VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR
AGENDAPUNT 3.3 ONTWERP Nummer: 860110
Onderwerp: Ontwerp begroting 2015 In D&H: In Cie: In AB: Portefeuillehouder:
30 september 2014 BMZ 29 oktober 2014 SKK 29 oktober 2014 19 november 2014 Kromwijk
Steller: Telefoonnummer: Afdeling: Geheim:
A Peek 6013 Management ondersteuning ja
nee
Voorstel
Gelet op het bepaalde in de artikelen 6 en 7 van de Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, zoals vastgesteld door het algemeen bestuur in zijn vergadering van 30 juni 2010 (nr. 300584); alsmede gelet op de uitgangspunten waartoe het algemeen bestuur op 2 juli 2014 heeft besloten in het kader van de behandeling van de Voorjaarsnota 2014 (meerjarenraming 2015 t/m 2018), stelt het college u voor: 1
2
De begroting 2015 vast te stellen met daarin opgenomen: een totaal saldo aan kosten en opbrengsten van € 107,818 miljoen; een totaal taakstellend investeringvolume / kredietvolume van € 42,852 miljoen zoals gespecificeerd is in hoofdstuk 7 van de begroting 2015; het opleggen van de belastingopbrengst van € 106,978 miljoen euro; de dotatie aan de tariefsegalisatiereserve zuivering van € 4,665 miljoen en een onttrekking aan de tariefsegalisatiereserve watersysteem van € 5,505 miljoen als gevolg van de begrote belastingopbrengst van € 106,978 miljoen; een onttrekking aan de bestemmingsreserves van € 2,1 miljoen (€ 0,9 miljoen Bestemmingsreserve Gekanaliseerde Hollandse IJssel en €1,2 Miljoen bestemmingsreserve Verkiezingen) ten gunste van de exploitatie 2015. De op te leggen belastingopbrengst van € 106,978 te verwerken in de tarieven, welke worden opgenomen in de belastingverordening die op 17 december 2014 ter besluitvorming wordt aangeboden aan het Algemeen Bestuur.
Advies commissie
BMZ
SKK
Reactie college op advies commissie
860110
-1-
INLEIDING Voor u ligt de ontwerp-Begroting 2015, als uitwerking van het kader dat het algemeen bestuur hiervoor heeft vastgesteld bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2014 (meerjarenraming 2015 t/m 2018) op 2 juli 2014. In dit bestuursvoorstel maken wij inzichtelijk langs welke weg en met welke argumentatie wij tot deze uitwerking voor 2015 zijn gekomen. Onderstaand geven wij inzicht in de opbouw van de begroting 2015 in relatie tot de actuele besluitvorming. Begroting 2015 in relatie tot de Voorjaarsnota 2014 In de voorjaarsnota is gekozen voor een compacte opzet en beschrijving van de taken waar wij als waterschap voor staan. Deze compacte opzet is ook doorgevoerd bij de uitwerking van deze begroting. Binnen de begroting van 2015 wordt de nadruk gelegd op specifieke uitvoeringstaken en ontwikkelingen die buiten onze normale werkzaamheden uitgevoerd zullen worden. Dit betekent dat er over reguliere werkzaamheden geen aparte teksten in deze begroting zijn opgenomen. Uiteraard worden deze reguliere werkzaamheden wel uitgevoerd en wordt u hierover op de gebruikelijke wijze geïnformeerd. In deze Begroting 2015 is gekeken naar het aantal prestatie-indicatoren. Dit heeft er toe geleid dat prestatie-indicatoren die zijn afgerond, waarvan de relevantie in relatie tot de doelstelling niet of nauwelijks aanwezig is of er sprake is van dubbele rapportages, komen te vervallen. Hierdoor is het aantal prestatie-indicatoren in deze begroting 2015 teruggebracht naar 36. Van de vervallen prestatie-indicatoren uit 2014 is ter informatie, in de bijlage behorende bij het voorstel ( geen onderdeel van de begroting), een apart overzicht opgenomen met de argumentatie. Om de zakelijke sturingsrelatie tussen opdrachtgevers en: a. de GR Muskusrattenbeheer en b. het zuiveringsbeheer in het werkgebied van HDSR een duidelijker invulling en structuur te geven in deze Begroting 2015 zijn deze opgenomen als resultaatverantwoordelijke eenheden. In de Voorjaarsnota 2014 is op basis van het meerjarenperspectief een financieel kader opgesteld waarbij rekening wordt gehouden met kostendekkende tarieven en met het sparen voor toekomstige ontwikkelingen. Deze ontwikkelingen bestaan uit investeringen (Rwzi Utrecht) maar ook uit kostenverhogende effecten op basis van besluitvorming op nationaal niveau (b.v.Centraal Holland, Zoetwaterproblematiek MiddenNederland). In de Voorjaarsnota 2014 is gekozen voor een sober maar robuust beleid voor de komende jaren. Deze beleidslijn wordt voortgezet in deze ontwerp-Begroting 2015.
Netto-kostenniveau en basisuitgangspunten voor verhoging tarieven Deze ontwerp-Begroting 2015 heeft een netto-kostenniveau van € 107,818 miljoen. Dit netto-kostenniveau is € 0,5 miljoen lager dan het bij de Voorjaarsnota 2014 vastgestelde kaderstellende bedrag van € 108,33 miljoen. Voorgesteld wordt om in lijn met de Voorjaarsnota 2014 de belastingopbrengsten voor 2015 te verhogen. Voor de watersysteemheffing is het stijgingspercentage 3,5. Op basis van de (beperktere) kostenontwikkeling voor de zuiveringsheffing is het mogelijk om incidenteel (alleen voor het jaar 2015) de belastingopbrengsten te verhogen tot 3% in plaats van het in de voorjaarsnota genoemde percentage van 3,5.
Bezuinigingen en ontwikkelingen: De opgelegde bezuinigingstaakstelling van structureel € 5 miljoen is in deze begroting verwerkt. U bent in maart 2014 geïnformeerd over de eerste fase van de verwerking in 2014 van € 1 miljoen. In de begroting van 2015 is het gelukt om binnen de kaderstelling de geplande bezuiniging van € 1,5 miljoen te realiseren en daarnaast € 0,5 miljoen lagere uitgaven te hebben. Voor 2016 resteert nog een taakstelling
860110
-2-
van € 2,5 miljoen. Deze moet nog verder worden uitgewerkt. Het college realiseert zich dat deze taakstelling voor 2016 weliswaar ambitieus doch haalbaar is. De bezuinigingen zijn ingevuld door werkzaamheden in samenwerkingsvormen uit te voeren; efficiënter te werken, en soms taken niet meer uit te voeren. Daarnaast is de bezuiniging op maaien en baggeren ambitieus en innovatief verwerkt door een nieuwe manier van werken: het toestandsafhankelijk uitvoeren van de werkzaamheden, waarbij de voorziening voor baggeren verbreed wordt naar een voorziening voor onderhoud van het watersysteem. Sluitende begroting. In de begroting zijn naast de bezuinigingstaakstellingen ook aanvullende, autonome kosten en opbrengsten ontwikkelingen opgenomen. In de voorjaarsnota van 2014 was niet met alle ontwikkelingen rekening gehouden. Voorbeelden hiervan zijn de verhoging van de kosten van de verkiezingen en de hogere bijdrage aan het project Centraal Holland. Onderwerpen die mogelijk in 2015 financiële consequenties hebben, maar nog niet in deze ontwerp-Begroting 2015 zijn verwerkt zijn: - de uitkomsten van bestuurlijk overleg inzake Waterakkoord Sluis-Bodegraven; - uitwerking en resultaten van het GOP ICT; - besluitvorming CAO personeelslasten; - resultaten van Delta werken / Zoetwaterproblematiek Midden-Nederland. Index en inflatie In deze Begroting 2015 is conform de Voorjaarsnota 2014 het kaderstellende indexbedrag van 2% verwerkt om de prijsstijgingen op te kunnen vangen. De werkelijke indexpercentages zijn op dit moment lager dan in het meerjarig perspectief opgenomen percentage van 2. Bij het opstellen van de Voorjaarsnota 2015 en de Begroting 2016 zal rekening worden gehouden met de dan bekende indexpercentages. Reservepositie: De huidige reservepositie van HDSR is goed en ten opzichte van andere waterschappen relatief gunstig te noemen. In 2015 wordt een nieuwe nota Reserves en Voorzieningen opgesteld waarbij onderscheid wordt gemaakt in tariefegalisatie en weerstandvermogen voor algemene bedrijfsrisico’s. Het meerjarenbeeld van het verloop van de reserves geeft aan dat de ingezette koers van de Voorjaarsnota 2014 zal leiden tot een financieel robuuste basis voor ons waterschap. Gekanaliseerde Hollandsche IJssel: De reguliere kosten vanuit de overdracht van Rijkswaterstaat zijn verwerkt, evenals de onttrekking uit de bestemmingsreserve. In 2015 wordt het plan van aanpak gepresenteerd waarbij de stand van zaken van de overgedragen bagger, kunstwerken en oevers breder wordt uitgewerkt. Bij het onderdeel bagger worden de effecten van de sanering (voor rekening van RWS als eigenaar van de waterbodem) en de vergroting van de zoetwatercapaciteit (project financiering uit het Deltaprogramma) tevens inzichtelijk gemaakt. De uitwerking van de financiële consequenties vindt in 2015 plaats. Delta programma / Zoetwaterproblematiek Het uitvoeren van de investeringsopgave voor de taken binnen ons eigen waterschap vraagt nu al om een efficiënte en effectievere organisatie. Omdat we vanaf 2015 zien dat de investeringsopgave voor ons waterschap groter wordt door het uitvoeren van werkzaamheden voor de rwzi Utrecht, de Project Overstijgende Verkenning Centraal Holland en al te treffen voorbereidingen voor de start van het project Zoet Water, werken we nu al nadrukkelijk aan onze projectorganisatiekant om deze zo in te richten dat een groter investeringsvolume gerealiseerd kan worden.
860110
-3-
ARGUMENTEN Deze ontwerp-begroting 2015 past binnen de financiële kaders van de Voorjaarsnota 2014.
RELATIE MET ORGANISATIEMISSIE, COLLEGEPROGRAMMA OF ANDERE BELEIDSDOCUMENTEN De ontwerp-Begroting 2015 sluit aan bij het verlengde bestuursakkoord op hoofdlijnen 2012-2014.
FINANCIËLE CONSEQUENTIES De financiële consequenties zijn opgenomen in de ontwerp-Begroting 2015.
KANTTEKENINGEN (niet van toepassing)
UITVOERING (niet van toepassing)
COMMUNICATIE
BIJLAGE(N) nee ja, namelijk Ontwerp begroting 2015 dm 858937 Bijlage vervallen pi’s 2014 dm 865544
TER INZAGE nee ja, namelijk
Dijkgraaf en hoogheemraden, dijkgraaf, P.J.M. Poelmann secretaris-directeur J. Goedhart
860110
-4-
BIJLAGE
-=END=-
860110
-5-