5 0
N U M M E R S
M O M E N T
DOSSIE R
9
10
Uit Moment april 2004 Weet je op voorhand dat je naar het ziekenhuis moet, dan ga je best eerst een aantal dingen na. Naar welk ziekenhuis ga je? Kies je voor een eenpersoonskamer of voor een gemeenschappelijke kamer? Wat kost dit eigenlijk?
Eenpersoonskamer steeds moeilijker betaalbaar ltekst: Brigitte Stevens
Samen met de geneeskunde veranderde ook de betaalbaarheid van een ziekenhuisopname. In Moment van 2004 brachten we reeds een dossier om goed voorbereid naar het ziekenhuis te gaan. De voorbije 10 jaar werd een gemeenschappelijke kamer beter betaalbaar, maar de kostprijs voor een eenpersoonskamer bleef verder stijgen. Wat vooral bij een bevalling, waar zeven op de tien ouders kiezen voor een eenpersoonskamer, problematisch wordt. Dit blijkt uit de tiende CM-ziekenhuisbarometer.
beeldkeuze: Annick Stevensl
Dit zijn nog steeds belangrijke vragen. Voor het tiende jaar op rij publiceert CM de gemiddelde ziekenhuisfactuur voor de patiënt. Deze gegevens zijn gebaseerd op de analyse van ongeveer 1,4 miljoen facturen van CM-leden in 2013. Deze jaarlijkse studie laat ons toe om de evolutie van de factuur bij ziekenhuisopname op te volgen.
WAT BEPAALT DE HOOGTE VAN JE ZIEKENHUISFACTUUR? In België hangt de hoogte van de ziekenhuisfactuur in de eerste plaats af van de kamerkeuze van de patiënt. Een patiënt die kiest voor een eenpersoonskamer, betaalt een veelvoud van wat een patiënt betaalt die zijn kamer deelt met één of meer personen. De hogere prijs heeft niet alleen betrekking op de kamer zelf (de kamersupplementen), maar ook de prijs die de arts aanrekent (de ereloonsupplementen). Op 1 januari 2013 verbood de overheid alle ereloonsupplementen in kamers voor twee of meer personen in het klassiek ziekenhuis. Vanaf 1 juli 2014 gold dit verbod ook voor oncologische zorg in het dagziekenhuis. Dus behalve voor oncologische zorg, bleven ereloonsupplementen toegestaan in kamers voor twee- en meer personen in het dagziekenhuis.
5 0 GEMEENSCHAPPELIJKE KAMER BETER BETAALBAAR De voorbije tien jaar werd de gemiddelde factuur in een kamer voor twee of meer personen een kwart goedkoper: van 376 euro in 2004 naar 281 euro in 2013. “Onze acties voor een betaalbare ziekenhuisfactuur in kamers voor twee of meer mensen hebben hun vruchten afgeworpen”, zegt een trotse CM-voorzitter Marc Justaert, “de keuze voor een gemeenschappelijke kamer is voor de meeste mensen financieel veilig.”
EENPERSOONSKAMER DUURDER De rekening voor een eenpersoonskamer steeg van 1 284 euro in 2004 naar 1 391 euro in 2013. Dat is 8 % meer over een periode van tien jaar. In vergelijking met vorig jaar werd het 2 % duurder. “Over die evolutie maak ik me zorgen”, zegt Marc Justaert, “want dit wil zeggen dat de keuze voor een eenpersoonskamer voor heel wat mensen steeds minder evident wordt.”
N U M M E R S
En dat wordt vooral bij de bevallingen een probleem. De grote meerderheid van de moeders overnacht na de bevalling in een eenpersoonskamer. “De geboorte van een kind is dan ook een belangrijk en intiem moment in het leven. De meeste mensen willen dit terecht in eigen kring beleven en kiezen voor een eenpersoonskamer. Met ereloonsupplementen die in sommige ziekenhuizen oplopen tot 200 of zelfs 400 %, is dat jammer genoeg niet altijd mogelijk. Een beperking van de ereloonsupplementen in een eenpersoonskamer tot maximum 100 % zou deze opwaartse kostenspiraal ten laste van de patiënt tegenhouden.”
KLASSEGENEESKUNDE VERMIJDEN De globale daling in de factuur in kamers voor twee of meer personen bewijst dat politieke beslissingen hun effect hebben. Maar toch blijven de verschillen tussen de ziekenhuizen groot. Deze verschillen zouden ertoe kunnen leiden dat er zich twee types ziekenhuizen gaan onderscheiden: ziekenhuizen voor de ‘rijken’ en
Prijzen vergelijken? Bij de zoektocht naar een nieuwe gsm, wasmachine, energieleverancier of andere grote aankoop is een prijsvergelijking bij de meesten een automatisme. Maar prijzen vergelijken, als je naar het ziekenhuis gaat? Dat is (nog) niet ingeburgerd. CM maakt het je nochtans heel gemakkelijk. Op www.cm.be/ziekenhuisfactuur vind je een interactieve module om de prijzenpolitiek van de ziekenhuizen te vergelijken. Deze vergelijkingsmodule wordt elk jaar geactualiseerd. Je kiest een kamertype, een type opname (met of zonder overnachting) en een dienst of ingreep. Je selecteert vervolgens de gewenste ziekenhuizen en je krijgt het detail van de kosten in de gekozen ziekenhuizen. De bedragen zijn opgesplitst in rubrieken zoals honoraria en supplementen voor materiaal. Afhankelijk van hun prijzenpolitiek krijgt het ziekenhuis een kleur. Rood wil zeggen dat dit ziekenhuis de tarieven van de 25 % duurste ziekenhuizen toepast. Oranje duidt op het toepassen van de tarieven van de 25 % ziekenhuizen met gemiddelde tarieven. En een ‘groen’ ziekenhuis past de tarieven van de goedkoopste ziekenhuizen toe. Indien je ziekenhuis ‘rode of oranje cijfers’ vertoont, raden we je aan om waakzaam te zijn en meer informatie te vragen over de supplementen. Staan de waarden van je gekozen ziekenhuis in het groen, kan de factuur toch nog hoog zijn (ze hangt namelijk onder meer af van de ernst van de gezondheidstoestand en de verblijfsduur). Maar ze zal relatief lager zijn dan in ziekenhuizen waarvoor de resultaten rood of oranje aangeduid zijn voor dezelfde ingreep.
M O M E N T
DOSSIE R
ziekenhuizen voor de minder gegoeden. Dus enerzijds ziekenhuizen met een kwalitatief sterk en goed betaald medisch korps en een aanbod aan luxe-suites. Anderzijds ziekenhuizen die betaalbaar zijn, maar moeten vechten om de artsen te houden, voldoende attractief te blijven voor de meer gegoede patiënten en financieel rond te komen. “Deze tendens naar een duale geneeskunde moeten we tegengaan”, benadrukt Marc Justaert, “met een achtpuntenplan pleit CM voor een eerlijke ziekenhuisfactuur, zowel voor de patiënten, artsen als de ziekenhuizen. Dit achtpuntenplan kan je raadplegen op www.cm.be.”
Tips om onaangename verrassingen te vermijden • Kies kostenbewust of je een eenpersoonskamer of een gemeenschappelijke kamer wenst. Informatie over de kost van de verschillende kamertypes vind je op de opnameverklaring. Dit is zeker belangrijk als je voor een dagopname naar het ziekenhuis moet. Dan gebruik je je kamer maar enkele uren en is het prijsverschil tussen een eenpersoonskamer en een kamer voor twee of meer personen nog groter dan bij een klassieke opname. • Vraag je arts om te schatten wat de kost van de ingreep zal zijn (medisch materiaal en ereloon). Bij een heelkundige ingreep bijvoorbeeld, kan de kost van het medische materiaal (implantaten of hechtmiddelen die in het lichaam blijven) hoog oplopen. Weet dat de hoogte van het ereloon kan en mag besproken worden. • Vraag naar de tarieven van de ‘diverse kosten’ zoals televisie, telefoon, internet, maaltijd voor de begeleidende partner of ouder … • Leg je factuur voor aan CM vooraleer te betalen. Je krijgt meer uitleg over de inhoud van je factuur. Bovendien gaan we na of er geen fouten of onwettige aanrekeningen in staan. Is dat wel het geval, dan kan de dienst Ledenverdediging je factuur betwisten bij het ziekenhuis. Meer info : www.cm.be/ziekenhuisfactuur
11
In september 2011 bezocht Moment drie ambitieuze studenten in Groot-Brittannië, Jordanië en Italië. Zij waren volop hun buitenlandse droom aan het waarmaken. Zijn ze nu, drie jaar later, een illusie armer of rijker? h isc or ast o nv . ant me et f d ik h e sto nlan ind laar t buite gv k et n rin n e g in h rva lpe ne in ige te he pleid ne s o mij anser dans uit d ele Van onge ion j ess om rof aert p een Ghyss e Lott
12
Uit Moment nr. 37 van september 2014
Ik hou ervan om regelmatig van werkgever en bestemming te veranderen. Sven Vergeylen
Wereldveroveraars? ltekst: Ruth Van Caekenberghe
Lotte was gebeten door de dansmicrobe. Ze had net haar diploma moderne dans behaald in The Northern School of Contemporary Dance in Leeds, Engeland. Nadien moest ze uitzoeken of haar danstoekomst in België of het buitenland lag. Sven had net zijn stage als hotelmanager afgerond in het verre Jordanië. Zijn buitenlandse ervaring was voor hem de bevestiging dat België te klein was voor zijn dromen. Als het aan hem lag, vertrok hij meteen naar een nieuwe bestemming. Lise was pas begonnen aan haar grote avontuur. Als aanstormend volleybaltalent had ze net een contract getekend bij het Italiaanse Urbino. Haar doel was deze nieuwe uitdaging te combineren met haar studies communicatiewetenschappen.
beeldkeuze: Luc Loosveldl
LISE “Ik was achttien toen ik naar Italië vertrok. Plots moest ik het allemaal zelf doen: koken, wassen, poetsen, de taal leren. Ik ben er veel zelfstandiger door geworden. Gelukkig maakte ik snel vrienden. Je moet je wel sociaal opstellen want anders wordt het leven in het buitenland heel eenzaam. Als ik het al eens moeilijk heb, is het vooral omdat ik mijn familie en vrienden van thuis mis. Ik ben uiteindelijk twee jaar in Urbino gebleven. Tot ik een aantrekkelijk aanbod kreeg van de Italiaanse landskampioen en bekerwinnaar Piacenza. Die kans kon ik niet aan mij laten voorbijgaan. Ik speel er nu mijn tweede seizoen. Intussen zijn we ook met de Belgische Yellow Tigers goed bezig. Toch ga ik niet zweven, mijn ouders leerden me om met beide voeten op de grond te blijven. Je moet elke match en elk seizoen opnieuw blijven presteren en dat lukt niet zonder hard te werken. Zo gaat dat nu eenmaal in de sport.
Volleybal is nu ook mijn job en niet langer mijn hobby. De combinatie topsport en studies bleek niet eenvoudig. Ik ben intussen overgeschakeld op de studie sportmanagement aan de hogeschool Vives in Brugge. Ik word er enorm goed begeleid en tot nu toe lukt het vrij aardig. Ik bekijk alles van jaar tot jaar. Zolang mijn lichaam het toestaat en ik er voldoening uithaal, wil ik er best nog even mee doorgaan. Ik droom ervan om in nog andere landen te spelen. Maar blijft het Italië, is dat zeker geen ontgoocheling, het leven is hier super. Toch is België mijn thuisland, ik zie mezelf nog steeds ooit terugkeren.”
5 0
N U M M E R S
M O M E N T
DOSSIE R
Niklaas, Antwerpen en Gent voel ik me nu volledig thuis in het rustige Tielrode. Toen ik terugkwam uit Leeds ben ik meteen begonnen aan mijn lerarenopleiding. Dat was toen misschien niet mijn favoriete keuze, maar nu ben ik blij dat ik dit diploma op zak heb. Lesgeven bevalt me goed en geeft toch wat financiële zekerheid, zeker in periodes wanneer ik zelf geen dansopdrachten heb.
Zolan gm toesta ijn lichaam at en i het k er vo uithaa ldoen l, wil ing ik er b even m est no ee doo g rgaan Lise V an He . cke
breng als vakantie die ik graag spendeer met ouders, familie en vrienden. Ik maak ook meer nieuwe vrienden met andere expats die net als ik voor hun werk in het buitenland verblijven.
SVEN “Na mijn stage in Jordanië heb ik mijn laatste studiejaar afgewerkt en ben ik voor zes maanden naar China getrokken voor een management training in een luxehotel van Sofitel. Na afloop kreeg ik een leuk voorstel dichter bij huis, bij het wereldbefaamde Savoy Hotel in Londen. Toch voelde ik na een half jaar weer de zin in een echt avontuur met meer uitdaging en minder routine. Die uitdaging vond ik in een ‘private luxe boutique hotel’ in Burundi in Oost-Afrika. In dit gloednieuwe hotel mocht ik een groot departement leiden en organiseren. Momenteel werk ik in Djibouti in ‘de hoorn van Afrika’, voor een internationale hotelgroep. Hoe langer ik in het buitenland verblijf, hoe minder ik het gevoel heb dat ik van huis weg ben. Mijn vertrouwde omgeving voelt steeds minder vertrouwd aan.
Ik beschouw de tijd die ik in België door-
Natuurlijk ben ik door mijn buitenlandse avonturen veel sneller zelfstandig geworden. Je leert ook meer op jezelf vertrouwen. Je kent de omgeving niet en moet op korte termijn mensen leren inschatten. Vroeger was ik misschien te goedgelovig, nu ben ik meer wantrouwig tegenover anderen. Mijn talenkennis gaat er nog elke dag op vooruit. Als het aan mij ligt, mag het nog even zo doorgaan. Ik hou ervan om regelmatig van werkgever en bestemming te veranderen. In België wordt dat vaak negatief bekeken, maar in de hotelwereld is het net een sterkte als je bereid bent korte termijncontracten aan te gaan. Een droombestemming heb ik niet, ik zie wel waar mijn carrière me brengt.”
Vooral het eerste jaar terug in België was moeilijk. Van de ene auditie naar de andere, een job zoeken, de lerarenopleiding volgen … het was een periode die veel stress met zich meebracht. Ik besloot om wekelijks yogalessen te volgen. Het was voor mij de ideale manier om rust op te zoeken, maar toch ook fysiek met mijn lichaam bezig te zijn. Er ging een nieuwe wereld voor mij open. Ik ontdekte Ashtanga yoga, een zeer fysieke vorm van yoga. Ik geraakte er zo van in de ban dat ik vorig jaar een tijdje naar Thailand ben getrokken om me te verdiepen in deze vorm van yoga. Nu ben ik ook een gecertificeerd yogalesgever. Net na Thailand kreeg ik de kans om te gaan lesgeven aan het MUDA Instituut in Gent, waar ik zelf ook mijn kunsthumaniora volgde. Ik geef er hedendaagse dans en repertoire aan de dansers van de derde graad. Vanuit mijn eigen ervaring vind ik het fantastisch om hen te helpen en klaar te stomen voor een professionele dansopleiding in het buitenland. Momenteel heb ik een goede balans gevonden tussen dans en yoga. Ook al blijf ik hard mijn best doen om verder te geraken. Misschien ligt mijn toekomst in mijn buitenland, misschien ook niet.
LOTTE
Ik heb de voorbije jaren vooral geleerd om mijn focus op het ‘nu’ te leggen en daar ook volop van te genieten.
“Het vroeg wat tijd voor ik opnieuw mijn draai vond in België. Ik ben de afgelopen drie jaar vier keer verhuisd. Na Sint-
Door de beste manier te vinden voor jezelf om gelukkig te zijn, zullen deuren vanzelf open gaan naar nieuwe kansen en projecten.”
13
Twee jaar geleden vond Robbe* een nieuwe thuis bij Kaat en Gorik. Het begin van een hartverwarmend en ingrijpend avontuur zowel voor Robbe als voor zijn pleeggezin. Moment was benieuwd om te vernemen hoe het nu met hen gaat. *Omwille van de privacy gebruiken we een fictieve naam.
14
Pleegkind zkt ouder zonder bindingsangst ltekst: Ruth Van Caekenberghe
Uit Moment nr. 44 van juni 2013 In december 2012 verhuisde de vijfjarige Robbe van het Centrum voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning, waar hij al meer dan drie jaar verbleef, permanent naar het huis van Kaat en Gorik. Hij kreeg er meteen drie zussen bij. De maanden ervoor hadden Kaat en Gorik een heel traject doorlopen als kandidaat-pleegouders. De overstap was voor niemand eenvoudig. Robbe kende nog niet de warmte, maar evenmin de regels binnen een gezin. Uit bindingsangst kon hij soms ongepast reageren. Het was aan Kaat en Gorik om hem opnieuw zelfvertrouwen te geven door
beeldkeuze: Luc Loosveldl
OP DE JUISTE PLAATS
GOED CONTACT
“Het gaat intussen heel goed met Robbe. Er is veel gebeurd de voorbije twee jaar”, vertelt Kaat, “Robbe is opvallend rustiger geworden. Dat komt vooral door zijn overstap naar het bijzonder onderwijs. Het kostte ons enige tijd om te ontdekken dat hij het heel moeilijk had op school. Om dat te verstoppen gedroeg hij zich vaak vervelend of kinderachtig. Nu beseffen we dat hij voortdurend op de toppen van zijn tenen liep. Hoewel het CLB adviseerde om hem in het reguliere onderwijs te houden, drongen wij toch aan op een overstap naar het onderwijs type 8. Hij zou voortdurend achterop hinken en onder zijn voeten krijgen voor zijn gedrag. Dat zou nefast zijn voor zijn welbevinden. Achteraf zijn we blij met onze keuze. Robbe voelt zich gelukkig op zijn nieuwe school. Het is alsof er een last van zijn schouders is gevallen. Ook voor onze dochters is het beter. Nu ze hem overdag niet zien, hebben ze ’s avonds meer geduld met hem.”
Bij ingrijpende beslissingen betrekken we steeds zijn moeder en grootouders. We hebben een “
positief contact met hen en vinden het belangrijk dat ze op de hoogte blijven van alles wat Robbe meemaakt”, gaat Kaat verder, “we informeren hen over het eetfestijn op school, de klasblog van de bosklassen of het kampeeradres van de scouts. Op die manier willen we hen de kans geven om een plaats in te nemen in zijn leven. Of ze iets doen met die info, ligt in hun handen. Aanvankelijk kwam Robbes mama twee uurtjes per maand bij ons op bezoek. Maar dat werkte niet goed. Zij voelde zich niet op haar gemak en Robbe speelde meer met zijn pleegzusjes waardoor hij minder aandacht had voor haar. Aangezien Robbe maandelijks ook één weekend bij zijn oma logeert, stelden we voor om het bezoek daar te organiseren. Dat leek ons voor iedereen een betere oplossing. Die beslissing moest wel eerst door de jeugdrechter worden goedgekeurd.”
hem alle kansen te bieden en met liefde te omringen. Kaat
D OS S I E R
5 0
N U M M E R S
ONZEKERHEID Vroeger huilde Robbe als hij naar zijn oma ging. Kaat: “Dat was vooral uit schrik dat hij niet zou mogen terugkeren. Intussen weet hij dat dat niet zal gebeuren en neemt hij vrolijk afscheid. Toch blijft hij heel onzeker, elke verandering boezemt hem angst in. Zo moesten we onlangs naar de rechtbank voor de jaarlijkse zitting bij de jeugdrechter. Deze beslist of de pleegzorg met een jaar wordt verlengd. Omdat het om een langdurige plaatsing gaat, waren wij er gerust in. Toen ik Robbe de avond ervoor eerlijk vertelde waar we naartoe gingen, panikeerde hij. Hij was verward en ook boos. Hij voelt zich duidelijk verscheurd:
aan de ene kant wil hij absoluut bij ons blijven, maar anderzijds begrijpt hij niet waarom zijn mama nu niet voor hem kan zorgen.
Dat is heel moeilijk uit te leggen aan een kind van zeven. De laatste tijd stelt hij ook veel vragen over zijn babytijd. Vragen waar wij helaas geen antwoord op kunnen geven. Gelukkig kunnen we dan een beroep doen op onze vaste gezinsbegeleidster van Pleegzorg Vlaanderen. Als
M O M E N T
we vragen of problemen hebben, nemen we contact op met haar. Binnenkort komt ze langs om met Robbe een gesprekje te hebben.”
ZINVOL VOOR IEDEREEN “Ik vind niet dat Robbes komst de dynamiek in ons gezin sterk heeft veranderd. We kunnen nogal impulsief onze dagplanning door elkaar gooien en daar heeft hij gelukkig geen moeite mee. We kunnen nog steeds de dingen doen die we daarvoor deden. We gaan op reis, onze kinderen hebben veel hobby’s, ook Robbe. Dat wil niet zeggen dat we niet van de rust genieten wanneer Robbe een weekendje bij zijn oma is. Zeker als het eens wat moeilijker gaat. Maar we zijn steeds blij als hij terug thuis komt”, benadrukt Kaat, “ook onze familie en vrienden reageren zeer positief. Voor ons was een pleegkind een zeer bewuste keuze, maar zij kregen er ook plots een druk ventje bij. We horen van andere pleegouders dat er in hun omgeving soms anders wordt gereageerd. Maar Robbe is dan ook vooral een vrolijke jongen, we beleven er veel plezier mee. Ons leven is er alleen maar zinvoller door geworden. Ik merk aan mijn dochters dat ze vaak zeer verstandig reageren en redeneren. Ik ben ervan overtuigd dat de komst van Robbe daar een grote rol in speelt.”
Pleegzorg in cijfers 5 046 kinderen of jongeren en volwassenen met een beperking wonen in een pleeggezin in Vlaanderen. Vaak omdat hun ouders voor korte of lange tijd niet voor hen kunnen zorgen. In een pleeggezin krijgen ze een nieuwe thuis waar ze zichzelf kunnen zijn en kunnen groeien. 2 op 3 aanvragen voor opvang in een pleeggezin kunnen niet positief beantwoord worden omdat er te weinig pleeggezinnen zijn. Jaarlijks kunnen daardoor ongeveer 500 kinderen of jongeren niet in een pleeggezin terecht. De leeftijd van pleegkinderen en pleeggasten is redelijk gelijk verdeeld: 22 % is jonger dan 6, 28 % is tussen 6 en 12 jaar oud, nog eens 28 % tussen de 12 en 18, de 18-plussers zijn opnieuw goed voor 22 %. Niet alleen traditionele gezinsvormen kunnen pleeggezin worden: 24,1 % van de pleeggezinnen zijn eenoudergezinnen. Met slechts 2,4 % ligt het aantal holebi-gezinnen flink lager.
Pleegzorg bestaat in verschillende vormen. Een pleegkind kan vele jaren in je gezin wonen. Je kan er ook voor kiezen om een kind af en toe een weekend op te vangen. Als crisisgezin sta je paraat voor een kind dat heel snel een opvangplaats nodig heeft. Of misschien voel je er meer voor om als gastgezin een volwassene met een beperking of psychiatrische problematiek een plaatsje te geven? Wens je meer info over pleegzorg, surf dan naar www.pleegzorgvlaanderen.be of bel het gratis nummer 0800 30181.
15
DOS S I E R
Op naar de volgende 50 nummers De voorbije 10 jaar brachten we jullie in 50 nummers Moment heel wat informatie over gezondheid en ziekte in de ruimste zin van het woord. We bundelen een aantal opmerkelijke weetjes over ons magazine. We rusten nu zeker niet op onze lauweren. We willen op ons elan verder gaan en blijven jullie informeren met interessante en leerrijke reportages. ltekst: Brigitte Stevens
beeldkeuze: Annick Stevensl
OPMERKELIJKSTE FEITEN
16
Het eerste nummer van Moment verscheen in januari 2003 op een oplage van 112 000 exemplaren. Intussen zijn 1 200 bladzijden tekst verschenen en zitten we aan een oplage van 119 000 exemplaren. Er waren enkele opmerkelijke artikels bij. In het tweede nummer trokken zowel de redacteur als fotograaf de schaatsen aan om het verhaal te brengen van een schaatster die meedraaide op internationaal niveau. Bij het bezoek aan de paardenmelkerij in 2004 had vooral de fotograaf moeite om de paarden goed op de foto te krijgen. We brachten in 2006 een bezoek aan Janssen Pharmaceutica om te ontdekken hoe geneesmiddelen ontstaan. In 2008 verdiepten we ons in het beroep van beiaardier en in 2010 gingen we op ontdekking in het duivenkot. We verdiepten ons ook in stamcelonderzoek, sterrenkunde, windmolens en de genetica. De redactie bracht ook de culinaire geneugten in beeld. Chocolade, advocaat, thee, azijn, olijfolie, paling, mosselen, paardenworsten, vlaaien, aardbeien, koffie, aardappelen, vis, noten en geitenkaas passeerden de revue. Uiteraard kreeg alles rond ziekte en gezondheid de meeste aandacht. Onze lezers leerden bij over allergie, MS, CVS, kanker, hart, depressie, burn-out,
beroerte, diabetes, tandzorg, overgewicht, glutenintollerantie, onthaasten, sclerodemie …
DOSSIERS MET INHOUD In het dossier, van telkens 8 bladzijden, gingen we verder in op één onderwerp. Onder meer volgende thema’s kwamen aan bod: thuiszorg, man versus vrouw, bedplassen, reuma, angst, bloed, horen, slapen, voeten, darmen, genetica, hoofdpijn, orgaantransplantatie, dementie, multimedia, rug en ouderenzorg.
BV’S IN DE KIJKER Heel wat bekende figuren brachten hun verhaal in Moment. We zetten ze op een rijtje: Alex Callier, Begijn Le Bleu, Stijn Van de Voorde, Herman Verbruggen, Sabine Hagedoren, Thomas de Soete, Joke Schauvliege en Herman De Landtsheer.
HUISCARTOONIST Sinds december 2009 maakt cartoonist Canary Pete elk nummer een cartoon gebaseerd op een artikel dat dan verschijnt. Intussen publiceerden we al 20 cartoons in onze Moment. Voor het artikel over de Rode Duivels ontwierp hij zelfs een eigen ‘rode duivel’.
ONLINE Ons magazine kan je raadplegen op www.
cm.be. Like onze Facebookpagina www. facebook.com/momentmagazinewaasendender en je blijft op de hoogte van waar we mee bezig zijn.
Doe mee en
WIN
Voor deze speciale gelegenheid willen we onze lezers verwennen. Surf voor 26 januari naar www.cm.be, klik op de cover van Moment op de homepage. Vul op het wedstrijdformulier in en vertel ons waarom jij Moment leest. Je maakt dan kans op volgende prijzen: • Een reischeque van Intersoc, waarde van 250 euro Surf naar www.intersoc.be en maak kennis met het zomeraanbod. Of vraag naar de brochure in je CM-kantoor. • 50 meegroeistoelen/reisbedjes • 50 lippenbalsems • 50 potten mosterd