Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel
16 april 2009
Gemeente Boxtel Afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling Caren Julien Beleidsmedewerker Kunst & Cultuur Postbus 10000 5280 DA Boxtel : 0411- 655 288 :
[email protected]
Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
1
Inhoudsopgave
1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5.
Inleiding Aanleiding Doel van de notitie Doelstelling van het formuleren van museumbeleid De Boxtelse musea Interactieve beleidsontwikkeling
3 3 3 3 3 3
2. 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 2.6.
Relaties met andere beleidsterreinen Inbedding museumbeleid in bestaande beleidsterreinen Doelstellingen bestaande beleidsterreinen Uitgangspunten doelstellingen bestaande beleidsterreinen Overige opmerkingen in bestaande beleidsterreinen Doelstelling museumbeleid Wat is cultureel erfgoed?
4 4 5 5 6 6 6
3. 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5.
Ambities en investering Huidige investering Ambities en investering Richting Gezamenlijke huisvesting Subsidiebeleid
6 6 6 6 7 7
4.
Ambitieniveaus museumbeleid ambitieniveau 1 ambitieniveau 2 ambitieniveau 3
7 7 7 8
5.
Aanbevelingen
8
6.
Vervolgtraject en planning
10
Bijlagen 1.
Museale collecties in de gemeente Boxtel
11
2.
Museum, museumregistratie en soorten musea
13
Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
2
1.
Inleiding
1.1. Aanleiding De gemeente Boxtel heeft nog geen museumbeleid ontwikkeld. Op het terrein van museumbeleid is weinig wet- en regelgeving die de gemeente voorschrijft wat te doen. Enerzijds ontbreekt het daardoor aan wettelijke houvast, anderzijds vormt het een vrijplaats voor autonome, gemeentelijke besluitvorming. 1.2. Doel van de notitie Om gericht invulling te kunnen geven aan het museumbeleid Boxtel dienen kaderstellende keuzes door u gemaakt te worden. De uitkomsten hiervan vormen de basis van het te formuleren museumbeleid Boxtel. Door middel van deze kaderstellende nota kan een beslissing worden genomen over welke museale koers de gemeente Boxtel gaat uitzetten in de komende jaren. In deze notitie worden 3 ambitieniveaus aangereikt. U wordt gevraagd een keuze te maken. 1.3. Doelstelling van het formuleren van museumbeleid Doelstelling van het formuleren van museumbeleid is tweeledig. Enerzijds wordt hiermee beoogd te komen tot een integraal museumbeleid met en voor de Boxtelse musea, waar vanuit bestaande en nieuwe initiatieven afgewogen en ontwikkeld worden. Anderzijds dient het een oplossing te bieden voor bestaande vraagstukken met betrekking tot het behoud van diverse musea en de (her)huisvesting. 1.4 De Boxtelse musea De gemeente Boxtel heeft zeven musea binnen haar gemeentegrens, waarvan 6 met een streekgebonden collectie. De collecties bestaan uit voorwerpen over het leven van de Kanunniken (museum De Canonye), een nalatenschap van de Kinderen Van der Velden (museum De Kleuskes), over de geschiedenis van Boxtel (historisch museum Piet Dorenbosch), verzameling religieuze voorwerpen uit 1700-1950 en handgemaakte kerststallen (museum Gaudéte voor Volksdevotie), een beeld van het culturele erfgoed van Boxtel ten tijde van de wasserijen gedurende ± 400 jaar (Wasch- en strijkmuseum), een collectie Brabantse mutsen en poffers (museum Brabant Goedgemutst) en het grootste geologische museum van Nederland (De Groene Poort Oertijdmuseum). De thema’s zijn regionaal historisch en geologisch van aard. In de huidige museumcollecties ontbreken hedendaagse thema’s en kunst (met uitzondering van het Wasch – en strijkmuseum). In de bijlage (1. Museale collecties in de gemeente Boxtel op blz. 11 van deze notitie) vindt u meer informatie over de Boxtelse musea. De huisvesting van een aantal musea is problematisch doordat ze te krap gehuisvest zijn. Soms zijn ze ook niet publieksvriendelijk doordat de collectie niet of moeilijk toegankelijk is voor minder validen. De Groene Poort Oertijdmuseum is het enige museum dat opgenomen is in de Nederlands Museumregister. Het Wasch- en strijkmuseum voldoet bijna aan de basiseisen om opgenomen te kunnen worden in het register. De eigenaar van het museum heeft aangegeven vooralsnog geen belangstelling te hebben om in het Nederlands Museumregister opgenomen te worden. Het doel van de museumregistratie is het zichtbaar maken, bewaken en verbeteren van de kwaliteit van de Nederlandse musea. De toetsing aan de basiseisen biedt musea een audit (analyse en controle) van de eigen organisatie. In bijlage 2 op blz. 13 van deze notitie vindt u meer informatie over de museumregistratie. 1.5 Interactieve beleidsontwikkeling Om van een beleidsnota op papier ook daadwerkelijk beleid te maken dat resultaat oplevert doordat het gedeeld en uitgevoerd wordt, is het van belang vroegtijdig het veld te betrekken bij de ontwikkeling van het beleid. Bij het opstellen van gezamenlijk beleid heeft de gemeente een regisserende rol. Interactieve beleidsontwikkeling beoogt twee doelstellingen: • het ontwikkelen van beleid dat past bij de regionale situatie; • het ontwikkelen van een gedragen beleid. Om dergelijk beleidsvorming te realiseren dient er geïnvesteerd te worden in overleg op alle niveaus, waarbij men actief gedachten construeert die richtinggevend kunnen zijn voor het te ontwikkelen beleid. Februari jl. zijn de gesprekken met de musea gestart. Eind april 2009 zullen de laatste inventariserende gesprekken plaatsvinden. De inmiddels gesproken vertegenwoordigers van de musea hebben allen aangegeven mee te willen werken aan het formuleren van het museumbeleid Boxtel. Kunststichting Boxtel Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
3
heeft aangeboden om mee te willen werken. Vanuit haar ervaring, expertise en bekendheid met de sector zal zij ook een belangrijke bijdrage leveren aan de totstandkoming van het museumbeleid Boxtel De ontstaansgeschiedenis, de eigen identiteit en het behoud van de collectie (voor de eigen kern) zullen een voorname plaats moeten krijgen in de verdere vormgeving van het museumbeleid. Extra aandacht verdient de nieuwe relatie met de gemeente die nog opgebouwd en vertrouwd moeten worden; er dient een balans gevonden te worden tussen de zelfstandigheid van de musea en de grote inzet van particulieren en vrijwilligers voor de instandhouding van de musea enerzijds en de gemeentelijk steun, bemoeienis en waardering voor musea anderzijds. Het organiseren van structureel overleg met de musea zal ertoe leiden dat de samenwerking met de musea onderling en met de gemeente versterkt wordt. Dit biedt naast het formuleren van het museumbeleid een mogelijkheid gezamenlijke projecten te ontwikkelen en uit te voeren, die ten gunst zijn van de Boxtelse gemeenschap en het toeristisch-recreatief beleidsplan.
2.
Relaties met andere beleidsterreinen
2.1. Inbedding museumbeleid in bestaande beleidsterreinen Alvorens ‘nieuw’ beleid te ontwikkelen, is het van belang om te weten welke plaats het beleid inneemt binnen de bestaande beleidsterreinen van de gemeente Boxtel. Vaak zijn diverse (deel) beleidsterreinen in elkaar ingebed en vormen de tussendoelen op hogere niveaus, de einddoelen op lagere niveaus. M.a.w. als de plaats van het museumbeleid duidelijk is, kan uit de bestaande doelstellingen het doel van het nieuw vorm te geven museumbeleid worden geformuleerd. De inbedding voor het museumbeleid in Boxtel ziet er als volgt uit:
Erfgoednota
Andere beleidsterreinen
Beleidsnotitie Kunst & cultuur
Toeristisch-recreatief beleidsplan
Museumbeleid
Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
4
2.2. •
Doelstellingen bestaande beleidsterreinen In de erfgoednota gemeente Boxtel ‘Het (Boxtelse) landschap is de leesbare biografie van Boxtel’ (versie 1 december 2008) staat de volgende doelstelling vermeld: De erfgoednota is bedoeld om een beter zicht te krijgen op wat er nog van het erfgoed over is en op het beleid dat op verschillende beleidsterreinen gevoerd moet worden om dat wat echt belangrijk is, een plaats te geven in de samenleving van de toekomst. Tevens is het van belang het cultuurhistorisch besef van de bevolking te vergroten. Het moet leiden tot versterking van de Boxtelse identiteit die gebaseerd is op de kernkwaliteiten waaronder erfgoed.
•
In het toeristisch-recreatief beleidsplan gemeente Boxtel: ‘Bruisend centrum in Het Groene Woud’ (versie juni 2008) zijn de volgende doelen geformuleerd: sterke toename van het aantal toeristen in Het Groene Woud; toename van het aantal toeristen in het centrum van Boxtel; aanbieden van meerdaagse arrangementen in Boxtel of directe omgeving; toerisme en recreatie als economische kans voor agrariërs en middenstand.
•
In de beleidsnotitie kunst en cultuur gemeente Boxtel ‘Boxtel geboeid door kunst’ (2004) zijn de volgende doelen geformuleerd: het bevorderen van mogelijkheden om deel te nemen aan actieve en passieve kunst- en cultuurbeleving; het ontwikkelen en instandhouden van kunst en culturele waarden; het toegankelijk maken van kunstobjecten in Boxtel.
2.3. Uitgangspunten doelstellingen bestaande beleidsterreinen In aansluiting op bovenstaande doelstellingen wordt: •
in de erfgoednota een relatie gelegd met de beleidsnotitie kunst en cultuur gemeente Boxtel ‘Boxtel geboeid door kunst’ (2004). Daarin wordt het volgende vermeld: Cultuurhistorie is de geschiedenis van onze voorouders. Deze geschiedenis kan beschreven zijn, maar is vaak ook fysiek waarneembaar. Cultuurhistorie bepaalt dan ook mede de identiteit van Boxtel en haar inwoners en vormt zo een verbindend element tussen de inwoners van Boxtel. Ten aanzien van cultureel erfgoed is een actiepunt geformuleerd: in de erfgoednota dient het totale beleid geformuleerd te worden dat Boxtel voert ten aanzien van alles uit het verleden.
•
in het toeristisch-recreatief beleidsplan het volgende vermeld: Bovenstaande doelen kunnen worden bereikt door o.a. het centrum van Boxtel te versterken met een hoogwaardig winkelbestand, cultuurhistorische bezienswaardigheden en routes, goede horecavoorzieningen, musea en galeries. Daarbij wordt opgemerkt dat de bereikbaarheid van de bezienswaardigheden natuurlijk prima moet zijn
•
voor de beleidsnotitie ‘Boxtel geboeid door kunst’ de volgende uitgangspunten geformuleerd:
Kunst en cultuur dragen bij aan de kwaliteit van de samenleving. Het brengt mensen bij elkaar en bevordert mede daardoor de leefbaarheid; de rol van de gemeente Boxtel is voorwaardenscheppend en stimulerend.
Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
5
2.4. Overige opmerkingen in bestaande beleidsterreinen Met betrekking tot beleid (paragraaf 6.3 van in toeristisch-recreatief beleidsplan) wordt opgemerkt dat de toegankelijkheid van het cultureel erfgoed verbeterd moet worden. Belangrijk is dat de openingstijden van de musea uitgebreider zijn dan de huidige beperkte openingstijden van de afzonderlijke musea. In genoemde paragraaf staat ook vermeld dat in Boxtel een aantal kleinschalige musea en particuliere collecties aanwezig zijn. Behoud van deze collecties is vanuit heemkundig oogpunt gewenst. Mogelijk dat het samenvoegen van de collecties, zeker als dat in een aantrekkelijk gebouw gebeurt, ook vanuit toeristisch-recreatief oogpunt interessant kan zijn. Het museum kan het toeristisch-recreatief product versterken. Toeristen en recreanten kunnen hun verblijf invullen en/of verlengen in de gemeente Boxtel met een bezoek aan het museum. 2.5. Doelstelling museumbeleid Anders gezegd zou op basis van de doelstelling zoals vermeld in de notitie ‘Boxtel geboeid door kunst’ het doel van het museumbeleid als volgt geformuleerd kunnen worden: Het ontwikkelen, behouden en uitdragen van het culturele erfgoed van de gemeente Boxtel, zodat meer inwoners en bezoekers zowel actief als passief daaraan kunnen deelnemen. Voor de uitwerking van bovengenoemde doelstelling van het museumbeleid is het van belang het begrip cultureel erfgoed nader te definiëren. 2.6. Wat is cultureel erfgoed? Cultureel erfgoed kan als volgt worden omschreven: sporen uit het verleden in het heden, die zichtbaar en tastbaar aanwezig zijn. Dat kunnen voorwerpen zijn in musea, archeologische vondsten, archieven, monumenten en landschappen, maar ook de daaraan verbonden gebruiken, verhalen en gewoonten. Zo wordt ook wel onderscheid gemaakt tussen het materieel en immaterieel cultureel erfgoed.
3.
Ambities en Investering
3.1. Huidige investering De gemeente Boxtel investeert jaarlijks niet of nauwelijks in musea. De subsidie die wordt verstrekt is voornamelijk de huurcomponent en deze bedraagt in 2009 € 7.302,-. Dit bedrag wordt verdeeld over stichting Oudheidkamer Piet Dorenbosch (€ 3.521,-), stichting Kèk Liemt (€ 2.521,-) en Vereniging Terug in d’n Tèd Liemt (€ 1.260,-). De overige musea worden niet gesubsidieerd. In de gemeente Boxtel is jaarlijks € 7.302,- beschikbaar voor musea. Het is des te lovenswaardiger wat de vrijwilligers van de musea in de gemeente Boxtel met minimale middelen hebben weten te bereiken en te behouden. 3.2. Ambities en investering Volgens de cultuur-toeristische ambities van Boxtel wil zij ook een museumaanbod van kwaliteit. De musea zullen in de komende jaren een belangrijke basis vormen voor de toeristische en economische promotie van de gemeente. Musea zijn producten die op een duidelijke en slagvaardige wijze kunnen bijdragen aan een positief imago van gemeente en omgekeerd van datzelfde imago de vruchten kunnen plukken. Daardoor moeten de musea zich blijven ontwikkelen om aantrekkelijk te zijn en te blijven voor het publiek. Deze verbetering is alleen mogelijk als de gemeente Boxtel in de musea investeert. Het financiële kader bepaalt uiteindelijk wat mogelijk is. 3.3. Richting De richting van het uitwerking van het Boxtelse museumbeleid zal bepaald worden door het vaststellen van het ambitieniveau. De gemeente Boxtel dient zich af te vragen wat zij met het museale product wil uitstralen en hoe het museumveld zich in de toekomst kwalitatief en inhoudelijk moet ontwikkelen. Hiervoor is een lange termijn visie op het museumbeleid noodzakelijk. Een goed museumbeleid kan bijdragen aan de uitstraling van Boxtel als bruisend centrum in Het Groene Woud. Maar dat kost veel geld. De vraag is hoe ver de ambitie van de raad reikt.
Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
6
3.4. Gezamenlijke huisvesting De gemeente Boxtel heeft het doel om het centrum van Boxtel aantrekkelijk, kwalitatief hoogwaardig, beleefbaar en economisch vitaal te maken. De aandacht moet gevestigd worden op de aanwezige cultuurhistorische kwaliteiten. De waardevolle losse elementen moeten een aantrekkelijk en samenhangend geheel vormen. Het plan van de cultuurhistorische as is een leidraad voor de inrichting van de openbare ruimte in de cultuurhistorische as en aangrenzende gebieden. Deze as moet een samenhangende ruimtelijke eenheid worden, zodat de identiteit en de aantrekkelijkheid van het centrum wordt versterkt. Bovenstaande biedt kansen en mogelijkheden voor een centrale (her)huisvesting van de musea. Hiervoor zal een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd dienen te worden naar mogelijke (her)huisvesting waarbij de cultuurhistorische as versterkt kan worden indien kasteel Stapelen door middel van deze as dichterbij het centrum van Boxtel gebracht wordt. Mogelijk dat ook in de toekomst enkele gebouwen/ruimten van het kasteel geschikt gemaakt kunnen worden om de bovengenoemde musea gezamenlijk te huisvesten. Het is de moeite waard om dit met een haalbaarheidsonderzoek (her)huisvesting museale collecties mee te nemen en daarin tevens aandacht te geven aan de eigentijdse wijze om de hedendaagse kunst te integreren in de cultuur historie. 3.5. Subsidiebeleid De gemeente Boxtel heeft tot op heden geen subsidiebeleid musea. Om de kwaliteit, uitstraling, positionering en profilering van de Boxtelse musea te verbeteren waarmee beter aangesloten wordt bij het toeristisch-recreatief beleidsplan, is het inrichten van een subsidie-instrument wenselijk. Gedacht kan worden aan onderhoud- en exploitatiesubsidie, prestatiesubsidie, kleine subsidies zowel structureel als incidenteel en projectsubsidies, bijv. subsidies voor museale initiatieven die toeristisch of lokaal waardevol zijn, educatieve projecten en museale samenwerkingsprojecten met toerisme en recreatie.
4.
Ambitieniveaus museumbeleid
Uw raad wordt verzocht zich uit te spreken over het ambitieniveau, zodat er gericht invulling gegeven kan worden aan het museumbeleid gemeente Boxtel. Ambitie niveau 1
Het huidige niveau handhaven met de daaraan gerelateerde investering zoals hierboven beschreven bij paragraaf 3.1.
Ambitie niveau 2
Het versterken van het museale veld, de samenwerking van de musea onderling en de relatie met de gemeente. Hiervoor een projectensubsidie musea ad € 10.000,- in de begroting opnemen.
Ambitieniveau 3
Het versterken van het museale veld door het gezamenlijk huisvesting van de bestaande musea. Hierbij dient rekening gehouden te worden met een budget voor huisvestingskosten (huur of aankoop gebouw), beheer- en exploitatiekosten, onderhoudskosten collecties, verzekeringen etc.
Ambitie niveau 1 Het huidige niveau handhaven met de daaraan gerelateerde investering zoals beschreven in paragraaf 3.1. Ambitieniveau 1 betekent het huidige niveau handhaven. Dit houdt in dat er geen invulling gegeven wordt aan een museumbeleid gemeente Boxtel, niet geïnvesteerd wordt in de continuïteit van de huidige Boxtelse musea en de investering die gedaan wordt de jaarlijkse indexering van de huurcomponent is t.w. € 7.302,-.
Ambitie niveau 2 Het versterken van het museale veld, de samenwerking van de musea onderling en de relatie met de gemeente. Hiervoor een projectensubsidie musea ad € 10.000,- in de begroting opnemen. Met ambitieniveau 2 wordt geïnvesteerd in het versterken van relaties en samenwerking tussen de gemeente en het museale veld, en het museale veld onderling. Dit wordt vormgegeven door het uitvoeren Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
7
van gezamenlijke projecten waarmee de samenwerkende musea zich zichtbaar beter profileren en een breder publiek bereiken. Hierbij wordt gedacht aan het aanbieden van diverse soorten arrangementen. Een flexibel vernieuwend, aantrekkelijk en attractief aanbod zal bezoekers uitnodigen voor een (herhalings)bezoek aan Boxtel en de musea. Een gemeentelijke voorziening projectensubsidies musea biedt de samenwerkende musea een mogelijkheid om gezamenlijke projecten vorm te geven en uit te voeren. Ambitieniveau 3 Het versterken van het museale veld door het gezamenlijk huisvesting van de bestaande musea. Hierbij dient rekening gehouden te worden met een budget voor huisvestingskosten (huur of aankoop gebouw), beheer- en exploitatiekosten, onderhoudskosten collecties, verzekeringen etc. Ambitieniveau 3 betekent een investering in een betere en bredere huisvesting van de huidige musea, waarmee de toegankelijkheid, ruimten en bereikbaarheid verbeterd worden. Hierdoor zijn er meer mogelijkheden om de ruimten efficiënt en attractief te benutten. Er dient rekening te worden gehouden met een investering van € 1.500,-/€ 2.000,- per m². Omdat alle gegevens nog niet beschikbaar zijn, kan alleen een globale indicatie gegeven worden van de huidige gemiddelde beschikbare ruimte per museum in m². Dat is ± 135 m² x (de gemiddelde investeringskosten van) € 1.750,- is minimaal € 236.250,- per museum. Om de (her)huisvestingsvraagstukken over de bestaande musea te concretiseren, dienen onderzoeksvragen helder geformuleerd te worden, waarmee op langere termijn de (her)huisvestingsvraagstukken beantwoord kunnen worden in een haalbaarheidsonderzoek.
6.
Aanbevelingen
Het verdient aanbeveling om prioriteit te geven aan ambitieniveau 2, het versterken van de samenwerking tussen de gemeente en het museale veld, en het museale veld onderling. Een gemeentelijke voorziening projectensubsidies musea biedt de samenwerkende musea een mogelijkheid om gezamenlijke projecten vorm te geven en uit te voeren. Hierbij kan gedacht worden aan het aanbieden van diverse soorten arrangementen. Een flexibel vernieuwend, aantrekkelijk en attractief aanbod zal bezoekers uitnodigen voor een (herhalings)bezoek aan Boxtel en de musea. De vervolgstap is het uitbreiden van de samenwerking met óf aansluiting zoeken bij andere voorzieningen (zoals bijv. SintLucas, Kunstlicht’99 en Kunststichting KSB) en beleidsterreinen (o.a. recreatie en toerisme) waarmee arrangementen uitgebreid worden en daarmee een breder publiek aanspreken. De ervaringen van bovenstaande samenwerkingsverbanden genereert op langere termijn input voor bestaande vraagstukken met betrekking tot het behoud van diverse musea en de (her)huisvestingsbehoefte en –mogelijkheden. Stap 1.
Het versterken van het museale veld, de samenwerking van de musea onderling en de relatie met de gemeente.
Het is wenselijk om te investeren in de nieuwe relatie van de gemeente met het museale veld. Deze relatie dient opgebouwd en vertrouwd te worden. Om te laten zien dat de gemeente werkelijk belang hecht aan het behoud van de Boxtelse musea, zal een financiële impuls t.w. projectensubsidie musea voor de uitvoering van gezamenlijke projecten versterkend werken. Het doel van deze voorziening is het financieel ondersteunen van gezamenlijke trajecten (arrangementen) waarmee de samenwerkende musea zich zichtbaar (beter) profileren en een breder/nieuw publiek bereiken public relations versterken. Aanbeveling:
budget Projectsubsidies musea ad € 10.000,- in NMW 2010 opnemen.
Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
8
Stap 2.
Het versterken van het museale veld, de samenwerking van de musea onderling, de relatie met de gemeente en andere voorzieningen in de gemeente Boxtel.
Boxtel beschikt over een schat aan voorzieningen én bereidwillige inwoners met know-how en expertise. Door met hen samen te werken zullen gezamenlijke museale trajectvoorstellen op projectbasis ten gunste zijn van de kwaliteit van het aanbod en de continuïteit van de bestaande musea. Een versterkende rol speelt de aansluiting bij de hedendaagse kunst. Kunstlicht ’99 en stichting Kunstuitleen onderzoeken de meerwaarde van een mogelijke samenwerking. Het inspelen op deze ontwikkelingen biedt een kans en een mogelijkheid om beter aan te sluiten bij de eisen van deze tijd. Daarnaast is het een investering in de toekomst en het imago van het museale veld. Een imago ‘met meer kleur’ spreekt een breder en jonger publiek aan en vergroot de belangstelling voor het museale veld. Aanbeveling:
de kansen en mogelijkheden onderzoeken om hedendaagse kunst te integreren in het bestaande museale veld.
Stap 3.
Het concretiseren van de (her)huisvestingsvraagstukken over de bestaande musea.
Een aantal musea zijn te krap gehuisvest, niet optimaal bereikbaar en niet publieksvriendelijk toegankelijk voor minder valide bezoekers, waardoor de (wissel)collecties niet optimaal aan het publiek kunnen worden tentoongesteld. Op korte termijn zullen diverse vormen van (projectmatig) samenwerken de (wissel)collecties toegankelijk maken voor ‘alle’ bezoekers door ook gebruik te maken van andere locaties. De bereikbaarheid kan vergroot worden door de afstand te verkleinen met leuke fietsarrangementen (bijv. te combineren met een beeldenroute). Gelijktijdig verdient het aanbeveling om de (her)huisvestingsvraagstukken over de bestaande musea te concretiseren. Hiermee kunnen de onderzoeksvragen helder geformuleerd worden, waarmee op langere termijn de (her)huisvestingsvraagstukken beantwoord kunnen worden. De volgende onderzoeksvragen moeten nog uitgebreid worden nadat de (her)huisvestingsvraagstukken volledig in beeld zijn gebracht. Onderzoeksvragen: • wat is de huidige vloer- en wandoppervlakte van de bestaande collecties en welk vloer- en wandoppervlakte hebben ze nodig; • welke aanpassingen aan het huidige gebouw zijn mogelijk om het huisvestingsvraagstukken op te lossen en wat zijn de kosten hiervan; • welke bestaande collecties kunnen samengevoegd worden en wat is de besparing van de ruimtebehoefte (vloer- en wandoppervlakte); • welke combinatiefuncties zijn er mogelijk met bestaande Boxtelse voorzieningen; • welke vergelijkbare collecties zijn er in de omgeving en welke mogelijkheden (wenselijkheid) tot samenvoeging bestaan er; • op welke wijze kan invulling gegeven worden aan huisvesting van bestaande musea ter versterking van het museale veld (inclusief de vragen: Wat is de meerwaarde van verspreiding? Wat is de meerwaarde van gezamenlijke huisvesting en over welke musea hebben we het dan?); • op welke wijze kan invulling gegeven worden aan huisvesting van bestaande musea ter versterking van de cultuur historische as en wat zijn de kosten hiervan; • welke gebouwen aan de cultuur historische as voldoen aan de eisen om bestaande musea te (her)huisvesten en wat zijn de kosten hiervan; • op welke wijze kunnen deze gebouwen architectonisch ingepast worden in de cultuur historische as en wat zijn de kosten hiervan; • op welke wijze kan invulling gegeven worden aan huisvesting voor hedendaagse kunst en op welke wijze past dat in bovenstaande punten en wat zijn de kosten hiervan; • wat zijn de mogelijkheden van een virtueel museum. Aanbeveling:
budget haalbaarheidsonderzoek ad € 25.000,- in NMW 2010 opnemen om de kansen en mogelijkheden te onderzoeken m.b.t. de (her)huisvestingsvraagstukken en mede op basis daarvan te besluiten of Boxtel kiest voor ambitieniveau 3.
Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
9
7.
Vervolgtraject en planning
De gemeente Boxtel gaat in samenwerking met de musea en kunststichting Boxtel het ambitieniveau dat u d.m.v. van deze nota heeft vastgesteld concreet vertalen in voorstellen over het museumbeleid gemeente Boxtel. Afhankelijk van het ambitieniveau wordt een (tijds)planning gemaakt over de vervolgstappen.
Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
10
Bijlagen
1.
Museale collecties in de gemeente Boxtel
1
1.1. Museum De Canonye In de Middeleeuwen komt het geregeld voor dat de rijke bovenlaag der edelen een (kapittel)kerk sticht voor zijn eigen zielenheil. Deze kerk door Kanunniken. Het museum heeft in haar collectie een particuliere verzameling voorwerpen over het leven van de Kanunniken. Het museum is gevestigd in het Kanunnikenhuisje. 1.2. De Groene Poort Oertijdmuseum Het museum is het grootste geologische museum van Nederland. De expositieruimten van meer dan 1.000 2 m zijn gevuld met bijzondere vondsten. Lopend onder het grootste potvisskelet van Nederland zie je de geschiedenis van de aarde voorbij trekken. Het publiek heeft de mogelijkheid om elk tentoongesteld object van alle kanten te bekijken. Door middel van de vaste collectie doet de bezoeker een indruk op hoe Nederland er 65 miljoen jaar geleden uitzag. Basisscholen kunnen bij De Groene Poort terecht voor verschillende educatieve trajecten, alsook het voortgezet onderwijs voor o.a. het maken van werkstukken voor natuurwetenschappen, geschiedenis of aardrijkskunde. De Groene Poort is aangewezen als bezoekerscentrum voor de "De Brabantse Meierij” en Nationaal Landschap ”Het Groene Woud’. De Groene Poort heeft een VVV-folderservice waar algemene informatie over Boxtel en haar directe omgeving alsook wandel- en fietsroutes voor de regio te verkrijgen zijn. Arrangementen, folders, routes, streekproducten en boekwerken over Het Groene Woud zijn in het centrum aanwezig. 1.3.. Museum De Kleuskes In dit oude karakteristieke Brabantse boerderijtje kan de bezoeker kennis maken met de laatste bewoners ervan. De collectie, grotendeels bestaande uit de nalatenschap van de Kinderen Van der Velden, in de volksmond De Kleuskes genoemd, wordt beheerd door de (heemkunde)stichting Kèk Liemt. Deze stichting huurt het voormalige hooizoldergedeelte van de (museum)boerderij gelegen aan de Oude Dijk van de beheersstichting Kinderen Van der Velden te Liempde. De expositieruimte is in 1989 met medewerking van de voormalige gemeente Liempde ingericht. 1.4.. Historisch Museum Piet Dorenbosch In het monumentale pand 't Hofje is het Historisch Museum gevestigd. Het museum heeft naast een permanente tentoonstelling over de geschiedenis van Boxtel jaarlijks een aantal thema-exposities over typisch Boxtelse actuele onderwerpen. 1.5.. Museum Gaudéte voor Volksdevotie Verzameling religieuze voorwerpen uit 1700-1950 o.a. heiligenbeelden, rozenkransen, medailles, communieen bedevaartsouvenirs, kerkelijke Kunst en Bijbels. Daarnaast een Brabantse 'goei'kamer en handgemaakte kerststallen. Opgemerkt moet worden dat de collectie zeer omvangrijk is en een goed beeld geeft van het religieuze verleden van Zuid-Nederland. Het is een unieke verzameling devotionalia met Boxtelse inslag. Hierbij valt te denken aan de Liempdse kerstgroep uit de parochiekerk van Sint Jans onthoofding van eind e 19 eeuw. 1.6. Wasch- en Strijkmuseum Het museum geeft een overzicht op het gebied van wassen en strijken gedurende ± 400 jaar. Handgemaakte ambachtelijke gebruiksvoorwerpen (vaak hoogstandjes van groot vakmanschap) worden afgewisseld met prachtige kunst, zoals schilderijen, etsen, gravures, tekeningen, beelden, meubelen, etc. 1. Bron: UITpunt Boxtel Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
11
Alles heeft met het thema wassen en strijken te maken. De collectie is uniek. Het museum geeft een uitstekend beeld van het culturele erfgoed van Boxtel ten tijde van de wasserijen. 1.7. Brabant Goedgemutst Een nieuw museum met een unieke collectie Brabantse mutsen en poffers. Het museum ligt naast het pand van het Wasch- en Strijkmuseum en de twee sluiten perfect bij elkaar aan: de met veel gevoel en fantasie gemaakte mutsen en poffers dienden namelijk vakkundig te worden gereinigd en opgeknapt dat bij ‘de buren’ aanschouwelijk wordt gemaakt hoe dat indertijd ging. 1.8.
Boxtelse musea in schema Locatie
collectie
Openingstijden
Museum De Canonye
Het Kanunnikenhuisje Duinendal 9/11 Boxtel
Particuliere verzameling voorwerpen over het leven van de Kanunniken.
De Groene Poort Oertijdmuseum
Bosscheweg 80 Boxtel
Museum De Kleuskes
Oude Dijk 21 Liempde
Het grootste geologische museum van Nederland met een overzicht van de geschiedenis van de aarde, oertijdmuseum met collectie fossielen en dinosuarus-parade met veel verschillende skeletten. klompenmakers
1 mei tot en met 1 november, elke laatste zondag van de maand en volgens telefonische afspraak. April t/m oktober woensdag t/m zondag van 10.00 -17.00u, in november t/m maart: zaterdag en zondag van 10.00 - 17.00u op feestdagen 10.00 - 17.00 u. Groepen op afspraak.
Historisch Museum Piet Dorenbosch
Markt 36 Boxtel
Museum Gaudéte voor Volksdevotie
Eindhovenseweg 27/29 Boxtel
Wasch- en Strijkmuseum
Stationstraat 39/41 Boxtel
Brabant Goedgemutst
Stationstraat 39/41 Boxtel
Permanente tentoonstelling over de geschiedenis van Boxtel, jaarlijks een aantal thema-exposities over typisch Boxtelse actuele onderwerpen. Verzameling religieuze voorwerpen uit 1700-1950. O.a. heiligenbeelden, rozenkransen, medailles, communie- en bedevaartsouvenirs, kerkelijke Kunst en Bijbels. Daarnaast een Brabantse 'goei'kamer en handgemaakte kerststallen. overzicht van wassen en strijken gedurende ± 400 jaar. Handgemaakte ambachtelijke gebruiksvoorwerpen worden afgewisseld met kunst zoals schilderijen, etsen, gravures, tekeningen, beelden, meubelen enzovoort. Alles heeft met het thema wassen en strijken te maken. Een unieke collectie Brabantse mutsen en poffers.
Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
Geopend op elke eerste zondag van de maand van 13.30-15.30 m.u.v. juli en augustus. Afspraken (buiten de openingstijden). Geopend op elke tweede en laatste zondag van de maand, vanaf 14.00 tot 16.00 uur. Groepen op afspraak
Op afspraak.
Op afspraak.
Uitsluitend geopend volgens afspraak.
12
2.
Museum, museumregistratie en soorten musea 2
2.1. Wat is een museum? Om helder te krijgen wat een museum precies is, heeft de International Council of Museums (ICOM) in 1974 een museumdefinitie vastgesteld. De Nederlandse museumwereld onderschrijft de ICOM-definitie. Deze definitie is als volgt: Een museum is een permanente instelling ten dienste van de gemeenschap en haar ontwikkeling, toegankelijk voor het publiek, niet gericht op het maken van winst, die de materiële getuigenissen van de mens en zijn omgeving verwerft, behoudt, wetenschappelijk onderzoekt, presenteert en hierover informeert voor doeleinden van studie, educatie en genoegen. De Britse Museumwereld (Museum Association) heeft in 2002 een nieuwe museumdefinitie geformuleerd die afwijkt van bovenstaande definitie en meer de maatschappelijke taak van musea als uitgangspunt neemt. Verwacht kan worden dat musea en overheden de strekking van deze visie steeds meer zullen overnemen, ook in Nederland. Zo heeft de Vereniging van Rijksgesubsidieerde Musea (VRM) deze definitie ‘geadopteerd’ in de beleidsnotitie die zij in juni 2003 aan de staatssecretaris heeft aangeboden. Zo stelt de VRM dat musea naast de taak van het behoud van het culturele erfgoed ook de taak hebben van actieve participatie in de culturele ontwikkeling van de samenleving als geheel. Deze definitie is als volgt: Een museum is onderdeel van het collectieve geheugen van de maatschappij. Een museum verwerft, documenteert en behoudt objecten en andere getuigenissen van de cultuur van de mens en diens omgeving en informeert daarover. Het museum ontwikkelt en bevordert kennis en biedt belevingen die alle zintuigen aanspreken. Het museum is toegankelijk voor het publiek en levert een bijdrage aan de ontwikkeling van de maatschappij. Het doel van het museum is mensen kennis en inzicht te laten verwerven. De naam museum is niet beschermd. Iedereen die zijn verzameling laat zien aan het publiek, kan de naam museum gebruiken. Het museumveld heeft daarom een reeks van criteria opgesteld waaraan een instelling moet voldoen om opgenomen te worden in het Nederlands Museumregister en daarmee het predikaat ‘geregistreerd museum’ krijgen. 3
2.2. Museumregistratie Het Landelijk contact van Museumconsulenten (LCM), het samenwerkingsplatform van de provinciale museumondersteunende instellingen en de Nederlandse Museumvereniging (NMV) hebben in navolging van het Engelse Museum Registration Scheme het Museumregister in Nederland geïntroduceerd. Doelstelling Het doel van de museumregistratie is het zichtbaar maken, bewaken en verbeteren van de kwaliteit van de Nederlandse musea, en daarmee het verantwoord beheer van het culturele erfgoed. Musea die op of boven de minimumstandaard functioneren, vervullen hun museale taak naar behoren en worden opgenomen in het Museumregister. Zij ontvangen het Certificaat Geregistreerd Museum. Musea die niet voldoen aan de standaard, maar wel de intentie uitspreken en aannemelijk maken deze binnen drie jaar door te voeren, worden voorlopig geregistreerd. Het museumregister is niet bedoeld om een tweedeling aan te brengen in museumland. De stichting streeft ernaar minimaal 75% van de Nederlandse musea te registreren. Meerwaarde De status van geregistreerd museum schept vertrouwen tegenover derden. Het museum heeft aangetoond dat het zijn verantwoordelijkheid als beheerder van het cultureel erfgoed serieus neemt. Geregistreerde musea weten wat zij aan elkaar hebben en wat zij voor elkaar kunnen betekenen. Op die manier worden de onderlinge samenwerking en het bruikleenverkeer gestimuleerd. Particulieren die iets willen schenken, legateren of in bruikleen geven, weten dat een geregistreerd museum er op verantwoorde wijze mee zal 2. Bron: Handreiking museumbeleid voor gemeenten (2004). Een gezamenlijke uitgave van de Nederlandse Museumvereniging, het Landelijk Contact van Museumconsulenten en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. 3. Bron: www.museumvereniging.nl Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
13
omgaan. Bezoekers mogen verwachten dat geregistreerde musea beschikken over een aantal basisvoorzieningen voor het publiek. De toetsing aan de basiseisen biedt musea een audit (analyse en controle) van de eigen organisatie. Musea die nog niet voldoen aan de eisen, kunnen op basis van de toetsing gericht en projectmatig werken aan verbetering. De provinciaal museumconsulent kan daarbij hulp bieden. De aangegeven verbeteringen kunnen als argument dienen om subsidiegevers, fondsen en sponsors te overtuigen van de noodzaak van financiële ondersteuning. Basiseisen Musea die wensen te worden opgenomen in het Nederlands Museumregister moeten voldoen aan de volgende basiseisen: • het bezitten van een institutionele basis; • het bezitten van een stabiele financiële basis; • het beschikken over een op schrift gesteld beleidsplan; • het beschikken over een collectie; • het beschikken over een collectieregistratie; • het zorgdragen voor het behoud van de collectie; • het (laten) doen van onderzoek naar de collectie; • het beschikken over basisvoorzieningen voor het publiek; • het beschikken over gekwalificeerde medewerkers. Aangezien de basiseisen voor museumregistratie voortbouwen op de Gedragslijn voor museale beroepsethiek worden geregistreerde musea geacht de daarin geformuleerde gedragsregels te hanteren als uitgangspunt van hun handelen. Tevens worden zij geacht zich te houden aan alle wet- en regelgeving met betrekking tot het museum, de medewerkers, de collecties en de publieksfaciliteiten. De volgende soorten instellingen komen niet in aanmerking voor opname in het Museumregister: • science centers en planetaria; • natuur-, archeologische, historische en industriële monumenten; • bezoekerscentra in natuurgebieden etc.; • instellingen bedoeld voor tijdelijke exposities; • archieven. Voor plantentuinen en dierentuinen die willen worden opgenomen in het Nederlands Museumregister gelden aanvullende eisen. Plantentuinen moeten lid zijn van de Nederlandse Vereniging van Botanische Tuinen of moeten zich houden aan de richtlijnen voor collectiebeheer van de Stichting Nationale Plantencollectie. Dierentuinen moeten lid zijn van de Nederlandse Vereniging van Dierentuinen. 4
2.3. Soorten musea Het CBS voert tweejaarlijks een museumonderzoek uit, waaruit een grote verscheidenheid blijkt. De beheerde collecties kunnen onderverdeeld worden in: • Geschiedenis; • Bedrijf en techniek; • Beeldende kunst; • Natuurlijke historie; • Volkenkunde; • Gemengd. Het CBS rekent musea waar de collectie uit delen van verschillende aard bestaat en waar geen duidelijk zwaartepunt kan worden bepaald, tot een gemengde collectie.
4. Bron: Handreiking museumbeleid voor gemeenten (2004) Kaderstelling Museumbeleid gemeente Boxtel (CarenJulien/BW2009)
14