Aarschot in jonge handen!

1

Programma Jong-CD&V Aarschot - Gemeenteraadsverkiezingen 14 oktober 2012

Aarschot in jonge handen! Aarschot, uw stad, in goede handen! De Aarschottenaar zal het gemerkt hebben: de stad is de laatste zes jaar enorm vernieuwd. Mooie, functionele projecten, een gepaste dienstverlening, de ondersteuning van verenigingen, het ontwikkelen van het toeristisch aanbod,… Kortom, een beleid dat tracht om het wonen en verblijven in Aarschot zo aangenaam mogelijk te maken. De jongerenafdeling is trots dat ze mee dit beleid kan sturen. Aarschot leeft! Bovendien geven de projecten en vernieuwingen ook duidelijk aan dat dit een beleid is waar we nog tientallen jaren van kunnen genieten. Het is met andere woorden een beleid op de lange termijn, gericht op de toekomstige generaties. Jong-CD&V staat als één man/vrouw achter zo’n beleid. Een langetermijnvisie is het kenmerk bij uitstek van sterk beleid! Jong-CD&V Aarschot wil zich ook de volgende jaren achter dit beleid scharen. De ondersteuning van de verenigingen, vrijwilligers die zich belangeloos inzetten, een babbeltje op de wandelkade of een wandeling door een groene deelgemeente zoals Langdorp, Gelrode of Rillaar, de goede zorgen voor jong en oud,… Dit sociaal en warm Aarschot wil Jong-CD&V ook de komende jaren zien. De Aarschottenaar in goede omstandigheden begeleiden in belangrijke stappen, maar daarnaast ook heel wat verantwoordelijkheid en vrijheid aanbieden. Dat zijn stapstenen voor een goed, jong en geëngageerd beleid. Dat er de voorbije jaren op deze manier beleid werd gevoerd, betekent niet dat we nu op onze lauweren kunnen rusten. Jong-CD&V Aarschot zal er kritisch over waken dat dit beleid wordt verder gezet. En waar nodig willen we versterken. Daarom vragen we uw steun op 14 oktober. Met dit programma wil Jong-CD&V eigentijdse en gedurfde accenten leggen. Dat zal een uitdaging zijn, gezien de financieel barre tijden. Maar we zijn ervan overtuigd dat dit een haalbaar plan is.

We stellen u graag onze ideeën voor op vlak van fuiven en uitgaan, woonbeleid, ruimtelijke ordening, milieu en mobiliteit, werk en economie, sport, cultuur, toerisme en uitstraling, jeugd en vrije tijd en, last but not least, onderwijs.

2


Fuif- en cafécultuur { Uitgaan in veilige en plezante omstandigheden is een must voor jongeren. } Dit behoort tot de jongerencultuur. De stad Aarschot biedt de mogelijkheden aan jongeren en organisatoren om activiteiten in elkaar te steken of te bezoeken.

Ruimte om te fuiven wordt aangeboden in verschillende zalen, waarvan de stad het beheer op zich neemt. Jeugdcentrum De Klinker (Aarschot) en zaal den Akker (Rillaar) zijn hier goede voorbeelden van. Ook fuiven in openlucht (voor megafuiven) is mogelijk en gereglementeerd d.m.v. een fuifreglement. Omdat de organiserende verenigingen er zo heel wat extra aandachtspunten bij krijgen, vindt Jong-CD&V Aarschot dat de stad ondersteuning moet aanbieden, bijvoorbeeld door middel van een fuifkoffer, raad bij regelgeving, een draaiboek voor de organisatie,… De stad moet ook aandacht hebben voor de problematiek rond gehoorschade, zonder betuttelend over te komen. Jong-CD&V vindt dat ook de politie meer ondersteuning kan bieden, bijvoorbeeld op het vlak van controle op de bewakingsfirma’s. Maar ook om geweld en drugsgebruik zo veel mogelijk te ontraden, is een aanwezigheid van politie in de buurt aangewezen. De vrijheid van onze organisatoren mag hier niet door beperkt worden. De samenwerking met en de aanwezigheid van politie, bijvoorbeeld op de parkings, stimuleren de veiligheid. Samen met de jeugdwerkers, moeten stad en politie een intens overleg plegen i.v.m. (veilig) fuiven in Aarschot. Een jongerenagent is al langer de wens van de jeugdraad: tijd om daar werk van te maken!

Het caféleven in Aarschot is altijd al een belangrijk onderdeel geweest van uitgaan in onze stad. Jongerencafés trekken heel wat bezoekers. Ook hier kan de stad de nodige omkadering aanbieden. De stad moet nadenken over hoe ze de middenstand en de cafébazen zo ver kan brengen, dat er op de Grote Markt, later op de avond, nog een mogelijkheid is om een terrasje te doen of een pint te pakken. Het potentieel van de mooi ingerichte Grote Markt en zijn nabije omgeving wordt nog onvoldoende gebruikt. De stad kan nog meer gebruik maken van de Markt om activiteiten te organiseren, zoals bijvoorbeeld Hapje Tapje, Hageland Festival, de spiegeltent, de zeepkistenrace,…

ONZE SPEERPUNTEN VOOR 14/10 OP VLAK VAN FUIVEN EN UITGAAN: -

EEN GOED ONDERSTEUNEND FUIFBELEID DAT RUIMTE BIEDT AAN ORGANISATOREN EN FUIFGANGERS OM IN VEILIGE EN PLEZANTE OMSTANDIGHEDEN UIT TE GAAN IN AARSCHOT; DE ACTIVITEIT BINNEN HET CENTRUM (EN VOORAL OP EN ROND DE GROTE MARKT) TE VERGROTEN; EEN JONGERENAGENT ALS AANSPREEKPUNT.

3


Woonbeleid Jong zijn en een eigen huis kopen of de stijgende huurprijzen betalen, dat is geen vanzelfsprekende zaak. Aarschot heeft dankzij zijn gunstige ligging de ideale troeven voor jongeren die hun eigen stekje willen. Maar dat zorgt ook voor een stijging van de woonprijzen. { Betaalbaar wonen in eigen streek is een heel belangrijk punt voor JongCD&V Aarschot. } Door een voldoende groot aanbod aan woningen, kan een woning kopen betaalbaar blijven. De stad heeft nu al de mogelijkheden gecreëerd voor grote woonprojecten, denk maar aan Poortvelden. Jong-CD&V moedigt ook de samenwerking in het project H-AAR-SCHERP aan. Deze intergemeentelijke samenwerking met Scherpenheuvel-Zichem zorgt voor een lokaal woonbeleid met visie, bijvoorbeeld door het aanbieden van gericht advies en communicatie. De evolutie naar een duurzaam, ecologisch en energiezuinig woonaanbod kan op deze manier nog harder gepromoot worden. Ook bij nieuwe projecten in Aarschot moet ecologisch bouwen belangrijk zijn. Premies en belastingaftrek zijn de middelen die een (lokale) overheid heeft om dit te stimuleren. Ook kangoeroewonen of meegroeiwonen (woningen die mee evolueren met de leeftijd van de bewoner) moet nog meer gestimuleerd worden in Aarschot, net als andere vernieuwende woonvormen. Starters zitten met heel wat kopzorgen (kinderopvang, werk, wonen). Zij zijn een belangrijke doelgroep voor Jong-CD&V Aarschot. De lokale overheid moet hen begeleiden in belangrijke levensstappen. Het woonloket, dat gratis advies levert aan huurders, verhuurders en eigenaars, moet verder worden uitgebouwd. De stad moet zorgen voor voldoende sociale koop- en huurwoningen. Een inhaaloperatie is aan de gang. Maar dat is niet voldoende. Jong CD&V vindt dat ook jonge mensen, waarvan het inkomen te hoog is voor een sociale woning, ondersteuning verdienen en een doelgroep moeten vormen voor het stadsbestuur. Ook energiearmoede of de ongelijke kansen op de woonmarkt zijn belangrijke thema’s. Dat is het recht op zorg en welzijn (op vlak van wonen). De stad moet de volgende zes jaar een beleid voeren rond leegstand in het centrum. Leegstand bestrijden, stimuleert de leefbaarheid en drukt de woningprijzen in het stadscentrum. We willen de speculant aanpakken, niet de goedmenende eigenaar. Daarom stellen we vanuit Jong-CD&V voor om de gegenereerde middelen opnieuw te investeren in begeleidende duurzame maatregelen (versterken van handelscentrum, ecologische premies, renovatiepremies. Er moeten gerichte controles gebeuren op de minimale oppervlaktevereisten van wooneenheden bij huurwoningen, zodat elke persoon in fatsoenlijke

ONZE SPEERPUNTEN VOOR 14/10 OP VLAK VAN WONEN: -

-

DE STAD VOERT EEN BELEID ROND LEEGSTAND IN HET CENTRUM; MEER SOCIALE HUUR- EN KOOPWONINGEN AANBIEDEN, MAAR OOK AANDACHT VOOR ZIJ DIE NET BOVEN DE INKOMENSSCHAAL UITKOMEN; PROMOTEN VAN DUURZAAM EN AANPASBAAR WONEN.

en

ruime

omstandigheden kan wonen,…). Het is duidelijk: Jong-CD&V wil het thema kwaliteitsvol wonen meer in de picture krijgen!

4


Mobiliteit Ruimtelijke ordening Milieu Van wonen maken we meteen de overstap naar ruimtelijke ordening. Een verkeersknooppunt als Aarschot organiseren is een heuse opdracht: Aarschot is als scholen-, bedrijven-,

winkel-

en

woonstad

enorm

druk.

{

Een

goede

verkeersafwikkeling

vereist

doorzettingsvermogen. } De vooruitgang die Aarschot geboekt heeft om zijn uitzicht te verbeteren, is immens.

De projecten ’s Hertogenmolens en Amer, Aarschot op Sporen, maar ook toekomstige projecten zoals het stadsvernieuwingsproject rond de Orleanustoren en de Bonewijk (project “De Torens”), zijn mooie voorbeelden van een beleid met visie. Aarschot is op weg een bruisende stad te worden, een ontwakende trendsetter. Verschillende steden en gemeenten zoals Diest, Hasselt, Tienen, Sint-Truiden, Mortsel maar ook de Nederlandse gemeenten Roosendaal, Heerlen, Bergen op Zoom en Tilburg, konden deze verwezenlijkingen best smaken. Ze waren vol lof, kwamen bij ons hun licht opsteken en spiegelden er hun plaatselijke projecten aan. Toch een erkenning om trots op te zijn, niet?

In de volgende legislatuur moet er wel prioritaire aandacht gaan naar de verbetering van de parking- en pendelmogelijkheden (busverbinding en kiss- and ridezone) aan het station. Uiteindelijk rust deze opdracht op de schouders van de NMBS-Groep. Het stadsbestuur moet de goede contacten die zijn opgebouwd, aanwenden om ook hier druk op de ketel te houden. De knappe langzaamaanverkeersbrug is een realisatie van topniveau en heeft het potentieel om aan het stadscentrum een verlenging van het groene karakter van het Elzenhof te bieden. { Jong-CD&V wil ook in de deelgemeenten aandacht blijven schenken aan vernieuwing. } Het idee leeft misschien dat de deelgemeenten met deze ‘prestigeprojecten’ uit de boot vallen. Niets is minder waar. Om enkele voorbeelden te geven: de aanpak van de treinhalte in Langdorp, rioleringswerken in Langdorp en Wolfsdonk, de aanpak van de drukke steenwegen in Ourodenberg en fietspaden op de Testeltsesteenweg, functioneel onderhoud van de wegen in de Gijmel, bestrijding van wateroverlast in Rillaar en Gelrode, … Wij vergeten niemand!

5


{ Bij toekomstige stadsvernieuwings- en mobiliteitsprojecten moet het groene en kindvriendelijke karakter versterkt worden. }

Aarschot is op Google Earth te herkennen als een groene omgeving en dat zó dicht tegen Leuven en Brussel. De Demervallei en het Hageland hebben die troef! Aarschot benut ze. Ook in de toekomst moet de groene ruimte behouden blijven, onderhouden worden en ecologisch en educatief worden benut. Een mooi voorbeeld van een gezellige ruimteontwikkeling, is het voorbeeld van de volkstuintjes. In de plannen van het project “De Torens” is dit idee opgenomen. En waarom starten we geen experiment met een vaste barbecue in het stadspark, die door de Aarschottenaren gebruikt kan worden?

Onze jongeren moeten kunnen fietsen, wandelen, spelen en kampen bouwen. Speelbossen met veilige en duurzame speeltuigen zouden een leuke vernieuwing zijn in de volgende legislatuur. We zorgen voor een duidelijk overzicht van plaatsen waar er kan geravot of geskatet worden (Jong-CD&V vindt het skateterrein een mooie verwezenlijking die gekoesterd moet) of waar jongeren zichtbaar en in alle vrijheid kunnen rondhangen. De publieke ruimte mag ook wat kindvriendelijker, met een creatieve vuilbak, met een graffitiwall of met veilige speeltuigen. { Ruimte voor jongeren is een must! }

Ook op vlak van duurzaam bouwen kan men spreken van ‘groene’ maatregelen. Bij nieuw te plaatsen verlichting moeten energiezuinige toepassingen worden gebruikt. De stad Aarschot promoot ook het gebruik van elektrische wagens. Zo zijn sinds enkele maanden twee elektrische wagens in gebruik genomen. Jong-CD&V pleit voor een oplaadeiland voor elektrische fietsen en auto’s. De Raskinkade wordt met energiezuinige led’s verlicht. Naar het idee van de jeugdraad moet een onderzoek gebeuren naar CO2-neutrale investeringen in de stadsinfrastructuur en de bedrijventerreinen.

Door deze projecten is ook de verkeersveiligheid toegenomen. Jong-CD&V staat volledig achter de ovonde in de scholenbuurt. De drang om kinderen zo dicht mogelijk bij school af te zetten met de wagen, kan gekeerd worden met gerichte sensibiliseringsacties, bijvoorbeeld door middel van een schoolroutekaart. Daarbij stellen we de meest veilige en toegankelijke manieren voor om naar de school te fietsen of te rijden (een aanzet werd gegeven d.m.v. het brugje ”Demersprong” dat een veilige route naar Bekaf mogelijk maakt). Dit is op zich weer een voorbeeld van langetermijnbeleid: we creëren nu een (school)omgeving die voor de volgende generaties veiliger en vlotter is. Op zich

6


heeft dit een kostprijs, maar die kunnen we ook spreiden over vele jaren (we profiteren hier nog lang van). Jong-CD&V vindt dan ook dat het stadsbestuur wel degelijk aandacht heeft voor de vele schoolgaande jeugd in onze stad. En op financieel vlak kan vermeld worden dat vele projecten met regionale, federale en Europese gelden betaald werden! De ervaring van onze burgemeester is hier niet vreemd aan.

De stad mag nog meer inzetten op goede fietspaden. Fietsers zijn voor Jong-CD&V een belangrijke doelgroep. De verbrede fietspaden in het stadscentrum zijn een voorbeeld voor toekomstige projecten. Een actieve controle op foutparkeerders moet verhinderen dat de fietspaden niet toegankelijk zijn voor de gebruikers zelf. Goede fietspaden en fietsverbindingswegen zijn een belangrijk item. Jong-CD&V roept op om hier nog meer werk van te maken. Zo zou er een ‘fietssnelweg’ kunnen komen tussen Aarschot en Scherpenheuvel-Zichem (Diest), zoals die nu ook al bestaat langs de Demer naar Werchter of op de oude treinsporen naar Herentals. Ook een toeristische fietsroute tussen de langzaamaanbrug aan het station en Gelrode is een mooie opportuniteit. De fietser moet ook op zijn verantwoordelijkheid worden gewezen. Denk hierbij aan sensibilisering naar en aanpak van diegene die zonder verlichting ’s avonds rondrijden.De stad houdt er ook rekening mee dat de publieke ruimte toegankelijk moet zijn voor personen met een handicap of beperkte mobiliteit. Een inhaalbeweging is gemaakt, maar er blijft nog werk. De noppentegels aan de ovonde en andere plaatsen zijn een positieve evolutie. Een visie op toegankelijkheid bestaat al langer: nu moet er in elke blauwdruk van een nieuw project aandacht zijn voor mensen die minder mobiel zijn. Dit geldt evenzeer voor de publieke gebouwen (met de aanpassingen in CC Gasthuis als voorbeeld).

De verbindingen met de deelgemeenten, niet alleen voor de fietser, maar ook voor auto en openbaar vervoer, moeten versterkt worden. Goed onderhouden wegen zijn essentieel. Het openbaar vervoer moet vlot zijn weg vinden naar Aarschot en de pendelaar moet in prima omstandigheden op zijn bus of trein kunnen wachten. Ook daarin werd geïnvesteerd, denk maar aan de haltes aan het Damiaaninstituut of op de Demervalleiparking.

7


Jong-CD&V vraagt ook aan De Lijn om de nachtbussen naar Leuven te behouden. Ze vormen een veilig en vlot alternatief voor de vele Aarschotse jongeren die op stap gaan in de universiteitsstad. Jong-CD&V vindt dat de stad vele subsidies geeft aan De Lijn (bijvoorbeeld voor het gratis vervoer met Oudjaar), waarvoor iets in de plaats mag staan. Wanneer de budgettaire ruimte het toelaat, moet De Lijn opnieuw investeren in nachtbussen en de marktritten op donderdag.

ONZE SPEERPUNTEN VOOR 14/10 OP VLAK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, MILIEU EN MOBILITEIT: -

EEN BELEID OP LANGE TERMIJN, DAT HET UITZICHT VAN ONZE STAD EN ZIJN DEELGEMEENTEN VERNIEUWT; VERKEERSVEILIGE (SCHOOL)OMGEVINGEN; GOEDE VERBINDINGEN MET DE DEELGEMEENTEN EN BUURGEMEENTEN (BIJ VOORKEER DOOR MIDDEL VAN ZGN. FIETSSNELWEGEN); HET GROENE KARAKTER VAN ONZE STAD PROMOTEN (GROENE RUIMTE MAAR OOK ENERGIEZUINIGE MAATREGELEN OP VLAK VAN VERLICHTING); BEHOUD VAN DE NACHTBUSSEN LEUVEN - AARSCHOT; OPLAADEILAND VOOR ELEKTRISCHE FIETSEN EN AUTO'S.

8


Werk en economie

Een stad waar het aangenaam vertoeven is, is één punt. Maar dat betekent ook dat mensen Aarschot niet alleen zien als een slaapstad, waaruit ze ’s morgens vertrekken om te gaan werken in Brussel of Antwerpen.

{ De Aarschottenaar moet ook kunnen werken in de buurt van zijn thuis. } Jong-CD&V pleit ervoor om versneld werk te maken van de uitbreiding van de industrie- en KMO-zone. De hogere overheden moeten eindelijk hun verantwoordelijkheid nemen. Aarschot moet zijn troeven (vanuit logistiek oogpunt) uitspelen en nieuwe investeerders aantrekken en de huidige werkgevers behouden. De beperkte ruimte moet optimaal worden benut. De Aarschotse bedrijven zijn vaak belangrijk in bepaalde niches - zo is Aarschot het centrum van de Europese zwembadensector. Aarschot heeft troeven, bijvoorbeeld voor spin-offbedrijven van de KU Leuven, die buiten de universiteitsstad ruimte zoeken.

Ook de lokale handel moet blijvend ondersteund worden. De middenstanders zijn een bevoorrechte partner in dit lokaal economisch beleid. Aarschot is een toffe winkelstad. Dankzij de verkeersluwe ontwikkeling, is het aangenaam flaneren over de Grote Markt, de Bonewijk of op het Schaluin. Een terrasje op de Grote Markt, de auto gratis in de buurt geparkeerd,… het zijn opnieuw troeven van de stad. Zo’n beleid moet verder gezet worden.

{ Er moet als stad blijvend gezocht worden naar plaatsen en bedrijven die kunnen bijdragen tot een bloeiende economie. } Als jongeren is het belangrijk dit te erkennen en herkennen, en stimulansen te geven aan nieuwe zaken om zich te vestigen in Aarschot, zonder afbreuk te doen aan lokale handelaars. De Aarschottenaar die potentieel ziet om in zijn eigen streek te ondernemen, moet hiertoe vanuit de stad de juiste stimulansen krijgen. Zo kan het bijvoorbeeld interessant zijn voor de lokale handelaars om alle nodige formulieren digitaal in te vullen en te verzenden via een toepassing op de stadswebsite. ‘Administratieve vereenvoudiging’ op lokaal niveau, heet dit. Het moet veel eenvoudiger zijn om braderieën en avondmarkten te houden. Vanuit onze ideologie vinden we dat een stad een kader moet bieden of de voorwaarden moet voorzien, zodat de handelaars in alle autonomie kunnen bouwen aan een bruisend winkelcentrum. De stad biedt een ‘etalage’ voor de eigen handelaars, de middenstad zorgt voor de inhoud. Een speciale focus moet de stad leggen op de horeca, zodat de Aarschotse binnenstad met de cafés en restaurants een aantrekkingspool heeft voor bezoekers, overdag en ’s avonds!

9


Jong-CD&V vindt dat er meer geïnvesteerd moet worden in ‘sociale economie’. Er worden nu al arbeidsplaatsen gecreëerd voor diegene die door beperkingen moeilijk aan een job geraken. Het initiatief in Langdorp om sociale tewerkstelling aan te bieden in de buurtwinkel Het Hof Van Vlaanderen, met een link naar lokale streekproducten, wordt fel aangemoedigd. Zo zouden er ook meer groenjobs ter beschikking kunnen worden gesteld: in Aarschot kan zo een link worden gelegd tussen natuurwerken en sociale tewerkstelling. De personen leren technische vaardigheden, schakelen zich in de lokale economie in en de stad profiteert van hun werk in een duurzame en maatschappelijk belangrijke tak.

ONZE SPEERPUNTEN VOOR 14/10 OP VLAK VAN WERK EN ECONOMIE: -

UITBREIDING INDUSTRIE- EN KMO-ZONE; ONDERSTEUNING VAN NIEUWE EN GEVESTIGDE HANDELAREN, OM HET ONDERNEMINGSKLIMAAT IN HET WINKELCENTRUM TE STIMULEREN; GROENJOBS ALS ONDERDEEL VAN SOCIALE TWERKSTELLING.

10


Sport

Sport is een belangrijk instrument om de stad te doen leven! Letterlijk en figuurlijk. Een pak Aarschottenaren vinden hun weg naar de sportclub of halen ongebonden de squashraket uit de kast of trekken de natuur in om te gaan joggen.

Aarschot als een sportstad met sportende bewoners, dat is een mooie ambitie. Maar daarvoor heb je natuurlijk ook de nodige ruimte nodig. Uit onderzoek blijkt dat er voldoende polyvalente velden zijn, maar dat er enkele sporten zijn waarvoor men naar een andere stad moet. Wanneer er op lange termijn werk wordt gemaakt van bijkomende sportinfrastructuur, moet er ook worden nagedacht over tennisvelden, squashzalen of een Finse piste. Wat er nu al bestaat, zoals het stedelijk zwembad, dat moet blijven. Overdekte ruimte voor sportclubs en voor ongebonden sportievelingen moet op termijn worden bij gecreëerd. Ondertussen kan worden samen gezeten met de scholen om het totale aanbod van beschikbare ruimte in Aarschot te groeperen. De sportinfrastructuur moet efficiënt worden benut. De bestaande infrastructuur zoals het parochiecentrum in Rillaar kan bijvoorbeeld gebruikt worden voor caféen volksspelen of om senioren te laten sporten. { Op lange termijn moet er vanuit een brede visie, opgebouwd met behulp van externe experts, nagedacht worden over sporten in Aarschot, “slimme investeringen” en de uitbouw van de Laaksite. }

De toename aan sportievelingen in Aarschot, gebonden én ongebonden, vereist de nodige investeringen. Aarschot moet die keuze maken en inzetten op vernieuwde en uitgebreide sportinfrastructuur. De kleedruimten van de stedelijke sporthal moeten ruimer en de clubs die in moeilijkheden zitten op vlak van goede locaties, moeten prioritair ondersteund worden. Ook de problemen met de ondergrond in de balletzaal, moeten door de volgende schepen echt ter harte worden genomen.

De vele sportclubs in Aarschot moeten goed ondersteund worden, met financiële en organisatorische middelen. Zo kunnen de clubs zich focussen op het behalen van goede resultaten of op het uitbreiden van hun jeugdwerking. Er is immers nog heel wat groeipotentieel, denk maar aan de Aarschotse voetbal- en basketploeg: zij willen immers terug naar het positieve imago van enkele jaren geleden en ze werken hier hard aan.

11


Jongeren aan het sporten krijgen, vooral tussen de leeftijd van 16 tot 25 jaar, is een uitdaging voor de sportdienst en –promotoren. Tussen die leeftijden is er sprake van een ‘dropout’ en uit onderzoek blijkt dat wie na zijn 25ste sport, wellicht zijn hele leven nog de sportschoenen aantrekt. Daarom hebben we een gezond bewegingsklimaat nodig in Aarschot, waar ruimte is om te sporten. Programma’s als ”Start to run”, maar ook de aansluiting van het Elzenhof of het brugje Demersprong, tonen aan hoe de stad zo’n bewegingsklimaat kan bevorderen.

De interne structuur en communicatie van de sportdienst kunnen beter. De schepen van Sport moet hierin een belangrijke rol spelen. De visie op sport bepaalt het verdere sportbeleid. Sportpromotie, vooral bij jongeren, is een werkpunt. Samenwerking met de scholen moet dit vergemakkelijken. Een vernieuwd vademecum voor clubs kan hun autonoom beleid ondersteunen. Begeleiding en inspraak van de clubs moeten beter. De ondersteuning van de verenigingen valt hier opnieuw onder. De visie van de schepen van sport moet breder zijn: niet alleen aandacht voor “Aarschot en zijn sportverenigingen”, maar ook werk maken van de breedtesport (“Sport voor Allen”). Die keuze en die visie vereisen infrastructuur en een beleid gericht op de (jeugd)leden.

ONZE SPEERPUNTEN VOOR 14/10 OP VLAK VAN SPORT: -

EEN SPORTBELEID MET VISIE! PRIORITEIT MAKEN VAN (RUIMTE VOOR) EEN GEZOND BEWEGINGSKLIMAAT; EEN BLIJVENDE ONDERSTEUNING VAN GEBONDEN EN ONGEBONDEN SPORTERS EN SPORTCLUBS; VERNIEUWING EN UITBREIDING VAN BESTAANDE INFRASTRUCTUUR.

12


Een uitgebreid cultuurbeleid, in al zijn facetten { Een goed uitgebouwd cultureel beleid is een noodzaak voor elke gemeente. } De kwaliteit van een samenleving wordt immers sterk bepaald door haar culturele leven. Een bloeiende culturele samenleving is een levendige samenleving. Of het nu gaat over kunst, erfgoed of sociaal cultureel werk, cultuur in al haar facetten draagt bij tot een samenleving. Het doet nadenken over een samenleving, het verwoordt of verbeeldt wat er in een samenleving leeft, hoe een samenleving in elkaar zit en waar een samenleving naartoe wil. Deze visie van onze schepen van Cultuur draagt de goedkeuring weg van Jong-CD&V.

CC Gasthuis mag dan het paradepaardje zijn van dit beleid, toch is er veel meer aanwezig in het ruime cultuuraanbod van onze stad. Denk aan de stedelijke bibliotheek, waar jong en oud zich verder kunnen ontwikkelen en een uitgebreid aanbod aan cultuurdragers vinden; of het stedelijk museum, waar er regelmatig nieuwe tentoonstellingen zijn, vaak met een educatieve inslag. De promotie van cultuur vanuit de cultuurdienst, de vele projecten en festivals – waar ook vaak iets minder voor de hand liggende thema’s aan bod kunnen komen –, Supervlieg dat een cultuuraanbod is voor de kleinsten, de samenwerking tussen de scholen en het CC,… we kunnen nog wel een tijdje bezig blijven.

De drempel om aan cultuur te participeren, vaak een financiële drempel, moet beperkt en waar mogelijk zelfs onbestaande zijn. De prijzenpolitiek van het CC moet democratische participatie aan cultuur versterken. Toch mag er ook rekening worden gehouden met een kostprijs voor het brede aanbod. Er kunnen ook vanuit andere kanten middelen worden gezocht, bijvoorbeeld door middel van projectsubsidies of de winsten uit een cafetaria in eigen beheer. Organisatie, financiële ondersteuning en de ondersteuning van de ambtenaren, medewerkers en vrijwilligers, worden versterkt. Want dat is een belangrijk punt waar Jong-CD&V wil op wijzen: het bruisende cultuuraanbod wordt levendig gehouden dankzij een pak betrokkenen! De stad moet deze mensen zo goed mogelijk ondersteunen én danken voor hun grote inzet.

Het aanbod van het museum, de bibliotheek of het CC moet niet alleen divers, maar ook kwalitatief sterk zijn. Aarschot kan de rol spelen van een regionale cultuuraanbieder, met naam en faam. De juiste stappen zijn gezet, maar communicatie, promotie en marketing of het aantrekken van jongeren, blijven aandachtspunten. Thema’s, projecten, de relatie met toerisme, het aanbod van toneel-, muziek- en dansproducties: ze bepalen allen het uitzicht van cultuurbeleving in Aarschot. Er is een weg ingeslagen, die verder moet bewandeld

13


worden. In navolging van Supervlieg (een ‘kinderhoogdag voor de cultuur’), kan er nagedacht worden over een tienercultuurdag.

Ook de eigen talenten moeten in de verf worden gezet. Het stimuleren van creatieve zin vanuit een vorm van talentenbank, moet ervoor zorgen dat we ambassadeurs hebben voor het cultuuraanbod van Aarschot. Nu zijn er al (jonge) talenten die kunst in Aarschot op de kaart plaatsen. Diegene die zich creatief willen uiten moeten ondersteund worden met subsidies, omkadering of het ontlenen van materiaal. Ze moeten de ruimte krijgen om hun producten te etaleren of hun kunnen te tonen. Pop In Aarschot (kortweg PIA) is hiervan een goed voorbeeld: zij ondersteunen jonge muzikanten en geven ze podiumkansen, bijvoorbeeld op het Hageland Festival.

ONZE SPEERPUNTEN VOOR 14/10 OP VLAK VAN CULTUUR: -

-

EEN BEHOUD VAN HET RIJKE AANBOD VOOR CULTUURBELEVING IN HET ALGEMEEN EN HET PROGRAMMA VAN CC GASTHUIS IN HET BIJZONDER; EEN GOEDE OMKADERING VAN ZIJ DIE BETROKKEN ZIJN BIJ CULTUUR: DAT ZIJN NIET ALLEEN DE KUNSTENAARS, MAAR OOK DE VRIJWILLIGERS EN MEDEWERKERS VAN DE CULTUURDIENSTEN; WERKPUNTEN ALS COMMUNICATIE, MARKETING EN EEN AANBOD VOOR JONGEREN AANPAKKEN.

14


Toerisme, erfgoed en uitstraling { Gekoppeld aan het rijke culturele leven, moeten we de uitstraling van Aarschot ook in de verf zetten. } We moeten als stad ervoor zorgen dat nog meer mensen buiten en binnen Aarschot komen genieten van het culturele leven, van de groene omgeving of van onze biercultuur.

Doorgedreven campagnes en een heuse marketingstrategie moeten Aarschot als Parel van het Hageland nog meer in de verf zetten. Een idee is bijvoorbeeld het introduceren van een voordelenpas in Aarschot, zodat er combinatiepakketten aan een democratische prijs worden aangeboden (cultuur, eten en drinken, musea, sporten, overnachting,… in één leuke Osschotformule).

Ook ons historische verhaal mag nog meer in de schijnwerpers staan. Nu al zijn heel wat amateurhistorici bezig met het rijke verleden van Aarschot. Dat bewijst bijvoorbeeld het programma ‘800 jaar Aarschot’. Maar de stad moet ook zijn schouders zetten onder ‘100 jaar WO I in Aarschot’. Aarschot werd als martelarenstad erg getroffen door de Grote Oorlog. Dit moet herdacht worden. Sowieso kan de uitbouw van een erfgoedcel op de culturele site nog meer expertise verzamelen over het rijke materiële en immateriële verleden van de stad. Vanuit het museum en het archief kan men wetenschappelijke bevindingen opbouwen over de stad.

Met de nieuwe projecten in het centrum van Aarschot, maar ook door de opwaardering van de groene ruimte in de deelgemeenten hebben we een omgeving gecreëerd rond de Demer, waar het aangenaam wandelen, fietsen of joggen is. Dat groene recreatieve karakter moet behouden blijven. Bovendien kunnen we nog meer toeristen naar Aarschot halen, dankzij de opwaardering van bijvoorbeeld de ’s Hertogenmolens. Een lokale eet- en drinkcultuur, gekoppeld aan de omgeving, kan zo’n aantrekkingspool worden. En dat we de volgende jaren volop kunnen genieten van een goede Aarschotse Bruine en een lekker streekgerechtje staat nu al in de sterren geschreven!

ONZE SPEERPUNTEN VOOR 14/10 OP VLAK VAN TOERISME, ERFGOED EN UITSTRALING: -

"AARSCHOT ALS PAREL VAN HET HAGELAND", EEN NIEUWE AANTREKKINGSPOOL BINNEN HET STREEKTOERISME GROENE RECREATIEVE KARAKTER, LOKALE EET- EN DRINKCULTUUR OF DE LOKALE GESCHIEDENIS ALS MOGELIJKE PIJLERS VAN ONZE AANTREKKINGSKRACHT PROMOTEN.

15


Jeugdbeleid en vrije tijd { Aarschot heeft de naam van scholen- en jongerenstad, bijvoorbeeld door zijn vele jeugdbewegingen en sportclubs. Die naam dragen, betekent verantwoordelijkheid nemen op vlak van ondersteuning van deze verenigingen en scholen. }

De vele vrijwilligers die meer dan duizend jeugdbewegers een leuke zaterdag- of zondagmiddag bieden, verdienen onze steun. De huidige subsidiereglementen vanuit de stadsbegroting en het jeugdbeleidsplan moeten behouden blijven. De nieuwe schepen van jeugd heeft de belangrijke taak om, bij de opmaak van de geïntegreerde beleidsplannen ‘vrije tijd’, evenveel aandacht te geven aan de jongeren, als de voorbije zes jaar. Ondersteuning van kampvervoer, de uitleendienst – een fantastische meerwaarde voor ons jeugdbeleid en door de jongeren steevast aangegeven als een noodzakelijke ondersteuning –, een kopiecontingent,…: allemaal zaken die moeten blijven.

Het vrijwilligerswerk mag nog meer in de bloemetjes worden gezet, al nemen de jeugddienst en de jeugdraad ook nu reeds heel goede initiatieven op dat vlak. De samenwerking met de jeugdraad moet verder gezet worden en vanuit het stadsbestuur moet er nog meer aandacht komen voor hun adviezen, wensen en grieven (denken we maar aan de interessante resultaten uit het kidsdebat of de gezamenlijke opmaak van het jeugdbeleidsplan). { De jeugdraad is de belangrijkste partner in het beslissingsproces! Er moet proactief advies gevraagd worden aan de jeugdraad. } Een transparante politiek, die regelmatig de jongeren bevraagt, zorgt voor gedragenheid en biedt kansen op succes. Zo was het vroeger, zo moet het in de toekomst, met een sterke schepen van jeugd, zoveel is zeker.

Een werkpunt is diversiteit en inclusie. Hoe kunnen we zoveel mogelijk jongeren, gebonden en ongebonden, bereiken? Hoe kunnen we diegene die, door een fysieke beperking of door een andere culturele achtergrond, moeilijk de stap zetten naar een jongerenvereniging of sportclub, toch zo ver krijgen om deel te nemen aan de activiteiten? Het beleid van de volgende jeugdschepen moet aandacht hebben voor deze vragen. Een inclusief beleid

16


is gericht op omkadering van de verantwoordelijken en op promotie van de verenigingen zelf bij doelgroepen. Een ander werkpunt is communicatie en sociale ondersteuning naar en van onze jongeren.

{ Jeugdcentrum De Klinker wordt in de volgende ambtstermijn tien jaar oud! Dat moet gevierd worden! } Het is immers een fantastische zaak gebleken voor onze jongeren. Niet alleen voor de jeugdwerkers, maar ook voor de fuifgangers, jeugdhuisbezoekers, muzikanten en concertgangers! Het paradepaardje van het jeugdbeleid. De ondersteuning moet blijven om ervoor te zorgen dat de jeugdwerkers, de vrijwilligers in de clubwerking en de uitbaters van het jeugdhuis in alle autonomie hun activiteiten kunnen organiseren. De jeugddienst speelt hierin een belangrijke rol. Niet meer investeren in onze jongeren, zou heel dom zijn. Cultuurbeleving bij kinderen en jongeren moet ook ondersteund worden door de stad en de jeugddienst. Supervlieg, Pop In Aarschot, de stedelijke bibliotheek, repetitieruimten, kunstateliers,... we kunnen nog een heleboel voorbeelden geven van zaken die voor een brede waaier in de cultuurbeleving van jongeren zorgen. Dat moet behouden blijven. Kunst, muziek, uitgaan, zich creatief uitdrukken, zijn middelen tot participatie en activiteit.

{ Kinderopvang is heel belangrijk voor jonge ouders. } Een drukke job combineren met een gezin, dat is een heuse uitdaging. Om deze uitdaging op te vangen, zorgt de stad voor betaalbare en voldoende opvangmogelijkheden. Na school en in de vakantie. Stekelbees en Grabbelpas/Vakantieclub zijn twee goede voorbeelden, en dit aanbod moet behouden blijven! In Gijmel en Langdorp kreeg de kinderopvang een nieuw onderkomen. Kwaliteitsvolle kinderopvang met voldoende capaciteit (o.a. in de deelgemeenten) en met een financieel gezonde basis: het is een grote uitdaging die Jong-CD&V in de volgende periode graag wil aangaan.

Vrije tijd moet hier ook een plaatsje krijgen. De stad heeft altijd het rijke socio-culturele leven in Aarschot ondersteund. Dat is eigen aan onze christendemocratische ideeën. De vrijwilliger, jeugdwerker, sporter, lid van de parochie of cultuurminnaar, moet zijn gading kunnen vinden in een warme samenleving. De steun aan buurtfeesten is hiervan een prima voorbeeld. Recentelijk werd met Europese gelden ook het parochiecentrum van Rillaar vernieuwd. En dat aanbod is nodig. Specifieke vrijetijdsorganisaties als de Orde van de Hagelanders, verschillende motorbijeenkomsten of hobbyverenigingen en toerismesamenkomsten hebben we te gast in Aarschot. Holebiverenigingen

als

Mixed,

seniorenverenigingen

(bv.

OKRA),

derdewereldorganisaties

en

andere

doelgroepverenigingen verrijken het vrijetijdsaanbod in Aarschot.

ONZE SPEERPUNTEN VOOR 14/10 OP VLAK VAN JEUGDBELEID EN VRIJE TIJD: -

BEHOUD VAN DE DIVERSE SUBSIDIEREGLEMENTEN EN ONDERSTEUNING VAN ONZE JEUGDBEWEGINGEN; DIVERSITEIT, INCLUSIE, MAAR OOK COMMUNICATIE EN SOCIALE ONDERSTEUNING ALS WERKPUNTEN AANPAKKEN; JEUGDCENTRUM DE KLINKER EN ZIJN VELE VRIJWILLIGERS IN DE BLOEMETJES ZETTEN KWALITEITSVOLLE EN VOLDOENDE KINDEROPVANG, MET EEN GEZONDE FINANCIËLE BASIS OOK ANDERE SOCIO-CULTURELE VERENIGINGEN, BINNEN HET RIJKE AANBOD IN AARSCHOT, VERDER ONDERSTEUNEN

17


Onderwijs en opvoeding

Onderwijs is een heel breed thema. Elders kon men al het een en ander lezen over onze frisse ideeën op vlak van de andere thema’s in deze brede context (scholenstad, mobiliteit, samenwerking en communicatie, ruimte voor jongeren). { We kunnen echter niet voorbijgaan aan Aarschot als scholenstad. } Duizenden jongeren van binnen en buiten Aarschot vinden immers hun weg naar onze scholen. Netoverschrijdende communicatie en samenwerking vormen ook in de toekomst de basis van een gecoördineerd onderwijsbeleid. Waar nodig kan de stad eigen accenten leggen, bijvoorbeeld op vlak van technisch- en beroepsonderwijs met SIMA en SIBA, maar ook met het buitengewoon onderwijs, met basisschool Elzenhof en het BuSo. Zo wordt er aandacht geschonken aan het stimuleren van talenten, die we later in knelpuntenberoepen broodnodig hebben. Ook kunstonderwijs heeft een belangrijke plaats in het onderwijslandschap in Aarschot, met de Hagelandse academie voor beeldende kunst en de Hagelandse academie voor muziek en woord als uithangborden.

Dat versterkt onze jongeren. Goed opgeleide jongeren, vanuit verschillende interesseprofielen en met diverse competenties, gaan we lang nodig hebben. Investeren in onderwijs is de basis van economische vooruitgang, ook lokaal! Talenten ondersteunen betekent echter ook dat zij die het wat moeilijker hebben, door leerproblemen of door een moeilijke socio-economische thuissituatie, extra ondersteuning krijgen. Zorg en onderwijs hangen nauw samen met elkaar. Recentelijk werden er bijvoorbeeld projecten rond opvoedingsondersteuning opgezet, maar Aarschot zou naar het voorbeeld van Leuven ook een buddy-project kunnen invoeren, waarbij jonge beloftevolle leraren via het vrijwilligersstatuut een extra centje kunnen verdienen door mee te werken aan ‘lokale leerondersteuning’. Het lokaal sociaal netwerk ‘onderwijs en opvoeding’ verenigt alle belanghebbenden (bv.: CLB, de scholen, Kind en gezin, Arktos, CGG, CAW, Huize Levensruimte,…) die zo een geïntegreerd opvoedingsbeleid in Aarschot mogelijk maken. Projecten als ‘Gimme a break’ of ‘Time-Out’ werken actief met jongeren die net dat extraatje nodig hebben.

Dat onderwijs meer is dan alleen de traditionele les, spreekt voor zich. { Een schoolomgeving is een bijzonder belangrijke plaats voor de jongeren, als leefomgeving, binnen en buiten de schooluren. } In Aarschot wordt dit bijvoorbeeld duidelijk door middel van de kinderopvang Stekelbees die in enkele scholen is gehuisvest. Maar er is ook de sportinfrastructuur die ter beschikking staat van de

18


lokale bevolking. Scala repeteert bijvoorbeeld op het Sint-Jozefscollege. Een school in de 21e eeuw is een brede school. Die visie op het doorbreken van de traditionele schoolpraktijk wordt bijvoorbeeld binnen het LOP (Lokaal Overlegplatform) duidelijk. De stad toont zich ook in de toekomst een bevoorrechte partner in dit overleg.

De samenwerking met de andere netten maken het mogelijk om nog meer productiviteit en efficiëntie in het Aarschotse onderwijs te realiseren. Jong-CD&V is er van overtuigd dat je nog meer kan doen, met dezelfde of misschien zelfs met minder middelen. Nu wordt er vaak dubbel gewerkt. Hier moet een win-winsituatie worden gecreëerd waar zowel de stad, het gemeenschaps- als het vrij onderwijs van kunnen profiteren. Dat wordt een grote uitdaging voor de volgende beleidsperiode. Met zijn meer dan 10 000 leerlingen en de vele leraren is onderwijs ook economisch en sociaal heel belangrijk. Misschien is zelfs hier nog groeimarge? De stad biedt kansen voor hoger onderwijs. De stad staat open voor private initiatieven om leemtes in het hoger onderwijs in Vlaams-Brabant op te vullen met een komst naar Aarschot.

ONZE SPEERPUNTEN VOOR 14/10 OP VLAK VAN ONDERWIJS EN OPVOEDING: -

-

EEN DIVERS ONDERWIJSLANDSCHAP VERZEKEREN MET AANDACHT VOOR KNELPUNTBEROEPEN EN CREATIEVE RICHTINGEN; OPVOEDINGSONDERSTEUNING BIEDEN EN AANDACHT HEBBEN VOOR KWETSBARE JONGEREN; SAMENWERKING EN OVERLEG OM DE EFFICIËNTIE EN PRODUCTIVITEIT VAN HET LOKALE ONDERWIJS TE VERGROTEN.

19


Jong-CD&V Aarschot, onze ploeg voor 14 oktober Voor het laatste nieuws over Jong-CD&V Aarschot, bezoek onze Facebookpagina: www.facebook.com/jongcdenvaarschot Nele Pelgrims 5de plaats District Manager GOM | Tussen Langdorp en Aarschot | Altijd overal actief aanwezig | Crazy about pink

Mattias Paglialunga 6de plaats Leraar Sint-Jozefscollege | Aarschot | Atletiek | Onder kameraden

Jan Lembrechts 21e plaats Audit Manager Deloitte Bedrijfsrevisoren | Aarschot |Voetbal | Papa van Lars

Ansje Vicca 22e plaats Mama van twee schatten | Administratief bediende | Aarschot | Shoe-a-holic | Sociaal geëngageerd | Beetlemania

Hans Heens 23e plaats Middenstander | Steenboer | Gijmel | Joviale en pragmatische epicurist

Julie Kortleven 24e plaats Lerares BuSo De Brug | Aarschot | Spinning | Step-aerobics

Stijn van Ouytsel 25e plaats Student ingenieur | Wolfsdonk | Pretparkfanaat Bart Den Hondt 26e plaats Sportpromotor Stad Aarschot | Rillaar | Voetbal | High Five | Trotse papa

Caroline Van Den Bergh 27e plaats Juridisch raadgever Kabinet Joke Schauvliege |Sporten | Gezellig op café

Aarschot in jonge handen!

Recommend Documents