brengt stikstof en fosfor in de bodem, waardoor die voor honderden jaren aangerijkt is. De onderhoudsploegen gebruiken evenmin herbiciden of onkruidverdelgers. En omploegen doen ze ook al niet. Zo is een belangrijke historische erfenis onbewust van de ondergang gered. Dat beaamt Geert De Blust volledig. “Vooral de oudste militaire domeinen zoals die van Leopoldsburg en Brasschaat zijn rijk aan landschappen met
dan ook noodzakelijk: gras maaien en wegvoeren, gericht branden, begrazen, kappen en plaggen. Bij plaggen schraap je de bovenste bodemlaag af om zaden van oude vegetaties of pionierplanten weer kiemkansen te geven.”
oeroude kenmerken. Ze werden lang geleden afgesloten van de buitenwereld en zijn gespaard gebleven van intensieve landbouwingrepen. De ondergrond vormt er een maagdelijk bodemarchief. Archeologen vonden er al erg waardevolle relicten terug, zoals historische begraafplaatsen of restanten van Keltische en neolithische nederzettingen.”
Ge zamenlijke aanpak Waardevolle zaken moet je koesteren. Unieke heidelandschappen in stand houden, vergt echter een continu beheer. Als je de natuur of de gebruikers ongestoord hun gang laat gaan, zijn die landschappen vroeg of laat gedoemd om te verdwijnen. De Blust en Slabbaert lichten toe: “Oprukkende struiken en bomen zoals lijsterbessen en beuken dreigen voortdurend de heidebegroeiing te overwoekeren. Ook gras kan de typische heideplantjes verdrukken, waardoor ook de heidefauna verdwijnt. Door de militaire activiteiten ontstaan er vaak branden. Als die elkaar te snel opvolgen, kunnen ze de vegetatie totaal vernietigen en krijgt gras vrij spel. Allerlei preventieve en herstellende ingrepen zijn
De grootste gekende adderpopulatie in Vlaanderen treffen we aan op het Groot Schietveld van Brasschaat. Foto: Wim Verschraegen
“Het LIFE-project Danah zorgt ervoor dat de samenwerking tussen Defensie en het Agentschap voor Natuur en Bos veel beter gestructureerd is en dat de natuurherstellende aanpak veel efficiënter verloopt. Het is dan ook perfect mogelijk om ogenschijnlijk tegengestelde belangen met elkaar te verzoenen. Je kan militaire trainingsactiviteiten bijvoorbeeld probleemloos zo plannen dat bepaalde zones in kwetsbare periodes ongemoeid blijven. Wij geven daarin enkel advies en informatie, werken de beheersplannen voor de heidelandschappen mee uit, bieden de nodige technische ondersteuning, enzovoort.” “Defensie heeft vanzelfsprekend het laatste woord over het gebruik van zijn militaire oefenterreinen. Maar je merkt duidelijk dat de militaire overheid alsmaar meer inspanningen levert voor natuurherstel en -behoud. Samen met de milieucoördinatoren van Defensie zetten we lokaal belangrijke stappen vooruit in deze vruchtbare samenwerking.”
Enkel op de militaire domeinen van Ursel en Houthulst komt de zeldzame aardbeivlinder nog voor. Foto: Jeroen Mertens
Impressie van het uitgestrekte heidelandschap op het Schietveld van Houthalen-Helchteren. Mede dankzij de intensieve schietoefeningen bleef het heidelandschap bewaard. Foto: Patrick Bouillon
Om het brandgevaar in te perken, werden de schutsbermen van de munitiedepots op het militaire domein van Zedelgem regelmatig gemaaid. Dit militaire beheer droeg rechtstreeks bij tot het behoud van de zeldzame rode dopheide. Foto: Arnoud Zwaenepoel
Kamp Beverlo is absolute top voor landduinen in Europa. Foto: Christian Decloedt
LIFE project DANAH
Brede waardering voor biodiversiteit Het LIFE-project Danah komt niet zomaar uit de lucht vallen. Het kadert binnen het Europese ecologisch netwerk Natura 2000. Dat precies militaire domeinen daarin een belangrijke functie kunnen krijgen, is al evenmin toeval.
Bij iedere lentetop van de Europese Unie is het vaste prik: de staatshoofden en regeringsleiders verklaren dat het verlies aan biodiversiteit een halt moet worden toegeroepen tegen 2010. Dat is niet zomaar een boodschap om goodwill te kweken bij het publiek. Europa werkt al bijna dertig jaar aan instrumenten om de biologische diversiteit veilig te stellen.
Biodiversiteit en militaire activiteiten kunnen hand in hand gaan. Grondster is een zeldzaam en kwetsbaar plantje dat enkel kan overleven op voedselarme en open grond. Op militaire domeinen komt het daarom vaak voor in de tanksporen. Foto: Michel Fautsch
De militaire domeinen vertegenwoordigen in Vlaanderen 11% van de totale NATURA 2000 oppervlakte . Kaartjes: LIFE team DANAH
Al in 1979 werd de Europese Vogelrichtlijn goedgekeurd (79/409/EEG). Die heeft als doel de natuurlijke in het wild levende vogelsoorten te beheren en waar nodig te beschermen. Het gaat daarbij niet alleen om de dieren zelf, hun eieren en nesten, maar ook om hun leefgebieden. In 1992 volgde de Habitatrichtlijn (92/43/EEG). Die wil de biologische diversiteit waarborgen door natuurlijke leefgebieden (habitats) en wilde fauna en flora in stand te houden. Op basis van beide richtlijnen zijn de Europese lidstaten verplicht ‘speciale beschermingszones’ af te bakenen. Die zones zijn van wezenlijk belang voor het voortbestaan van de soorten en habitats die in de richtlijnen opgelijst zijn. Dit gaat verder dan de natuur louter te beschermen in afgebakende natuurreservaten. Om de vooruitgang van soorten te waarborgen volstaan reservaten niet. Het doel is integratie: natuur moet dezelfde waardering krijgen als andere onderdelen van het maatschappelijke spectrum, zoals economische en sociale ontwikkeling. Al die beschermingszones in alle lidstaten vormen samen het Europese ecologisch netwerk Natura 2000. In ons land is natuurbehoud een geregionaliseerde materie. Het is aan de gewesten om de Europese verplichtingen concreet in te vullen. Vlaanderen heeft 24 Vogelrichtlijngebieden (totale oppervlakte: 98.243 hectare) en 38 Habitatrichtlijngebieden (102.000 hectare of 7,5 % van het Vlaamse grondgebied). In heel Europa bezitten militaire domeinen een aantal eigenschappen die ze interessant maakt voor het Natura 2000-netwerk. Het zijn grote oppervlakten met veel open en halfopen gebied. Door hun specifieke bestemming zijn ze vele tientallen jaren lang voor een groot deel bewaard gebleven. Bovendien vertonen ze op heel wat plaatsen een bijzondere dynamiek. Denk maar aan tanksporen, waarin pionierplanten de kans krijgen om te ontluiken. Ook tijdens vogeltellingen in de jaren ’80 viel de rijkdom van militaire domeinen op. Vooral de Limburgse militaire terreinen hebben als vogel- en habitatgebied een groot herstelpotentieel in huis. Defensie beseft welke enorme waarde haar gebieden herbergen. Ze werd bereid gevonden via een gericht beheer de zorg voor biodiversiteit te helpen inschakelen in de rest van het maatschappelijke leven.
LIFE LIFE project project DANAH DANAH
Door schietoefeningen ontstaat er een zeer dynamisch microreliëf. Dat zorgt voor gunstige groeiplaatsen voor onder andere zonnedauw. Foto: Jurgen Braekeveldt DG IPR LIFE project DANAH
Over protocollen en commissies Europa stelt een aantal doelstellingen en verplichtingen voorop, maar gelukkig reikt het ook middelen aan om daar werk van te maken. Het LIFE-project Danah is daar een tastbaar voorbeeld van. In sommige opzichten zelfs een schoolvoorbeeld, vertelt Els Martens van het ANB.
Stilaan groeide het bewustzijn dat militaire domeinen unieke gebieden zijn met enorm potentieel om biodiversiteit in stand te houden. Foto: VZW De Mangelbeek
Zodra het besef groeide dat in militaire domeinen heel wat potentieel voorhanden was om de biodiversiteit in stand te houden, rees de vraag: hoe pakken we dat praktisch aan? Aan uitdagingen geen gebrek: hoe de functies van militair en natuurdomein met elkaar verzoenen, welke praktische maatregelen uitvoeren en … wie zal dat betalen? Wat dat financiële be-treft bood het LIFEfonds uitkomst. LIFE staat voor L’Instrument financier pour l’envi-ronnement: een financieringsinstrument voor het milieu. Eén luik daarvan - LIFE-Nature - is specifiek bedoeld voor praktische maat-regelen om habitats en soorten te beschermen en te herstellen. Daarbij mag je niet vergeten dat LIFE slechts 43 % financiert. De projectpartners dragen de rest, in dit geval Defensie en het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB).
LIFE project DANAH
Dat brengt ons bij een tweede kwestie: defensie is federale materie, het ANB valt onder het Vlaamse Gewest en dus moesten sluitende afspraken gemaakt worden. Het eerste samenwerkingsprotocol tussen het federale ministerie van Defensie en het Vlaamse ministerie voor Leefmilieu dateert van 1999. Dit protocol omvat de afspraken om het natuur- en bosbeheer op militaire domeinen uit te voeren en op te volgen. In 2004 ondertekenden beide ministeries een bijkomende overeenkomst voor het LIFEproject Danah. Die zet de krijtlijnen uit voor concrete maatregelen om soorten en habitats te herstellen in twaalf projectgebieden (zie kaart op blz. 20). Hierbij moet je voor ogen houden dat het nog altijd om militaire domeinen gaat en dat militaire activiteiten dus voorrang krijgen. Uit de praktische projectwerking blijkt echter dat natuurherstel daarmee perfect te
verzoenen is, mits er maar voldoende begrip en respect is voor elkaars invalshoek. In de praktijk wordt één en ander nog complexer doordat men ook rekening moet houden met het gebruik van militaire gebieden door derden, in de vorm van lang- en kortlopende concessies (landbouw, recreatie, sport, natuurbeleving…). Om dat alles concreet in goede banen te leiden heeft elk projectgebied een lokale commissie natuur- en bosbeheer. Daar worden de knelpunten behandeld en komt het natuurgericht beheer van elk gebied aan bod tot in de praktische details. Een overkoepelende gewestelijke commissie bekrachtigt alles en volgt de activiteiten op. Ze behoudt het overzicht en pakt zwaardere topics aan, zoals de verkoop van een militair domein door Defensie.
In totaal is 11 procent van de Natura 2000gebieden in Vlaanderen binnen militair domein afgebakend. Tot vorig jaar was Danah daardoor het grootste LIFE-project. Ook in Wallonië werd in 2005 een LIFE-project goedgekeurd. Dit project - NATURA2MIL - wil op dezelfde manier aan natuurherstel doen op de drie grote militaire domeinen van Elsenborn, Lagland en Marche-en-Famenne. De Belgische samenwerkingen kunnen als voorbeeldproject dienen. Enerzijds leiden ze ook in andere Europese landen tot samenwerking tussen Defensie en milieuoverheden. Anderzijds vormt de inzet van Defensie in ons land een toonbeeld voor andere sectoren die samenwerking met ‘natuur’ traditioneel niet als evident zien.
LIFE project project DANAH DANAH LIFE
Beheercommissies: respect voor elkaars kerntaken Elk van de twaalf militaire DANAH-domeinen beschikt over een eigen commissie voor natuuren bosbeheer. Daarin maken mensen van Defensie en van het ANB concreet werk van de Europese doelstellingen voor biodiversiteit.
Bij een kop koffie in de mess van Kamp Beverlo steekt luitenant-kolonel stafbrevethouder Jaak Geens zijn enthousiasme over DANAH niet onder stoelen of banken. Als commandant van het 4de Regionaal Centrum voor Infrastructuur (4 RCI) van Defensie zit hij onder andere de Deelcommissie Leopoldsburg voor, waarin hij de ‘eigenaar’ van het militair domein vertegenwoordigt. “Vroeger had de burgerbevolking dankzij de legerdienst nog regelmatig contact met het leger”, zegt Geens. “Door de zorg voor biodiversiteit op te nemen in zijn werking, kan Defensie dat contact met de samenleving levend houden.”
De uitspraak van de kolonel is minder idealistisch dan hij lijkt. De lokale beheercommissies besteden immers vrij veel tijd aan het gebruik van militaire domeinen door derden, zoals landbouw, recreatie, sportbeoefening of natuurbeleving. “Alleen al voor Antwerpen en Limburg tellen we een 700-tal langlopende concessies”, vertelt Geens, “en wekelijks onderteken ik er zo’n vijftien kortlopende.” Dat geeft een idee van de enorme betekenis die deze domeinen buiten het militaire hebben, voor de burgersamenleving dus. Eén van de taken van de lokale commissies is erover te waken dat dit gebruik door derden spoort met de doelstellingen voor biodiversiteit. Een vereniging die bijvoorbeeld een mountainbikeparcours over militair domein wil laten lopen, zal via de commissie moeten passeren. Die bekijkt wat kan en wat niet - niet alleen qua ecologische draagkracht, maar ook of zo’n activiteit niet indruist tegen het militaire gebruik. Want dat blijft hoe dan ook prioritair.
Angus Aberdeen runderen dragen bij aan het natuurbeheer en kunnen zelfstandig grazen binnen een raster. Een raster zou echter de militaire toegankelijkheid van het gebied kunnen beperken. Door op strategische locaties veeroosters te plaatsen, blijft het gebied open. De runderen durven immers niet over dit rooster te gaan. Dit is een mooi voorbeeld van hoe militaire activiteiten en natuurbeheer perfect op elkaar afgestemd kunnen worden. Foto: Marcel Van Waerebeke
10
LIFE project DANAH
Die dualiteit zit overal ingebakken. Kolonel Geens: “Defensie geeft bijvoorbeeld aan privépersonen zowel militairen als burgers - de toelating om hout te kappen, maar het ANB bepaalt dan wat zij mogen kappen en hoe dat moet gebeuren.” Overigens bepaalt het nieuwe protocol dat de geldelijke opbrengst van dergelijke concessies niet langer in de staatskas maar bij de commissies zal terechtkomen. Zij kunnen er dan het natuurherstel mee financieren.
die in werkgroepen werden voorbereid. Ze bekijken ook de praktische weerslag daarvan op het gebruik van hun gebied. “Dat dit met niet meteen voor de hand liggende partners als Defensie en ANB prachtig lukt”, besluit kolonel Geens, “is te danken aan het wederzijdse respect voor elkaars kerntaken. Elke partij beseft wat de noden van de andere zijn en plaatst de zijne daar niet boven.”
De twaalf lokale commissies zijn adviesorganen die in besloten zitting beslissen over concessies en de beheervisies van Defensie en het ANB op elkaar afstemmen. Ze bestaan uit militairen (onder meer van het RCI en van de milieutechnische eenheden waar de milieucoördinatoren Defensie werken) en ANBmensen (natuurwachter, boswachter…). Twee keer per jaar komen ze samen om waardevolle natuur- en bosgebieden op het militair domein aan te duiden, af te bakenen en in te staan voor het beheer ervan. Concreet houdt dat in dat ze de gebiedsvisies goedkeuren nadat
In de commissies voor natuur- en bosbeheer werken lokale vertegenwoordigers van Defensie en ANB samen aan het beheer van de natuurzones op de militaire domeinen. Foto: LIFE team DANAH
LIFE project DANAH
11
“Het schiet goed op!” Het LIFE- project DANAH loopt tot eind 2008. Het werk is dus nog lang niet gedaan. Nu moeten de militaire domeinen in de eerste plaats een functie krijgen die voor alle gebruikers duidelijk is.
Een praktisch voorbeeld van hoe er door goede afspraken winsten voor zowel Defensie als Natuur geboekt kunnen worden: een dropzone voor parachutisten moet boomvrij blijven, hierdoor krijgt de heide vrij spel. Foto: Christian Decloedt
Momenteel hebben we ongeveer zeventig procent van de meest dringende taken afgewerkt”, vertellen Bert Vanholen, Provinciaal Directeur ANB Limburg en Dries Gorissen, Houtvester van Hechtel. Zij volgen voor het ANB het LIFE- project DANAH op in de provincie Limburg. “We hebben onder meer de heidevlaktes opengemaakt, de heide verjongd en uitheemse soorten weggehaald.” Het DANAH-team wil nu voor elk domein een richtplan opstellen waarmee de diverse vormen van terreingebruik kunnen worden afgewogen. Zo weet iedereen duidelijk wat wel kan, wat niet, en op welke plaats. Dat is een werk van lange adem: elk stuk van het militaire domein moet zijn functie krijgen. “Maar het schiet goed op”, zeggen Vanholen en Gorissen. In de eerste plaats hebben deze domeinen een militaire functie. Daarnaast zijn het ook prachtige natuurgebieden, waar fauna en flora vrij spel krijgen. Ten slotte kunnen ook recreanten de terreinen gebruiken om bijvoorbeeld te wandelen, mits ze daarvoor de toelating krijgen. Elke betrokken partij gaat na wat hem het beste uitkomt en geeft zijn voorkeur. Als een militair het bijvoorbeeld heeft over het kamp van Beverlo, zal hij een heel ander standpunt innemen dan een natuurliefhebber. “Daarna vergelijken we de verschillende wensen”, legt Bert Vanholen uit. “Soms komen die goed overeen. Een dropzone voor parachutisten moet natuurlijk boomvrij blijven. Dat is de militaire visie. Voor ons is dat ook ideaal, want in een bosvrij gebied krijgt de heide vrij spel. In dit geval hebben we dezelfde behoeftes. In andere gevallen hebben we soms een tegenovergesteld standpunt. Dan kijken we of we onze doelen niet op een ander terrein kunnen bereiken. Bij twijfel krijgt het militaire aspect voorrang.” Natuurherstel op militaire domeinen is niet alleen een zaak van de Vlaamse overheid. “Ook militairen volgen opleidingen in natuurbeheer”, gaat Dries Gorissen verder. “Zo kunnen wij in elke eenheid een contactpersoon voor natuurbeheer bereiken. Met hun kennis zorgen zij er tijdens oefeningen voor dat de richtplannen voor hun militaire domein worden gerespecteerd.”
12
LIFE project DANAH
LIFE project DANAH
13
Veldwerk onder Danah’s vleugels Europese richtlijnen, protocollen, commissies … maar wat is er van het LIFE- project DANAH eigenlijk te zien op het terrein? Om dat uit te vissen trok de redactie met twee natuurwachters en een ANB-deskundige naar twee militaire domeinen in de provincie Antwerpen.
Het Klein Schietveld in Brasschaat heeft een lange geschiedenis: het is al een oefenterrein voor de artillerie sinds 1820. De schietoefeningen zelf weken intussen uit naar het Groot Schietveld, dat geschikter is voor de grotere reikwijdte van de artillerie. Het Klein Schietveld doet nog dienst voor tactische oefeningen. Beide vormen een uitgestrekt, door bos omringd mozaïek van heidevegetaties en vennen. De bodem is er de voorbije 200 jaar niet intensief gebruikt. Voor natte heide zijn deze schietvelden de belangrijkste gebieden in Vlaanderen. De heide is er echter sterk vergrast en verbost. Dat ligt niet alleen aan het jarenlange uitblijven van natuurbeheer. Stikstofrijke en zure stofdeeltjes die overwaaien vanuit de haven en de Antwerpse agglomeratie, bevorderen de opgang van het pijpenstrootje, dat geen kansen laat voor andere planten. Waar vroeger de pantservoertuigen de bodem openhielden, wordt vandaag geplagd om van het opdringerige gras weer heide te maken. Plaggen betekent de bovenste bodemlaag wegschrapen zodat de krachtige zaadbank daaronder kan ontkiemen. Het ontstane open zand warmt bovendien snel op en is aantrekkelijk voor bijvoorbeeld hagedissen, zandbijen en kevers. Op beide schietvelden plaggen gespecialiseerde aannemers ongeveer 35 hectare - machinaal uiteraard. Elders worden er bomen en struiken verwijderd. Dat 14 14
LIFE project DANAH LIFE project DANAH
Een sterk voortschrijdende vergrassing bedreigt de heide in haar voortbestaan. Binnen LIFE project DANAH wordt deze evolutie door uiteenlopende natuurherstelmaatregelen, zoals maaien en plaggen, tegengegaan. Foto: Marcel Van Waerebeke
gebeurt niet alleen omwille van de heidevegetatie, maar ook voor de typische heideinsecten, die geen hoogvliegers zijn en zich alleen verspreiden via ‘corridors’ met lage begroeiing. Verder worden met LIFE-middelen onder meer vennen open gehouden, hooilanden en het voormalig vliegveld gemaaid en uitheemse planten (zoals Amerikaanse vogelkers) bestreden. Ook krijgt de Weerijsbeek in het Groot Schietveld opnieuw haar natuurlijke meanderende loop.
voor
Na Op het militaire domein van Grobbendonk werd het landschap dankzij heideherstelacties terug opengemaakt. De foto’s tonen de situatie voor en na de werkzaamheden. Foto: LIFE team DANAH
De heikikker . Foto: Marcel Van Waerebeke
Het kwartier Den Troon in Grobbendonk is een stuk kleiner en van veel recentere datum. Het werd onteigend in 1951. Er lagen destijds enkele boerderijtjes en het Kalkhovenkasteel. Getuigen daarvan zijn de dreven, uitgegroeide hagen, fruitbomen en oude hooilanden. Het domein ligt in de vallei van de Kleine Nete en de heide domineert er veel minder dan in Brasschaat. Alleen het kazerneterrein is momenteel nog echt in militair gebruik, het oefenterrein (200 hectare) niet meer. Het maaibeheer van de oude hooilanden valt onder meer onder het DANAH-project. Daarnaast zijn er verschillende habitats te vinden die bijzondere Europese aandacht krijgen: stuifduin, droge heide en korstmosvegetaties. Die laatste zijn te vinden op duinen, waar ze volle zon krijgen en niet teloorgaan door afgevallen bladeren. Ook die duinen verbossen snel zodat de stuifdynamiek verdwijnt. Voor de nazomer van 2007 is het herstel van heide en landduinen over een oppervlakte van 13 hectare gepland. Plaggen en vogelkersbestrijding gebeuren in Grobbendonk eveneens onder DANAH’s vleugels. De aanwezige vennen worden in fasen ‘opgeschoond’ om de heikikker niet kwijt te spelen. Af is het werk nooit: hard boerenlabeur lag aan de basis van de heide blijven werken is dus eigen aan heidebeheer …
Heideherstel. Foto: Marcel Van Waerebeke
LIFE project DANAH
15
GIS: geen nattevingerwerk
Om een duidelijk beeld te krijgen van het hoe en waarom van zo’n geografisch informatiesysteem in dit verband, moet je steeds voor ogen houden wat de uiteindelijke bedoeling is: de natuur binnen de betrokken militaire domeinen meer kansen geven door ze te beheren.
Als je op ongeveer 94 km2 in twaalf militaire domeinen over heel Vlaanderen aan duurzaam natuurbeheer wilt doen, dan heb je een krachtig instrument nodig om de voorbereiding in goede banen te leiden. De GIS-tool van Defensie is bovendien verrassend betaalbaar en flexibel.
In de kazerne van Evere legt DANAH-projectcoördinator Hans Jochems meteen dé troef van werken met het digitale Geografisch Informatiesysteem (GIS) op tafel: “Met de gebiedsinformatie die nodig is om op militaire domeinen aan duurzaam natuurbeheer te doen zou je dikke stapels papier kunnen vullen: teksten en kaarten die al verouderd zijn zodra ze gedrukt zijn. De GIS-tool brengt deze teksten en kaarten voor de gebruiker samen op een website
en maakt ze visueel vergelijkbaar. Deze informatie is toegankelijk voor iedereen die ze nodig heeft en tegelijkertijd evolueert ze ook mee naarmate het werk opschiet.”
Het systeem wordt voor het eerst uitgetest in maart 2007 . Commandant Didier Steyaert van de Milieutechnische Eenheid zet uiteen hoe het GIS in dat beheer kadert: “Je begint uiteraard met de uitgangssituatie op te meten voor de drie gebruikswijzen: het militaire gebruik, het gebruik door derden en het ecologische beheer. Die drie kaarten vormen de basis van het GIS.”
De GIS-tool biedt de eindgebruiker de mogelijkhied om de gegevens van verschillende kaarten op elkaar te leggen. Figuur: LIFE team DANAH
In het GIS wordt het domein opgedeeld in landschapseenheden: heide, bos, ven, stuifduin, … Voor elke landschapseenheid worden dan de drie gebruikswijzen ingevuld. Van elke landschapseenheid stellen de beheerders vervolgens een digitale fiche op. Daarin nemen ze naast technische gegevens rond de militaire waarde, ook de ecologische waarde op. Door dit systeem kunnen ze de drie gebruikswijzen op elkaar afstellen. De man die dit allemaal vertaalt in hyperlinks, query’s en andere raadselachtige begrippen voor leken, is majoor Kris Vandepoele. “De GIS-tool”, verklaart de majoor, “is geen specifiek natuurbeheersysteem. Voor iedereen die met geografische informatie werkt is het GIS zinvol. In dit geval gaat het om een aantal extra lagen voor natuurbeheer, toegankelijk voor iedereen die op ons intranet zit.” De leden van de deelcommissies en daar hoort bijvoorbeeld ook de lokale ANB-natuurwachter bij krijgen op die manier toegang tot het GIS, maar niet tot de militair-geheime gegevens uiteraard. Het inbrengen van gegevens kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld via andere GIS-systemen of via een rekenblad. Interessant voor de gebruikers is dat ze in een extra exploratieomgeving als het ware kunnen ‘spelen’, zonder dat dit definitief in het systeem terechtkomt. Wijzigen kan alleen via de beheerder. Het systeem is niet afhankelijk van software of plaats. Je kan er overal mee werken, als je maar over een webbrowser beschikt. Daardoor kunnen Defensie en het ANB te allen tijde beschikken over de laatste data voor efficiënt natuurbeheer.
16
LIFE project DANAH
LIFE project DANAH
17
Defensie zet elementaire zorgplicht op de kaart “We lopen hier jaren rond en realiseren ons nauwelijks hoe waardevol deze gebieden zijn.” Het geeft voor veel militairen weer hoe zij tegenover natuurherstel op militair terrein staan: de waardering groeit pas met het besef en de kennis. Dat verschilt dus niet zo gek veel van de burgersamenleving…
Wie zou denken dat militairen natuur en milieu maar een flauwe bijkomstigheid vinden, moet dringend eens een praatje maken met commandant Johan Laire van het Vormingscentrum Leefmilieu van het Departement Vorming Genie in Jambes. Wij troffen hem in het Vlaamse bezoekerscentrum De Watersnip in Koersel. “Er is een mentaliteitsverandering aan de gang”, zegt hij. “De militaire domeinen dienen in de eerste plaats voor onze militaire activiteiten, maar het besef groeit dat de natuuraspecten, verankerd in de Europese
regelgeving, een belangrijke rol spelen. Als overheid heeft Defensie trouwens een voorbeeldfunctie.” Vanuit dat oogpunt gingen in Jambes in 1997 de eerste milieucursussen van start. Aanvankelijk waren die toegespitst op milieuhygiëne: omgaan met afval, watergebruik … Dat daar later natuur- en bosbeheer zijn bijgekomen, daaraan is het LIFE- project DANAH beslist niet vreemd. Beheer van militaire domeinen is er uiteraard altijd geweest, maar tot voor enkele jaren had dat een louter functioneel doel. Toch gaven de werkzaamheden vaak de kans te bekijken hoe de natuur bijvoorbeeld reageerde op preventief branden of op de aanleg van brandgangen. Het Vormingscentrum Leefmilieu vormt de milieuraadgevers voor de milieustructuur van Defensie. Maar ook personeelsleden van Defensie die zich op vrijwillige basis willen bijscholen zijn welkom.
De vorming beslaat twee weken en bestaat uit een algemeen milieuhygiënisch luik, een milieuluik, toegespitst op het militaire gebeuren en een luik natuur. Mensen die de cursus gevolgd hebben, krijgen het statuut van raadgever en fungeren als aanspreekpunt over milieu en natuur binnen hun eenheid. Johan Laire: “Vroeger was het een kwestie van goodwill als er ergens iets rond natuur en milieu gebeurde, nu gebeurt dat op een gestructureerde manier en zijn er middelen voor.” Dat is niets overdreven, want vanaf 2007 gaat deze thematiek zelfs deel uitmaken van de elementaire vaardigheden waarover elke militair moet beschikken, in jargon: de joint individual common core skills. Concreet zal een maximum aan militairen in hun eigen eenheid, naast zaken als eerste zorgen ook een uur les krijgen over waarom Defensie zich met milieuzaken bezighoudt en wat zij daarin kunnen doen. “En dit
is geen eenmalig gebeuren”, zegt commandant Laire trots, “het is de bedoeling dat dit ook na afloop van het LIFE-project zo blijft!” Op die manier wordt binnen Defensie steeds meer volk gewonnen voor de zaak van de natuur. Iedere actie overtuigt wel enkele nieuwe mensen, het begrip neemt toe. Toch gaan ze nog niet op hun lauweren rusten. De raadgevers krijgen een T-shirt om hun herkenbaarheid als aanspreekpunt te vergroten en er is een kaartspel met tips en boodschappen die natuur en milieu bespreekbaar maken. Een kaartspel? “Da’s ook functioneel”, zegt Johan Laire. “Tijdens hun opdracht vervullen militairen permanenties. Ze houden zich paraat voor interventies en zijn vaak onderweg. Waarom zou je hun kaartspel dan niet ook als sensibiliserend instrument kunnen gebruiken?”
Militairen worden op terrein onderricht over natuuren bosbeheer. Foto: Kurt Groenweghe
18
LIFE project DANAH
LIFE project DANAH
19
Projectgebieden LIFE - project DANAH
LIFE project DANAH in de kijker
Maak van kortbij kennis met de diverse inspanningen die geleverd worden voor de uitzonderlijke natuur op de militaire domeinen in Vlaanderen en laat je verwonderen door een verrassend programma dat het LIFE project DANAH in samenwerking met Defensie en het Agentschap voor Natuur en Bos uitwerkte.
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief op www.Danah.be en ontvang de laatste nieuwtjes en ontwikkelingen van het LIFE project DANAH en zijn publieksactiviteiten automatisch in je mailbox! Voor meer info kun je steeds terecht bij 011-45 01 96 of
[email protected] Contacteer ons: LIFE project DANAH Grauwe Steenstraat 7/2 3582 Koersel-Beringen T: 011-45 01 95 F: 011-45 01 99
[email protected]
20
LIFE project DANAH
4 en 6 mei Opendeurdag Militair Domein Berlaar: tentoonstelling LIFE project DANAH met randanimatie voor jong en oud! 17 mei
MARS 18RA Kamp Brasschaat: via diverse wandeltrajecten krijg je de uitzonderlijke kans om in de heidegebieden van de schietvelden te wandelen. Het LIFE project DANAH geeft je uitleg in woord en beeld.
3 juni
Het militaire domein van Ursel tijdens de Meetjeslandse Gordel. Tijdens de Meetjeslandse Gordel van zondag 3 juni kun je op de fiets het natuurschoon van het Meetjesland ontdekken. Eén van de tochten passeert langs het militaire domein te Ursel. Stap even van de fiets en ontdek hoe Defensie en het Agentschap voor Natuur en Bos met het LIFE project DANAH de handen in elkaar slaan om er de zeldzame perceeltjes heide een duurzame toekomst te garanderen. Alle praktische info om aan deze Meetjeslandse Gordel deel te nemen vind je op www.nlmeetjesland.be.
3 juni
Opendeurdag Militair Domein te Zedelgem: Geniet met eigen ogen van de prachtige natuur van het Vloethemveld en leer meer over de werkzaamheden van het LIFE project DANAH.
24 juni
Opendeurdag Kamp Beverlo: Waag je door ons hindernissenparcours en ondervind aan den lijve hoeveel Defensie en Natuur met elkaar gemeen hebben!
30 juni en Defensiedagen te Koksijde. Met het LIFE project DANAH voor 1 juli Vlaanderen en LIFE NATURA2MIL voor Wallonie krijg je een overzicht van de inspanningen die Defensie levert voor de natuur op de militaire domeinen in België. 18 en 19 augustus
Wings & Wheels: Een historisch overzicht van militair materieel van strijdkrachten van over heel de wereld op het NATO-vliegveld van Ursel. Je zult ervan opkijken hoe goed onze schaapherder zich weet te mengen in deze ,op het eerste zicht, vreemde omgeving….