PWSinformatieboekje (4H/5V)
1. Wat is een PWS? Het ProfielWerkStuk (PWS) is een groot werkstuk waarmee je je opleiding op het Havo of Vwo afrondt. Het wordt vaak gezien als de “meesterproef” van de middelbare school: je laat zien wat je de afgelopen jaren allemaal geleerd hebt en wat je kunt. Het PWS is ooit bedacht door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen om de overstap van de middelbare school naar het hoger onderwijs makkelijker te maken. Vaardigheden als samenwerken, het doen van een onderzoek spelen en schrijven van een verslag/artikel spelen daar tenslotte een belangrijke rol. Het PWS is gericht op het oefenen met diezelfde competenties. Bij het profielwerkstuk onderzoek je een onderwerp wat je zelf uit mag kiezen. Het onderwerp moet alleen aan de voorwaarde voldoen dat het valt binnen één of meerdere profielvakken. Wanneer het profielwerkstuk naar behoren is uitgevoerd, wordt dit genoteerd. Het wordt niet beoordeeld met een cijfer. Je hebt een als voldoende beoordeeld profielwerkstuk nodig om uiteindelijk eindexamen te kunnen doen. 2. Welke vorm moet het PWS hebben en hoe groot/uitgebreid moet het zijn? Het PWS kan de vorm hebben van een onderzoeksverslag, maar mag ook een activiteit of product behelzen. Denk bijvoorbeeld aan: een bandjesavond, benefietfeest, kunstexpositie, voetbaltoernooi, maquette, etc. Tevens kunnen leerlingen ervoor kiezen een documentaire te maken, roman te schrijven, een technisch ontwerp te maken, een toneelvoorstelling te schrijven, een videoclip te maken, etc. De leerling past een activiteit die bij zijn/haar interesses, profiel en beroeps/studiekeuze past. Belangrijk is: het eindproduct moet kwalitatief sterk zijn. Daarbij geldt echter wel dat er altijd een geschreven stuk moet worden ingeleverd, zelfs als het hoofdonderdeel uit een activiteit of product bestaat. Er is geen minimum aantal pagina’s, het gaat tenslotte om de kwaliteit van het PWS. In het algemeen moet wel worden opgemerkt dat het PWS een stuk groter moet zijn dan een gewoon werkstuk en bovendien ook nog eens door meerdere personen wordt gemaakt. Er wordt dus een behoorlijke inspanning verwacht. In tijd gesteld, heeft het PWS een omvang van 80 studielasturen (= klokuren) per persoon . De tijd die je in het PWS steekt, houd je bij in een logboek. Dit logboek moet samen met de eindversie van het PWS worden ingeleverd. 3. Welke onderdelen zijn verplicht binnen het PWS? Het profielwerkstuk bestaat in ieder geval uit een geschreven verslag met een onderzoekscomponent, zelfs wanneer er een activiteit is ondernomen en/of een product is gemaakt. Daarbij geldt voor Vwoleerlingen bovendien dat zij een engelstalige samenvatting van hun PWS bij moeten voegen. Het PWS moet bovendien een logboek bevatten waarin alle activiteiten die voor het zijn gemaakt, zijn opgenomen. Het logboek moet precies te reconstrueren welke stappen je hebt gezet tijdens het maken van je PWS. Een voorbeeld van hoe een goed logboek er uitziet:
datum tijdsduur activiteit
Wie en wat
probleem oplossing
1:20
Boeken gezocht en gelezen
Beiden
Weinig relevante boeken gevonden
Afspraak begeleider gemaakt, docent van de HvA gemaild
0:20
begeleidingsgesprek samen met mw. Ujec
geen
Het PWS wordt afgesloten met een presentatie die ook meetelt voor het cijfer. De presentatie is verplicht. Dat wil zeggen dat er zonder presentatie ook geen eindcijfer kan worden gegeven. Om een goed beeld te krijgen van hoe een (goed) PWS eruit ziet, is het verstandig om een aantal PWS’en uit voorgaande jaren te bekijken. 4. Hoe wordt het PWS beoordeeld en hoe (zwaar) telt het PWS mee voor het eindexamen? Het PWSboekje uit de PWSdagen vormt 5% van het cijfer. Het PWSeindproduct incl. logboek levert 85% van het cijfer op, de presentatie op de PWSavond levert 10% van het cijfer op. Al deze onderdelen zijn verplicht. Het PWS is onderdeel van het combinatiecijfer, tezamen met Maatschappijleer en (op het Vwo) ANW. Het combinatiecijfer telt als volwaardig schoolexamencijfer mee in het examendossier en kan dus worden gebruikt om te compenseren voor een vak waarop slechter is gescoord. In bijlage 1 vind je een overzicht van de beoordelingscriteria. 5. Begeleiding De begeleiding van het werkstuk gebeurt over het algemeen door een docent die affinitieit met/kennis van, jouw onderwerp heeft. Dit hoeven niet je eigen docenten te zijn. Behalve je begeleider(s) zal ook de mentor af en toe aandacht besteden aan de voortgang van het profielwerkstuk. Begeleiding werkt alleen als er iets te begeleiden is. Begeleiding gaat op aanvraag van jou en op initiatief van jou. Als je niets van je laat horen, zal de begeleider je benaderen, maar dat zal een negatief effect hebben op de eindbeoordeling. Zorg er dus voor dat je zelf regelmatig contact opneemt met je begeleider. Als er qua begeleiding iets niet goed loopt, kun je je wenden tot je mentor.
Je begeleider is ook de examinator die het PWS beoordeelt. 6. Samenwerking Een van de doelen van een profielwerkstuk is dat je samenwerkt (of dat leert). Deze vaardigheid zul je binnen het hoger onderwijs vaak nodig hebben. Samenwerken biedt voordelen: je kunt een onderwerp vanuit verschillende invalshoeken benaderen (bijvoorbeeld als de een een Mprofiel heeft en de ander een Nprofiel), of je kunt je bij een breed onderwerp specialiseren (de een doet de Koude Oorlog vanuit Nederlands standpunt, de ander vanuit de Russische visie) of je kunt aanvullende capaciteiten gebruiken (de een kan absoluut niet schrijven, en de ander is veel te verlegen om mensen te benaderen). Er zijn echter ook (potentiele) nadelen verbonden aan het samenwerken: je kunt niet alles precies zo doen als je zelf zou willen, je bent afhankelijk van een ander en je moet soms geduld hebben met elkaar. Ieder schooljaar komt het daarom voor dat de samenwerking binnen PWSgroepje stukloopt met als gevolg vaak een lager eindcijfer. Als je je keuze voor je partner definitief heeft gemaakt, ligt deze ook vast. Denk daarom goed na over met wie je wilt/kunt samenwerken. Loop de volgende vragen maar eens na voor je je keuze voor een partner definitief maakt: Werk je samen omdat jullie allebei het onderwerp leuk vinden of omdat jullie elkáár zo leuk vinden? Als alleen het laatste geldt, moet je het misschien niet doen. Heb je eerder (goed) samengewerkt? Kun je op de ander rekenen? Kun je makkelijk op een vast moment bij elkaar komen? Dat moet wel kunnen. Durf je de ander écht te laten merken dat je vindt dat hij of zij te weinig doet als het er op aan komt? En durf je te zeggen dat jij dit of dat onderdeel toch liever alleen doet, of dat je vindt dat je partner dat juist moet doen? En kun jij kritiek incasseren en gebruiken? Kun je een goede regeling treffen voor het goed en overzichtelijk bewaren van verzamelde spullen? 7. Deadlines Al voor de kerstvakantie, op maandag 9 december, moet je een conceptversie van je eindproduct bij je begeleider inleveren. Een conceptversie is een versie die voor 75% 85% af is, waarbij alleen nog de inleiding, conclusie, literatuurlijst, opmaak en bijlagen nog mogen ontbreken/onvolledig mogen zijn. Je begeleider geeft op deze versie nog eenmaal commentaar, zodat je je eindproduct zo goed mogelijk af kunt ronden. Dat commentaar kan schriftelijk gaan, maar het kan ook in de vorm van een gesprek. De deadline voor de eindversie van het PWS is vrijdag 31 januari. De datum voor de presentaties is vooralsnog vastgesteld op donderdag 20 februari. Bovenstaande data kunnen nog worden gewijzigd.
8 . Veel gestelde vragen Vraag: Mogen leerlingen die doubleren in het voorexamenjaar ook alvast het PWS maken? Antwoord: Ja, dat mag. Leerlingen die gaan blijven zitten kunnen toch het PWS maken. Zij ronden dan in het volgende schooljaar, wanneer zij dus opnieuw in het voorexamenjaar zitten, het PWS af en verminderen zo de werkdruk in hun examenjaar. De ervaring leert wel dat het soms problemen op kan leveren wanneer een leerling die blijft zitten samenwerkt met een leerling die wel overgaat: laatstgenoemde heeft er meer direct belang bij om het PWS goed en tijdig af te ronden dan de doublant. Het is daarom belangrijk dat zittenblijvers zich realiseren dat meewerken aan een profielwerkstuk betekent dat zij dit verplicht afmaken. Deze leerlingen kunnen volgend schooljaar niet alsnog besluiten om het PWS toch niet te doen. Vraag: Hoe groot mogen/moeten de groepjes zijn waarin de leerlingen werken? Zijn grotere groepen mogelijk? Mogen leerlingen een individueel PWS schrijven? Antwoord: Leerlingen werken samen in groepjes van drie. Alleen als er dringende redenen zijn, kan daarvan worden afgeweken. Dit kan echter alleen wanneer de leerling daartoe een schriftelijk verzoek indient bij de afdelingsleider bovenbouw. Vraag: Kan een leerling in het examenjaar nog veranderen van onderwerp? Antwoord: Nee. Vraag: Kiezen leerlingen hun eigen begeleider? Antwoord: Nee, leerlingen geven een voorkeur op voor een begeleider. De PWScoordinator maakt uiteindelijk de verdeling van PWSonderwerpen onder de begeleiders. Vraag: Wordt het PWS gecontroleerd op fraude/plagiaat? Wat is het gevolg als fraude/plagiaat wordt geconstateerd? Antwoord: Alle PWS’en worden middels het programma Ephorus gecontroleerd op plagiaat. Als plagiaat wordt geconstateerd, wordt melding gemaakt bij de afdelingsleider. Die zal voor het PWS een 1 toekennen als cijfer. In dat geval kan de leerling in het betreffende schooljaar geen eindexamen doen. Het is wettelijk vastgesteld dat een leerling alleen deel mag nemen aan de centrale examens als alle onderdelen van het combinatiecijfer (dus ook het PWS) met het cijfer 3,5 of hoger zijn afgerond. Voor de duidelijkheid: van fraude is sprake als er informatie in het PWS wordt gegeven (tekst, plaatjes, cijfers, etc.) die niet afkomstig is van de schrijver en waarbij niet naar de originele bron wordt verwezen. Wanneer je dus een zin overschrijft van een website zonder te verwijzen, is al sprake van plagiaat. Zorg dus dat je goed verwijst!
Bijlage 1: beoordelingscriteria PWS Het eindcijfer van het Profielwerkstuk is opgebouwd uit drie verplichte componenten: 1. Het PWSboekje uit de PWSweek (5% van het eindcijfer) 2. Het Profielwerkstuk, zowel het proces als het eindproduct (85% van het eindcijfer) 3. De PWSpresentatie (10% van eindcijfer). Beoordelingsonderwerpen Profielwerkstuk Proces 1. Initiatief en inzet van de leerlingen [telt 2x] 2. Samenwerking tussen de leerlingen [telt 1x] * 3. Samenwerking met de PWSbegeleider(s) [telt 2x] 4. Kwaliteit van het logboek [telt 1x] 5. Kwaliteit van het plan van aanpak (tijdmiddelenstructuurafbakening) [telt 1x] Eindproduct inhoudelijk 6. Helderheid en afbakening van het PWSonderwerp [telt 1x] 7. Het gebruik van diverse, betrouwbare en relevante bronnen [telt 1x] 8. De formulering van de onderzoeksvraag (specifiek en open) [telt 2x] 9. De kwaliteit van de uitgevoerde onderzoeksactiviteiten [telt 2x] 10. De kwaliteit van de behandeling en beantwoording van de onderzoeksvraag [telt 2x] 11. De kwaliteit van de uitgevoerde PWSactiviteiten / het PWSeindproduct [telt 2x] 12. De kwaliteit van de evaluatie van de uitgevoerde PWSactiviteiten / het PWSeindproduct [telt 1x] 13. Helderheid, formulering van de PWStekst gebruik van eigen woorden [telt 2x] 14. Evenwicht in de opbouw van de tekst inleidingmiddenstukconclusie [telt 2x] 15. De duidelijkheid van het verschil tussen meningen en feiten [telt 1x] Eindproduct: academische conventies en algemene afwerking 16. De toepassing van grafieken tabellen en afbeeldingen en onderschriften [telt 1x] 17. Correcte verwijzing naar bronnen en vermelding van citaten [telt 1x] 18. Kwaliteit van de bijlage met overzicht van de gebruikte bronnen [telt 1x] 19. Spelling en grammatica [telt 1x] 20. Indeling, paginering en inhoudsopgave [telt 1x] 21. Algehele verzorging en afwerking [telt 2x] Beoordeling PWSpresentatie 1. De opbouw van de presentatie 2. Helderheid en duidelijkheid van de presentatie. 3. Presentatietechnieken en gebruik van hulpmiddelen 4. Samenwerking tussen de presentatoren en goede verdeling van het presentatiewerk