Milieu Jaarverslag 2014
Rapportnr: EHS 14/01 Naam bedrijf
Janssen Biologics BV
Adres Einsteinweg 92 Plaats Leiden Website www.janssen-biologics.nl Contactpersoon
Jack de Graaf
Functie
Director Environment, Health, Safety and Sustainability
Telefoon
071 - 5242648
E-mail
[email protected] Eindverantwoordelijke
Henri van Drunen a.i.
Functie General Manager Telefoon
071 - 5242400
E-mail
[email protected]
Plaats
Leiden
Datum
May 2015
Naam
Jack de Graaf
Functie
Director Environment, Health, Safety and Sustainability
Handtekening
Inleiding Janssen Biologics is gelegen aan de Einsteinweg in het BioScience Park te Leiden en is sinds 1984 op het huidige bedrijfsterrein gevestigd. De organisatie maakt deel uit van het Amerikaans moederbedrijf Johnson&Johnson dat is gevestigd in New Brunswick, New Jersey, US. Het bedrijf is in meerdere gebouwen ondergebracht (productie, utilities, kantoren, laboratoria, pilot plant). Het centrale magazijn (warehouse) van Janssen Biologics bevindt zich aan de Koolhovenlaan te Schiphol-Rijk. In de omgeving van het warehouse Schiphol bevinden zich andere logistieke bedrijven. De directe bebouwde omgeving van Janssen Biologics te Leiden bestaat uit gebouwen van de Universiteit Leiden (onder andere onderwijs en onderzoek) en het gebouw van de Leidse Instrumentsmakers School (LiS). Janssen Biologics produceert biofarmaceutische producten door het gebruik van cellijnen in weefselkweek. Buffer, serum en mediumbestanddelen zijn de belangrijkste grondstoffen (voedingstoffen voor de cellen). Producten van Janssen Biologics zijn: ReoPro®, Remicade®, Simponi® en Stelara®. Eind 2014 werkten ca. 1000 mensen bij Janssen Biologics, waarvan een deel in ploegendienst. Daarvan werkt een deel in een 16/7 ploegendienst hetgeen betekent dat ’s-nachts nog maar een beperkt aantal medewerkers aanwezig is. Het merendeel van de medewerkers (ca. 80%) werkt in de productie (direct of ondersteunend), is betrokken bij de kwaliteitscontrole of werkt aan proces- en productverbeteringen. Ook werkt een deel van de medewerkers aan het uitvoeren van klinische studies (15%) en het begeleiden en informeren van onze Sales &Marketing partners in Europa (5%). Daarnaast is er nog een aantal, deels uitbestede, activiteiten zoals beveiliging, catering, schoonmaak en onderhoud.
Doel In dit milieujaarverslag is beschreven welke milieurelevante activiteiten binnen Janssen Biologics plaatsvinden, welke wijzigingen daarin in het verslagjaar zijn opgetreden, en welke milieueffecten daaruit zijn voortgevloeid. Deze gegevens bieden inzicht in de milieuprestaties van Janssen Biologics over 2014. Het uitbrengen van een milieujaarverslag heeft een aantal doelen. Ten eerste dient het om inzicht te geven in de huidige milieubelasting. Een tweede doel is het afleggen van verantwoording over de inspanningen die Janssen Biologics heeft geleverd om de milieubelasting te verminderen, en het aangeven van de resultaten die daaruit zijn voortgevloeid. Een derde en laatste doel is te voldoen aan de verslagverplichting die in de milieuvergunning van Janssen Biologics is opgenomen. Tevens is een aantal acties opgenomen die voortkomen uit de diverse audits, inspecties, risico-inventarisaties, etc. en die in 2015 tot een verhoogde milieuprestatie voor Janssen Biologics zullen leiden.
Reikwijdte Het verslag is bestemd voor de vergunningverleners van Janssen Biologics, namelijk de Omgevingsdienst West-Holland, de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied en het Hoogheemraadschap van Rijnland. Daarnaast gebruikt Janssen Biologics dit verslag voor het informeren van geïnteresseerden door dit verslag op haar website te publiceren.
Definities CZV EEP E-PRTR e-MJV Wm Wms Wvo
Chemisch zuurstofverbruik Energie efficiency plan European Pollutant Release and Transfer Register Electronisch Milieujaarverslag Wet milieubeheer Wet milieugevaarlijke stoffen Wet verontreiniging oppervlaktewateren
Feiten en gegevens Vergunning en inspecties
Vergunningen
In het verslagjaar 2014 zijn geen vergunningen aangevraagd of meldingen gedaan met betrekking tot wijzigingen. Er is in 2014 wel gewerkt aan de voorbereiding van een vergunningaanvraag voor een nieuwe pilot-productiefaciliteit (zie verder 5.2).
Inspecties
Op 11 april 2014 heeft een controle plaatsgevonden bij Janssen Biologics aan de Koolhovenlaan te Schiphol-Rijk. Er is een aantal bevindingen tijdens dit controlebezoek geconstateerd. Na onderzoek en overleg is echter gebleken dat van overtredingen geen sprake was.
Op 7 mei 2014 heeft de Omgevingsdienst West-Holland een controle uitgevoerd in verband met de natte koeltorens. In het Activiteitenbesluit zijn voor natte koeltorens rechtstreeks werkende regels opgenomen. Tijdens de controle zijn geen overtredingen geconstateerd.
Op 11 december 2014 is door de brandweer van Kennemerland een controle uitgevoerd op de brandveiligheidsvoorschriften. Bij dit controlebezoek zijn geen overtredingen geconstateerd.
Convenanten
In aanvulling op de van kracht zijnde milieuvergunningen, participeert Janssen Biologics in het door de overheid gestimuleerde convenant Meer Jaren Afspraak III (MJA III). In deze 4-jaarlijkse convenant zijn de afspraken vastgelegd om zuiniger om te gaan met energie. In 2012 zijn deze afspraken opnieuw aangegaan met het indienen van het EEP 2013-2016.
Wijzigingen in de huisvesting en organisatie In 2014 is binnen Janssen Biologics gestart met de voorbereiding van een nieuwe pilotproductiefaciliteit voor vaccins. De pilot-productiefaciliteit worden grotendeels ingericht binnen de bestaande gebouwen van Janssen Biologics. Deze pilot-faciliteit zal naar verwachting in 2016 operationeel worden.
Energie en Water Sinds 2010 zijn de Healthy Future 2015 doelstellingen van kracht. Deze zijn afgeleid van afspraken in wereld wijde energietops en EU afspraken en houden in een 10% reductie van CO2 uitstoot in vergelijking met het basis niveau van 2010, zonder gebruik van groen certificaten (komt overeen met 2% CO2 reductie per jaar). Tevens is dit een verdere opmaat voor een 20% CO2 reductie per 2020 onder dezelfde voorwaarden. In 2014 is ten opzichte van 2013 een toename van productie gerealiseerd (circa 2%). In 2014 ligt de totale CO2–emissie (de som van de directe en de indirecte emissie) ruim 6% lager dan het 2010 basis niveau. Ten opzichte van 2013 is het elektraverbruik licht afgenomen (ca. 1%). Het verbruik aan aardgas is daarentegen sterk afgenomen met circa 10%. Hierdoor is ook de emissie van CO2 ten opzicht van 2013 sterk afgenomen (ruim 10%). De CO2-emissiereductiedoelstelling loopt nog iets achter bij de verwachtingen vanuit de Health Future 2015 doelstellingen maar is wel in overeenstemming met de MJA3 afspraken. In 2014 is het waterverbruik iets gestegen ten opzichte van 2013. Ook voor water gelden vergelijkbare doelen conform Healthy Future 2015 en dient 10% reductie in 2015 te worden gerealiseerd ten opzichte van het basisniveau in 2010. Het waterverbruik is vrijwel gelijk aan het verbruik in het basisjaar 2010. Hier is dus nog geen reductie bereikt. In 2014 zou conform het actieplan de waterbalans in kaart gebracht worden, echter wegens gebrek aan capaciteit en verschuiving van mensen in de organisatie heeft dit nog geen vervolg gekregen. Zie voor een grafische weergeven van de CO2-emissie, het water en het energieverbruik bijlage 1. Voor een diepgaandere verslaglegging, analyse en evaluatie wordt verwezen naar het elektronisch milieujaarverslag wat in overeenstemming met het MJA-III convenant naar het betrokken bevoegde gezag wordt gestuurd.
Niet gevaarlijk en gevaarlijk afval In Bijlage 2 zijn de afvalgegevens van Janssen Biologics weergegeven. Voor het niet-gevaarlijk afval is een daling te zien ten opzichte van het jaar 2013 van ruim 90 ton. Een verklaring hiervoor is dat er een project heeft plaatsgevonden waarbij het “schone “ plastic apart (verpakkingsplastic, plastic wat niet in contact is gekomen met product) is ingezameld en als een recylclebare afvalstroom wordt afgevoerd. Dit is een goede prestatie, aangezien de produchtie licht is gestegen en de tendens is dat er meer disposables toegepast zullen (moeten) worden in de toekomst. Dit in verband met het verder terugdringen van contaminaties in de biologische productieomgeving. De hoeveelheid afval is gedaald tot onder de doelstelling van Healthy Future (reductie target van 10% ten opzichte van het 2010 baseline jaar).
De hoeveelheid gevaarlijk afval is laag ten opzichte van de hoeveelheid niet gevaarlijk afval. Ten opzichte van 2013 is de hoeveelheid gevaarlijk afval licht gestegen. Een continue trend voor gevaarlijk afval is moeilijk te geven en te managen. Bovendien is de aard van de Janssen Biologics bedrijfsvoering voornamelijk gericht op biologische processen en niet zo zeer op chemische processen. Daarentegen blijft het meten van chemisch afval een belangrijke parameter.
Afvalwater (chloride) Het afvalwater bestaat voor een deel uit proceswater en water dat is gebruikt voor reinigen van productieapparatuur (regeneratie van ionenwisselaars en ontharders, blown down distillers, osmose, cleansteam generatoren en ketelwater). Het geloosde afvalwater is in het verslagjaar gedurende vier perioden van zeven dagen bemonsterd en gemeten door Afvalwater Service B.V. De metingen zijn voornamelijk voor het berekenen van de verontreinigingsheffing. Daarnaast wordt gemeten op het chloride gehalte, een parameter uit de Omgevingsvergunning. De perioden waarin is bemonsterd zijn representatief voor het heffingsjaar en conform de vergunde meetbeschikking. Gedurende 4 perioden van een week is het afvalwater bemonsterd. In bijlage 3 is een overzicht gegeven van de resultaten van de metingen op chloride gedurende de meetweken. Evenals in voorgaande jaren komt ook in 2014 in geen van de gevallen de chlorideconcentratie boven de vergunde norm uit (1500 mg/l).
Incidenten en klachten Er zijn in 2014 geen klachten binnengekomen van derden. Er heeft zich binnen Janssen Biologics Leiden 3 milieu-incidenten voorgedaan die gerapporteerd zijn aan de overheid. Het betrof • een lekkage van een hydraulische slang van een perscontainer op 22 maart. Hierbij is een geringe hoeveelheid hydraulische olie op de straatstenen terecht gekomen. Onmiddelijk is spill control toegepast door het gebruik van absorptiekorrels, waardoor er geen bodemverontreiniging is opgetreden. • Een lekkage van tweemaal (26JUN14 en 14AUG14) een kleine hoeveelheid freon HFC (< 10kg) naar de omgeving als gevolg van ingebruikname van een grote vriezerinstallatie Eenmaal heeft zich een overschreiding van de norm van Legionella (non-pneumophilae) in de koeltoren voorgedaan (02JUL14).
Gebruik grondstoffen en gassen In totaal is er 57027 kg aan grondstoffen (chemicaliën) gebruikt die vallen onder de wet vervoer gevaarlijke stoffen (ADR). De meeste chemicaliën die vallen onder de ADR zijn corrosieve stoffen (ADR 8, ca. 50%) en brandbare stoffen (ADR 3, ca. 43%). Deze worden voornamelijk worden gebruikt bij schoonmaakprocessen en productieprocessen. Het grootste aandeel van brandbare stoffen wordt ingenomen door ethanol. Het grootste aandeel oxiderende stoffen bestaat uit natronloog/natriumhydroxide. In beperkte mate worden er schadelijke stoffen (ADR 9, ca. 7%) gebruikt. Het grootste aandeel hiervan bestaat uit desinfectiemiddel voor vloeren in de productie. Aan giftige stoffen (ADR 6.1) wordt ca. 10 kg/jaar en oxiderende stoffen (ADR 5.1) ca. 3 kg/jaar gebruikt. De stoffen worden voornamelijk in de laboratoria toegepast. De opslag van stoffen vindt plaats conform de PGS 15 richtlijnen. In het warehouse Schiphol-Rijk vindt de bulk-opslag van (gevaarlijke en niet-gevaarlijk) grond- en hulpstoffen plaats. De gevaarlijke stoffen worden opgeslagen in speciaal hiervoor
geconstrueerde bunkers. Op de lokatie waar de stoffen worden gebruikt (productie en laboratoria) vindt tussenopslag plaats in brandwerende veiligheidskasten. In bijlage 4 is een overzicht gegeven van de verbruikte soorten gevaarlijke stoffen inclusief de hoeveelheid gebruikte gassen.
Conclusie Op een aantal vlakken zijn de milieuprestaties goed. Ondanks de toegenomen productie is er een een verdere afname in CO2 emissie ten opzichte van het basisjaar 2010. Er is een MJA-III energie efficiency plan opgesteld voor de periode 2013 – 2016. Voor water is een besparing ten opzichte van vorig bereikt maar nog niet ten opzichte van het basisjaar 2010. Het opstellen van een goede waterbalans gaat ons hier verder bij helpen. Er is een daling in het niet-gevaarlijk afval en een lichte stijging in het gevaarlijk afval ten op zichte van 2013 te zien. De doelstelling van zowel gevaarlijk afval als niet-gevaarlijk afval voor deze site zou op basis van deze cijfers bereikt zijn. De reductie target geldt voor de gehele Janssen onderneming: verschillen per geografische locatie zijn toegestaan zolang het geheel van afval voor de gehele Janssen onderneming aan de target voldoet. Voor een overzicht van de status van de acties 2014 wordt verwezen naar bijlage 5. De milieuacties die voortkomen uit de diverse inspecties en risicoinventarisaties zijn opgenomen in het Jaarplan 2015 (zie bijlage 6).
Bijlage 1. CO2 emissies, energie en water verbruiken. Leiden en Schiphol gecombineerd CO2 (103 kg)
Gas M3
Elektriciteit kWh
City Heat GJ
Water M3
1990
6.750
NA
NA
NA
NA
2002
9.520
2.068.337
11.008.780
11.055
156.823
2003
4.363
2.002.337
11.155.560
12.054
138.330
2004
4.057
1.903.148
10.574.500
13.875
144.500
2005
5.494
2.246.540
17.224.124
37.667
304.971
2006
8.834
4.012.499
26.400.533
52.366
340.482
2007
6.579
1.901.229
23.779.456
45.901
239.486
2008
6.329
2.486.107
23.137.381
48.943
206.572
2009
5.454
2.148.098
20.346.493
38.184
177.434
2010
6.275
2.389.238
17.828.745
36.367
188.874
13.800 *)
2.389.238
17.828.745
36.367
188.874
2011
12899
2.355.233
17.724.850
30.930
199.752
2012
13.341
2.453.565
18.238.673
32.379
191.516
2013
13.450
2.359.000
18.160.000
26.800
188.367
2014
12.922
2.119.625
18.422.000
36.930
184.959
2010*)
*) Vanaf 2010 geldt een nieuw basisniveau voor verdere reductie van CO2, zonder gebruik van groen certificaten
CO2-emissie (in 103(zowel kg) (zowel directe als indirecte emissie) CO2-emissie (in 103kg) directe als indirecte emissie) 20000 18000 16000 14000
Healthy Future 2015 norm: 10% reductie tov van het 2010 basis niveau, zonder gebruik groen certificaten
CO2 (ton)
12000 10000 8000 6000 4000 2000 0
2010
2011
2012
2013
2014
Waterbruik (in m3)
Waterverbruik (in m3)
Waterverbruik (in m3) 250000 200000
Healthy Future 2015 norm: 10% reductie tov 2010 basis niveau
150000 100000 50000 0
2010
2011
2012 Jaar
2013
2014
Bijlage 2. Afvalgegevens Janssen Biologics Leiden & Schiphol Rijk Niet gevaarlijk afval Leiden + Schiphol Bouw en sloop Glas
Euralcode
totaal 2014 (kg)
170904
0
200102
11.681
Papier en karton
200101
92.100
Gemengd stedelijk afval
200301
383.118
Hout
200138
280
Kunststof, incl. folie
200139
44.842
Totaal Janssen Biologics
Niet gevaarlijk afval
532.021
Totaal niet-recyclebaar
148.623
Totaal nuttige toepassing
383.398
Niet-gevaarlijk afval (in kg)
Hoeveelheid (kg)
Nuttige toepassing
800 700 600 500 400 300 200 100
000 000 000 000 000 000 000 000 0
Recycling
2010
2011
Jaar
2012
2013
2014
Healthy Future 2015 norm: 10% reductie tov 2010 basis niveau
Gevaarlijk afval
Euralcode
Totaal 2014 (kg)
Elektrische apparatuur die gevaarlijke onderdelen bevatten
200135
TL-buizen en andere kwikhouded afval
200121
66
Verpakkingen met resten gevaarlijke stoffen
150110
1.831
Labchemicalien, inclusief mengsels
160506
1.979
Afgedankte organische chemicalien
160508
16
Biologisch besmet afval
180103
13.900
Oplosmiddelen
200113
207
Zuren
060106
1.626
Overige brandstoffen
130703
7.592
Antivriesvloeistoffen
160114
0
Verf, inkt, lijm en hars die gevaarlijke stoffen bevatten
200127
162
Vaste afvalstoffen die gevaarlijke stoffen bevatten
070513
432
Basen
060205
237
Batterijen en accu’s
200133
74
Waterig vloeibaar afval
161001
123
Overige gehalogeneerde oplosmiddelen
140602
107
Stookolie en dieselolie
130701
193
Overige oplosmiddelen, wasvloeistoffen
070504
1.406
29.951
Totaal gevaarlijk afval
Hoeveelheid gevaarlijk afval (kg)
Gevaarlijk afval (in kg)
50 45 40 35 30 25 20 15 10 5
000 000 000 000 000 000 000 000 000 000 0
Healthy Future 2015 norm: 10% reductie tov 2010 basis niveau
2010
2011
2012 Jaar
2013
2014
0
Concentratie chloride (mg/l)
Bijlage 3. Afvalwatergegevens
Chloridegehalte (mg/l) 1600
Chloride concentratie: norm 1500 mg/L conform Omgevings vergunning
1200 800 400 0
Q1
Q2
Q3 2014
Q4
Bijlage 4. Gebruik grondstoffen en gassen Grondstoffenverbruik 2014 Categorie
verbruik (kg of liter)
ADR-code
Brandbare stoffen
32133
3
Corrosieve stoffen
98379
8
Oxiderende stoffen
36
5.1
755
6
1554
9
Toxische stoffen Schadelijke, irriterende stoffen
Verbruik Gassen 2014 Soort gas Inerte gassen (stikstof, kooldioxide, helium, lucht) Inerte gassen bulk (stikstof, CO2) Niet inerte gassen (zuurstof, aardgas) Niet inerte gassen bulk (zuurstof)
Totaal verbruik (kg of liter) 3050 173946 2106 26555
Bijlage 5. Verslag acties en status update Jaarplan 2014 Action record #jaarplan 2014
Action source / hyperlink
Action summary
Due date
A-12-044
Afvalpreventieplan 2012-2015
Koffiebekertjes gescheiden inzamelen onderzoek
Niet gerealiseerd, wordt 2015
A-12-045
Afvalpreventieplan 2012-2015
Bewustzijnscampagne afvalscheiding
Gerealiseerd
A-12-046
Afvalpreventieplan 2012-2015
Scheiden van etensresten - overleg met Sodexo en onderzoek naar wekelijks afgevoerde hoeveelheid.
Niet gerealiseerd, wordt 2015
A-12-074
Afvalpreventieplan 2012-2015 / EEP 2013-2016
Vermindering verbruik afvalzakken
Gerealiseerd
A-12-076
MJA EEP 2013-2016
Voorverwarmen aanzuiglucht boilers
Gerealiseerd
A-12-077
MJA EEP 2013-2016
Zonneenergie 2
Gerealiseerd
MAARS MAP2013
MAARS selfassessment
Het update van de massa balans voor water als voorloper op een verbeterd waterbesparings-programma
Gerealiseerd
10.1.1 10.4.3
Bijlage 6: Milieu Jaarplan 2015
Action record #
Action source / hyperlink
CIAS – 2014-787006
MAARS selfassessment
Installeren van een goed werkend Management of Change system
31OCT15
CIAS – 2014-367002
MAARS selfassessment
Jaarlijkse review van riool ontwerptekenining en integriteit
31AUG16
Business Cascade 2015
CO2 neutraal 2020
Haalbaarheidsonderzoek naar mogelijkheid om CO2 neutraal te worden in 2020
30SEP15
Promotheus Project
Haalbaarheidsonderzoek naar mogelijkheid om CO2 neutraal te worden in 2020
30JUN15
CIAS 2014 376
Afvalpreventieplan 2012-2015
Scheiden van etensresten - overleg met Sodexo en onderzoek naar wekelijks afgevoerde hoeveelheid., incl. koffiebekertjes (carry over 2014)
31JUL15
CIAS 2014 – 405-01
Afvalpreventieplan 2012-2015
Koffiebekertjes gescheiden inzamelen onderzoek
01NOV15
CIAS 2015 – 183 - 001
Afval water analyse
Installeren van flow meter in afvalwater lijn naar gemeente riool
01NOV15
CIAS 2015 – 183 - 002
Afval water analyse
Gebruik van reject DI water als feed naar boiler
20DEC15
Action summary
Due date
Art accreditation: Jennifer Jacobs, Stowaway
Einsteinweg 101 2333 CB Leiden PO Box 251 2300 AG Leiden The Netherlands T +31 (0)71 5242444 www.janssen-biologics.nl