Agenda Openbare raadsvergadering
Maandag 22 maart 2010, 19.30 uur Raadszaal in het Raadhuis, Dr. Langeveldplein 30, Sliedrecht Om 19.30 uur begint een vragen(half)uurtje. De leden van de raad kunnen tijdens dit half uur vragen stellen aan het college van burgemeester en wethouders. Aansluitend zal de raadsvergadering beginnen.
1. 2.
5. 6.
Opening, loting volgorde sprekers Spreekrecht burgers over geagendeerde onderwerpen Personen die willen inspreken over geagendeerde onderwerpen dienen dit uiterlijk vóór 12.00 uur op de dag van de raadsvergadering aan de griffier te melden. De spreektijd is maximaal 5 minuten per persoon. Vaststellen agenda Vaststellen van de notulen van de openbare vergadering van 25 januari 2010 (hamerraad) en 8 februari 2010 Ingekomen stukken en mededelingen Onderzoek geloofsbrieven burgerraadsleden
7.
Beëdiging en installatie burgerraadsleden
8. 9.
Toelichting formateur op collegevorming Benoeming waarnemend voorzitter van de raad o.g.v. art 2 RvO Gemeenteraad Benoeming voorzitters opiniërende bijeenkomsten o.g.v. art 5 RvO Opiniërende bijeenkomsten
3. 4.
10a.
10b.
Benoeming drie leden Auditcommissie Sliedrecht
10c 10d.
Benoeming leden Drechtraad en plaatsvervangers Benoeming lid en plaatsvervangend lid commissie WZI Drechtraad, benoeming lid Auditcommissie Drechtraad en benoeming lid agendacommissie Drechtraad
10e.
Benoeming lid en plaatsvervangend Raadsledenplatform regio Zuid-Holland-Zuid
notulen 25 januari notulen 8 februari raadsvoorstel raadsvoorstel raadsbesluit
raadsvoorstel raadsbesluit raadsvoorstel raadsbesluit (nagezonden) raadsvoorstel raadsbesluit (nagezonden) raadsvoorstel 1 raadsvoorstel 2 raadsvoorstel 3 raadsvoorstel 4 raadsbesluit raadsvoorstel raadsbesluit
10f. 11.
Benoeming vier leden Algemeen bestuur Natuur- en Recreatieschap Hollandsche Biesbosch Overdrachtsdossier van het college
12.
Sluiting
raadsvoorstel raadsbesluit raadsvoorstel overdrachtsdossier
Sliedrecht, 17 maart 2010 De voorzitter van de gemeenteraad,
M.C. Boevée
De voorzitter gaat ervan uit dat alle technische en informatieve vragen voor de vergadering gesteld zijn aan de behandelend ambtenaar, zodat de vergadering hiermee niet wordt belast.
Aanlevering moties en amendementen In verband met een goed verloop van de vergadering wordt u verzocht digitale teksten van moties en/of amendementen uiterlijk vóór 12.00 uur op de dag van de raadsvergadering aan de griffier te mailen, zodat deze vermenigvuldiging kan plaatsvinden.
Vergaderstukken De (digitale) agenda, de notulen en de voorstellen staan op www.sliedrecht.nl onder het kopje Bestuur & Organisatie. De (papieren) agenda, de notulen en de voorstellen liggen ter inzage in de publiekshal van het gemeentekantoor aan de Industrieweg 11. De stukken liggen voor de raadsleden ter inzage in het raadhuis aan het Dr. Langeveldplein 30. Burgers die de stukken willen inzien, kunnen contact opnemen met de griffie voor een afspraak (0184 49 59 86).
GEMEENTERAAD VAN SLIEDRECHT NOTULEN VAN DE OPENBARE VERGADERING GEHOUDEN OP MAANDAG 25 JANUARI 2010 OM 23.30 UUR
Voorzitter: de heer M.C. Boevée, burgemeester Griffier: de heer A. Overbeek Verslag: mevrouw E. Verveer, bureau Getikt (af tapes)
Aanwezig:
16 leden: de heer D. van Meeuwen, mevrouw G.J. Visser-Schlieker, mevrouw C.A. de Bruin, de heren B. van der Plas, W.H. Blanken, mevrouw M.J. Bisschop-Roodbeen, de heren A. van Gameren, L.A. Huijser, T.C.C. den Braanker, mevrouw C. Galle-Prins, de heren J.J. Huisman, J.C. Buchner, M. Visser, mevrouw C.E. Verschoor, de heer T. W. Pauw, mevrouw L.P.M. Dekker-de Graaff
Afwezig:
de heer A.J. den Besten, de heer L. van den Heuvel, de heer F. van der Klis
Wethouders
de heren R.G. van de Ven, J.A. Lavooi, J.P. Tanis
1. OPENING, LOTING SPREEKVOLGORDE FRACTIES De voorzitter Dames en heren, ik open hierbij de openbare hamerraadsvergadering voor de eerste keer en constateer dat er een loting heeft plaatsgevonden. Dat is nummer 15, mevrouw Galle; zij is bij stemming en met het spreekrecht het eerst aan de beurt. De heer Den Besten, de heer Van den Heuvel en de heer van der Klis kunnen vanavond niet aanwezig zijn. 2. VASTSTELLEN AGENDA De heer Pauw Ik heb al een beetje stoom afgeblazen voorzitter, dus ik kan het rustig vertellen, maar ik baal hier gewoon van als een stekker. Als ik met vijf jaar Mavo kan bedenken dat je deze raden om had moet draaien en de hamerraad om half 8 had moeten doen, dan hadden de wijze mensen van het bestuur of de griffie of wie dan ook dat ook kunnen doen. Ik zou graag de volgende keer beide raden omgedraaid willen zien. De voorzitter We zullen dat in het presidium aan de orde stellen. Met betrekking tot de agenda heeft u verder niets, begrijp ik? Dan constateer ik dat de agenda hierbij is vastgesteld.
Hamerstukken zonder stemverklaring 3A. HANDVEST ACTIEVE INFORMATIEPLICHT 2010 3B. ARTIKEL 212 TOEVOEGING Conform. 4. REGLEMENTEN VAN ORDE VAN RAAD EN OPINIËRENDE BIJEENKOMST 2010 Conform. 5. TEGEMOETKOMING COMPUTERAPPARATUUR EN INTERNETVERBINDING De voorzitter Dit voorstel is wat mij betreft teruggenomen vanwege het feit dat een aantal onderdelen nog onvoldoende verwerkt, danwel besproken zijn in relatie tot elkaar. Het betreft enerzijds de raad zelve; dat bent u dus, en anderzijds betreft het de rechtspositieregeling van de wethouders. Met betrekking tot het laatste punt zijn er zaken aan de orde die niet volledig corresponderen met het voorstel wat de raad betreft. Dus ik wil daar op zijn minst nog even goed naar kijken, om het in goede relatie tot elkaar te brengen en in ieder geval om de rechtspositieregeling van de wethouders te laten voldoen. Daar is iets te snel overheen gelopen en dus wil ik… Mevrouw Visser (interruptie) Volgens mij had dat gezegd moeten worden bij de vaststelling van de agenda. De voorzitter Ik ben het met u eens, maar ik neem dit agendapunt op mijn verantwoordelijkheid terug. Wat zegt u? Mevrouw Visser Het is aan ons als raad om het er eventueel af te halen. De voorzitter Nee, want als een voorstel niet klopt, heb ik als voorzitter van de raad wel degelijk het recht om een voorstel wat niet compleet is, of niet voldoet aan een bestaande regeling, terug te nemen voor nader overleg. In die positie verkeer ik als voorzitter van de raad wel, als ik onevenwichtigheid constateer, en onder die noemer wens ik dit voorstel nog een keer tegen het licht te houden. Maar u kunt er van overtuigd zijn dat we dat zo snel mogelijk weer zullen agenderen. 6. SLUITING De voorzitter Dan ben ik bij punt 6, de sluiting. Ik dank u voor het feit dat u aan deze beraadslagingen heeft willen deelnemen en sluit de vergadering. Dank u wel.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
-2-
GEMEENTERAAD VAN SLIEDRECHT NOTULEN VAN DE OPENBARE VERGADERING GEHOUDEN OP MAANDAG 8 FEBRUARI 2010 OM 19.30 UUR
Voorzitter: de heer M.C. Boevée, burgemeester Griffier: de heer A. Overbeek Verslag: mevrouw E. Verveer, bureau Getikt (af tapes)
Aanwezig:
18 leden: de heer D. van Meeuwen, mevrouw G.J. Visser-Schlieker, mevrouw C.A. de Bruin, de heren B. van der Plas, W.H. Blanken, mevrouw M.J. Bisschop-Roodbeen, de heren A. van Gameren, L.A. Huijser, T.C.C. den Braanker, mevrouw C. Galle-Prins, de heren J.J. Huisman, J.C. Buchner, M. Visser, mevrouw C.E. Verschoor, de heer T. W. Pauw, mevrouw L.P.M. Dekker-de Graaff, de heer L. van den Heuvel, de heer F. van der Klis
Afwezig:
de heer A.J. den Besten
Wethouders
de heren R.G. van de Ven, J.A. Lavooi, J.P. Tanis
1. OPENING, LOTING SPREEKVOLGORDE FRACTIES De voorzitter Dames en heren, hartelijk welkom, in het bijzonder aan de publieke tribune. Vanavond ruim gevuld; dat doet ons deugd. Ik heb één afmelding en dat is de heer Den Besten wegens ziekte, u welbekend. We zullen ook namens uw raad binnenkort weer voor een attentie zorgdragen. Ik heb te melden dat er geen vragen zijn gesteld, dus we kunnen meteen overgaan tot de opening van deze bijeenkomst. Hartelijk welkom. ik reken op een constructieve vergadering en doe een beroep op u om vooral kort, helder en duidelijk politieke statements naar voren te brengen, zodat wij de agenda af kunnen ronden vanavond. U heeft eind vorige week nog een aantal stukken toegestuurd gekregen die herzieningen danwel tekstuele verbeteringen danwel aanscherpingen in zich hadden; ik hoop dat u die allemaal tot u hebt kunnen nemen. Dan heb ik hierbij de opening verricht. De loting vindt nu plaats; dat is nummer 3, de heer Huisman. 2. SPREEKRECHT De voorzitter Er zijn geen burgers die gebruik willen maken van het spreekrecht. 3. VASTSTELLEN AGENDA De voorzitter Niemand? Ik constateer dat de agenda hierbij is vastgesteld.
4. VASTSTELLEN VAN DE NOTULEN VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN 7 DECEMBER 2009 De voorzitter Er zijn mij geen opmerkingen of tekstuele wijzigingen uwerzijds bekend; dan zijn ze hierbij vastgesteld. 5. INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN 1. Vergaderstukken Bestuurscommissie Volksgezondheid regio Zuid-Holland Zuid, 14 december 2009 2. Jaarverslag griffie 2009 3. Motie gemeente Bergen over de voornemens van de rijksoverheid voor de komende jaren met betrekking tot de uitkeringen uit het gemeentefonds zoals aangegeven in de mei en september circulaires en de mogelijke consequenties daarvan voor de gemeente begroting in de komende jaren 4. Motie gemeente Son en Breugel over financiële middelen gemeentelijke taken 5. Motie gemeente Zaanstad over 6 % BTW op woningonderhoud De voorzitter Ook hier heeft u een aanvullend voorstel gekregen. Niemand? Dan zijn ze hierbij vastgesteld. Vanuit het college zijn er geen mededelingen, maar ik heb begrepen dat er vanuit uw raad één is. De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Ik ga er even bij staan. Even kort over de verkiezingscampagne. Dat zijn de laatste loodjes voor de raad; reden genoeg om even de aandacht te richten op de verkiezingscampagne. Want de volgende keer spreekt niet meer de raad, maar de bevolking; het spreekrecht voor burgers. Maar zal het electoraat daar op 3 maart ook gebruik van maken? Dat is de prangende vraag. Zal de burger de weg naar het stemhokje weten te vinden? Is het niet veel te koud, bijvoorbeeld? Want het is koud, geachte raad. IJzig koud. De temperatuur daalt weer tot onder het vriespunt en we praten zelfs over opkouding van de aarde. De grote vraag is dan natuurlijk wel of alle partijen met hun campagne bestand zijn tegen deze felle kou. Het gevaar van een rode loopneus, rode wangen, verkiezingskoorts, klapperende tanden, of dat je terugkomt van een koude kermis kan je zomaar de das omdoen. Voorzitter, de eerste tekenen van uitglijders doen zich intussen ook al voor. Vorige week namelijk lieten enkele Tweede Kamerleden van de PvdA weten dat zij te doen hebben met al die vrijwilligers die deze week campagne voeren voor de gemeenteraadsverkiezingen en stelden voor om de gemeenteraadsverkiezingen te verschuiven naar een warmer moment. Voorzitter, als zelfs deze noeste arbeiderspartij al een warm pleidooi houdt voor een winterstop, dan is er echt iets aan de hand. En ik zie in gedachten al een tot op het bot verkleumde partij die al vroegtijdig de winterhandschoen in de ring wil gooien. Is er nog hoop voor de burgers van Sliedrecht? Zal de PvdA nog ontdooien of uit de winterslaap ontwaken? Gelukkig hoeven we niet te wanhopen. Als de ijskoude tekenen ons niet bedriegen, zie ik daar reeds een oproep van de echte PvdA voorman, waarschijnlijk één uit de IJstijd, die het voorstel doet om op de verkiezingsdag van gemeentewege een oproepauto te laten rondrijden door Sliedrecht met een geluidsinstallatie, waaruit een algemene oproep te horen is om te gaan stemmen. Oké, het is nog niet warmlopen voor de kiezersgunst, maar roepen vanuit een verwarmde slee is toch een mooi begin. Onze fractie wil graag een handje helpen en de kou uit de lucht halen voor de PvdA. Daarom bieden wij de PvdA alvast deze megafoon aan, met de warme kleuren van de SGP en een ijsmuts uit 1963, vergezeld van modieuze, maar vooral warme sjaals voor de fractieleden. Dan kan de verkiezingsstrijd wat ons betreft ontbranden. De heer Van Gameren Voorzitter, dit nodigt uit tot enige reactie. Ik had iedereen een rode sjaal gegund. Wij zijn vorig jaar begonnen met chocoladeletters, dus ik denk dat dit een klein vervolg daarop was. Wat mijn partijgenoten in Den Haag betreft, die zijn natuurlijk allang terechtgewezen. We hebben ze namelijk onze foto’s van vier jaar geleden toegestuurd, want toen misten we in de sneeuw de ChristenUnie/SGP, de VVD en PRO Sliedrecht, toen wij met de luidsprekerwagen door Sliedrecht
-4-
heen ploeterden. Vandaar dat we dat dit jaar wat netter wilden doen en een mailtje gestuurd hebben om van gemeentewege een auto te laten rijden. Dan hoeven we alleen nog maar een ontheffing aan B&W te vragen en dragen we daarna B&W op om die auto te laten rijden. En dan zullen waarschijnlijk ook onze kiezers zeer wel door de sneeuw komen. De heer Den Braanker Ik had al een tekst bedacht: “kom stemmen voor ons bestaan en laat de PvdA niet in de vrieskou staan!” Ik vind dat wel een algemene oproep waard. De heer Van Gameren Wij zijn natuurlijk hartstikke blij dat u zo begaan bent met ons en onze gezondheid; dat waarderen we zeer. De voorzitter Nou, met zo’n coöperatief geheel moet het toch mogelijk zijn om die bus te bemannen en zo de kiezer op te roepen om naar de stembus te gaan? Wat mij betreft is het een fantastische oproep van u aan de hulpverlening, aan de PvdA die hier de hele avond met een rode sjaal om gaat zitten, als ik dat zo bekijk. De heer Van Meeuwen Voorzitter, als ze die oranje megafoon niet willen gebruiken aan de overkant, dan willen we hem natuurlijk terug. De voorzitter Hoort, zegt het voort. Goed. Met dit intermezzo, in de laatste raadsvergadering van deze periode moet dat uiteindelijk kunnen, hoop ik dat we de rest van de agenda met een stevige gang af kunnen maken. Of niet, meneer Pauw? De heer Pauw Laat ik maar gewoon stil zijn, voorzitter, dat is het beste.
6. NIEUW DRECHTRAADLID DE HEER W.H. BLANKEN De voorzitter Ik had u eigenlijk welkom moeten heten vanavond, meneer Blanken, maar ik denk: hij komt mij bekend voor. Welkom als de heer Blanken van Lijst Blanken. We moeten nog wel even wat zaken regelen, heb ik begrepen. De stembiljetten liggen op tafel. Ik verzoek de mensen die door de griffier geselecteerd zijn, het stembureau te bezetten. Dat zijn de heer Van Meeuwen, mevrouw Verschoor en mevrouw Dekker. Als u zo vriendelijk wilt zijn om de stembiljetten in te vullen, dan zal de stemcommissie zich even terugtrekken met de griffier. Ik schors de vergadering. SCHORSING De voorzitter Ik heropen de vergadering en geef het woord aan de heer Van Meeuwen. De heer Van Meeuwen Voorzitter, er zijn 18 stemmen uitgebracht en die zijn allen akkoord met de benoeming van de heer Blanken als lid van de Drechtraad. De voorzitter Waarvan akte. Ik veronderstel dat u de benoeming aanvaardt? Dan is dat ook geregeld en dan mogen we constateren dat we een nieuw Drechtraadlid in ons midden hebben.
Hamerstukken zonder stemverklaring 7. INFORMATIEBEVEILIGINGSPLAN SOCIALE DIENST DRECHTSTEDEN Conform. 8. VASTSTELLING VAN HET BESTEMMINGSPLAN "WAERTHOVE” Conform.
-5-
9. UITVOERINGSPLAN OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID 2010 Mevrouw Dekker Er staat nog een vraag uit naar aanleiding van dit ontwerp vanuit de opiniërende vergadering. Die gaat over de overlast van tractoren op de Stationsweg. U zou daar nog op antwoorden. De voorzitter Dat is in behandeling, in een coproductie tussen de wethouder Verkeer en ondergetekende. Wethouder Van de Ven We hebben inmiddels informatie achterhaald tot en met wat de minister van Verkeer en Waterstaat daar nog niet zo lang geleden op heeft geantwoord na vragen vanuit de Tweede Kamer. Hij is niet voornemens om deze voertuigen van kentekens te gaan voorzien, als gevolg waarvan het voor de politie niet eenvoudig is, zo niet onmogelijk, om te registreren. De voorzitter We komen hier op een nader moment bij u op terug. Mevrouw Dekker Voor de verkiezingen? De voorzitter Nee, mevrouw. Deze vraag was op zich al buiten de orde; u heeft al antwoord gekregen. Op het moment dat wij zaken aan het papier hebben toevertrouwd en op een correcte wijze hebben onderzocht, krijgt u antwoord. Ik constateer hiermee dat de hamerstukken zijn gepasseerd.
Debatstukken De raadsleden debatteren in navolging van de opiniërende bijeenkomst over de volgende agendapunten en nemen een besluit over de voorliggende raadsvoorstellen 10. VERBETERING TRAININGSVELD VOETBALVERENIGING SLIEDRECHT De voorzitter Wie van u wenst het woord? Mevrouw de Bruin Dank u wel, voorzitter. De fractie van de PvdA vindt dit een hele goede zaak voor de vele leden van de voetbalvereniging en we hopen dat ze er jarenlang plezier en profijt van zullen hebben. Ik waag mij niet aan een uitspraak over het aantal jaren. We hebben het in de opiniërende vergadering ook over de accommodatie gehad en over het opknappen daarvan. Misschien is het een idee om aan de voetbalvereniging te vragen, wanneer zij starten met het opknappen van die accommodatie, om ons daar af en toe verslag van uit te brengen. We zijn begaan met de voetbalvereniging, dus we worden ook graag op de hoogte gehouden van de vorderingen. Dank u wel. De voorzitter We zullen kijken wat er aan het geluid gedaan kan worden, want ik kan u maar net horen. Mevrouw Dekker. Mevrouw Dekker Dank u wel, voorzitter. Het gaat over het verbeteren van het trainingsveld voetbalvereniging Sliedrecht. We gebruiken uw beeldspraak als we zeggen dat we hier te maken hebben met een ingevlochten voorstel. U vraagt ons krediet beschikbaar te stellen van 370.000 euro voor verbetering van het trainingsveld van de voetbalvereniging. Inhoudelijk hebben we geen bezwaar tegen dit voorstel, omdat wij sport een warm hart toedragen. Maar we moeten wel constateren dat het voorstel niet is voorzien van een financiële dekking. We hebben er uitgebreid over gesproken in de opiniërende vergadering. Uw opmerking onder de financiële kaders dat de realisatiekosten binnen het beschikbaar te stellen krediet moeten blijven, is een open deur. Het zou wel heel erg zijn als aan dit voorstel ook nog een open einde zou zitten. U had uit het oogpunt van transparantie gewoon in het voorstel moeten aangeven dat het gaat om een voorstel waarvan de kosten niet gedekt zijn in de begroting van 2010. De financiële gevolgen vanaf 2010 staan namelijk aangegeven op blz. 5 van uw voorstel van 19 januari jongstleden inzake de brede doorlichting. We hebben gemeend u hierop te moeten wijzen, omdat artikel 189 van de gemeentewet aangeeft, dit heb ik trouwens ook in de
-6-
opiniërende vergadering aangegeven, dat het tot de taak van de raad behoort erop toe te zien dat de gemeentebegroting in evenwicht is. Uw voorstel is daar nadrukkelijk mee in strijd. Met deze aantekeningen gaan wij akkoord met uw voorstel, omdat wij de voetbalvereniging Sliedrecht niet de dupe willen laten worden van een in dit geval niet al te zorgvuldig financieel beleid. Dank u wel. De voorzitter Interruptie van mevrouw Visser. Mevrouw Visser In de richting van mevrouw Dekker. U heeft het over artikel 189 van de gemeentewet, maar dan zegt u ook zelf dat het de taak van de raad is om er op toe te zien. Mijn fractie had in eerste instantie ook wat moeite met dit voorstel, maar wij hebben in de opiniërende raad toch de toezegging gehad, en u heeft het ook zelf gezien met die informatie over die brede doorlichting, dat het bij de zomernota en de begroting voor de komende jaren wel meegenomen wordt. Het is wel enigszins op de pof, maar u mag daar niet het college op aanspreken. Daar moet u ons als fracties op aanspreken of we dat wel of niet willen, want het is de taak van de raad. Mevrouw Dekker Ja, dat klopt. Maar we hebben geen keuze kunnen maken. Mevrouw Visser U kunt nu nog aan alle fracties vragen van: nemen we dat risico met elkaar, of zeggen we, we wachten tot de Zomernota? Mijn fractie vindt dat niet verantwoord tegenover ruim 1.000 leden, om te wachten tot de Zomernota. Ik neem bewust, als fractie, het risico om enigszins langs het zijpaadje van mijn taak als raad te gaan. Mevrouw Dekker Oké, akkoord. We kunnen niet anders, denk ik, als het over de voetbal gaat. De voorzitter Meneer Huijser. De heer Huijser Dank u wel, voorzitter. Aan hetgeen de beide dames zo even hebben opgemerkt, heb ik weinig toe te voegen. Ik denk dat er geen keuze meer is. We hebben er lang genoeg over gesproken. Onze fractie zal ook akkoord gaan. Wij hebben een technische vraag gesteld in de opiniërende vergadering. Die is inmiddels beantwoord. De ambtelijke mail is intussen aan ieder, volgens mij, verzonden. Dan zou ik graag nog een opmerking willen maken bij het laatste gedeelte van die mail, waar het gaat over de vraag of er voorwaarden verbonden kunnen worden aan het verlenen van een krediet. Ons is geantwoord dat dat niet kan. Wij hebben daar toch onze twijfels over en dat wil ik dan hier opgemerkt hebben, of je dat niet zou kunnen doen; dat is dan voor de verslaglegging. Verder moet ik het doen met het antwoord van de ambtenaar. Dan toch even naar het laatste gedeelte, van: wat zou de gemeente nu kunnen doen als het gaat over de renovatie van de accommodatie van de opstallen? Wij zouden graag zien, en mevrouw de Bruin maakte er een opmerking over en mevrouw Dekker meen ik ook, om in ieder geval een moreel appèl te doen op de zelfredzaamheid van die voetbal om aan de accommodatie te gaan werken. Dat sluit aan bij hetgeen de voorzitter op de nieuwjaarsreceptie heeft gezegd van: de handen uit de mouwen. In ieder geval een plan van aanpak aanleveren om daarin aan te geven wat ze willen gaan doen in de komende tijd. Wij zouden zo graag zien dat de voetbal een plan van aanpak levert aan het college, aan de betreffende wethouder, en daarin aangeeft wat ze precies gaan doen en welk tijdpad ze daarvoor met de gemeente willen afspreken. Wij zouden dat geloof ik graag ook allemaal schriftelijk vastgelegd willen zien, zodat we in ieder geval controle houden op datgene dat de voetbal doet zodat we binnen afzienbare tijd weer een keurig sportcomplex hebben. Daar is de voetbal goed mee, daar is de gemeente goed mee en ik denk dat ook de mensen die daar sporten goed mee zijn. Met name de jongeren, want nu is het Oost-Europees. Dank u wel. De voorzitter Meneer van der Klis. De heer van der Klis Voorzitter, dank u wel. Tijdens de rondleiding die wij als raad hebben gekregen over het voetbalterrein hebben wij zelf kunnen constateren wat de problemen bij de voetbal zijn. Met dit raadsvoorstel heeft de voetbal in ieder geval veel betere mogelijkheden om het veld te bespelen,
-7-
ook bij slecht weer. Wij wensen de voetbal die veel leden heeft dan ook veel plezier toe met het nieuwe veld. We hebben tijdens die rondleiding ook wel kunnen constateren dat de accommodaties er wat minder aan toe zijn en ik ben het dan ook wel met de vorige spreker eens dat het wenselijk zou zijn als daar ook wat aan gedaan werd. Maar ik denk dat het wel een zaak van de voetbal zelf is, die immers de eigenaar is van deze accommodaties, maar ik kan me wel vinden in de oproep om daar wat mee te doen. Dank u wel. De voorzitter Wethouder van de Ven. Wethouder Van de Ven Dank u, voorzitter. De vier woordvoerders hebben allen er op aangedrongen bij de voetbal, bij het bestuur, om duidelijk onder de aandacht te brengen dat er een plan van aanpak moet gaan komen voor de accommodatie. Ik heb dat goed ter harte genomen. Ik zal het op mij nemen om met het bestuur van de voetbal daarover te spreken, om de gedachten van de gemeenteraad duidelijk aan hen over te brengen. De voorzitter Wie van u in tweede ronde? Meneer Huijser. De heer Huijser Misschien dat er toch nog eens nagedacht kan worden over of het niet mogelijk is wanneer je krediet geeft of subsidie, dat je daar voorwaarden aan kunt verbinden. Het gaat mij niet om nu, maar naar de toekomst toe is het misschien toch wel interessant te weten of dat niet mogelijk is. Wij hebben daar toch vragen bij. Dank u. De voorzitter Misschien kunt u straks bij de subsidievorming deze suggestie nog eens onder de aandacht van het college brengen. Mevrouw Visser Voorzitter, als meneer Huijser dat opmerkt, dan wil ik toch voor de notulen opgemerkt hebben dat dat een mening is van de SGP/ChristenUnie fractie. Want een krediet beschikbaar stellen is iets anders dan een lening geven. Op het moment dat je een lening geeft en je geeft daar voorwaarden aan mee, dan is dat heel helder. Dat je hier een moreel appèl doet als raad van: luister eens, wij doen met elkaar een inspanning door dat krediet te geven, vereniging, doe ook een inspanning om jezelf nog mooier op de kaart te zetten, dan onderschrijf ik dat. Maar voorwaarden stellen aan een kredietverlening die wij uiteindelijk als raad aan het college geven en dan richting de vereniging voorwaarden stellen, dat vind ik niet helemaal juist. De voorzitter De heer Huijser. De heer Huijser Mevrouw Visser, ik had het over wij, en dat is de SGP/ChristenUnie en dat is niet PRO Sliedrecht, niet PvdA en niet CDA, voor de duidelijkheid. De voorzitter Mag ik met deze kanttekeningen constateren dat u allen akkoord bent met dit voorstel? Unaniem aanvaard.
11. DEFINITIEVE MILIEUBELEIDSPLAN EN UITVOERINGSPROGRAMMA Mevrouw Dekker Dank u wel, voorzitter. Het gaat over het milieubeleidsplan en het uitvoeringsprogramma 2010/2011. Ik ga er van uit dat het college inmiddels de vraag die gesteld werd in de opiniërende vergadering over de oprichting van een energiebesparingbedrijf kan beantwoorden, dus dat hoor ik graag van u. De titel Samen werken aan een klimaatbestendige energieneutrale gemeente vind ik bijzonder inspirerend. Daaruit spreekt veel ambitie. Op veel niveaus steekt de gemeente haar nek uit, bijvoorbeeld op het gebied van verduurzaming. De gemeente wil hierin een voorbeeldfunctie vervullen. Het milieu betekent in de brede zin van het woord de omgeving waarin wij leven. Dus de lucht die we inademen, het geluid wat we met elkaar produceren, het water en de grond waarop we werken en leven en recreëren. De handelingen van mensen leiden steeds meer tot
-8-
milieuvervuiling. Eigenlijk is het gewoon een vicieuze cirkel. Het milieu, onze aarde, wordt gebruikt als collectief goed. Omdat er aan het gebruik van het milieu en de verontreiniging van het milieu geen prijs hangt is het de taak van u als overheid om het leefmilieu te beschermen. Dit ondervinden we dagelijks door de inzet die gepleegd wordt rond de problemen van de stort bij de Derde Merwedehaven. De luchtkwaliteit kunnen wij dan ook maar zeer beperkt beïnvloeden. Toch hebben we vragen wat het opwekken betreft van duurzame energie. Door overmatig gebruik van fossiele brandstoffen raken deze uitgeput. Als mederentmeester van deze aarde zouden we heel graag van de mogelijkheid gebruik maken om duurzame energie in te zetten. Vooral denken wij er aan om subsidie mogelijk te maken voor de burger. Bijvoorbeeld zonnecollectoren of een hoogrendementsketel, die de mensen dan met subsidie aan kunnen schaffen. Die beïnvloedt op een positieve manier de uitstoot van CO2. Zo zouden ook in een nieuwbouwproject de daken naar het zuiden gericht gebouwd kunnen worden, ten behoeve van zonnepanelen. Daarnaast zag ik een stukje over duurzaam inkopen. Voornamelijk denkt het CDA hierbij aan duurzaam inkopen van producten en diensten. Daarbij wordt papier wel al met een FSC label ingekocht, doch het hout zoveel mogelijk, las ik in de stukken. We zouden graag het gebruik van fout hout gestopt willen zien in de gemeente. Ik zou graag een reactie daarop van u willen horen en wanneer dat niet mogelijk zou zijn, dan dien ik daar een motie over in. In het voorstel betreffende het duurzaamheidkrediet 2010 en duurzaamheidleningen kunnen wij ons vinden. Het milieu begint bij jezelf; bij eenieder, zoals we hier zitten. Ik denk bij deze ook even aan de soep met plastic die we elkaar toch bezorgd hebben in de Stille Oceaan ter grootte van Europa. Het bedreigt de vogels, de vissen, maar het betekent ook dat het ons eten bedreigt. Hetgeen wij eten, is vergiftigd met afval. Achteloos het raampje opendraaien, je plastic afval langs de A15, de oprit, de afrit, de Sportlaan, noem maar op, naar buiten gooien; volgens mij zit het milieu in je hart, het begint bij jezelf. Als je het over het milieu hebt, dan gaat het om een manier van leven. Daar hoort onlosmakelijk educatie bij. Niet alleen bij de kinderen, maar ik denk ook bij ons. Kennis van het milieu zal leiden tot meer betrokkenheid, respect voor natuur en milieuvriendelijk handelen. Daarmee wordt duurzaamheid van onze samenleving verhoogd. De voorzitter Meneer Visser. De heer Visser Dank u wel, voorzitter. Voor ons ligt een heel mooi stuk. Het is weer een kader voor de komende jaren en het verdient ook veel aandacht. Ik had er veel over opgeschreven, maar ik wil wel proberen om dat wat in te korten in verband met de vele dingen die we nog meer te bespreken hebben vanavond. Het heeft even geduurd eer dit plan er lag, maar dan heb je ook wat. Er is een quick scan voor duurzame energie uitgevoerd door HVC en daar is een aantal concrete aanbevelingen uitgekomen in de vorm van klimaat en milieuactiviteiten, zoals een onderzoek naar gebruik van restwarmte en aardwarmte. Dat moet ook de PvdA aanspreken, vooral als het project ook in een wijk ingezet kan worden. Uiteindelijk is het één van de doelstellingen om in een bepaalde tijd geheel Sliedrecht via blokverwarming te kunnen verwarmen. Als het gaat om besparen van energie, wat ook één van de doelstellingen is uit dat plan, en dan volg ik even het lijstje zoals dat bij de besluitenlijst staat, dan vinden wij het een goede zaak dat er blijvend aan voorlichting gedaan wordt aan particulieren. Dan is 25.000 euro voor 240 huishoudens zoals die nu gepland zijn, gemiddeld 100 euro per stuk, een druppel op een gloeiende plaat. Daarnaast is algemene voorlichting ook heel belangrijk en nodig. De portefeuillehouder heeft in de opiniërende vergadering al toegegeven dat hier best wat sterker op ingezet zou kunnen worden. Voorlichting lijkt wat soft, maar dat is het niet; het is blijvend nodig. De resultaten van die adviezen aan die 240 burgers zouden doorverteld moeten worden, zodat ook anderen ervan kunnen leren. Wat betreft de duurzaamheidleningen waar ook mevrouw Dekker over sprak: het lijkt heel veel geld, 150.000 euro, maar het is toch geld dat weer regelmatig terugkomt en wat meerdere keren gebruikt kan worden. Dan over het uitvoeringsprogramma 2010-2011. Je kunt wel een mooi beleidsplan hebben, maar het moet ook leiden tot concrete acties. Die staan dus in het uitvoeringsprogramma. Ik licht er enkele uit die ons erg aanspreken en waar veel winst te behalen is. Dat is 80% lager energieverbruik bij vervanging van de feestverlichting door andere lampen. Wij hebben daar regelmatig wat over gezegd, dat we dat energieverspilling vinden, en nu blijkt dat er toch zomaar 80% op te besparen is. Dat is een investering die dan maar heel snel gedaan moet worden,
-9-
want dat moet gewoon geld op gaan leveren. Maar het is gepland voor 2010, dus ik word op mijn wenken bediend. Een andere actie betreft de infrastructuur voor elektrisch rijden. Er zijn ook andere initiatieven in de Alblasserwaard, zoals de gemeente Giessenlanden en Leerdam. Daar zouden we best op aan kunnen sluiten, zodat er in meerdere plaatsen in de Waard oplaadpunten komen voor elektrische apparaten zoals scootmobiels, fietsen en wat dies meer zij. Dus elektrische energie voor voortdrijving. Een heel belangrijke actie vinden we ook de warmte- en koudeopslag en de collectieve warmtevoorziening in samenwerking met HVC, de projectontwikkelaar en Tablis. Daarvan zeggen we: wat bij Baanhoek West maar weinig gelukt is, zou bij nieuwe projecten beter moeten gaan, zoals bij het Watertorenterrein en de Oude Uitbreiding West. Als laatste puntje noem ik het afkoppelen van de riolering; het zit allemaal onder de grond en je ziet er niets van, maar dat moet wat ons betreft duidelijk doorgaan. Er is ook een royale subsidie voor beschikbaar vanuit het waterschap en die moeten we zeker niet laten liggen. Dan nu de windmolens waar ik het in de opiniërende raad al over heb gehad. Van het beleidsplan nemen we kennis; gelet op de belastende energie en infrastructuur kiezen wij vooralsnog niet voor het opwekken van windenergie binnen onze eigen gemeentegrenzen. Van die belastende energie en infrastructuur begreep ik eerst helemaal niets, maar bij navraag bleek bedoeld te worden dat er zoveel kabels en leidingen in de grond liggen en dat er zoveel spoorwegen en rivieren en wegen door ons gebied lopen, dat het dan moeilijk wordt om iets te realiseren. Maar op blz. 4 van het raadsvoorstel lees ik wat anders als het gaat om de invoering van een collectief warmtenet. Daar staat in de tweede alinea: ter compensatie van de belastende energie en infrastructuur is aan de provincie Zuid-Holland gevraagd om de haalbaarheid van de aanleg van een warmtenet in Sliedrecht mede te ondersteunen en te faciliteren. De provincie heeft zich hiertoe bereid verklaard. Geweldig, zeg ik dan. Ze willen zelfs een bijdrage leveren aan een haalbaarheidsstudie van geothermie. Volgens mij is dat hetzelfde als aardwarmte. Het kan dus misschien wel, als je er maar genoeg je best voor doet, ondanks een belastende energie en infrastructuur. Het betekent dat er heel veel belemmeringen onder en boven de grond zijn, maar er kan heel veel, als je er maar moeite voor doet. Dan kom ik op mijn punt, wat we hier als raad van vinden. Hier ligt natuurlijk een stuk dat zo is gemaakt dat je er alle kanten mee uit kan, vooral door het woordje vooralsnog. Maar om op termijn echt een klimaatbestendig en energieneutrale gemeente te worden zijn windmolens echt nodig. We kunnen er ook voor kiezen om lekker te blijven genieten van onze welvaart en zo nu en dan wat mooie praatjes aan elkaar te verkopen. Dat kan natuurlijk ook, maar dat moeten we dan wel eerlijk tegen elkaar zeggen. Als je echt iets wilt bereiken moet er meer gebeuren. Dan vond ik de opmerking van onze lokale partij best wel grappig in de opiniërende raad: wel windmolens, maar niet bij ons in de achtertuin. Enige tijd geleden kreeg ik een spreuk in handen die luidt: denk globaal, handel lokaal. PRO Sliedrecht draait dit om en zegt: denk lokaal, maar handel globaal… Mevrouw Visser (interruptie) Nou, dat is ook zo, want de sticker is A) niet van ons en B) is de opmerking juist hier in de regio van: we willen wel windmolens, maar niet in onze achtertuin. In 1982 kwam Klaas de Winter hier al in de raad met windmolens. De heer Visser Dus jullie hebben in de opiniërende raad als lokale partij een opmerking van de regio overgenomen; dat is ook aardig. Het college spreekt op blz. 2 onder punt 2 de ambitie uit dat op termijn de volledige energievraag, en dan komt het: binnen onze gemeentegrenzen door duurzame bronnen wordt opgewekt. Kijk, dat noem ik nog eens lokale politiek. Het lijkt wel of er een lokale partij in het college zit. De voorzitter De heer van der Plas. De heer van der Plas Dank u wel, voorzitter. Laat ik het dan maar kort houden. We vinden het stuk degelijk, volledig en ambitieus en we kunnen het van harte ondersteunen. De heer van der Klis Voorzitter, dat was echt heel kort; bravo. Ik red dat niet. Wij vinden dit ook een mooi plan en het mag best zo zijn dat de gemeente het voortouw neemt als het om duurzaamheid gaat.
- 10 -
Daar gaat echt een voorbeeldfunctie van uit. Zoals reeds opgemerkt is het een ambitieus plan; er staan veel keuzes in die door de nieuwe raad moeten worden gemaakt. Ik ga daar nu niet op in vanwege de tijd, maar het is wel een belangrijke taak voor de nieuwe raad. Ik wil wel de nieuwe portefeuillehouders en de mogelijke nieuwe raadsleden meegeven om in ieder geval voor ogen te houden wat het oplevert en wat de Sliedrechtse burgers voor keuze krijgen. Want bij duurzaamheid gaat het er echt om dat het iets oplevert; dat gaat hand in hand. Wat de windmolens betreft, daar kiezen wij niet voor en dat zullen we ook nooit doen. De voorzitter Dames en heren, na een tweetal inhoudelijke en gloedvolle betogen, want dat mag toch wel gezegd, van mevrouw Dekker en de heer Visser en de korte maar krachtige verwoording van de heer van der Plas en de heer van der Klis zou je kunnen zeggen: het is goed dat u die opmerkingen gemaakt heeft, het is goed dat u de inhoud onderschrijft, dat u blij bent dat dit programma er ligt; dat het weliswaar wat laat is, maar dat het goed om zo’n plan te hebben. Ik denk dat dat laatste belangrijk is om te constateren. Het is goed om zo’n plan te hebben en om daar in de volgende raad heel constructief mee aan de slag te gaan en duurzaamheid binnen alle facetten binnen de gemeentelijke organisatie, maar vooral ook naar die burger te vertalen. Want uiteindelijk moet het wel gaan leven, ook bij die inwoner van Sliedrecht. Want het milieu, dat zegt mijn vrouw ook tegen mij, dat begint wel bij jezelf. Oftewel, je moet je continu bewust zijn van datgene wat je er aan kunt bijdragen, dat je dat ook doet. Het is een manier van leven. Dus dank voor uw inhoudelijke bijdragen; ik heb daar geen opmerkingen over te maken, want het is uw standpunt en het is uw inhoud wat u geeft aan het Milieubeleidsplan en het Uitvoeringsprogramma. Dat uitvoeringsprogramma komt nog verder bij u terug in het kader van prioriteitstelling en de daarbij behorende beschikbare middelen. Dus ik denk dat de volgende portefeuillehouder met nadere voorstellen zal komen bij de Zomernota, danwel bij de Begroting. Ik zal in ieder geval nog een laatste activiteit ondernemen door alle gemeentelijke disciplines daarop te zetten en te zorgen dat er een begin mee gemaakt wordt. U heeft allemaal opmerkingen gemaakt over warmtenet, aardwarmte, geothermie en windmolens. Het zijn, denk ik, allemaal zaken die vooral ook de nieuwe raad aangaan, die ook de nieuwe raad zal moeten en kunnen uitdragen, naast overigens, mevrouw Dekker, het onderwerp educatie en voorlichting. Want u heeft gelijk, meneer Visser: dat moet nog wel even wat nadere invulling krijgen. Maar u heeft ook in het voorstel gelezen, althans dat veronderstel ik, op pagina 5 omtrent externe communicatie dat in samenwerking met Voorlichting en het Kompas maandelijks structureel aandacht besteed zou kunnen worden aan onderwerpen op het gebied van duurzaamheid. Het zijn allemaal invuloefeningen. De intentie is er en het is mede aan de nieuwe raad om daar verder mee verder te gaan. Ik denk dat ik hiermee eigenlijk de zaak heb samengevat. Het moet wat opleveren, meneer Van der Klis, maar ik heb er vertrouwen in, als u dat in goede samenspraak met het college en het ambtelijk apparaat doet, dat daar op diverse terreinen winst te behalen valt. Het Energiebesparingbedrijf. U heeft daar volgens mij allemaal al een reactie op gehad. Daaruit kunt u opmaken dat het vooral ook het Drechtstedenbestuur zou kunnen zijn om als initiatiefnemer voor een warmte- c.q. energiebedrijf op te treden omdat heel veel activiteiten wij niet als gemeente doen, maar in samenhang en in samenwerking op Drechtstedelijk niveau. Aan de andere kant kan ik me op een enkel aspect, als wij daartoe ooit komen, maar dat is misschien in het woord vooralsnog verborgen, dat je ook op gemeentelijk niveau zou kunnen kijken of je dat in enigerlei vorm zou kunnen doen waarin je als gemeente participeert. Mag ik het zo afconcluderen? Maar het onderwerp heeft zijn aandacht, had al zijn aandacht en zal de aandacht ook hebben, omdat ik denk dat het verstandig is om daar waar je als gemeente kunt participeren, er verstandig aan doet om de mogelijkheden daartoe te onderzoeken. Iemand van u in tweede ronde? Mevrouw Dekker Voorzitter, ik had nog een vraag gesteld over het gebruik van fout hout. De voorzitter U heeft gelijk. Ik had dat liever even in de opiniërende bijeenkomst gehoord, want dan had ik daar nog wat nader onderzoek naar kunnen doen. Maar ik zeg u toe dat het een onderzoeksaspect is wat we in het lijstje van activiteiten mee zullen nemen, en dan is het straks aan de nieuwe raad om daarover gerapporteerd te krijgen en er uitspraken over te doen. Ik vind het te goedkoop om nu te zeggen van: nou, zo zit het. Ik weet dat er in het verleden wat activiteiten geweest
- 11 -
zijn omtrent deze materie, dat er ook allerlei initiatieven zijn om daar invulling aan te geven, maar om op dit moment even snel een uitspraak te doen vind ik niet verstandig. Mevrouw Dekker Ik had geïnformeerd bij uw ambtenaar en ook uit de stukken blijkt dat pas in 2015 het mogelijk is om in Drechtstedenverband dat hout te gaan gebruiken. Maar als u mij toezegt dat u een poging wilt wagen om eerder hout te laten gebruiken met een FSC keurmerk, dan vind ik dat prima. De voorzitter Nou, ik zou me kunnen voorstellen dat in ieder geval onderzocht zou kunnen worden of het niet eerder kan en onder welke voorwaarden. Mag ik dit onderwerp hiermee als besproken beschouwen en het agendapunt afsluiten met als unaniem standpunt de aanvaarding van het Milieubeleidsplan en het uitvoeringsprogramma 2010-2011? Aldus besloten.
12. INVENTARISATIE VERKEERSBELEIDSPLAN EN FIETSBELEIDSPLAN De voorzitter U heeft een redactiewijziging ontvangen; ik weet niet of de portefeuillehouder nog behoefte heeft om daar enige toelichting op te geven? Wethouder Van de Ven Ik ga er van uit, voorzitter, dat alle raadsleden het gewijzigde raadsvoorstel ontvangen hebben en als dat zo is kunnen zij kennis nemen van de zaken die gewijzigd zijn. In de aanhef is iets gewijzigd en onderaan blz. 1 is ook iets toegevoegd. De voorzitter Besluitpunt 2, ja. Wie wenst het woord? Mevrouw Dekker, de heer Blanken, de heer Pauw, de heer van der Plas, de heer Buchner en de heer van der Klis. Mevrouw Dekker. Mevrouw Dekker Voorzitter, het doet me ontzettend goed wat u extra ingebracht hebt in het stuk Verkeersbeleidsplan en Fietsbeleidsplan, waarin u aangeeft dat u geen aanleiding ziet om bestaande rotondes om te bouwen waardoor de fietsers in de voorrang komen. Wij zijn daar heel erg blij mee, al is het alleen maar vanwege het veiligheidsaspect. Het is dus een prima voorstel. Daarnaast hoeft u ook de andere rotondes niet om te bouwen, dus prima. Dank u wel. De heer Buchner Dank u wel, voorzitter. Onze fractie heeft zich in de opiniërende raad toch wat verbaasd over de reactie van de verschillende fracties, met name dat men zich alleen richt op fietsers al of niet in de voorrang. In het Verkeersbeleidsplan staat veel meer dan dat. Er staan meer wensen in dan we in de komende periode kunnen uitvoeren vanwege de grote financiële gevolgen als we deze plannen zouden gaan uitvoeren. En toch, voorzitter, ik zeg het nog maar eens duidelijk: het zijn de kaders die de raad vaststelt. En je kunt je er niet met een Jantje van leiden van afmaken door een dergelijk stuk over vijf jaar aan de kant te schuiven. Dit is een beleidsstuk voor de nieuwe raad. In de nieuwe coalitieovereenkomst moet je hier zaken van terug kunnen vinden en natuurlijk ook nog in de volgende periode. Er zitten knelpunten en prioriteiten in die ook nog om een oplossing vragen. Voorzitter, ik meende dat ik al eerder heb aangegeven dat fietsers al of niet in de voorrang ons best studie gekost heeft. Het aantal adviseurs dat heeft ingesproken en dat wat in het Kompas gestaan heeft, moet je wel serieus nemen. Voorzitter, we moeten vaststellen dat tot nu toe bij alle rotondes in de bebouwde kom concessies gedaan zijn aan de uitvoering conform de regels. En in deze gemeente hebben we niet volop de ruimte om rotondes te maken volgens die norm. Soms zijn dat verkeerde keuzes uit het verleden, soms ontbrak het ook wel eens aan een goed advies. Maar een genomen besluit als deze terugdraaien heeft grote financiële gevolgen. Als we de fietsers voorrang zouden willen geven, dan is een bedrag van meer dan vijf ton nodig. Dit bedrag kan dan voor de Stationsweg gebruikt worden. Voorzitter, we zijn voor fietsers uit de voorrang op rotondes. Maar laat duidelijk zijn dat dit moeite kost om de afweging te maken. We hebben in de opiniërende raad ook al gezegd: het VCP moeten we op hoofdlijnen beoordelen. Het is een visiedocument voor de nieuwe raadsperiode. Dit moet niet alleen raadsbreed gedragen worden, maar ook in de ambtelijke organisatie moet deze meer inhoud krijgen. Ook de financiële onderbouwing zou kunnen verbeteren. In iedere begroting
- 12 -
moet ook in de meerjarenraming duidelijk worden wanneer een project uitgevoerd gaat worden. Als voorbeeld: in de programmabegroting 2010 is niet vastgelegd hoe groot het bedrag is dat voor de Stationsweg is bestemd. Hoewel geen financieel specialist kan ik in ons huishoudboekje ook geen beroep doen op een hoeveelheid geld als ik er niet voor gespaard heb. U zult een keuze moeten maken uit al deze plannen; wat is urgent en wat kan wat langer wachten? Maak eens een prioriteitenlijst. Veiligheid op de doorgaande wegen, maar ook in de wijken en buurten zal ons een zorg moeten zijn. Laten we er voor zorgen dat er geen toename zal komen van ongevallen, met name bij de voetgangers. We hebben plannen en moeten knelpunten oplossen, maar ook hier zullen de bezuinigingen de uitvoering van de plannen danig in de weg zitten, waarbij ik hoop dat er toch wel zaken verwezenlijkt zullen zijn aan het eind van de komende periode. Wij zijn blij met de toezegging dat het fietspad langs de ouverture in 2010 gereed komt; dat brengt ons weer een stukje dichter bij een veilig Sliedrecht en een veilige fietsroute. Ook hier nog maar weer eens een oproep: ga vooral op de scholen van lager en voortgezet onderwijs meer doen aan educatie. En dan bedoel ik praktische educatie, want dat is ook van belang. Ons gedrag in het verkeer moet veranderen, bij groot en bij klein. Voorzitter, wij stemmen in met dit VCP. Dank u wel. De voorzitter De heer Blanken. De heer Blanken Dank u wel, voorzitter. Het is een mooi Verkeersbeleidsplan en een mooi Fietsplan. Ik heb alleen moeite met het voorgestelde besluit onder 2. Wij kennen in onze gemeente inmiddels rotondes met voorrang voor fietsers en rotondes zonder voorrang voor fietsers. Met name de twee rotondes in Baanhoek West die bij een financiële afwikkeling met de gemeente Papendrecht tot rotondes zijn gekomen met voorrang voor de fietsers. Ik pleit voor eenduidigheid in de gemeente Sliedrecht. Het geld dat eventueel nodig is voor het ombouwen van de rotondes voor fietsers in de voorrang is wellicht te halen in het volgende agendapunt. Dat was het. De voorzitter De heer van der Plas. De heer van der Plas Dank u wel, voorzitter. In algemene lijnen kunnen wij ons wel vinden in de inventarisatie Verkeersbeleidplan, zoals dat heet en het Fietsbeleidsplan dat nu voorligt. Maar onze fractie is wel van mening dat fietsers op een rotonde in de voorrang zouden moeten, zoals dat in andere Drechtsteden gebruikelijk is en zoals dat al een paar keer vurig is bepleit door de Fietsersbond. Nu heb je ook de politieke realiteit; te constateren valt dat daar nauwelijks enig draagvlak voor is. Dat zou op zich voor ons geen aanleiding mogen zijn om het Fietsbeleidsplan en het Verkeersbeleidsplan dan af te wijzen, maar in het raadsvoorstel lees ik iets over ‘op basis van de huidige kennis en adviezen van deskundigen’ enzovoort. Wij zouden niet graag zien dat door vaststelling van dit Verkeersbeleidsplan en het Fietsbeleidsplan op basis van de kennis die over enige tijd wellicht beschikbaar is, de discussie over het al of niet in de voorrang hebben van fietsers niet meer mogelijk is omdat het volledig is dichtgetimmerd in dit plan. Dat is waar wij wat huiverig voor zijn. In het voorstel staat wel een evaluatiemoment genoemd, maar wij zouden toch graag van de wethouder vernemen op welke wijze het onderwerp fietsers al of niet in de voorrang bij een evaluatie ook onderwerp van gesprek zou kunnen zijn. De voorzitter Dank u wel. De heer van der Klis. De heer van der Klis Dank u wel, voorzitter. Allereerst complimenten voor de totstandkoming van dit stuk; er zijn heel veel betrokkenen intensief mee bezig geweest, ook buiten de kring die hier aan tafel zit. De bewoners hebben zich er ook actief mee bemoeid, waarvoor mijn complimenten. Ik ben het wel met de heer Buchner eens dat het stuk meer is dan een papieren stuk voor nu; het is zeker een belangrijk onderdeel voor de uitvoering van het nieuwe college. Dit is een stuk dat net als het VCP 2001-2005 langer mee moet dan vandaag alleen en ik ben ook heel benieuwd welke plannen echt uitgevoerd kunnen worden. Onze fractie hecht hier heel veel belang aan en kan van harte instemmen met dit stuk. Daarbij maken wij ook de keuze om de fietsers niet in de voorrang te zetten. Dank u wel.
- 13 -
De heer Pauw Dank u wel, voorzitter. Een gewijzigd raadsvoorstel waarbij mijn fractie zich afvraagt: wat besluiten we nu eigenlijk? De heer Buchner heeft helemaal gelijk: het gaat over meer dan fietsers in of uit de voorrang. Het is een stuk waar heel lang aan gewerkt is met inwoners van ons dorp, waarbij we gaan kijken of in de toekomstige plannen die wij hebben op het gebied van verkeer en alle andere zaken, of u daar de plannen die de burger heeft, heeft kunnen inpassen, althans het idee van het plan wat hier ligt, en de enige keuze die er staat is fietsers in of uit de voorrang. Maar door het gewijzigde voorstel, voorzitter, en dan verwijs ik even naar het allerlaatste zinnetje van deze pagina, daar staat: kan hiervan afgeweken worden. Dus als ik het nou goed begrepen heb, en dan moet de rest van de raad me adviseren, als u nu zegt, zoals het college dat graag wil: de fietsers in de voorrang willen we niet, we willen fietsers uit de voorrang, maar we kunnen er van afwijken. De heer Visser Je zou kunnen zeggen dat het heel goed aansluit op de wens van de PvdA, dat het niet in beton gegoten is. De heer Pauw Maar de vervolgvraag is: wie gaat dat bepalen? Wij als raad, het college, de ambtelijke organisatie? Wanneer komt dat punt? En waarom wijken wij af, en daar komt ie weer, van de dingen die in de regio gebeuren? We hebben al heel veel discussies gehad op het gebied van in of uit de voorrang en daarbij heeft PRO Sliedrecht aangegeven voorstander te zijn van fietsers in de voorrang, want dat geeft namelijk een hoop duidelijkheid. De discussies die daar op volgden waren heel erg gericht op emoties en gevoelens; overigens heel begrijpelijk. De rotonde bij het station van Dordrecht: uiteindelijk is gebleken, die komt er niet en die ziet er ook wat anders uit. De rotonde voor het gemeentehuis van Gorinchem heb ik gehoord. Daar ben ik toevallig vandaag zelf nog even overheen gereden. Maar daar praten we niet over. We zijn heel erg appels en peren aan het vergelijken in allerlei onderzoeken. Eigenlijk is het enige dat daarin overeind staat, dat in de hele regio de fietsers in de voorrang zitten en dat we daarbij kunnen aansluiten. Volgens mij moeten we dat gewoon doen. PRO Sliedrecht pleit voor fietsers in de voorrang, maar zou graag willen weten wat nou de inhoud is van het laatste zinnetje van: als we de fietsers uit de voorrang houden, dan gaan we er weer van afwijken. En wie bepaalt dat? Mevrouw Dekker Bij interruptie, voorzitter. Ik wil even wat aan de heer Pauw kwijt. Ik denk niet dat onze argumenten steeds gebaseerd geweest zijn op emotie, maar op veiligheid. Wanneer je met een groot voertuig een rotonde nadert, of je zit er op, en je moet zoeken naar een fietser… je hebt gewoon een dode hoek en die maakt gewoon dat die fietser onzichtbaar is. Daardoor ontstaan ongevallen en dat wil je voorkomen. Het is dus absoluut niet zo dat ik de fietser geen warm hart toedraag, maar feit is: wat is veiliger voor de fietser? En vandaar kies ik er nadrukkelijk voor om de fietser uit de voorrang te houden. De heer Pauw Maar goed, dat is een discussie over “wat is veiliger voor de fietser”? Kijk, de discussie ging over rotondes en over dode hoeken, zoals u nu aangeeft, en vandaar dat in alle richtlijnen staat dat een volwaardige rotonde een diameter heeft van 21 meter. Dan heb je dat dus niet. Als je vervolgens een rotonde met een diameter van 13 gaat vergelijken met heel iets anders, ja, dan kom je daar dus niet uit. En wat ik al aangeef: bij de rotonde van Gorinchem ligt maar een klein stukje tussen het fietspad en de rijweg. Ja, daar moet je niet aan beginnen, dat is nogal logisch. Maar het gaat om het basisprincipe. De heer Buchner (interruptie) Daar heb je nou net een punt, en dat is in Hardinxveld-Giessendam ook zo. Aan het eind van de Peulen heeft men sinds kort een rotonde, maar die voldoet niet aan de normen. Wat heb je dan aan veiligheid? Ook in Gorinchem is die zo onveilig als wat. Mevrouw Dekker kan het beamen, want die komt daar regelmatig met de bus. Meerdere mensen in deze raad komen er dagelijks langs en ontdekken dat je daar steeds heel goed moet opletten dat je de fietser niet klem rijdt. Nou, dan zijn we er niks mee opgeschoten. Ik zal het straks nog een keer zeggen: er moet interactie plaatsvinden tussen de verkeersdeelnemers. Zowel de fietser als de automobilist zullen op elkaar moeten letten. Dat heb ik geleerd tijdens de cursus die meneer Van de Ven een keer gesubsidieerd heeft: je moet altijd de
- 14 -
weggebruiker aankijken, als je oversteekt of op een rotonde. Dan weet je wat er gebeurt en kun je reageren. Dat is het punt waardoor het veiliger wordt. Ik kom er straks nog even op terug, De voorzitter Dit waren interrupties van mevrouw Dekker en de heer Buchner. Wethouder Van de Ven. Wethouder Van de Ven De sprekers zijn helder in wat zij vragen en opmerken. Het gaat inderdaad niet alleen om voorrangswegen voor de fietser, het gaat om een Verkeersbeleidsplan en een Fietsbeleidsplan wat een visie geeft op de komende jaren. Maar in dit plan staat ook opgenomen dat dit plan op gezette tijden, zoals het voorstel aangeeft, herzien moet worden. De manier waarop wij dat doen, zullen wij uitvoeren op dezelfde wijze als wij in het verleden de verkeerscirculatieplannen hebben behandeld. Dat betekent dat we daar met mensen die zich daarvoor als geïnteresseerde aanmelden uit de samenleving en met deskundigen en met leden uit de gemeenteraad spreken over de dynamiek die er nu eenmaal in het verkeer is. Dat mag u ook putten uit hetgeen in het verleden met de verkeerscirculatieplannen is geschied, dat als er aandacht is voor welke veranderingen dan ook in het verkeer, dat daar dan een beleid voor moet worden opgesteld. En dat beleid, wat je uit de samenleving haalt bij het evalueren, wordt hier aan de raad voorgelegd. Daar kan de raad dan, evenals over dit plan, van zeggen hoe zij dat wensen te doen. Dus als het gaat om toekomstige mogelijkheden en wat de heer Pauw ook zegt, wie gaat dan bepalen wanneer er zaken moeten wijzigen: eens in de zoveel tijd, als dit plan herzien gaat worden, dan bepalen al die mensen die er opnieuw over meepraten wat dan de regel zal zijn die wij aanhouden. Daar kan dus even zo goed een voorrangsregel voor fietsers in opgenomen zijn die mogelijk dan naar andere inzichten beoordeeld zal gaan worden en mogelijkerwijs gewijzigd. Er is dus niets in beton gegoten, omdat verkeer nu eenmaal iets dynamisch is, wat steeds verandert en waar je altijd opnieuw keer op keer naar zult moeten kijken hoe je daar mee om moet gaan en of je zaken moet aanpassen. De heer Pauw Voorzitter, mag ik daar een vraag over stellen? Het laatste zinnetje in mijn raadsvoorstel bevat zeven woorden, maar in de uitleg van de wethouder zijn het er wel een stuk of twintig. Als ik die uitleg nou hoor, dan snap ik het. Maar hier staat gewoon: in incidentele gevallen kan hier van afgeweken worden. Dan denk ik: we gaan dus gewoon fietsers uit de voorrang houden, tenzij het ergens even niet uitkomt of er gebeurt wat, en dan doen we ze in de voorrang. En dan is mijn vervolgvraag: het college heeft nu een aantal argumenten om te zeggen: we houden de fietsers uit de voorrang. Nou, die argumenten zijn niet ineens weg, want het betreft voornamelijk veiligheidsdingen enzovoort, tenzij er weer andere rapporten komen of weet ik wat. Dus ik ga er van dat tot aan het einde der dagen ook de mensen die meestemmen dan kiezen voor fietsers uit de voorrang. Want dat is dan ineens het moment dat het ineens in de voorrang kan. Wethouder Van de Ven Zoals gezegd, er staat inderdaad onderaan blz. 2 dat in incidentele gevallen en na instemming van de raad daar van afgeweken kan worden. Een incidenteel geval kan dus ook zijn, meneer Pauw, dat het om de zoveel tijd evalueren van dit plan het ‘er van afwijken’ kan zijn. Voor wat betreft een aantal opmerkingen die verder nog gemaakt zijn: maak een prioriteitenlijst. Dat is zeker een behartenswaardige zaak en dat zullen we ook moeten gaan doen, ook omdat je in de meerjarenplanningen daarvoor het een en ander zult moeten gaan opnemen. Maar ook is gezegd door meerdere sprekers dat dit een plan is waarbij je straks bij het samenstellen van een college-uitvoeringsplan en een raaduitvoeringsplan zult moeten bepalen welke zaken je opneemt uit dit Verkeersbeleidsplan voor de komende tijd. De heer Pauw Maar voorzitter, dus even voor de helderheid: als dit voorstel wordt aangenomen zoals het hier staat: de raad van Sliedrecht kiest dus voor fietsers uit de voorrang, en als het eventueel afwijkt kiest de raad van Sliedrecht ook weer voor fietsers in de voorrang in incidentele gevallen. Bijvoorbeeld zoals de laatste keer is gebeurd met de gemeente Papendrecht. Daar was een hele commotie over de rondweg, vervolgens werd er met geld geschoven en ineens waren de fietsers in de voorrang. Daar waren wij het overigens mee eens…
- 15 -
De heer Buchner (interruptie) Voorzitter, dit is een vertekening van de zaak, want we hebben heel duidelijk gezegd: je moet duidelijkheid scheppen. De heer Pauw Ik was het helemaal met u eens, dus dat is geen enkel probleem. De heer Buchner Maar u moet dan niet de geldkwestie er bij halen. Dan moet u de werkelijke feiten op tafel leggen en dan zijn we het met elkaar eens. De heer Pauw Nou, volgens mij ging het ook over geld, maar dat is een andere discussie. Maar de vraag is even: wat is nu het meetpunt voor de volgende keer? Als ik het goed heb begrepen van de wethouder, is het dus de raad van Sliedrecht, en dat staat niet in het voorstel, die dan dus daarvoor kiest. Iedereen knikt ja, dus dan mis ik wat. De voorzitter Er staat onder punt 2: in te stemmen met beide beleidsplannen en conform het huidige beleid te kiezen voor het uit de voorrang houden van fietsers op rotondes. En onderaan…dat is het gewijzigde voorstel, he? De heer Pauw Welke versie hebben we het nu over? Want ik heb er nu geloof ik al vier. De voorzitter Nee, in incidentele gevallen kan hiervan na instemming van de raad worden afgeweken. De heer Pauw Oké. Dus die in mijn boek zit, is niet de goede? De voorzitter Nee. Dat is niet de goede. Ik heb u daar aan het begin nog op gewezen. Goed. Nu is het helder, hè, meneer Pauw? Althans, het voorstel is helder. De heer Pauw Het voorstel is helder, ja, en onze mening ook. De voorzitter De wethouder was klaar. Wie van u in tweede ronde? De heer van der Plas. De heer van der Plas Dank u wel, voorzitter. Wethouder Van de Ven sprak over dat bij de evaluaties ook het al of niet in de voorrang zetten van fietsers aan de orde zou komen. Daarbij refereerde hij aan dat het verkeer een dynamisch geheel is. Op het gevaar af dat ik niet de meest actuele uitvoering van het voorstel voor me heb en het antwoord misschien ergens in de stukken staat… bij het tijdpad staat dat het Verkeersbeleidsplan eenmaal in de vijf jaar zal worden geactualiseerd. Dus dat zal in de komende raadsperiode niet gebeuren. Wat ik van de wethouder zou willen weten: als de dynamiek van het verkeer van ons verlangt dat wij het over pakweg drie jaar hier nog eens over hebben, behoort dat dan tot de mogelijkheden? Wethouder Van de Ven Als er aanleiding is en stel dat dat over twee of drie jaar is, dat we zeggen: het verkeer is zodanig aan het wijzigen, de visie daarop is zodanig aan het veranderen dat het tijd wordt om het aan te passen; in principe gaan we dit eens in de vijf jaar doen, maar als dat eerder zou moeten, dan doen we dat eerder. Dat is geen enkel probleem. En dan doen we dat ook zoals ik gezegd heb: breed, met de samenleving van Sliedrecht erbij en uiteindelijk beslist de raad. De voorzitter Dat was de beantwoording in tweede ronde. Wenst u stemming omtrent dit voorstel? Kunt u instemmen met het voorstel op basis van het gewijzigd raadsvoorstel? De heer van der Plas Voorzitter, wij kunnen er wel mee instemmen, maar wij zagen wel graag aangetekend dat wij erg veel moeite hebben met punt 2 van het voorstel.
- 16 -
De voorzitter Met het feit dat u deze kanttekening maakt, wenst u nog geen stem tegen te uiten, maar wel moeite met? De heer van der Plas Ik druk me wat eufemistisch uit misschien, maar eigenlijk zijn we tegen het uit de voorrang houden van fietsers. De voorzitter Ja, maar bent u dan ook tegen het besluit onder punt 2? Of zegt u: ik wil namens de fractie melden dat we eigenlijk tegen zijn, maar we gaan wel mee? De heer Buchner Voorzitter, ik vond de suggestie die de heer van der Plas deed, toen hij zei, kan het na twee of drie jaar, toen dacht ik van: ja, dat kun je overzien. Dat lijkt me dan haalbaar. Maar nu hij weer gaat twijfelen, zeg ik: dan ga ik niet met hem mee. De voorzitter Nee, maar het gaat er ook niet om dat u meegaat. Ik was even aan het inventariseren wie akkoord kon gaan met dit voorstel. De heer van der Plas maakte eerst een eufemistische opmerking en daarna zegt hij: ik ben eigenlijk tegen, maar we zullen uiteindelijk toch niet tegen stemmen, in tegenstelling tot de fractie van PRO Sliedrecht, want die zag ik een tegendraadse beweging maken. Ik weet niet hoe ik het anders moet zeggen, oftewel een nee tegen dit voorstel. Oftewel, de heer Pauw en mevrouw Visser zijn tegen dit voorstel. De heer Blanken ook? De heer Pauw Dan moet er wel even een stemverklaring gegeven worden. De voorzitter Dat is aan u. De heer Van Meeuwen Voorzitter, is het nou niet haalbaar dat we dan wellicht meer op één lijn komen? Ik heb de wethouder net horen zeggen: kijk, als er aanleiding toe zou zijn om bijvoorbeeld niet over vijf jaar, maar over twee of drie jaar dat te doen, dat we gewoon afspreken: we doen het over drie jaar, die evaluatie. Dat leggen we in de notulen vast en dan moet het gewoon gebeuren. De heer Visser Ik vind dat best wel ver gaan. Dat doe je niet zo maar. Het Verkeerscirculatieplan was om de vier jaar; we moeten wel een beetje constructief blijven werken, natuurlijk. We kunnen niet zomaar van vijf naar drie jaar gaan in een handomdraai. Toch? De heer Van Meeuwen We proberen op één lijn te komen. De voorzitter Beste raadsleden, ik druk met echt eufemistisch uit als ik zeg dat ik dit redelijk rommelig begin te vinden. Ik stel voor dat u allen de gelegenheid heeft om een stemverklaring af te geven en op basis daarvan kunnen we dan bezien of het een voor of een tegen in zich heeft. We kunnen zelfs nog komen tot een hoofdelijke stemming als u dat wenselijk vindt. Maar ik stel voor gewoon maar even het rondje te maken. Mevrouw Dekker? U bent voor dit voorstel. De heer van der Plas? De heer van der Plas Goed, ik doe nog een poging. Wij zijn tegen het element dat verwoord is onder 2 in het voorstel; in het overige kunnen wij ons vinden. De voorzitter U wenst de kanttekening dat u tegen punt 2 bent, maar het voorstel voor de rest kunt onderschrijven. Dus bent u vóór het voorstel. Dan gaan we naar PRO Sliedrecht. De heer Pauw Dank u wel, voorzitter. De reden dat ik om een stemverklaring vroeg is dat we wat makkelijk aan het geheel voorbij gaan. Er is vanavond al regelmatig gezegd dat het om meer gaat dan fietsers in of uit de voorrang, maar als je bent voor één van die twee, dan ben je tegen het hele plan. Dus PRO Sliedrecht is heel blij met het Verkeersbeleidsplan en is ook heel blij met het Fietsbeleidsplan. PRO Sliedrecht ziet er naar uit om daar de komende jaren mee aan de slag te gaan,
- 17 -
samen met de Sliedrechtse inwoners. Ik kan niet zeggen: ik ben tegen punt 2, want ik ben tegen het maken van een keuze; dat gaat niet. PRO Sliedrecht pleit gewoon voor fietsers in de voorrang. Dan zou je waarschijnlijk tegen het hele plan moeten stemmen, maar ik kan me prima vinden in 1, 3 en 4. Alleen bij punt 2 kiezen we voor fietsers in de voorrang. Is dat ook weer gewijzigd? Dan zijn we tegen 2, dat is makkelijk. Dank u wel, voorzitter. De voorzitter U bent tegen punt 2, zoals de heer van der Plas dat ook aangaf namens zijn fractie, veronderstel ik. Dan gaan we naar de lijst Blanken. De heer Blanken Datzelfde geldt voor mij, voorzitter. Ik kan instemmen met de punten 1, 3 en 4 en niet met 2. De voorzitter De heer van der Klis. De heer van der Klis Voorzitter, wij kunnen met alle punten instemmen. De voorzitter De heer Buchner. De heer Buchner Voorzitter, wij nemen het totale plan aan. (opmerking van mevrouw Visser zonder microfoon) De voorzitter Maar dat maakt u niet uit, natuurlijk, mevrouw Visser……ja, dat is waar. Maar ik denk dat het goed is om even aan te geven dat u allen voor het Verkeersbeleidsplan en het Fietsbeleidsplan bent en dat de fractie van de PvdA, de fractie van PRO Sliedrecht en lijst Blanken aangetekend wensen te zien dat men tegen punt 2 is van het voorgestelde besluit, zijnde in te stemmen met beide beleidsplannen en conform het huidige beleid te kiezen voor het uit de voorrang houden van fietsers op rotondes. De fracties van de VVD, het CDA en de SGP/ChristenUnie steunen het voorstel in zijn volledigheid. Dan hebben we hiermee het agendapunt afgerond en heeft u ingestemd, behoudens de kanttekeningen bij punt 2 met betrekking tot het voorstel.
13. RECONSTRUCTIE STATIONSWEG ZUID De voorzitter Wie van u? Mevrouw Dekker. Mevrouw Dekker Hier is al heel lang over gesproken. Ik wil in mijn betoog ingaan op een stukje algemeen en op de financiën. Ik zou bijna zeggen na eerder vanavond: hoe kan zoiets gebeuren, zonder dat we veel te verteren hebben? In feite heeft de raad, dus ik zal nu zeggen “wij”, heeft de raad het college een blanco cheque gegeven. In financieel opzicht is het dus een verrassing wat er uitkomt. We hebben niet van tevoren de kaders gesteld, dus kunnen wij nog de controlerende taak uitvoeren? Nadrukkelijk geef ik dat aan onszelf mee, want we hebben daar eigenlijk niet zo goed op gelet bij de begroting. De heer Pauw Mag ik daar een vraag over stellen? Volgens mij, en dat staat ook in het betoog dat ik zo meteen ga houden, is deze rotonde een besluit van deze raad. Mevrouw Dekker Dat klopt, daarom zeg ik ook “wij”. De heer Pauw In het VCP 2005 staan ook de voorwaarden en in 1994 ergens hebben we het bedacht. Mevrouw Dekker Ja, maar ik kan in de begroting 2010 niet zien hoeveel financiën hier voor staan. Ik weet niet of u het gezien hebt? Dat bedoel ik dus. Wij zouden het op prijs stellen als voortaan in de begroting wat zaken aangegeven worden met de financiële kaders erbij. Dan weten we van te voren als
- 18 -
gemeenteraad wat er op de plank ligt en wat er de komende jaren zal gaan gebeuren. Verder zijn wij na intensief overleg met onze steunfractie en ook alle belanghebbenden tot de conclusie gekomen dat het CDA kiest voor variant b. en ik zal u proberen uit te leggen hoe we daartoe gekomen zijn. Allereerst in het algemeen, om te voldoen aan de uitvoering van het VCP 2005; een goede doorstroming, afwikkeling van her verkeer van de bedrijven aan het Kerkerak, de fietsers blijven uit de voorrang – ik vind dat heel belangrijk vanwege de veiligheid -; het monument kan blijven staan, het groen zorgt voor een positief effect op de luchtkwaliteit en op de gezondheid, we kunnen gebruik maken van subsidie, ongeveer 200.000 euro en groot onderhoud van de Stationsweg kan nu meteen worden meegenomen. Daarnaast wil ik de financiële kant belichten. Er wordt een krediet gevraagd van 135.000 euro en dat wordt gedekt vanuit de algemene reserve. Op 14 april 2009 hebben we als raad een ondergrens van die algemene reserve vastgesteld op 4 miljoen, terwijl er op dit moment nog maar 3,2 miljoen in zit. We hebben er dus al behoorlijk wat op ingeteerd. Het bedrag dat u nu vraagt is 1.393.000 euro en vervolgens 135.000 uit de algemene reserve; dan houd je 1,2 miljoen over om te besteden aan de rotonde. Dus als je kiest voor variant b, dan heb je 1.341.000 euro nodig. Het voorbereidingskrediet is 45.000 euro, dus dat kan er af, want dat is al besteed. Verder onvoorzien 40.000 euro; ik wil u vragen waarom die post eigenlijk nodig is, want er komt in principe een aanbestedingsvoorstel. Dan zouden wij toe kunnen komen met 1.265.000 euro. Ik hoop dat ik voldoende onderbouwd heb waarom wij kiezen voor variant b. De heer Pauw Ik had nog een aanvullende vraag aan mevrouw Dekker. Ik ga er zomaar van uit dat uw financiële verhaal klopt, al kon ik het niet helemaal volgen. Maar u heeft het wel over veiligheid en als ik dan lees bij punt b. dat een van de nadelen is dat de fietsoversteken niet op de CROW aanbeveling van 10 meter van de rotonde af liggen…hoe rijmt u nu het verhaal dat u zegt te kiezen voor de veiligheid van de fietser, terwijl datgene wat bij de rotonde gebeurt, aangeeft dat het minder veilig is voor de fietser? Mevrouw Dekker Vooral omdat die rotonde zo heel klein is en compact, heb je een dode hoek. Daar heb je veel meer last van dan bij een grote rotonde. Dus dan zijn de fietsers veel beter zichtbaar. De fietsers zijn nu uit de voorrang, en wij denken dat dat veiliger is. Mevrouw Visser Voorzitter, bij interruptie. Mevrouw Dekker had het net over de algemene reserve, dat die onder de grens van 4 miljoen ging door deze rotonde. Mag ik u verzoeken om de wethouder Financiën daar in eerste termijn ook het woord over te geven? De heer Buchner Dank u wel, voorzitter. Vanavond alweer het al of niet goedkeuren van een uitvoeringsplan, namelijk de Stationsweg / Rembrandtlaan. De heer Pauw zei het ook al: al eerder, in het verkeerscirculatieplan van 2001 is er zelfs al sprake van het verbeteren van de Stationsweg Zuid, en bij de voorbereiding van het VCP 2005 hebben we daar zeker met elkaar over gesproken en de raad heeft in december 2005 daar unaniem mee ingestemd. Fietsvoorzieningen en een rotonde maakten van dat VCP deel uit. Uitwerking van die plannen zou plaatsvinden zodra de raad de beschikbare gelden vrij zou maken. Er was sprake van dat er een duurzame en een veilige inrichting moest komen. In het raadsbesluit wat ik net noemde is dat onder 2. nader uitgewerkt. Ik lees u dat even voor. “kennis te nemen van het feit dat de reconstructie van Stationsweg zuid, waarbij de kruising bij voorkeur wordt omgebouwd tot een rotonde en dat aan de Rembrandtlaan en de Kerkbuurt een 30 passage komt, en dat de kruising Kerkbuurt/Kerkstraat wordt aangepast”. Dit is een projectvoorstel uit het VCP 2005 waarmee dus bij de vaststelling in 2005 al eerder rekening was gehouden. En nu hebben we in 2009 al eerder een voorstel op tafel gehad waarbij de raad van mening was dat het onvoldoende recht deed aan het openbaar groen en de raad vond dat de rotonde niet voldeed aan de criteria van de kenniscentra. Nu ligt voorkeursvariant A op tafel waarbij aan de wensen van de raad uit 2009 is voldaan. En dan bedoel ik ook met name aan het groen. Tevens is aan de wens van de raad voldaan om het aantal varianten uit te werken. Dat hebben we ook gevraagd. We zijn blij dat de stichting Sliedrecht Groen heeft aangegeven dat deze varianten beter het Sliedrechtse groen dienen. Voorzitter, geleerden zeggen dat het primaat voor de inrichting van de openbare ruimte, dat bij de sectoren is komen te liggen, terug
- 19 -
moet naar de politiek. Politici moeten hun politieke doelen weer helder maken. Ze moeten weer keuzes durven maken en een visie ontwikkelen voor de leefomgeving. Kiezen we voor verkeersruimte of voor mensruimte? De grootste fout die je kunt maken, is de illusie geven van veiligheid. Wat veilig voelt, hoeft niet veilig te zijn. Naar de mening van onze fractie moet er een interactie komen tussen de verschillende verkeersdeelnemers. Geef elkaar de ruimte, neem niet altijd voorrang en heb ook eens oog voor de ander. Op de autowegen zie je bij het afnemen van het aantal rijbanen, bijvoorbeeld van drie naar twee, dat er over een grote afstand al borden staan om elkaar de ruimte te geven; dan gaat het ritsen veel beter. En toch zijn er bestuurders die tot het laatste moment wachten en zelfs over de strepen heen rijden om vooral 1 à 2 minuten eerder thuis te zijn. Daar ontbreekt interactie en dat moet op een rotonde plaatsvinden, of je nu een rotonde hebt met fietsers in of uit de voorrang. Als de interactie ontbreekt, dan ontstaan er conflicten. Een goede raad is: blijf altijd de andere verkeersdeelnemers aankijken. Verkeersregels moeten plaats maken voor sociale regels. Rotondes zijn snelheidremmers en dat maakt dat vaak niet harder gereden wordt dan 30 km per uur. En dan kan die interactie zeker plaatsvinden. Voorzitter, ik had deze misschien wat lange inleiding nodig om toch tot deze uitspraak te komen over uw voorstel. Het zal u niet verbazen dat wij op deze plek gaan voor een rotonde met fietsers in de voorrang; ik heb niet voor niets gewezen op de eerdere besluitvorming in deze raad. Dat geldt niet alleen voor onze fractie, maar ook voor de overige fracties. U heeft er aan meegewerkt. Men zou ons onbetrouwbaarheid kunnen verwijten als we dat niet in rekening brengen. Mevrouw Visser Voordat de heer Buchner verder gaat, wilt u even heel goed teruglezen wat u net voorlas? U zei dat u koos voor fietsers in de voorrang op deze rotonde. Dat las u werkelijk voor. Daarom vraag ik u nogmaals om het nog een keer voor te lezen. De heer Buchner Uit de voorrang moet dat zijn, mevrouw Visser. U hebt gelijk. Dat was een verspreking. Mevrouw Visser Nou ja, ik was al blij… De heer Buchner Ik dank u wel voor deze interruptie. Ik moet ook steeds goed nadenken, mevrouw Visser. En ook interactief bezig zijn. Vanuit onze eerder genoemde visie, dus interactie tussen verkeersdeelnemers, kiezen we dus voor variant a. En welke argumenten hebben we hiervoor? Vanuit de verkeersveiligheid en de doorstroming en de luchtkwaliteit. De rotonde ligt meer centrisch ten opzichte van de Stationsweg. Daardoor wordt het autoverkeer gedwongen om af te remmen en is de snelheid ongeveer 30 kilometer. Verkeersoplossingen moeten zichtbaar, overzichtelijk, bereikbaar en begrijpelijk zijn. Dat geldt ook voor fietsoversteken. Bij uit de voorrang moet ook direct duidelijk zijn “ik heb geen voorrang”. Een rotonde is veiliger dan een verkeersregelinstallatie. Dat heeft te maken met de te realiseren snelheden. Bij een verkeersregelinstallatie kom je gemakkelijk aan snelheden hoger dan 50 kilometer. Bij een rotonde heb je niet meer te maken met door rood of oranje rijden. Een rotonde heeft een grotere capaciteit dan een verkeersregelinstallatie; goed voor de doorstroming, waarbij we verwachten dat even verderop op de rotonde Deltalaan ook een vlottere doorstroming ontstaat. Een rotonde met een straal van 15 meter heeft een grotere capaciteit dan een rotonde met een straal van 13 meter. Een rotonde is ook beter dan verkeerslichten in verband met de luchtkwaliteit. Er kan zelfs een beperkt milieuknelpunt mee worden opgelost. Voorzitter, de jeugd van de Calvijnschool gaat ook ons aan. Hun ouders zijn voor een groot deel onze achterban. Tot nu toe heb ik weinig ouders gesproken die ons benaderd hebben over deze herinrichting van dit kruispunt. We hebben er al eerder voor gepleit hier volop aandacht aan te geven. Bij de school, maar niet in de laatste plaats bij de ouders, dat er niet alleen voorlichting zal komen, maar ook praktische verkeerseducatie. En dat niet alleen bij deze school, maar bij alle scholen. Dus met groepjes kinderen de straat op en een goed voorbeeld geven. Nogmaals, voorzitter, laat zien dat het kind u ook aangaat. Onze fractie heeft waardering voor de inzet om het groen de plaats te geven die het toekomt. Er komen meer bomen terug dan er nu staan. Dan zult u zeggen, ja, dat zijn allemaal kleinere, maar die gaan op den duur toch ook groeien. De middenstip krijgt een goede uitstraling en er komen lage beukhagen om een bijdrage te leveren aan de aankleding en de opvang van het fijnstof. Het verplaatsen van het monument en de
- 20 -
ruimte die dan nog overblijft vraagt ook de nodige aandacht. Het is niet alleen het tuinfeest van Elektra, maar ook de jeu de boules banen waar rekening mee moet worden gehouden. Maar dat monument moet wel een plaats krijgen die aangeeft dat onze bevolking aandacht blijft houden voor als die mensen die hun leven gegeven hebben voor de vrijheid waarvan wij nu genieten. Misschien moeten we eens kijken of de oplossing die bij Elektra vandaan komt, ook een optie is. Voorzitter, het is een hoop geld wat in dit project gestoken moet worden. Natuurlijk heb je in je achterhoofd: zouden we daar ook niet aan gaan knibbelen, dus een bezuinigingsslag maken. Je kunt er nog wel met een stofkam doorheen, maar onze fractie vindt deze variant de beste oplossing. Dank u wel. De voorzitter De heer Blanken. De heer Blanken Dank u wel, voorzitter. We beslissen vanavond over een unieke en karakteristieke plaats in ons dorp. De historie leert ons dat op deze locatie niet of nauwelijks sprake is van onveiligheid. Hoe komt het dan dat de wethouder dit punt nog steeds aangrijpt om dit project door de raad heen te krijgen? Er zijn in Sliedrecht maar weinig gebruikers van deze locatie die voor de aanleg van een rotonde, in welke vorm dan ook, zijn. De weggebruikers te voet of op de fiets, ik denk hierbij aan de vele schoolkinderen, al of niet begeleid door een ouder, en ik denk aan de ouderen uit bijvoorbeeld Overslydregt. Zij zullen zich bij het verdwijnen van een verkeersregelinstallatie door het snelverkeer heen moeten wurmen om veilig aan de overkant te komen. Ze worden ondergeschikt gemaakt aan het snelverkeer en worden hierdoor het kind van de rekening. Om nog maar te zwijgen van het groen; de karakteristieke kastanjes worden voor een deel vervangen. En of dat nog niet genoeg is, moet ook het monument bij de voorkeursoptie verschuiven. Het moet zijn huidige plaats opgeven. Wethouder, voor veel burgers geldt: handen af van deze plaats van eren en gedenken. Ook financieel zijn er kanttekeningen te maken. Uw voorkeur gaat maar liefst een slordige anderhalf miljoen euro kosten. Het kan niet zo zijn dat we, terwijl we zullen moeten bezuinigen, het geld maar met bakken, letterlijk, over de Stationsweg strooien. Variant e. biedt dan ook de beste oplossing. Een nieuwe verkeersregelinstallatie die aan te passen is naar het gebruik van het verkeer in doorstroomtijd en in aantallen gebruikers vanuit de drie richtingen, daarbij een zeer hoge veiligheid voor voetgangers en fietsers die de oversteek niet als een gokje hoeven te wagen, maar in vertrouwen aan de overkant hun weg weer kunnen vervolgen. Een situatie waarin iedereen met iedereen rekening houdt; iets wat wij in Sliedrecht zo belangrijk vinden. Daarbij wordt elk bestaand stukje groen ook nog eens gespaard. Dank u wel, voorzitter. De voorzitter De heer van der Plas. De heer van der Plas Daar gaat ie nog een keer. Tijdens de opiniërende raad hebben wij hartstochtelijk gepleit voor variant c, oftewel de variant met verkeerslichten, een extra opstelstrook en de fietspaden die van de kruising werden afgeleid. Dit in het belang van de veiligheid van met name fietsers en voetgangers. Zoals de voorkeuren op dat moment lagen, zag het er sterk naar uit dat er helemaal geen besluit zou vallen en dat is op zich ook geen optie. Want als er niks gebeurt, dan is de veiligheid daarmee absoluut niet gediend. Wij vinden de veiligheid er ook niet mee gediend als nu dezelfde situatie wordt gerenoveerd en vernieuwd, wat dan ook ruim 8,5 ton kost, maar bovendien weer een jaar of 40 mee moet. Nogmaals, wij staan echt in voor de veiligheid van fietsers en voetgangers. Er moet iets gedaan worden, want geen besluit nemen is geen optie. Daarnaast hebben wij eigenlijk geen principiële bezwaren tegen een rotonde. Goed, er wordt gerefereerd aan het VCP 2005 waar we ooit een keer mee akkoord zijn gegaan, maar het is vooral bij uitsluiting van alle andere opties dat wij uiteindelijk toch uitkomen bij variant a. als voorkeursvariant, al zou ik dan alleen van de wethouder willen horen in hoeverre deze variant bij eventueel gewijzigde inzichten over – ik durf het bijna niet te zeggen – voorrang en zo, tegen beperkte middelen wellicht aan te passen is. De heer van der Klis Voorzitter, dank u wel. Ik zal het kort houden. De raad, met dezelfde politieke partijen, zij het met een andere raadszetelverdeling, heeft reeds in 2001 en 2005 het toenmalige VCP aangenomen. Daarin waren deze rotondes al opgenomen. Geen enkele partij heeft toen gezegd geen
- 21 -
rotonde te willen op het kruispunt waar we vanavond over gaan beslissen. Natuurlijk hebben we bij agendapunt 12 gezien dat meningen over de tijd kunnen veranderen, maar ja, onze fractie heeft de mening in ieder geval niet bijgesteld en wij gaan graag voor een nieuwe rotonde, dan wel voor variant a. We denken dat met een grotere rotonde met een grotere straal het veel veiliger zal zijn voor alle deelnemers en wij kunnen dan ook van harte instemmen. Dank u wel. De voorzitter Dank u wel. De heer Pauw. De heer Pauw Dank u wel, voorzitter. Er is vanavond een aantal keren gerefereerd aan het feit dat in 1994 en in 2001 en in 2005 de raad in zijn volledigheid heeft ingestemd met het maken van een rotonde op deze locatie. Het is al vaker genoemd vanavond. PRO Sliedrecht heeft in de opiniërende raad aangegeven te willen afwijken van dit standpunt en had daar een aantal redenen voor. Het omzagen van 19 bomen en het aantasten van de dorpse karakter van die locatie, was er één. Het verschuiven van het monument. Het uitgeven van 1,5 miljoen euro aan deze kruising, maar voornamelijk het punt van de veiligheid. Dat wordt ook door de heer van der Plas genoemd. Ik ben op die bijeenkomst geweest en heb de cijfers van de afgelopen vijftien jaar gezien, en op geen enkel punt staat dat dus, dat het een onveilig kruispunt is; het staat er gewoon niet. En dan vraag ik me af: dan gaan we weer in die gevoelsbeleving zitten van dingen die daar bij horen? Dat vinden we toch echt wel lastig, voorzitter. Eigenlijk, als je alles bekijkt, willen we afwijken van ons standpunt van 1994, 2001 en 2005 en de situatie aanpassen volgens variant e. De optie van de heer Blanken is een hele goede: maak daar een verkeersregelinstallatie van die toegepast is op dit kruispunt, leg er nieuw asfalt in en dan ben je volgens mij klaar. De heer Buchner Voorzitter, mag ik een vraag stellen aan de heer Pauw? U zegt dat u afwijkt van alle eerder ingenomen standpunten. In die voorstellen stond de uitvoering zo ongeveer gepland; de ruimte die nodig was, was redelijk goed bekend. Maar ook was bekend dat er een aantal bomen zou sneuvelen, maar dat we daar een aantal bomen voor zouden terugplaatsen. U bent dan in mijn ogen niet zo betrouwbaar meer, als u vier plannen geleden ja zegt en nu ineens komt u met een tegenvoorstel… De heer Pauw Een variant. De heer Buchner .. u kiest voor de goedkoopste variant en dan zegt u dat het groen gespaard blijft. U zegt dus daarmee dat wij het groen niet zouden sparen. De heer Pauw Ik heb het woord groen niet genoemd, voorzitter, dus ik weet niet waar dat vandaan komt. De heer Buchner Jawel, ik hoorde u net zeggen dat u wel het groen… De heer Pauw Nee, ik heb aangegeven, voorzitter, en dan ga ik nog een keer het rijtje opnoemen waarom we dat niet zouden willen, en af willen wijken. Dat is dus de 19 bomen die weggehaald worden en dan komen er 22 terug, dat zijn er drie meer. De heer Buchner Ja, dat zegt u nu. De heer Pauw Ja, voorzitter, laten we de band maar afdraaien dan. De voorzitter Soms is dat ook wel goed, ja. De heer Pauw Ja, nee, ik ga hier wel over mijn eigen woorden, gelukkig, dus dat scheelt alweer. Maar om aan te geven waarom we daar van afwijken is ook het bedrag van die 1,5 miljoen. In het vorige punt gaf ik al aan dat de tijd momenteel niet zo handig is. Alles bij elkaar opgeteld zijn het
- 22 -
belangrijkste voor ons die ongevallenstatistieken en de verhalen van de gebruikers. De mensen die het kruispunt gebruiken geven gewoon aan: het is een veilig kruispunt. Mevrouw Verschoor Dat heb ik tijdens de opiniërende vergadering ook een aantal keren gezegd. Feit is, als je kijkt hoeveel fietsers en ’s morgens en tussen de middag naar beneden sjezen, juist omdat die weg zo gevaarlijk is, en dat ga je in dit plan ook gewoon heel anders inrichten. Ik heb het u al eerder verteld. De heer Van Meeuwen Bij interruptie, voorzitter. In navolging van de heer Buchner: u heeft het woord gevoelswaarde in uw mond genomen, daarnet. Kunt u zich voorstellen welke gevoelswaarde dit nou bij ons geeft dat een politieke partij dus zomaar ineens van standpunt kan veranderen, 180 graden kan draaien? De heer Pauw Het is niet zomaar, hoor. Er is lang over nagedacht en er is veel over gesproken. De heer Van Meeuwen Maar zo kun je dus niet een dorp regeren, als je vanuit een verleden standpunten inneemt en op een gegeven moment, als puntje bij paaltje komt, ineens een ander standpunt in gaat nemen. Dat kan toch niet? De heer Pauw Ik constateer dat de heer Van Meeuwen nu aangeeft dat voortschrijdend inzicht niet bestaat. De heer Van Meeuwen Dat bestaat wel, maar er zitten nu een heleboel dingen in die u van te voren zeker wist. De heer Den Braanker U had eigenlijk destijds moeten aangeven “in incidentele gevallen zou hier van afgeweken kunnen worden”, dat zou eigenlijk juist zijn geweest. Mevrouw Dekker Voorzitter, dank u wel. Ik wil nog even wat aan de heer Van Meeuwen vragen, die heeft het over de gevoelswaarde. Hebt u enig idee wat voor gevoelswaarde het is om een monument te verhuizen, waar ook nog een prijskaartje aan zit van 80.000 euro? De heer Van Meeuwen Dat monument blijft toch een paar meter verderop staan? Dat zijn randvoorwaarden waar het oorspronkelijke voorstel niet door verandert. Mevrouw Dekker Als u voor een iets andere variant kiest, dan spaar je ten eerste heel wat middelen uit. En waar hebben we het echt over? Een herdenking waar we een uur... De heer Van Meeuwen Ja, kijk, als we dat uit gaan vergroten krijgen we dit soort redenaties. Nee, het gaat om het totaalplan waar we in het verleden allemaal ja tegen gezegd hebben. Nu blijkt bij de uitvoering dat we een aantal dingen dus moeten veranderen; onder andere moeten we het monument verplaatsen. Nou, daar hebben we een uitleg over gehad in de opiniërende vergadering; die klonk heel plausibel. Dan kunnen we het uit gaan vergroten en heel emotioneel gaan doen, maar ik geloof niet dat we dat moeten gaan doen. Dat monument blijft gewoon staan, alleen staat het een stukje verder weg. De voorzitter ik stel voor dat wethouder Van de Ven tot beantwoording komt. Wethouder Van de Ven Dank u wel, voorzitter. Ik constateer vooral een discussie tussen raadsleden onderling. Het voorstel dat wij vanavond aan u voorleggen is inderdaad gebaseerd op unanieme raadsuitspraken met betrekking tot het VCP 2001 en 2005; daaruit komt de opdracht aan het college om met een voorstel te komen dat conform die VCP’s is. Welnu, dat ligt hier in tweede termijn en het meest veilige en beste wat we bedenken kunnen is variant a. De heer Buchner heeft een uitgebreid betoog gehouden waar het gaat om verantwoord verkeersgedrag; ik kan me daar geheel en al in
- 23 -
vinden. Als we elkaar een beetje meer in de gaten houden en rekening met elkaar houden kan er veel meer goed gaan in het verkeer. Bij de aanleg van de rotonde zullen we ook bij de scholen, met name bij de school die er het meest mee te maken krijgt, daar aandacht voor gaan vragen, voorlichting gaan geven en we zijn zoals gezegd ook bereid om met scholen een klaar-oversysteem in te richten, al was het maar om daarin de eerste periode van gewenning mee te maken. De fractie van de PvdA heeft geen bezwaar tegen de rotonde; variant a. is de beste keus. Bij gewijzigde inzichten kan er dan een aanpassing gedaan worden aan wat we eigenlijk al bij het vorige raadsvoorstel besproken hebben. Stel dat we op een punt uitkomen dat een brede discussie een ander inzicht zou geven op de voorrangsregel voor fietsers, dan kan dat evenals op de rotondes die we elders in de gemeente hebben en moet je bedenken hoe we dat het beste aanpassen. Ik zou me zelfs voor kunnen stellen dat we bij de uitvoering van deze rotonde daar mogelijkerwijs al op preluderen; stel dat je het ooit verandert, dat het met name bij deze rotonde een niet al te grote ingreep zal hoeven te zijn indien de raad na een maatschappelijke discussie in de raad tot een ander inzicht zou komen. De mogelijkheid kan ingebouwd worden; dat is hier geen probleem. Dat zijn eigenlijk de technische dingen die gevraagd zijn, voorzitter. Er komt nog een antwoord van wethouder Tanis over de financiële middelen. De voorzitter Wethouder Tanis. Wethouder Tanis Dank u wel, voorzitter. We hebben met elkaar gesproken over het projectplan brede doorlichting; daar zat een prognose in van de algemene reserve van begin dit jaar. Dat zijn uiteraard nog voorlopige cijfers omdat de jaarrekening nog niet is vastgesteld. Op dat moment gingen we en nog steeds gaan we er van uit dat de algemene reserve een bedrag van 5,1 miljoen bedraagt per 31 december. Het is inderdaad zo dat als we het complete krediet nodig hebben van de MerwedeLingelijn in de loop van dit jaar, en dat zal blijken als we de aanbesteding realiseren, en het raadsbesluit van vanavond, dat we dan onder de kritieke grens van 4 miljoen terecht komen. Zoals u kunt zien in het projectplan brede doorlichting was voorzien in een stand per ultimo dit jaar van ongeveer 3,2 miljoen; nogmaals onder het voorbehoud dat ik zojuist nadrukkelijk noemde. Ten tweede is dit juist een onderwerp dat we nadrukkelijk betrekken bij de discussie rond de brede doorlichting om de algemene reserve weer op het gewenste niveau te brengen. Dat was het voor dit moment. De voorzitter Wie van u in tweede termijn? De heer Buchner en mevrouw Dekker. Mevrouw Dekker Dank u wel, voorzitter. U geeft aan dat u de algemene reserve dan weer op het gewenste niveau wilt brengen. Ik heb daar een beetje moeite mee. U haalt er nu zomaar wat uit, terwijl het behoorlijk is gezakt. Hebt u dan ook al een oplossing? Ik had ook nog een vraag gesteld, en misschien kan dat toch meegenomen worden, ook al kiest u voor variant a., over het onvoorzien. De heer Buchner Voorzitter, ik had nog een vraag gesteld over het verplaatsen van het monument, met name over de inbreng van Elektra. Ik wil ook nog iets zeggen over de gevoelens bij een monument. Ik ben nauw betrokken bij de monumenten die er zijn voor de Birma spoorlijn. Die monumenten zijn inmiddels vier keer verplaatst, en ik moet u zeggen: ik vind de plaats waar die nu staan heel mooi. Je hebt je eigen gevoelens daarbij, maar dit monument is niet het oudste monument dat we hebben. We hadden er vroeger één op de begraafplaats. We hebben hier een prachtig monument, maar als het verplaatst wordt doet dat niks af aan het herdenken of gedenken, voor mij. Wethouder Van de Ven Wat de plaats van het monument betreft, ik heb er ook over gesproken met bestuursleden en medewerkers van Elektra. Bij de daadwerkelijke uitvoering van het geheel gaan we er van uit dat het niet verder verplaatst behoeft te worden dan strikt noodzakelijk. Dus daar houden we zoveel mogelijk rekening mee. Wethouder Tanis Het antwoord op de vraag van mevrouw Dekker kan ik op dit moment niet geven. Wij gaan er met elkaar van uit dat het gewenste niveau op dit moment de ondergrens van 4 miljoen is. U weet dat er ook een onderzoek loopt van de accountant en dat zullen we ook meenemen bij het
- 24 -
vaststellen van de jaarrekening om met elkaar het gewenste niveau vast te stellen. Dat is één. Twee, en dat zal ook helder zijn, is dat ik ook vind vanuit mijn verantwoordelijkheid voor financiën, en het college deelt dat volledig, dat deze manier van dekken, het direct ten laste brengen van de algemene reserve nadrukkelijk een uitzondering moet blijven. Daar zijn we het ook heel snel over eens. Maar het ging ons ook om het belang van de voortgang van het hele project, ook in het kader van het uitvoeren van het Verkeerscirculatieplan, dat we gezegd hebben: nou, dan moeten we het op deze manier zien te dekken. Met betrekking tot de post onvoorzien gaat het om een bedrag van nog geen 3% op het totaal van afgerond bijna 1,4 miljoen, terwijl nadrukkelijk is aangegeven in het voorstel dat op het moment dat dat niet nodig is, het geld direct terug zal vloeien naar de algemene reserve. In die zin, ik heb er geen verstand van, daar ben ik heel eerlijk in, maar als ik het procentueel bekijk, dan is het nog geen drie procent en dan heb je het over een relatief klein bedrag. En als het niet nodig is, zal het dus direct terugvloeien naar de algemene reserve. Dat zal helder zijn. De voorzitter Als ik u allen zo hoor, dan constateer ik dat er een drietal stromingen is, danwel dat een drietal varianten in bespreking is gekomen. Om het enigszins ordelijk te laten verlopen, lijkt het me goed om te werken met stemverklaringen. Daarmee kan dan duidelijk worden hoe de verhoudingen precies liggen, zodat daarna tot stemming kan worden overgegaan. Mevrouw Dekker. Mevrouw Dekker Ik ben tegen variant a. en ik ben voor variant b. en dat blijf ik, om financiële redenen. Dank u wel. De heer van der Plas Onder dankzegging voor de toezegging van wethouder Van de Ven over de mogelijke aanpasbaarheid van variant a. kunnen wij instemmen met variant a. De heer Pauw Zoals aangegeven zijn wij voorstander van variant e.; voortschrijdend inzicht noemen ze dat. Die gaat het niet worden, dus dan zijn we tegen dit voorstel. De heer Blanken Voorzitter, het is duidelijk dat ik voor variant e. ga en ik ben tegen dit voorstel. De heer van der Klis Voorzitter, onze fractie is voor variant a. en ik wil daarbij opmerken dat bij het voorgesteld besluit onder 3 dat al staat. Dus volgens mij kunnen we gewoon het voorstel volgen. De heer Buchner Voorzitter, het zal duidelijk zijn dat wij ook voor variant a. gaan. De voorzitter Wenst u hoofdelijke stemming? Dan constateer ik dat de fractie van SGP/ChristenUnie, de VVD en de PvdA voor variant a. zijn zoals verwoord onder 3 van het voorstel. Dan resulteert dat in 14 leden die voor a. zijn. Eén lid, zijnde mevrouw Dekker die voor b. is, en dat de leden de heer Pauw, mevrouw Visser en de heer Blanken het voorstel e. aanhangen en daarmee aangeven tegen het meerderheidsvoorstel onder a. te zijn. Dan constateer ik dat voorstel variant a. zoals het college heeft voorgesteld, bij meerderheid met 14 stemmen is aanvaard. Mevrouw Dekker? Mevrouw Dekker Ik zie dat in het raadsbesluit over een ander bedrag wordt gesproken als in de tekst; het gaat over 1393 (blz. 7) of het gaat over 1397 in het concept raadsbesluit. Misschien wilt u dat nog even wijzigen. Het scheelt maar vierduizend euro, maar toch. De voorzitter Zullen we dan 1393 maar aanhouden, oftewel 1.393.000 euro? De heer Visser Dat lijkt me niet logisch; in het voorstel staat 1.397.000. Oh, ik trek mijn opmerking in. Ik hoor net dat als je de bedragen optelt, je op 393 uitkomt. Dan is dat toch beter. De voorzitter Het voorstel is door 14 van u geaccordeerd; het bedrag is aangepast van 1397 naar 1393, voor alle zorgvuldigheid. Ik weet niet wat we met die 4 euro kunnen doen, maar…misschien
- 25 -
schenken. Ik constateer dat we hiermee agendapunt 13 hebben gehad en stel voor om een kort moment te schorsen. SCHORSING
14. ZIENSWIJZE OPRICHTINGSVOORSTEL PARKSCHAP NATIONAAL PARK DE BIESBOSCH De voorzitter Ik heropen de vergadering. Wie van u? Mevrouw de Bruin. Mevrouw de Bruin Dank u wel. De fractie van de PvdA gaat akkoord met het voorliggende voorstel en de inhoud van de brief. De heer Huijser Dank u wel, voorzitter. Nooit geweten dat de raad zoveel macht had, want we zitten inmiddels aan ons derde concept en hopelijk is dat het laatste. Wat dat betreft zullen door ons geen aanmerkingen gemaakt worden op het concept, maar ik heb nog wel een vraag. In de toelichting op blz. 3 gaat het over de financiële consequenties van uittreding. Onderaan, dus buiten die 130.542 netto staat de opmerking dat het algemeen bestuur uiteindelijk de financiële consequenties bepaalt van uittreding. Van een kosteloze uittreding kan en mag niet worden uitgegaan. Als ik het goed lees, dan zou het nog kunnen dat er bovenop die 132.542 nog een bedrag komt dat de uittreding zou kunnen kosten, maar goed, dat bepaalt het AB. Dat is dan een vraag aan u, wethouder. Op de vierde bladzijde gaat het over de mogelijke aanvullende effecten van uittreding. Dan staat er, en dat vind ik een hele vreemde: daarnaast zijn er mogelijke effecten van toekomstig beleid voor de Sliedrechtse inwoners die gebruik willen maken van het natuur- en recreatiegebied. Komt er dan een bord met ‘verboden voor Sliedrechters’ of zoiets? Maar goed, ongetwijfeld weet u daar een antwoord op. De voorzitter Dank u wel. De heer van der Klis. De heer van der Klis Dank u wel, voorzitter. Ik wil eerst even reageren op de vorige spreker. Volgens mij is het zo dat op het moment dat er een nieuwe situatie ontstaat, en dat is het geval bij de nieuwe oprichting, dat de voorwaarden dan wijzigen en dat je per direct zonder consequenties kan opzeggen. Volgens mij hoef je daar niet voor te betalen. Onze fractie vindt de brief zoals die voorligt prima; we kunnen ons er van harte in vinden, maar we hopen vooral dat de signalen die wij als raad afgeven ook zullen worden opgepikt, en dan gaat het voor onze fractie met name over punt 4. Dat was het, dank u wel. De voorzitter Dank u wel. Mevrouw Dekker. Mevrouw Dekker Voorzitter, dank u wel. Ik durf er eigenlijk niet zo heel veel meer over te vertellen, want we hebben er al twee keer eerder over gesproken. Wat de vorige sprekers zeggen, we gaan duidelijk een nieuw parkschap krijgen. Dat staat namelijk al in punt 2 in de brief die gestuurd zou worden. Sorry, meneer Buchner, dat ik het woord neem, maar er zit niemand naast me. Nou ja, u nam me dat de vorige keer een beetje kwalijk. Vervolgens staat in de onderliggende stukken nadrukkelijk dat we juridisch gezien er nog niet uit kunnen. Ik vind er nog heel veel tegenspraak in staan en dat vind ik eigenlijk wel jammer, als je nagaat dat dit het derde concept is. Verder hoor ik wel wat u met de opmerkingen gaat doen, want volgens mij kunnen we er nog steeds zo uit en zo niet, dan toch wel per 1 juli. Ik vind ook niet dat je er nu à la minute uit hoeft te stappen. Dank u wel. De voorzitter Wethouder Van de Ven. Wethouder Van de Ven Dank u wel, voorzitter. Voor wat betreft het uittreden is in de huidige overeenkomst tussen de provincie, Dordrecht en de gemeente Sliedrecht, die de financiers zijn van het park de Biesbosch een regel opgenomen. Op het moment dat je aangeeft te willen uittreden is dat twee
- 26 -
jaar na de datum. Er wordt dus een datum genoemd en dan moet je nog eens twee jaar de bijdrage blijven leveren die op dat moment aan de orde is. Nu ontstaat er een nieuwe situatie; we hebben daar een brief voor liggen waarin we onze gevoelens kunnen aangeven van wat we op dit moment als standpunt hebben, richting de mogelijke fusie. We hebben vorig jaar met u als raad besloten dat er een traject ingezet kan worden om naar de fusie toe te gaan. Inzichten hebben er toe geleid dat uw raad wenst opgenomen te hebben dat er een mogelijkheid van uittreden in overweging genomen kan worden en op dat moment dat het dus die eerste juli zal zijn waarop het nieuwe schap zal worden ingesteld, krijgt u ruim voor die tijd de voorwaarden die daar voor opgesteld worden, voorgelegd. Op dat moment bepaalt de raad of we daar mee in zullen stemmen of niet. Ik denk niet dat er een bord zal komen dat Sliedrechters in de Biesbosch niet meer welkom zouden zijn; dat kan ik me niet voorstellen. De voorzitter Wie van u in tweede ronde? De heer Huijser. De heer Huijser Dank u wel, voorzitter. Maar dan toch een vraag wat dat betekent, die consequentie. Want er staat dat het mogelijk toch nadelige effecten kan hebben voor de Sliedrechtse inwoners. Waar moet ik dan aan denken? En dat weet u ongetwijfeld. Dank u. Wethouder Van de Ven Nee, dat kan ik op dit moment niet overzien. De tekst die hier ligt en of dat mogelijk effecten zou hebben…het is een uitleg die hier gegeven is, maar ik kan u niet zeggen, indien we dat zouden besluiten, of er restricties zouden zijn voor de bezoekers uit onze gemeente. Die zijn er voor andere gemeenten ook niet, dus ik kan me niet voorstellen dat dat voor de Sliedrechters het geval zou zijn. De heer Buchner Voorzitter, mag ik ook even iets zeggen? En dan zet ik even de pet op van DB-lid. In dit geval denk ik dat het zal zijn om aan kostendragers te komen; dat zou parkeerbelasting kunnen zijn. Aan dat soort zaken heeft men gedacht. Ik zeg het maar even. Het kan, ik zeg niet dat het gebeurt, maar het zou een mogelijkheid kunnen zijn. Mevrouw Visser Nou, dat kan dan nog niet alleen voor Sliedrechtse auto’s, dus dat zou dan voor iedereen zo zijn. De heer Buchner Daarom zeg ik: parkeren is een doelstelling. Van parkeren hebben we overlast. Er is over nagedacht om er in de toekomst mogelijk geld voor te gaan vragen. Vandaar dat misschien deze opmerking er staat. Maar ik kan het niet verifiëren. De voorzitter Mag ik de conclusie trekken dat u in kunt stemmen met de conceptbrief? Want daar gaat het eigenlijk om. Dan heeft u aldus besloten en gaan we naar het volgende agendapunt.
15. ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING SLIEDRECHT 2010 (AANGEPAST), SUBSIDIEBELEIDSPLAN VANAF 2010 GEMEENTE SLIEDRECHT, SUBSIDIEBELEIDSREGELS 2010 GEMEENTE SLIEDRECHT De voorzitter Ik zie mevrouw de Bruin, mevrouw Visser, mevrouw Bisschop. Mevrouw de Bruin. Mevrouw de Bruin Dank u wel, voorzitter. De fractie van de PvdA gaat akkoord met het vaststellen van de algemene subsidieverordening en het subsidiebeleidsplan. We hebben ook kennis genomen van de subsidiebeleidsregels; het ware duidelijker geweest als de term uitvoeringsregels gehanteerd zou zijn, want zoals we allen weten is het vaststellen van beleid voorbehouden aan de raad. Mevrouw Bisschop Dank u wel, voorzitter. Allereerst een opmerking richting mevrouw Visser over wat net naar voren kwam ten aanzien van agendapunt 10. Het is natuurlijk niet zo dat aan subsidieverlening geen voorwaarden verstrekt kunnen worden.
- 27 -
Mevrouw Visser Het ging ook niet over subsidieverlening, het ging over kredietverlening of een lening geven. Ik heb het niet gehad over subsidie; u kunt dat terugluisteren bij de griffier. Mevrouw Bisschop Ik zeg het maar, dat duidelijk is dat aan subsidieverlening wel degelijk voorwaarden kunnen worden verbonden. Dat staat zelfs expliciet in de subsidieverordening. Dat even terzijde. Voorzitter, in de opiniërende vergadering hebben wij al het nodige gezegd over de voorliggende subsidieverordening. Ik ga dat hier niet allemaal herhalen, maar verwijs naar de verslaglegging van die bijeenkomst. Voorzitter, ik heb daar betoogd dat wij wat moeite hebben met de vorm en inhoud van de beleidsregels; ik refereer ook aan hetgeen mevrouw de Bruin zojuist naar voren bracht. Daar is inmiddels een beantwoording op gekomen. Wij blijven het echter een wat vreemd geval vinden, met name omdat niet nader wordt aangegeven dat de genoemde instellingen niet limitatief zijn opgesomd. Naar we hebben begrepen is dat niet het geval, dus daar gaan we van uit. Er is dus ruimte voor nieuwe initiatieven. Wij stellen de beleidsregels vandaag ook niet vast, maar we nemen er kennis van. Dat doen we dus ook maar; niet meer en niet minder. Zoals eerder al betoogd komen wij tot de conclusie dat de subsidieverordening en het bijbehorende beleidsplan kansen en mogelijkheden bieden; kansen en mogelijkheden die in het verleden wellicht weleens onbenut zijn gelaten. Dat is jammer; in de toekomst moet dat zeker voorkomen worden. De regelgeving biedt het college beoordelingsruimte zodat bij elke aanvraag een goede individuele afweging van belangen kan worden gemaakt. Dat is goed. Voorzitter, de vraag is nu hoe de nieuwe regels in de praktijk gaan uitwerken. Zoals al door ons opgemerkt hebben B&W beoordelingsruimte; laten B&W die ook op een goede wijze gaan gebruiken. Wellicht is het een goed idee om een jaar na inwerkingtreding eens te kijken hoe de nieuwe regels in de praktijk hebben uitgewerkt en wat we daaruit kunnen leren. Voorzitter, ik hou het kort en ga afsluiten. Ik herhaal nog graag onze conclusie van 25 januari jongstleden welke door de wethouder werd onderschreven. Met deze verordening en de bijbehorende uitvoeringsregels zullen alle instellingen wat betreft het recht op subsidie gelijk worden behandeld, dit ongeacht de eventuele godsdienstige of levensbeschouwelijke achtergrond, mits de activiteiten worden georganiseerd vanuit of in het belang van de plaatselijke bevolking en passen binnen de beleidsdoelstellingen van de gemeente. Voorzitter, we wensen het college wijsheid toe bij de beoordeling van de aanvragen. Het subsidiebeleid is er voor het welzijn van alle burgers van Sliedrecht; dit moeten we nooit uit het oog verliezen. Dank u wel. De voorzitter Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Dank u wel, voorzitter. Tijdens de opiniërende raad hebben we gezegd: het is een algemene subsidieverordening 2010. Het is eigenlijk een actualisatie van 2003. Het subsidiebeleidsplan 2010 hangt daar aan vast en ik heb toen gevraagd: moeten we dat eigenlijk lezen als ‘en verder’, totdat we opnieuw een aangepaste versie krijgen? We hebben heel veel antwoorden gekregen sinds de opiniërende raad, maar deze vraag is niet beantwoord. En een hele korte, maar ik ga er van uit dat de wethouder gaat zeggen dat dat geen enkel probleem is: het kennis nemen van de subsidiebeleidsregels. Op blz. 26 staat het programma werk, inkomen, zorg en welzijn en ik mis daar de Cliëntenraad. Die doen op dit moment eigenlijk nooit een beroep op ons, maar er zou een moment kunnen komen dat ze ruimte nodig hebben of wat dan ook, wat gekwantificeerd moet worden en dan moet er toch ergens ruimte zijn. Dat is ook wat mevrouw Bisschop zei van: het is niet limitatief, daar ben ik het mee eens. Maar de Cliëntenraad is iets waar wij als raad heel veel waarde aan hechten en op het moment dat we gedwongen worden, om wat voor omstandigheden ook, om hen te faciliteren, dan kan het niet zo zijn dat we zeggen: jullie zijn niet opgenomen. De voorzitter Wethouder Lavooi. Wethouder Lavooi Heel kort, voorzitter. Mevrouw de Bruin: de term uitvoeringsregels was wellicht beter geweest. Dat ben ik met u eens, maar ik hoop dat het memo u wat dat betreft ook gerust heeft gesteld. Mevrouw Bisschop: niet limitatief, daar zijn we het mee eens. Wel aardig is dat u zegt, dat
- 28 -
betekent dus ook dat er ruimte moet kunnen zijn voor nieuwe initiatieven. U weet, het is uiteindelijk aan de raad om in het kader van het budgetrecht bij de begrotingsbehandeling om daar al of niet ruimte voor te stellen, maar het zal de toekomstige portefeuillehouder Welzijn deugd doen dat u daar in ieder geval ruimte voor wilt bieden, ondanks de brede doorlichting waar we met zijn allen tegenaan gaan lopen. Mevrouw Visser gaat ook in op dat niet limitatieve en gaat specifiek in op een mogelijke wens van de Cliëntenraad. Ja, het is met deze raad altijd zo geweest dat … Mevrouw Visser (interruptie) Nee, Het is puur dat ik de Cliëntenraad in het lijstje mis. Er worden allerlei instellingen genoemd, en deze niet. Waarschijnlijk hebben ze tot nu toe geen beroep gedaan, maar het is wel een instelling van ons en voor ons. Wethouder Lavooi Maar het is uiteindelijk aan u als raad om daar ook goed mee om te gaan, en vanavond is weer gebleken dat als er geld gevonden moet worden, dat dat toch ook gevonden wordt. En ‘en verder’, daar zijn we het over eens. Het gaat niet over 2010, maar over volgende jaren, tot u als raad zegt, maar wij doen daar een voorstel in natuurlijk, tot u als raad zegt: nu willen wij een ander subsidiebeleidsplan vaststellen. Ik geef u wel in overweging om dat niet iedere drie jaar te doen, maar dat spreekt voor zich. De voorzitter Nog iemand in tweede ronde? Niet? Mag ik concluderen dat u allen instemt met? Dan is dit voorstel unaniem aanvaard.
16. BELEIDSNOTA PEUTERSPEELZALEN IN SLIEDRECHT De voorzitter Wie van u wenst het woord? De heer Den Braanker, mevrouw Dekker, mevrouw de Bruin. Mevrouw Dekker Dank u wel, voorzitter. De beleidsnotitie Peuterspeelzalen ondersteunen wij. Levensbeschouwing doet niet ter zake en kwaliteit is duidelijk maatgevend. Ik betrek ze even bij elkaar, bij het vorige. Dank u wel. De voorzitter Kort en krachtig. Mevrouw de Bruin. Mevrouw de Bruin Ik zal er iets langer over doen. In de opiniërende raad van 25 januari heb ik u deelgenoot gemaakt van onze vragen en opmerkingen bij het voorgestelde peuterspeelzaalbeleid en het dilemma waar de fractie van de PvdA zich voor gesteld zag. Het is blijkbaar een feit dat sommige ouders hun kind niet willen onderbrengen bij bestaande openbare peuterspeelzalen. Peuterspeelzaalwerk wordt door hen niet alleen gezien als een aanvulling op de opvoeding thuis, maar ook als een vorm van voorschoolse vorming. En aangezien dit een initiatief is van een omvangrijk deel van onze inwoners, is een meerderheid van onze fractie van mening dat dit ondersteund kan worden. Daarbij speelt het gelijkheidbeginsel een rol, terwijl subsidie ook wordt verstrekt in het belang van de opvoeding van kinderen van welke afkomst dan ook. De meerderheid van de fractie van de PvdA is derhalve van mening dat het honoreren van de wensen van bepaalde groepen in dit geval ook het algemeen belang dient. Dat oordeel is niet zonder grote aarzeling gekomen, en voor een minderheid in onze fractie ligt dat anders. En daarbij speelt een voorname rol de opvatting dat initiatieven die leiden tot een sterker onderscheid tussen bevolkingsgroepen niet gestimuleerd en dus niet financieel gehonoreerd zouden moeten worden. Voorts is er de overweging dat ouders die een principiële keuze maken om hun kind niet naar een openbare voorziening te sturen, daarvan dan ook de principiële en financiële gevolgen zouden moeten willen dragen. Beide standpunten laten evenwel onverlet dat de PvdA vindt dat het bestaande peuterspeelzaalwerk hiervan financieel niet de dupe mag worden en dat toezicht en dergelijke uiteraard op de onafhankelijke manier moet plaatsvinden. Dan stond er nog een vraag open waar ik vandaag over de mail antwoord op heb gekregen. Dat ging over het overleggen van een verklaring omtrent gedrag. Beroepskrachten moeten die overleggen; dat begeleiders dat zouden moeten doen werd in de toelichting op de regels niet helemaal duidelijk. Het antwoord luidt dat
- 29 -
begeleiders dat niet hoeven doen en dat dit wordt geschrapt uit de kwaliteitsregels. Ik wil het college toch in overweging geven om dat te heroverwegen en ook de begeleiders zo’n verklaring te laten overleggen. Want het is misschien in theorie waarschijnlijk wel zo geregeld dat beroepskrachten altijd op de groep zijn en dat begeleiders nooit alleen op de groep zijn, maar de praktijk zal anders uitwijzen. Als u zich afvraagt hoe de meerderheid en de minderheid in onze fractie is: ik ben degene die tegen dit voorstel zal stemmen. De heer Den Braanker Voorzitter, waardering voor de wijze waarop de PvdA geworsteld heeft met dit onderwerp en tot dit standpunt is gekomen. Dat even terzijde. Het is goed om het peuterspeelzaalwerk niet als een eiland te beschouwen, maar in relatie te zien tot andere ontwikkelingen, zoals het CJG en het consultatiebureau, genoemd door de PvdA, de eigen omgeving (VVD) en het jeugdbeleid (het CDA). Maar wat onze fractie betreft vooral de relatie met de brede scholen. Wij zien deze nota als een stap in de goede richting, maar ik denk wel dat er nog een vervolg moet komen. Het is namelijk overduidelijk dat dit kabinet aankoerst op een soort basisvoorziening voor alle kinderen en de Oké wetgeving slechts een tussenstap is. De VNG heeft bij de Tweede Kamer al gepleit om gemeenten meer mogelijkheden te geven voor breed toegankelijke, ongedeelde voorschoolse voorzieningen, dus kindcentra, met een pedagogisch hoogwaardig aanbod voor ieder kind. Het huidige stelsel van voorschoolse voorzieningen is namelijk volgens de VNG niet optimaal voor de ontwikkeling van jonge kinderen. Het stelsel is versnipperd; kinderopvang en peuterspeelzalen, voorschoolse educatie en vroegschoolse educatie kennen gescheiden financieringsstromen en verantwoordelijkheden en dit maakt het effectueren van doorlopende leerlijnen voor kinderen zeer lastig. En kindcentra betekent in ieder geval dat ook wij naar de toekomst toe positie moeten kiezen, waarbij het in onze beleving niet zo kan zijn dat we toe gaan naar een soort ophokplicht voor kinderen, waarbij ouders hun kinderen letterlijk om zeven uur ’s morgens dumpen en om zeven uur ’s avonds weer ophalen. Het uitgangspunt voor onze fractie is om het kind in een goede startpositie te brengen in het basisonderwijs. Daar moet alles toe leiden. Dank u wel. De voorzitter Wethouder Tanis. Wethouder Tanis Wat mij betreft kort, voorzitter. Ik heb kennis genomen van de opmerkingen van het CDA en u heeft gelijk als u zegt: levensbeschouwing is niet maatgevend. Aan de andere kant hecht het college wel nadrukkelijk aan koppeling van het onderwijs bij nieuwe initiatieven. Ik heb uiteraard ook de verklaring van de PvdA gehoord - de heer Den Braanker refereerde er al aan. Ik neem daar in dit geval kennis van. Als het over de kwaliteitscriteria gaat, dan staat buiten kijf dat zowel de bestaande als mogelijke nieuwe initiatieven in de toekomst zich volledig zullen moeten conformeren aan de criteria die de raad vanavond vaststelt – geen enkel misverstand daarover. Ik weet niet of de raad zich verder nog wil uitlaten over uw opmerking als u zegt, neem het mee terug naar het college. Ik vind het prima om er nog even naar te kijken met betrekking tot uw opmerking over de verklaring voor begeleiders. Ik begrijp uw redenering. Dat is heel helder. Als de raad zegt, neem het mee, dan doen we dat. Het is een stukje toelichting en u heeft daar ook reactie op gekregen. Mevrouw Visser Ik onderschrijf namens mijn fractie de opmerking van mevrouw de Bruin. Wethouder Tanis Oké, dat is dan helder, dan nemen we dat mee terug naar het college. Ik denk dat niemand er problemen mee heeft als we zeggen dat het wenselijk zou zijn om dat ook van begeleiders te vragen in het kader van de zorgvuldigheid. Ik begrijp uw argumentatie. De voorzitter Ik zie iedereen knikken. Wethouder Tanis Ik heb ook kennis genomen van de toekomstbespiegelingen van de heer Den Braanker; ja, daar komen we in de toekomst op terug. Dit is een tussenstand. De Oké wetgeving komt er aan en dat dat zal leiden tot verdere aanpassing, staat denk ik buiten kijf.
- 30 -
De voorzitter Heeft u nog behoefte aan een tweede ronde? Mag ik dan concluderen dat 17 uwer voor het voorstel zijn en één, zijnde mevrouw de Bruin, tegen? Dan is aldus besloten.
17. FINANCIËLE RAPPORTAGE VAN HET PROJECT NIEUWBOUW LOC/GRIENDENCOLLEGE De voorzitter Wie van u? Niemand? Voorstel aanvaard. 18. BESCHIKBAAR STELLEN VOORBEREIDINGSKREDIET BREDE SCHOOL IN BAANHOEK-WEST De voorzitter Wie van u? Mevrouw de Bruin. Mevrouw de Bruin Dank u wel, voorzitter. De brede school. Prima, we hebben het er uitgebreid over gehad. Ik wil namens mijn fractie er nog wel een keer op aandringen om haast te maken met de uitvoering zodat de school inderdaad volgend jaar gerealiseerd wordt. De heer Blanken Dank u wel, voorzitter. Ik heb een aantal punten. Ik wil op voorhand zeggen dat ik het voorstel niet wil traineren, maar ik zit toch nog steeds met een aantal vragen. De portefeuillehouder heeft met stelligheid beweerd dat de gekozen locatie zijn grond vindt in 1994, terwijl in het bestemmingsplan van 2003 gekozen is voor de noord-oosthoek. Er is toen vijfduizend vierkante meter gereserveerd voor maatschappelijke doeleinden en dat is verruimd, een jaar later, in de partiële herziening tot zevenduizend vierkante meter. Dus gaarne daar een reactie op. In 2005 was er de discussie over de verhouding sociale woningbouw en koopwoningen. Uitgangspunt was 30/70; dat is toen losgelaten en er is gekozen voor 25/75, waarin de opbrengst van de 5% koopwoningen ten goede zou komen aan de maatschappelijk gebonden projecten. Geldt deze afspraak nog steeds? De voorzitter Meneer Blanken, volgens mij hebben we het over een voorbereidingskrediet brede school Baanhoek West. Mevrouw Visser Maar daar gaat het toch over? De voorzitter Maar ik snap niet wat uw laatste opmerkingen daar aan toe- of af zouden moeten doen. De heer Blanken Ik vraag me af of die gelden hiervoor aangewend kunnen worden. De voorzitter U heeft nu een afgeleide vraagstelling, oké. Dat was mij niet helder. De heer Blanken Ik zit ook nog eventjes met de aan te kopen grond. We hebben voor de geplande kerkbouw in de noord-oosthoek circa 1.000 m2 verkocht voor een prijs van 170 euro en wat is er straks nodig per vierkante meter voor deze brede school? De heer Den Braanker Dank u wel, voorzitter. In onze fractie is dit voorstel vrij kritisch ontvangen en er zijn best wat harde noten over gekraakt. Aan mij de ondankbare taak om die noten aan u voor te houden. Eerder hebben we, zo vertelt het voorstel, een werkbudget beschikbaar gesteld. U constateert nu een overschrijding van het werkbudget vanwege architectkosten. Met andere woorden, ik vertaal het maar even: het rekenen en tekenen loopt uit de hand en het feit dat u nu een voorbereidingskrediet aanvraagt van zes ton doet het ergste vermoeden. A) dat de teller van de architect in zijn voordeel doorloopt (welke prijsafspraken zijn er eigenlijk gemaakt? Is dat een uurtarief of een bepaald percentage van de bouwsom?) en wij in het onzekere blijven over de totale kosten van de brede school, en dat u daar bij zegt dat u pas bij het afronden van de ontwerpfase het precieze inzicht verwacht in de financiële aspecten van de brede school. Het is toch onbestaanbaar dat wij akkoord gaan met een voorbereidingskrediet als het zicht op het financiële eindplaatje nog ontbreekt? Over welke totaalsom praten we nu precies? Ik zou graag dat inzicht willen hebben alvorens wij dit voorstel
- 31 -
positief kunnen ontvangen. U zegt: ik kom er begin 2010 mee. Maar wat is begin 2010 in uw optiek? In de opiniërende raad heeft mijn fractiegenoot opgemerkt dat enige voortvarendheid nodig is, en ik hoor dat ook aan de overkant. Het wordt zo langzamerhand een gedateerd project; de heer Blanken noemt al 1994-2003, waar veel voorziene ontwikkelingen door de werkelijkheid achterhaald zijn of worden. Alleen in het jaar 2000 werd in overleg met het onderwijs gesproken over de vraag wat de positie wordt van deze wijk ten opzichte van Papendrecht en Sliedrecht. Kortom, voorzitter, het is dus nodig dat dit project een afronding krijgt. Je kunt een vertraging in de voorzieningen de bewoners van de wijk niet aandoen. Of zoals mevrouw de Bruin opmerkte in de opiniërende raad: als er gezinnen met kinderen in de wijk wonen en als die naar school moeten en de school is nog niet af, dan ben je ze kwijt en krijg je ze nooit meer terug. Dank u wel. De voorzitter dank u wel. Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Eerst even een opmerking in de richting van de heer Den Braanker wat betreft zijn allerlaatste opmerking. Op dit moment gaan de kinderen aan het eind van Baanhoek ook gewoon in Sliedrecht naar school. Op zich is het aan de ene kant een steekhoudend argument van: als ze eenmaal in Papendrecht naar school gaan komen ze niet meer terug, maar op dit moment gaan kinderen uit Sliedrecht die aan het eind van Baanhoek zitten, dus zeker zo ver weg als de kinderen die straks in Baanhoek West gaan wonen, ook gewoon in Sliedrecht naar school. De heer Den Braanker De essentie van de opmerking van mevrouw de Bruin was dat als je kinderen al elders op een school hebt zitten, het wel erg moeilijk wordt om ze dan nog te bewegen om naar een school in Baanhoek West te gaan. Mevrouw Visser Dat ben ik op zich met u eens. Maar ik maak die opmerking omdat ik namens mijn fractie toch wel kan zeggen dat wij heel, heel veel moeite hebben met dit raadsvoorstel. U heeft er zelf al een opmerking over gemaakt. Er is al eerder een werkbudget geweest. Dat is blijkbaar op, dat is overschreden. Want er staat duidelijk van: deze huidige overschrijding zal meegenomen worden en wordt dan geheel gedekt bij de aanvraag van het voorbereidingskrediet. Nou, de aanvraag van het voorbereidingskrediet hebben we nu, 600.000 euro. En in eerste instantie had ik nog zoets van: daar zit vast die 1.000 m2 grondaankoop in. Navraag heeft echter geleerd dat die 600.000 euro als volgt is opgebouwd. 500.000 euro architectkosten; 40.000 euro voor aanvullende onderzoeken. Nou, dat laatste is een bedrag waar wij als fractie helemaal achter kunnen staan, want dat gaat over het energieneutraal verhaal en dat soort dingen. En dan staat er nog 60.000 euro onvoorzien. Dan wil ik u nog herinneren aan onderzoeken, een forensisch onderzoek en een gewoon onderzoek waaruit 27 aanbevelingen naar voren zijn gekomen en waarin wij met elkaar als raad afgesproken hebben dat er in al dat soort projecten geen onvoorzien meer opgenomen zou worden. We noemden dat toentertijd speldengeld. En 60.000 euro is tien procent speldengeld. Daar heeft mijn fractie sowieso moeite mee, maar mijn fractie heeft er ook moeite mee dat wij nu aan het tekenen zijn aan een school op een locatie die we nog niet eens in ons bezit hebben. En ik snap de vraag van de heer Blanken op dat punt wel; wij moeten nog 1.000 m2 grond aan gaan kopen en is dat wel precies de locatie waar nu die architect aan zit te tekenen? Ik wacht de beantwoording maar even af, maar als het voorstel blijft zoals het vanavond op tafel ligt, dan krijgt dat bij onze fractie de handen niet op elkaar. Wethouder Lavooi Dank u wel, voorzitter. Degenen die vanavond zeggen “haast is geboden”, daar kunnen we uiteraard graag in meegaan. Dat is ook tijdens de opiniërende vergadering gezegd. We zijn deze wijk aan het ontwikkelen en daar is in opgenomen een brede school. Op de locatie kom ik straks nog terug, maar dat een brede school moet worden ontwikkeld in deze wijk staat gewoon in het collegeprogramma wat we aan het uitvoeren zijn en dat dus zo snel mogelijk moet worden gerealiseerd, ook ten behoeve van de bewoners die er nu al wonen. Daar ben ik het van harte mee eens. Tegen die achtergrond heb ik ook gezegd dat wij er naar streven om voor de zomervakantie, en of dat lukt, daarvan heb ik al gezegd dat ik dat niet met absolute zekerheid durf te zeggen, maar het streven is er wel om voor de zomer aan u een krediet te gaan vragen voor de daadwerkelijke realisatie.
- 32 -
In dat licht doen wij vanavond niets anders dan u een voorbereidingskrediet vragen wat t.z.t. uiteraard gewoon wordt verwerkt in het te vragen krediet. De kritiek eind vorig jaar was terecht: college, u heeft een te bescheiden voorbereidingskrediet gevraagd, daar gaat u op dit moment overheen en u doet er verstandig aan om een wat ruimer voorbereidingskrediet te vragen. Dat hebben we in onze oren geknoopt en tegen die achtergrond is dit voorstel ook gedaan, maar het is nadrukkelijk niet de bedoeling van dit college om inhoudelijk op een aantal vragen in te gaan, daar waar het gaat om vormgeving enzovoort, omdat u daar als raad nog volledig de kans voor krijgt. Het is niet meer en niet minder dan het vragen van een voorbereidingskrediet wat uiteraard verwerkt wordt, t.z.t., in het vast te stellen krediet. Daar wil ik nog wel even iets over zeggen. Dat gaat volgens de huidige inzichten ongeveer 5.7 miljoen kosten. Dat is veel geld, zeker voor Sliedrechtse begrippen. En dat roept altijd de vraag op: moet dat, kan dat? Het antwoord daarop is dat we dat bij de verdere ontwikkeling van dit plan uiteraard gaan bezien. U kunt er op vertrouwen dat we als college niet een peperduur plan gaan maken wat uiteindelijk niet te exploiteren is. Het zal uiteindelijk enerzijds uit de onderwijsvergoeding geput moeten worden en anderzijds uit huuropbrengsten van andere participanten. Met andere woorden: als college hebben we er geen enkel belang bij om een te duur plan te gaan uitwerken, want dan moeten we tegen de zomer tegen u zeggen: sorry, we hebben een mooi plan bedacht, maar we kunnen het niet exploiteren. Dus daar hebben we geen enkel belang bij. Terugkomend op de zorg: die delen wij. Wij hebben onlangs in het college nadrukkelijk afgesproken, en dat gaat ook gebeuren, dat we ons niet geheel kunnen verlaten op een raming van de architect en een toetsing door ons eigen ambtelijk apparaat. Dat laatste is gebeurd, maar zeker gelet op de hoogte van de investering gaan wij er voor zorgen dat een financieel technische waakhond de ramingen zal beoordelen. En dat niet alleen: u kent het gevaar van dit soort grootschalige projecten. Wij hechten er aan, en zeker ik zelf, dat er van meet af aan een zodanig controlemechanisme is dat goed wordt bezien of die ramingen juist zijn en dat gaande de bouw in al die fasen ook een dergelijke waakhond namens het college beziet of het allemaal goed gaat. Dus die zorg, met name uitgesproken door de SGP/ChristenUnie fractie, delen wij. Werkbudgetten overschrijden we niet, ik hoop dat ik dat duidelijk heb gemaakt. We doen nu niet meer of minder dan het vragen van een werkbudget. We hadden het ook iets krapper kunnen vragen, maar dan loop ik weer het risico dat ik over twee maanden een halve ton extra aan u moet vragen. Maar uiteraard gaan we niet zomaar zes ton over de balk gooien, dat zou onzin zijn. Het past gewoon in het straks aan u te vragen totaalkrediet. De heer Den Braanker Dat hoort u mij overigens ook niet zeggen, hoor, dat het over de balk gegooid wordt. Er is natuurlijk wel een relatie tussen het voorbereidingskrediet en het eindkrediet dat je vraagt. Vooral dat vind ik belangrijk. Wethouder Lavooi Ja, en dat komt gewoon naar u toe. Nogmaals, het is noch in uw belang, noch in het belang van het college of de toekomstige participanten om een te dure accommodatie neer te zetten. Haast hebben we dus allemaal. Dan de vraag van de heer Blanken, vanaf wanneer, enzovoort; die vraag is ook door anderen gesteld. Ik heb in de opiniërende vergadering gezegd dat in mijn beleving al sinds jaar en dag deze locatie bekend is. In ieder geval gedurende deze collegeperiode. Ik heb het na laten zoeken en daarbij met name gevraagd: op welk moment had de raad op zijn minst kunnen weten dat we het hebben over de locatie waar we het nu over hebben? Nou, heel kort samengevat: tot 2000 is er ook in de raad zelfs gediscussieerd over de vraag of er überhaupt een schoolvoorziening zou moeten komen in Baanhoek West. Uiteindelijk is rond 2000 gezegd: ja, wel degelijk, dat gaan we doen, maar dan beperken we ons tot de onderbouw. Dat heeft in 2003 tot diverse gesprekken geleid, met name met het onderwijs waarbij is gezegd: hiervoor gaan we. Dus we gaan een brede school proberen te realiseren in Baanhoek West. Blijft over de vraag op welke locatie. Daarbij moet ik wel zeggen, en dan hebben we het niet over 1994, meneer Blanken, daar heeft u volkomen gelijk in… Mevrouw Visser (interruptie) Daar was u heel stellig in op 25 januari. Wethouder Lavooi Ja, dat zat in mijn beleving.
- 33 -
Mevrouw Visser Dat staat tot twee keer toe in het verslag van 25 januari. Wethouder Lavooi Ja, en ik heb het laten nazoeken en dan komt dat verhaal van: rond 2000 is dat besluit wel min of meer genomen. Als het gaat om de locatie bent u als raad, ik denk dat dat voor u maatgevend is, in ieder geval van deze locatie midden in de wijk, want het is een ander besluit geweest om die school niet ergens aan de rand te realiseren, maar in de wijk, dan bent u als raad daarvan in ieder geval ofwel van op de hoogte gesteld ofwel, en dan hebben we het over het beeldkwaliteitplan, aan u is ook gewoon gevraagd wat u er van vond, op 1 november 2007, 11 februari 2008, 29 maart 2008 en 22 juni 2009. In vier raadsvergaderingen is in ieder geval ook via tekeningen deze locatie aangewezen. Dus u kunt vanavond echt niet beweren dat de locatie nu zomaar uit de hoge hoed komt. Mevrouw Visser Maar heeft u nou wel die grond in eigendom, van die locatie die dan zo stellig vanaf 2007 aan ons bekend hoort te zijn? Wethouder Lavooi De grond in eigendom? Ja, de voorzitter zou zeggen, het is vanavond niet aan de orde, maar als ik u vertel hoeveel gronden we wel en nog niet in eigendom hebben als het gaat om Baanhoek West, ja, dan kunnen we vanavond wel tot half 12 doorgaan, want dat geldt dus voor diverse stukken in het totaalplan. Maar dat is een onderdeel van het totale project en het gaat van noord tot zuid en van oost tot west. We hebben het merendeel inmiddels wel in beeld, maar er zijn nog wel degelijk stukken die nog niet geheel geregeld zijn. Dat is eigen aan het ontwerpen en maken van een exploitatieplan. Mevrouw Visser U had van mij ook gewoon ja of nee mogen zeggen. Wethouder Lavooi Het ligt ingewikkelder. Ik ben door de partijen heen gelopen en ik dacht dat ik wel alle punten behandeld. De voorzitter Volgens mij heeft u ruim antwoord gegeven op. Heeft u nog behoefte aan een tweede ronde? Mevrouw Dekker Dank u wel, voorzitter. Even over de voorziening huisvesting onderwijs; ik meen dat dat een pot is die alleen voor het onderwijs geschikt is. Wordt daar nu ook geld uit gespendeerd voor kinderopvang en buurtfuncties? Wethouder Lavooi Het antwoord is ja, alleen, dat krijgt u uiteraard bij de behandeling van het krediet en dan zult u zien dat in de exploitatieberekening van deze voorziening er rekening wordt gehouden met huurinkomsten van onder andere kinderopvang enzovoort. Mevrouw Dekker Dat komt dan weer terug in de voorziening huisvesting onderwijs? Wethouder Lavooi Nee, dat is bedoeld om deze accommodatie exploitabel te maken. De voorzitter De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Kort, voorzitter. Ik vind een tweede termijn nodig omdat we in onze eerste termijn flink van leer trokken. U heeft gezegd, naar de huidige inzichten zal het totale krediet 5,7 miljoen bedragen. Ik denk dat dat een bedrag is waar ik me op focus en u daar ook aan zal houden als u voor de zomer met het definitieve voorstel zal komen. Wethouder Lavooi Correctie: dit is een raming van dit moment van de architect. En wij hechten er als college zeer aan dat hier nog een second opinion op komt.
- 34 -
De heer Den Braanker Daar wilde ik het net over hebben, want onze fractie heeft best wel geblaft, en als u met een waakhond komt, dan zijn we benieuwd hoe dat uitpakt. Als u met een Sint Bernhard komt die een verkleumde wethouder moet helpen, dan verwachten we daar niet zoveel van. Anderzijds denk ik dat u dat nauwlettend in de gaten houdt, zeker waar het gaat om architectkosten. Wethouder Lavooi Ik ben vanavond eerder verhit dan verkleumd, kan ik u zeggen. De heer Den Braanker Oké. Nog één suggestie, voorzitter, dat kreeg ik even door, om voor de kinderen in de wijk een tijdelijke noodvoorziening te plaatsen; dat zou natuurlijk veel soelaas kunnen bieden voor de kinderen die er nu al vertoeven. De heer van der Klis Dank u wel, voorzitter. Als het klopt wat mevrouw Visser zegt en daar ga ik van uit, dat de architectkosten inderdaad een half miljoen euro zijn… ik kan me dat gewoon niet voorstellen. Dat zou betekenen dat er tientallen manjaren werk in zou moeten zitten. Ik sluit me dan ook aan bij de vorige spreker dat de waakhond flink mag gaan blaffen en dat het best een pitbull mag zijn. Ik hoor graag uw reactie. Dank u wel. De voorzitter Wethouder Lavooi. Wethouder Lavooi Op de vraag van de VVD, of? De heer Den Braanker Nou, de vraag is even kort en helder, de kosten van de architect. Wethouder Lavooi Dan nog een keer. We vragen aan u een voorbereidingskrediet waarvan we bewust hebben gezegd: we maken het zo ruim dat we niet over twee maanden terug moeten naar de raad. Maar alles moet gewoon passen binnen de regels en dat geldt dus ook voor een architectenhonorarium. De heer Den Braanker Voorheen was dat altijd gekoppeld aan de bouwsom en tegenwoordig… oh, dan moet u denk ik toch even kennis nemen van de nieuwe regelgeving, dat dat ook zou kunnen veranderen in uurtarief. De voorzitter Wij hebben in het college aan de orde gehad dat we hier nadrukkelijk een financieel expert bij zullen betrekken. Ik hoop dat dat enig soelaas biedt. Goed, mag ik concluderen dat u in kunt stemmen met? Wie van u kan niet instemmen met? De heer Pauw en mevrouw Visser; de overige 16 stemmen in met dit voorstel. Dan is de stemverhouding 16 voor, 2 tegen, zijnde mevrouw Visser en de heer Pauw. Het voorstel is vastgesteld.
19. AANKOOP PAND NICOLAAS BEETSSTRAAT 2-6 VOOR VESTIGING VAN HET CENTRUM VOOR JEUGD EN GEZIN De voorzitter Wie van u? Mevrouw Dekker. Mevrouw Dekker Dank u wel, voorzitter. Ik heb inmiddels een brief gezien waarin staat wat er allemaal moet gebeuren aan het gebouw. Ik heb één punt en dat gaat over de risico’s en kansen. U geeft aan dat als het pand verbouwd is, u het zo goed mogelijk zou willen verkopen of in wilt zetten voor de strategische onroerend goedvoorraad van de gemeente. Wij wensen dat niet. Wij vinden dat een passage die ons niet past; we vinden dat we genoeg gebouwen hebben die we moeten onderhouden en dat heeft niet onze voorkeur. Dank u wel. De heer Huijser Dank u wel, voorzitter. Ik wil verwijzen naar hetgeen in de opiniërende vergadering is opgemerkt. Eén opmerking in de richting van de wethouder. In de bouwkosten zitten de interieurkosten, daar ga ik gemakshalve maar van uit. Niet dat we later nog eens een keer een kredietaanvraag krijgen voor de interieurverzorging. Is dat correct? Dank u wel. Nee, ik heb het niet
- 35 -
over de werkster, mevrouw Visser. De wethouder begrijpt mij en dat is belangrijk voor deze vraag, en niet u. Mevrouw de Bruin Dank u wel, voorzitter. Ik kan er kort over zijn. De fractie van de PvdA vindt dit een goede aankoop. We hopen ook dat het gebruikt zal worden waarvoor we het nu aankopen en dat het een succes zal blijken te zijn. De heer van der Klis Dank u wel, voorzitter. Voor ons ligt het voorstel om een aankoop te doen. Er staat ook in het voorstel dat er een mogelijkheid is om het CJG eventueel onder te brengen in Waerthove. Dat zou een aanzienlijke besparing met zich meebrengen, hoewel onze fractie zich er ook bewust van is dat uiteindelijk alles het beste onder één dak kan komen, in ieder geval voor 2011. Onze fractie heeft ook geen ander alternatief qua locatie, dus wat dat betreft kunnen we wel instemmen met de Nicolaas Beetsstraat als locatie voor het CJG, maar het gaat niet helemaal van harte. Dat heeft met name met het grote totaalbedrag te maken; een behoorlijk duur pand waar ook nog eens erg veel aan gedaan moet worden. Onze gevoelens worden daarin versterkt als we kijken naar de geschiedenis van het gebouw. Het gebouw is namelijk eerst in eigendom geweest van het Groene Kruis; waarschijnlijk is dat u allen bekend. Dit was een lokale afdeling die met contributies en met bijdragen van verschillende Sliedrechters het gebouw bij elkaar heeft gespaard. Met de opheffing van het Groene Kruis is dit gebouw om niet in handen gekomen van RIVAS, ook met de overdracht van de taken. En in feite kopen we dus nu als Sliedrecht een gebouw terug wat Rivas om niet gekregen heeft van het Groene Kruis. Bij ons gaan dan niet meteen de handen op elkaar als daar zoveel geld voor gevraagd wordt. Dat brengt me bij het risico. We gaan nu een pand aankopen terwijl nog moet worden uitgezocht of het wel exploitabel is en wij vinden het wel een voorwaarde om in te kunnen stemmen met het voorstel dat er ook echt goed gekeken wordt of het exploitabel is. En dan moet het ook echt zo zijn dat het alleen maar verbouwd gaat worden als het dan ook kostendekkend geëxploiteerd kan worden. Anders zal onze fractie hier niet mee in kunnen stemmen. Wethouder Lavooi Dank u wel, voorzitter. In de richting van de CDA fractie: ik miste een slotconclusie, eerlijk gezegd. Ik weet nog niet waar uw betoog toe leidde. Mevrouw Dekker U geeft aan zo mogelijk het pand te willen verkopen of in te zetten als strategische voorraad voor de gemeente en dat zouden wij gewoon niet prettig vinden, omdat dat onderhoud met zich meebrengt. Wethouder Lavooi Nee, dat begrijp ik, maar begrijp ik dan ook dat u tegen dit voorstel bent? Mevrouw Dekker Ik heb deze opmerking ook in de opiniërende vergadering gemaakt, dus ik had toch eigenlijk wel gedacht dat u ook wel zegt van: dat is niet zo handig om te doen, als gemeente zijnde. Wethouder Lavooi Oké, dan begrijp ik uw opstelling. Kijk, het is zo: we hebben dit pand min of meer bij toeval, ik wil niet zeggen in de schoot geworpen gekregen, maar wel aangeboden gekregen, en dan moet je handelen. Maar we hebben er aan vastgekoppeld, dat weet u en dat is ook een heel duidelijk antwoord in de richting van de VVD fractie: als dit pand niet te exploiteren is, en dan hebben we het ook over de gevolgen voor de Reling, dus het is en, en, dan gaan we dit in dit pand niet realiseren. Zo staat het in het raadsvoorstel en daar kunt u ons aan houden. Dat zou dus betekenen dat het gebouw wel in ons eigendom is, maar niet geschikt gemaakt wordt als CJG en in dat geval brengen we het op de markt. SGP, interieur: ook in de richting van mevrouw Visser, want namens het college willen wij ook graag nieuwsgierige vragen van mevrouw Visser beantwoorden, daar zijn we voor: het is uiteraard niet de bedoeling dat we ook die interieurkosten voor onze rekening nemen. Oh, ik dacht dat ik u een plezier deed met deze beantwoording.
- 36 -
Mevrouw Visser Ik snap het eerlijk niet. De heer Huijser had het over interieurverzorging en toen heb ik alleen gezegd: dat is de werkster. Voor de rest heb ik niks gevraagd, en ik zit ook niet op een antwoord van u te wachten, eerlijk gezegd. Wethouder Lavooi Sorry, ik zeg niets meer. De heer Huijser Mag ik? In de richting van mevrouw Visser: ik heb het helemaal niet over interieurverzorging gehad, ik had het over interieur en daar bedoelde ik mee inrichting. Mevrouw Visser ja, dat weet ik ook wel. Alleen, interieurverzorging, heb ik altijd geleerd, dat is de werkster. Vandaar dat ik dat aan u vroeg. De heer Huijser Ja, maar ik had het niet over interieurverzorging. De voorzitter Zijn alle vragen hiermee beantwoord? De heer van der Klis. De heer van der Klis Dank u wel. Met de beantwoording van de wethouder kunnen wij instemmen met het voorstel. We zullen dat kritisch volgen. Ik kan u alvast verklappen dat, mocht het niet exploitabel zijn, dan zijn er geen smoesjes om ons over de streep te trekken. De voorzitter Goed. Mag ik hieruit concluderen dat u allemaal kunt instemmen met dit voorstel? Dan constateren we dat u dit voorstel unaniem onderschrijft.
20. COMPTABILITEITSBESLUITEN FEBRUARI 2010 De budgetmutaties hebben betrekking op 3 onderwerpen: Portefeuillehouder: J.A. Lavooi 1. Samenwerkingsovereenkomst stedelijke vernieuwing Oude Uitbreiding West Programma 9: Wonen Aanvullend krediet van € 90.070 beschikbaar stellen voor het aangaan van een Product 116: Herstructurering woonwijken samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Sliedrecht en Tablis Wonen € 48.053 wordt in rekening gebracht bij Tablis Wonen. € 42.017 wordt gedekt uit de stimuleringsreserve woningbouw. Ter uitvoering van de overeenkomst moet er mede akkoord worden gegaan met de financiële verplichting, vermeld in artikel 10.5 waarin is bepaald dat de gemeente zorg draagt voor de wijziging van het bestemmingsplan en het begeleiden van de planvorming door Tablis Wonen. De hiervoor gemaakte en te maken kosten door de gemeente worden voor 2/3 met een maximum van € 100.000 (inclusief de wettelijk verschuldigde BTW) in rekening gebracht bij en betaald door Tablis Wonen, de gemeente participeert voor 1/3 deel in de kosten. Portefeuillehouder: M.C. Boevée 2. Verkiezingen gemeenteraad Programma 1: Bestuur en Dienstverlening
Extra budget beschikbaar te stellen van € 7.500 ten laste van de post onvoorzien ten behoeve van de gemeenteraadsverkiezingen.
Product 21: Verkiezingen
Aangezien het gebruik van stemcomputers verboden is, zijn alleen stembiljetten toegestaan. Dit leidt tot extra werk, waardoor ook meer stemlokalen, extra mensen en meer materiaal nodig zijn.
- 37 -
Alles bij elkaar is er extra budget nodig van € 7.500. Dit bedrag komt ten laste van de post onvoorzien. Portefeuillehouder: M.C. Boevée 3. Uitvoering verplichte GBA-audit Programma 1: Bestuur en Dienstverlening
Extra budget beschikbaar te stellen van € 13.900. De gemeente ontvangt een normvergoeding van € 5.636. De overige € 8.264 kan ten laste van de post onvoorzien ten behoeve van de uitvoering GBA-audit.
Product 18: Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens
Alle gemeenten dienen eens in de drie jaar een audit te laten uitvoeren op de kwaliteit van hun GBA. De gemeenten ontvangen hiervoor een normvergoeding. Voor de gemeente Sliedrecht is de normvergoeding € 5.636. De kosten voor het uitvoeren van de GBA-audit bedragen € 7.900. Voor beheer en onderhoud van de basisdocumenten en toegang tot de besloten gebruiksgroep wordt jaarlijks een beheervergoeding in rekening gebracht. De kosten voor het eerste jaar bedragen € 6.000. De meerjarenraming wordt in de zomernota aangepast. Financiële kaders: Het saldo van de post voor onvoorziene uitgaven 2010 is na de begrotingsvaststelling € 59.635. Dit saldo neemt door de voorgestelde besluiten met € 15.764 af, waardoor het nieuwe saldo uitkomt op € 43.871.=
De voorzitter Het voorstel is aanvaard.
Hamerstuk met stemverklaring 21. SLIEDRECHT 2010 EN VERDER De voorzitter U heeft de gelegenheid om nog een stemverklaring af te leggen. Wie van u? De heer Pauw Dank u wel, voorzitter. Het ging even over het feit dat de mensen in Sliedrecht in de leeftijdcategorie van 12 tot 18 jaar geen onderdeel uitmaakten van het onderzoek. Dat vond de fractie van PRO Sliedrecht heel jammer en was dan ook blij met de toezegging van de portefeuillehouder om in het vervolgtraject te kijken om in deze doelgroep nog draagvlak te krijgen voor Sliedrecht 2010 en verder. De voorzitter De overigen zijn ook akkoord? Met deze stemverklaring en het feit dat ik daar al eerder op geantwoord heb is dit voorstel aanvaard.
22. TEGEMOETKOMING COMPUTERAPPARATUUR EN INTERNETVERBINDING De voorzitter Wie van u? Niet? Voorstel aanvaard.
23. ONTWERP PROVINCIALE STRUCTUURVISIE EN VERORDENING. HERZIENING PROVINCIAAL BESTUUR INCLUSIEF NOTITIE SGP/CHRISTENUNIE OVER RECREATIEF KNOOPPUNT De voorzitter Wie van u? De heer Pauw. De heer Pauw De fractie van PRO Sliedrecht wenst tegen dit voorstel te stemmen.
- 38 -
De voorzitter Nog anderen? Niet? Dan constateer ik hier dat de fractie van PRO Sliedrecht, zijnde mevrouw Visser en de heer Pauw geacht worden tegen dit voorstel te zijn. Aldus besloten.
24. SLUITING De voorzitter Dan constateer ik dat wij om kwart voor 11 klaar zijn, dat u daar een bijdrage aan geleverd heeft, dat dit de laatste bijeenkomst is van uw raad in deze setting, behoudens het feit dat we nog een keer afscheid nemen, maar in ieder geval de laatste inhoudelijke raad ter bespreking van voorstellen die vanuit het college aan u worden voorgelegd. De afsluitende raad is op 9 maart; misschien goed om dat even te melden. Ik zie u dan allemaal in deze raadzaal weer terug. Ik dank u voor uw constructieve inbreng hedenavond, wens u allen wel thuis en u bent altijd welkom in de informatieruimte voor een laatste drankje. Ik sluit de vergadering.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Sliedrecht Op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
- 39 -
Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 5
Sliedrecht, 12 maart 2010
Onderwerp: Ingekomen stukken raad Advies opiniërende bijeenkomst: N.v.t. Voor kennisgeving aannemen: 1. Rapport Scholten 2 2. Brief Rekenkamercommissie Sliedrecht over rekenkamercommissieonderzoek naar de uitvoering aanbevelingen Kunstgrasvelden en Kerkbuurt 3. Brief van de voorzitter van het Groot Presidium aan de voorzitter van de Rekenkamercommissie
Burgemeester en Wethouders van Sliedrecht, de secretaris, de burgemeester,
M.J. Verhoef
M.C. Boevée
Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 6
Sliedrecht, 19 maart 2010
Onderwerp: Onderzoek geloofsbrieven van de heren P.G. Mak, M.C. Quist, B. van der Plas, A. van Rees, A. de Winter, L. van Rekom en mevrouw M.M. de Jager-van ‘t Kruijs Voorgesteld besluit: De heren P.G. Mak (SGP-ChristenUnie), M.C. Quist (SGP-ChristenUnie), B. van der Plas (PvdA), A. van Rees (PvdA), A. de Winter (PRO Sliedrecht), L. van Rekom (VVD) en mevrouw M.M. de Jagervan ’t Kruijs (VVD) te benoemen als burgerraadslid namens de betreffende politieke fractie van de gemeenteraad van Sliedrecht. Overwegingen: • • • • • • •
De heer P.G. Mak, wonende Weresteijn 39, 3363 BL Sliedrecht, is voorgedragen door de fractie van SGP-ChristenUnie als niet-raadslid (burgerraadslid), De heer M.C. Quist, wonende Prickwaert 10, 3363 BC Sliedrecht, is voorgedragen door de fractie van SGP-ChristenUnie als niet-raadslid (burgerraadslid) De heer B. van der Plas, wonende Middenstraat 42, 3361 XL Sliedrecht, is voorgedragen door de fractie van de PvdA als niet-raadslid (burgerraadslid) De heer A. van Rees, wonende Stationsweg 130, 3363 GC Sliedrecht, is voorgedragen door de fractie van de PvdA als niet-raadslid (burgerraadslid) De heer A. de Winter, wonende Admiraal de Ruyterstraat 11, 3361 VA Sliedrecht, is voorgedragen door de fractie van PRO Sliedrecht als niet-raadslid (burgerraadslid) De heer L. van Rekom, wonende Piet Heinstraat 33, 3361 HT Sliedrecht, is voorgedragen door de fractie van de VVD als niet-raadslid (burgerraadslid) Mevrouw M.M. de Jager-van ’t Kruijs, wonende Kerkbuurt 137, 3361 BE Sliedrecht, is voorgedragen door de fractie van de VVD als niet-raadslid (burgerraadslid)
Volgens het Reglement van Orde voor de Opiniërende bijeenkomsten 2010 gelden voor een nietraadslid dezelfde benoemingsvereisten als voor raadsleden. Op grond van het bepaalde in artikel V4 van de Kieswet dient de geloofsbrief door een commissie uit uw raad te worden onderzocht. Ik stel uw raad voor hiertoe over te gaan. De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
Raadsbesluit
Concept
De raad van de gemeente Sliedrecht; Gehoord het rapport van de commissie betreffende de geloofsbrief van de door de fracties van de SGP-ChristenUnie, PRO Sliedrecht, PvdA en VVD als niet-raadslid (burgerraadslid) van de raad van de gemeente Sliedrecht voorgedragen; Overwegende dat deze commissie de stukken heeft onderzocht en in orde bevonden; gelet op de Gemeentewet en het Reglement van Orde voor de Opiniërende bijeenkomsten 2010; besluit: toe te laten als niet-raadslid (burgerraadslid) van de gemeente Sliedrecht: de heren P.G. Mak (SGP-ChristenUnie), M.C. Quist (SGP-ChristenUnie), B. van der Plas (PvdA), A. van Rees (PvdA), A. de Winter (PRO Sliedrecht), L. van Rekom (VVD) en mevrouw M.M. de Jager-van ’t Kruijs (VVD).
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010. De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 9
Sliedrecht, 16 maart 2010
Onderwerp: Benoeming waarnemend voorzitter van de gemeenteraad van Sliedrecht. Voorgesteld besluit: De heer D. van Meeuwen of mevrouw G.J. Visser-Schlieker te benoemen als waarnemend voorzitter van de gemeenteraad van Sliedrecht. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: Na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 wordt opnieuw een raadslid van Sliedrecht benoemd als waarnemend voorzitter van de gemeenteraad van Sliedrecht. Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders n.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders Eén van de raadsleden van de gemeenteraad is waarnemend voorzitter. Dit op basis van artikel 2 lid 2 van het Reglement van de Orde van de Gemeenteraad 2010. Er zijn twee kandidaten bij de raadsvoorzitter aangemeld, te weten de heer D. van Meeuwen en mevrouw G.J. Visser-Schlieker. In een schriftelijke stemmingen o.g.v. art. 35 RvO Gemeenteraad 2010 zal de gemeenteraad een keuze maken.
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie n.v.t.
Externe communicatie: • Benoemingen vermelden bij de nevenfuncties van het betreffende raadslid.
De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
-2-
Concept Raadsbesluit
De raad van de gemeente Sliedrecht; gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 16 maart 2010;
besluit:
De heer D. van Meeuwen of mevrouw G.J. Visser-Schlieker te benoemen als waarnemend voorzitter van de gemeenteraad van Sliedrecht.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 10a
Sliedrecht, 19 maart 2010
Onderwerp: Benoeming voorzitters van de Opiniërende bijeenkomsten van de raad van Sliedrecht. Voorgesteld besluit: De heren D. van Meeuwen, T.C.C. den Braanker, M. Visser, T.W. Pauw, J.J. Huisman, W.J. Dunsbergen, A. de Winter en B. van der Plas te benoemen als voorzitters van de Opiniërende bijeenkomsten van de raad van Sliedrecht. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: Na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 worden opnieuw raadsleden of burgerraadsleden van Sliedrecht benoemd als voorzitters van de Opiniërende bijeenkomsten van de raad van Sliedrecht. Deze voorzitters zijn ook voorzitters van de Informatieve bijeenkomsten van de raad. Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders n.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders Tijdens de Opiniërende bijeenkomsten zijn raadsleden of burgerraadsleden voorzitter. Dit op basis van artikel 5 van het Reglement van de Orde voor de Opiniërende bijeenkomsten 2010.
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie n.v.t.
Externe communicatie: • Benoemingen vermelden bij de nevenfuncties van de betreffende raadsleden en burgerraadsleden.
De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
-2-
Raadsbesluit
Concept
De raad van de gemeente Sliedrecht; gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 19 maart 2010;
besluit:
De heren D. van Meeuwen, T.C.C. den Braanker, M. Visser, T.W. Pauw, J.J. Huisman, W.J. Dunsbergen, A. de Winter en B. van der Plas te benoemen als voorzitters van de Opiniërende bijeenkomsten van de raad van Sliedrecht.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 10b
Sliedrecht, 19 maart 2010
Onderwerp: Benoeming leden van de Auditcommissie van de gemeenteraad van Sliedrecht. Voorgesteld besluit: • De heer M. Visser, mevrouw G.J. Visser-Schlieker en mevrouw C.A. de Bruin te benoemen als leden namens de gemeenteraad van de Auditcommissie van de gemeenteraad van Sliedrecht. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: Na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 worden opnieuw drie leden benoemd. Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders n.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders De gemeenteraad van Sliedrecht heeft een Auditcommissie. Deze bestaat uit drie leden, waaronder een voorzitter.
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie n.v.t.
Externe communicatie: Benoemingen vermelden bij de nevenfuncties van de betreffende raadsleden.
De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
-2-
Concept Raadsbesluit
De raad van de gemeente Sliedrecht; gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 19 maart 2010;
besluit:
•
De heer M. Visser, mevrouw G.J. Visser-Schlieker en mevrouw C.A. de Bruin te benoemen als leden namens de gemeenteraad van de Auditcommissie van de gemeenteraad van Sliedrecht.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 10c
Sliedrecht, 16 maart 2010
Onderwerp: Benoeming (plaatsvervangende) leden Drechtraad en toekenning van de stemgewichten Voorgesteld besluit: • D. van Meeuwen, W.H. Blanken, mevrouw C.A. de Bruin, A. de Waard en R.G. van de Ven te benoemen tot lid van de Drechtraad met toekenning van het aan de betreffende partij toegekende stemgewicht. • T.C.C. den Braanker, G.J. Visser-Schlieker, J.J. Huisman, W.J. Dunsbergen en C.E. Verschoor-Bijderwieden te benoemen tot plaatsvervangend lid van de Drechtraad. • De stemgewichten van de fractie zijn bepaald op: SGP-ChristenUnie 37, PRO Sliedrecht 21, PvdA 16, CDA 16 en VVD 11. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: De leden van de Drechtraad worden in de eerste vergadering van de nieuwe raden aangewezen. Elke fractie is met één lid in de Drechtraad vertegenwoordigd. Per Drechtraadslid kan één plaatsvervangend lid worden aangewezen. Elke fractie krijgt een stemgewicht op basis van het aantal geldig uitgebrachte stemmen in zijn gemeente en het aantal behaalde raadszetels in zijn gemeente. Bij de vorming van de GRD hebben de gemeenten verder unaniem als uitgangspunt van beleid vastgesteld dat de door de gemeenteraden in de Drechtraad te benoemen vertegenwoordigers van de in de raden zitting hebbende raadsfracties ieder voor zich een aandeel in het gemeentelijke stemgewicht van de Drechtraad hebben gelijk aan dat stemgewicht gedeeld door het totaal aantal raadszetels in de gemeente maal het aantal zetels dat de fractie in de gemeenteraad heeft. Op 3 maart 2010 hebben in alle deelnemende gemeenten gemeenteraadsverkiezingen plaatsgevonden. Op grond van de verkiezingsuitslag bedraagt het stemgewicht voor de gemeenten: Gemeente Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
Geldig uitgebrachte stemmen 8.144 46.833 11.312 12.535 10.128 17.063
Totaal stemgewicht Drechtraad periode 2010 - 2014
Stemgewicht 81 468 113 125 101 170 1058
De verdeling van de stemgewichten over de fracties in de zes gemeenteraden van de Drechtsteden is als bijlage bij dit voorstel gevoegd.
-2-
Voor Sliedrecht wordt het stemgewicht van 101 als volgt over de fracties verdeeld: Partij Sliedrecht: 19 zetels SGP-ChristenUnie (7) PRO Sliedrecht (4) PvdA (3) CDA (3) VVD (2)
Geldige stemmen 10128 3390 2035 1931 1500 1272
Stemgewicht 101 37 21 16 16 11
Door de fracties zijn onderstaande leden voorgedragen voor aanwijzing tot lid respectievelijk plaatsvervangend lid van de Drechtraad: Fractie SGP-ChristenUnie PRO Sliedrecht PvdA CDA VVD
Lid D. van Meeuwen W.H. Blanken C.A. de Bruin A. de Waard R.G. van de Ven
Plv. lid T.C.C. den Braanker G.J. Visser-Schlieker J.J. Huisman W.J. Dunsbergen C.E. Verschoor-Bijderwieden
Stemgewicht 37 21 16 16 11
Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders n.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders In artikel 9, tweede lid onder a van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden (GRD) is geregeld dat de Drechtraad wordt samengesteld uit de door de raden van de deelnemende gemeenten uit hun midden aangewezen leden, waarbij het aantal leden dat per gemeente wordt aangewezen gelijk is aan het aan fracties dat in de gemeenteraad is vertegenwoordigd. De raden kunnen per lid van de Drechtraad één plaatsvervanger aanwijzen (artikel 10, lid 4 GRD). De zittingsperiode van de leden van de Drechtraad is gelijk aan de zittingsperiode van de gemeenteraden (artikel 10, eerste lid GRD). In de eerste vergadering van de zittingsperiode van de nieuwe raden worden de leden van de Drechtraad opnieuw aangewezen, waarbij aftredende leden opnieuw aangewezen kunnen worden (artikel 10, lid 3 GRD). In de Drechtraad wordt een stemverhouding gehanteerd, waarbij elke gemeente zoveel stemmen vertegenwoordigt als bij de laatst gehouden gemeenteraadsverkiezingen geldig in de gemeente zijn uitgebracht. Het stemgewicht van elke gemeente wordt door honderd gedeeld, waarbij de uitkomst naar beneden wordt afgerond op een heel getal (artikel 14, lid 2 GRD).
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie n.v.t.
Externe communicatie: • Benoemingen vermelden bij de nevenfuncties van de benoemde raadsleden. • De GR Drechtsteden informeren over de benoeming van de benoemde raadsleden als leden vanuit Sliedrecht van de Drechtraad.
-3•
De GR Drechtsteden informeren over de benoeming van de benoemde raadsleden als plaatsvervangend leden vanuit Sliedrecht van de Drechtraad.
De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
-4Bijlage 1. Gemeente Alblasserdam
Dordrecht
Hendrik-Ido-Ambacht
Papendrecht
Sliedrecht
Zwijndrecht
Totaal
Partij 17 zetels PvdA (4) SGP (3) CDA (3) VVD (3) ChristenUnie (2) D 66 (2) 39 zetels Beter Voor Dordt (15) PvdA (6) VVD (5) GroenLinks (3) CDA (3) ChristenUnie/SGP (3) D 66 (2) VSP (2) 21 zetels SGP/ChristenUnie (6) CDA (4) VVD (3) PvdA (3) Gemeentebelangen (3) D 66 (1) AUB (1) 23 zetels PAB (5) VVD ((4) CDA (3) PvdA (3) ChristenUnie (2) D 66 (2) SGP (2) GroenLinks (2) 19 zetels SGP-ChristenUnie (7) PRO Sliedrecht (4) PvdA (3) CDA (3) VVD (2) 27 zetels VVD (5) ABZ (5) PvdA (4) CDA(4) ChristenUnie/SGP (4) D 66 (3) GroenLinks (2)
Geldige stemmen 8144 1857 1572 1333 1333 1121 928 46833 16811 6819 5542 4280 3961 3638 3235 2547 11312 3184 1860 1628 1514 1478 893 755 12535 2515 2321 1951 1830 1253 1011 829 825 10128 3390 2035 1931 1500 1272 17063 3141 3010 2842 2723 2498 1539 1310 105987
Stemgewicht 81 19 14 14 14 10 10 468 180 72 60 36 36 36 24 24 113 32 22 16 16 16 6 5 125 27 22 16 16 11 11 11 11 101 37 21 16 16 11 170 32 31 25 25 25 19 13 1058
Concept Raadsbesluit
De raad van de gemeente Sliedrecht; gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 16 maart 2010;
besluit:
•
D. van Meeuwen, W.H. Blanken, mevrouw C.A. de Bruin, A. de Waard en R.G. van de Ven te benoemen tot lid van de Drechtraad met toekenning van het aan de betreffende partij toegekende stemgewicht.
•
T.C.C. den Braanker, G.J. Visser-Schlieker, J.J. Huisman, W.J. Dunsbergen en C.E. Verschoor-Bijderwieden te benoemen tot plaatsvervangend lid van de Drechtraad.
•
De stemgewichten van de fractie zijn bepaald op: SGP-ChristenUnie 37, PRO Sliedrecht 21, PvdA 16, CDA 16 en VVD 11.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 10d
Sliedrecht, 16 maart 2010
Onderwerp: Benoeming leden van de commissie Werk, Zorg en Inkomen (WZI) van de Drechtraad van de GR Drechtsteden. Voorgesteld besluit: Mevrouw G.J. Visser-Schlieker en T.C.C. den Braanker te benoemen als leden van de commissie Werk, Zorg en Inkomen (WZI) van de Drechtraad van de GR Drechtsteden. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: Na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 worden opnieuw twee raadsleden van Sliedrecht voor de commissie Werk, Zorg en Inkomen (WZI) van de Drechtraad benoemd. Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders n.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders Namens de gemeenteraad van Sliedrecht zijn twee raadsleden vertegenwoordigd in de commissie Werk, Zorg en Inkomen (WZI) van de Drechtraad.
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie n.v.t.
Externe communicatie: • Benoemingen vermelden bij de nevenfuncties van de betreffende raadsleden. • De GR Drechtsteden informeren over de benoeming van de betreffende raadsleden als leden vanuit Sliedrecht van de commissie Werk, Zorg en Inkomen (WZI) van de Drechtraad.
De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
-2-
Concept Raadsbesluit
De raad van de gemeente Sliedrecht; gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 16 maart 2010;
besluit:
Mevrouw G.J. Visser-Schlieker en T.C.C. den Braanker te benoemen als leden van de commissie Werk, Zorg en Inkomen (WZI) van de Drechtraad van de GR Drechtsteden.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 10d
Sliedrecht, 16 maart 2010
Onderwerp: Benoeming lid van de Auditcommissie van de Drechtraad van de GR Drechtsteden. Voorgesteld besluit: De heer D. van Meeuwen te benoemen als lid van de Auditcommissie van de Drechtraad van de GR Drechtsteden. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: Na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 wordt opnieuw een raadslid van Sliedrecht voor de Auditcommissie van de Drechtraad benoemd. Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders n.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders Namens de gemeenteraad van Sliedrecht is een raadslid vertegenwoordigd in de Auditcommissie van de Drechtraad.
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie n.v.t.
Externe communicatie: • Benoemingen vermelden bij de nevenfuncties van het betreffende raadslid. • De GR Drechtsteden informeren over de benoeming van het betreffende raadslid als lid vanuit Sliedrecht van de Auditcommissie van de Drechtraad.
De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
-2-
Concept Raadsbesluit
De raad van de gemeente Sliedrecht; gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 16 maart 2010;
besluit:
De heer D. van Meeuwen te benoemen als lid van de Auditcommissie van de Drechtraad van de GR Drechtsteden.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 10d
Sliedrecht, 16 maart 2010
Onderwerp: Benoeming lid van de Agendacommissie van de Drechtraad van de GR Drechtsteden. Voorgesteld besluit: De heer D. van Meeuwen te benoemen als lid van de Agendacommissie van de Drechtraad van de GR Drechtsteden. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: Na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 wordt een raadslid van Sliedrecht voor de Agendacommissie van de Drechtraad benoemd. De leden van de agendacommissie zijn tevens belast met het voorzitten van de bijeenkomsten van de Drechtcarrousels. Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders n.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders Namens de gemeenteraad van Sliedrecht is een raadslid vertegenwoordigd in de Agendacommissie van de Drechtraad.
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie n.v.t.
Externe communicatie: • Benoemingen vermelden bij de nevenfuncties van het betreffende raadslid. • De GR Drechtsteden informeren over de benoeming van het betreffende raadslid als lid vanuit Sliedrecht van de Agendacommissie van de Drechtraad.
De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
-2-
Concept Raadsbesluit
De raad van de gemeente Sliedrecht; gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 16 maart 2010;
besluit:
De heer D. van Meeuwen te benoemen als lid van de Agendacommissie van de Drechtraad van de GR Drechtsteden.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 10e
Sliedrecht, 16 maart 2010
Onderwerp: Benoeming lid en plaatsvervangend lid van het Raadsledenplatform Regio Zuid-Holland-Zuid. Voorgesteld besluit: • De heer L.A. Huijser te benoemen als lid van het Raadsledenplatform Regio Zuid-HollandZuid. • Mevrouw G.J. Visser-Schlieker te benoemen als plaatsvervangend lid van het Raadsledenplatform Regio Zuid-Holland-Zuid. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: Na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 worden opnieuw een raadslid van Sliedrecht in het Raadsledenplatform Regio Zuid-Holland-Zuid en een plaatsvervangend lid benoemd. Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders n.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders Namens de gemeenteraad van Sliedrecht is een lid vertegenwoordigd in het Raadsledenplatform Regio Zuid-Holland-Zuid. Tevens een plaatsvervangend lid.
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie n.v.t.
Externe communicatie: • Benoemingen vermelden bij de nevenfuncties van de betreffende raadsleden. • De secretaris van het Raadsledenplatform Regio Zuid-Holland-Zuid informeren over de benoeming van de heer L.A. Huijser als lid en mevrouw G.J. Visser-Schlieker als plaatsvervangend lid van het Raadsledenplatform Regio Zuid-Holland-Zuid vanuit Sliedrecht.
De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
-2-
Concept Raadsbesluit
De raad van de gemeente Sliedrecht; gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 16 maart 2010;
besluit: •
De heer L.A. Huijser te benoemen als lid van het Raadsledenplatform Regio Zuid-Holland-Zuid.
•
Mevrouw G.J. Visser-Schlieker te benoemen als plaatsvervangend lid van het Raadsledenplatform Regio Zuid-Holland-Zuid.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 10f
Sliedrecht, 16 maart 2010
Onderwerp: Benoeming drie Sliedrechtse raadsleden als leden van het Algemeen Bestuur van het Natuur- en Recreatieschap de Hollandsche Biesbosch. Voorgesteld besluit: De heren L.A. Huijser, H.G. Verloop en R.G. van de Ven te benoemen als leden van het Algemeen Bestuur van het Natuur- en Recreatieschap de Hollandsche Biesbosch. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: Na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 worden opnieuw drie raadsleden van Sliedrecht in het Algemeen Bestuur van het Natuur- en Recreatieschap de Hollandsche Biesbosch benoemd. Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders n.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders Namens de gemeenteraad van Sliedrecht zijn drie raadsleden vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur van het Natuur- en Recreatieschap de Hollandsche Biesbosch.
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie n.v.t.
Externe communicatie: • Benoemingen vermelden bij de nevenfuncties van de betreffende raadsleden. • De secretaris van het Algemeen Bestuur van het Natuur- en Recreatieschap de Hollandsche Biesbosch informeren over de benoeming van betreffende raadsleden als leden vanuit Sliedrecht van het Algemeen Bestuur van het Natuur- en Recreatieschap de Hollandsche Biesbosch.
De voorzitter van de raad,
M.C. Boevée
-2-
Concept Raadsbesluit
De raad van de gemeente Sliedrecht; gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 16 maart 2010;
besluit:
De heren L.A. Huijser, H.G. Verloop en R.G. van de Ven te benoemen als leden van het Algemeen Bestuur van het Natuur- en Recreatieschap de Hollandsche Biesbosch.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op 22 maart 2010 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
M.C. Boevée
Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht
Agendapunt: 11
Sliedrecht, 17 maart 2010
Onderwerp: Overdrachtsdocument Voorgesteld besluit: In te stemmen met de voorgestelde procesgang van het Overdrachtsdocument. Advies opiniërende bijeenkomst: n.v.t. Overwegingen en alternatieven: Door ons is een Overdrachtsdocument opgesteld, een dossier waarmee wij verantwoording afleggen over het door ons gevoerde beleid gedurende de afgelopen vier jaar. Het document is tevens bedoeld als doorkijk, visie en ontwikkeling naar de komende raadsperiode en dient tenslotte als naslagwerk. Het document bestaat uit een voorwoord met een persoonlijk tintje van de collegeleden, een tiental strategisch belangrijke onderwerpen, de ambtelijke highlights, waarin nog wat specifieker op onderwerpen en projecten van de afdelingen wordt ingegaan en tenslotte 31 grote projecten. Op 15 maart 2010 is voor met name de nieuwe raadsleden een ambtelijke toelichting gegeven op de inhoud van het document. Wij stellen voor dat tijdens de raadsvergadering van 22 maart 2010 het Overdrachtsdocument en de procedure zonodig wordt toegelicht en dat tijdens de informatieve bijeenkomst van 17 mei 2010 in een tweetal kamers een toelichting wordt gegeven door de collegeleden. U kunt tijdens die bijeenkomst vragen stellen en opmerkingen maken. U wordt voor de informatieve bijeenkomst door ons benaderd met de vraag over welke onderwerpen u graag wilt worden geïnformeerd. Kaderstellende en controlerende aspecten t.b.v. de gemeenteraad, uitgesplitst in: •
Financiële kaders N.v.t.
•
Wettelijke en Beleidskaders, eventueel inhoudelijke/ruimtelijke kaders N.v.t.
•
Tijdspad, monitoring en evaluatie N.v.t.
Externe communicatie: N.v.t.
Burgemeester en Wethouders van Sliedrecht, de secretaris, de burgemeester,
M.J. Verhoef
M.C. Boevée
Overdrachtsdocument gemeenteraad
2006 2010 2010 2014 1
2006 2010 2010 2014 2
INHOUDSOPGAVE
Voorwoord Milieu Regiopark Merwede Woonboulevard Structuurvisie Kerkbuurt Onderwijs Gezondheid Jeugd en gezin Verkeer Veiligheid Ambtelijke highlights Brede Doorlichting Regionale Onderzoeken 2009 Projectenlijst
5 17 25 29 33 35 39 43 47 51 55 63 75 97 3
Door sámen te werken komen we verder! Voorwoord
Voorwoord:
Door sámen te werken komen we verder! Dit overdrachtsdocument bevat waardevolle informatie van het college uit de raadsperiode 20062010, bestemd voor de gemeenteraad en het college van de periode 2010-2014. In deze oplegnotitie geven de leden van het college van B&W er een persoonlijk tintje aan.
“Het samenstellen van dit overdrachtsdocument heeft alles te maken met de datum 7 maart 2002”, zo duidt gemeentesecretaris Riny Verhoef aan. “Dat was de dag na de gemeenteraadsverkiezingen waarop in Nederland het dualisme is ingevoerd met als doel duidelijkheid scheppen in de verhoudingen tussen gemeenteraad en het college van B&W. De raadsleden stellen de grote lijnen vast, geven kaders aan en controleren of het college van B&W dit op een juiste wijze uitvoert. Met als doel het proces inzichtelijker te maken voor de bewoner en deze een grotere invloed te geven op de politiek. Sindsdien is het woord transparantie vaker gebruikt dan ooit tevoren. Transparantie is ook hier de grondslag voor het samenstellen van dit overdrachtsdocument.”
Invloed van de burger “We laten in dit document zien waar we als college, in opdracht van de gemeenteraad, aan hebben gewerkt”, verklaart burgemeester Martin Boevée nader. “We besteden aandacht aan de belangrijkste thema’s en projecten. Het uitgangspunt is dat wij als uitvoerend orgaan datgene doen dat noodzakelijk en wenselijk is, in het algemeen belang van de Sliedrechtse samenleving. De rol van het college van B&W en de gemeenteraad is sinds 2002 veranderd, net als de samenleving. We hebben duidelijk gezien dat de bewoners een grotere invloed vragen in de procesgang. Dus niet een kant-en-klaar plan voorgeschoteld krijgen, maar een stem hebben in de planontwikkeling en daardoor invloed op het uiteindelijke resultaat. Het college heeft in de afgelopen periode geprobeerd daar steeds meer vorm en inhoud aan te geven; plannen vanaf het begin bespreken en duidelijk maken aan de samenleving welke kant je op loopt en waarom. De bewoners invloed geven om ons van richting te laten veranderen. Wijkgericht Werken is daar misschien wel het beste voorbeeld van, daar komen al die processen die te maken hebben met het betrekken van de bewoners bij de leefomgeving van het begin af aan weer terug.”
5
Achtergrond Het college en de gemeenteraad zijn het in de periode 2006-2010 eens over het behoud van bestuurlijke zelfstandigheid. Feit is dat een gemeente met 24.060 inwoners niet alles alleen kan en daarom op verschillende gebieden in de regio samenwerkt; bestuurlijke zelfstandigheid is alleen mogelijk door regionale samenwerking. Burgemeester Boevée: “Dat neemt niet weg dat Sliedrecht zich moet bezinnen op de toekomst en zelf een strategie moet bepalen; welke kant willen we op en wat zijn de gevolgen ervan? De gemeenteraad staat aan het stuur en bepaalt uiteindelijk welke richting we op gaan. Een gezamenlijke taak is om voldoende navigatiegegevens te verzamelen waardoor we met een gerust hart de juiste weg in kunnen slaan. Gelukkig hoeven we niet vanaf het nulpunt te beginnen om de strategische doelstellingen voor de toekomst te bepalen. In de notitie ‘Sliedrecht 2010 en verder’ is de missie van onze gemeente, verwoord: ‘Sliedrecht: watergericht, innovatief en betrokken bij elkaar’. En daar staan we nog steeds achter. In deze collegeperiode heeft ons college flinke inspanningen verricht om de eigen bestuurskracht op peil te houden en waar mogelijk verder te versterken, dat is immers een voorwaarde voor bestuurlijke zelfstandigheid. Voor het handhaven van het voorzieningenniveau en de complexe projecten hebben we gekozen voor het verder uitbouwen van de regionale samenwerking in Zuid-Holland Zuid, Drechtsteden en samenwerking met buurgemeenten.”
Samenwerking Het samenwerkingsverband met Zuid-Holland Zuid (om juridische redenen op te splitsen in ZHZ en Veiligheidsregio) is de beste vorm voor grootschalige diensten als de Milieudienst, GGD, de regionale Brandweer en de Ambulancevoorziening. De samenwerking met de Drechtsteden is steeds hechter geworden en er is in relatief korte tijd vorm en inhoud gegeven aan een gezamenlijke uitvoeringsorganisatie. Sliedrecht heeft een vaste plek verworven in de Drechtsteden, we mogen over deze deelname praten over een onomkeerbare ontwikkeling. Het gezamenlijk uitvoeren van taken door bijvoorbeeld de Sociale Dienst, Servicecentrum, Gemeentebelastingen, Regionale Ontwikkelings Maatschappij Drechtsteden (ROMD) en het Onderzoekscentrum biedt schaalvoordelen, die we zelfstandig niet kunnen bereiken. Een andere belangrijke samenwerkingsvorm is die met meerdere of individuele andere gemeenten. Denk aan de brandweersamenwerking met Alblasserdam en Papendrecht of aan de samenwerking met Graafstroom, Giessenlanden, Nieuw-Lekkerland en Zederik bij de ontwikkeling van een gezamenlijke Milieustraat. Dit laatste voorbeeld geeft aan dat wij ook samenwerkingsvormen buiten de Drechtsteden zoeken. En dan kijken we nadrukkelijk richting de Alblasserwaard. Een opvallende verandering deed zich voor toen het verband tussen Hardinxveld-Giessendam en Gorinchem, dat ‘De Tandem’ werd genoemd, begin 2009 werd beëindigd. De aanzet van burgemeester Boevée om samenwerking op beleidsterreinen verder te bespreken met Hardinxveld-Giessendam is door onze gemeenteraad goed ontvangen. Overeenkomsten met onze buurgemeente zijn er ruim voldoende. Belangrijk is dat de gemeentelijke politiek verder durft te kijken dan de korte termijn. Gemeentelijke herindeling is vooralsnog niet aan de orde, maar kan niet bij voorbaat voor eens en altijd worden uitgesloten. Er zijn signalen dat in de toekomst vanuit de overheid mogelijk een sterke vermindering van het aantal gemeenten in Nederland wordt verlangd. Wij sluiten niet uit dat op langere termijn satellietvorming binnen de netwerkorganisatie Drechtsteden kan leiden tot zulke hechte samenwerkingsverbanden dat de voordelen van samenvoeging op natuurlijke wijze gaan prevaleren boven de thans nog steeds evidente nadelen. In onze visie is dan Hardinxveld-Giessendam de meest aangewezen samenwerkingspartner binnen Drechtstedelijk verband om als eerste te onderzoeken.
6
Wethouders blikken terug en kijken vooruit Remco van de Ven > Hoogtepunten voor portefeuillehouder van Remco van de Ven in de periode 2006-2010 zijn: het besluit over de Merwede-Lingelijn, het voltooien van de hoofdwegenstructuur en de aanzet tot de gezamenlijke Milieustraat. Als aandachtspunten voor de toekomst noemt hij de uitvoering van het inmiddels aangenomen verkeersbeleidsplan dat een leidraad is voor de komende jaren inzake de ontwikkeling van verkeer en mobiliteit. Regionaal wijst hij op de fusie tussen de Hollandse en Brabantse Biesbosch tot Nationaal Park de Biesbosch waar de gemeenteraad op 1 juli 2010 om instemming wordt gevraagd (“van harte aanbevolen”) en de vervolmaking van de regionale samenwerking in de Drechtsteden. Van de Ven: “Als hoogtepunt wil ik zeker nog het wijk- en buurtbeheer noemen. Dat is echt onze trots, een fantastische ervaring om zo dicht bij de mensen te kunnen staan en te zien hoe iedereen zich er in de wijkplatforms voor inzet.” En over de toekomst: “Welke wethouder en welk gemeenteraadslid ook, iedereen zal rekening moeten houden met een moeilijke periode vol bezuinigingen. Het nieuwe college zal er zijn handen vol aan hebben.”
Hans Tanis > Op dat laatste punt vindt Van de Ven wethouder Hans Tanis, belast met Financiën, volledig aan zijn zijde. “Het is ontegenzeggelijk dat er grote bezuinigingen aankomen. Wij hebben zelf ingezet op een structurele bezuiniging van vier miljoen. Dat is meer dan de al ingrijpende noodzakelijke bezuiniging en dat komt omdat wij er aan hechten om structureel 100.000 euro per jaar te willen blijven reserveren voor nieuw beleid en 500.000 euro voor grote projecten. We hebben daartoe de oogst verzameld van sessies met de raad, het college en de ambtelijke organisatie in het kader van de Brede Doorlichting. Er zullen principiële keuzes moeten worden gemaakt in de nieuwe collegeperiode en daar moet de raad blijvend bij betrokken worden.” Net als Van de Ven ziet Hans Tanis dat Drechtsteden verder geprofessionaliseerd moet worden. Hij vraagt voor de toekomst aandacht voor een brede aanpak van de renovatie van de Anne de Vriesschool, door bijvoorbeeld te denken aan de opzet van een brede school, en voor versterking van praktijkschool De Sprong. Als een hoogtepunt uit zijn periode (vanaf mei 2008) ziet Tanis het afgeronde fusieproces met het openbaar onderwijs in Papendrecht: “Daarmee hebben we de kwaliteit die nodig is voor het onderwijs voor de toekomst kunnen waarborgen.”
7
Johan Lavooi > Wethouder Johan Lavooi noemt drie hoogtepunten uit zijn eerste vier jaar als wethouder: “De eerste paal voor Baanhoek-West die na jaren touwtrekken eindelijk de grond in ging; de gevonden financiering voor de bouw van veertig starterswoningen en een goed functionerend Wmo-loket in het gemeentekantoor.” Uit de aandachtspunten die Johan Lavooi aandraagt voor het nieuwe college noemen we hier de realisatie van een Centrum voor Jeugd en Gezin en het centrum voor oudere psychiatrische patiënten naast de polikliniek, alsook de realisatie van het belendende gezondheidscentrum van Balans. Een nieuwe bibliotheek op locatie De Bonkelaar en verdere stimulering van het vrijwilligerswerk in de gemeente door een wervend actieplan staan ook op zijn wensenlijst. Daar eindigt het nog niet: “Ik pleit ook voor de ontwikkeling van het recreatief knooppunt ten noorden van de spoorlijn, als ‘groene long’ voor Sliedrecht, voor recreatie en als locatie voor de voetbal- en tennisvelden.” Zijn laatste aandachtspunten voor de toekomst zijn: Een constante aandacht voor het bouwtempo van Baanhoek-West, het betrekken van de bewoners bij het project Staatsliedenbuurt, en het vullen van de gaten in Kerkbuurt Oost en het ‘Gat van Vogel’ aan de Rivierdijk.
Tot slot > De slotwoorden zijn voor burgemeester Martin Boevée: “Met dit document geven wij als college aan het nieuwe college en de nieuwe gemeenteraad zakelijke informatie over de stand van zaken. Over hoe Sliedrecht er aan het einde van de collegeperiode 2006-2010 voor staat. Ook is de status van alle lopende projecten er in terug te vinden. In het vertrouwen dat deze informatie voor de nieuwe gemeenteraad en het nieuwe college nuttig en bruikbaar is en in sommige gevallen als leidraad kan dienen.”
8
9
De regiorelatie
Toekomstgericht
De regiorelatie
Toekomstgericht Uit oogpunt van draagvlak is het van belang dat, in nauw overleg met de gemeenteraad, een zo groot mogelijke overeenstemming wordt bereikt over de strategische doelstellingen die door de gemeente Sliedrecht op langere termijn moeten worden nagestreefd. In de notitie “Sliedrecht 2010 en verder” is de missie van onze gemeente kernachtig verwoord als “Sliedrecht: watergericht, innovatief en betrokken bij elkaar”. Deze missie blijft ons centrale uitgangspunt.
Conform het gestelde in de notitie “Sliedrecht 2010 en verder” blijft het streven hierbij onverminderd gericht op het behoud van een sterke lokale bestuurslaag, die bij grensoverschrijdende maatschappelijke opgaven innovatieve vormen van regionale samenwerking niet uit de weg gaat. In deze notitie wordt getracht een actuele visie te ontwikkelen op de vraag op welke wijze de gemeente Sliedrecht de komende jaren in de thans in ontwikkeling zijnde bestuurlijke netwerkorganisatie optimaal vorm en inhoud kan geven aan territoriale regionale samenwerking in zijn verschillende uitingsvormen.
Bestuurlijke zelfstandigheid Sliedrecht heeft de ambitie als “zelfstandige gemeente” te blijven voortbestaan. Deze ambitie wordt ingegeven door de overtuiging dat er een hecht verband bestaat tussen leefbaarheid en de behoefte van mensen om deel te blijven uitmaken van kleine en overzichtelijke verbanden. Bestuurlijke zelfstandigheid staat daarom hoog in ons vaandel, maar niet tot elke prijs en niet langs plat getreden paden. Een noodzakelijke voorwaarde voor zelfstandigheid is dat in principe voldoende ruimte blijft bestaan voor de lokale politieke afweging. Gemeenten zijn er nu juist voor de verschillen en voor het aanbrengen van de plaatselijke belangenafweging. De essentie van de gemeentelijke democratie spitst zich toe op de mogelijkheden om eigen politieke keuzes te maken en maatwerk voor de burgers te leveren. In dit perspectief hechten wij belang aan een bestuurscultuur, waarbij binnen de gemeentelijke context grenzen worden gesteld aan een “te ver doorgeschoten gelijkheidsdenken”. In 2005 heeft een door Berenschot uitgevoerde bestuurskrachtmeting aangetoond dat de gemeente Sliedrecht toentertijd over de gehele linie beschikte over voldoende bestuurskracht. Hierbij werd opgemerkt dat Sliedrecht voor een aantal opgaven (bijvoorbeeld het over de gehele breedte vasthouden van het hoge voorzieningenniveau en de gelijktijdige realisatie van een aantal complexe projecten) een te kleine schaal heeft om deze alleen en effectief, toekomstgericht te kunnen vervullen.In de lopende collegeperiode heeft ons college flinke inspanningen verricht om de bestuurskracht op peil te houden, en waar mogelijk, verder te versterken. Hierbij is prioriteit gegeven aan het aangaan en verder uitbouwen van de regionale samenwerking (Gr. Drechtsteden, Gr. ZuidHolland Zuid, Gr. Veiligheidsregio, subregionale en bilaterale samenwerking met nabuurgemeenten) In het bijzonder binnen de regio Drechtsteden zijn hierbij niet alleen op politiek en bestuurlijk niveau hechte samenwerkingsverbanden ontstaan, maar is tevens in relatief korte tijd vorm en inhoud gegeven aan een gezamenlijke uitvoeringsorganisatie. In onze optiek zijn hiermee optimale voorwaarden gecreëerd voor een verdere zoektocht naar het vinden van een optimale balans tussen enerzijds het behoud van een zelfstandige gemeente met een eigen identiteit en anderzijds de verdere ontwikkeling van een netwerkorganisatie, waarbij op verschillende schaalniveaus intensief kan worden samengewerkt. 11
Regionale netwerkorganisatie Het zuidelijk deel van de Randstad wordt geconfronteerd met belangrijke regionale opgaven op verschillende schaalniveaus. In dit dichtbevolkte gebied is een flexibele en goed geëquipeerde netwerkorganisatie die op verschillende schaalniveaus kan worden ingezet daarom onontbeerlijk. De traditionele bestuurlijke inrichting maakt hierbij plaats voor een samenleving die steeds minder hiërarchisch wordt en steeds meer het karakter krijgt van een complex geheel van netwerken. Dit beperkt de ruimte voor het oude, gezagsmatige leiderschap en leidt ertoe dat het beleid steeds in communicatie moet worden getoetst aan de overtuigingen van anderen. In de afgelopen jaren zijn met de ontwikkeling en uitbouw van deze netwerkorganisatie in de regio Zuid-Holland Zuid en in het bijzonder in de regio Drechtsteden belangrijke vorderingen gemaakt. De netwerkorganisatie dient ervoor meerwaarde te creëren bij intensieve verwevenheid van taken op regionaal niveau (beleidsafstemming en coördinatie) en biedt aangrijpingspunten voor het realiseren van schaalvoordelen in het kader van de uitvoeringsorganisatie. In onze optiek is regionale samenwerking geen zelfstandige doelstelling, maar moet zichzelf bewijzen door aantoonbare meerwaarde te creëren en blijft daarom primair een afgeleide van de wens om een zelfstandig bestuur dicht bij de gemeenschap te houden.
a) Zuid-Holland Zuid Het territoriale kader van deze regio (Drechtsteden, Hoeksche Waard en Alblasserwaard/ Vijfheerenlanden) blijkt goede aangrijpingspunten te bieden voor de organisatorische positionering van relatief grootschalige diensten, zoals de Milieudienst, GGD, Regionale Ambulancevoorziening, Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen, Regionale Brandweer én het Bureau Leerplicht en Vroegtijdig Schoolverlaten. De bestuurlijke inbedding van deze diensten zal met ingang van 2010 plaatsvinden via twee gemeenschappelijke regelingen (Gr. Zuid-Holland Zuid én Gr. Veiligheidsregio) De oprichting van een aparte GR voor de Veiligheidsregio is op juridische gronden nodig gebleken, maar zal weinig tot geen gevolgen hebben voor het bestuurlijk functioneren in de dagelijkse praktijk. Om dit te realiseren zijn bij inrichting van beide gemeenschappelijke regelingen instrumenten opgenomen om een goede samenwerking tussen de beide GR-en te borgen. Hierbij is ervoor zorg gedragen dat: • de functie van voorzitter voor beide GR-en door dezelfde persoon wordt vervuld; • voor beide GR-en één portefeuillehouderoverleg Middelen gaat functioneren; • de Regiostaf ZHZ een overeenkomstige functie te laten vervullen binnen de GR Veiligheidsregio; • de GR Veiligheidsregio, via de gemeenschappelijke regeling ZHZ, diensten te laten afnemen van het Servicecentrum Drechtsteden. Daarnaast is er in de voorstellen voor gekozen de verbinding met de gemeenten vanuit beide GR-en zoveel mogelijk identiek in te richten, zowel bestuurlijk als ambtelijk. Het laatste is mede gedaan uit een oogpunt van transparantie en het beperken van de bestuurlijke en ambtelijke drukte.
b) Drechtsteden In het kader van de Gr. Drechtsteden hebben de afgelopen jaren bijzonder veel innovatieve ontwikkelingen plaatsgevonden, die hebben geleid tot een onomkeerbare ontwikkeling. Niet alleen is sprake van een intensieve regionale beleidsontwikkeling en de gezamenlijke uitvoering van grootschalige projecten (Manden maken, Pieken in de Drechtsteden), maar ook wordt volop geëxperimenteerd met een dualistische werkwijze waarbij de getrapt gekozen Drechtraad invulling probeert te geven aan de rol van volksvertegenwoordiging.
12
Met het oog op het realiseren van regionale schaalvoordelen is vorm en inhoud gegeven aan een regionale uitvoeringsorganisatie (Sociale Dienst Drechtsteden, Servicecentrum Drechtsteden, Gemeentebelastingen Drechtsteden, Onderzoekcentrum Drechtsteden, Ingenieursbureau Drechtsteden en bij de GRD Zuid-Holland Zuid: het Bureau Leerplicht en Vroegtijdig Schoolverlaten). Met het oog op effectieve en doortastende ruimtelijke en maatschappelijke ontwikkeling is het van belang dat een vernieuwde ROM-D hieraan binnen afzienbare termijn extra slagkracht kan gaan toevoegen. In het kader van de thans plaatvindende evaluatie van de Gemeenschappelijke regeling zal nader worden bezien op welke wijze de verschillende verworvenheden van deze regionale samenwerking verder verfijnd kunnen worden. Belangrijk aandachtpunten hierbij zijn: • Zijn voldoende maatregelen getroffen om de bestuurlijke en ambtelijke drukte binnen de netwerkorganisatie zoveel mogelijk te beperken; • Zijn alle mogelijkheden benut om de democratische en procedurele legitimiteit van regionale besluitvormingsprocessen zoveel mogelijk recht te doen; • Zijn voldoende randvoorwaarden gecreëerd om optimaal vorm en inhoud te geven aan de gemeentelijke regierol over de regionale dienstverlening; • Wordt bij regionale beleidsvorming voldoende ruimte ingebouwd voor lokale maatvoering en eigen visievorming van gemeenten; • Wordt bij regionale besluitvormingsprocessen voldoende ruimte ingebouwd voor de inbreng van zienswijzen door de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten( niet alleen bij begroting en rekening, maar ook bij de besluitvorming over andere belangrijke beleidsdocumenten)
c) Samenwerking met individuele gemeenten In de praktijk blijkt met een zekere regelmaat ook behoefte te bestaan aan regionale samenwerking op een kleinere schaal dan de gehele Drechtsteden. Verschillende vormen van bilaterale samenwerking bieden hiervoor meestal een adequate oplossing. In een enkel geval ziet men ook kleinschalige samenwerkingsverbanden ontstaan tussen enkele gemeenten. Een belangrijk voorbeeld hiervan is de brandweersamenwerking tussen de gemeenten Alblasserdam, Papendrecht en Sliedrecht. Van betekenis is ook de samenwerking met Graafstroom en Nieuw-Lekkerland bij de ontwikkeling van een Milieustraat. Dit voorbeeld illustreert dat samenwerking zich ook kan uitstrekken tot gemeenten in de Alblasserwaard, die geen deel uitmaken de GR Drechtsteden. Sliedrecht heeft de uitdrukkelijke wens de poort naar functionele samenwerking met gemeenten in de Alblasserwaard open te houden. In het bijzonder willen wij onderzoeken of we de reeds jarenlang bestaande banden met de buurgemeente Hardinxveld-Giessendam nauwer kunnen aanhalen. Hierbij merken wij het volgende op. De gemeenten Hardinxveld-Giessendam en Gorinchem hebben enkele jaren geleden besloten tot een intensievere operationele samenwerking. Dit duo werd in het spraakgebruik tot voor kort aangeduid als “De Tandem”. Onlangs hebben deze gemeenten in een gezamenlijke brief d.d. 20 april jl. aan Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland het volgende geconcludeerd: “De verschillende geografische ontwikkelingsrichtingen van Gorinchem (gericht op Noord-Zuid as langs de A 27) en HardinxveldGiessendam (gericht op de Oost-West as langs de A 15) maken dat verdergaande samenwerking in het kader van het operationele samenwerkingsverband “De Tandem” niet voor de hand ligt. Hiermee ligt de weg open voor beide gemeenten om allianties en samenwerking aan te gaan die passen in de Noord-Zuid, dan wel Oost-West oriëntatie. In een eerste reactie heeft burgemeester M.C. Boevée hierop in een interview met het Kompas (1 mei 2009), mede namens de gemeenteraad
13
positief gereageerd: “Samenwerking op het terrein van beleid vindt Boevée een goed plan. Het gesprek daarover is goed te voeren. De afgelopen zeven jaar heeft dat gesprek niet plaatsgevonden en ik stel het op prijs om daar naar te kijken. Samenwerking met Hardinxveld-Giessendam staat los van de Drechtsteden; dat staat elkaar niet in de weg. Onze dorpen lijken zoveel op elkaar. Daarbij kun je tegenwoordig niet meer met een schaartje de grenzen knippen”. Vanuit de Sliedrechtse gemeenteraad is inmiddels positief gereageerd op het interview van het Kompas met burgemeester M.C. Boevée. Hierbij is eveneens geconstateerd dat hechtere samenwerking met de buurgemeente een goede zaak zou kunnen zijn. Ook vanuit Hardinxveld-Giessendam bereiken ons duidelijke signalen dat men een wederzijds gesprek over samenwerkingsmogelijkheden wil aangaan. Op de vernieuwde website van de SGP uit de gemeente Hardinxveld-Giessendam wordt dit op treffende wijze als volgt verwoord: “De SGP is van mening dat als het om samenwerking met buurgemeenten gaat de gemeente Sliedrecht qua cultuur, samenstelling van de bevolking, politieke verhoudingen en bedrijvigheid een natuurlijke samenwerkingspartner is. Beide gemeenten zijn qua ligging aan elkaar verbonden en delen veel infrastructurele voorzieningen. De beide gemeenten hebben met vergelijkbare ruimtelijke en economische opgaven te doen”. In dit perspectief bestaat alle aanleiding het wederzijds gesprek op korte termijn aan te gaan én hiervoor de benodigde menskracht en middelen vrij te maken. Dit behoeft in onze optiek samenwerking met andere gemeenten in de Alblasserwaard (Alblasserdam, Papendrecht en gemeenten uit de Binnenwaard niet uit te sluiten) .
Satellietvorming binnen de regio Zuid-Holland Zuid/Drechtsteden Gemeentelijke herindeling is voor ons college en de raad niet aan de orde. Op langere termijn kan dit echter niet bij voorbaat voor eens en altijd worden uitgesloten. De maatschappelijke tendens tot schaalvergroting, in combinatie met de door de rijksoverheidnagestreefde decentralisatie van taken en bevoegdheden, kan op middellange termijn leidentot gemeentelijke herindeling. In dit verband wijzen wij op de volgende kritische kanttekening in het rapport “De Eerste Overheid” van de commissie van Aartsen: “Als gemeenten de uitvoering van hun taken hebben uitbesteed aan een buurgemeente, samenwerkingsverband of een uitgeplaatste ambtelijke organisatie is dat een niet mis te verstaan signaal van een schaalprobleem en gebrek aan bestuurskracht. Een gemeente die haar uitvoerende taken elders heeft neergelegd, is als een lege BV: ze zit nergens meer aan de knoppen. Dit vraagt in de eerste plaats om een kritische houding van gemeenten naar zichzelf: zij zouden zelf een streep moeten zetten door die hulpconstructies. Mocht die kritische blik ontbreken, dan vragen wij het rijk om doortastend op te treden. Het kabinet wil vermindering van het aantal geledingen dat zich met een taak bezighoudt? Hier ligt een kans: schaf de Wet gemeenschappelijke regeling (Wgr) , die deze verbanden faciliteert, af en geef gemeenten dat laatste duwtje om te groeien naar sterke gemeenten die hun taken aankunnen”. Bij dit standpunt achten wij enige nuancering op zijn plaats. Wij realiseren ons dat de samenleving in hoog tempo verandert en steeds complexer wordt. In de dichtbevolkte Randstad is hierbij intensieve samenwerking in een flexibele netwerkorganisatie op allerlei schaalniveaus onontbeerlijk. In de praktijk zien we bijvoorbeeld de onderlinge verwevenheid tussen GR Zuid-Holland Zuid
14
en de GR Drechtsteden nog steeds toenemen. Daarnaast achten wij het belangrijk dat ook op andere schaalniveaus (intensief) samengewerkt kan worden. In onze optiek is het van belang dat bij schaalproblemen in de uitvoering geen automatisme ontstaat dat opschaling min of meer vanzelfsprekend naar het hoogste niveau plaatsvindt (Zuid-Holland Zuid c.q. Drechtsteden). Wij sluiten niet uit dat binnen de nog steeds in ontwikkeling zijn de netwerkorganisatie Zuid-Holland Zuid/Drechtsteden behoefte ontstaat aan een zekere satellietvorming, waarbinnen op de hiervoor in aanmerking komende terreinen van overheidszorghechte subregionale samenwerking gestalte krijgt. Gelet op de grote sociale en culturele overeenkomsten achten wij de buurgemeente Hardinxveld-Giessendam hiervoor de meest aangewezen samenwerkingspartner.
Uitbouw gemeentelijke regiefunctie Bij de verdere uitbouw van de netwerkorganisatie kennen wij op gemeentelijk niveau een grote prioriteit toe aan de verdere uitbouw van de gemeentelijke regiefunctie, waarbij wij ons ten behoeve de inwoners op basis van lokaal maatwerk inzetten voor creëren van een kwalitatief goede dienstverlening en een optimale inrichting van de woon- en leefomgeving. Op politiek en bestuurlijk terrein willen wij op gemeentelijk schaal zoveel mogelijk betrokkenheid en ontplooiingsmogelijkheden, vooral op het gebied van welzijn en verenigingsleven, voor de burgers blijven organiseren. Het koesteren van de relatief kleine schaal blijft in onze optiek van onschatbare waarde voor het cultiveren van het democratische levensgevoel. In dit perspectief verzetten wij ons tegen het van bovenaf opleggen van gemeentelijke herindeling. Wij sluiten niet uit dat op langere termijn satellietvorming binnen de netwerkorganisatie kan leiden tot zulke hechte samenwerkingsverbanden dat de voordelen van samenvoeging op natuurlijke wijze gaan prevaleren boven de thans nog steeds evidente nadelen.
15
Wat Sliedrechters willen:
een klimaatbestendige en energieneutrale leefomgeving
16
Mileubeleidsplan en uitvoeringsprogramma 2010-2011 De gemeente vindt duurzaamheid belangrijk, zoals blijkt uit het Milieubeleidsplan- en aan het opwekken van duurzame energie. De gemeente vindt duurzaamheid belangrijk en streeft naar een klimaatbestendig en energieneutraal Sliedrecht: Door het energieverbruik van ‘huishoudens’ en ‘industrie’ ten opzichte van 2008 jaarlijks respectievelijk met 3 en 2 procent te verminderen. We werken eraan dat het aandeel duurzame energie, dat is opgewekt binnen onze eigen gemeentegrenzen, in 2020 minimaal 25% bedraagt. Dit kunnen we alleen bereiken door een gezamenlijke inspanning met onze inwoners, bedrijven en instellingen. Wij beseffen dat we hierin moeten investeren en zelf het goede voorbeeld moeten geven.
Inspiratie Het Milieubeleidsplan en – uitvoeringsprogramma 2009-2010 ontstond op basis van het ‘Klimaatakkoord Gemeenten en Rijk 2007-2011’ en de in het verlengde hiervan opgestelde ‘Verkenning Klimaatbeleid in de Drechtsteden’. In het klimaatakkoord kwamen gemeenten en rijk overeen zich samen in te spannen voor een duurzaam en klimaatbestendig Nederland. De verkenning moest leiden tot een regionaal en lokaal klimaatbeleid. Bij het bepalen van ons streven en de hiervoor te verrichten activiteiten hebben wij ons tenslotte mede laten leiden door het ‘Masterplan duurzame energie gemeente Sliedrecht ’ van het CQ-team (onderzoeks-, ontwikkelingsen adviesteam) van HVC. De adviestak van HVC onderzocht in deze “Quickscanstudie” de mogelijkheden tot verduurzaming van energieverbruik voor Sliedrecht en bracht dit in beeld.
Voorbeeldfunctie: jazeker! Woorden alleen vinden wij niet genoeg. Als eigenaar en gebruiker wil de gemeente, waar mogelijk, zelf een goed en inspirerend voorbeeld zijn en geven. We willen maatregelen voorbereiden en treffen voor onze gebouwen, voorzieningen, bedrijfswagens, openbare verlichting, openbare wegen, openbaar groen, water en riolering. Dit moet leiden tot een structureel energiezuiniger gebruik en ook economisch verantwoord zijn. Onze grote gebouwen hebben nu al het meest energiezuinige label A. En: alle elektriciteit voor onze gebouwen, voorzieningen, openbare verlichting, pompen en rioolgemalen wordt als ‘groene stroom’ ingekocht.
17
Actiepunten 2010-2011: • Duurzaam inkopen; • Een energiezuinigere openbare verlichting; • Beginnen met het vervangen van het eigen wagenpark door elektrische voertuigen; • Het voorbereiden van de bouw van een energiezuinige nieuwe gemeentewerf en milieustraat in de Driehoek en een nieuwe energiezuinige Bredeschool in Baanhoek West; • Voorrang geven aan de realisatie van walstroomvoorzieningen en uitbreiding van de bestaande mogelijkheden van hoogwaardig openbaar vervoer openbaar vervoer.
Afspraken met Tablis Wonen over energiezuinig renoveren en bouwen De steun en medewerking van Tablis Wonen is nodig om energiezuinig te renoveren en te bouwen. In 2010 wil de gemeente met Tablis Wonen afspraken maken over het ‘energiezuinig’ onderhouden, renoveren en bouwen van hun sociale huur- en koopwoningen. In 2009 kozen wij voor het invoeren van GPR Gebouw (= naam toetsingsprogramma) als de nieuwe uniforme prestatiegerichte werkwijze van duurzaam bouwen. Hierin gaan we de bestaande regionale toetsingslijsten van Duurzaam Bouwen en Kwaliteitseisen Nieuwbouw integreren. De installatie en het gebruiksklaar maken van GPR Gebouw vindt plaats in 2010. Ook hierover willen wij met Tablis Wonen afspraken maken.
Energiezuiniger gebruik van bewoners stimuleren Bewoners die hun woning gaan renoveren en/of uitbreiden zullen wij stimuleren en uitdagen duurzame keuzes te maken. Vanaf januari 2010 besteden we op de website van de gemeente Sliedrecht extra aandacht aan ‘duurzaam (ver)bouwen door en voor particulieren’. Er staan ook links op naar sites van publieke en private organisaties die duurzaamheid eveneens hoog in het vaandel hebben staan en advies op maat kunnen geven. Het succes van het project ‘Energie op Maat’ (energiebesparingsadviezen aan particulieren) zorgde ervoor dat de gemeente Dordrecht, het Leerpark en de woningcorporaties (Woonbron) samen een uitwerking voor een vervolg hebben gemaakt. Vanaf 2010 kunnen ook Sliedrechtse woningeigenaren een verzoek indienen voor dergelijke energiebesparingsadviezen. In 2010 willen wij onze particuliere woningeigenaren de kans geven om op basis van zo’n energiebesparingsadvies een ‘duurzaamheidslening’ bij de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn) aan te vragen. Deze lening moet ervoor zorgen dat particuliere woningeigenaren tegen aantrekkelijke voorwaarden en een lage rente
18
geld lenen om energiebesparende maatregelen te treffen. Hiermee sluiten we voor 1 april 2010 een deelnemingovereenkomst met de SVn. Ook openen we een toereikend leningenfonds tot een bedrag van € 150.000,-.
Energiezuiniger gebruik van bedrijven stimuleren Bedrijven moeten wettelijk eenvoudige energiebesparende maatregelen nemen die ze binnen vijf jaar terugverdienen. Via de campagne ‘Stad en MKB’ vragen we hier in 2010 met ondersteuning van SenterNovem extra aandacht voor bij onze midden- en kleinbedrijven. Samen met de Milieudienst willen we in 2010 ook een plan opstellen gericht op energiebesparing bij kleinere bedrijven. Voor 2010/2011 denken we aan een doelgroepgerichte aanpak voor energiebesparing door supermarkten (afdekken vriesmeubels, overdadige nachtverlichting beperken en open winkelpuien). De milieudienst voert het plan van aanpak aansluitend in 2010/2011 uit . Voor de ontwikkeling van een duurzaam bedrijventerrein vond, onder regie van de Drechtsteden, in 2009 een pilot plaats op bedrijventerrein Groote Lindt in Zwijndrecht. Dit leidde tot een modelaanpak ‘Duurzaamheid op bedrijventerreinen in de Drechtsteden’ voor de verduurzaming van bedrijventerreinen in de Drechtsteden. In 2010 willen we met regionale steun met deze resultaten en ervaringen aan de slag om samen met de Vereniging Sliedrechtse Ondernemingen te komen tot een verduurzamingsplan van de Nijverwaard.
Werken aan en investeren in opwekking duurzame energie We gaven het CQ-team van HVC opdracht de mogelijkheden te onderzoeken tot duurzaam energieverbruik. Uit de door haar uitgevoerde “Quickscan-studie” blijkt dat aardwarmte voor Sliedrecht het grootste bronpotentieel (42%) voor duurzame energie biedt. Voor de productie van duurzame energie willen wij ons dan ook inzetten voor het invoeren van een collectief warmtenet voor heel Sliedrecht. Een collectief warmtenet dat in eerste instantie met restwarmte en op termijn met aardwarmte gevoed wordt. Wij streven er als gemeente naar om hierin een stimulerende rol te vervullen. Dan is er nog de belastende energie - en infrastructuur. Op ons verzoek wil de provincie Zuid- Holland een nader onderzoek instellen naar de haalbaarheid van de aanleg van een wamtenet in Sliedrecht en dit mede ondersteunen en faciliteren. De provincie wil ook een bijdrage leveren aan de haalbaarheidsstudie van geothermie. Dit ter bevestiging dat de aanleg van een warmtenet een goede investering is en hiermee een dubbele garantie van leveringszekerheid wordt verkregen. Daarnaast streven we naar een maximalisatie van de energiebenutting van biomassa. De mogelijkheden van zonne-energie van onze eigen gebouwen, zoals het gemeentekantoor en sporthal De Stoep, willen we optimaal gaan benutten. Hiermee geven we het goede voorbeeld aan onze bedrijven, instellingen en bewoners. Het stimuleert hen ook te investeren in de mogelijkheden van zonne-energie. Gelet op onze belastende energie – en infrastructuur kiezen wij vooralsnog niet voor het opwekken van windenergie binnen onze eigen gemeentegrenzen. De mogelijkheid tot het eventueel realiseren van windturbines in een lijnopstelling ten noorden van de Betuweroute zullen we afzonderlijk moeten afwegen ten opzichte van onze plannen. Dit moet ter plaatse leiden tot de realisatie van een Regiopark Merwede met ruimte voor ons Recreatief Knooppunt.
19
Investeren in goede voorlichting en communicatie over duurzaamheid Ons streven naar meer duurzaamheid vraagt om goede communicatie en voorlichting. In 2010 willen wij daarom maximaal tien portretten maken van energiezuinige woningen en bedrijven in de gemeente Sliedrecht. Hiermee zetten we energiebesparende bewoners en bedrijven als voorbeeld in het zonnetje. Wij vinden het ook erg belangrijk dat de Sliedrechtse jeugd al jong te maken krijgt met onderwerpen als milieu en duurzaamheid. De themalessen over duurzaamheid blijven in 2010 dus bestaan. De Sliedrechtse basisscholen krijgen deze lessen vanuit ons eigen NME-centrum ‘De Hooizolder’.
Bij alles een bijdrage leveren aan een gezonde en schone leefomgeving Duidelijk is: de gemeente streeft naar een klimaatbestendig en energieneutraal Sliedrecht, maar heeft ook oog voor een gezonde en schone leefomgeving. Dat betekent dat wij ons blijven inspannen om de water-, groen-, bodem-, geluids- en luchtkwaliteit binnen onze gemeentegrenzen te verbeteren. Lopende maatregelen: • Vanaf 2008 tot en met 2011 investeren we extra in de vervanging van bovengrondse afvalcocons door ondergrondse milieuparken. • In 2008 is met ondersteuning van de gemeente een Wecycle scholenactie gehouden voor het inzamelen van kleine elektronische apparatuur. De scholen gaan hier de komende jaren mee verder. • Voor een schone leefomgeving wordt vanaf 2008 deelgenomen aan het project zwerfvuil. • Vanaf november 2009 is begonnen met het gescheiden inzamelen van plastic verpakkingen. Afhankelijk van de eerste ervaringen worden hier eventueel aanvullende maatregelen voor getroffen. Maatregelen 2010/2011: • Nader uitwerken van de toepassing van beplantingsstructuren in het project reconstructie Stationsweg-zuid (luchtkwaliteit). • Blijven investeren in het voorkomen en verminderen van milieuhinder door bedrijven gelegen aan de overzijde van de Beneden Merwede, zoals de Derde Merwedehaven (gezonde leefomgeving). • Onverminderd investeren in een verdere optimalisering van de gescheiden afvalinzameling door onze eigen reinigingsdienst (schone leefomgeving).
Verankering ambitie en uit te voeren milieuactiviteiten Een lange adem, dat hebben we nodig als we een klimaatbestendige en energieneutrale gemeente willen. Daarom stellen we de ‘Werkgroep Klimaatbestendige en Energieneutrale Gemeente’ in. Deze werkgroep heeft als taak ervoor te zorgen dat onze milieuactiviteiten ambtelijk en bestuurlijk intern de benodigde aandacht krijgen. Alle betrokken afdelingen en bestuurders nemen zitting in deze werkgroep. Zij zullen de voortgang van dit integrale beleids- en werkdocument en de hiervoor noodzakelijke interne afstemming waarborgen. De portefeuillehouder Milieu en beleidsmedewerker Milieu fungeren respectievelijk als voorzitter en secretaris van deze werkgroep. De secretaris krijgt inhoudelijk ondersteuning van de gemeentelijke energiecoördinator. De werkgroep vergadert maximaal vier keer per jaar. De evaluatie van het Milieubeleidsplan- en uitvoeringsprogramma 2010-2011 vindt plaats in het derde kwartaal van 2010. De werkgroep doet
20
hiervan kort verslag. Op basis van deze evaluatie komt de werkgroep zonodig met voorstellen tot wijziging en/of aanvulling van het geheel. Aan de slag! • Voorbeeldfunctie: ja! • Afspraken met Tablis Wonen over energiezuinig renoveren en bouwen • Energiezuiniger gebruik door bewoners stimuleren • Energiezuiniger gebruik van bedrijven stimuleren • Werken aan en investeren in opwekking duurzame energie • Investeren in goede voorlichting en communicatie over duurzaameid • Bij alles een bijdrage leveren aan gezonde en schone leefomgeving • Verankering ambitie en uit te voeren milieuactiviteiten
Problematiek Derde Merwedehaven Doelstelling > Verbetering van de leefomgevingskwaliteit door vermindering van de milieudruk via inzet op kwaliteit van vergunningverlening en handhaving en verbetering van de communicatie en informatieverstrekking. Voor Afvalberging Derde Merwedehaven wordt heel concreet ingezet op vervroegde sluiting en het stoppen met het storten van asbesthoudend afval in 2012.
Planning > Op 22 december 2009 is door gemeente Sliedrecht, Stichting Werkgroep Derde Merwede-Haven en provincie Zuid-Holland een afsprakenkader ondertekend. De afspraken moeten tot concreet resultaat leiden en het vertrouwen weer herstellen. De afspraken richten zich op de onderwerpen functioneren provinciale Awb-commissie, vergunningverlening, handhaving en communicatie in het bijzonder met betrekking tot procedures inzake de bedrijven Afvalberging Derde Merwedehaven, Straalbedrijf Den Breejen en DuPont.Vergunningen op BBT-niveau brengen en adequate handhaving organiseren zijn daarbij kernwaarden. Getracht wordt in deoverlegstructuur tussen de deelnemende partijen en, zo mogelijk, met de betreffende bedrijven sluitende afspraken op inhoud te maken. Daarmee zouden dan juridische procedures kunnen worden voorkomen. Planning is om de activiteitenvoor 1 april 2010 af te ronden. Uiterlijk 1 april 2010 zullen de resultaten volgend uit het afsprakenkader worden geëvalueerd en besproken tussen partijen. Afhankelijk van het behaalde resultaat zal besloten worden het gestructureerd overleg een vervolg zal krijgen of dat teruggevallen wordt op de optie van de juridische procedures.
21
Actieplan geluid Richtlijn omgevingslawaai Verminderen van het aantal mensen dat (ernstig) gehinderd wordt en in hun slaap gestoord door verkeerslawaai vanwege het treffen van maatregelen op knelpuntlocaties.
Planning > In het actieplan worden voor de komende vijf jaar beleidsmaatregelen vastgelegd voor de knelpuntlocaties.Het ontwerp-actieplan omgevingslawaai is gepubliceerd op de gemeentepagina in Het Kompas en op de gemeentelijke website waar de stukken ook te downloaden waren. Sinds 3 april 2009 lagen de stukken zes weken voor een ieder ter inzage met de mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen.Van deze mogelijkheid is door niemand gebruik gemaakt. Vervolgens is de raad in de gelegenheid gesteld haar wensen en zienswijzen kenbaar te maken. De raad heeft op 25 mei 2009 kennis genomen van het ontwerpactieplan en geen wensen of zienswijzen naar voren gebracht. Het actieplan is opgesteld voor vier Drechtstedengemeenten. De procedure om te komen tot vaststelling van het actieplan binnen deze gemeenten is niet overal gelijktijdig verlopen. In verband hiermee is het definitieve actieplan, waarin de ingekomen zienswijzen zijn verwerkt, eerst op 22 december 2009 door het college van B&W vastgesteld. Het actieplan is naar het Ministerie van VROM gestuurd. Het vastgestelde actieplan zal opnieuw worden gepubliceerd. Tegen het vastgestelde actieplan is geen beroep mogelijk. Het project is hiermee afgerond en kan worden afgevoerd uit de projectrapportage.
22
Regiopark Merwede met Recreatief Knooppunt
24
Regiopark Merwede met Recreatief Knooppunt
Het streven is ten noorden van de Betuweroute/A15 te komen tot een duurzame, kwalitatieve en groenblauwe overgangszone in de vorm van een regiopark. Een groen en waterrijk gebied met een sterke verwevenheid tussen natuur en recreatie. Een groen en waterrijk gebied met meer dan voldoende recreatieve gebruikswaarde voor bewoners en passanten. Vanuit recreatie wordt hierin een belangrijke rol toegedacht aan het Werelderfgoed Kinderdijk, het Recreatiegebied Souburgh, het Alblasserbos met het Educatief Streekcentrum Alblasserbos en het nog te realiseren Recreatief Knooppunt Sliedrecht. Deze gebieden zullen in samenhang met elkaar ontwikkeld moeten worden. Deze recreatiegebieden zullen allen een functie moeten vervullen als pleisterplaats, als begin- en eindpunt van bijvoorbeeld wandel-, ruiter-, en fietstochten in de directe omgeving.
Het Recreatief Knooppunt Sliedrecht moet voorzien in elementen op het gebied van sport, recreatie, natuur en water. De realisatie van dit knooppunt moet een oplossing bieden voor de bestaande wateropgave. Het knooppunt zal een oplossing moeten kunnen bieden voor de verplaatsing van de bestaande sportvelden. Deze zullen op een landschappelijk verantwoorde wijze in het recreatief knooppunt moeten worden geïntegreerd. De gronden van de bestaande sportvelden zijn nodig als schuifruimte om te kunnen komen tot een optimalisering of een kwalitatieve afronding van het bestaand stedelijk gebied.
Transformatievisie In mei 2009 is door de Stuurgroep Transformatie Merwedezone de Trans Transformatievisie Merwedezone vastgesteld. Deze visie voorziet in de ruimtelijke ontwikkeling van een Regiopark Merwede met ruimte voor het Recreatief Knooppunt Sliedrecht. De dagelijkse besturen van de, in de Stuurgroep Transformatie Merwedezone vertegenwoordigde, overheidspartijen hebben inmiddels ingestemd met de Transformatievisie Merwedezone en de hierin voorziene ruimtelijke ontwikkelingen. Alleen de provincie Zuid-Holland heeft niet ingestemd.
25
26
In het ontwerp van de nieuwe provinciale structuurvisie en verordening wordt nog onvoldoende rekening gehouden met de voorziene ruimtelijke ontwikkelingen. Hierin wordt in elk geval nog geen ruimte geboden voor de realisatie van een Recreatief Knooppunt Sliedrecht gecombineerd met het verplaatsen van de bestaande sportvelden. Hiertegen zijn inmiddels regionaal en lokaal zienswijzen ingediend. Daarnaast willen we hierover, voorafgaand aan de vaststelling door provinciale staten van de definitieve provinciale structuurvisie en verordening, nog bilateraal overleg hebben met de provincie. Kortom, alle zeilen moeten regionaal en lokaal worden bijgezet om het geheel alsnog voldoende vertaald te krijgen in de nieuwe provinciale structuurvisie. Na de definitieve besluitvorming over de provinciale structuurvisie in de zomer van 2010 kan een reële planning gemaakt worden. Voor de ontwikkeling van de recreatieve knooppunten en hun verbindingen willen de Drechtsteden gezamenlijk met de regio Alblasserwaard en Vijfheerenlanden één ontwikkelplan voor het Regiopark Merwede maken. Dit plan moet ook een gezamenlijk antwoord geven op de vraag aan welke andere functies dan de landbouw, de landschapsgeoriënteerde recreatie, water en natuur in dit gebied ruimte kan worden geboden, onder welke voorwaarden en op welke plaats.
Investeringsvolume Voor de ontwikkeling van het Recreatief Knooppunt Sliedrecht heeft de Grontmij, in opdracht van de gemeente Sliedrecht, in 2006 een eerste stedenbouwkundige uitwerking met kostenbatenraming gemaakt. In 2009 is deze in opdracht van ROM-D geactualiseerd. Bij de kosten-batenraming wordt rekening gehouden met de uitgifte van de te verplaatsen sportvelden als bedrijventerrein. Afhankelijk van de te maken verwervingskosten en de opbrengsten uit de uitgifte van de kavels bedrijventerrein kan het geheel wel of niet kostendekkend gerealiseerd worden.
27
Economisch:
Woonboulevard Sliedrecht
28
Economisch:
Woonboulevard Sliedrecht Binnen de regio Drechtsteden is in 1996 de Woonboulevard Sliedrecht in hiërarchie primair aangewezen als de woonboulevard voor de Drechtsteden. In het verlengde van die besluitvorming heeft de gemeente Sliedrecht samen met de regio Drechtsteden in 1997 een masterplan voor de woonboulevard en de recreatieboulevard ontworpen. Een ambitieus plan met als doelstelling de diversiteit in aanbod te vergroten door van een meubelboulevard over te gaan naar een woonboulevard “in en rond het huis”. De uitvoering van het plan is helaas, wat betreft het ontwikkelen van nieuwe locaties, vertraagd. De reden was dat grondeigenaren niet bereid waren hun locaties aan de gemeente te verkopen.
Ontwikkelingen Tussen 1997 en 2006 hebben zich op het gebied van perifere detailhandel, wat de branchecompositie en het consumentengedrag betreft, de nodige wijzigingen voorgedaan. Die wijzigingen spelen een rol bij de invulling van nieuwe locaties en het voortbestaan van de bestaande locatievestigingen. Mede om die reden is de invulling van de woonboulevard diverse keren op de agenda van de REO ZHZ en de regio Drechtsteden terechtgekomen. De gemeente heeft met inschakeling van externe adviseurs en vertegenwoordigers van de regio Drechtsteden, De REO Zuid-Holland Zuid en de Kamer van Koophandel een ontwikkelingsvisie opgesteld voor de woonboulevard Sliedrecht. De visie “Kiezen voor het verleden of kiezen voor de toekomst” is in oktober 2006 aangeboden aan de stuurgroep REO Zuid-Holland Zuid. De rode draad in de visie is de gedachte van een traditionele woonboulevard achter ons te laten, en ons te richten op de toekomst waarbij we uitgaan van een grootschalige woonwinkelboulevard Drechtsteden. Nadrukkelijk is verzocht om akkoord te gaan met het ontwikkelingsplan van een woonboulevard Drechtsteden op de locatie en in te stemmen met de uitgangspunten en vervolgstappen. Op 19 oktober 2006 heeft de stuurgroep de genoemde visie behandeld en daar vooralsnog alleen kennis van genomen. Nevenassortimenten achtte de stuurgroep vanuit een evenwichtige regionale distributieve structuur niet gewenst.
Leef dood? Voor de locatie Leef (40.000 m2 bvo) is met instemming van de REO ZHZ en de provincie een bouwvergunning afgegeven. Door de stuurgroep REO is de voorwaarde gesteld dat over de invulling van het pand een aparte vrijstelling moet worden aangevraagd. Het project Leef is gestart en vervolgens vanwege financiële problemen gestopt. Met diverse partijen heeft de gemeente geprobeerd het project weer op de rails te krijgen. Tot nu toe tevergeefs, vooral vanwege de beperkte branchering die op de woonboulevard is toegestaan. De problematiek in Sliedrecht staat niet op zichzelf, maar komt overal in Nederland voor. Er is over de gehele linie in Nederland een proces gaande van de doorstart van woonboulevards naar een nieuwe generatie winkelgebied. Dat heeft er toe geleid dat de gemeente in oktober 2009 een projectplan met als bijlagen een marktverkenning en een distributieve onderbouwing op heeft laten stellen.
29
Regionale aanpak Het projectplan met bijlagen is op regionaal niveau besproken. Uit de overleggen bleek dat dit project wellicht een kans van slagen heeft als dat vanuit de regio wordt opgepakt. Vanuit de regio wordt een link gelegd met de uitvoeringsstrategie (herstructurering) bedrijventerreinen, waaronder de cluster Merwede. Voor Sliedrecht gaat dat onder andere om de zone langs de rijksweg A15. Daarnaast spelen de ontwikkelingen van de perifere detailhandelvestigingen elders in de regio een rol in de binnenstad van Dordrecht. Aan de Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden is gevraagd om aan de hand van alle stukken die er al liggen een plan van aanpak op te stellen om op korte termijn tot een verantwoorde besluitvorming te komen. Begin 2010 is er een plan van aanpak klaar waarover gerapporteerd wordt.
Duurzame oplossing woonwagens Duurzame oplossing voor woonwagencentra
De gemeente Sliedrecht telt veertien woonwagenstandplaatsen, die rechtens als zodanig worden verhuurd en gebruikt. Ze bevinden zich op een tweetal woonwagencentra aan respectievelijk de Beyerinckstraat en de Van Hofwegensingel en voldoen niet volledig aan de eisen die hieraan gesteld zijn en aan Woningwet. Op korte termijn zullen alle veertien woonwagenstandplaatsen minimaal moeten voldoen aan de brandveiligheidseisen. Op de lange termijn moet voor het woonwagencentrum aan de Beyerinckstraat elders ruimte gevonden worden voor de realisatie van maximaal 10 woonwagenstandplaatsen. Met dit doel wordt in 2010 een nader onderzoek uitgevoerd. Het college van burgemeester en wethouders moet opdracht geven met de uitgangs- en actiepunten voor nader onderzoek. De situatie > De gemeente Sliedrecht beschikt over een tweetal woonwagencentra. Aan de Beyerinckstraat op het bedrijventerrein Nijverwaard bevindt zich sinds 1975 een woonwagencentrum met 12 woonwagenstandplaatsen, waarvan er 11 als zodanig worden verhuurd en gebruikt. Vanaf 1990 beschikt de gemeente Sliedrecht daarnaast aan de Van Hofwegensingel over een woonwagencentrum met 6 woonwagenstandplaatsen, waarvan er 3 als zodanig worden verhuurd en gebruikt. De gronden zijn volgens het geldende bestemmingsplan ’t Orleans op de plankaart aangewezen voor woondoeleinden (W) met de subbestemming Woonwagenstandplaats (Ww). Deze gronden zijn bestemd voor woonwagenstandplaatsen voor woonwagens met bijbehorende bijgebouwen, sanitaire- en parkeervoorzieningen. Deconcentratie > Om milieuhygiënische en andere redenen is in het verleden besloten het woonwagencentrum aan de Beyerinckstraat op te heffen. Op nieuwe bedrijventerreinen wordt om milieuhygiënische redenen de bouw van (bedrijfs)woningen uitgesloten. In het verlengde hiervan wordt geen
30
handhaving en/of uitbreiding van dit woonwagencentrum op bedrijventerrein Nijverwaard voorgestaan. Ook niet om milieuhygiënische redenen, omdat dit woonwagencentrum zich op relatief korte afstand bevindt van de Parallelweg, MerwedeLingeLijn en Betuweroute. In de toekomst wordt een verdere toename van het weg – en railverkeer ter plaatse verwacht. Zonder aanvullende maatregelen kunnen de woonwagenbewoners hiervan teveel geluidsoverlast gaan ondervinden. Door het ontbreken van bebouwingsvrije zones van minimaal vijf meter tussen de verschillende ‘woonwagens’ kan ook de brandveiligheid ter plaatse niet optimaal gewaarborgd worden. Het handhaven en/of uitbreiden van dit woonwagencentrum past ook niet bij de verdere ontwikkeling en uitstraling van een regionale woonboulevard op het bedrijventerrein Nijverwaard. Na opheffing moeten deze gronden hiervoor worden aangewend. Woonwensenonderzoek > Vanaf aanvang werd bij een opheffing van dit woonwagencentrum bestuurlijk gedacht, en de voorkeur gegeven, aan een nieuw woonwagencentrum aan de Benedenveer. Een nieuw woonwagencentrum met 12 standplaatsen van 13 bij 18 meter. Met dat doel is in opdracht van de gemeente, door Woonactief, een woonwensenonderzoek onder de woonwagenbewoners aan de Beyerinckstraat uitgevoerd.Uit onderzoek van oktober 2008 blijkt dat niet één van deze woonbewoners in principe wenst te verhuizen naar de Benedenveer vanwege de aanwezigheid van de hoogspanningsmast. Zij vinden dat de hoogspanningsmast een te groot en onzeker risico vormt voor de gezondheid van hun kinderen en kleinkinderen. Hieruit blijkt voorts dat alle bewoners in principe een voorkeur hebben voor een herinrichting en uitbreiding van het bestaande woonwagencentrum. Als gevolg hiervan is een patstelling ontstaan. Een oplossing voor het opheffen van het bestaande woonwagencentrum en de ter plaatse bestaande huisvestingsproblemen lijken verder weg dan ooit. Daarom is nader onderzoek vereist naar een duurzame oplossing om op korte termijn te komen tot een oplossing van de bestaande huisvestingsproblemen. Op de lange termijn willen we bij voorkeur komen tot opheffing van het woonwagencentrum aan de Beyerinckstraat Planning > Het nader onderzoek wordt is 1 maart 2010 gestart en wordt uiterlijk voor 1 september 2010 afgerond. Het moet resulteren in een aantal concrete aanbevelingen en activiteiten. Bij het nader onderzoek wordt ook gekeken naar de conclusies en adviezen uit het in 2008 door Woonactief uitgevoerde woonwensenonderzoek. Nadat de onderzoeksopdracht door burgemeester en wethouders is vastgesteld, worden de betrokken woonwagenbewoners hierover in maart 2010 geïnformeerd.
31
Economisch:
Structuurvisie in relatie tot ontwikkeling detailhandel en Kerkbuurt De economische structuurvisie staat al geruime tijd op het verlanglijstje van de raad. Vooral op economisch gebied vinden regionaal veel activiteiten plaats. Inmiddels is er een kantoren- en bedrijvenstrategie bepaald, die steeds meer vorm krijgt. Begin 2010 krijgt de raad een startnotitie voorgelegd.
Economisch:
Structuurvisie in relatie tot ontwikkeling detailhandel en Kerkbuurt Er speelt de komende tijd meer. Zo ligt er voor de winkelpromenade Kerkbuurt een knelpuntenanalyse en een ontwikkelingsstudie klaar. Deze zijn opgesteld door Rabo Vastgoed en Multi Vastgoed in opdracht van de gemeente Sliedrecht. Behalve de Kerkbuurt spelen de locaties Stationsweg (vanaf het CJMV gebouw tot en met de Caroussel), de Groen van Prinstererschool en de herontwikkeling van het Burgemeester Winklerplein een belangrijke rol. Door de onderlinge samenhang is een totaalvisie voor de detailhandel in Sliedrecht van belang. Voor de verdere aanpak ligt er nu een concept startnotitie. Momenteel zijn de uitvoeringsplannen in ontwikkeling, waarbij Sliedrecht deel uitmaakt van de cluster Merwede. Alle locaties in Sliedrecht, die aan de A15 liggen, waaronder de woonboulevard, en de Merwede, worden onder de loep gelegd. Daarna worden er verbanden gelegd met aangrenzende locaties uit Papendrecht en Dordrecht. Vervolgens is er een modelaanpak Duurzaamheid op Bedrijventerrein in de Drechtsteden en Duurzaam Ondernemen. Promotie en werving maken onderdeel uit van de regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden. Een conceptplan staat op de agenda van de ambtelijke adviesgroep en de bestuurlijke commissies. De Proeftuin Maritieme Innovatie (het kenniscentrum) kwam vanuit de Piek Maritiem op de agenda van de regio. Inmiddels heeft er een evaluatie plaatsgevonden van de detailhandel in de Drechtsteden. Deze evaluatie leidt nu tot beleidsafspraken over de gewenste ontwikkelingen. Uit de evaluatie blijkt dat op ad hoc basis besluiten worden genomen over detailhandelsontwikkelingen binnen de verschillende centra, in plaats van op basis van beleid.
33
Sliedrecht innovatief:
Strategische agenda onderwijs
Sliedrecht innovatief:
Strategische agenda onderwijs De gemeente sluit bij voorbaat een leidende rol niet uit waar het gaat om ontwikkeling van bovenregionale onderwijs- of expertisecentra. Het voornemen is er om onder meer vanuit de ontwikkeling van het brede school concept gedegen en aanzienlijk in te zetten op onderzoek naar nieuwe vormen van samenwerking met wijken, bewoners en ondernemers. Het hoofddoel is ontwikkeling van de strategische agenda onderwijs Sliedrecht. Het is noodzakelijk dat vooraf onderzoek en analyse plaatsvinden.
Onderstaande opsomming is het resultaat van een eerste quickscan en aanzet tot verder onderzoek en analyse. • Ontwikkeling verzameldocument/werkkader taakafbakening en samenwerking tussen gemeenten, onderwijs en andere relevante partijen. • Ontwikkeling en vaststelling principeafspraken en ontwikkelpunten met het onderwijsnetwerk en heldere rolbepaling van de gemeente in onderwijsnetwerk. • Inventarisatie van feitelijke situatie bad- en best practices en (ontwikkel-)kansen. Vervolgens formulering prioriteiten en plan van aanpak. • Formulering regie- en monitorrol gemeente Sliedrecht. • Definiëring en ontwikkeling samenwerking Papendrecht. • Haalbaarheidsonderzoek naar de mogelijkheden van wijkfuncties schoolgebouwen en verdergaande nieuwe vormen van samenwerking tussen onderwijs, ondernemers en inwoners. • Haalbaarheidsonderzoek stimulering doorontwikkeling en specifieke profilering Sliedrechts onderwijs. • Participatie binnen Centrum voor Jeugd en Gezin is geformaliseerd. • Haalbaarheidsonderzoek naar mogelijkheden expertisecentrum en optimalisering verwijsstroom naar time-out voorzieningen.
Aanbevelingen 1. Stel een kleine slagvaardige projectgroep samen Het verdient aanbeveling om een ‘taskforce onderwijs’ of projectgroep in het leven te roepen, voordat het werkkader wordt beschreven. Deze groep geeft verdere uitwerking aan doelstellingen en onderzoek etcetera. Het is aan te bevelen om het project samen met het Sliedrechtse onderwijs op te pakken. 2. Breng eerst de feitelijke situatie in kaart Start met een quicksan naar de feitelijke situatie en breng bad- en best practices in beeld. 35
3. Formuleer inhoud en verbeter- of ontwikkeltrajecten Na een startbijeenkomst met alle betrokkenen volgen brainstormbijeenkomsten met interne en externe stakeholders/specialisten. Daarna starten met verdere uitwerking in projectvoorstellen, ontwikkeltrajecten en dergelijke. 4. Vaststelling van de Strategische agenda onderwijs en startbijeenkomst Dan kan een startbijeenkomst handen en voeten geven aan de beleidsvoornemens. Start met het meest kansrijke project om een fundament te leggen voor de agenda. Centraal staan in ieder geval inzet op verbetering en vernieuwingen en kansen van het Sliedrechtse onderwijs.
Het werkkader Wat is de regelgeving? Waarover moet de gemeente zich druk maken? Wie beslist waarover? Wat doet het onderwijs zelf? Wat doet de gemeente of anderen? Deze afspraken moeten duidelijk en voor uitleg vatbaar zijn. Aangenomen wordt dat Sliedrecht beschikt over een goed werkend en effectief (communicatie) netwerk in het onderwijsveld. De infrastructuur functioneert en heeft zich de laatste jaren stevig geworteld. Door de verzelfstandiging maakt de gemeente geen deel meer uit van het Directeurenoverleg en is ook niet langer actief binnen het Samenwerkingsverband Primair Onderwijs Zuid-Holland Zuid. Het onderwijsnetwerk kent ook haar beperkingen. De gedachte is dat samenwerking tussen scholen (voorgezet onderwijs) onderling en met bedrijven verder verbeterd wordt. Hier liggen mogelijk ontwikkelkansen.
Wat we willen bereiken Wij willen naar een toekomstbestendig Sliedrechts netwerk én overlegstructuur waarbij steeds kan worden aangesloten op nieuwe ontwikkelingen en waarbij de samenwerking ‘over elkaars grenzen’ is verbeterd. • Ontwikkeling en vaststelling principeafspraken en ontwikkelpunten met het onderwijsnetwerk. • Inventarisatie van feitelijke situatie bad- en best practices en (ontwikkel)kansen. Vervolgens formulering prioriteiten en plan van aanpak. • Onderzoek naar kwaliteit en effectiviteit van het samenwerkende Sliedrechtse onderwijsnetwerk.
De verzelfstandiging Het openbaar onderwijs verzelfstandigt binnenkort. Het gemeentebestuur is geen bevoegd gezag meer en de rollen veranderen. Een stichtingsbestuur neemt het over en krijgt binnen wettelijke grenzen beleidsvrijheid en zeggenschap. De gemeente houdt wel min of meer eindverantwoordelijkheid en moet in huisvesting voorzien.Hierdoor kunnen we bereiken dat er duidelijkheid komt over vormen, relaties, verantwoordelijkheden en dergelijke met het Sliedrechtse onderwijsveld.De samenwerking met de gemeente Papendrecht is beschreven en vastgesteld en hierover is duidelijk gecommuniceerd.Hoe? • Formulering regie- en monitorrol gemeente Sliedrecht ten opzichte van het onderwijs in brede én specifieke zin van het woord. • Definiëring en ontwikkeling samenwerking Papendrecht.
De ontwikkeling We nemen aan dat in de toekomst meer behoefte ontstaat aan gebruik van (wijk)gebouwen voor activiteiten.Rijst de vraag welke voorzieningen hiervoor in aanmerking komen. Theoretisch gezien kunnen scholen, en vooral schoolgebouwen, meer wijk- en ontmoetingsfuncties vervullen. In de nieuwe wijk Baanhoek-West wordt een brede school gebouwd waarbij het niet alleen om de
36
bakstenen gaat. Het gaat hier om functies, samenwerken, relatie met de buurt en dergelijke. Met inzet van voldoende menskracht en middelen kan het verschijnsel brede school in het bijzonder met wijk- en buurtfunctie worden vormgegeven. Hier zijn veel verschillende aspecten en mogelijkheden aanwezig.De school kan mogelijk een meer centrale plaats in de wijk op zich nemen: aanwezigheid van kansen door uitbreiding van functies moet hiervoor onderzocht worden.Daarentegen kan het schoolgebouw voorzien in ruimtelijke behoeften van diverse partijen. Ook kunnen het bedrijfsleven, verenigingen en dergelijke nieuwe vormen van service of dienstverlening ontwikkelen. Hierbij moet vooraf nadrukkelijk aansluiting gezocht worden bij het gestelde in beleidskaders zoals Wmo-beleid, Peuterspeelzaalbeleid, Jeugdbeleid en Onderwijsbeleid van de gemeente Sliedrecht. Hoe? Door een haalbaarheidsonderzoek naar de mogelijkheden van wijkfuncties schoolgebouwen en nieuwe vormen van samenwerking tussen onderwijs, ondernemers en bewoners. Zoals gezegd horen hierbij ook onderzoek naar en prioriteitstelling van de kansen over het vergroten van de bereikbaarheid van bijvoorbeeld kinderopvang en peuterspeelzalen.
Klassenverkleining Klassenverkleining en meer is landelijk vastgesteld en bekostigd. Wel kan onderzocht worden of en hoe gemeenten middelen beschikbaar kunnen stellen. Adequaat overleg en draagvlak is nodig om vernieuwende projecten te laten slagen. Denk ook aan een vernieuwde (financiële) impuls van de voornemens, die staan in de Onderwijsnotitie ‘Samenleven en bewegen Veiligheid en techniek’, maart 2007. Voor het openbaar onderwijs is het van belang een zo optimale situatie te verkrijgen in Baanhoek-West. Specifieke profilering zoals bij de Roald Dahl (Wilgen) en samenwerking met bijvoorbeeld peuteropvang blijkt vruchtbaar. Het betreft hier een taak van het stichtingsbestuur. Toch onderschrijft de gemeente met nadruk het maatschappelijk belang hiervan. Zij is van plan te onderzoeken waar en hoe zij de kansen en mogelijkheden van de ‘specifieke profilering’ ten gunste van de bewoners van Sliedrecht, mede kan stimuleren. Hoe? Door een haalbaarheidsonderzoek stimulering, doorontwikkeling en specifieke profilering Sliedrechts onderwijs. Zorg en welzijn > Zorg binnen het onderwijs groeit. Samenwerking rond het centrum voor Jeugd en Gezin is in ontwikkeling. Los hiervan is de wens tot ontwikkeling van bijvoorbeeld een expertisecentrum breder dan een praktijkschool. Ook vragen scholen, kinderen en ouders beperking van heen en weer plaatsen van leerlingen tussen school en time-out voorzieningen. Deze onderwerpen passen in de uitvoering van bijvoorbeeld vernieuwing- of verbetertajecten. We willen helderheid over samenwerking binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin en helderheid over de wenselijkheid van het ontwikkelen van een expertisecentrum en een optimalisering van de verwijsstroom timeoutvoorzieningen. Er bestaat sinds17 december 2007 een door B&W ingestemd lokaal gezondheidsbeleid Sliedrecht 2007-2011. In februari 2008 gaf het college opdracht voor het project ‘Integraliteit en uitwerking ezondheidsbeleid’.
37
Ontwikkelingen integraal Gezondheidsbeleid
Ontwikkelingen integraal Gezondheidsbeleid Bij de uitvoering van tal van actiepunten van het gezondheidsbeleid zijn meerdere beleidsterreinen binnen en buiten de afdeling Welzijn, Educatie en Zorg betrokken. Vooral bij de actiepunten rond de uitgevoerde Gezondheidseffectscreening (GES) Sliedrecht is dit het geval (ROBM, Projecten, Groen, Verkeer en GHOR, wonen, onderwijs, sport en verslavingspreventie). Daarnaast wordt door de Inspectie voor de Gezondheidszorg getoetst op uitvoering van art.16 van de Wet Publieke Gezondheid (WPG, voorheen art. 5.2 Wcpv), over advisering van de GGD op besluiten die belangrijke gevolgen hebben voor de publieke gezondheid.
Onderlinge afstemming is nodig om tot een effectieve integrale uitwerking en uitvoering van beleid te komen. Door de Inspectie voor de Gezondheidszorg wordt de komende beleidsperiode onder andere op het voeren van een integraal beleid stringenter toezicht gevoerd en gehandhaafd. Bij de uitvoering van de actiepunten in het lokaal gezondheidsbeleid is het van groot belang om doelen en tijdspaden te bewaken en om deskundigen te betrekken bij voorbereiding van de uitwerking van beleid en uitwerking van procedures. Door het rijk wordt op korte termijn, in samenspraak met de VNG, een kwaliteitskader ontwikkeld voor de verantwoording van het gemeentelijke gezondheidsbeleid.
Uitwerking actiepunten GES De uitwerking van de 13 actiepunten voor het project Integraal Gezondheidsbeleid is verdeeld over vijf deelprojecten. In een tweetal werkgroepen: grootschalige projecten en planvorming zijn handreikingen voor de aanpak van integraal beleid uitgewerkt. De deelprojecten groen en fijnstof, actualisering GES en evaluatie en verantwoording zijn nog in ontwikkeling of later ingepland. Aan het slot van deze notitie staat een schematisch overzicht van de stand van zaken van de uitwerking van de actiepunten naar aanleiding van de GES. Dit is gebaseerd op het Lokaal Gezondheidsbeleid Sliedrecht 2007-2011. Tijdens de voorbereiding bleek dat er landelijk voor de implementatie van het instrument GES geen voorbeelden voorhanden waren. In Sliedrecht is met ondersteuning van de GGD Zuid-Holland Zuid en Rotterdam-Rijnmond een opzet gemaakt die heeft geleid tot een tweetal handreikingen. Voor deze methode is regionaal en landelijk belangstelling. De twee handreikingen en bijbehorende checklists dienen als hulpmiddel ter borging van een integrale aanpak van de gezondheidsaspecten in het fysieke domein. De besprekingen in de werkgroep Grootschalige projecten en Planvorming beleid hebben in de periode eind 2008 tot eerste kwartaal 2009 tot een tweetal handreikingen met checklists geleid. In het MT van 13 mei 2009 zijn de handreikingen met instemming besproken.Deze handleidingen worden momenteel door de afdelingsmanagers geïmplementeerd in de werkwijze van de afdelingen. 39
Inhoudelijke verwerking van de actiepunten Daarnaast is een start gemaakt met bespreken van de lopende projecten en een inschatting van de projecten waar gezondheid een belangrijk aspect vormt en gemeentelijk beleid van invloed kan zijn. Op grond hiervan wordt de Arts Maatschappij & gezondheid van de GGD ZHZ betrokken bij voorbereiding en uitwerking van deelonderwerpen van deze projecten. Het betrof de projecten Benedenveer, Oude Uitbreiding West en Watertorenterrein.Bij de projectleider ligt het initiatief om haar uit te nodigen voor besprekingen. Ook is een aantal beleidplannen in voorbereiding besproken, het fietsbeleidsplan en het milieubeleidskader en -uitvoeringsplan. In de verdere uitwerking van deze plannen wordt de Arts Maatschappij & gezondheid van de GGD ZHZ betrokken over de gezondheidsaspecten.
Versterking (zorg)voorzieningenstructuur in Sliedrecht In 2008/ 2009 vond onderzoek plaats naar de mogelijkheden voor versterking van de voorzieningenstructuur in Sliedrecht vanwege “Sliedrecht 2010 en verder”. Het onderzoek ‘Sliedrecht gezond; focus op gezondheidsvoorzieningen in de gemeente’ is uitgevoerd door het PON uit Tilburg. Voor dit onderzoek zijn gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van 20 zorgorganisaties en verwante organisaties lokaal en in de regio. De ontwikkelingen rond bevolking, zorginfrastructuur en beroep in Sliedrecht zijn in beeld gebracht. Evenals de inzichten van de zorgaanbieders en aanverwante organisaties, een aantal algemene ontwikkelingen die van belang zijn voor de zorg in Sliedrecht en er zijn conclusies getrokken en aanbevelingen gedaan voor de inzet van beleid en verdere initiatieven.Het rapport schetst een aantal punten waar de gemeente actie op kan ondernemen.Tijdens een miniconferentie op 17 november 2009 is het onderzoeksrapport gepresenteerd en door belanghebbenden van instellingen voor zorg, welzijn, wonen en (beroeps)onderwijs besproken. De miniconferentie heeft geleid tot een drietal thema’s die nader worden uitgewerkt: Scholing en zorg in combinatie met aanpak jeugdwerkloosheid, Ketenaanpak dementie en Aanpak overgewicht. De resultaten zullen worden gevolgd en besproken in het bestuurlijk overleg WZW.
Regionale thema’s Na vaststelling van het regionale gezondheidsplan heeft het portefeuillehouderoverleg VGZ aan de GGD Zuid-Holland Zuid opdracht verstrekt om dit beleid nader uit te werken. Deze uitwerking heeft geleid tot een viertal uitvoeringsprogramma’s: • Verbetering binnenmilieu • Depressiepreventie • Alcoholpreventie • Overgewichtpreventie. Over de uitvoeringsprogramma’s is via nota’s over de vergaderstukken van het portefeuillehouderoverleg informatie verstrekt aan het college en de gemeenteraad. Informatie over de uitvoeringsprogramma’s is te vinden via www.ggd.nl/ informatie voor/ gemeenten/ uitvoeringsprogramma’s. De programma’s zijn gestart of al in volle gang.
Alcoholpreventie De officiële aftrap van het vier jaar lopende programma “Verzuip jij je toekomst?!” was eind maart 2009. Op 4 juli heeft in Sliedrecht een verkenningsactie horeca plaatsgevonden, gevolgd door een handhavingactie. Vanaf oktober 2009 werden er weer steekproeven gedaan. Het college heeft in september contact gehad met de uitbaters van de Bios over het All Inclusive arrangement. De gemeente volgt de ontwikkelingen kritisch.
40
In oktober was er een steekproef over de houding van ouders ten opzichte van alcoholgebruik door hun kinderen. Verder waren de gehele periode publicaties via website, artikelen in het Kompas en nieuwsbrieven. Eind 2009 zijn de mogelijkheden geïnventariseerd voor een pilot om de leeftijd van alcoholverstrekking te verhogen naar 18 jaar. Ook werden in 2009 de mogelijkheden voor aanpassing van de subsidievoorwaarden voor verenigingen en instellingen onderzocht. Eén Sliedrechtse school neemt deel aan de pilot “alcoholvrije Kids”van het Trimbos instituut. Er is eind 2009 onderzoek gedaan naar naleving van bepalingen verstrekking alcohol aan jongeren bij detailhandel, horeca , sportkantines, cafetaria’s en jeugdcentra. De resultaten zullen binnenkort bekend worden.
Depressiepreventie In het eerste jaar vond de pilot Depressiepreventie bij ouderen in Sliedrecht plaats. Deze pilot was succesvol en wordt nu als vast onderdeel van het programma voor de regio opgenomen. In Sliedrecht was dit jaar nog een vervolg op de pilot door een tweede cursus Rouw in Beweging en ondersteuning van de aandachtsfunctionarissen, die eerder het depressieprogramma voor ouderen volgden. Er worden gesprekken en voorbereidingen gevoerd over het opstarten van programma’s via internet waarvan de effectiviteit onderzocht is. Naar verwachting zullen de voorbereidingen in maart zijn afgerond en starten de programma’s.
Binnenmilieu In het programma binnenmilieu worden ventilatieadviezen gegeven aan scholen waarvan de binnenmilieukwaliteit slecht is en waar sprake is van natuurlijk ventilatie. In 2009 zitten in Sliedrecht nog geen scholen in het programma, omdat de situatie gunstiger afsteekt dan bij scholen in een aantal andere gemeenten. Het college heeft besloten gebruik te maken van de ministeriële Regeling verbetering binnenklimaat huisvesting primair onderwijs 2009. Dit ter verbetering van de energiezuinigheid en het binnenmilieu van bestaande scholen.
Overgewicht Er zijn vier pilots op het terrein van overgewicht in de regio. Daarnaast wordt gewerkt aan een E-Health programma gericht op overgewicht. Begin 2010 wordt in Sliedrecht gestart met een quickscan overgewicht voor de verschillende betrokken beleidsterreinen. Als vervolg op de miniconferentie Sliedrecht gezond wordt met de commissie eerstelijns de mogelijkheid voor een pilot in samenwerking met Balans onderzocht. In Sliedrecht vindt ook de voorbereiding plaats voor een pilot gezonde schoolprofielen. Twee scholen hebben zich hiervoor aangemeld: Henri Dunant en Oranje Nassau, locatie Frans Halsstraat. Op basis van deze profielen kan beter worden ingezoomd op specifieke vraagstukken die bij leerlingen van de betreffende scholen spelen. De Henri Dunantschool heeft vanwege andere prioriteiten moeten afzien van deelname. In het voorjaar wordt opnieuw onderzocht welke andere school in Sliedrecht bereid is om deel te nemen.
Communicatie Inwoners worden voor het gehele regionale programma geïnformeerd over cursussen en informatiebijeenkomsten, via website gemeente en GGD, folders en flyers en contactpersonen. Er worden nog afspraken gemaakt met Sliedrecht over het publiceren van artikelen in huis-aanhuisbladen.
41
Laagdrempelige voorziening
Centrum voor Jeugd en Gezin
Laagdrempelige voorziening
Centrum voor Jeugd en Gezin Iedere gemeente is volgens de Wet op de Jeugdzorg verplicht om uiterlijk in 2011 een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) te hebben. Een CJG is een laagdrempelige en herkenbare voorziening voor opvoeders en jeugd (-9 maanden tot 23 jaar). Hier kunnen zij terecht met (hulp)vragen en hier wordt hulpverlening geboden. Op 22 april 2009 heeft uw college het plan van aanpak vastgesteld voor het tot stand komen van een CJG in Sliedrecht. In samenspraak met een Kerngroep worden de plannen voorbereid. De gemeenteraad is in december 2008 en augustus 2009 tussentijds over de ontwikkelingen geïnformeerd.
Kerngroep CJG Kerngroep CJG bestaat uit gemeente (voorzitter), onderwijs, bureau Jeugdzorg, Maatschappelijk werk, JGZ 0-4, JGZ 4-19 en een vertegenwoordiger van de Wmo-adviesraad. De volgende uitgangspunten zijn in de Kerngroep besproken om te komen tot een gezamenlijke visie op het ondersteuningsaanbod van de partners van het CJG: • versterken van competenter opvoedingsgedrag • minder gebruik van dwang en negatieve disciplinering • beter communiceren • minder opvoedingsstress Er wordt gezamenlijk gestreefd naar een aansluitend aanbod van opvoedingsondersteuning in de keten van voorlichting en informatie, lichte opvoedingsondersteuning, gericht opvoedingsadvies, opvoedingstraining en gezinsinterventie.
Voorzieningen in Sliedrecht Er is in Sliedrecht, naast een algemeen aanbod aan voorzieningen (peuterspeelzalen, onderwijs) een breed scala voorhanden aan signaleringsfaciliteiten, faciliteiten voor opvoedingondersteuning, en instrumenten en netwerken gericht op jeugdigen. De conclusie van de kerngroep is dat het aanbod aan voorzieningen in Sliedrecht voldoende dekkend is. Eén van de onderdelen die dienen te worden ontwikkeld, is een inlooppunt CJG. Dit loket van het CJG Sliedrecht dient borg staan voor adequate eerste toegang tot informatie, advies, eenvoudige opvoedondersteuning en waar nodig verwijzing naar het achterliggende netwerk voor verdere ondersteuning. Met de bestaande aanbieder Rivas wordt overlegd over het combineren van functies om tot vorming van een inlooppunt te komen.
43
Onderzoek behoeften Ouders en jeugd In 2009 heeft onderzoek plaats gehad onder jeugdigen van 12 tot 23 jaar en ouders van kinderen van 0 tot 23 jaar. Het onderzoek is onder begeleiding van de Universiteit Utrecht uitgevoerd door een stagiair als onderdeel van afronding van haar studie. Naast veel meer gedetailleerde bevindingen heeft het onderzoek drie conclusies opgeleverd: • het inlooppunt moet een laagdrempelige voorziening zijn en moet vertrouwen uitstralen, • ouders willen bij de hulpverlening zelf invloed hebben op allerhande aspecten van de hulpverlening en • er moet gesignaleerd worden door de netwerken. De gemeente Sliedrecht heeft in 2008 besloten in regioverband deel te nemen aan Zorg voor Jeugd. In de regionale notitie “Signaleringssysteem Zorg voor Jeugd Drechtsteden en AV” zijn de kaders vastgelegd. Per 1 juni 2009 is Zorg voor Jeugd van start gegaan.
Aansluiting casusoverleggen op ZAT In het kader van de opvangstructuur in het onderwijs sluiten de huidige casusoverleggen Multidisciplinair team (MDT 0-12 jaar) en Samenwerkingsverband Jeugd Sliedrecht (SJS) qua werkwijze nog niet aan bij de te vormen Zorgadviesteams (ZAT’s). Aan het MDT 0-12 jaar nemen uitvoerenden deel uit het onderwijs, de kinderopvang, peuterspeelzalen, jeugdgezondheidszorg, maatschappelijk werk en Bureau Jeugdzorg. Voorzitter is de heer W. Dunsbergen. Deelnemers aan het SJS zijn Bureau Leerplicht, reclassering, jongerenwerk, onderwijs, politie, maatschappelijk werk, jeugdpreventieteam, onder voorzitterschap van de gemeente. Om uitvoering te kunnen geven aan het uitgangspunt ‘één gezin, één plan’ wordt gezocht naar een werkwijze die de casusoverleggen verbindt. Ook worden afspraken gemaakt over het volgen van de besproken casussen binnen de overleggen en over het verbinden van de overleggen. Breed wordt de inzet tot vorming van één ZAT in Sliedrecht voor bespreking en afstemming van die casussen waarin meervoudige problemen met inzet van meerdere organisaties spelen. Gelet op de regierol en de bevoegdheid van de gemeente (doorzettingsbevoegdheid) die in de wetwijzigingsvoorstellen voor de Wet op de Jeugdzorg worden voorgesteld, ligt het voor de hand om niet meer deel te nemen aan de casusoverleggen. Het ontbreekt in Sliedrecht aan strategisch overleg voor het jeugdbeleid. Er worden voorbereidingen getroffen voor een overleg waarin de beleidsbepalers van de belangrijkste organisaties in het jeugdbeleid zitting hebben, onder voorzitterschap van de gemeente.
Schriftelijke afspraken Er worden uitgangspunten vastgelegd in overeenkomsten met aanbieders van voorzieningen in de preventieve jeugdzorg. Het betreft de aard van samenwerking, afstemming en coördinatie, en de verantwoordelijkheden. Deze afspraken moeten bijdragen aan het versterken van de keten van preventieve jeugdzorg. Ook worden onderlinge afspraken gemaakt over hoe om te gaan met casussen. Dit in samenhang met Zorg voor Jeugd.
Ontwikkelingen rond structuurwijziging iJGZ De jeugdgezondheidszorg betreft het consultatiebureau (JGZ 0-4), uitgevoerd door Rivas Zorggroep en de schoolartsen (JGZ 4-19), uitgevoerd door de GGD. Door uitbreiding van de gezondheidsregio met Hoekse Waard en de focus van Opmaat op de Rotterdamse regio is structuurwijziging van de integrale Jeugdgezondheidszorg (iJGZ) noodzakelijk. Aan het 44
handhaven van de bestaande situatie kleven te veel nadelen volgens de Bestuurscommissie Volksgezondheid van de regio ZHZ. Er is een procedure gestart waarin aan de iJGZ onder concurrentie subsidie wordt verleend. Volgens planning zal in maart 2010 een besluit worden genomen over de organisatie die de iJGZ gaat uitvoeren.
Aankoop accommodatie Na oriëntatie op de mogelijkheden om het huidige gebouw aan de Nic. Beetsstraat als vestigingsplaats voor het consultatiebureau te kunnen behouden, heeft de raad op 8 februari 2010 besloten krediet beschikbaar te stellen voor de aankoop van dit pand en het geschikt maken als vestigingsplaats voor het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Dit onder de voorwaarde dat exploitatie van zowel Nic. Beeststraat als De Reling dekkend is. Op basis van een globale exploitatieberekening en een reële huur zou er een exploitatietekort zijn van € 43.000. Dit kan worden gedekt uit de middelen BDU CJG. Er moeten voldoende garanties komen voor de continuïteit van de huisvesting om een eventuele investering te borgen. Dit i.v.m. de ontwikkelingen rond de integrale jeugdgezondheidszorg (iJGZ). Onder de aanbieders bestaat een groot draagvlak voor vestiging in één gebouw. Gegadigden zijn: Rivas Zorggroep met het consultatiebureau, school-, jeugd- en algemeen maatschappelijk werk, opvoedbureau en gezinscoaches, de GGD met de schoolartsen (JGZ 4-19), Logopedische Dienst, HomeStart en de Speel-o-Theek. Ook zal er vergaderd kunnen worden met de casusoverleggen. Enkele organisaties die eventueel in het pand gehuisvest kunnen worden (Logopedische Dienst, HomeStart en Speel-o-Theek), zijn nu gevestigd in de Reling. Onderzocht wordt welke consequenties dit heeft voor de exploitatie van de Reling. Er worden gesprekken gevoerd met een instelling die past binnen de doelstelling van het gebouw, en die de mogelijk vrijvallende ruimte kan gaan huren. Er wordt bezien of voor de verdere ontwikkelingen rond de aankoop en huisvesting van het pand een extern projectleiderschap wenselijk of noodzakelijk is.
Financiën Via de Brede doeluitkering CJG (BDU) worden door de gemeenten de middelen ontvangen voor de uitvoering van jeugdgezondheidszorg (JGZ) en prenatale preventie, preventieve jeugdzorg en uitvoering van opvoedingsondersteuning in het kader van de Wmo. Op basis van de verantwoording van de uitgaven van het budget van de BDU wordt voor de periode 2012 e.v. de structurele bijdrage in het gemeentefonds vastgesteld. Om de middelen voor de periode 2007-2011 voldoende te borgen is een voorziening tot stand gebracht. Zo wordt enerzijds de verantwoording van de uitgaven gebundeld en anderzijds wordt geborgd dat de uitgaven voor de daarop volgende jaren voldoende gezekerd zijn. Het maatwerkdeel voor de JGZ wordt ontvangen via het gemeentefonds. Maatwerk is bedoeld om in te kunnen zetten op specifieke lokale vraagstelling. Het is ondersteunend in de doelstellingen van het lokaal jeugdbeleid. Het is van belang dat per gemeente de beleidsinzet kan worden bepaald, en dat het maatwerk integraal voor de doelgroep van 0-19 jaar wordt ingezet. Wel is regionale afstemming gewenst uit oogpunt van doelmatigheid en efficiency.
Planning Medio 2010 wordt het beleidskader CJG aan de raad voorgelegd, waarin de uitwerking van huisvesting in de accommodatie aan de Nic. Beetsstraat is meegenomen. In 2010 wordt het tot stand brengen van opzet en huisvesting van het CJG verder uitgewerkt. In 2011 zal het CJG operationeel zijn. Daarmee is dan voldaan aan de wettelijke eis om voor 1 januari 2012 in de gemeente een CJG operationeel te hebben. 45
Veilig op straat
Verkeersplan
Veilig op straat
Verkeersplan Het Verkeersbeleidsplan is een visie op de Sliedrechtste verkeersstructuur voor de periode 2010 – 2030. Het doel van het verkeersbeleidsplan is om reeds nu inzichtelijk maken waar wij in de toekomst hier naar toe willen, zodat in ruimtelijke plannen rekening mee wordt gehouden en de noodzakelijke ruimte beschikbaar blijft of komt. Verder heeft het vastleggen van de visie als voordeel dat de verkeerskundige wensen vroegtijdig meegenomen kunnen worden bij onderhoud, reconstructie of revitaliseringsprojecten. Het Verkeersbeleidsplan is een kaderdocument waar per thema specifieke deelrapporten onder komen te hangen. Zo is er al een Parkeernota (parkeernormen) en wordt er op basis van het Verkeersbeleidsplan besloten over het Fietsbeleidsplan. Het Fietsbeleidsplan is een uitwerking van het Verkeersbeleidsplan specifiek op de fiets gericht.
Het Verkeersbeleidplan is de opvolger van het VerkeersCirculatiePlan 2005 (VCP 2005). In het VCP 2005 is de hoofdwegenstructuur en de categorisatie vastgelegd. Het Verkeersbeleidsplan neemt deze structuur als basis en bekijkt waar nu of in de toekomst knelpunten zijn en hoe deze in de toekomst opgelost kunnen worden. Het Verkeersbeleidsplan is overigens geen uitvoeringsprogramma, het is de bedoeling om het uitvoeringsprogramma na vaststelling van het Verkeersbeleidsplan op te stellen. Het Verkeersbeleidsplan is een middel om inzichtelijk te maken wat er in de toekomst gaat spelen, zodat wij daar nu al rekening mee kunnen houden.
Waar gaat het Verkeersbeleidsplan over? Het Verkeersbeleidsplan gaat over het functioneren van het huidige verkeersnetwerk en de toekomstvastheid hiervan. Onderwerpen die hierbij aan de orde komen zijn verkeersveiligheid, verkeersafwikkeling, parkeerdruk en de gezondheidseffectscreening. De selectie is gemaakt door tellingen en metingen (parkeerdruk, snelheid, verkeersintensiteit) en het inventariseren van wensen en knelpunten bij belanghebbenden zoals wijkplatforms, winkeliers, raadsleden en ondernemers. Naast het inventariseren van huidige knelpunten wordt de informatie tevens gebruikt om toekomstige knelpunten in het wegennet te signaleren, zodat daar reeds nu bij ruimtelijk ontwikkelingen rekening mee gehouden kan worden.
47
Rotondes De voorrangsregeling voor fietsers op rotondes is het meest urgente onderdeel van het Verkeersbeleidsplan. Bij de vaststelling van het VCP 2005 is in principe besloten om de fietsers uit de voorrang te houden, maar is de mogelijkheid opengehouden om dit te veranderen. Uiteindelijk is op Drechtstedenniveau besloten dat de voorrangsregeling op rotondes een gemeentelijke aangelegenheid is. Sliedrecht is overigens nog wel de enige gemeente binnen de Drechtsteden met fietsers uit de voorrang. Landelijk heeft zo’n veertig procent van de gemeenten de fietser uit de voorrang. Het onderwerp is geagendeerd voor de raad van 8 februari 2010. Het Verkeersbeleidsplan bevat een uitgebreide selectie aan wensen en maatregelen. Het is de bedoeling in 2010 een uitvoeringsprogramma op te stellen, zodat de verschillende projecten en wensen ten opzichte van elkaar geprioriteerd kunnen worden. Een groot deel van de projecten is dusdanig grootschalig dat ze financieel alleen haalbaar zijn als ze kunnen meeliften met andere projecten zoals onderhoud, reconstructie of revitalisering.
Doel van het plan In Sliedrecht was het gebruikelijk om elke drie à vier jaar een nieuw Verkeerscirculatieplan op te stellen. Het eerste Verkeerscirculatieplan is opgesteld om de Sliedrechtse wegenstructuur geschikt te maken voor twee decentrale aansluitingen op de A15 ter vervanging van de aansluiting bij de Stationsweg. Dit betekende een ingrijpende wijziging van het hoofdwegennet. Door elke drie à vier jaar het plan te actualiseren kon goed ingesprongen worden op nieuwe ontwikkelingen. Aangezien de hoofdwegenstructuur nu zo goed als afgerond is, is de opzet van het document veranderd in een Verkeersbeleidsplan. De aandacht gaat hierbij uit naar het optimaliseren en beter benutten van de bestaande wegenstructuur. Het doel van het Verkeersbeleidsplan is een veilig en goed functionerend wegennet nu en in de toekomst. Om dit te waarborgen dient bij ruimtelijke ontwikkelingen rekening te worden gehouden met toekomstige aanpassingen aan de infrastructuur of kan de gewenste infrastructuur reeds in de ontwikkeling worden meegenomen.
Welke afspraken zijn er gemaakt? 1. De Raad heeft op 12 januari 2009 ingestemd met de evaluatie VerkeersCirculatiePlan 2005 en het opstellen de opvolger te hernoemen tot een verkeerbeleidsplan 2. Conform het raadbesluit van 12 januari 2009 zal het Verkeersbeleidsplan eenmaal in de vijf jaar worden geactualiseerd. Het Fietsbeleidsplan volgt dit ritme. 3. Vaststelling Parkeernota door de Raad op 2 maart 2009 4. Vaststelling Verkeersbeleidsplan en Fietsbeleidsplan op 8 februari 2010.
48
Sliedrecht veilig in 2010 en verder
Speerpunten veiligheid
Sliedrecht veilig in 2010 en verder
Speerpunten veiligheid In het jaar 2010 en 2011 wordt het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) ontwikkeld tot een volwaardig functionerend expertise -of informatie- centrum, dat wordt gefinancierd vanuit de deelnemende gemeentes en de partners die hierin zijn betrokken (waaronder Politie, Justitie, Belastingdienst, etc) vanuit de Provincie en het Rijk.
Aan de deelname aan het RIEC zijn ook lokaal werkzaamheden verbonden. Er zullen reguliere overleggen worden bijgewoond die het RIEC organiseert en welke ook onder andere scholing bevatten voor uitvoerende ambtenaren. Er wordt daarnaast een nog actievere houding verwacht van de gemeente op het gebied van BIBOB en horeca hetgeen kan leiden tot meer (tijdrovende) BIBOB zaken. Met een afvaardiging van de winkeliers uit de winkelpromenade Kerkbuurt en een afvaardiging van bewoners zijn in 2009 een aantal maatregelen in gang gezet om de leefbaarheid en veiligheid op de Kerkbuurt te verbeteren. Een aantal van die maatregelen vraagt ook in 2010 verder aandacht, zoals: • het daadwerkelijk realiseren van de voorgenomen uitbreiding van het cameratoezicht, zowel fysiek als juridisch; • het maken van afspraken over het inzetten van suswachten op donderdagavond inclusief afsprakenkader; • een gezamenlijke aanpak op het gebied van graffiti (winkeliers, gemeente en politie) Een intensieve en sluitende aanpak op bovenstaande gebieden vraagt de nodige tijdsinspanning. Evenals ieder jaar is aan het begin van 2010 stilgestaan bij het verloop van de oud en nieuwviering. We inventariseren dan wat er is voorgevallen op het gebied van bijvoorbeeld politie, brandweer, uitgaan en vandalisme en we kijken naar aandachtspunten die we voor de komende oud en nieuw kunnen noteren. De afgelopen jaarwisseling 2009/2010 is wederom rustig verlopen. In opvolging van het ‘Plan van aanpak vandalisme en overlast 2007/2008’ wordt een nieuw plan ontwikkeld met een nieuw kader voor de verdere bestrijding van overlast. We dienen ons te bezinnen op maatregelen om vandalisme en overlast in de komende jaren verder te bestrijden.
51
In 2009 is een succesvolle aanpak van zakkenrollers tot stand gekomen. Vanwege het succes is besloten ook in 2010 met dit project door te gaan. In totaal heeft Sliedrecht nu negen enthousiaste vrijwilligers die staan te popelen om ook weer in 2010 de zakkenrollerij te lijf te gaan door voorlichting aan vooral ouderen en hun zichtbare aanwezigheid in het dorp. Wij zullen dit project wederom faciliteren. Hieronder vallen zaken als het deelnemen aan reguliere overleggen, het organiseren van communicatie, organiseren van middelen voor het preventieteam, het voeren van evaluatiegesprekken. Met het herinrichten van het bestaande station zal tevens rekening moeten worden gehouden met het realiseren van cameratoezicht. Op dit moment is nog niet bekend of het cameratoezicht voor het bestaande óf het nieuwe station Baanhoek West al in 2010 moet worden vormgegeven, maar hier wordt al wel rekening mee gehouden. Direct na het ontvangen van de kaderbrief in mei/juni 2010 zullen voorbereidingen worden getroffen om het nieuwe Veiligheidsplan Openbare Orde en Veiligheid 2011 voor de begrotingsraad te behandelen in de informerende en opiniërende vergadering. Jongeren zijn een belangrijke doelgroep in Sliedrecht. Vanuit openbare orde en veiligheid hechten we daarom aan een jaarlijks contact met jongeren. In het verleden is al gebleken dat dit contact het beste kan plaatsvinden op scholen. De burgemeester als voorlichter vanwege het brede gebied van veiligheid (als voorbeelden veiligheidsgevoel van jongeren, alcohol, vernielingen, wensen en ideeën van jongeren over Sliedrecht). In 2010 wordt het Veiligheidshuis uitgebreid in de regio, waaronder Sliedrecht. Een veiligheidshuis is een lokaal of regionaal samenwerkingsverband tussen verschillende veiligheidspartners en gericht op een integrale, probleemgerichte aanpak om de objectieve en subjectieve sociale veiligheid te bevorderen. In het Veiligheidshuis werken verschillende organisaties samen, die bij veiligheid en handhaving zijn betrokken en nu letterlijk onder één dak de werkzaamheden verrichten. Hierdoor vindt vrijwel doorlopend informatie-uitwisseling plaats over zorg- en risicojongeren. In 2010 zullen wij hiervoor informatie verstrekken en overleggen voeren om te komen tot een verdere samenwerking. In 2009 is door wijkplatform Oost een initiatief voorgesteld om te komen tot buurttoezicht. Een aantal mensen uit de wijk Oost wil zich inspannen om buurttoezicht in een deel van wijk Oost tot stand te brengen. Wij zullen in 2010 nagaan of dit initiatief van de grond kan komen en zo nodig dit initiatief ondersteunen.
Sociale samenhang door Wijkgericht Werken Om het wijkgericht werken nog effectiever te maken, wordt in 2010 een duidelijk profiel gegeven aan het wijkgericht werken. Kortom, het hoe en waarom wordt zowel intern als extern verduidelijkt. Verder wordt geleidelijk toegewerkt naar duidelijke afspraken over de inbreng van de verschillende deelnemers (een beweging in de richting van wijkjaarplannen, waarbij wordt uitgegaan van een groeimodel). Een aantal belangrijke projecten en activiteiten zijn:
52
Begeleiding wijkplatforms • Up-date jaarprogramma’s wijkplatforms (t/m maart 2010), wijkplatforms concretiseren wat ze gaan doen op op het gebied van interactie tussen wijkplatform(leden) en de wijk; • Wijkplatformvergaderingen (8 per wijk), duidelijke afspraken maken, partijen bij elkaar brengen, initiatieven ondersteunen.
Wijkplatformvergadering waarin wijkplatformleden en gemeentelijk afdelingen de volgens hen belangrijkste knelpunten/ wensen in de wijk met elkaar bespreken
Gemeentelijke afdelingen stellen in overleg met het wijkplatform/ bewoners en professionele partners jaarprogramma’s op. De jaarprogramma’s gaan ter informatie naar de wijkplatforms
Gemeente en bewoners voeren de jaarprogramma’s uit
Gezamenlijke bijeenkomsten met wijkplatforms en gemeente (16 maart, 16 november) De eerste bijeenkomst is inmiddels uitgewerkt. Het betreft korte toelichtingen vanuit de afdelingen Projecten, Weg- en Waterbouw, Plantsoenen en Reiniging en vooral véél ruimte voor dialoog. De voorzitter van platform Centrum schetst het perspectief vanuit de wijkbewoners en wijkplatforms. Doelstellingen van de avond zijn: • duidelijkheid over waarom een ieder mee doet in het wijkgericht werken; • duidelijkheid over hoe het werkt; • duidelijkheid over wat we (van elkaar) verwachten (overbruggen kloof op het gebied van verwachtingen); • grotere betrokkenheid van een ieder bij het wijkgericht werken.
Verder op de kalender van Wijkgericht Werken Opening Dreespark 17 april > Het programma wordt nog uitgewerkt. De bijeenkomst wordt benut om buurtinitiatieven te stimuleren (actieve rol wijkplatform).
Opening speelveld 10-hoog flats (29 mei) > Het buurtcomité organiseert met buurtbewoners allerlei activiteiten. Zo wordt er voor elkaar gekookt (gevarieerd aanbod vanuit allerlei bevolkingsgroepen).
Bezoek wijken (25 september) > Een ‘podium’ voor gemeenteraad om kennis te nemen van wat er allemaal in de wijken speelt.
Burendag (ook 25 september) > Er wordt een prijs uitgereikt voor de meest succesvolle straatactiviteit.
53
De gemeentelijke afdelingen
Highlights in 2010 en verder
De gemeentelijke afdelingen
Highlights in 2010 en verder Naast de diverse beleidsveldend die in dit dossier zijn uitgelicht, houdt de ambtelijke organisatie zich uiteraard bezig met nog veel meer. Een bloemlezing uit wat de raad en de inwoners van Sliedrecht verwachten mogen.
Weg- en Waterbouw Upgraden van de MerwedeLingeLijn Onderdelen van dit project zijn voor Sliedrecht: • het Kwadrantenknooppunt Baanhoek met de realisatie van de halte Baanhoek, een stationsplein en een nieuwe onderdoorgang in de spoordijk voor de busbaan van de HOVD; • het doortrekken van de snelle busverbinding tussen Dordrecht en het Winklerplein (de HOVD); • Het verbeteren van het plein voor het station sliedrecht.
Reconstructie Stationsweg-zuid Aanleg van een rotonde op de kruising Stationsweg Rembrandtlaan, waarvoor de Raad op 8 februari jl. een besluit heeft genomen. De realisatie dient nog in 2010 plaats te vinden.
Groot onderhoud Thorbeckelaan Realisatie in 2010-2011. Wegomleidingen worden afgestemd met de werkzaamheden op de Stationsweg-zuid door het project in 6 fasen uit te voeren.
Vervangen Riolering Schilderswijk Het werk is in 2009 gestart en loopt door tot eind 2010.
Ophogen wijk Craijensteijn Het ophogen van de straten in deze wijk is gestart in 2009 en loopt enkele jaren door. Het ophogen van straten en wijken wordt steeds meer als knelpunt ervaren. In het wegenbeheersplan van 2010 wordt hier nader op ingegaan.
Verkeersbeleidsplan (VBP) De Raad heeft op 8 februari 2010 het VBP vastgesteld. Jaarlijks zullen projecten worden ingepland. Het uitgangspunt wordt gehanteerd: van werk met werk maken (opstellen uitvoeringsplan).
Fietsbeleidsplan (FBP) De Raad heeft op 8 februari 2010 het VBP vastgesteld. Jaarlijks worden zaken opgevoerd, waarbij het uitgangspunt is: van werk met werk maken (opstellen uitvoeringsplan). 55
Beleidsplan riolering 2011-2015 In 2010 en 2011 wordt er een nieuw Rioolbeleidsplan opgesteld.
Renovatie Parallelweg De Parallelweg noord is aan een inspectie onderworpen. Enkele reparaties zijn al uitgevoerd of in 2010 ingepland. De levensduur is beperkt vanwege de toegenomen belastingen. De gehele weg zal, inclusief constructie, vervangen moeten worden. Afstemming wordt gezocht met de ontwikkelingen en de regiovisie op de woonboulevard.
Aansluiting Rijksweg 15 De Ouverture zal op de Rijksweg 15 aangesloten worden door een turborotonde. De start van de uitvoering zal als onderdeel van het project Baanhoek mogelijk nog in 2010 plaatsvinden. In verband met de doorstroming wordt de functionaliteit van de verkeerslichteninstallaties op de Craijensteijn en de Parallelweg noord verbeterd.
Verkeersaansluiting driehoek Als onderdeel van het project van de driehoek moet de kruising met de Parallelweg-noord worden verbeterd om de capaciteit en de doorstroming van het verkeer te bevorderen
Herstel dijkvakken 1-3 (Rivierdijk) Na de oplevering van de weg op de Rivierdijk zijn scheuren ontstaan. De wegconstructie is onderzocht en vertoont diverse gebreken. Hierover vindt overleg plaats met het waterschap.
Lekkage dijkvak 14 Er is een nieuwe dijk buitendijks gerealiseerd langs de Baanhoek. Er is geconstateerd dat het grondwater tussen de oude en de nieuwe dijk meebeweegt met het rivierwater. Het waterschap heeft een oplossing gepresenteerd die afwijkt van de eerste uitgangspunten van aanleg. Hierover vindt overleg plaats met het waterschap.
Onderzoek regionale samenwerking beheer openbare ruimte Met de regiogemeenten wordt in het project “Gewoon Samen” besproken hoe de gemeenten gezamenlijk taken in het onderhoud van het openbare gebied kunnen aanpakken om zodoende te streven naar meer efficiency en kostenbesparingen. Daarnaast loopt ook een onderzoek voor een verdergaande samenwerking met het Ingenieursbureau Drechtsteden (IBD).
Uitvoering onderhoudsplannen openbaar gebied Er wordt systematisch gewerkt met onderhoudsplannen (zoals van de bruggen, wegen, riolering etcetera) om met een beperkt budget het onderhoud te kunnen doen. De onderhoudsplannen worden, minimaal per twee jaar, herzien.
Aanleg wateropgave (waterberging) De gemeente heeft de verplichting gekregen om binnen de bebouwde kom 2 ha en buiten de bebouwde kom 8 ha waterberging aan te leggen voor eind 2015. Binnen de bebouwde kom is inmiddels 0,8 ha gerealiseerd. De realisatie van de resterende 9,2 ha moet in samenhang met andere projecten (Stationspark II, de Driehoek en het recreatief knooppunt) worden uitgevoerd.
56
Welzijn, Educatie en Zorg (Publiekszaken) • Realiseren van de Brede school voorziening in wijk Baanhoek-West; de Brede school is een mix van onderwijs, peuterspeelzaalwerk, kinderopvang (dagopvang en buitenschools), allerlei vormen van sport- en recreatieve beoefening en buurtvoorziening. • Herijking sportbeleid en de invulling van het bijbehorende Actieplan Sport 2010-2013. • Recreatie (en toerisme) in Sliedrecht en omgeving: voor Biesbosch, VVV en Hollands Glorie moet keuzes gemaakt worden over deelname en inzet • Ruimte voor recreatief knooppunt ten Noorden van het spoor (afhankelijk van resultaten overleg met provincie) • Nazorg en aanpak gevolgen van gerealiseerde bestuurlijke fusie basisonderwijs Sliedrecht en Papendrecht • Evaluatie en herziening jeugdbeleid • Wet OKE (ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie) per 1 augustus 2010: wijzigingen in het peuterspeelzaalbeleid en Voor- en Vroegtijdige Educatie(VVE)-beleid • Drechtwerk: omvorming organisatie • Wmo: evaluatie en eventueel bijstellen Wmo-beleidskader en opstellen nieuw vier-jarig Wmobeleidsplan, waarin nieuwe ontwikkelingen: afstemming lokaal loket op regionale ontwikkeling, Maatschappelijke stage, Gevolgen Pakketmaatregel en psycho-sociaal, herinrichting en taken Reling (incl. dagopvang en inloop DGR), evaluatie en vorming beleid coördinatiepunt nazorg ex-gedetineerden, coördinatiepunt Wet tijdelijk huisverbod, evaluatie maatschappelijke zorg in Sliedrecht waaronder lokaal zorgnetwerk • Ontwikkeling en realisering Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG): beleidskader en plan, contracten, huisvesting en verbouwing accommodatie, uitwerking beleidsplan • Ontwikkeling nieuwe Gezondheidseffectscreening (GES) • Evaluatie en ontwikkeling Lokaal Gezondheidsbeleidsplan 2011-2015 • Realisatie in Baanhoek West van nieuwe sbo school De Akker inclusief huisvesting onderbouwleerlingen nieuwbouwwijk voor Johannes Calvijnschool. • Onderzoek renovatie/uitbreiding voor nieuwbouw Anne de Vriesschool en mogelijkheid van gelijktijdige of uitgestelde nieuwbouw voor Roald Dahlschool en gymlokaal Craijenest. • Onderzoek naar samenvoeging leerlingenvervoer en verdere uitbreiding naar doelgroepenvervoer.
Gebouwendienst (Publiekszaken) • Realisering kiosk (theehuis) Dreespark in samenwerking met Plantsoenen en Stichting Speciaal Onderwijs Drechtsteden (Bleyburghschool en De Sprong). • Uitvoering geven aan het onlangs door de gemeenteraad vastgestelde “Energiebeleidsplan”. • Opstarten onderzoek mogelijkheden interieurvernieuwing Raadhuis. • Onderzoek bouw energieneutrale Brede School Baanhoek-West. • Begeleiden groot bouwkundig onderhoud aan daken en gevels en groot technisch onderhoud aan zwembadinstallaties etc. in zwembad en zalencentrum De Lockhorst. • In samenwerking met Weg en Waterbouw en extern projectbureau voorbereiden en uitvoeren verplaatsen oorlogsmonument Stationsweg voor de realisatie van de rotonde.
57
Bestuurszaken & Veiligheid • Uitwerking samenvoegen van brandweerkorpsen Sliedrecht, Papendrecht en Alblasserdam tot Brandweer Drechtsteden Noord als toekomstig onderdeel van de Veiligheidsregio. • Optimaliseren van inzet adviseurs Service Center Drechtsteden (SCD). • Ontwikkeling van lokale bestuurscommunicatie als onderdeel van regionale doelstellingen. • Uitwerken van maatregelen Administratieve Lastenverlichting (APV, E-loket). • Transitie APV vergunningverlening naar Klanten Contact Centrum, onder regie Wabo-unit. • Professionaliseren van inzet Toezichthouders (BOA): opdrachtgeverschap aan Toezicht Drechtsteden Noord overhevelen naar Publiekszaken.
ROBM Actualisering Structuurvisie Sliedrecht in kader Wro Uit de Wro volgt dat het opnemen van financiële bijdragen buiten de grondexploitaties in principe beperkt is tot ruimtelijke ontwikkelingen verwoord in een vastgestelde structuurvisie. Alhoewel dit in de praktijk kan worden ondervangen door het sluiten van anterieure overeenkomsten, wordt in 2010 de bestaande Sliedrechtse structuurvisie aangepast. Het uitgangspunt is dat de ‘nieuw’ te maken structuurvisie in hoofdzaak consoliderend van aard is. Hierin wordt slechts een actuele weergave gegeven van de op dit moment bestaande en bestuurlijk geaccordeerde documenten over provinciale, regionale en lokale ruimtelijke ontwikkelingen.
Herziening, actualisatie en integratie bestemmingsplannen Uiterlijk voor 1 juli 2013 zullen alle bestemmingsplannen die op 1 juli 2008 ouder zijn dan vijf jaar moeten zijn geactualiseerd. Als aan deze verplichting niet wordt voldaan, dan kunnen we voor bouwvergunningen op basis van deze verouderde bestemmingsplannen na 1 juli 2013 geen bouwleges meer heffen. Met ingang van 1 januari 2010 worden alle nieuwe bestemmingsplannen gedigitaliseerd en aangeboden.
Ruimtelijke Ontwikkeling Regiopark Merwede met ruimte voor Recreatief Knooppunt Bestuurlijk en ambtelijk moeten alle zeilen worden bijgezet om in de nieuwe provinciale structuurvisie en verordening voldoende ruimte te krijgen voor de regionaal en lokaal voorgestane ontwikkeling van een Regiopark Merwede met Recreatief Knooppunt Sliedrecht. Een Recreatief Knooppunt Sliedrecht in combinatie met een uitplaatsing van de bestaande sportvelden.
Invoering Wabo voorzien per 1 juli 2010 De invoering van de Wabo is op 1 julie 2010. Regionaal en lokaal worden in 2010 projectmatig maatregelen voorbereid, om hier per 1 juli invulling en uitvoering aan te kunnen geven.
Toezicht en handhaving Bij besluit van 26 mei 2009 zijn door burgemeester en wethouders de ‘Beleidsuitgangspunten voor Toezicht en handhaving Bouwregelgeving’en de daarbij behorende draaiboeken vastgesteld. In 2010 zullen deze beleidsuitgangspunten worden verbreed tot “Integrale Beleidsuitgangspunten voor toezicht en handhaving Wabo-regel-geving” met bijbehorend handhavingsprogramma.
Digitalisering Welstandnota In september 2009 is door de raad de Welstandnota 2009 vastgesteld. In 2010 moet deze ook digitaal beschikbaar gesteld worden. 58
Milieubeleidsplan – en Uitvoeringsprogramma 2010-2011 In 2010 moet invulling en uitvoering worden gegeven aan het op 8 februari 2010 door de raad vastgestelde Milieubeleidsplan – en Uitvoeringsprogramma 2010-2011.
Problematiek Derde Merwedehaven Op 2 december 2009 is door Sliedrecht, Stichting Werkgroep Derde Merwede Haven en provincie Zuid-Holland een afsprakenkader ondertekend. De planning is om ook de activiteiten voor 1 april 2010 af te ronden.
Woonvisie In 2010 wordt verder invulling en uitvoering gegeven aan de Woonvisie Sliedrecht en de beleidsnotitie ‘Huisvestingsmogelijkheden voor starters in Sliedrecht’. In 2010 moeten met Tablis Wonen nieuwe prestatie-afspraken worden vastgesteld voor de lange termijn.
Plantsoenen en Reiniging Optimalisatie groenstructuur Binnen reconstructieprojecten en het regulier groenbeheer werken aan verbetering van de groenstructuur conform het Groenbeleidsplan. Gezien de hoge druk op het ruimtegebruik in Sliedrecht, de relatief kleine hoeveelheid openbaar groen per inwoner, en het belang van een leefbare woon- en werkomgeving, verdient het behoud van een kwalitatief hoogwaardige groene inrichting voortdurend de aandacht.
Bomenbeleid Begin 2009 is het Bomenbeleidsplan door de raad vastgesteld, waarin drie categorieën bomen worden onderscheiden: • bijzonder waardevolle bomen; • kapvergunningsplichtige bomen; • niet-kapvergunningsplichtige bomen. De categorie bijzonder waardevolle bomen krijgt extra bescherming. Voor deze bomen wordt in beginsel geen kapvergunning verleend. Voor de categorie kapvergunningsplichtige bomen is in het Bomenbeleidsplan Sliedrecht het compensatiebeleid geobjectiveerd. De categorie nietkapvergunningsplichtige bomen is in het Bomenbeleidsplan Sliedrecht vergroot. Hierdoor is er sprake van deregulering.
Masterplan verbetering parken In 2008 is op interactieve wijze samen met bewoners en belanghebbenden een masterplan opgesteld voor het verbeteren van het Dr. Willem Dreespark en het Burgemeester Feitsmapark. De raad heeft met het vaststellen van de begroting voor 2009 een krediet van € 250.000 beschikbaar gesteld om de eerste fase van dit plan te realiseren. In 2009 is het Dr. Willem Dreespark volledig opgeknapt. In 2010 wordt nog een theehuis geplaatst. Dit zal door de Bleyenburgschool, als werk- leerplek, worden geëxploiteerd. In het Feitsmapark zijn de eerste verbeteringen doorgevoerd. In het voorjaar van 2010 wordt de groenstrook aan de voorzijde van de Tuinfluiterflat omgevormd tot een prachtige Tuinfluitertuin.
59
Verbetering van het NME centrum is in het masterplan opgenomen. Dit is binnen het beschikbare krediet niet mogelijk. De stichting Kringloop heeft aangegeven dat zij de kosten voor nieuwbouw/ verbouw van het NME voor haar rekening wil nemen.
Spelen Samen met wijkplatforms en omwonenden blijven werken aan het bieden van voldoende, uitdagende en veilige speelvoorzieningen voor de Sliedrechtse jeugd.
Hondenbeleid De gemeente Sliedrecht heeft sinds februari 2008 een nieuw hondenbeleid met de naam (Om) slag van gedrag. Dit beleid is samen met bewoners, honden-, en niet-hondenbezitters opgesteld. Het heet (Om)slag van gedrag omdat het zich richt op gedragsverandering van hondenbezitters en bijdraagt aan het schoon en veilig houden van de gezamenlijke woon- en leefomgeving. De afgelopen jaren zijn er een aantal hondenuitrengebieden gerealiseerd. In mei 2010 zal het hondenbeleid worden geëvalueerd.
Zwerfafval Om de overlast van zwerfafval terug te dringen is er in 2009 gestart met een door Senter Novem gesubsidieerd project. Dit project wordt in 2010 afgerond.
Afvalinzameling Het beleid is er op gericht om op een efficiënte wijze te zorgen voor de inzameling van huishoudelijk afval. Bewoners moeten worden gestimuleerd om huishoudelijk afval zo optimaal mogelijk te scheiden, zodat zoveel mogelijk afval voor hergebruik in aanmerking komt. Bij nieuwbouwprojecten van wooncomplexen, waar inpandige afvalinzameling niet mogelijk is, zal uitsluitend nog toestemming gegeven worden voor ondergrondse afvalinzameling. De afgelopen jaren is samen met Tablis gewerkt aan het vervangen van bovengrondse afvalinzameling door ondergrondse afvalinzameling. Ook de komende jaren gaan we door met het vervangen van bovengrondse voorzieningen door ondergrondse voorzieningen. Sinds november 2009 is gestart met de gescheiden inzameling van kunststof verpakkingsafval. De ervaringen met de gekozen inzamelmethodiek (4-wekelijks huis-aan-huis, in combinatie met brengvoorzieningen) worden de komende jaren geëvalueerd. Daarnaast worden de landelijke ontwikkelingen nauwlettend gevolgd. Waar wenselijk en of noodzakelijk zal het beleid bijgesteld worden.
Vernieuwing Gemeentewerf en Milieustraat Binnen de Gemeente Sliedrecht wordt al jaren gesproken over uitbreiding, vernieuwing en/ of nieuwbouw van de Gemeentewerf in combinatie met de Milieustraat. De beoogde locatie is de “Driehoek” gelegen tussen de A15-Betuwelijn en Merwede-Linge Lijn. De voorbereidingen om de bestemmingsplannen aan te passen zodat realisatie mogelijk is naderen de eindfase. De verwachting is dat voor het einde van 2010 het bestemmingsplan gereed zal zijn. Realisatie is dan vanaf 2011 mogelijk. De inzet is om gezamenlijk met de GGNZ een regionale milieustraat te realiseren. Deze milieustraat is bestemd voor de bewoners van Sliedrecht, Graafstroom en Nieuw-Lekkerland. Op dezelfde locatie kan een nieuwe gemeentewerf gerealiseerd worden voor huisvesting van de buitendiensten van de gemeente Sliedrecht.
60
Publiekszaken GBA-Audit Alle gemeenten moeten eens in de drie jaar een audit laten uitvoeren op de kwaliteit van hun GBA (Gemeentelijke Basis Administratie personen). Daarbij wordt gecontroleerd of de persoonsgegevens correct zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie. De GBA-audit bestaat uit drie onderdelen, te weten: een inhoudelijk-, een proces- en een privacydeel. Bij het inhoudelijk deel kijkt de auditor naar de inhoudelijke kwaliteit van de gegevens. Bij het procesdeel wordt de kwaliteit uitgelegd als de mate van beheer en beveiliging van de GBA. Bij het privacydeel wordt alleen naar de opzet en het bestaan gekeken van het stelsel van privacymaatregelen om inzicht te krijgen in naleving van privacywetgeving. De procesaudit heeft als doel vast te stellen of de gemeente voldoende maatregelen heeft getroffen om het beheer en beveiliging rond de GBA op de voorgeschreven wijze te kunnen uitvoeren.
Optimaliseren dienstverlening Uitbreiding openingstijden tijdens de avondopenstelling tot 20.00 uur. Het digitaliseren van akten en brondocumenten (hebben als doel het sneller kunnen beschikken over noodzakelijke gegevens voor een snellere dienstverlening aan de klant). Uitbreiding van de eerste lijns dienstverlening (receptie): informatie-uitvraag; informatieverstekking (WOZ), aannemen van klachten. Uitgaande van het principe dat steeds meer producten en diensten via de afdeling publiekszaken kunnen worden verkregen, moet een herwaardering van producten en diensten bij de balies plaatsvinden. Doorontwikkeling van de balies door verdieping van bestaande producten (met andere woorden: de aanvragen worden niet of minder snel naar de vakafdelingen doorgestuurd (de knip wordt verlegd)). Het verder ontwikkelen van de frontoffice door overheveling van producten en diensten van de vakafeling naar de afdeling Publiekszaken.
Administratieve lastenverlichting voor de burgers De procedure omtrent aangifte van een huwelijk en registratie van een partnerschap vereenvoudigen. Het verplicht overleggen van een aantal bewijsstukken aan de ambtenaar van de burgelijke stand vervangen door het afleggen van een verklaring van de relevante gegevens. Stimulatie producten via internet aan te vragen (vb. uittreksel GBA/Burgerlijke Stand, aangifte verhuizing). Samenwerking met woningbouwstichting Tablis over het doorgeven van een verhuizing aan de gemeente.
Dienstverlening in de Drechtsteden Gezamenlijke opgaven Antwoord@ en invoering 14+ netnummer.
61
Projectplan Brede doorlichting gemeente Sliedrecht
Bouwen aan vertrouwen en verantwoordelijkheid
Projectplan Brede doorlichting gemeente Sliedrecht
Bouwen aan vertrouwen en verantwoordelijkheid De wereldwijde economische crisis raakt ook Nederland en hierdoor ook de gemeente Sliedrecht. De Miljoenennota laat een begrotingstekort zien van ruim € 35 miljard, een verwachte economische groei van nul procent en stijging van de werkloosheid. De financiering van het publieke stelsel komt hiermee onder grote druk te staan en dit vraagt om ingrijpende politieke besluiten.
Onze gemeentebegroting van 2010 is met diverse bezuinigingen sluitend gemaakt. De grootste bezuinigingsopgaven moeten echter nog komen. De technische mogelijkheden (reëler begroten, analyse van reserves en voorzieningen) zijn inmiddels vrijwel uitgeput. Vanaf het begrotingsjaar 2011 zullen we andere en meer ingrijpende strategieën moeten hanteren om een sluitende begroting te kunnen presenteren. Daarnaast blijft het ook vanaf 2011 wenselijk en noodzakelijk om financiële ruimte te hebben voor nieuw beleid. Dit om in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen, wensen en ideeën vanuit de samenleving of verplichtingen die opgelegd worden door de Rijksoverheid. Dit betekent dat wij voor een zeer grote en ingrijpende opgave staan, waar op zeer korte termijn invulling aangegeven moet worden. Dit projectplan geeft een onderbouwing van onze bezuinigingsopgave en de aanpak die gehanteerd gaat worden om samen met alle betrokkenen; raad, college, ambtenaren en de regiopartners binnen de Drechtsteden / Zuid-Holland-Zuid invulling te geven aan de zeer forse en ingrijpende opgave.
Bezuinigingsstrategieën Er zijn vier belangrijke strategieën om te bezuinigen: lastenverzwaring, kaasschaafmethode, kerntakendiscussie en innovatie. Gelet op de omvang van onze bezuinigingsopgave zullen wij alle strategieën moeten benutten om aan onze opgave invulling te kunnen geven.
63
Met name de strategie van innovatie verdient zeker de aandacht. Innovatie wordt hier breed gedefinieerd: het gaat om alle veranderingen in maatschappelijke interventies en in de organisatie die ertoe bijdragen dat er met minder middelen minimaal dezelfde of betere maatschappelijke presentaties worden gerealiseerd. Innovatie gaat dus niet alleen over meeslepende veranderingen (zoals een andere rolneming), maar ook over kleine verbeteringen in processen. Kiezen voor innovatie betekent kiezen voor slimme, vernieuwende methoden die zowel tot structurele bezuinigingen leiden als tot een beter presterende organisatie. In tegenstelling tot het toepassen van de kaasschaaf, het doorvoeren van lastenverzwaringen of het beëindigen van taken vraagt innovatie wel om een investering. De inspanning en investering gaat voor de baat uit. Het innoveren van de organisatie is mogelijk op drie niveaus:
Incrementele innovatie optimaliseren van werkwijzen of werkprocessen
Radicale innovatie herdefiniëren van producten of dienstverlening
Systeeminnovatie herdefiniëren van lokale rolinvulling
Incrementele innovatie > gaat over het optimaliseren van het huidige werk. Producten en diensten blijven in essentie gelijk, maar optimalisatie zorgt voor efficiëntere processen.
Radicale innovatie > gaat een stap verder en betekent een fundamentele verandering van product of dienst, zoals het afschaffen van bepaalde vergunningen of het introduceren van prijsprikkels als stimulans voor het optimaliseren van het gebruik van sportvelden en accommodaties.
Systeeminnovatie > is de meest vergaande manier van innoveren en gaat over het heroverwegen van de rolverdeling tussen overheid en maatschappij, zoals kiezen voor zelfregulering in plaats van vergunnen en handhaven of het (deels) overdragen van taken aan burgers, bedrijven of instellingen. Om de forse bezuinigingsnoodzaak het hoofd te kunnen bieden moet op alle drie niveaus geïnvesteerd worden.
Omvang bezuinigingsopgave De begroting 2010, zoals vastgesteld in de raad van 9 november 2009, is met diverse bezuinigingen sluitend gemaakt. De meerjarenraming 2011-2013 in deze begroting geeft een oplopend nadelig saldo weer van respectievelijk € 500.000, € 1.100.000 en € 1.500.000. Om te komen tot een gezonde financiële huishouding dienen deze saldi omgebogen te worden tot positieve saldi of minimaal een neutrale uitkomst te hebben.
64
Ook de toezichthouder (Provincie Zuid-Holland) heeft in haar bevindingen over onze begroting 2010 plus meerjarenramingen 2011-2013 onderstaande opmerkingen gemaakt:
“Brief ZH: Aanvullend op de bevindingen bij de begroting 2010 vragen wij nu reeds uw aandacht voor de ontwikkelingen in 2011. Op dit moment is nog niet duidelijk wat de effecten van de huidige economische crisis voor de komende jaren zullen zijn. Dit geldt ook voor de doorwerking van de accressen van het gemeentefonds. Vooralsnog gaan wij er van uit dat de criteria van de gemeentewet voor sluitendheid van de begroting in 2011 onverkort van toepassing zullen zijn. Dit betekent dat om voor repressief toezicht in aanmerking te komen sprake dient te zijn van een materieel sluitende begroting 2011. Indien geen sprake is van een materieel sluitende begroting 2011, dient de meerjarenraming 2012-2014 uiterlijk in 2014 materieel sluitend te zijn. Wij verzoeken u de gevolgen van de economische crisis voor uw financiële positie te betrekken bij het nieuwe collegeakkoord en de bijbehorende gevolgen voor de kadernota 2011”. Om te komen tot een gezonde financiële huishouding dient er een ombuigingsoperatie plaats te vinden, waarbij de meerjarenramingen weer in evenwicht wordt gebracht. Het is de bedoeling om dit te doen door, in navolging van de GR Drechtsteden en andere gemeenten, de begroting volledig door te lichten waarbij innovatieve en kwaliteitsbevorderende maatregelen gezocht zullen worden.
Hoogte van het te besparen bedrag Het is van belang om eerst de omvang van het om te buigen bedrag scherp te krijgen. Oftewel: hoe groot is de noodzaak? Dit om te voorkomen dat we meer bezuinigen dan nodig is of juist te weinig. De meerjarenraming 2011-2013 heeft nu een oplopend nadelig saldo van respectievelijk € 500.000, € 1.100.000 en € 1.500.000. Hieruit zou afgeleid kunnen worden dat er met een besparing van € 1.500.000 volstaan zou kunnen worden. In dat geval zou er wel voorbij gegaan worden aan de ambities van de gemeente Sliedrecht ten aanzien van de “Grote Projecten”. Ten tijde van de presentatie van de “Grote Projecten” is er gemeld dat er voor een aantal van die projecten voldoende financiële middelen in de Algemene Reserve aanwezig was.
65
Inmiddels is de situatie drastisch veranderd, immers de begroting 2010 en verder laat lagere meerjarensaldi zien. De AR is inmiddels aangesproken voor zaken die bij de presentatie van de grote projecten nog niet voorzien waren. (Zie bijlage 2 voor de stand per 06-01-2010) Gevolg hiervan is dat de toekomstige begrotingen materieel minimaal in evenwicht gebracht moeten worden, maar dat het daarnaast wenselijk is om ruimte te creëren voor de financiering van toekomstige grote projecten. In onderstaand overzicht wordt dit weergegeven: Berekening taakstelling Brede Doorlichting Saldi meerjarenramingen 2010
2010
2011
2012
2013
104
-507
-1098
-1430
Niet in meerjarenraming opgenomen (*1): Nieuw beleid 2010
-55
-55
-55
-55
Ingevlochten kunstgrasveld VV Sliedrecht
-53
-69
-66
-63
- Begrotingssaldi na begrotingsaanpassing
-4
-631
-1219
-1548
-100
-200
-300
-110
-110
-110
Overige posten: Post voor structureel nieuw beleid 100.000 jaarlijks (*2) Grote Projecten : Structureel (*3): - Kapitaalslasten uitbreiding De Stoep/Brede School/AdeV-school Incidenteel (*4): - Het Plaatje
-40
- Renovatie BW-plein
-370
- Kiss & Ride zone scholen Deltalaan
-325 -175
- Verhuizing/inrichting Bibliotheek - minimale bezuinigingsvolume na grote projecten en nieuw beleid Stelpost diverse onzekerheden (*5) Bezuiniging
-500 -4
-1251 -2029 -2458 -249 -471 -542 -1500 -2500 -3000
*1 De saldi van de meerjarenramingen 2010 zijn ten gunste/ten laste gebracht van de AR. Tijdens de begrotingsraad van 9 november 2009 zijn er een aantal posten voor nieuw beleid toegevoegd aan het beleid en in februari 2010 wordt er nog een post aan toegevoegd als gevolg van het besluit om een ingevlochten grasveld aan te leggen bij de VV Sliedrecht. *2 Om ook vanaf 2011 wenselijk en noodzakelijk om financiële ruimte te hebben voor nieuw beleid is het aan te bevelen om een post voor een structureel nieuw beleid vanaf 2011 te creëren van € 100.000 per jaar. Dit om in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen, wensen en ideeën vanuit de samenleving of verplichtingen die opgelegd worden door de Rijksoverheid. Om de lopende grote projecten uit te kunnen voeren is een bedrag van € 10.000.000 benodigd voor de bouw van de brede school in Baanhoek west, ver/herbouw van de Anne de Vriesschool en de uitbreiding van sporthal De Stoep. Dit zal jaarlijks voor ruim € 600.000 aan kapitaallasten met zich meebrengen, kan circa € 500.000 gedekt worden uit de Voorziening Huisvesting Onderwijs. Een bedrag van jaarlijks € 110.000 komt dan nog ten laste van de exploitatie/AR. *4 Binnen de grote projecten wordt ook voorgesteld circa € 40.000 (Het Plaatje), € 695.000 (renovatie BW-plein), € 175.000 (kiss & Ride zone scholen Deltalaan) en € 500.000 (verhuizing bibliotheek) te investeren. Dit zijn eenmalige investeringen die vanuit de AR gefinancierd kunnen worden.
66
Daarnaast is het wenselijk jaarlijks een bedrag van circa € 500.000 beschikbaar te hebben voor realisatie van grote projecten. Voor 2011 – 2013 is dat ingevuld volgens de opgenomen projecten. Vanaf 2014 kan dit aangewend worden voor de projecten die nu nog in studie zijn (Verwezen wordt naar de presentatie grote projecten). In de bijlagen is de presentatie van de bijeenkomst over de grote projecten opgenomen. De AR is na presentatie van de grote projecten (april 2009) gemuteerd door het verwerken van de financiële consequenties van projecten waarover inmiddels een besluit is genomen (Bonkelaarplein, Station Baanhoek West/aanpassingen Merwede Lingelijn).
Nog nader in te vullen nadelen *5 Ook het Rijk moet bezuinigen en tot op dit moment is nog niet duidelijk hoe dit gaat geschieden, diverse werkgroepen zijn nog bezig om voorstellen hiervoor te maken. Het ligt voor de hand dat lokale overheden niet ontzien zullen worden. De tijdens Prinsjesdag gepresenteerde septembercirculaire gaf al een richting aan. Omdat er voorlopig niet meer houvast te krijgen is dient de begroting 2010 en de daarbij behorende meerjarenraming als uitgangspunt. Bij het opstellen van de begroting 2010 is, ten aanzien van de algemene uitkering, rekening gehouden met de stand van zaken ten tijde van de septembercirculaire. Hierover was een akkoord gesloten tussen het ministerie van Binnenlandse Zaken en de VNG. Een enkele maand daarna gaf het ministerie van Binnenlandse Zaken aan te rekenen met een daling van de uitkering uit het Gemeentefonds van circa 20%, als gevolg van bezuinigingen bij de Rijksoverheid. Dit zou voor de gemeente Sliedrecht een verlaging betekenen van € 4.000.000. In de begroting 2010 en de meerjarenraming 2011- 2013 is hier nog geen rekening meegehouden. Verder is nog geen zekerheid over hoe de aantallen uitkeringsgerechtigden zich ontwikkelen en de financiële gevolgen daarvan. Dit geldt ook voor de ontwikkelingen betreffende woningbouw, grondexploitaties, dividenden en renteontwikkelingen. Gelet op het voorgaande is een structurele bezuiniging van € 3.000.000 in 2013 een absolute minimale opgave. Wanneer blijkt dat de uitkeringen uit het Gemeentefonds daadwerkelijk omlaag gaan met 20% (of een deel hiervan) is een hogere bezuiniging noodzakelijk. (1% daling = € 200.000 ).
Doel Uitgaande van de momenteel beschikbare informatie is het doel van de Brede Doorlichting Sliedrecht “ het uitwerken van concrete voorstellen voor bestuurlijke besluitvorming, die vanaf 2013 in circa € 3.000.000 structurele besparing opleveren”. Een besparing is een verlaging van het eigen kostenniveau of het genereren van extra opbrengsten door derden ter dekking van (bestaande) kosten. De totale besparing van alle voorstellen zal een hogere besparing dan € 3.000.000 moeten opbrengen, immers het is denkbaar dat niet alle voorstellen gerealiseerd zullen kunnen worden. Meerdere scenario’s zullen daarom gemaakt worden. Rekening houdend met de toekomstige ontwikkelingen van het gemeentefonds is het wenselijk een scenario uit te werken waarbij rekening wordt gehouden met hogere bezuinigingen dan € 3.000.000. Een netto besparingsbedrag van 4 miljoen is hierbij het uitgangspunt, omdat er dan geanticipeerd wordt op een mogelijke bezuinigingsronde vanuit het Rijk.
67
Behalve in Sliedrecht zal ook onderzocht moeten worden in welke mate bezuinigingen bij de verbonden partijen mogelijk zijn. Een bezuinigingsopgave bij de gemeente rechtvaardigt dat een deel van de taakstelling wordt doorgeschoven naar de gemeenschappelijke regelingen. Wellicht valt er een doelmatigheidswinst te bereiken door efficiënter samen te werken, verbeterideeën kunnen dan ook invloed hebben op de regio. Dit past in de doelstelling van de gemeente Sliedrecht om zich om te vormen tot een regie-gemeente. Een aspect dat hierbij ook nadrukkelijk dient te worden meegewogen is de toenemende intensiteit van de samenwerking binnen Drechtsteden. Vraagstukken op het gebied van werkgelegenheid, sociale zekerheid, economie, bereikbaarheid en milieu kunnen we niet meer alleen oplossen. Ook de uitwerking van Pieken in de Drechtsteden vraagt om een (financiële) bijdrage vanuit Sliedrecht. Deze ontwikkelingen nopen steeds vaker tot het leggen van dwarsverbanden. Kortom, de bezuinigingen moeten deels gevonden worden in ideeën die efficiencywinst opleveren. Daarnaast zullen er onherroepelijk ook beleidsmatige keuzes gemaakt moeten worden. Een aantal kaders die medebepalend zijn voor de op te leveren voorstellen: • Van wantrouwen naar vertrouwen; • Van gemeente/lokaal naar denken vanuit 1 regio; • Van aanbodgericht naar vraaggericht gestuurd (kerntaken); • Van denken vanuit efficiency naar denken vanuit vraag; • Van verzorgingsstaat naar eigen verantwoordelijkheid burger. Samenvattend: De brede doorlichting moet voorstellen opleveren die: • aangrijpingspunten bieden voor verdere verbetering en innovatie • een impuls zijn voor versterking van de sturing op continue kwaliteitsverbetering • het uitwerken van een tweetal scenario’s die een totaalbedrag van minimaal drie resp. vier miljoen euro op dienen te leveren
Aanpak en planning Coördinatie Verantwoordelijk voor de coördinatie van het project “Brede doorlichting Sliedrecht” is een projectgroep bestaande uit: Laurens Mourik (projectleider), Cojan Mookhoek, Rob Penning en Pauline Beernink (ondersteuning). De projectgroep werkt onder verantwoording van een stuurgroep bestaande uit Hans Tanis (portefeuillehouder financiën), Riny Verhoef (gemeentesecretaris), Rob Penning (controller) en Laurens Mourik (projectleider Brede Doorlichting).
68
Planning
Stap 1: Ideeëngeneratie (inclusief B&W en raadsbijeenkomst)
jan feb mr apr me jun jul au se okt no de jan feb mr apr me ju -1 -1 t-1 -1 i-1 -1 -1 g- p- -1 v- c- -1 -1 t-1 -1 i-1 n0 0 0 0 0 0 0 10 10 0 10 10 1 1 1 1 1 11
Stap 2: bundeling en selectie Stap 3: maken voorstellen Stap 4: voorstellen en Besluitvorming
Opmerkingen • Bovenstaande planning is de planning voor het totale project “Brede doorlichting” • Besluitvorming over de eerste bezuinigingsvoorstellen moeten in mei 2010, met de behandeling van de zomernota, plaatsvinden om de begroting 2011 sluitend te kunnen maken. • De provincie heeft geëist dat bij indiening van de begroting 2011 ook de meerjarenbegroting sluitend moet zijn. Dit betekent dat met de begrotingsbehandeling er zicht moet zijn op voorstellen die er voor zorgen dat de meerjarenbegroting sluitend is.
Stap 1 > Ideeën genereren Vanaf januari 2010 wordt gestart met het genereren van ideeën. In deze fase is alles bespreekbaar en kennen we geen taboes. De eerste verantwoordelijkheid voor het genereren van ideeën ligt bij de afdelingsmanager. De afdelingsmanager zal, samen met zijn medewerkers, alle producten, processen, activiteiten, bezetting en budgetten zeer kritisch moeten beoordelen. Vastgesteld zal moeten worden of er bezuinigingen (cq extra opbrengsten) gerealiseerd kunnen worden door zaken anders te doen, minder te doen of laten vervallen. Ter illustratie en om van elkaar te leren zullen de 400 ideeën/voorstellen die bij het project brede doorlichting in Dordrecht zijn bedacht worden aangeleverd. (actie Rob Penning) Daarnaast zal de afdelingsmanager al zijn medewerkers bewust moeten maken en uitdagen om actief mee te denken in het vinden van bezuinigingen. (afgerond eind februari 2010)
69
Management team Het MT zal in enkele sessies gemeentebreed, brainstormend, ideeën verzamelen waarop mogelijk bezuinigd kan worden. Daarnaast zal binnen het MT vastgesteld moeten worden hoe omgegaan wordt met voorstellen die leiden tot het overcompleet raken van medewerkers. (afgerond eind februari).
Groep medewerkers Voorgesteld wordt om een groep medewerkers (bestaande uit minimaal van elke afdeling/cluster één medewerker met visie en creatief) in één of twee sessies onder leiding van een externe onafhankelijke gespreksleider (voorstel: Saskia van Hout) ideeën te genereren. (afgerond eind februari)
Intranet Op Intranet zal een mailvoorziening (
[email protected]) worden gemaakt waarop alle medewerkers ideeën betreffende bezuinigingsvoorstellen kwijt kunnen (actie Cojan, begin februari 2010 beschikbaar)
College van B&W Het (zittende)college zal in een brainstormsessie gevraagd worden om worden actief mee te denken in het bedenken van bezuinigingsvoorstellen. (planning: 16 februari 2010) De resultaten van de eerste verkenningen/voorstellen zullen aan het college van B&W worden gepresenteerd. (begin maart 2010)
De raad De raad moet in een vroeg stadium actief in het proces worden betrokken en op korte termijn geïnformeerd worden over de noodzaak en de urgentie om ingrijpend te bezuinigen! Hiermee kan niet gewacht worden tot na de verkiezingen. Bij het opstellen van het raadsakkoord/ collegeprogramma moet rekening gehouden worden met deze bezuinigingsopgave. In een informatiebijeenkomst ( 27 januari 2010) zal de raad worden geïnformeerd over de omvang, de noodzaak en de urgentie van de bezuinigingsopgave. De raad zal gevraagd worden om actief mee te denken en richting en kaders mee te geven voor de bezuinigingen. In een werkbijeenkomst (15 februari 2010) zal de raad onder leiding van een externe onafhankelijke voorzitter actief aan de slag gaan om “brainstormend” ideeën te genereren In een later stadium (april 2010) zal de nieuwe raad geïnformeerd worden over de resultaten van de gegenereerde ideeën vanuit ambtelijke organisatie, college en raad. In de opiniërende raad van mei 2010 zullen de eerste keuzes gemaakt moeten worden om de begroting 2011 sluitend te kunnen maken.
Regionale afstemming Binnen de Drechtsteden is er een regionaal innovatieprogramma. Dit is uitgewerkt in het “Programmaplan voor bezuiniging, samenwerking en netwerkontwikkeling door innovatie” Gelet op de intensieve samenwerking binnen de Drechtsteden zullen wij met onze Brede Doorlichting aansluiten bij het regionaal innovatieprogramma.
70
Stap 2 > Bundeling en selectie Eerst verwijderen we uit de lijst de ideeën die: • niet haalbaar zijn (zoals bijvoorbeeld uittreden SCD); • te abstract zijn (meer investeren in mensen); • zaken die al ingevoerd zijn of gaan worden (digitaal verwerken facturen). Vervolgens gaan we de ideeën clusteren of combineren. Dit zal resulteren in een lijst waarvan de ideeën worden toebedeeld aan de trajecten financieel technisch, efficiency & bedrijfsvoering en beleidsdoorlichting. Hierna vindt de selectie plaats waarbij gekeken zal worden naar de volgende selectiecriteria: • de potentiële hoogte besparing van het idee; • de mate waarin het een innovatief idee is; • de mate waarin het idee kwaliteitsvoordelen met zich meebrengt voor burgers, bedrijven en instellingen. Dit moet resulteren in een aantal van meest kansrijke ideeën. Dit document wordt voorgelegd aan het college en zal ook met de gemeenteraad besproken worden.
Stap 3 > Voorstellen maken De geselecteerde ideeën worden uitgeschreven in voorstellen. Per voorstel wordt een overzicht gemaakt waarbij het besparingspotentieel is aangegeven. Vervolgens wordt er een tussenrapportage gemaakt, deze wordt besproken met het MT. Hierna zal deze besproken worden in een strategisch overleg met het college. De totale besparing van alle voorstellen zal een hogere besparing dan € 3.000.000 moeten opbrengen, immers het is denkbaar dat niet alle voorstellen gerealiseerd zullen worden. Meerdere scenario’s zullen daarom gemaakt worden. Te denken valt aan scripts waarin rekening wordt gehouden met hogere bezuinigingen dan € 3.000.000. Dit om het maken van keuzes en het stellen van prioriteiten mogelijk te maken.
Stap 4 > Voorstellen en besluitvorming Het streven is om de voorstellen te verwerken in de zomernota 2011 om daarna in de begroting 2012 en meerjarenraming 2013-2015 verwerkt te worden. Hierbij wordt niet uitgesloten dat sommige ideeën wellicht al in de zomernota 2010/begroting 2011 verwerkt kunnen worden. Dit vraagt dan wel aanpassing in de planning. De projectgroep wordt opdracht gegeven om dit verder uit te werken. Rekening moet worden gehouden met eventueel extra momenten om voorstellen aan het college en de Raad voor te leggen.
71
Stap 5 > Communicatie Het is van groot belang dat iedereen (medewerkers, college, raad, bewoners) doordrongen is van de noodzaak en urgentie om ingrijpende maatregelen te nemen om zeer fors te bezuinigen. Daarom zal op korte termijn een nieuwsbrief (“Samenspraak”) worden opgesteld om iedereen bewust te maken van de ernst van de situatie en iedereen op te roepen om actief mee te denken. (Actie Cojan; gereed medio januari 2010)
Begroting en kengetallen Programmabegroting Ter illustratie is de verdeling (begroting 2010) over de programma’s en de verantwoordelijke programmacoördinator opgenomen. Programma:
Coördinator
Baten
Lasten
Saldo
Bestuur en dienstverlening Openbare orde en veiligheid
Cojan Mookhoek Cojan Mookhoek
371702 68452
4253704 2083846
38820022015394-
3
Jeugd en onderwijs
Aad Siebel
439676
4539504
4099828-
4
De openbare ruimte
Laurens Mourik
3129995
5705233
2575238-
5
Cultuur, sport en recreatie
Aad Siebel
1585989
4187403
2601414-
6
Werk, inkomen, zorg en welzijn Aad Siebel
8396842
15368403
6971561-
7
Verkeer en vervoer
2315168
4786663
2471495-
8
Ruimtelijke ordening en milieu
Wim Labee
333972
1793460
1459488-
9
Wonen
Wim Labee
821385
926139
104754-
10
Financiën en organisatie
Rob Penning
29973324
3687955
26285369
47436505
47332310
104195
1 2
Kerngegevens begroting 2010/meerjarenramingen Opbrengsten: Huren en pachten Opbrengst OZB Heffingen/Leges Algemene uitkering Specifieke uitkeringen Rente-inkomsten/dividend Overige inkomsten Onttreking reserves/voorzieningen Totaal Opbrengsten
2010
2011
2012
2013
2014
1529566 2941431 5750363 23438983 8504664 1898975 539128 1583954 46187064
1524209 2958011 5739317 22946053 8543478 1521926 500010 2889967 46622971
1524209 2958011 5727950 22627440 8515088 1645642 531247 1552827 45082414
1524209 2958011 5728380 22285578 8515088 1583657 531247 1514482 44640652
1524209 2958011 5728380 22285578 8515088 1583657 531247 1514482 44640652
7883376 864473 2441671
7883376 864473 2424447
7916026 864473 2471486
7916026 864473 2471486
8922453 8599043 3410819 3044360 3883151 8080400 47129746
8910676 8599043 3415819 3103312 2961399 8018126 46180671
8917183 8599043 3410819 3027422 3058761 7805333 46070546
8917183 8599043 3410819 3027422 3058761 7805333 46070546
Uitgaven: Loonkosten ambtelijke organisatie 7955777 Loonkosten overig 864473 Afschrijving activa 2459344 Bijdragen gemeenschappelijke 8940755 regelingen Doorbetaling inkomensoverdrachten8599043 Subsidies 3421969 Rente-lasten 3138635 Storting reserves/voorzieningen 2601985 Materiele lasten 8100891 46082872 Totaal Uitgaven
72
Uitgangspunten in begroting en meerjarenraming: • Alleen inflatiecorrectie OZB (1% OZB = € 30.000) • Algemene uitkeringen bevroren conform September circulaire 2009 • In meerjarenramingen is geen rekening gehouden met inflatiecorrectie voor prijs- en • loonkostenstijging • Formatieomvang ambtelijk apparaat 134.16 FTE 
Prognose AR 06-01-2010
73
Uitkomsten regionale onderzoeken
74
Uitkomsten regionale onderzoeken De regionaal gehouden onderzoeken Leefbaarheid en veiligheid, Milieu in de Drechtsteden, Sociale Monitor en Sliedrecht gezond geven meer informatie over de veiligheidssituatie, de milieusituatie en sociale situatie op dit moment en de opvallende onderwerpen in Sliedrecht. Hierna volgen de onderwerpen, waarin Sliedrecht afwijkt ten opzichte van de regio. Voor meer informatie blijft het raadzaam ook de samenvatting van de genoemde onderzoeken te raadplegen.
1. Onderzoek Leefbaarheid en Veiligheid (OCD) De bewoners van Sliedrecht geven een rapportcijfer 7,4 voor de leefbaarheid in de buurt en zijn iets positiever dan gemiddeld in de regio. Het oordeel over de leefbaarheid in de buurt is in vergelijking met vier jaar geleden verbeterd. Sliedrecht scoort beduidend beter op voorzieningen voor jongeren en voorzieningen voor ouderen. Ten opzichte van het gemiddelde in de Drechtsteden scoort Sliedrecht goed op uitgaansmogelijkheden, sportverenigingen en parkeermogelijkheden en slechter op gezondheidsvoorzieningen en fietsvriendelijkheid. Ook is het gemiddeld oordeel over de woning verbeterd. Gemiddeld geven bewoners van Sliedrecht voor veiligheid een rapportcijfer 7,3. In de regio is dit een 7,2. In West en Oost is het rapportcijfer nog iets hoger (beiden 7,5). Er heeft zich tussen deze en de vorige meting een verbetering voorgedaan wat betreft vermogensdelicten, zoals woninginbraak en autodiefstal. Zes voorvallen en misdrijven, zoals dronken mensen op straat, drugsoverlast en tasjesroof zijn samen genomen tot een indicatorscore voor dreiging. In Sliedrecht (Centrum en Oost) ervaren nu iets meer inwoners dreiging in hun buurt dan in 2005. In West wordt minder dan gemiddeld dreiging ervaren. In Centrum en Oost ligt dit op het gemiddelde van de regio. In Sliedrecht voelt 25% zich wel eens onveilig. Dit is vergelijkbaar met het gemiddelde van de regio Drechtsteden. De reden die het meest genoemd wordt, is dat men bang is voor groepjes jongeren die op straat rondhangen.
Milieu in de Drechtsteden 2008 (OCD) De regionale milieumonitor Milieu in de Drechtsteden laat zien hoe het met de leefomgevingskwaliteit in de Drechtsteden is gesteld. Op diverse terreinen zijn voor Sliedrecht aandachtspunten. Dat is het geval op gebied van: • luchtkwaliteit; • geluid; • bodem; • klimaat en energie; • groene gebieden. 75
Er ligt voor Sliedrecht vooral nog een taak op gebied van geluidsanering van woningen en onderzoek van locaties met mogelijke bodemverontreiniging. Op gebied van klimaat en energie doet Sliedrecht mee aan de Stimuleringsregeling van Lokale Klimaatinitiatieven (SLOK).
Sliedrecht, gezond: versterking zorgvoorzieningen (PON) In 2008 heeft Sliedrecht een onderzoek naar de versterking voorzieningenstructuur in Sliedrecht vanwege Sliedrecht 2010 en verder door het PON uit Tilburg laten uitvoeren. Voor dit onderzoek zijn gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van 20 zorgorganisaties en verwante organisaties lokaal en in de regio. In beeld zijn gebracht de ontwikkelingen rond bevolking, zorginfrastructuur en beroep in Sliedrecht. Vervolgens worden de inzichten van de zorgaanbieders en aanverwante organisaties in beeld gebracht, een aantal algemene ontwikkelingen die van belang zijn voor de zorg in Sliedrecht en tenslotte conclusies en aanbevelingen voor de inzet van beleid en verdere initiatieven.
Situatie in Sliedrecht In 2010 is ongeveer 16,5 % 65 jaar en ouder, waarvan 4,5% ouder dan 80 jaar. Rond 2025 wordt een percentage van 20,9 % verwacht. Het percentage wijkt niet ver af van de ontwikkeling in de Drechtsteden als geheel. Sliedrecht kent een uitgebreide zorginfrastructuur. Sommige organisaties zijn al jaren aanwezig in Sliedrecht en sterk geworteld. Belangrijke grote voorzieningen zijn Merwebolder (ASVZ), Waerthove(Rivas), Parkzicht en Overslydrecht (Waardenburgh), een dependance van Albert Schweitzerziekenhuis en de Grote Rivieren. Ze zijn van plan een voorziening voor 60 bedden in Sliedrecht te vestigen. Daarnaast zijn er diverse kleinschalige woonvoorzieningen verspreid over de gemeente. 23 % van de banen in Sliedrecht zijn in de zorgen welzijnssector. Een knelpunt voor de toekomst vormt voldoende opgeleid zorgpersoneel. Voor sommige organisaties speelt dit vraagstuk nu al. Ook huisvesting en kinderopvang vormen een knelpunt voor het aantrekken van personeel.
Beoordeling huidige situatie Vanuit geografisch-cultureel perspectief heeft Sliedrecht in sommige opzichten een centrumfunctie voor de Binnenwaard. Op het terrein van de zorg heeft Sliedrecht een aantal voorzieningen die een regionale functie vervullen. Sliedrecht profileert zich als kenniscentrum op het terrein van ouderen en psychogeriatrie. Het toekomstperspectief van de meeste zorgaanbieders zit niet in het investeren in grootschalige voorzieningen met een regionale functie in Sliedrecht. De tendens voor kleinschalig wonen kan leiden tot spreiding over andere gemeenten met voldoende schaal. Daarnaast is er ook weer meer vraag naar wonen op een instellingsterrein, vooral voor mensen met een gedragsstoornis. Dat Sliedrecht beschikt over instellingsterreinen strekt tot voordeel. Er is naast de centrumfunctie van Dordrecht plaats voor een centrumfunctie van Sliedrecht op zorggebied. Er zijn in Sliedrecht verschillende samenwerkingsrelaties. Enige synergie ervaart men in het intramurale deel van de zorg: ziekenhuis en verpleeghuis maakt vestiging van een nieuwe voorziening voor psychogeriatrie aantrekkelijk. Ook de nabijheid van winkels en een gezondheidscentrum is aantrekkelijk. In het extramurale deel is meer sprake van overlappende zorgsectoren waar concurrentie meer een rol speelt en is van synergie minder sprake. De overlegstructuur (bestuurlijk overleg Wonen, Zorg, Welzijn) waar de gemeente de regie voert, wordt door de zorgaanbieders als constructief ervaren. De gemeente is bereidwillig, er is goed overleg en derhalve is er draagvlak om zaken van de grond te krijgen. De aanwezigheid van een breed scala aan zorgsectoren maakt het aantrekkelijk om een bijdrage te leveren aan het integrale zorgbeleid binnen de gemeente.
76
Beoordeling toekomst Op lokaal niveau wordt veel samengewerkt. Door de marktwerking in de zorg neemt de concurrentie echter sterker toe. De ontwikkeling van nieuwe diensten wordt meer bepaald door de eigen positie op de markt dan door lokale samenwerking. Tevens is er meer concurrentie om de klant. Er is sprake van een omslag naar vraaggericht werken door instellingen. De concurrentie om de klant kan botsen met het creëren van zorg- en opvangsystemen en het bevorderen van ketensamenwerking. Ook speelt meer en meer aanbesteding een rol in de zorg. Dit kan reden zijn dat instellingen uit Sliedrecht vertrekken. Instellingen geven aan dat de gemeente moet kiezen voor kwaliteit en niet voor de goedkoopste aanbieder. Men is in dat licht tevreden over de keuze voor het Zeeuwse model voor hulp in het huishouden. De veronderstelling dat het zorgprofiel kan worden verstevigd door nieuwe zorg aan klanten aan te bieden wordt wisselend beoordeeld door de aanbieders. Er zijn wel niches (specifiek, afgebakend, bewerkbaar deel van een markt), die minder aan concurrentie onderhevig zijn dan de hoofdmarkt die zouden kunnen worden aangeboden. Uit de praktijk blijkt dat mensen bereid zijn om voor specialistische functies te reizen. In de ogen van de grote aanbieders leuke initiatieven, maar niet doorslaggevende factoren om een bijdrage te leveren aan een lokaal gezondheidsbeleid in Sliedrecht. Dan gaat het meer om het bieden van kaders om nieuwere vormen van zorg te introduceren. De gemeente moet daarin kiezen en positie innemen in nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen, zoals toenemende vraag naar zorg, welke innovaties zijn mogelijk en hoe kan preventie effectiever worden ingezet. De nadruk van aanbieders zal meer gaan liggen op het aanbieden van extramurale zorg en minder op intramurale zorg. Het gaat de zorgaanbieders om zorginhoud en gezondheidsbeleid. De wensen van cliënten liggen meer op het intramurale terrein. Instellingen zullen daarom meer aansturen en concurreren op het bereiken van thuiswonende burgers. Daarbij willen zij aansluiten bij innovatieve vormen van zorg, zoals de wijze waarop de zorg plaatselijk is georganiseerd, de nadruk op preventie wordt gelegd en budgetten flexibel kunnen worden ingezet. Vernieuwing en profilering van op de zorg moet daarom vanuit dit oogpunt plaatsvinden. De nadruk in het profiel voor Sliedrecht zou moeten liggen op welzijn en gezondheid voor haar bewoners. Het zou van ambitie getuigen als Sliedrecht zou inzetten op een motto als: in Sliedrecht kunnen mensen langer zelfstandig blijven wonen of Sliedrecht gezonde gemeente. De zorgaanbieders verwachten een duidelijke regierol van de gemeente, niet zozeer om te sturen maar om te verbinden. Daarbij is het van belang dat de gemeente boven de partijen staat. Het is van belang dat de gemeente duidelijk aangeeft op welke wijze zij de zorg wil inrichten.
Ontwikkelingen Er is sprake van een aantal algemene ontwikkelingen, zoals scheiden van wonen en zorg, vermaatschappelijking van zorg en vergrijzing, waar de gemeente rekening mee moet houden bij ontwikkeling van haar beleid. Met scheiden van wonen en zorg wordt meer keuzevrijheid van bewoners beoogd. Er zal sprake zijn van afbouw van verzorgingshuizen en meer opbouw van verpleeghuizen. Ook is er trend naar meer kleinschalig wonen. Ook wordt de wens van ouderen steeds groter om langer in hun eigen woning te wonen en diensten in hun eigen woning te ontvangen. Een grotere groep mensen zal een beroep doen op zorg als gevolg van de vergrijzing. De ontwikkelingen rond de Wmo en spreiding huisvesting bijzondere groepen vormt een
77
ontwikkeling dichter bij huis. Gemeenten vervullen een rol in financiering en verstrekking van individuele voorzieningen via de thuiszorginstellingen. Gericht op participatie van alle bewoners vereist ook dat bewoners meer zelf verantwoordelijkheid kunnen nemen voor de hulp en de voorzieningen waar men gebruik van wil maken. Ook in de zorg zijn er enkele belangrijke ontwikkelingen die van invloed zijn op het beleid. De nieuwe bekostiging van de zorg via zorgzwaartepakketten (zzp) geeft veel onzekerheden bij de zorgaanbieders over de bekostiging van het huidige aanbod. De veranderingen in de AWBZ geeft verschuiving te zien waarvan een deel bij de gemeente komt in het kader van de Wmo. Er is een toenemende vraag naar arbeidskrachten als gevolg van een toename van ouderen en een afname aan beroepskrachten.
Belangrijkste acties door de gemeente 1. Leg prioriteit bij de zorg voor de eigen burger, met de volgende prioriteiten: • breng behoefte aan kleinschalig wonen voor bijzondere groepen in beeld • betrek de aanwezige voorzieningen • betrek het welzijnswerk en de informele zorg • gemeente continueert overleg met zorg- en welzijnsaanbieders • speciale aandacht voor mensen met dementie • maak gebruik van toepassingen van slimme zorg • woonzorgzones bieden structuur. 2. Aantrekken van gespecialiseerde, afzonderlijke aanbieders is door de aanwezigheid van een veelheid van voorzieningen een mogelijkheid. Genoemd worden o.a.: voorzieningen voor mensen met niet-aangeboren hersenletsel, voor visueel gehandicapten, voor autisten en kleinschalige voorzieningen voor dementerenden. 3. Zet in op een gezonde gemeente; het gezondheidsbeleid biedt volgens aanbieders voldoende mogelijkheden om zich sterker te profileren. 4. Gemeente moet een actieve rol spelen bij opleidingsmogelijkheden in Sliedrecht. Zorgvoorzieningen zijn een belangrijke werkgever binnen de gemeente. De schaal waarop personeel nodig is maakt het voor Da Vinci aantrekkelijk om in samenwerking met zorgaanbieders speciale trajecten te organiseren. De gemeente zou hierin een stimulerende rol kunnen vervullen in het tegengaan van het te verwachten personeelstekort: voldoende huisvesting, vervoersmogelijkheden, en kinderopvang. 5. Gemeente moet haar rol explicieter maken. Aan de verbindende rol zijn een aantal voorwaarden verbonden: voer integraal beleid, wees innovatief, maak omslag van beheersen naar faciliteren van verandering, erken de rollen van partners. Het rapport schetst langetermijnperspectieven en acties waarin keuzes moeten worden gemaakt en waarvoor gezamenlijk draagvlak gevonden moet worden bij de aanbieders: woningcorporatie, zorginstellingen, welzijnsinstelling en beroepsonderwijs. Op 17 november 2009 heeft als vervolg op dit onderzoek de miniconferentie Sliedrecht Gezond plaatsgevonden. De conferentie is bezocht door ruim 50 mensen van instellingen voor zorg, welzijn en wonen en (beroeps)onderwijs uit Sliedrecht en de regio aanwezig. Op de conferentie is het onderzoeksrapport ‘Sliedrecht gezond. Focus op gezondheidsvoorzieningen in de gemeente’ van het PON gepresenteerd. Het doel van de bijeenkomst was om te komen tot nieuwe initiatieven op de terreinen van opleidingsmogelijkheden in de zorg, ketenaanpak dementie en nieuwe mogelijkheden (niches) in de markt. Deze onderwerpen zijn besproken in werkgroepen.
78
Uit de werkgroepen kwamen enkele concrete initiatieven. 1. Onderneem met elkaar scholingsactiviteiten. Daar zijn stageplekken nodig in de zorg voor verstandelijk gehandicapten, ziekenhuizen, verzorgingshuizen, verpleeghuizen en thuiszorg om een stevige opleiding te kunnen neerzetten. Ga te werk vanuit het aanvalsplan Jeugdwerkloosheid, de UWV kaders. Haal het uit het zorgberaad, want dat is te abstract en te groot. Trek het naar Sliedrechts niveau, vorm een platform met opleiders en werkgevers, maak daarin een banenpool, bekijk hoe je kunt scholen en laat deze mensen overal stages lopen. 2. Over de ketenaanpak dementie zullen afspraken worden gemaakt over verdere samenwerking tussen de organisaties. Genoemd worden het Wmo loket, de schakel naar huisartsen, is heel belangrijk, omdat die qua diagnostiek heel belangrijk zijn. Dat was een belangrijk aandachtspunt. Om alleenwonende dementerenden te bereiken worden de huisbezoeken, kerk en buurt genoemd. Daarnaast wordt gekeken naar de mogelijkheden van Domotica en aanpassen van woningen. 3. Bij de aanpak van nieuwe mogelijkheden in de markt geeft een van de deelnemers, een fysiotherapeut aan al geruime tijd bezig te zijn met het beter op de kaart krijgen van de obesitasproblematiek. Andere ideeën waren: meer comfortzorg bieden voor rijkere ouderen, ontmoetingsplekken voor ouderen om dreigende vereenzaming te voorkomen, meer mogelijkheden creëren voor thuis zittende jongeren en mensen zonder baan met een WAJONG uitkering. Er zijn inmiddels afspraken gemaakt met de initiatiefnemers om een vervolg te geven aan de resultaten. Er worden hiervoor nadere overleggen gevoerd met betrokken organisaties. Er zijn afspraken gemaakt met zorginstellingen, Da Vinci en coördinator actieplan jeugdwerkloosheid, in de werkgroep ketenaanpak dementie worden de genoemde punten nader uitgewerkt en in het kader van het uitvoeringsprogramma overgewicht wordt wordt een start gemaakt met een quick scan en hierin wordt ook een koppeling gemaakt met het initiatief van Balans. De ontwikkelingen en resultaten van deze onderwerpen worden via het bestuurlijk overleg Wonen, Zorg en Welzijn gevolgd en in dit overleg wordt geborgd dat er ook concrete resultaten worden geboekt. Over de resultaten wordt de gemeenteraad geïnformeerd via de rapportages over het vierjaren-gezondheidsbeleidsplan.
79
Leefbaarheid en Veiligheid Drechtsteden (OCD)
Leefbaarheid en Veiligheid Drechtsteden (OCD) In het voorjaar van 2009 is door het Onderzoekcentrum Drechtsteden een onderzoek uitgevoerd naar de Leefbaarheid en Veiligheid van inwoners van de regio Drechtsteden. In dit deel gaan we in op de opvallende uitkomsten voor Sliedrecht. Voor de algemene uitkomsten van het onderzoek verwijzen we naar de samenvatting van het onderzoeksrapport.
Sliedrecht wijkt in positieve zin af van het gemiddelde van de regio én heeft zich ten opzichte van 2005 positief ontwikkeld. Hierna presenteren we vooral de uitkomsten waarin Sliedrecht positief of negatief afwijkt van het gemiddelde van de regio Drechtsteden. Eerst bespreken we de leefbaarheid, vervolgens de veiligheid en tot slot de inzet en aandacht van gemeente.
Leefbaarheid in de wijken Oordeel over de woning De inwoners van Sliedrecht oordelen positiever over hun woning dan in 2005. Ten opzichte van 2005 geven zij een wat hoger gemiddeld rapportcijfer (in 2009 is dit een 7,9).
Buurtvoorzieningen Sliedrecht scoort beduidend beter op voorzieningen voor jongeren en voorzieningen voor ouderen.
Leefbaarheid buurt Gemiddeld geven de bewoners van de Drechtsteden een 7,2 voor de leefbaarheid in hun buurt. De bewoners van Sliedrecht geven een 7,4 en zijn iets positiever dan gemiddeld. Inwoners van Sliedrecht denken iets positiever over de leefbaarheid in hun buurt dan vier jaar geleden.
Binding met de buurt Ten opzichte van 2005 zien we relatief kleine veranderingen in het aandeel dat zegt (zeer) gehecht te zijn aan de eigen buurt. Zo voelen de inwoners van Sliedrecht zich iets meer verbonden met hun buurt dan vier jaar geleden (67% ten opzichte van 64% gemiddeld).
Verloedering Ligt er wel eens rommel op straat? En worden muren en/of gebouwen wel eens beklad? In Sliedrecht is dit minder aan de orde. Dit is des te opvallender omdat in andere gemeenten meer verloedering wordt ervaren.
Problemen in de buurt Voor alle gemeenten in de regio geldt dat hondenpoep en parkeeroverlast tot de drie problemen
81
behoren die met voorrang moeten worden verholpen. In Sliedrecht is dit door respectievelijk 45% en 40% als belangrijk probleem genoemd. De meeste mensen hebben 2 tot 3 problemen van de veertien mogelijkheden aangekruist. In Sliedrecht staat daarnaast ‘groenvoorzieningen’ ook in de top drie. Dit is door 22% genoemd. Ook redelijk vaak genoemd zijn: zwerfvuil, container, graffiti, speelvoorzieningen voor kinderen, voorzieningenniveau, verkeersoverlast (allen rond de 20%) en jongerenoverlast en geluidsoverlast (16%). De andere mogelijke problemen, zoals criminaliteit/ onveiligheid, drugsoverlast/alcoholoverlast, problemen woningen en burenruzies komen in Sliedrecht weinig voor, volgens het onderzoek Leefbaarheid en Veiligheid.
Veiligheid Gemiddeld geven inwoners van Sliedrecht voor veiligheid een 7,3 als rapportcijfer. In de regio is dit een 7,2. In West en Oost is het rapportcijfer nog iets hoger (beiden 7,5).
afwijking van regiogemiddelde
zeer gunstig
gunstig
ontwikkeling 2005-2009
geen verschil/ontwikkelin g
ongunstig
zeer ongunsti g
Figuur 1 Rapportcijfer veiligheid in de buurt.
Vermogensdelicten Voor o.a. Sliedrecht heeft zich tussen deze en de vorige meting een verbetering voorgedaan wat betreft vermogensdelicten, zoals woninginbraak en autodiefstal. Het slachtofferschap van diverse delicten is ten opzichte van 2005 duidelijk gedaald, bij andere is het gelijk gebleven. Gedaald zijn: diefstal van en uit auto’s en vernieling aan auto’s. Diefstal van fietsen komt in Sliedrecht relatief vaak voor (10% van de inwoners is hiervan slachtoffer geworden, ten opzichte van 6% gemiddeld in de Drechtsteden).
Dreiging Zes voorvallen en misdrijven, zoals dronken mensen op straat, drugsoverlast en tasjesroof zijn samen genomen tot een indicatorscore voor dreiging. In Sliedrecht (Centrum en Oost) ervaren nu iets meer inwoners dreiging in hun buurt dan in 2005. In West wordt minder dan gemiddeld dreiging ervaren. In Centrum en Oost ligt dit op het gemiddelde van de regio.
82
Onveiligheidsgevoel In Sliedrecht voelt 25% zich wel eens onveilig. Dit is vergelijkbaar aan het gemiddelde van de regio Drechtsteden. De reden die het meest genoemd wordt, is dat men bang is voor groepjes jongeren die op straat rondhangen. Daarnaast worden (minder vaak) genoemd: ‘bang om beroofd te worden’ en ‘bang om mishandeld of in elkaar geslagen te worden’. Deze top-3 ziet er voor Sliedrecht hetzelfde uit. In Centrum is het aandeel dat zich onveilig voelt iets hoger, in Oost iets lager, maar in Oost is er wel een groter aandeel dat zich vaak onveilig voelt.
Verkeersveiligheid Voor drie gemeenten zien we een licht negatieve ontwikkeling ten opzichte van de vorige meting. O.a. in Sliedrecht is de score voor verkeersveiligheid in vier jaar tijd wat afgenomen. Het aantal inwoners dat te maken heeft gekregen met doorrijden na aanrijding is echter afgenomen.
Inzet en aandacht gemeente Gemeentelijke voorzieningen Ten opzichte van het gemiddelde in de Drechtsteden scoort Sliedrecht goed op uitgaansmogelijkheden, sportverenigingen en parkeermogelijkheden en slechter op gezondheidsvoorzieningen en fietsvriendelijkheid.
Ontwikkeling van de woonplaats 24% van de Drechtstedelingen vindt dat de eigen woonplaats het afgelopen jaar vooruit is gegaan en 19% vindt dat de woonplaats achteruit is gegaan. In Sliedrecht zijn minder inwoners positief, namelijk 13% en een vergelijkbaar aandeel is negatief, namelijk 21%.
Aandacht gemeente voor buurtproblemen 38% van de Drechtstedelingen vindt dat hun gemeente te weinig aandacht heeft voor problemen in de buurt. In Sliedrecht is men hierover minder ontevreden (30% t.o.v. 38% gemiddeld). Ten opzichte van 2005 zijn inwoners van Sliedrecht hierover positiever gaan oordelen.
Contacten met wijkgericht werken en Servicelijn Evenals in 2005 zijn er in het onderzoek Leefbaarheid en Veiligheid ook vragen gesteld over het wijkgericht werken in Sliedrecht. Het gaat over bekendheid van en contact met wijkgericht werken en de Servicelijn en daarnaast prioriteitsstelling van inwoners in de doelen die wijkgericht werken heeft geformuleerd. Ook is een vraag gesteld over de bewonersinzet voor een beter woon- en leefklimaat. Ruim vier op de tien Sliedrechters (43%) zijn bekend met wijkgericht werken. Dit is vergelijkbaar met 2005 en er zijn geen grote verschillen tussen de drie wijken Oost, West en Centrum. Iets minder dan twee op tien Sliedrechters geven aan in de afgelopen twee jaar contact te hebben gehad met een wijkcoördinator, een lid van een wijkplatform, een raadslid of een wijkwethouder. Dit is in vergelijking met 2005 iets toegenomen. Twee op de tien Sliedrechters kennen de Servicelijn, waar men terecht kan met meldingen, klachten en vragen over de openbare ruimte. Dit is vergelijkbaar met 2005. Er zijn geen verschillen
83
tussen wijken. Ook het gebruik van de Servicelijn is vergelijkbaar met vier jaar geleden. Ongeveer een op de twintig inwoners van Sliedrecht geeft aan wel eens gebruik te maken van het telefoonnummer. De bekendheid van de Servicelijn is daarmee relatief laag. Het wijkgericht werken heeft vijf doelen. Veel inwoners vinden deze doelen ook van belang.
rekening houden met wensen/behoeften van burgers
95,00%
beleid op elkaar afstemmen
87,00%
betere onderlinge omgang stimuleren
80,00%
bewoners meer verantwoordelijkheid geven
59,00%
burger en politiek bij elkaar brengen
56,00%
50,0% 100,0%
Figuur 1 Oordeel inwoners over het belang van doelen wijkgericht werken.  Twee derde van de inwoners geeft aan bereid te zijn zelf een bijdrage te leveren aan een beter woon- en leefklimaat, een derde niet.
84
Milieu in de Drechtsteden (OCD)
86
Milieu in de Drechtsteden (OCD) In de loop van 2009 heeft het Onderzoekcentrum Drechtsteden in opdracht van de Drechtsteden “Milieu in de Drechtsteden 2008” uitgebracht. Deze regionale milieumonitor laat zien hoe het met de leefomgevingkwaliteit in de Drechtsteden is gesteld. Zoals op gebied van luchtkwaliteit, risico’s van vervoer en gebruik gevaarlijke stoffen, geluid, bodem, klimaat en energie, groene gebieden en water. Het rapport geeft de Drechtsteden informatie om eventueel bij te sturen op de lopende programma’s op deze gebieden. Ook voor gemeenten is de informatie relevant. In dit deel gaan we in op de opvallende uitkomsten voor Sliedrecht. Voor de algemene uitkomsten van het onderzoek verwijzen we naar het onderzoeksrapport.
Luchtkwaliteit Inwoners van de Drechtsteden hebben last van de uitstoot door verkeer langs de A16 en A15 en binnenstedelijke wegen. Er was in 2007 een verslechtering van luchtkwaliteit bij de Stationsweg in Sliedrecht. In 2009 is hiervan een analyse gemaakt. Met de inzet van een breed pakket aan (rijks)maatregelen wordt er voor gezorgd dat de luchtkwaliteit in 2015 sterk verbeterd zal zijn. Toch blijven ook na deze maatregelen nog enkele knelpunten over, onder andere in Sliedrecht. Het Programma Luchtkwaliteit Drechtsteden 2006-2015 bevat een divers pakket aan lokale en regionale maatregelen om deze knelpunten op te lossen. In Sliedrecht worden onder meer walstroomkasten geplaatst en wordt gestart met het project “Schone Brandstoffen: rijden op aardgas”. In deze regionale milieumonitor wordt niet ingegaan op eventuele overlast van de derde Merwedehaven.
Risico’s van vervoer en gebruik gevaarlijke stoffen De huidige veiligheidssituatie in de Drechtsteden is in kaart gebracht. Het gaat zowel om routes via spoor en over de weg en overige risico’s vanwege gebruik van gevaarlijke stoffen. Er zijn in de regio vijf veiligheidsknelpunten, waarvan echter geen in Sliedrecht. Ook het Plaatsgebonden risico tengevolge van vervoer gevaarlijke stoffen over de weg is langs de A15 bij Sliedrecht aanvaardbaar.
Geluid Het wonen in een stedelijke regio met activiteiten, bedrijvigheid, verkeer-, spaar-, spoor- en snelwegen brengt geluid met zich mee. Dit kan leiden tot geluidsoverlast bij omwonenden. Er is in 1986 een lijst gemaakt met woningen waar de geluidsbelasting zodanig is dat sanering zou moeten plaatsvinden. Sliedrecht telt relatief veel van deze woningen. De sanering hiervan moet grotendeels nog plaatsvinden. Vanwege de Europese regelgeving is het wegverkeerslawaai opnieuw gemeten. Om geluidsknelpunten aan te pakken zijn in 2009 actieplannen geluid gemaakt. Dit geldt ook voor Sliedrecht. De gemeenten zullen zelf per situatie besluiten of en zo ja, welke maatregelen in de komende vijf jaar getroffen zullen worden.
87
Ook is de overlast bij de grotere industrieterreinen door industrielawaai in kaart gebracht en is hiervoor per industrieterreinen een plan van aanpak zonebeheer opgesteld. Dat geldt in Sliedrecht voor Molendijk/Industrieweg, Nijverwaard en Rivierdijk/de Peulen.
Bodem Door de provincie Zuid-Holland is een overzicht gemaakt van locaties waar de bodem mogelijk verontreinigd is geraakt door activiteiten uit het verleden (bijvoorbeeld bedrijfsactiviteiten of gedempte sloten). In Sliedrecht gaat het om 375 locaties. Er is gestart met het uitvoeren van een historisch onderzoek op een deel van de verdachte locaties, met als doel duidelijk te krijgen of er sprake is van verontreiniging. Meestal blijkt dit niet het geval te zijn en kan de locatie –na onderzoek- van de lijst worden geschrapt. Met het Besluit Bodemkwaliteit wordt voorkomen dat nieuwe verontreinigen optreden. De bodemkwaliteit is voor gebruikers via internet te raadplegen.
Klimaat en energie De Drechtsteden sluiten met het opstellen van klimaatbeleid aan op het Kyoto-protocol en het rijksbeleid ‘ Schoon en Zuinig’, het Klimaatakkoord Gemeenten en Rijk 2007-2011 en de SLOK-uitkering uit het Gemeentefonds. SLOK is de afkorting van Stimulering van Lokale Klimaatinitiatieven. Ook Sliedrecht heeft een SLOK-uitkering aangevraagd. In 2008 is het regionaal klimaatprogramma opgesteld en in 2009 vastgesteld.
Groene gebieden: kwaliteit door samenhang In het regionaal uitvoeringsprogramma zijn ongeveer 90 projecten opgenomen op het eiland van Dordrecht, de Alblasserwaard, IJsselmonde en de Hoeksche Waard. In totaal 27 projecten hiervan hebben prioriteit. Daarvan waren er eind 2008 18 gestart of in uitvoering. Van in totaal acht projecten is bestuurlijk afgesproken deze te ondersteunen vanuit de regio. Ondersteuning vindt dan plaats op gebied van middelen, organisatie en agendering. Het gaat ondermeer om het Recreatief knooppunt Sliedrecht (Merwedezone).
Water De Beleidslijn Grote Rivieren laat zien wat de mogelijkheden zijn voor ruimtelijke ontwikkelingen in buitendijks gebied binnen de randvoorwaarden die een veilige afvoer van berging van het rivierwater waarborgen. Nieuwe projecten moeten aan deze Beleidslijn worden getoetst. Er zijn in Sliedrecht geen pijplijnprojecten aangewezen, die nog vallen onder geldende bestemmingsplannen of het Besluit beheer rijkswaterstaatswerken. Voor de havens in de Drechtsteden geldt niet een stroomvoerend regime, maar een bergend regime. In 2007 zijn de Drechtsteden samen met andere waterpartners begonnen met een gezamenlijke aanpak van het beleidsthema ‘water’. In de loop van 2009 zal dit verder uitgediept worden. Er ligt inmiddels een concept- wateragenda 2010-2014.
88
Participatiemonitor Drechtsteden 2009
Participatiemonitor Drechtsteden 2009 Dit onderzoek is in 2009 uitgevoerd door het Onderzoekcentrum Drechtsteden (OCD) van de regio Drechtsteden. De Participatiemonitor Drechtsteden 2009 is een grootschalig onderzoek onder 12.640 inwoners 16 jaar en ouder in de zes gemeenten van de Drechtsteden. Er is onder bewoners van Sliedrecht voor deze monitor een steekproef van 1.303 willekeurig gekozen burgers gedaan, die een vragenlijst hebben ontvangen. Hiervan hebben 627 mensen de toegestuurde vragenlijst ingevuld retour gezonden. Dit is een respons van 48%.
Participatiemonitor De Participatiemonitor gaat over de maatschappelijke deelname en bekendheid met en het gebruik van maatschappelijke voorzieningen. De monitor laat zien in welke mate en op welke manieren de Drechtstedelingen deelnemen aan de samenleving en welke aandachtspunten er zijn bij het bieden of krijgen van steun. In het rapport wordt onderscheid gemaakt tussen drie trappen van participatie: 1. steun bieden, via vrijwilligerswerk, mantelzorg en actief zijn voor de buurt 2. deelname aan de samenleving, via onder andere lidmaatschap van verenigingen en organisaties, vrijetijdsvoorzieningen en sociale contacten 3. steun krijgen, dat wil zeggen de mate waarin inwoners steun nodig hebben en een beroep kunnen doen op het eigen netwerk of voorzieningen van de overheid
De algemene conclusies voor de Drechtsteden op een rij: 1. De meeste mensen (84%) zijn tevreden met de eigen maatschappelijke positie; 2. Eenderde heeft een of meer langdurige ziekten, aandoeningen of beperkingen en 7% van alle inwoners van 18 jaar en ouder wordt hierdoor gehinderd in het dagelijks functioneren; 3. Bijna drie op de tien inwoners hebben een zeer laag of laag inkomen en houden weinig tot geen geld over voor recreatie en sociale participatie; 4. Er is een klein aandeel inwoners dat sociaal geïsoleerd is (4%).
A. Steun bieden • Eenderde doet vrijwilligerswerk • 20% biedt mantelzorg • en 9% zet zich actief in voor de buurt. • Ruim de helft (53%) van de bevolking biedt geen steun dat wil zeggen, zij geven geen mantelzorg, doen geen vrijwilligerswerk en zijn niet actief in de buurt.
91
• Een kwart wil (meer) actief zijn. Een stimulans kan zich richten op groepen, die relatief weinig steun bieden. Degene die: - moeite hebben met de Nederlandse taal; - laag opgeleid zijn; - deel uitmaken van een eenoudergezin; - een opleiding volgen.
B. Deelname aan de samenleving Zeer veel Drechtstedelingen doen mee aan de samenleving, door gebruik te maken van vrijetijdsvoorzieningen of ze zijn lid van een vereniging of organisatie en hebben voldoende sociale contacten. Zo is bijvoorbeeld viervijfde lid van een of meerdere verenigingen of organisaties. Drievijfde van de Drechtstedelingen doet aan sport.
C. Steun krijgen Van de inwoners van de Drechtsteden krijgt 7% geen steun van hun omgeving, terwijl ze deze wel missen. De overgrote meerderheid (87%) krijgt de benodigde steun vanuit hun omgeving. In het algemeen zijn er geen hiaten in het vangnet van de overheid. Aandachtspunten zijn hierbij wel: de wachtlijsten bij de voorzieningen voor educatie en vooral voor jeugd en de bekendheid van het Wmo-loket. Het Wmo-loket is bekend bij gemiddeld 39% van de bevolking. De helft van de gebruikers van de kinderopvang en Bureau Jeugdzorg heeft te maken gehad met een wachtlijst. En meer dan eenderde met de wachtlijst voor de peuterspeelzaal, buitenschoolse opvang en opvoedingsondersteuning.
Hoe staat Sliedrecht erbij? Sliedrecht wijkt in een aantal opzichten af van dit algemene beeld in de Drechtsteden. Hieronder de meest in het oog springende punten.
Steun bieden In Sliedrecht ligt het percentage vrijwilligerswerk iets hoger dan in de overige Drechtsteden. Vrijwilligerswerk gebeurt vooral voor levensbeschouwelijke organisaties. In Sliedrecht staan de levensbeschouwelijke organisaties (de kerk) echt met stip op positie 1, maar er wordt minder voor sportverenigingen gedaan. Er wordt minder mantelzorg aan de partner geboden dan gemiddeld in de Drechtsteden.
Deelname In Sliedrecht hebben inwoners vaker een lidmaatschap van verenigingen en organisaties dan gemiddeld; dit geldt vooral voor zang, toneel-, en muziekvereniging, kerk of moskee, vereniging met godsdienstig doel en politieke organisatie. Bij de intentie om te stemmen bij verkiezingen scoren de inwoners van Sliedrecht het hoogst. Autochtone inwoners van Sliedrecht hebben minder contact met allochtonen op het werk, in de wijk en in de vrije tijd dan gemiddeld. In Sliedrecht wonen dan ook verhoudingsgewijs de minste allochtonen. Sliedrecht wijkt duidelijk positief af met het aandeel inwoners dat zegt voldoende contacten te hebben. In Sliedrecht is het percentage sporters lager dan gemiddeld. Inwoners van Sliedrecht sporten vaker dan gemiddeld in een zwembad en juist minder in een sportschool. In Sliedrecht staat een bezoek aan de kerk op de derde plaats van activiteiten als enige binnen de top drie van de Drechtsteden.
92
Minder bewoners uit Sliedrecht brengen een bezoek aan een muziek- of theatervoorstelling, de bioscoop en een house- of dansavond. Bewoners uit Sliedrecht gaan juist vaker naar de kinderboerderij of een speeltuin. Mensen met een beperking zijn in Sliedrecht actiever dan gemiddeld in de Drechtsteden.
Steun krijgen Van de peuterspeelzaal en Bureau Jeugdzorg maken Sliedrechters meer dan gemiddeld gebruik. Het Wmo-loket geniet in Sliedrecht grotere bekendheid onder bewoners dan in de regio. Dit wordt verklaard door de extra voorzieningen voor mensen met een beperking in Sliedrecht. In Sliedrecht maken de bewoners minder gebruik van Het Juridisch Loket. Het Bureau Sociaal Raadslieden in Sliedrecht was nog maar kort open tijdens het onderzoek. In Sliedrecht hebben ouderenwerk, boodschappendienst en personenalarmering een grotere bekendheid dan in de regio.
Bewoners met weinig geld Sliedrecht heeft relatief weinig inwoners tussen de 30 en 54 jaar oud en heeft samen met Alblasserdam de meeste laagopgeleiden.
Samenvattende conclusies A. Het gaat in de Drechtsteden op veel terreinen goed met de maatschappelijke deelname; B. De actieve bijdragen van inwoners aan de samenleving (vrijwilligerswerk, actief in de buurt) blijft in vergelijking met andere vormen van deelname iets achter en kan stimulansen gebruiken; C. De participatie van mensen met een kwetsbare achtergrond blijft achter; D. Denk aan de specifieke positie van mensen met weinig geld en mensen met een ernstige beperking; E. Aandachtspunten wat betreft voorzieningen zijn wachtlijsten met name voor diverse jeugdvoorzieningen en ook is de bekendheid van enkele voorzieningen, zoals het WMO-loket nog niet optimaal. Met uitzondering van het loket in Sliedrecht waarvan de bekendheid groter is. F. Sliedrecht scoort bij deelname op één vlak slechter dan gemiddeld en op één vlak juist beter: de bewoners sporten minder vaak, maar ze zijn vaker lid van een organisatie.
93
Sliedrecht gezond (PON)
94
Sliedrecht gezond (PON) In diverse Sliedrechtse nota’s is het belang aangegeven van een goed functionerende voorzieningenstructuur op het gebied van de zorg en aanverwante sectoren. Verwezen wordt naar Sliedrecht 2010 en verder, de WMO-nota, de Nota gezondheidsbeleid en de Rapportage ouderenbeleid 2004. Het is de ambitie van de gemeente Sliedrecht om op het terrein van de zorg en aanverwante terreinen een passend lokaal en regionaal voorzieningenniveau en kwantitatieve en/of kwalitatieve versterking ervan te hebben.
De gemeente Sliedrecht heeft daarom behoefte aan een adviesonderzoek om na te gaan of de dienstenstructuur op gebied van zorgvoorzieningen en daarbij passende ondersteuningsvoorzieningen past bij de schaal van Sliedrecht en wat de eventuele potentie op dit terrein is. Door het PON zijn gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van 16 organisaties op gebied van zorg (zorgaanbieders) en aanverwante sectoren. De belangrijkste conclusies uit dit adviesonderzoek zijn hieronder samengevat: 1. De professionals zijn tevreden over het zorg- en welzijnsklimaat in Sliedrecht. Er is goede samenwerking onderling en met de gemeente. De concentratie van intramurale voorzieningen (ziekenhuis, verpleeghuizen en toekomstige voorzieningen voor ouderenpsychiatrie) biedt het voordeel bij uitwisseling van kennis. Sliedrecht vervult door de aanwezigheid van deze voorzieningen op een deze terreinen een centrumfunctie. 2. Sliedrecht is dus bovengemiddeld bedeeld met zorgvoorzieningen. Met de komst van de instelling voor ouderen met psychiatrische problemen van de Grote Rivieren wordt dit nog versterkt. De tendens tot kleinschalig wonen zal het realiseren van grootschalige voorzieningen in de toekomst echter minder vanzelfsprekend maken. Deze trend sluit meer aan bij de huidige behoefte van de inwoners. 3. De aanwezigheid van de uitgebreide zorginfrastructuur in Sliedrecht botst niet met de overige regionale voorzieningen (in Dordrecht). Op basis van deze conclusies geeft PON de volgende adviezen: 1. Leg de prioriteit bij zorg voor de eigen burger: de potentie van Sliedrecht op zorggebied zit volgens de zorgaanbieders vooral in een kwaliteitsslag in het huidige lokale zorg- en WMObeleid, niet in uitbreiding. 2. In samenhang hiermee is het advies aan de gemeente om –samen met zorgaanbieders- de behoefte aan kleinschalige woningen van bijzondere groepen in beeld te hebben, een advies dat ook in het WMO-beleidsplan is opgenomen. 3. Om bijzondere doelgroepen in staat te stellen zelfstandig te wonen is continuering van de afstemming en overleg tussen de aanwezige voorzieningen, welzijnswerk en informele zorg gewenst. De inzet van informele zorg, van klussendiensten en van buddyprojecten is belangrijk om mensen zelfstandig te laten wonen. 95
4. De woonzorgzones bieden een goede structuur voor de afstemming van zorg van aanbieders en gemeente, passend bij klanten. 5. Er zijn kansen voor toepassing van slimme zorg. Met de inzet van domotica kunnen mensen langer thuis blijven wonen 6. De gemeente kan inzetten op de eerste opvang voor mensen met lichte dementie. 7. De gemeente zou in het kader van het gezondheidsbeleid meer in kunnen zetten op preventieve acties zoals voorkomen van overgewicht, verminderen van alcoholgebruik en het verminderen van huiselijk geweld. Geadviseerd wordt een actieve rol te spelen bij de opleidingsmogelijkheden op gebied van zorg in Sliedrecht, door Da Vinci. Dit om te verwachten personeelstekorten tegen te gaan. Voor het aantrekken van zorgpersoneel zijn daarnaast randvoorwaarden: voldoende goedkope huisvesting, voldoende vervoersmogelijkheden buiten reguliere tijden en voldoende kinderopvang. Ook hierin zou de gemeente in samenspraak met zorginstelling een rol kunnen vervullen.
96
INHOUDSOPGAVE PROJECTENLIJST
98 Burgemeester Winklerplein 99 De Driehoek 100 Gemeentewerf/Milieustraat 102 Economische Structuurvisie 103 Ontwikkelingsvisie Kerkbuurt 104 Oude Uitbreiding West 105 De Grote Rivieren 106 Plaatje 107 Revitalisering Nijverwaard 109 Woonboulevard 110 Sliedrecht, visie Beatrixlocatie 112 Benedenveer 113 Bonkelaarplein e.o. 114 Griendencollege/LOC 115 Knaap/Kerkbuurt, 116 locatie VD Baanhoek West
Rivierdijk, Gat naast Vogel/De Stoep
117 Stationspark II 118 Watertorenterrein 119 Ziezo 120 Uitvoeringsparagraaf 121 Structuurvisie Duurzame oplossing 122 Woonwagencentra Actieplan Geluid 124 Derde Merwedehaven 125 Nieuwe ambtelijke organisatie 126 Programmabegroting 128 en –rekening Rechtmatigheid 129 Risicomanagement 130 Brede doorlichting (Sliedrecht) 131 Reconstructie Stationsweg/ 132 Rembrandtlaan Merwede Linge Lijn 133 97
Baanhoek-West Portefeuillehouder: Lavooi Projectleider:
Van t Hoff
Fase:
Uitvoering
Doelstelling Het realiseren van een Vinex-woonwijk: circa 950 woningen (gedifferentieerd, maximaal 950 woningen) inclusief 6.500 m2 grond voor maatschappelijke voorzieningen, voor basisonderwijs,gymzaal, speciaal onderwijs en een kerk en bouwclusters ten behoeve van bedrijven. De raad heeft ten aanzien van dit programma een bestemmingsplan vastgesteld en in 2005 een samenwerkingsovereenkomst aangegaan met Van Erk Ontwikkeling( Bouwfonds).
Planning Het project is gestart in 2005 en eindigt naar verwachting in de 2de helft van 2014. Vanwege de economische recessie wordt er rekening mee gehouden dat de uitvoering van de woningbouwplannen in tijd gezien uit loopt.
Budget Er is sprake van een budgettair neutraal plan. De gemeente deelt voor 50% in een positief resultaat van de grondexploitatie. De ontwikkelaar is verantwoordelijk voor een mogelijk negatieve grondexploitatie. In de vastgoedontwikkeling is de gemeente financieel gezien geen partij. Kosten die de gemeente maakt drukken op de grondexploitatie. Separaat worden door de gemeente infrastructurele, bovenwijkse aansluitkosten gemaakt. Hiervoor wordt apart krediet aangevraagd. In de grondexploitatie is rekening gehouden met een bijdrage Reserve IW.
Stand van zaken Er is sprake van een onherroepelijk bestemmingsplan. Tevens zijn uitwerkingsplannen vastgesteld. In de opzet van het plan is rekening gehouden met de aangrenzende dijkbebouwing. Een aandachtspunt is de verplaatsing van manege Alblas. Oplevering van de bouw van 69 sociale huur- en koopwoningen in ‘vlek 1’ heeft plaatsgevonden eind 2009. In 2010 worden 53 vrije sector woningen opgeleverd en wordt gestart met 133 sociale koop- en vrije sector woningen. De bouwplannen voor de brede school, locatie ‘De Linie’ worden voorbereid. In 2010/2011 worden deze plannen uitgevoerd. De uitvoering van dit project heeft lokaal en regionaal alle steun.
Risicoanalyse In de samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente en projectontwikkelaar zijn de risico’s genoemd en van beheersmaatregelen voorzien. Één van de risico’s doet zich nu voor namelijk de planning van de bouw van de woningen staat vanwege de economische situatie onder druk. Als gevolg daarvan staat ook grondexploitatie voor de ontwikkelaar onder druk.
98
Burgemeester Winklerplein Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Van t Hoff
Fase:
Ontwikkeling
Doelstelling De realisatie van het plan Burgemeester Winklerplein zoals door de Windroos bij de gemeente en betrokken partijen door middel van een prijsvraag is ingediend en in hoofdopzet door het college en de raad in april 2007 is geaccordeerd. Het aantal nieuwbouwwoningen bedraagt 210. In totaal worden 73 woningen gesloopt. Aan commerciële m² winkelruimte wordt 5608 gebouwd en er wordt 2545 m² gesloopt. Een toename van 3063 m².
Planning Het project is gestart in 2005 en eindigt naar verwachting in de 2de helft van 2015.
Budget De ontwikkelaar ontwikkelt en bouwt voor eigen rekening en risico. De gemeente draagt voor € 300.000,-- financieel bij in de inrichting van het plein.( die € 300.000,- staat als reserve in de begroting). Kosten die de gemeente maakt in de begeleiding van het plan komen voor rekening van de gemeente. In de samenwerkingsovereenkomst, die nog niet is afgerond, wordt ingegaan op kosten die de gemeente maakt voor de inbreng van gronden en de aanleg van een bushalte e.d.
Stand van zaken Politieke besluitvorming over het masterplan en de samenwerkingsovereenkomst vindt medio 2010 plaats.
Risicoanalyse Omgeving De herstructurering van het Burgemeester Winklerplein heeft een behoorlijke impact op de omgeving. Omwonenden en betrokkenen zijn kritisch. Een goede communicatie en overleg moeten leiden tot een aanvaardbaar en uit te voeren plan.
Scope De raad van de gemeente Sliedrecht is nauw betrokken bij de uitwerking van de plannen.
Planning Vertraging treedt op vanwege besluitvorming die uitblijft.
99
De Driehoek Portefeuillehouder: Boevée Projectleider:
Huijgens
Fase:
Ontwikkeling
Doelstelling Realisering bedrijventerrein De Driehoek op basis van de combinatievisie Het Plaatje/De Driehoek. Deze visie is door de raad door de raad in april 2008 vastgesteld.
Planning De ontwikkeling van het project is gestart in 2009 en eindigt wat de uitvoering, uitgifte van gronden betreft naar verwachting in de 2de helft van 2014.
Budget De kosten voor het maken van een bestemmingsplan komen ten laste van de grondexploitatie De Driehoek. er is een voorlopige grondcalculatie opgesteld. Op basis van die opzet is het uitvoeren van het plan De Driehoek financieel verantwoord. Als wordt uitgegaan van een gecombineerde ontwikkeling De Driehoek / Het Plaatje zal verevening van gelden nodig zijn.
Stand van zaken Er wordt gewerkt aan het voorontwerp bestemmingsplan. Met betrokken partijen wordt onderhandeld over de verwerving van gronden. De provincie en regio werken voorwaardelijk mee aan de ontwikkeling van De Driehoek.
Risicoanalyse. Omgeving Contour Groene Hart Het besluit tot het verleggen van de contour van het Groene Hart in de structuurvisie van de provincie is Provinciale Staten is met een half jaar vertraagd tot juni 2010. Het gevolg hiervan is dat onze bestemmingsplanprocedure wordt vertraagd. Calamiteitenontsluiting A15 a. De toestemming van Rijkswaterstaat voor het verbreden van de bestaande Parallelweg A15 en het aanleggen van een calamiteitenontsluiting op de A15 ontbreekt nog. Hierover vindt veelvuldig overleg plaats. Als Rijkswaterstaat niet instemt met het verbreden en het gebruik van de bestaande Parallelweg dient deze in noordelijke richting te worden verlegd. Ruimtelijk is dat mogelijk. Externe Veiligheid A15 en Betuwelijn Het groepsrisico spoor, gebaseerd op de Prognose 2010 Tracé MER Betuwelijn, overstijgt de oriëntatiewaarde. De over stijging is verantwoord. De gemeente overlegt hierover met de VROMinspectie en de provincie Zuid-Holland.
100
Grondverwerving De grondverwerving is nog niet geheel rond. Onderhandelingen met 2 partijen (1.5 ha) worden voortgezet. Die onderhandelingen leiden tot hogere aankoopkosten dan in de voorlopige opzet voorzien. Watercompensatie De watercompensatie in verband met de functieverandering van het gebied De Driehoek (aanbrengen verharden) is op hoofdlijnen ambtelijk rond met het Waterschap. Een gedeelte van de watercompensatie Baanhoek-West vindt plaats in De Driehoek.
Planning Door bovenstaande factoren staat de planning onder druk.
Geld Financieel spelen voorbereidings- en uitvoeringskosten een belangrijke rol. Als wordt uitgegaan van een combinatie met Het Plaatje dient een verevening van opbrengsten en uitgaven plaats te vinden.
101
Vernieuwing gemeentewerf/ milieustraat Portefeuillehouder: Van de Ven Projectleider:
Mourik
Fase:
Initiatief
Doelstelling • Realisatie van een centrale huisvesting voor alle buitendienstmedewerkers en materieel. • Realisatie van een milieustraat die voldoet aan alle wettelijke eisen • Realisatie van een grond- en baggerdepot • Huisvesting van de Kringloopwinkel en depot op het terrein van de milieustraat.
Planning In september 2007 heeft de raad de startnotitie vastgesteld. Eén van de meest bepalende factoren is de medewerking van de provincie om voor de beoogde locatie een partiële streekplanherziening toe te willen passen. De planning is dat in september de bestemmingsplanprocedure is afgerond. In 2011 zou dan met de realisatie gestart kunnen worden en oplevering zal dan eind 2011/eerste helft 2012 kunnen plaatsvinden.
Risico’s Op dit moment is nog niet duidelijk op welke termijn een bestemmingsplan wijziging voor de beoogde locatie gerealiseerd kan worden. De financiële consequenties in de exploitatie ten gevolgde van de duurdere aankoop van de gronden.
102
Economische Structuurvisie Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Huijgens
Fase:
Initiatief
Doelstelling In de door de raad van Sliedrecht vastgestelde structuurvisie Sliedrecht is besloten een aantal visies waaronder de economische structuurvisie nader uit te werken. In aansluiting op regionaal vastgesteld beleid wordt de lokale economische structuurvisie uitgewerkt.
Planning Het project zal gestart worden begin 2010 en zal naar verwachting inclusief de uitvoering eindigen in de 1ste helft van 2015. De visie zelf komt in 2010 gereed.
Budget Aan de hand van een uit te brengen startnotitie zullen de kosten inzichtelijk worden gemaakt en zal op basis daarvan krediet worden aangevraagd.
Stand van zaken Over de aanpak vindt overleg plaats tussen de portefeuillehouder en de projectleider. Het bedrijfsleven en de Vereniging van Sliedrechtse Ondernemingen zullen gevraagd worden te participeren in het uitwerken van de visie.
Risicoanalyse PM.
103
Ontwikkelingsvisie Kerkbuurt (in relatie tot de economische structuurvisie) Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Huijgens
Fase:
Initiatief
Doelstelling Het verrichten van een studie naar de mogelijkheden voor herstructurering en kwalitatieve opwaardering van de centrumfunctie op de Kerkbuurt (winkelpromenade) en de toegang (Stationsweg zuid) tot de Kerkbuurt.
Planning Het project zal gestart worden begin 2010 en zal naar verwachting wat de uitvoering betreft eindigen in de 1ste helft van 2015. De visie komt in 2010 gereed.
Budget Als het college instemt met de startnotitie zal krediet moeten worden aangevraagd bij de raad.
Stand van zaken Er wordt gewerkt aan een startnotitie inclusief de kaders. De conceptstartnotitie is ambtelijk gereed en ligt bij de portefeuillehouder. Door middel van overleg tussen de portefeuillehouder en de projectleider dient dit onderwerp verder te worden aangepakt. Belangrijke partijen die eveneens in dit project participeren zijn de winkeliers en de winkelierskring. Tevens speelt de BIZ (Bedrijven Investeringszone) een belangrijke rol.
Risicoanalyse PM.
104
Oude Uitbreiding West Portefeuillehouder: Lavooi Projectleider:
Extern
Fase:
Ontwikkeling
Doelstelling Het herstructureren van de Oude Uitbreiding West. Hierbij gaat het om 224 bestaande sociale huurwoningen. Tien woningen worden door middel van een schilrenovatie omgevormd tot sociale woningen in het koopstarterssegment. De overige 214 woningen worden gesloopt en vervangen door 151 huurwoningen en 88 koopwoningen. De raad van de gemeente Sliedrecht heeft in april 2008 ingestemd met het programma van wensen en uitgangspunten.
Planning Het project is gestart in 2008 en loopt tot eind 2015. In 2010 starten de sloopactiviteiten en wordt met de bouw gestart.
Budget Valt onder de financiële verantwoording van Tablis Wonen. De gemeente Sliedrecht neemt voor € 50.000,-- deel in de voorbereiding en uitvoering van het plan.
Stand van zaken In december 2009 is de samenwerkingsovereenkomst gemeente – Tablis ondertekend. Het ontwerp bestemmingsplan is in procedure gebracht. Tevens is de procedure ontheffing hogere grenswaarden gestart. Huurders en particuliere eigenaren zijn en worden door Tablis Wonen in overleg met de gemeente nauw betrokken bij het project.
Risicoanalyse Op basis van de gesloten samenwerkingsovereenkomst, geen financiële risico’s voor de gemeente.
105
De Grote Rivieren Portefeuillehouder: Lavooi Projectleider:
Van ‘t Hoff
Fase:
Uitvoering
Doelstelling Permanente huisvesting kliniek ouderenpsychiatrie. Het betreft een particulier initiatief van de Grote Rivieren. Daarnaast speelt de bouw een gezondheidscentrum aan de Kerkbuurt nummer 152. Er is sprake van een integrale aanpak. Een gedeelte van het terrein tegen de Kerkstraat en Kerkbuurt en Wilhelminastraat aan blijft onbebouwd en wordt ingericht als groen-parkgebied. Crescendo blijft in het plan gehandhaafd.
Planning Het project loopt al vele jaren. Het streven is nu om voor de zomervakantie 2010 met de bouw te starten.
Budget In principe voor de gemeente een budgettair neutraal plan. Voor de groene inbedding van het plan, parkeren ondergronds en aanleggen van veel groen is in principe een voorwaardelijke subsidie toegekend vanuit van Mandenmaken. De bijdrage bedraagt € 800.000,- waarvan € 400.000,- voor rekening van de gemeente komt.
Stand van zaken. Het plan past in het vigerende bestemmingsplan. Het bestaande plan van 90 bedden is uitgebreid met een extra volume en een verbindingselement. Het bestaande volume wordt volledig gebruikt voor wonen en verblijven van cliënten. Het extra volume wordt benut voor de groepsbehandeling, de kantoren en het extra nader te bepalen Programma van Eisen. In de verbinding is de entree met de receptie gesititueerd. Hiervandaan heeft men een overzicht op de toegangen van beide volumen. De entree is toegankelijk via een dek dat vanaf de Wilhelminastraat naar de entree loopt. Het extra volume is mooi gelegen in een parkachtige omgeving. In overleg met de gemeente worden de laatste puntjes op de i gezet. Naar verwachting kan de bouwvergunning, nadat de omgeving is geïnformeerd, worden verleend. Het gezondheidscentrum Kerkbuurt 152 past niet geheel in het vigerende bestemmingsplan.Hiervoor zal een projectprocedure gevolgd moeten worden.
Risicoanalyse In dit gedeelte van de gemeente vinden de komende jaren veel bouwactiviteiten plaats. Naast de Grote Rivieren spelen de bouwprojechten Oude Uitbreiding West en Waerthove. Een goede afstemming van activiteiten, bouwverkeer etc. speelt een belangrijke rol.
106
Plaatje Portefeuillehouder: Boevée Projectleider:
Huijgens
Fase:
Ontwikkeling
Doelstelling Het clusteren van watergebonden bedrijven op de locatie het Plaatje en de ontwikkeling van de vrijkomende locaties Molendijk. Het Plaatje moet via de Molendijk (nabij Snel/Van Eijk) worden ontsloten. De raad heeft in april 2008 ingestemd met de clustering van watergebonden bedrijven op Het Plaatje.
Planning Het project is gestart in 2007 en zal naar verwachting eindigen in de 2de helft van 2013.
Stand van zaken Het voorontwerpbestemmingsplan Het Plaatje ligt tot en met 29 januari 2010 ter inzage. Diverse vergunningaanvragen lopen: • De melding Wet bodembescherming (Wbb); • De ontgrondingvergunning; • De ontheffing van de Keur van het Waterschap door het Waterschap; • De aanvraag tot Wet beheer rijkswaterstaatswerken vergunning (Wbr)
Risicoanalyse Omgeving Watercompensatie. Er gaat waterberging verloren door het optimaliseren van de kade en het verlanden van de zuidelijke landtong. De mate van verlanding is afhankelijk van overeenstemming met Rijkswaterstaat.Verlies aan waterbergend vermogen kan worden opgevangen door te baggeren. Rijkswaterstaat gaat met deze oplossing nog niet akkoord. Rivierkundig overleg moet plaatsvinden tussen gemeente en Rijkswaterstaat. Waterschap, ontheffi ng van de Keur Nader onderzoek stabiliteit dijk etc. is vereist in verband met plaatsing dok van Boer. Grondverwerving Grondverwerving Het Plaatje en water Domeinen is nog niet rond. Overleg vindt plaats. Aanvankelijk is uitgegaan van ruilen van grond. Juister is het uit te gaan van ruil tegen onafhankelijke taxaties. In overleg met ROM-D wordt hier een voorstel voor uitgewerkt en besproken met ABB, eigenaar van Het Plaatje. Naast ABB wordt onderhandeld met Domeinen over aankoop en pacht van water.
107
Baggermolen Met het baggermuseum is nog geen overeenstemming over een alternatieve plek voor de baggermolen. Vanuit en op kosten van Hollands Glorie wordt bezien of een andere plek voor de baggermolen meer soelaas biedt.
Scope ABB is eigenaar van de grond Het Plaatje en Domeinen verpacht water (haven) aan IHC. Contractueel moeten veel zaken worden vastgelegd. Hiervoor is medewerking nodig van partijen. Domeinen is bereid de haven voor een groot deel te verpachten aan de gemeente. Het vergunningentraject is zeer complex.
Urenbesteding Van diverse overheidsinstellingen zijn vergunningen en vrijstellingen nodig. De voorbereiding daarvan en de daaraan gekoppelde overleggen vragen veel meer tijd (aan uren) dan gecalculeerd.
Planning Door de veelheid aan regels en de langlopende onderhandelingen voor de grondverwerving staat de planning onder druk. (aangepast).
108
Revitalisering Nijverwaard Portefeuillehouder: Van de Ven Projectleider:
Van t Hoff
Fase:
Nazorg
Doelstelling De revitalisering omvat zes algemene en vier specifieke acties die in 2009 zijn afgerond.
Planning Het project is gestart in 2001 en zal wat de financiële afwikkeling betreft worden afgerond in de 1ste helft van 2010.
Budget Binnen de door de raad vastgestelde budgetten is het plan uitgevoerd.
Stand van zaken Plan is afgerond. Er wordt nog gewerkt aan de eindrapportage en het afwikkelen van de provinciale subsidie.
109
Woonboulevard Sliedrecht, visie Portefeuillehouder: Boevée Projectleider:
Dieleman
Fase:
Ontwikkeling
Doelstelling In 1997 heeft de regio Drechtsteden ingestemd met een ontwikkelingsvisie woon-en reactieboulevard Nijverwaard. Dat heeft geleid tot een reconstructie van de infrastructuur en de groenstrook A15. Bij het beschikbaar komen van de Van Gend en Loos locatie zijn plannen ontwikkeld voor een grootschalig winkelpand van 40.000 m² met een daarbij behorende brancheverbreding.
Planning Het project is gestart in 2006 en zal naar verwachting eindigen in 1ste helft van 2012.
Budget Stand van zaken De ontwikkelmaatschappij ‘Woonboulevard Sliedrecht’ is statutair opgericht voor de zomervakantie 2009. Voor de locatie ‘Connexxion en omgeving’ is een stedenbouwkundig beeldkwaliteitsplan opgesteld door de gemeente Sliedrecht, dit plan is in oktober 2009 vastgesteld door het College van Burgemeester en Wethouders. Het plan is de basis voor de ontwikkeling van de woonboulevard , waaronder de locaties Porta kabin en Leef( Van gend en Loos). Het plan is besproken met de ‘stakeholders’ in oktober / november 2009. Het streven is in februari 2010 een totaalplan te hebben. Over de locatie leef, voorheen Van Gend en Loos vindt overleg plaats met de bewindvoerder van Isto groep, Fortis en Slavenburg om de locatie alsnog te ontwikkelen. In de regio Zuid-Holland Zuid wordt het beleid omtrent de perifere detailhandel geëvalueerd. De REO Zuid-Holland Zuid en de regio Drechtsteden staan afwijzend tegen een brancheverbreding op de woonboulevard Sliedrecht.De REO ZHZ gaat over tot een actualisering van het PDV([perifere detailhandel) beleid voor Zuid-Holland Zuid, waarbij alle pdv locaties onder de loep worden genomen. De REO streeft een verbeteringsslag na in plaats van een brancheverbredingsslag . De gemeente Sliedrecht heeft ROM-D gevraagd te participeren in het overleg met de REO ZuidHolland. Die bereidheid is er.
110
Risicoanalyse Omgeving In de REO Zuid-Holland Zuid en de provincie wordt het beleid omtrent de perifere detailhandel geactualiseerd. Een aandachtspunt voor de gemeente Sliedrecht blijft nadrukkelijk de gewenste brancheverbreding. Afstemming tussen ambitie gemeente Sliedrecht ‘Woonboulevard’ en regionale ambities in Zuid-Holland Zuid. Bij dit project zijn de winkeliers op zowel de woonboulevard als het centrum en de regio nauw betrokken. Eigen belangen hebben de neiging uit te stijgen boven het algemeen belang.
Planning Door het uitblijven van een gezamenlijk regionaal gedragen standpunt over de ontwikkelingsmogelijkheden voor de Woonboulevard Sliedrecht loopt de planning uit.
111
Beatrixlocatie Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Van ‘t Hoff
Fase:
Uitvoering
Doelstelling Uitgave particuliere vrije sector kavels in het centrum van de gemeente. De raad heeft het bestemmingsplan hiervoor aangepast en ingestemd met de uitgifte van de grond.
Planning Het project is gestart in 2008 en zal naar verwachting eindigen in 1ste helft van 2011.
Budget Op basis van een grondexploitatieplan is uitgifte van de grond mogelijk met een voordelig saldo.
Stand van zaken De locatie is bouwrijp. Enkele kavels zijn in optie uitgegeven dan wel verkocht.
Planning De planning, loopt uit aangezien het uitgifte tempo lager is door de recessie.
Geld T.o.v. het in 2007 beschikbaar gestelde krediet voor de opbrengsten wordt er nu € 100.000,- minder geraamd voor de opbrengsten. De reden hiervoor is dat de oppervlakte van de te verkopen tuingrond circa 200 m² (€ 40.000,-) minder is dan bij de aanvraag was begroot. De uit te geven oppervlakte bouwgrond is circa 130 m² (€ 60.000,-) minder dan waarvan bij de kredietaanvraag van was uitgegaan. De bouwgrondexploitatie is hierop reeds aangepast. Bij het opstellen van de jaarrekening 2009 zal de aanpassing van het krediet worden meegenomen.
112
Benedenveer Portefeuillehouder: Lavooi Projectleider:
Huijgens
Fase:
Initiatief
Doelstelling Het bouwen van circa 200 particuliere woningen in het westelijk gedeelte en het dijkgedeelte van de locatie Benedenveer. Naast de particuliere bouw ook de ontwikkeling van woningbouwplannen voor cliënten van de ASVZ. Het ontwerp-bestemmingsplan Benedenveer, voorheen BaanhoekOost, wordt geactualiseerd en zal door de raad moeten worden vastgesteld.
Planning Het project is gestart in 2009. Om tot bouwactiviteiten over te gaan, moet het bestemmingsplan worden geactualiseerd. In 2010 moet het bestemmingsplan procedureel zijn afgerond. Realisering loopt door tot 2014/2025.
Budget Kosten die gemaakt worden voor dit plan komen ten laste van de grondexploitatie. Er is sprake van een negatief saldo. Het plan is op een aantal punten geoptimaliseerd. Dat leidt tot een geringe positieve verbetering van de grondexploitatie.
Stand van zaken Het bestemmingsplan is in bespreking bij belanghebbenden (bewonersgroep Blaas, woonwagenbewoners en bewoners Dijkvak 14). Begin 2010 worden de gesprekken afgerond. Aansluitend dienen anterieure overeenkomsten te worden aangegaan met grondeigenaren, waaronder de ASVZ.
Risicoanalyse Omgeving Met omwonenden (bewonerscomité) en bewoners woonwagenkamp vinden gesprekken plaats. De resultaten van dat overleg kunnen tot een planwijziging leiden, wat invloed kan hebben op de grondexploitatie.
Planning Het overleg met omwonenden en het onderhandelingstraject met grondeigenaren leidt tot vertraging om het bestemmingsplan vast te stellen.
Geld De huidige exploitatieberekeningen voor deze bouwgrondexploitatie komen negatief uit. Naar deze inzichten kan een tekort worden verwacht van €1,4 miljoen. Deze schatting van de potentiële verliespost is in de begroting 2010 opgenomen in de Reserve Egalisatie Grondkosten Woningbouw. Na de strategiebepaling/besluitvorming en de daarbij behorende grondexploitatieberekening wordt bepaald welke deel van de boekwaarde moet worden afgeboekt ten laste van de Reserve Egalisatie Grondkosten Woningbouw. Bij het opstellen van de bouwgrondexploitatie ten behoeve van de jaarrekening 2009 bezien of reeds een deel van de boekwaarde ten laste van de Reserve Egalisatie Grondkosten Woningbouw kan worden gebracht. Hierdoor verminderen de financieringskosten. 113
Bonkelaarplein e.o. (Herontwikkeling) Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Van t Hoff
Fase:
Ontwikkeling
Doelstelling Een herontwikkeling van De Bonkelaar en bibliotheek en een aangrenzend bouwperceel. Hierbij gaat het om de bouw van Bonkelaarstaete I en II, circa 80 appartementen en ongeveer 1200 m² commerciële ruimte. De raad van de gemeente Sliedrecht heeft in mei 2008 ingestemd met het stedenbouwkundige kader van De Bonkelaar e.o.
Planning Het project is gestart in 2008/2009 en zal uiterlijke in de 1ste helft van 2015 zijn gerealiseerd. In de samenwerkingsovereenkomst zijn termijnen gesteld dat met de bouw moet worden gestart.
Budget Tussen de gemeente en de ontwikkelaars is een samenwerkingsovereenkomst aangegaan met daarin opgenomen de financiële consequenties.
Stand van zaken Ontwikkelaar overlegt met het College over Bonkelaarstaete 1 en 2. Er vindt overleg plaats met de Bibliotheek over de functionele eisen. Betrokken partijen worden uitgenodigd voor een toelichting op de wijze van aanpakken van een plan voor de Bibliotheek. Bonkelaarstaete I wordt uitgevoerd op basis van een reeds verleende 1ste fase bouwvergunning. Voor Bonkelaarstaete II dient het bestemmingsplan te worden gewijzigd en zullen betrokken bewoners informeel en formeel worden betrokken. Door de ontwikkelaar is inmiddels een gewijzigd ontwerp-plan gemaakt.
114
Griendencollege/LOC (afronding en bouw 42 terraswoningen) Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Van t Hoff
Fase:
Uitvoering/nazorg
Doelstelling De bouw van 41 terraswoningen en de financiële afwikkeling van het gerealiseerde Griendencollege LOC.
Planning De bouw van de 41 woningen zal in 2012/2013 plaatsvinden.
Budget De financiële afwikkeling van het Griendencollege is naar de raad toe afgedaan in januari 2010. De overdracht van de grond voor de terraswoningen van de gemeente aan Domus moet nog plaatsvinden.
Stand van zaken Het project LOC Griendencollege is afgerond met uitzondering van de terraswoningen. De bouw van de 41 terraswoningen is vanwege de economische recessie opgeschort. Naar omwonenden toe is het van belang dat de locatie deels voor parkeren wordt ingericht en als bouwrijp terrein wordt onderhouden.
115
Knaap/Kerkbuurt locatie VD (inrichting buitengebied) Portefeuillehouder: Lavooi Projectleider:
Dieleman
Fase:
Ontwikkeling
Doelstelling Voor deze locatie is een bouwvergunning voor 11 starterswoningen en 24 woningen voor cliënten van de ASVZ verleend. Het doel van dit project is de bouw hiervan. Hierbij hoort een inrichtingsplan voor het buitengebied.
Planning Het project is gestart in 2008 en zal naar verwachting eindigen in de 2de helft van 2011.
Budget De inrichting van het parkeerterrein en de omgeving moet plaatsvinden op basis van hiervoor reeds gereserveerde gemeentelijke middelen en bijdragen vanuit het woningbouwplan.
Stand van zaken Met de bouw van de woningen wordt gestart in de eerste helft van 2010. Aansluitend dient tot uitvoering te worden overgegaan van de inrichting van het aangrenzende parkeerterrein en de passage. Voor de bouw van de woningen heeft overleg plaatsgevonden met omwonenden en is een projectprocedure doorlopen.
116
Rivierdijk, Gat naast Vogel – De Stoep Portefeuillehouder: Lavooi Projectleider:
Dieleman
Fase:
Initiatief
Doelstelling Een verantwoorde ontwikkeling van de locatie in samenhang met de uitbreiding van sporthal De Stoep en rekening houdend met de aansluiting op de dijkbebouwing.
Planning Het project is gestart in 2008 en zal naar verwachting eindigen in de 2de helft van 2013.
Stand van zaken Royal Haskoning heeft vanuit een stedenbouwkundige visie een viertal alternatieven uitgewerkt. Deze worden na een verdiepingsslag voorgelegd aan de college. De gemeente verwerft strategisch een positie omdat de apotheek locatie wordt aangekocht. Voor de uitbreiding van de Stoep heeft de raad reeds positief besloten. Separaat wordt de ontwikkeling ter hand genomen. Met omwonenden en direct belanghebbende partijen heeft overleg plaatsgevonden. Met grondeigenaren vindt vervolgoverleg plaats.
117
Stationspark II Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Van t Hoff
Fase:
Uitvoering
Doelstelling De uitgifte van 4 clusters voor de bouw van hoogwaardige kantoren.
Planning Het project is gestart in 2002 en zal naar verwachting eindigen in de 1ste helft van 2013.
Budget Binnen de exploitatieopzet van Stationspark II is uitgifte van de locatie financieel verantwoord. Uitloop van de uitgiftetermijn leidt niet tot financiële problemen.
Stand van zaken. Van de drie nog beschikbare clusters zijn twee clusters in optie uitgegeven. Voor éen van die clusters is reeds een bouwvergunning afgegeven en is een voorlopige koopovereenkomst aangegaan. Transport vindt plaats in 2010. Vanwege de huidige economische recessie is de animo gering.
Risicoanalyse Planning Planning loopt uit in verband met minder snelle uitgifte kavels door recessie.
118
Watertorenterrein Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Dieleman
Fase:
Ontwikkeling
Doelstelling De huidige bedrijfslocatie wordt getransformeerd in een Drechtoeverlocatie met circa 200 woningen in het duurdere woonsegment.
Planning Het project is gestart in 1995 en loopt tot eind 2017.
Budget De ontwikkelaar bouwt voor eigen rekening en risico. Kosten van de gemeente worden door middel van een anterieure overeenkomst afgedekt.
Stand van zaken Het bestemmingsplan en de resultaten van overleg met het dijk- en wijkcomité worden gepresenteerd aan de nieuwe raad (na 3 maart 2010).
Risicoanalyse Omgeving Er is geen overeenstemming tussen de projectontwikkelaar en het dijkcomité. Het risico bestaat dat door het indienen van zienswijzen het plan vertraagd wordt. Omwonenden, dijk- en wijkbewoners, staan kritisch tegenover de voorgestelde plannen. Vanwege de hoogte en dichtheid van de bebouwing is een zorgvuldige afweging van de plannen van groot belang.
Scope Het plan staat onder druk omdat politiek niet eensluidend over het plan wordt gedacht. Met name gaat het om de hoogte en intensiteit van bebouwing.
Planning De planning loopt uit vanwege verschillende milieu onderzoeken en het ontbreken van overeenstemming met de omgeving.
119
Ziezo Portefeuillehouder: Lavooi Projectleider:
Dieleman
Fase:
Ontwikkeling
Doelstelling Het realiseren van 8 appartementen op de locatie van de voormalige peuterspeelzaal “Ziezo” en aangrenzende woningen Baanhoek 79 en 81.
Planning Het project is gestart in 2007 en zal naar verwachting eindigen in de 1ste helft van 2012.
Budget De grond wordt verkocht aan een ontwikkelaar. De hiervoor gemaakte kosten drukken op de grondexploitatie c.q. de uitgifte van het terrein.
Stand van zaken Het milieuonderzoek wordt binnenkort verwacht. De planschade analyse is sinds kort definitief. Deze locatie is opgenomen in het bestemmingsplan Het Plaatje. Het voorontwerpbestemmingsplan is in procedure gebracht.
120
Uitvoeringsparagraaf Structuurvisie (nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening) Portefeuillehouder: Lavooi Projectleider:
Huijgens
Fase:
Initiatief
Doelstelling De Uitvoeringsparagraaf van de vigerende Structuurvisie dient gemoderniseerd te worden. Nieuwe toekomstige ontwikkelingen dienen inzichtelijk gemaakt en opgenomen te worden. Tevens dienen aanlegkosten begroot te worden. En wel zodanig dat dit de basis kan vormen als bedoeld in de Grondexploitatiewet (onderdeel nieuwe WRO) voor een toeslag/heffing per m² ten behoeve van het Fonds Dorpsuitleg c.a.
Planning Het project zal gestart worden in 2010 en zal naar verwachting eindigen in de 1ste helft van 2011.
Stand van zaken Nog niet gestart. Met de portefeuillehouder is afgesproken dat de uitvoeringsparagraaf wordt gemaakt door de Afdeling Projecten . De Afdeling ROBM speelt hierbij een belangrijke rol en levert stukken/visies die relevant zijn.
Risicoanalyse PM.
121
Duurzame oplossing voor woonwagencentra Portefeuillehouder: Van de Ven Projectleider:
Verkerk
Fase:
Initiatief
Doelstelling De gemeente Sliedrecht telt 14 woonwagenstandplaatsen, die rechtens als zodanig worden verhuurd en gebruikt. Deze bevinden zich op een tweetal woonwagencentra aan respectievelijk de Beyerinckstraat en de Van Hofwegensingel en voldoen niet volledig aan de eisen hieraan gesteld bij dan wel krachtens de Woningwet. Op de korte termijn zullen alle 14 rechtens bestaande en in gebruik zijnde woonwagenstandplaatsen minimaal moeten voldoen aan de hieraan bij dan wel krachtens de Woningwet gestelde brandveiligheidseisen. Op de lange termijn zal ter opheffing van het woonwagencentrum aan de Beyerinckstraat elders ruimte gevonden moeten worden voor de realisering van maximaal 10 woonwagenstandplaatsen. Met dit doel wordt in 2010 een nader onderzoek uitgevoerd. Dit alles op basis van een door burgemeester en wethouders vast te stellen onderzoeksopdracht, waarin de uitgangs- en actiepunten voor nader onderzoek worden gegeven.
Probleemstelling De gemeente Sliedrecht beschikt over een tweetal woonwagencentra. Aan de Beyerinckstraat op het bedrijventerrein Nijverwaard bevindt zich sinds 1975 een woonwagencentrum met 12 woonwagenstandplaatsen, waarvan er 11 als zodanig worden verhuurd en gebruikt. Vanaf 1990 beschikt de gemeente Sliedrecht daarnaast aan de Van Hofwegensingel over een woonwagencentrum met 6 woonwagenstandplaatsen, waarvan er 3 als zodanig worden verhuurd en gebruikt. De gronden zijn krachtens het geldende bestemmingsplan ’t Orleans op de plankaart aangewezen voor woondoeleinden (W) met de subbestemming Woonwagenstandplaats (Ww). Als zodanig zijn deze gronden bestemd voor woonwagenstandplaatsen ten behoeve van woonwagens met bijbehorende bijgebouwen, sanitaire en parkeervoorzieningen. Om milieuhygiënische en andere redenen is in het verleden besloten het woonwagencentrum aan de Beyerinckstraat op te heffen. Op nieuwe bedrijventerreinen wordt om milieuhygiënische redenen de bouw van (bedrijfs)woningen uitgesloten. In het verlengde hiervan wordt geen handhaving en/of uitbreiding van dit woonwagencentrum op bedrijventerrein Nijverwaard voorgestaan. Om milieuhygiënische redenen wordt dit ook niet voorgestaan, omdat dit woonwagencentrum zich tevens bevindt op relatief korte afstand van de Parallelweg, MerwedeLingeLijn en Betuweroute bevindt en in de toekomst een verdere toename van het weg – en railverkeer ter plaatse wordt voorzien. Zonder aanvullende maatregelen zullen de woonwagenbewoners hiervan teveel geluidsoverlast kunnen gaan ondervinden. Door het ontbreken van bebouwingsvrije zones van minimaal 5 meter tussen de verschillende ‘woonwagens’ kan ook de brandveiligheid ter plaatse niet optimaal gewaarborgd worden. Het handhaven en/of uitbreiden van dit woonwagencentrum past ook niet bij de voorgestane verdere ontwikkeling en uitstraling van een regionale woonboulevard op het bedrijventerrein Nijverwaard. Na opheffing moeten deze gronden hiervoor worden aangewend.
122
Vanaf aanvang werd bij een opheffing van dit woonwagencentrum bestuurlijk gedacht en de voorkeur gegeven aan een nieuw te realiseren woonwagencentrum aan de Benedenveer. Een nieuw woonwagencentrum met 12 standplaatsen van 13 bij 18 meter. Met dat doel is in opdracht van de gemeente door Woonactief onder de woonwagenbewoners woonachtig aan de Beyerinckstraat een woonwensenonderzoek uitgevoerd. Uit het woonwensenonderzoek van oktober 2008 blijkt dat niet één van deze woonbewoners in principe wenst te verhuizen naar de Benedenveer vanwege vooral de aanwezigheid van de hoogspanningsmast. Zij vinden dat de hoogspanningsmast een te groot en onzeker risico vormt voor de gezondheid van hun kinderen en kleinkinderen. Hieruit blijkt voorts dat alle bewoners in principe een voorkeur hebben voor een herinrichting en uitbreiding van het bestaande woonwagencentrum. Als gevolg hiervan is een patstelling ontstaan en lijkt een oplossing voor het opheffen van het bestaande woonwagencentrum en de ter plaatse bestaande huisvestingsproblemen verder weg dan ooit. Om die reden is nader onderzoek vereist naar een duurzame oplossing om op de korte termijn te komen tot een oplossing van de ter plaatse bestaande huisvestingsproblemen en om op de lange termijn bij voorkeur te komen tot opheffing van het woonwagencentrum aan de Beyerinckstraat
Planning Het nader onderzoek wordt vanaf 1 maart 2010 opgestart. Het onderzoek zal uiterlijk voor 1 september 2010 worden afgerond en moeten resulteren in een aantal concrete aanbevelingen en activiteiten. Bij het nader onderzoek wordt mede gezien naar de conclusies en adviezen uit het eerder in 2008 door Woonactief uitgevoerde woonwensenonderzoek. Nadat de onderzoeksopdracht door burgemeester en wethouders is vastgesteld, zullen de betrokken woonwagenbewoners hierover in maart 2010 nader worden geïnformeerd.
Risico’s De uitdaging is om een duurzame oplossing voor de korte en lange termijn te vinden met ook een voldoende maatschappelijk draagvlak onder de bestaande woonwagenbewoners. Gezien het woonwensenonderzoek geen eenvoudige opgave. Bij dit alles zal voorts aandacht moeten zijn voor de financiële uitvoerbaarheid van het geheel.
123
Actieplan geluid Portefeuillehouder: Boevée Projectleider:
Labée
Fase:
Nazorg
Doelstelling Verminderen van het aantal gehinderden, ernstig gehinderden en slaapgestoorden door verkeerslawaai door het treffen van maatregelen op knelpuntlocaties
Planning In het actieplan worden beleidsmaatregelen voor de komende 5 jaar vastgelegd ter plaatse van de knelpunten. Het ontwerp-actieplan omgevingslawaai is gepubliceerd op de gemeentelijke pagina in Het Kompas en op de gemeentelijke website waar de stukken ook te downloaden waren. Vanaf 3 april 2009 hebben de stukken gedurende 6 weken voor een ieder ter inzage gelegen met de mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen.Van deze mogelijkheid is door niemand gebruik gemaakt.Voorts is de raad in de gelegenheid gesteld haar wensen en zienswijzen kenbaar te maken. De raad heeft op 25 mei 2009 kennis genomen van het ontwerpactieplan en geen wensen of zienswijzen naar voren gebracht. Het actieplan is opgesteld voor 4 Drechtstedengemeenten. De procedure om te komen tot vaststelling van het actieplan binnen deze gemeenten is niet overal gelijktijdig verlopen. In verband hiermee is het definitieve actieplan, waarin de ingekomen zienswijzen zijn verwerkt, eerst op 22 december 2009 door het college van b en w vastgesteld. Het actieplan is toegezonden naar het Ministerie van VROM. Het vastgestelde actieplan zal opnieuw worden epubliceerd..Tegen het vastgestelde actieplan is geen beroep mogelijk. Het project is hiermee afgerond en kan worden afgevoerd uit de projectrapportage.
124
Problematiek Derde Merwedehaven Portefeuillehouder: Boevée Projectleider:
Roza
Fase:
Nazorg
Doelstelling Verbetering van de leefomgevingskwaliteit door vermindering van de milieudruk via inzet op kwaliteit van vergunningverlening en handhaving en verbetering van de communicatie en informatieverstrekking. Voor Afvalberging Derde Merwedehaven wordt heel concreet ingezet op vervroegde sluiting en het stoppen met het storten van asbesthoudend afval in 2012.
Planning Op 22 december 2009 is door gemeente Sliedrecht, Stichting Werkgroep Derde Merwede-Haven en provincie Zuid-Holland een afsprakenkader ondertekend. De afspraken moeten tot concreet resultaat leiden en het vertrouwen weer herstellen. De afspraken richten zich op de onderwerpen functioneren provinciale Awb-commissie, vergunningverlening, handhaving en communicatie in het bijzonder met betrekking tot procedures inzake de bedrijven Afvalberging Derde Merwedehaven, Straalbedrijf Den Breejen en DuPont. Vergunningen op BBT-niveau brengen en adequate handhaving organiseren zijn daarbij kernwaarden. Getracht wordt in de overlegstructuur tussen de deelnemende partijen en, zo mogelijk met de betreffende bedrijven sluitende afspraken op inhoud te maken. Daarmee zouden dan juridische procedures kunnen worden voorkomen. Planning is om de activiteiten voor 1 april 2010 af te ronden.
Risico’s Uiterlijk 1 april 2010 zullen de resultaten volgend uit het afsprakenkader worden geëvalueerd en besproken tussen partijen. Afhankelijk van het behaalde resultaat zal besloten worden het gestructureerd overleg een vervolg zal krijgen of dat teruggevallen wordt op de optie van de juridische procedures.
125
Nieuwe (ambtelijke) organisatie Portefeuillehouder: Van de Ven Projectleider:
Mookhoek
Fase:
Ontwikkeling/uitvoering
Doelstelling Uitwerking nieuw organisatiemodel rekening houdende met een regionale backoffice en een lokale frontoffice, met een klant- en vraaggerichte sturing en het doel van de organisatie als gesteld in ‘Sliedrecht 2010 en verder’.
Planning De vorming van het regionale SCD gaat gepaard met uitplaatsing van een aantal medewerkers uit de middelenafdelingen BV, FZ en FPC. In Sliedrecht blijven de operationele afdelingen met externe dienstverlening aan de burger. Het management zal als opdrachtgever voor het externe facilitaire bedrijf (SCD), moeten gaan functioneren. De afdelingen zullen met nieuwe systemen, procedures en processen te maken krijgen. Deze verandering vragen een aanpassing van het organigram, voorbereiding, instructie en oefening. De gemeente heeft zich in bestuurlijk zin zich beraden op de vernieuwing van de visie op de gemeente met de lokale en regionale ontwikkelingen (‘Sliedrecht 2010 en verder’). Het project omvat onder meer huisvesting, regietaken/inkoop en werkprocessen. Het nieuwe organisatiemodel moet ook op managementniveau toekomstbestendig zijn. Het project loopt volgens (deel)planning op schema (deels parallel met de ontwikkeling van het SCD).
Risico’s Ongewenst vertrek van medewerkers.
Ontwikkeling In april 2008 is het Service Center Drechtsteden van start gegaan. Vanuit de Sliedrechtse organisatie waren daar 28 medewerkers voor beschikbaar. Nadat er drie medewerkers overbleven na de geplande plaatsingsprocedure, is gezocht naar individuele oplossingen. Die zijn gevonden binnen SCD en de eveneens gestarte regionale belastingdienst. Werkprocessen zijn aangepast en een lokale contramal georganiseerd. Het projectteam heeft inmiddels een plan getrokken voor de topstructuur van de lokale organisatie en deze voorgelegd aan MT en college. Op 23 september zijn deze partijen overeengekomen de afdelingen Weg- en Waterbouw met Plantsoenen & Reiniging samen te voegen onder één manager. De gecreëerde ruimte wordt benut voor het aanstellen van een programmamager, die het MT en college gaat ondersteunen bij strategische veranderingen. De eerste opdracht bestaat uit de ondersteuning van het projectteam bij het optuigen van een nieuwe afdeling Publiekszaken, waarin WEZ, WABO, WMO, APV et cetera bijeengebracht worden onder één frontoffice koepel. Binnen regionale kaders en met landelijk beoogde doelen als ‘Overheid heeft Antwoord’ wordt een nieuw portaal gebouwd voor het laagdrempelig aanbieden van gemeentelijke producten en diensten.
126
Prioriteiten organisatieontwikkeling (tijdpad) In het directieoverleg is de onderstaande prioriteitstelling vastgesteld. Deze is op 14 oktober 2009 door het managementteam overgenomen. 1. Ontwikkeling van de afdeling Projecten (planning: nu/medio 2010) De afdeling Projecten is in het afgelopen voorjaar opgetuigd met 5 fte. Inmiddels is een organisatie adviesbureau betrokken met het ontwikkelen van de afdeling als organisatorisch geheel (raamcontract), passend binnen de beoogde regieorganisatie en binnen regionale kaders. Ook individuele rollen worden toekomstbestendig uitgewerkt. 2. Ontwikkeling ROBM/WABO (planning: nu - juni 2010) Het personeel van de afdeling gaat reeds op cursus, maar elementaire besluiten over de toekomst – na de inwerkingtreding van de WABO – moeten nog genomen worden. In 2008 heeft de Milieudienst een drietal scenario’s geschetst waarbinnen oplossingen mogelijk zijn. Uw college heeft toentertijd aangegeven een milde voorkeur te hebben voor scenario B, waarin zakelijke aanvragen regionaal worden afgedaan en particuliere lokaal behandeld worden. Momenteel worden de implicaties van een dergelijke keuze inzichtelijk gemaakt. Daar hoort o.a. bij: de stand van zaken rond een Drechtstedelijk omgevingsloket, maar ook de gevolgen voor vorm en inhoud van de bestaande afdeling ROBM. 3. Ontwikkeling Publiekszaken (planning: nu - 2015) De ambities van de gemeente Sliedrecht op het gebied van dienstverlening zijn vastgelegd in het gelijknamige document in de bijlagen. Een groot deel van de praktische implicaties zijn geprojecteerd op (de ontwikkeling van) de afdeling Publiekszaken. Binnen regionale kaders dient een Klanten Contact Centrum te worden gerealiseerd, waaraan een groot aantal processen verbonden wordt. Dit heeft gevolgen voor de organisatorische samenstelling van méér onderdelen dan PZ alleen. In een deelplan (in productie) worden alle facetten uitgewerkt: van de transitie van APV (thans Bestuurszaken) tot het typecasten van personeel voor front office taken. Daarnaast is een plan in ontwikkeling voor fysieke aanpassingen in de publiekshal (leestafel, balies, e-communicatie, vierkante meters mid-office). 4. Ontwikkeling Openbare Werken (planning: 2011 - 2012) Het college heeft begin 2009 de wens geuit om te komen tot het samenvoegen van de afdelingen Weg- en Waterbouw met Plantsoenen & Reiniging tot een afdeling Openbare Werken. Het is evident dat daarmee een kostenbesparing (van het salaris van een afdelingsmanager) bereikt wordt. Als streefdatum is 1 april 2010 genoemd voor de samenvoeging. Dat verdient echter geen aanbeveling. Gelet namelijk op de noodzaak om in de eerste aansturende laag onder de manager tot uitbreiding van taken te komen, zullen daar salarisaanpassingen plaatsvinden. De stuwende werking die daarvan binnen het loongebouw uitgaat, zal eerst vergelijkbare functies bij de afdeling Publiekszaken treffen, met als voorspelbaar gevolg dat er organisatiebreed fuwaaanpassingen nodig zullen zijn. Daarmee blijft het financiële voordeel van het wegvallen van het managersalaris zeer beperkt. Een ander probleem zou zo maar acuut kunnen zijn, indien een van de betrokken afdelingsmanagers tijdens het ontwikkelingsproces van Publiekszaken en/of van IP&A prompt zou besluiten de gemeente Sliedrecht te verlaten: wij moeten het dan namelijk stellen zonder de broodnodige invulling van programmataken, die beide heren al weer enige tijd voor hun rekening nemen. Willen we de kwaliteit van de organisatie en de continuïteit van de bedrijfsvoering geen geweld aandoen, dan is het raadzaam de drie hiervoor genoemde afdelingen éérst tot wasdom te brengen. 127
Verbeteren programmabegroting en -rekening Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Penning
Fase:
Ontwikkeling/uitvoering
Doelstelling Het verbeteren van de informatieve waarde van de programmabegroting en de programmarekening.
Planning De werkgroep start in januari 2007 met de werkzaamheden. Doordat met name het bepalen/ verzamelen van goede indicatoren een groeiproces is, zal het project enkele jaren lopen. Uit overleggen met de auditcommissie is een voorstel gemaakt voor bovenal een wijziging in het format van de begroting/rekening te realiseren. Dit voorstel zal in januari in de raadscyclus opgenomen worden. Zodra hiertoe besloten is kan er verder gewerkt worden aan vooral de inhoudelijke kant. Inmiddels heeft de raad hiermee ingestemd. Binnen de organisatie is gewerkt aan de inhoud en heeft geleid tot een aangepast format van de begroting 2009. Diverse aanpassingen zijn voorgesteld en in de begroting 2010 uitgewerkt. Hierbij war er speciale aandacht voor het opnemen van prestatieindicatoren. Met de nieuw aan te treden auditcommissie zal er geëvalueerd en worden ontwikkleingen doorgesproken. Dit moet leiden tot een verdere verbetering van de begroting 2011.
Risico’s Geen.
128
Rechtmatigheid Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Penning
Fase:
Uitvoering/Nazorg
Doelstelling Beheersing van processen en een correcte uitvoering van de wettelijke of door de raad aangenomen regels.
Planning De gemeente moet voldoen aan rechtmatigheidseisen. Daarbij is gekozen voor een groeimodel. Volgens dat model moet over 2007 voor het eerst een goedkeurende rechtmatigheidsverklaring door de accountant kunnen worden afgegeven. Om dat te bereiken zal de organisatie over geheel 2007 zichtbaar moeten kunnen aantonen dat rechtmatig wordt gewerkt. Nadat in 2006 het normenkader is vastgesteld, is er eind 2006 gewerkt aan het toetsingskader. Dit toetsingskader is begin 2007 door het college vastgesteld en ter kennisname gestuurd aan de gemeenteraad. In het najaar 2007 zijn er 23 checklisten opgesteld en zijn hiermee diverse controles uitgevoerd. Dit heeft geleid tot knelpuntenrapportage, welke eind maart in de gemeenteraad is behandeld. Hierbij is de raad gevraagd om enkele artikelen uit diverse verordeningen buiten de rechtmatigheidscontrole te houden. Dit besluit is tijdens de Raad van 31 maart genomen. Voor 2007 is een goedkeurende rechtmatigheidsverklaring verkregen. Door de vorming van het SCD en de GBD zullen diverse processen anders verlopen. In overleg met deze partijen en de accountant zullen ook hiervoor goede procesbeschrijvingen gemaakt en getoetst worden. De rechtmatigheid bij de SCD en de GBD zal binnen deze organisaties plaats vinden. De accountant zal zijn bevindingen hierover aan ons rapporteren. De inhoud van deze brief zal dan bij de beoordeling van de rechtmatigheid meegewogen worden in het eindoordeel. Ook over 2008 is een goedkeurende rechtmatigheidsverklaring verkregen.
Risico’s De algemene subsidieverordening dient te worden aangepast. Dit is nodig om ook in 2009 een goedkeurende verklaring te verkrijgen.
129
Risicomanagement Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Kroon
Fase:
Ontwikkeling/uitvoering
Doelstelling Beheersing van risico’s. Ervoor zorgen dat risico’s op het netvlies van de betrokkenen staan, om bij calamiteiten tijdig maatregelen (bij voorkeur preventief) te kunnen nemen. Tevens is het mogelijk om de risico’s in geld uit te drukken, zodat het bedrag aan benodigde weerstandsvermogen berekend kan worden. Dit dient dan weer als ondergrens voor de Algemene Reserve.
Budget Door middel van het veegbesluit is in 2009 € 25.000 beschikbaar gesteld. Dit bedrag is nog niet besteed en zal via de resultaatbestemmking 2009 naar 2010 worden overgeheveld.
Planning De eerste resultaten worden al verwerkt in de Programmarekening 2009.
Risico’s N.v.t.
130
Brede doorlichting Sliedrecht Portefeuillehouder: Tanis Projectleider:
Mourik
Fase:
Uitvoering
Doelstelling Uitgaande van de momenteel beschikbare informatie is het doel van de Brede Doorlichting Sliedrecht “ het uitwerken van concrete voorstellen voor bestuurlijke besluitvorming, die vanaf 2013 circa € 3.000.000 structurele besparing opleveren”. Een besparing is een verlaging van het eigen kostenniveau of het genereren van extra opbrengsten door derden ter dekking van (bestaande) kosten. Rekening houdend met de toekomstige ontwikkelingen van het gemeentefonds is het wenselijk een scenario uit te werken waarbij rekening wordt gehouden met hogere bezuinigingen dan € 3.000.000. Een netto besparingsbedrag van 4 miljoen is hierbij het uitgangspunt, omdat er dan geanticipeerd wordt op een mogelijke bezuinigingsronde vanuit het Rijk.
Planning Stap 1: Ideeëngeneratie (inclusief B&W en raadsbijeenkomst)
jan feb mr apr me jun jul au se okt no de jan feb mr apr me ju -1 -1 t-1 -1 i-1 -1 -1 g- p- -1 v- c- -1 -1 t-1 -1 i-1 n0 0 0 0 0 0 0 10 10 0 10 10 1 1 1 1 1 11
Stap 2: bundeling en selectie Stap 3: maken voorstellen Stap 4:
voorstellen en Besluitvorming
Opmerkingen Bovenstaande planning is de planning voor het totale project “Brede doorlichting” Besluitvorming over de eerste bezuinigingsvoorstellen moeten in mei 2010, met de behandeling van de zomernota, plaatsvinden om de begroting 2011 sluitend te kunnen maken. De provincie heeft geëist dat bij indiening van de begroting 2011 ook de meerjarenbegroting sluitend moet zijn. Dit betekent dat met de begrotingsbehandeling er zicht moet zijn op voorstellen die er voor zorgen dat de meerjarenbegroting sluitend is.
Budget Er is geen apart budget geraamd voor de uitvoering van dit project. Mogelijk dat bij verdere uitwerking er budget nodig is voor onderzoek en advies.
Stand van zaken Projectplan is door college van B&W vastgesteld De Raad is geïnformeerd over bezuinigingsopgave Project is gestart eind december. De eerste bijeenkomsten voor het genereren van ideeën zijn gepland.
Risicoanalyse Eén van de risico’s is dat er onvoldoende (politiek)haalbare voorstellen zijn die de beoogde bezuinigingen van 3 of 4 miljoen Euro structureel opleveren. 131
Reconstructie StationswegRembrandtlaan Portefeuillehouder: Van de Ven Projectleider:
De Jong
Fase:
Voorbereiding
Doelstelling Het reconstrueren van het kruispunt Stationsweg-Rembrandtlaan.
Planning Februari-juni 2010, voorbereidingen; Juni-september 2010, uitvoering; November 2010, aanplant groen; Eind 2010/begin 2011, nazorgfase.
Budget € 1.438.000,-
Stand van zaken. Op 8 februari 2010 heeft de gemeenteraad ingestemd met de uitvoering van het project en de bijhorende kosten. Op dit moment zijn de voorbereidingen in volle gang.
Risicoanalyse De besteksraming heeft een nauwkeurigheid van +/- 10%. Om de risico’s te dekken is in de projectbegroting een bedrag opgenomen van € 40.000,- in de post onvoorzien. Daarnaast is het goed mogelijk dat er, gezien de economische situatie, een aanbestedingsvoordeel wordt behaald. Dit voordeel zal dan terug vloeien naar de Algemene Reserve. Het aanplanten van kastanjebomen (investering € 50.000,- ordegrootte) brengt in verband met de kastanjebloedingsziekte een risico met zicht mee. Er is € 188.000,- aan BDU-subsidie verleend door de Provincie. Voorwaarde hiervoor is dat de rotonde wordt aangelegd in 2010.
132
Merwedelingelijn Portefeuillehouder: Van de Ven Projectleider:
De Jong
Fase:
Voorbereiding
Doelstelling Het, overeenkomstig de samenwerkingsovereenkomst, realiseren van de nieuwe halte SliedrechtBaanhoek (Kwadrantenknooppunt Baanhoek) en het aanpassen van het bestaande station.
Planning De planning is onder te verdelen in: • spoorgerelateerde activiteiten (waaronder de aanleg van het spoorviaduct bij halte Baanhoek); • het voorplein bij halte Baanhoek en • het voorplein bij het bestaande station. De voorbereidingen lopen. In de 2e helft van 2010 zal worden aangevangen met de uitvoering. Verwacht wordt dat alle werkzaamheden medio 2012 gereed zijn.
Budget € 11,77 miljoen
Stand van zaken. Het E&C-contract van de spoorgerelateerde activiteiten is op de markt gebracht waarvan de gunning in het 2e kwartaal 2010 plaatsvindt. Van het voorpleingedeelte bij halte Baanhoek is het DO gereed en van het voorplein bij het bestaande station wordt gewerkt aan het VO. De DO’s van de voorpleinen worden uitgewerkt naar een bestek en daarna op de markt gebracht.
Risicoanalyse Ter afdekking van de risico’s (incl. het btw-risico) is in de risicoparagraaf van de gemeente, conform gemeenteraadsbesluit, een bedrag van € 1,40 miljoen opgenomen.
133
Bestuurszaken, maart 2010
136