5.08 Rolsteigers Rolsteigers worden in de bouw, vooral bij montage-, installatie- en onderhoudswerkzaamheden op grote schaal toegepast. Door de lage gebruiksdrempel en de lichte constructie treden er echter al snel gevaarlijke situaties op. Regelmatig worden we geconfronteerd met omgevallen rolsteigers en mensen die van een rolsteiger af zijn gevallen. Ook komt het voor dat een rolsteiger ongewild in beweging komt. Deze risico’s kunnen worden beperkt als het materiaal in goede staat is en de opbouwers en gebruikers voldoende geïnstrueerd zijn over het veilig gebruik van de rolsteiger. Deze Abomafoon geeft u hierover de benodigde informatie.
Normen en regels
Figuur 1 Uitvoeringsmogelijkheden
Constructie en uitvoering Voor de constructie en uitvoering van rolsteigers geldt de norm “NEN-EN 1004:2005 Rolsteigers opgebouwd uit geprefabriceerde onderdelen - Materialen, afmetingen, belastingen, veiligheid en prestatie-eisen”. Nieuwe rolsteigers moeten hier aan voldoen. De norm is gebaseerd op standaard werkvloerhoogten tussen 2,50 m en maximaal 8 m buiten en 2,50 m en 12 m binnen. De meeste fabrikanten hanteren deze maten in hun handleiding voor opbouw en gebruik. Met hoogte wordt bedoeld: van ondergrond tot bovenste werkvloer. Met binnen wordt bedoeld: niet aan wind blootgesteld. Grotere hoogten zijn slechts toegestaan met instemming van de leverancier en na opvolging van zijn aanwijzingen. De verticale opbouwframes vormen samen met de liggers, diagonalen en werkvloeren een sterk en stijf geheel. Om schranken en torderen tegen te gaan moeten de diagonalen en liggers zo veel mogelijk aan de buitenzijde worden geplaatst.
Werkvloeren - Werkvloeren zijn ingericht voor het uitvoeren van lichte werkzaamheden tot een vloerbelasting van 2 maximaal 150 of 200 kg/m (respectievelijk klasse 2 en 3) en zijn minimaal 0,60 m breed. - Om uitglijden te voorkomen zijn ze stroef uitgevoerd. - De vloerelementen worden tegen verschuiven en opwaaien geborgd. - Openingen in vloeren mogen maximaal 25 mm groot zijn. - Bij meerdere vloeren boven elkaar is de gangbare maat tussen de vloeren 1,90 m of meer. - Als de werkvloeren bereikbaar zijn via de binnenzijde van de opbouwframes, bedraagt de maximale vloerafstand 4,20 m; de afstand tussen de onderste vloer en de grond is maximaal 4,60 m. Deze vloeren zijn uitgerust met een vloerluik. - In plaats van geheel gesloten werkvloeren, kun je voor het beklimmen van een rolsteiger ook halve werkvloeren als klimvloeren gebruiken. Deze zijn dan h.o.h. maximaal 2,10 m verspringend aangebracht. Via deze klimvloeren bereik je de geheel gesloten werkvloer (zie figuur 1). - Houd doorklimluiken in werkvloeren zo klein mogelijk, minstens 0,40 x 0,60 m. - De luiken moeten zelfsluitend zijn uitgevoerd en voorzien van een borging om ongewild open waaien te voorkomen. Leuningwerk - Werkvloeren zijn rondom voorzien van leuningwerk (zie figuur 2). Dit bestaat uit een bovenleuning, een tussenleuning en een kantplank. Blad 1 van 7
Figuur 2 Maatvoering van leuningwerk
Abomafoon 5.08
- De vereiste maten zijn: · bovenleuning op minimaal 1 m boven het werk-/loopniveau; · aansluitend op de werk- of loopvloer een kantplank van tenminste 15 cm hoog; · een tussenleuning op zodanige hoogte dat de openingen in het leuningwerk kleiner zijn dan 47 cm. - Bij halve (werk)vloeren is alleen leuningwerk aan de buitenzijde verplicht. Stabiliteitsvoorzieningen - Stabilisatoren of basisverbreders worden meegeleverd voor het vergroten van de stabiliteit. Beide middelen vergroten de effectieve basisafmetingen van de rolsteiger. Ze moeten gemonteerd zijn aan de hoofdconstructie en aan de onderzijde afsteunen op de grond. - De gebruiksvoorschriften geven aan wanneer ze moeten worden toegepast. Dit is meestal het geval als de rolsteiger uit meerdere boven elkaar gemonteerde opbouwframes bestaat. Dat volgt uit stabiliteitsberekeningen van onbelaste rolsteigers volgens NEN-EN 1004. - Als alternatief kan er ballast worden gebruikt. Dit bestaat uit stevig materiaal (bijvoorbeeld staal of beton) dat aan de constructie van de rolsteiger wordt geborgd. Zwenkwielen - Zwenkwielen mogen niet los kunnen raken. - Ze moeten zijn voorzien van een wielrem, die ook het verdraaien tegengaat als de zwenkwielen in de geremde stand excentrisch zijn. Klimvoorzieningen - Werkvloeren zijn toegankelijk via de binnenzijde van de opbouwframes, trappen of ladders (schuin opgesteld of verticaal). - De criteria waar trappen en ladders aan moeten voldoen zijn: · ze mogen niet op de grond rusten; · de eerste optrede mag maximaal 0,40 m zijn (indien de eerste trede een vloer is mag deze 0,60 m hoog zijn); · treden of sporten moeten anti-slip zijn uitgevoerd; · vanaf de voorzijde van een trede of het hart van een sport moet minimaal 0,15 m vrij zijn van obstakels; · de buitenkant van trapsecties moeten zijn voorzien van een leuning (ongeveer evenwijdig aan de helling van de trap); · bij opvolgende trapsecties is er ook aan de binnenzijde een leuning nodig (behalve wanneer de vloeren op 2 m of minder van elkaar zijn aangebracht). Ook bordessen met een lengte van 0,30 m of meer moeten zo’n leuning hebben. - Als de verticale frames gebruikt worden als klimvoorzieningen geldt: · liggers anti-slip uitgevoerd; · maximale h.o.h. afstand van de liggers 0,30 m; · afmeting en vorm van de liggers maken een goede grip mogelijk (diameter buis tussen 20 en 51 mm). Gebruikershandleiding Iedere rolsteiger dient te zijn voorzien van een handleiding voor het gebruik in de Nederlandse taal die voldoet aan NEN-EN 1298. Het samenstellen van de gebruikershandleiding is de verantwoordelijkheid van de leverancier. Belangrijke aspecten in de gebruikershandleiding zijn: - algemene informatie, onder andere over maximale opbouwhoogte en toelaatbare belasting; - mogelijke configuraties; - wijze van opbouwen en afbreken met daarbij de benodigde hulpmiddelen en het aantal personen dat hierbij nodig is; - stabiliteitsvoorzieningen; - gebruik; - inspectie, beheer en onderhoud. De gebruikershandleiding hoort op de werkplek beschikbaar te zijn. Bovendien wordt meestal een beknopte opbouwinstructie in de vorm van een sticker op de verticale frames aangebracht.
Blad 2 van 7
Abomafoon 5.08
Gebruik en onderhoud Omgeving De opstellocatie van een rolsteiger moet aan onder meer de onderstaande criteria voldoen: - de ondergrond moet vlak zijn en voldoende draagkrachtig; - bij geroerde grond of in de nabijheid van ontgravingen moet het dragend oppervlak van de wielen en stabilisatoren worden vergroot. Dit kan bijvoorbeeld met rijplaten of in stalen U-profielen; - bij opstelling op hellende vlakken moet de rolsteiger met behulp van de spindels horizontaal worden gesteld; - naar buiten draaiende ramen en automatisch werkende zonwering kunnen een reëel gevaar vormen. Maak hierover vooraf duidelijke afspraken met de gebruikers; - bij werkzaamheden onder of in de nabijheid van bovengrondse sterkstroomleidingen of bovenleidingen van sporen, moet vooraf met de netbeheerder overleg worden gevoerd over de aan te houden veiligheidsafstanden (zie Abomafoon 3.05); - bij aanrijdgevaar moeten er verkeersmaatregelen worden getroffen, bijvoorbeeld door plaatsing van hekken of kegels, zonodig moet de rijbaan worden afgezet (zie Abomafoon 2.05); - bij een windkracht van meer dan 6 Beaufort moet er aanvullend worden verankerd en geschoord, met speciale aandacht voor windgevoelige plekken zoals de hoeken van gebouwen of gebouwen met open gevels. Het kan betekenen dat de werkzaamheden al bij een lagere windsnelheid stopgezet moeten worden; - rolsteigers moeten buiten werktijd zodanig worden achtergelaten dat ze niet door onbevoegden betreden kunnen worden. Zorg daarom dat ze voldoende afgeschermd zijn, bijvoorbeeld met schotten of bouwhekken. Overige gebruiksaspecten - Een rolsteiger is in beginsel niet bedoeld om te worden toegepast als trappentoren voor de toegang tot andere constructies. Deze oplossing is alleen toegestaan als er wordt gezorgd voor voldoende verankering, borging en de opening tussen het gebouw en de rolsteiger afdoende wordt afgedicht. - Werkvloeren mogen niet op andere wijze worden betreden of verlaten dan langs de eigen ladders, trappen of opbouwframes. - Hijswerktuigen mogen niet aan rolsteigers worden vastgemaakt of vanaf rolsteigers gebruikt, tenzij dit in de gebruikershandleiding is aangegeven (dit geldt ook voor het gebruik van zeilen of steigerdoek). - Bij het verrijden mogen zich geen personen op de werkvloer bevinden. - Het gebruik van bankjes, trapjes en dergelijke voor het verhogen van de werkvloer is niet toegestaan. Deskundigheid opbouwer Een rolsteiger mag worden opgebouwd door personen die op de hoogte zijn van de montage-instructie van het betreffende rolsteigersysteem. De gebruikershandleiding moet op de werkplek aanwezig zijn. Keuring en inspectie - De onderdelen van een rolsteiger moeten periodiek door een deskundig persoon op hun goede staat en volledigheid worden geïnspecteerd. Veelal wordt hier een termijn van een jaar aangehouden. - Voordat een rolsteiger in gebruik wordt genomen moet er een opstellingscontrole (aan de hand van een controlelijst) worden uitgevoerd. Dit kan door de gebruiker worden gedaan, na de nodige instructie. Kamersteigers Kamersteigers vallen niet onder de eisen van NEN-EN 1004. Ze hebben een geringe werkvloerhoogte (kleiner dan 2,50 m). Toch gebeuren er relatief veel ongevallen mee. Met name zwikken door de wijze van op- en afstappen en omvallen door instabiliteit tijdens verplaatsing vanaf de steiger. Voor veilig gebruik gelden de volgende aandachtspunten: - gebruik van deugdelijk leuningwerk; - kamersteiger voorzien van wielen met een grote diameter, zonodig met spindels; - zorgen voor een goede toegang tot de werkvloeren; - consequent gebruik van wielremmen; - het werkplatform verlaten voor het verplaatsen.
Blad 3 van 7
Abomafoon 5.08
Verwijzing - Arbobesluit art. 3.16, 7.23 a en b en 7.34. - Arbo-informatieblad 21 Rolsteigers, SDU Den Haag. - NEN-EN 1004, Rolsteigers opgebouwd uit geprefabriceerde onderdelen - Materialen, afmetingen, belastingen, veiligheid en prestatie-eisen. - NEN-EN 1298 Rolsteigers - Regels en leidraad voor het opstellen van een handleiding voor de opbouw en het gebruik. - Nationale Beoordelingsrichtlijn (BRL) 9920: draagbaar klimmaterieel, 2004. - Abomafoons: · 2.05 Wegafzettingen en verkeersvoorzieningen. · 3.05 Werken met hijskranen en dergelijke bij bovengrondse elektrische leidingen. · 4.12 Leuningwerk. Uitgave:
Aboma bv a Maxwellstraat 49 Postbus 141 6710 BC Ede tel. 0318 69 19 20 fax 0318 69 19 21 e-mail
[email protected] www.aboma.nl
Datum:
Februari 2011
Wijzigingen ten opzichte van vorige uitgave - Stabilisatoren vanaf het tweede opbouwframe, in plaats van de stelregel 1:3 buiten en 1:4 binnen.
Blad 4 van 7
Abomafoon 5.08
Controlelijst Rolsteigers Project / locatie:
Ingevuld door: Opmerkingen / maatregelen
Datum: Actie gereed d.d.
Aandachtspunten v = akkoord; x = tekortkoming; - = niet van toepassing 01
Werkvloeren als werkvloeren bereikbaar via opbouwframe is de maximale vloerafstand 4,20 m; in elke werkvloer doorklimluiken met zelfsluitend luik. Alternatief: werkvloeren bereikbaar via onderling verspringende, half dichtgelegde klimvloeren (max. 2,1 m h.o.h.)
02
Leuningwerk langs werkvloeren als afstand tot object > 0,10 m; kantplank en twee leuningen; langs klimvloeren alleen aan de buitenzijde van de klimvloer
03
Stabiliteit stabilisatoren vanaf het tweede opbouwframe
04
Zwenkwielen geremd tijdens gebruik rolsteiger
05
Klimvoorzieningen via binnenzijde opbouwframe; liggers met antislip; alternatief: trappen of ladders
06
Gebruik rolsteiger tijdens verplaatsen geen personen op rolsteiger; bij harde wind verankeren; geen hijswerktuigen aan de rolsteiger, tenzij dit is toegestaan in gebruikershandleiding
07
Gebruikershandleiding aanwezig en in het Nederlands; opbouwinstructie bekend
08
Ondergrond vlak en voldoende draagkrachtig
09
Gevaren vanuit de omgeving automatische zonwering en ramen uitgeschakeld; verkeersmaatregelen in verband met aanrijdgevaar
10
Rolsteigers buiten werktijd geborgd tegen omvallen; onbevoegd beklimmen tegengegaan (bijv. schotten tegen opbouwframe)
11
Keuring alle onderdelen periodiek (bijvoorbeeld jaarlijks) door deskundige; opstellingskeuring door gebruiker voor ingebruikname
Toelichting / nadere bijzonderheden:
Blad 5 van 7
Abomafoon 5.08
Toolbox Rolsteigers
Overige aandachtspunten • • • • • •
Ondergrond vlak en draagkrachtig. Langs werkvloeren dubbele leuning en kantplank (als afstand tot object groter dan 10 cm). Langs klimvloeren alleen leuningen aan de buitenzijde van de klimvloer. Maatregelen in verband met aanrijdgevaar en automatische zonweringen. Nederlandstalige gebruikershandleiding (inclusief opbouwinstructie) aanwezig. Buiten werktijd geborgd tegen omvallen en maatregelen tegen onbevoegd beklimmen.
Blad 6 van 7
Abomafoon 5.08
Registratieformulier toolbox Project: Gehouden door:
Functie:
Datum:
Onderwerp:
Presentielijst Naam
Bedrijfsnaam
Handtekening
Eventuele opmerkingen:
Blad 7 van 7
Abomafoon 5.08